53"e Jaargang. Zaterdag 24 Februari 1900. No. 10175. Tusschen twee liefdes. Kennisgeving. BUITENLAND. SCH I EDAM SI HE CQURAIIÏ Deze courant verschijnt dagelijks, met uitzondering van Zon- en Feestdagen. Prijs per kwartaalVoor Schiedam en Vlaardingen fl. '1.25. Franco per post fl. 1.65. Prijs per weekVoor Schiedam en Vlaardingen 10 cent. Afzonderlijke nummers 2 cent. Abonnementen worden dagelijks aangenomen. Advertentiën voor het eerstvolgend nummer moeten des middags vóór een uur aan het bureau bezorgd zijn. Bureau Boterstraat 68. Prijs der Advertentiën: Van 17 regels fl. 0.90iedere regel meer i2% cents. Reclames 30 cents per regel. Groote letters naar de plaats die=zij innemen. Advertentiën bij abonnement op voordeelige voorwaarden. Tarieven hier van zyn gratis aan het Bureau te bekomen. In de nummers, die Dinsdag- en Zaterdagavond verschijnen, worden zoogenaamde Uteine advertentiën opgenomen tot den prijs van 40 cents per advertentie, by vooruitbetaling aan het Bureau te voldoen. latere. Telefoon Ho. 133. Invoer van slachtvee enz. in België. De Burgemeester van Schiedam brengt, op verzoek van den beer Commissaris der Koningin in de provincie Zuid-Holland, ter kennis van belanghebbenden dat vootiaan des Woensdags van 611 nur des voormiddags en des Zaterdags na aankomst van den trein »an 12.34 het douanekantoor Selzaete (station) geopend zal zijn voor den invoer van Neder landsen slachtvee, bestemd voor de abattoirs te Antwerpen, Brussel, Cureghem, Anderlecht, Gent en Luik, alsmede voor dien van paarden, schapen, geiten en vleesch. Schiedam, 22 Fehruari 1900. De Burgemeester voornoemd, VERSTEEG. Algemeen overzicht. SCHIEDAM, 23 Febr. 1900. BB OORLOG, Cronjé's succes. Wij wensciien. ons zelvea geluk dat wij, hoe droevig de berichten in 't begin van Ro berts*' opmarseh naar Kimbenfey en Jacobs- dial ook voor de Boeren luidden, zijn blijven vertrouwen op de veldheerstalenten van Piet Cronjé. Want zoo één naam zal voort leven onder de kinderen en (kindskinderen der helden van dezen oorlog, dan zal het Cronjé's naam zijn. Aan hem zal het niet geweten kunnen worden, wanneer nag eens 't oogenbli'k mocht komen dat de Boeren 't hoofd in den schoot moeten Joggen.lat dit oogenblik ooit zal komen, lijkt ons niet zeer waarschijnlijk coe. Wij zijn geen militaire deskundigen, maar toch vreezen wij geen tegenspraak, ook van bevoegde zijde, wanneer wij Cronjé's terug tocht naar den Vrijstaat een meesterstuk noemen. Ah een heat dat van alle zijden wordt opgejaagd door de honden, is het Boerenleger geweken naar het Oosten, nu en dan stil houdend om zich de te fo! op dringende belagers van hot lijf te houden, om ten laatste de vermoedelijk vooraf ge kozen stelling in te nemen, die het de gele genheid biedt mot succes de Engelsche over macht hot hoofd te bieden. En overal dringen nu op hun beurt de Boeren weder aan. De mannen van De Wot bedreigen French' achterhoede cn maken honderd wagens met mondkost en ammuni tie en 2800 ossen buit, tegelijk 58 man ge vangen nemend. De la Rey tracht Roberts' verbindingslijn af te snijden bij Koffijfon- teineen ander korps Vrijstaters rukt, naar men zegt, uit hot Zuiden op naar den straat weg over JaoobsdaJ. En ©en telegram uit Lorenjo Marquez leert dat, volgens telegrammen van den 19n uit den Vrijstaat aan de Transvaalsche bla den, Cronjé naar Koffijfontein seinde dat hij niet alleen zijn eigen stellingen hand haafde, maar ook het cordon om Kimberiey heeft hersteld'. Een bevestiging hiervan le vert het telegram uit Kaapstad, dus van DOOB CHARLOTTE M. BRAEHME. 