53"" Jaargang.
Vrijdag 23 Februari 1900.
No. 10174.
Tusschen twee liefdes.
Kennisgeving.
JACHT en VISSCltERU.
BUITENLAND.
SCHIEDAMSCH
Deze courant verschijnt dagelijks, met uitzondering van Zon- en Fe:stdagen.
Prijs per kwartaal: Voor Schiedam en Vlaardingen 11. 1.25. Franco
per post fl, 1.65.
Prijs per weekVoor Schiedam en Vlaardingen 10 cent.
Afzonderlijke nummers 2 cent.
Abonnementen worden dagelijks aangenomen.
Advertentiën voor het eerstvolgend nummer moeten des middags vóór een uur
aan het bureau bezorgd zijn.
Bureau s Boterstraat 68.
COURAIÏ.
Prijs der Advertentiën: Van 17 regels fl. 0.90iedere regel
meer 12Va cents. Reclames 30 cents per regel. Groote letters naar de plaats die zij
innemen.
Advertentiën bij abonnement op voordeelige voorwaarden. Taneven hier
van zjjn gratis aan het Bureau te bekomen.
In de nummers, die Dinsdag- en Zaterdagavond verschijnen, worden
zoogenaamde Kleine advertentiën opgenomen tot den prijs van 40 cents
per advertentie, by vooruitbetaling aan het Bureau te voldoen.
In tere. Telefoon Mo. 133.
Inrichtingen welke gevaar, schade
o< hinder kunnen veroorzaken.
Burgemeester en, wethouders van
Schiedam,
Gelet op de bepalingen der Hinderwet;
Geven kennis aan de ingezetenen dat op heden
aan M. KRANEN en zijne rechtverkrijgenden
vergunning verleend is tot oprichting van
een gistpakkerij met gaskrachtmachine van 2
paardenkracht in het pand aan de Kei heistraat
no. 28, kadaster sectie A. no. 1176.
Schiedam, den 22sten Februari 1900.
Burgemeester en wethouders voornoemd
VERSTEEG.
De secretaris
v. LUIK, JL.-S
De Commissaris der Koningin in de provincie
Zuid-Holland
Gezien het besluit van de Gedeputeerde Staten
van den 13den Februari 1900, n°. 47
Gelet op art. 11 der wet van den 13den Juni 1837
Staatsblad n° 87)
Brengt ter kennis van belanghebbenden, dat bij
voornoemd besluit door de Gedeputeeide Staten is
bepaald
1°. dat de uitoefening der jachten op waterwild,
opgenoemd in art. 15, litt. d, en h, der wet van
den 13den Juni 1857 Staatsblad n°. 87), wordt
gesloten op ZATERDAG den 7den April aanstaande
2a. dat de uitoefening van het weispel van kwar-
telen met steekgaren of vliegnet (ait. 15, litt. e,
der bovengenoemde wet) is toegelaten van den
23sten April aanstaande tot en met den 2den Juli
daaraanvolgende, doch dat het vliegnet in geen
geval tot het tirasseeren van kwarteion mag worden
gebruikt
3°. dat de visscherij in de binnenwateren, waar
onder ook worden verstaan rivieren, door sluizen
afgesloten, zal zijn gesloten van den loden Maart
aanstaande tot en met den 3sten Mei daaraanvol
gende, met uitzondering:
van de visscherij door middel van fuiken,
aalscharen, aalkorven, dobbers en door peuren
naar aal en paling;
van de visscherij niet de gebbe om kleine
vischjes te scheppen tot nas voor dobbers;
4°. dat het vissclien met kuilnetten, waaronder
ook behooren ankei kuilen en staalboomen, van den
isten April aanstaande tot en met den 31 sten Mei
daaraanvolgende is verboden
5°. dat de koorlieden hunne kooieenden in dit
jaar moeten opsluiten of opbokken inn den ÜdeuJuli
tot de opening der jacht op waterwild.