47) „Bewijst dat niet hoe lief ik je lieb?" zeilde zij. „En toen heb ik miss Lodkwood gezegd dat ik niet langer wilde wachten dat dik reeds maanden en jaren had. ge wacht maar dat ik terstond naar Londen zou gaan om je op te zoeken. Zij is modege- gaan; zij is naar Cliffe House gereden, en i'k ben hierheen gekomen. Zij zeide dat er maar een paar woorden noodig zouden zijn om alles in 't reine te brengen, en zij gaf mij den raad die paar woorden ook te spre ken. Je ziet, Clinton, dait alles veilig is; je bedienden zullen zeker niet aan mij den ken, en i!k ga naar Cliffe House terug zon der dat iemand mij verdenkt. Ik hob nooit geweten dat een diche voile zulk een goede vermomming was.' „Ik herkende je tocu," zei hij zacht. „O ja jij, omdat je mij liefhebt, en liiefde ziet scherp; maar niemand anders zou mij herkennen." Zij stnelek met haar hand over zijn voor hoofd en zijn haar. „Wat ben je mager, Clinton," ziedde zij, „en er zijn zooveel rimpels in je gelaat ge komen. Het zal mijn levensbaak zijn die rimpels weer uit te wisscken. Wat ben je oud. gewordenJe ziet er uit of je jarenlang smart hebt geleden." Engelsche zijde, aan de „Deutsche Zcitung" op. Daaruit blijkt dat de spoorwegdienst naar Kimberiey gestaakt een de telegrafi sche gemeenschap verbroken is. Ook uit het Oosten of uit heb Noorden zijn Boerenkommando's aangerukt. Van één onder Botha vermoedelijk ©en ander dan de hold van Colenso woirdt in de tele grammen gewaagd; het zon door lord Ro berts uit elkaar gedreven zijn, waarbij 50 man in handen der Engelschen vielen. Roberts' operaties mislukt. Reeumeerende kunnen wij zeggen dat lord Roberts' plannen mislukt zijn. Cronjé is er in geslaagd aan den ring die hem bedreigde te ontglippen. De beide pogingen om kom om te trekken zijn gefaald, en de aanval der Hooglanders onder Macdonald is met gevoelige verliezen afgeslagen. Macdonald zelf behoort tot de zwaar gewonden. Dab de Hooglanders, de trots van het Engelsche leger, weder met zware verliezen zijn afgeslagen, maakt te Londen grooten indruk, en de ernstige verwonding van Mac donald, een zoon van het volk, de vechtge neraal bij, uitnemendheid, versterkt dien in druk nog. Bijzonderheden over de gevechten tus schen Donderdag en Woensdag ontbreken nog. Lord Roberts spreekt alleen over den staat van zaken op Woensdag 1.1. Maar het is niet aan te nemen dat het departement van oorlog geen berichten heeft ontvangen over de voorafgaande gevechten met name dat van Zondag. Uit heb feit dat die be richten niet gepubliceerd' worden, mag vei lig worden opgemaakt dat de Engelschen slaag hebben gehad'. De Londensche correspondent der „Ind. Beige" meldt dienaangaande „Zondag hebben de Engelsche troepen bij Paardeberg een der bloedigste gevechten van den geneden oorlog geleverd. Generaal KeMy-Kenny's divisie die Cronjé's krijgs macht vervolgde, haalde diens krijgsmachte in bij Klipdrift en volgde de Boeren tot bij de Koedoesranddrift, waar de Boeren gele gerd waren. Aan den linker- en rechteroever dor rivier is heb terrein zeer vlak, zoodat de Engelschen bij het oprukken ontzettende verliezen leden." De correspondent noemt den slag „onge veer een herhaling van hot gevecht dat lord Mothuen in November bij Modderrivier le verde." De beslissing aanstaande. Evenwel, Je?e gevechten schijnen ons toe slechts die inleiding te zijn tot ©en grooten slag die bij Paardeberg aal geleverd wor den. Hier zal, naar het ons voorkomt, een beslissing vallen, die van groote beteokenis zal zijn voor de toekomst van Zuid-Afrika. Te Londen is men vul hoop. Nog eenige uien en Cronjé zul zich moeien oieigeven. Een oordeel over den toestand is zeker zeer moeilijk, en wij zullen er ons met aan wagen. Maar wat wij kunnen en vtülen doen, dat is veitiouwen blijven steller, in de Boeien en bet uitnemend beleid van Piet Cronjé. Uit Natal komen geen nieuwe berichten, zoomin uli uit de Kaapkolonie. Het schijnt dat zoowel lord Roberts ais de Hoeren het grootste deel van hun tioepen naar liet Nooi- den geroepen. Of ook uit Natal Boerenkom mando's naar den Vrystaat zyri getiokken, blijkt niet. De Engel-chen zeggen van ja. Te Ladysmiih is men, volgens verschillende ooi logscorrespondenten, vol moed Men hoopt „Dait hob i'k," zei hij op matten, zachten toon, „zulke diepe smart. O May, 'toen ik je verloren hnd, was het of mijn verstand weg was; de dood zou mij, liever zijn geweest dan die pijn die ik geleden heb." „Maar nu is alles voorbij, lieve," zeide zij vleiend. „Ik zal er mijn leven aan wijdon om j© dlat alles te doen vergetenen voort aan zullen wij er nooit meer ovetr spreken. Allies zal vergeten en vergeven zijn, niet waar? En je zult nooit weer met die liefde een er vrouw den spot drijven, wel, Clinton Jo ziet ho© trouw en krachtig en innig vrouwenliefde is." „Nooit weer, May," antwoordde hij met ©en zucht, die meer eien snik leek; „nooit weer." Met een zacht lachje van volmaakt geluk nam zij haar fnantel van den .grond. „Miss Lockwood heeft mij eens gezegd, dat je mij misschien nooit zoudt vergeven I Maar ik zeide haar dat je mij geen vergif fenis zoudt onthouden. Toen jo dien avond, zoo boos op me waart, had ik je maar mijn hand behoeven toe te steken, en je zoudt gebleven zijn, niet,waar?" „Ja, i!k zou gebleven zijn." „Maar misschien is het ten. slotte voor ons bestwil geweest. Indiien ons getwist en de smart on de pijn van onze scheiding en- niet waren geweest, zou ik misschien altijd 'koel en tratseh zijn gebleven. Nu is liet oen harde les voor mij geweest," ging zij oot moedig voort. „Ja liefhebben en gelukkig maken zal het doel van mijn leven, zijn." Het was alles voor hem een zoo sciioonc, een zoo heerlijke droom dat hij zelfs niet be- op spoedig ontzet. De Boeren trekken naar het Noorden zelfs Lange Tom zou van Bul- wana-heuvel zijn wpggeliaald. De Zutd-Afrlkaansclie Ball. Derdepoort. Omtrent don aanval van de Kaffers bij Derdepoort hebben kommandant Ki reten en de veld kornet Stoffbong beiden van Rus tenburg, aan een medewerker van die „Volksstem" het volgende medegedeeld „Op den 25.sten November, omtrent -dag- breek, werdien wij gewekt door het geraas van oen maxim. Daar wij nog nooit tevoren oen maxim gehoord hadden, wisten wij eerst niet wat 't was, doch bij de 2d© salvo waren wij allen op de been. Toen wij rond keken ontdekten wij deu vijand op een Hin ken afstand van ons af. Aan de overzijde van de rivier hadden zij oen maxim opge steld, waarbij, omtrent een driehonderdtal Engelscho paarderuitens stonden. Allen wa ren met Lee-Metford-goweron gewapend. Kommandant Kirsten liet dadelijk dkiio po sities innemen, zoodat de maxim voortdu rend onder kruisvuur was, en wij, beant woordden het vuur met onze Mausers. „Onze gehede getalsterkte," zoo ging de veldkornet voort, „bedroeg tusschen de 30 of 40 man. Kommandant Kirsten reed voortdurend van de eene positie naar de an dere. Slechts ongeveer 20 minuten konden de Engelschen ons zwaar geweervuur ver dragen, toen vluchtten zij terug, wild en door elkander, naar Sekwaansstad. Dadelijk na de vlucht blies een hoorn en wij zagen de Kaffers van alle kanten opdagen. Wij wa ren omsingeld. De Kaffers kwamen vijf ach ter elkander maar voren toe, gewapend met Martini Henri's en voor!aders, en openden een hevig geweervuur op ons." Hier viel do „Volksstem"-man den vertel ler in de rode en vroeg „Vochten de Kaffers goed?" „Wonderlijk goed'; hun manier is net zoo als die van de Boeren." „En was hun sohot zuiiver „Prachtig; oneindig veel beter als dat van de Engelschen." „Hun aantal schat ik op ongeveer 4000," zeidc de heer Kirsten, „doch mogelijk nog meer." De hoor S-t off berg ging voort: „Zij kwa men zoo nabij onze posities, dat eicnigen on der aan den rand van liet middelste kopje, waarop