En zal deze kennisgeving, in plano gedrukt, woiden
afgekondigd en aangeplakt, waar zulks te doen ge
bruikelijk is, alsmede in het Provinciaal blad en in
de Nederlandscfte Staatscourant woiden geplaatst.
's GravenJtage, den loden Februari 1900.
De Commissaris der Koningin voornoemd,
F O C K.
Algemeen overzicht.
SCHIEDAM, 22 Februari 1900.
DE OORLOG.
C r o n j é's beleid.
De Engelschen houden er een eigenaardige
manier van berichtgeven op na. Wordt een
operatie met succes bekroond, dan stroomen
de berichten van den leider der bewegingen,
van Renter's correspondenten en vtmdieder
BOOR
CHARLOTTE M. BRAEHME.
46)
Toen, langzaam sprekende, als was hij
zich niet gdbeel beiwust van wat hij zeide,
vroeg hij
„Dus ben je niet getrouwd, May?"
„Getrouwdherhaalde zij met eon lach
je, on haar oogen glinsterden door haar tra
nen. heen. „Hoe, kon iik getrouwd zijp, tor-
wijl je weg waart? Al ben ik nukkig en
weerspannig, koud' en trotsch geweest, nooit
is de gedachte bij mij opgekomen met
iemand anders te trouwen dan met jou,
Clinton nooit!"
„Ik dacht dlat je met d'en hertog mn Ro-
secaim getrouwd waart. Ik weet zeker-dat
ik er iets wam gelezen heb in een courant
de aankondiging mn je huwelijk, v doof ik."
„Dan moet je ook de tegenspraak hebben
gelezen," zeide zij. „Ik was er boos oiver. Ilc
met den hertog mn Rosecarn trouwen l
Neem, al was bij honderdmaal hertog l Ik
'heb er nooit over gedacht met iemand an
ders te trouwen dam met jou, Clinton."
„Ik heb die tegenspraak niet gelezen,"
zei hij.
„En ben je weggebleven, omdat je dacht
dat' ik met den hertog getrouwd was?
Schaam je, ClintonJe hebt me ©erna ge-.
Londensche dagbladen. Dat gaat zoo voort
tol men plotseling niets meer hoort. En
dan komt er gewoonlijk een telegram dat
aldus begint: »LorenfO Maiquez, den zoo-
veelsten. Een telegram van Pretoria of uit
het hoofdlaager der Boeren daar-en-daar", enz.
En gemeenlijk wordt zoo'n bericht van de
zijde der Boeren dan gevolgd door een En-
gelsche opgave van verliezen.
Eerst den volgenden dag of een paar dagen
later komt het depart' ment van oorlog voor
den dag met de uitvoerige berichten over de
geleden nederlaag en uitvoeriger ver
lieslijden.
Zoo schijnt het ook ditmaal te zullen gaau.
Het is nu zekerheid geworden, wat wij
voortdurend hebben aangenomen, dat Cronjé's
terugtocht inderdaad een uitnemende strate
gische beweging is met het doel de Engel
schen den Vrijstaat in te lokken. En wjj zijn
nog altijd van oordeel dat niet toevallig te
Paardeberg een treffen heeft plaats gehad,
maar dat Cronjé wel degelijk vooraf die
plaats, als geschikt voor de vechtwijze der
Boeren, heeft uitgekozen.
Is dit niet zoo, dan is het succes voor Piet
Cronjé nog slechts te grooter. Want op uit
nemende wijze heeft hij zijn troepen in oos
telijke richting geleid, zich da Engelschen
steeds van het iqf houdend die van verschil
lende zijde op hem aandrongen, totdat het
hem goed scheen stand te houden en de
Engelschen af te wachten.
Wat vóór een tevoren beraamd plan pleit,
is het feit dat president Steyn aan het ge
vecht heeft deelgenomen, dat over een vrij
groote uitgestrektheid, tusschen Koedoesrand
en Paardeberg woedde. Vermoedelijk is Steyn
met een Boerenmacht uit de richting van
Bloemfontein Cronjé tegemoet geruktwel
licht zjjn dit de Transvaalsche kommando's
geweest die in de vorige week naar den
Vrijstaat werden gezonden.