wij ons bevonden, doodgeschoten weiden. Wij vochten tegen hen tot ongeveer 10 uur, toon trokken zij in wilde vlucht naar Sekwaansstad terug. Wij konden hen onmogelijk achtervolgen, daar wij geen paarden hadden en ons aantal te gering was. „Ook hadden wij dien dag geen enkel ka non. De Engelschen d,ie gevlucht waren sinds de maxim tot zwijgen gebracht was, kwamen niet meer te voorschijn, zij stonden in lange rijen in Sekwaansstad het gevecht aan te zien. Met de maxim hebben de En gelschen slechts een van ons, een zekeren Francis, liclit gewond. Door do Kaffers meuveldo de lieer Baruai-d L. E. V. Hij kreeg drie kogels, waarvan één door hot hoofd. Verder hadden wij drie gewonden. De Kaffers hebben oneindig veel zwaarder verliezen geleden. Alleen in Sekwaansstad waren in een graf over de 75 dooden begra ven. Om ons laager vonden wij 15 lijken. Een gevangen Kaffer verklaarde nog dat de merkte dat zij opstondwant al dien tijd had zij geknield voor hem gelegen. „Ik moet gaan," zeide zij. „Ik wil niet dat je mij thuisbrengt, Clinton, want ik wil niet dat iemand' zal weten waar ik geweest benmaar morgen wil je zeker wel op Clif fe House bij ons komen, niet waar? Kom zoo vroeg als je wilt en blijf zoo lang je zin hebt. I'k heb je zóóveel te zeggen, dat mijn leven niet lang genoog zal zijn om mijn hart te laten uitspreken." Toen kwam zij naar hem toe. Haar oogsn glansden van geluk; om haar Lippen speel de een blijde glimlachheel haar reine, lieflijke, teere ziel sprak uit haar bekoor lijk gelaat. Zij sloeg haar fraaie, blanke ar men innig om zijn hals. „Lieveling," zeide zij ernstig en rustig. „Je hebt mij vergeven, maar nooit zal i'k mijzelf vengeven. Wat ik in uren van dwaze grilligheid jo weigerde, wil i'k je nu geven mijn gehecle hart, mijn geheel© liefde, mijn geheele vertrouwen, mijn gekeele le ven. En als je mij vraagt, of ik wü trouwen, dan zal ik „ja" zeggen." Hij had zijn ongelukkig huwelijk verge ten-, hij had Daiisy vergeten; alles, alles had hij vergeten, behalve zijn heerlijke, schoone, jongo .geliefde die zien zoo lieflijk voor hem erootmoedigde. Maar het woord „trouwen" bracht plotseling hot klare, har de bewustzijn der waarheid voor zijn geest Groote God! Hoe kon hij daar staan met die reine armen om zijn hals geslagen, dat teedere 'gelaat naar hem opgeheven hij die getrouwd was. Als een bliksem straal vloog het eensklaps door zijn brein: haar Engelschen hun er toe gedreven hadden om tegen de Boeren te vechten, met beloften en met bedreigingen hen met de maxim te zullen doodschieten. Gedurende het gevecht worden door de Kaffers 9 mannen vermoord (meest politie) en 2 vrouwen. De ocne vrouw had oen schot door de horst, de andere was door een asse gaai in het hoofd getroffen." Hierna vertelde de heer Stoffbcsrig nog een treurig voorval. „Voor het gevecht vluchtten een achttal mannen met eenige vrouwen weg op hot ge luid van de maxim. Zij vluchtten in ds rich ting van de Sekwaansberjg, denkende alleen met do maxim te d'oen te hebben, doch zij vielen in de handen van de Kaffers, die de 8 mannen vermoordden, terwijl een En- gelschman, die zijn maats verloren had, la ter onder besclieunius van de witte vlag kwam zeggen, dat de vrouwen aan de over zijde der rivier waren, waar de Boeren ze konden halen. „De vlucht ddr Engeisühen is zóó verward geweest, dat zij hun maxim in den stook lieten, iets wat de Boeren eerst te weten kwamen, nadat de maxim door de Kaffers reeds weder aan de roode helden was terug gegeven." Hier eindigdo_het belangwekkende ver haal van de beide lieecpen, doch do „Volks stem "-man was nog niet tevreden. „Gelooft gij, dat de Kaffers opgestookt waren door de Bechuana-politie alleen, of dat 't bekend was bij de hoogere autoritei ten „Ik voor mij ben overtuigd