Trouwens, Cronjé had reeds tot den aftocht
besloten, toen de Engelschen Zaterdagmor
gen zijn stellingen bij Scholtznek aangrepen
Aan den anderen kant schijnt de verovei ing
van door de Engelschen bezette kopjes er
op te wjjzen dat een deel van lord Roberts*
troepen, vermoedelijk de Hooglandersbrigade
onder Macdonaid, Cronjé ingehaald hadden.
Ook de Canadeezen blijken een belangrijk
aandeel te hebben gehad ia den strijd; in
het gevecht van Zondag werden van hen
althans 19 gedood, 60 gewond en 8 vermist.
Te Londen liep gisteren het geiucht dat
de dappere generaal Macdonaid aan zijn
wouden is overleden.
K i m b e r 1 e y.
liet was hoog tijd dat Kimberley ontzet
werd. Ondanks de vereenigde inspanning
van de troepen eu de burgerij, °°k der
vrouwelijke bevolking, was de toestand door
gebrek en ellende allengs onhoudbaar ge
worden.
Aan een beschrijving in een der Engelsche
bladen oulleenen wij het volgende
jln den eersten tijd was het beleg vrij
goed te dragen, maar later stelden de Boe
ren, vier mijlen van de stad op Kamferdam,
een honderdponder op. Toen werd eiken dag
een regen van granaten in de stad gewor
pen, waardoor groote schade werd aangericht
aau de huizen.
»Vele vrouwen en kinderen werden bij deze
beschieliDg gedood. Zij waten zelfs voor de
granaten van het groote kanon niet veilig
in de »bomvrije" schuilplaatsen achter de
huizen. Op bevel van Rhodes werden daarop
zegd dat vrouwen met liefde speleai; nu zie
je hoe onwaar het is. Jij gelooft op een bLoot
krantenberichtje, dat ik getrouwd ben, cn
ik ben je ad dilen tijd' zoo trouw geblvcn, als
de stomen aian hun baan. Wie van ons heeft
mot liefde gespeeld, jij of ik?"
Hij 'antwoordde niet; want nog kon hij
ternauwernood het 'verbijsterend geluk van
haai- tegenwoordigheid begrijpen, de reali
teit har er zoete, schuchtere liefkoozingem,
van haar teediere woorden vol liefde. Hij
waagde het haar hand aan te rakenmaar
heb was moer om te zien of hot werkelijk
heid of dxoomen was. Zij keek schuchter
naar hem op.
„Ik ben koud tegen je geweest, brotsch,
hard en onvriendelijk neen, wreed hen
ik geweest. Maar ik was slechts een dwaas
meisje en het was zoo aangenaam mijn
macht over je te laten gelden ik geloof
dat i'k er trotsch op was en mijn koel
heid, mijn hoogmoed hebben je zoo bang
gemaakt, dat je nauwelijks mijn liand dtirft
aanraken. O Clinton, Clinton, mijn eenige
•liefde, die ik zoo wreed griefde, buig je
hoofd tot- mij buig je neer, lieveling, en
kus mijn lippen mijn lippen die verteerd
hadden moeten worden, voordat zij zulke
bittere woorden tot je spraken."
Hij kon niet weigeren. Hij dacht er ook
geen oogenblik aam. Hij was dronken van
liefde en hij vreesde alleen te zullen ontwa
ken om te bemerikien dat heb een droom was
geweest. Voor de tweed.® maal in zijn leven
drukte hij zijn lippen op de hare, en toen
vrouwen en kinderen overgebracht naar de
mijnen, waar echter hun toestand met den
dag ondraaglijker werd.
sTwee maanden lang was het voornaamste
voedsel der verdedigers paardenvleesch. Ka
pitein Tyson liet zoogenaamde ibelegerings
soep" maken, waarin alle beschikbare groen
ten werd gebiuikt, en den menschen werd
bij de uitdeeling de keus gelaten tusschen
een portie soep of een kwart-pond paarde-
vleesch met tien ons brood. Het kan geen
verwondering baren dat vele kindei en stier
ven wegens onvoldoende voeding.