diat het laat ste het geval is. Dit is zeker, dat de Kaf fers ongeveer een week na het uitbreken van den oorlog, door de Engelschen gewa pend werden en dit kan de politie toch niet uit eigen beweging doen." „Nog een vraag," zeide de „Volksstem"- man, „is Linchwo's stam machtig?" „Ik geloof dat zij die beste vocktkaffers zijn in hot Protectoraat. Alle andere Kaf fers zijn bang voor hen. Hun aanbal schat r.k op minstens 6000." „Tusschen het gevecht van Derdepoort en het gevecht bij Sekwaansstad hielden de Kaffers zich rustig?" „Neen, zij kwamen nog eenmaal 's nachts uit, ongeveer een week voor het laatste ge vecht, dooh toen hadden wij kanonnen en zij gingen dadelijk op de vlucht." Aan een particulier schryven uit Pretoiia d.d. 14 Jan. j.l. van een Hollandsclie jonge dame is liet volgende ontleend »Nu reeds zyn verscheidene artikelen niet meer te kitjgen. Suiker b.v. is vijfmaal zoo duur als gewoonlijk en slecht3 by kleine hoeveelheden te krjjgen. Ook petroleum is vreeseltjk duur en bjjna op. We gaan dan ook maar heel vroeg naar bed uit zuinigheid. Móchten echter de Engelschen de Baai afsluiten, dan hebben we nog een wapen in handen, n.l. de Engelsche gevangenen. Kunnen wij geen voldoend voedsel krijgen, dan kan dat in de eerste plaats de krijgsgevangenen treilen de regeering kan zeggenwe (aten ze allen honger lyden. 'tZou wel vreeselijk zyn; er zitten toch een 110 officieren inde Modelschool en over de 2000 soldaten en onderofficieren in Waterval. Maar in den oor log is 't hard tegen hard. De krijgsgevangenen worden anders uit- stekeud behandeld door de Boeren, volgens liefde, de kroon van zijn leven, haar lieflijk berouw, haar teedlerheid, alles, talles kwam te laat te laat Met een h ar tv ersche urend en kreet deins de hij achteruit; een doodelijke bleekheid d'dkte zijn gelaat; zijn .lippen werden vaal als van een doode. Maar terwijl hij achter uit deinsde, liet zij niet van hem. „Wat is er, lieve, wat scheelt je vroeg rij. De hemel beware hemHij trachtte te sprekenhij beproefde te zeggen„Ik ben getrouwd." Maar rijn koude, bleeke lippen waren verstijfdhij kon igeen woord uiten. Zij legde haar zachte, warme hand op zijn voorhoofd. „O, Clinton," zeide zij, „je bent ziek; daar ben ik zeker van. Wat scheelt er aan Hij beproefde nog eens te zeggen: „Ik ben getrouwd," maar hij kon niet. Wanneer hij haar aanzag, op haar jong, schoon gelaat die gelukkige uitdrukking van liefde zag, 'kon hij haar niet met woorden pijnigen. Hij kon eer een heet ijzer genomen en haar schoon gelaat verminkt hebben het zou hem gemakkelijker zijn gevallen een dogen te nemen en die in haar blanke borst tc stooben, dan juist nu die woorden uit to spreken. „Dwaas die ik ben geweest!" dacht hij. Maar zij keek hem nog steeds met teeder, liefdevol medelijden aan. Door een wanhopige inspanning slaagde hij er in zich te bedwingen. „Ben je ziek, Clinton vroeg zij angstig. ,,'t Is niets; maar ©en beetje hartkramp." „Maar diat is zeer gevaarlijk. Je moet velen al te goed. Daar zijn de Engelschen dan ook erg over uit en in alle brieven schrijven de gevangenen, dat ze zoo tevreden zijn over de behandeling. Churchill, die, zoo je zeker al weet, uit de Modelschool hier is ontsnapt, liet ook een brief achter, waarin hy vriendelijk bedankt voor de goede en beleefde behandeling. Een handige jongen is 't geweest maar zeker is er verraad of omkooperij in het spel geweest. Dwaas ook hij had een massa geld bij zich. Waarom dat een gevangene niet afgenomen Over het algemeen is de regeering al te goedig en te vertrouwend geweest ep heeft veel te veel permitten aan Engelschen ge geven. Ze moesten er allen uit, men kan er vele aanwijzen hier, die niet te vertrouwen zijn. Na die affaire met Churchill was er sprake van, vele permitten in te trekken, maar tot nog toe is 't niet gebeurd Toch gaat alles verwonderlijk goed aan de zijde der Boeren, als men hoort, hoe de lagers zijn ingericht en hoe discipline is. Wel hebben velen een hard leven, zoo hard als alleen een Boer 'tkan verdragen. Nog hebben velen geen tenten en laat de voeding soms vee! te wenschen over. Maar een Boer is met weinig tevreden en de geest op de commaudo's is dan ook heel goed. Altijd zyn ze vroolyk en vol grappeneen Boer heeft veel gevoel voor het komische en ver raadt ook daarin zijne afkomst. 