ȟo De Beers-maatschappij deed alles wat
zij kon voor de niet-strijdenden, en Rhodes
zelf verleende onschatbare hulp. Hjj nam tal
van maatregelen voor het welzqn en de vei
ligheid van de inwoners."
De correspondent brengt hulde aan de
geestkracht en de vastberadenheid van sol
daten en burgers in de belegerde stad, die
elk voor zich besloten hadden zich slechts
in den alleruitersten nood over te geven.
Niet minder moedig betoonden zich de
vrouwen die het gevaar en de ontberingen
droegen zonder een klacht. sHet edele werk
van Rhodes en andere rijke inwoners die de
overigen door hun voorbeeld aanmoedigden",
mag volgens den correspondent evenmin
worden vergeten.
Die edele, moedige Rhodes zet zyn wel
daden voort. Alle vrouwen en kinderen wier
gezondheid door het beleg heeft geleden,
mogen op zijn kosten naar een zeebadplaats
Het kan ous spijten, om Rhodes alleen,
dat Kimberley den Boeren ontgaan is. Nu
zullen zij Rhodes wel niet sneer te pakken
krijgen. Hij wordt Zaterdag reeds te Kaap
stad verwacht.
In Natal.
De burgemeester van Windsor is gisteren
aan 't fantaseeren geweest. De man beweerde
in den gemeenteraad, dat op het koninklijk
paleis de tijding was ontvangen dat Lady-
smith ontzet. Maar in Pal! Mali weet men
er niets van en het departement van oorlog
gelooft het ook niet.
Of de Boeren zich in Natal zullen handha
ven, is niet zeker. Velen zijn van oordeel dat
Joubert zijn troepen zal terugbrengen naar
den Vrijstaat nadat aan de Tugela een
macht is achtergelaten die den terugtocht
moet dekken. In het Noorden van denVry-
slaat zou dan een beslissende slag worden
geleverd tusschen de vereenigde republikein-
sche troepen en lord Roberi's legermacht.
Daarom zou de tegenstand der Boeren aan
de Tugela ook zwak zjjn de bedoeling zou
alleen zijn de Engelschen in hun opmarsch
te hinderen.
Hoe dit moge zijn, voorloopig althans heb
ben de Boeren Bulier geen krachtigen weer
stand geboden, althans niet den hardnekkigen
tegenstand dien wij van hen gewoon zjjn.
Toch heeft Bulier zijn succes niet cadeau
gekregen.
Een Reuter-telegram uit Chieveley deelt
nog eenige bijzonderheden mede over de ge
vechten bjj Hlangwane-berg. Daaruit blijkt
dat de Boeren Zondag terug trokken door de
bosschen die zoo dicht waren dat zjj een
uitstekende dekking opleverden. Zij werden
achtervolgd door de lersche fuseliers die de
bedekking der boomen verlieten en over het
open veld stormden. Onder een hoera 1 be
klommen zij de laatste helling en binnen 5
minuten hadden zij de verschansingen van
den vyand bereikt en de stelling genomen.
scheen zijn geheele vurige hef de meit één
slag tie ontwaken en in laatenden hartstocht
op te vlammen.
„Mijn lieveling, mijn lieveling!" riep hij
uit, haar blozend gelaat, schoon als een
frissclie roos, tusschen zijn handen houdend
en zich bedwelmend aan haar schoonheid
als een van-doa-st-stervend© aan koel water.
„Mijn lieveling!" herhaalde hij nog eens;
want hij scheen het vermogen om vrij over
zijn woordbn te beschikken, verloren te
hebben.