't Moet wel een ruw leven wezen in zoo'n lager I Maar gezond allen die ik hier met verlof van 't commando heb gezien, zagen er uitstekend uitHier komen veel Boeren, die op commando zijn geweest.ik maak altijd een praatje met hen en hoor dikwijls heel inle. jssante dingen. Ook de gewonden, die kunnen loopen, komen hier veel. 'tüoet me altijd erg aan, die jonge mannen te zien met verbrijzelde armen of handen. Ze zijn er echter heel gelaten onder en zeggen alleensla, 't is maar banjer zwaar voor ons Afrikaners" Vai.daag was het hier heel drukde bur gers, die de gevangenen van Kuruman hadden gebracht, kwamen allen eens kijken. Er was een jongen bjj van 15 jaar; 'tis toch wat voor een moeder zoo'o jongen zoon te laten gaan. Maar de Transvaabche vrouw doet in flinkheid niet voor den man onder, ja men zegt, ze wint 't verre. 'tZijn leuke types, de meesten van die mannen. Ik heb heel wat met hen afgepraat en banjer bedackjes gekregen. Ze vonden het niet goed, dat ik nog een jonge lady was en na den oorlog moet ik dan ook een man nemen, vonden ze. Ik heb beloofd er eens over te denken. sZijn de Engelschen ook jou vijanden?" »Ja", antwoordde ik, sjulli vyanden zijn ook de mijne; ik gevoel geheel met de Boeren mee" iMaar heb je je vyanden ook lief, juffer 7" Ik wist niet goed wat te antwoorden. »Dat moet je (ocli juffer; zal ik eens uitleggen hoe liet is Het lichaam haten we en mogen we haten, maar de ziel moeten we liefhebben en voor de zielen van de Engelschen moeten we bidden. Zal je 'took doen?" Dat alles komt er zoo eerlyk en oprecht uit, dat het je bepaald goed doet. sNiet het goede schieten, niet de mooie geweren doen hetbidden moeten we, dat de Heer met ons is. Zoo hebben onze voorvaderen ook gedaan. Die hebben het land vrijge vochten, omdat ze niet enkel op hun geweer want ik houd zoo van geluk." als ik in den vreemde gestorven waar een dokter gaanik zal je er heen stu ren, hoor. Ik kan je niet nog eens verliezen, nu ik je weergevonden heb." Ilij zag haar aan. „Zou het jo zeer veel verdriet doen, in dien je mij moest verliezen., May?" Zij schudde haar bekoorlijk hoofdje. „Mijn antwoord zal je ij del maken, diat weet ik," antwoordde zij. „Ja, ik overdrijf niet, Clinton maar ik geloof dat ik zou sterven, als ik je weer moest verliezen. Of als ik niet stierf, dan zou ik toch geen «ogenblik geluk meer hebben, zoolang ik leef. En dat zou bijna nog erger zijn dan de dood „En was?" vroeg hij. „Wat dan?" „O dan, liefste, dan zou ik bobben moeten berusten. Het zou de wil des hemels rijn ge weest. Maar ik zou nooit getrouwd rijn, Clinton. Als ik je op deze wereld verloren had dan zou ik geleefd hebben in de hoop je na den dood weer te vinden. Maar ik heb je niet verteren, lieveling." „"Veronderstelveronderstel alleen maar May dat ik je in -dien tijd vergaten, had een andere had liefgehad?" „Ik kan mij zoo itets niet voorstallen," zeide zij lachend. „Vraag mij liever te ver onderstellen dat de sterren van den hemel vallen of dat de zon weigert te schijnen of de vloed op te komen. Ik zou mij zoo iets niet kunnen voorstellen, al beproefde i'k het." Wordt vervolgd).

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Schiedamsche Courant | 1900 | | pagina 1