Door haar tranen keen glimlachte zij hem
tegen.
„Nu ben ik tevreden," zeide zij. „Je
scheen in het eerst zoo vreemd, dat ik bang
was dat je niet vriendelijk zondt zijn;
maar je bent mijn vriend, je hebt mij Hef,
niet waar?"
Zijn atwoord bestond in kussen op dien
rooden, zwellenden mond, het blanke voor
hoofd, de zachte wangen, het gouden haar,
de blanke handen hij kuste ze zooals een
sterven die moeder haar ©enig kind kust.
„Hoe kwam je er toe, to denken dat ik
met den hertog wilde trouiwen," ging zij op
zachton, liefdeivollen toon voort. „Jo zult
mij bepaald uitlachen, Clinton, maar her
inner jo jo don avond toen je mij voor het
eerst kuste, nadat ik beloofd had je vrouw
te worden?"
„Ja, ik herinner mij," zeide hij.
„Nu, dien kus beschouwde ik evenals jij
als onzen venLovingskus. Je dacht dat de
hertog van Rosecarn mij in dat tooneelstuk
De correspondent van Reuter zegt dat
de Boeren door de Britsche flankbeweging
waren verrastniettemin werd hun terug
tocht kranig uitgevoerd. Een konvooi wagens
werd medegevoerd en ook het kanon werd
met vergeten.
Toen de Engelschen de verschansingen
bezet hadden, zagen zij dat die berekend
waren op een frontaanval, zoodat de Boeren
niet in staat waren de Engelschen behoorlijk
onder vuur te nemen, toen dezen hun flank
omtrokken. De schansen strekten zich uit
over den geheelen rug. De top vormde een
groot plateau daar waren de schansen in
terrasvorm aangelegd met de klaarblijkelijke
bedoeling nog stand te houden nadat de rug
was genomen.
De schansen waren zes voet diep en be
strooid met stroo, alsof de Boeren daar hadden
geslapen. De Engelschen vonden er eenige
officieele papieren, duizenden rounds Mauser-
patronen en een kist met ammunitie voor
het Noidenfeldt-kanon.
De Zuld-Afrlkaansche Bal).
Onze generaals en hun burgers.
Uit Jacobsdal ontving do „Volksstem"
hot volgende schrijven dd. 31 December:
Een vreemd klimaat hier. Nu drukkend
warm en dan weer kond, naarmate het re
gent wisselt de atmosfeer af. Wij hebben
het hier zoo wanm gehad dat «Ik kleeding-
stuk oen Last was, en toen wij gisteren van
een bezoek aan Magerfontein terugkeerden,
was .het zelfs te twaalf uur in de zon nog
koud. Regen is echtor dringend noodig en
hoewel er de laatste dagen nog al een niet
onbelangrijke hoeveelheid van dit kostbare
hemelwater gevallen is, zal een verdere
vloed zeer welkom zijn, vooral aan paanden
en beesten die met ongekende doortastend
heid op de kale velden zoeken naar een en
kel grasscheutje om hun hongerige maag te
vullen.
Voor onzo menschen die in de smalle
schansen liggen zonder bedekking van bo
ven, is deze regen niet zoo aangenaam en er
behoort zeker de taaie volhoudeudheid van
den Boer en een bijzender groote maito van
plichtsbesef too om kalm in die positie te
blijven liggen en nu eens tot op het lijf nat
geregend te worden om straks le worden
uitgestoomd.
Maar regen of zonneschijn, koude of
warmte, mot vaste regelmatigheid brengt
oom Plet en zijn staf een bezoek aan onze
posities heal in de vroegte om ©r meestal
tot laat in den middag be blijven. Generaal
Cronjé heeft hier in heit veld zijn hoed ver
sierd met een bos veeren en is gehuld in ©en
lange groene jas. Boven op ©en kopje staan
de, idroeg hij een der leden van zijn staf op
om te onderzoeken „wat daar die stoffie is
achter die Engelschen zijn kamp". Uw cor
respondent zag met heb bloote oog geen stof
je. Oom Piet echter wel, ©n de Burge/r met
de veldkijker kon zelfs ver-tellen dat het een
patrouille was.
Boven op dit kopje staande vanwaar het
gehoelte veld over een zeer grooten afstand
zichtbaar u's en men het Engelsclie kamp,
met de tenten dicht op elkaar, duidolijk kan
zien liggen, wordt men met bewondering
vervuld van de terreinkennis onzer gene
raals en liun scherp oog om onmiddellijk
de beste of bedreigde punten te vinden;
terwijl ioder vreemdeling verward raakt in
die bijna oneindig© ruimte.
Tot het vaste geleide van concraal Cronjé
gekust had. Hij lreeft mij nooit gekust
het leek maar zoo'hij durfde niet. En luis
ter, liefste, luister je 'bent heel lang weg
geweest, en toch kan je den kus van mijn
lippen nemen dien je er toen op hebt ge
drukt. Sinds dien avond hoeft noch man
noch vrouw noch kind mijn lippen aange
raakt; ik heb ze bewaard voor jon, liefste."
Wat kon hij anders doen dan weer zich
naar haar overbuigen om te doen wat zij
hem vroeg: zijn kus terug te nemen. Toon
dacht hij er aan aait zij nog steeds knielde
en hij zeide:
„May, lieveling, laat mij «en stoel voor
je halen."
Maar zij wierp hem oen schaLksclien blik
toe.
„Neen," zeilde zij. „Ik ben ©en ondeugend
kind geweest, en ik zal geknield blijven tot
dat je mij. vergeven hebt.'"
„'Dat heb ik reedfe," antwoordde hij.
„Heelemaal vroeg Lady May.
En zijn antwoord 'kan niet dn woorden
wonden nitgedrukt.
Hij had Daisy geheel vergeten. Moge de
hemel hem nabij zijn en hem bewarenZijn
■huwelijk had hij vergeten, Daisy had liij
vergeten .alles, behalve zijn schoonc, be-
tooverendo geliefd©
XXVII.
Te laat.
„Ik heb mijn vergiffenis met moeite ver
diend," zeide zij met lachende stem. „Ik ge-
behoort ook natuurlijk 'generaal De la Rey
die uw correspondent bij zijn eerste bezoek
aan het hoofdlaager onmiddellijk tegemoet
trad met de woorden„Machstig kerel,
waar is jij zo lang geblij V' Ik was er echter
en do generaal was dus tevreden. Oom Koos
is opgeruimd, niettegenstaande hij ineor dan
oen der andere generaals al het zware van
don oorlog te verdragen heeft gehad. Van
af Kraaipan, heit eerste treffen, onzer Bur
gers met den vijand, tot Magerfontein, is
hij altijd in het vuur geweest. Bij Modder-
rivier verloor hij zijn zoon, doch naar hij
verklaarde was dit voor hem niet zoo erg als
de order na den slag de posities te verlaten
trots onze menschen meester van het slag
veld waren. Aldus verklaarde de generaal
uitdrukkelijk, en majoor Albreoht die bij
ons gesprek tegenwoordig was, betreurde
dit terugtrekken evenzeer. Wij waren nog
in onze stollingen, aldus verklaarde de ma
joor, en de Engelschen waren weg. Hot was
avond en mijn kanonnen stonden nog in po
sitie zonder andere bedekking als de bedie
ning van het geschut. De eigenlijke bedek
king was weggeloopen. Daar zag ik tegen
de laatste schijn van licht aan den horizont
een bos van lansen naai- mijn plek optrok
ken. Ik schoot een paar granaatkartetsen
onder de 'aanrukkende lansiers 'die op de
vlucht sloegen. Plotseling klonk rechts van
ons geweervuur. Voetgangers wilden dns
den kop bestormen. Weer ©en paar granaat
kartetsen en ook dit gevaar was geweken.
Toen kwam de oaxler voor mij om terug
te trekken. Ik begreep het niet, doch moest
gehoorzamen, aldus besloot de majoor.
Wij hebben bijna den gebeden dag bij
den kommandant der Vrijstaatsche artille
rie doorgebracht en werden er buitengewoon
gastvrij onthaald. Hoewel ten volle berwust
van do ernst der tijden, ontbreekt het in
het kleine gezelschap van den majoor niet
aan vroolijkheid. Een dieir Duitsche vrijwil
ligers is de geest van hieit gezelschap en hij
houdt oen voortdurenden lach or in. En
's avonds na het avondmaal worden er eerst
allerlei Duitsche liederen gezongen voor
men gaat slapen. Tot dit gezelschap behoort
ook luitenant Von Dewitz, pas uit Duitsch-
land /gekomen, doch helaas te laat, naar hij
verklaart, om nog aan don slag van Mager
fontein deel te nemen. De dokter detr artil
lerie is di-. Weeber van Burgersdorp, die
zijn Engelsche antipathiën niet kon verber
gen nadat de oorlog was uitgebroken en ten
slotte binnen de Boerknies gekomen is, lie
ver dian langer al dat Britsche gebluf over
hun quasi-overwinningen aan te hooren.
Trouwens ak heb nu in nog grooter mate
den sterken an bi-Engelseken geest der Vrij
staatsche Duiitschers geconstateerd, dan ik
dit reeds deed gedurende de. Bloemfontein-
scbe conferentie.
Vrij dichifc bij de plek waar de majoor zijn
kamp heeft, kan men de karbetskogels bij
den jongsten slag op onzo posities afgescho
ten, nog bij duizenden optillen, en lydddet-
bommen, ongeschonden en ontploft, bom
men en granaten vindt men overal in do
kopjes en over het veld verspreid ten bewij
ze hoe vxeeseiijk het vijandelijke artillerie
vuur geweest is. Zelfs vindt men hier en
daar nog bloedplassen, slechts door een laag
zand bedekt. Achter een kopje ligt een
klompje paarden van onzo menschen, welke
paarden door Engolsoh geschut zijn dood/ge
schoten nadat de luchtballon de plek had
ontdekt waar zij waren vastgekoppeld. Op
die plek is de stank vreeeelijk en aasvogels
vliegen in groote zwermen rond.
loof wel dat de wetten van het decorum
door mijn bezoek totaal op zijde zijn ge
schoven. Maar miss Lockwood weet er van
ik heb het haar gezegd, en zij zeide dat
het onder die gegeven omstandigheden niet
verkeerd was."
„Het kon niet verkeerd zijn," zei Sir Clin
ton.
„De menschen zouden Zeggen, dat ik had
kunnen schrijven. Dat had ik ook wel willen
doen, maar er gebeuren zoo vaak ongeluk
jes met brieven zo gaan verloren of ze
wordkm te laat bezorgd, en bovendien kon
een brief nooit zoo welsprekend zijn als ik
zelf. Ik las van morgen je terugkomst in
een der bladen wij zijn op het oogenblik
op Trcvlyn Niest ©n zoodra ik het las,
riep ik miss Lockwood toe: „Hij is terug
gekomen Hij is terug!" Zij was ook erg in
haar schik zij hoeft altijd veel van je ge
houden. Weet jo wat ik toen heb gedaan,
Clinton? Ik, die door de wereld de trot-
sehe, koud© Lady May word genoemd?"
„Ik weet bet niet," antwoordde hij, nog
overstelpt door zijn gedachten geen oog van
haar schoon gelaat afwendend.
„Wel, ik de koude, trotsche Lady
May, heit hoogmoedige kind dat je van je
hebt gestooten ik nam die courant in
mijn hand, Clinton, en ik kuste iedere let
ter van je naam."
Zij liet een zacht, triomfantelijk lachje
hooren.
Wordt vervolgd