53*" Jaargang. Vrijdag 2 IVIaart 1900. No. 10180. Tusschen twee liefdes. BUITENLAND. SCHIEDAI1SCHE COURANT. Deze courant verschijnt dagelijks, met uitzondering van Zon- en Feestdagen. Prijs per kwartaalVoor Schiedam en Vlaardingen fl. 1.25. Franco per post fl. 1.65. Prijs per weekVoor Schiedam en Vlaardingen 10 cent. Afzonderlijke nummers 2 cent. Abonnementen worden dagelijks aangenomen. Advertentiën voor het eerstvolgend nummer moeten des middags vóór een uur aan het bureau bezorgd zijn. Bureau Boterstraat 68. Prijs der Advertentiën: Van 17 regels fl. 0.90iedere regel meer 121/2 cents. Reclames 30 cents per regel. Groote letters naar de plaaxs die zij innemen. Advertentiën bjj abonnement op voordeelige voorwaarden. Taneven hier van ziin gratis aan het Bureau te bekomen. In de nummers, die Dinsdag- en Zaterdagavond verschijnen, worden zoogenaamde ZcSeine advertentiën opgenomen tot den prijs van 40 cents per advertentie, by vooruitbetaling aan het Bureau te voldoen. Interc. Telefoon So. 123. Algemeen overzScli». SCHIEDAM, 1 Maart 1900. »E «OBI.OG. De toestand. De Boeren hebben Ladysmith opgegeven; Engelsche troepen zijn de stad binnengetrok ken. Generaal Bulier heeft eindelijk zijn an ge kregen. dinsdagavond hebben twee brigades onder arren, gesteund door Bai bcrton s brigade de hoofdstellingen der Boeren bij Pi eters genomen en, zooals Bulier hot uit drukt, „den vijand m alle lichtingen ver strooid". Alleen op Bulwana-heuvel scheen nog een groot aantal Boeren te zijn geble ven. Daarop is Dundonaid met bereden troepes vooruitgerukt naar Ladysnutli en daar gis teravond aangekomen Dat de Boeren het beleg van Ladysmitli niet Ihandhaven, Buffer's opdringen niet te genhouden konden, was 11a. Cronjé's capitu latie te denken. De republikeinen hebben nu hun troepen noodig in den "Vrijstaat Te be treuren is het echter, dat do Boerenkomman- do's niet eerder zijn teruggetiokken uit Na- tal; wellicht had daardoor Cronjé's capitu latie voorkomen kunnen worden. Niet onmogelijk is het echter dat een be langrijk deel van het Boeaenleger in Natal naar den Vrijstaat is gerukt om Cronjé te lielpen. Er is gesproken van Boerenkomman- do's nib Natal die door lord Roberts waren afgeweerd. Wanneer dit inderdaad zoo blijkt want er is nog o zooveel dat met duide lijk is in de jongste berichten dan krij gen de feiten er een eenigszms ernstiger aan zien door, ofschoon daartegenover staat, dat zich nu reeds een aanzienlijk Boerenleger in den Vrijstaat bevindt. Maar er is meer. Ook in de Kaapkolonie dringen de Engelschen vooruit Bensburg is eveneens aan de Boeren ontnomen en weder door de Engelschen bezet. Wij mogen hier uit afleiden, dat Clemens oprukt naar den Vrijstaat, en dat (hem dit niet langer, al thans niet zoo krachtig, wordt belet als tot nu toe, waarschijnlijk omdat ook de Boeren legers m liet Noorden der Kaapkolonie zich in den Vrijstaat co neen tree ren, voor zoover dit niet reeds is geschied. Zullen wij' nu wanhopen, nu overal de fcrijigsfortuin de Boeren in den steek schijnt te laten Er is onzes inziens geen reden voor. Lord Roberts zal nu m den Vrijstaat te' doen hebben met een geduchte Bowenmaclit, waarin wij nog groot vertrouwen mogen stel len. Te meer omdat Cronjé's capitulatie in een ander licht begint te komen. Blijkbaar is het niet de kem van Cronjé's leger dat zich aan de Engelschen heeft moeten overgeven. Het gros van dab leger is met het beste en groot ste deel der artillerie ontkomen. Want toen Reuter gisteren sprak van. 15 kanonnen der Roeren die in bandon der Eng -hen waren gevallen, heeft hij door een eig nterprota- tie van een misschien onduidf bericht de buitenland'sche pers misleid. Van „drie 7.5 o.M. Krupp negenponders" maakte liijl „drie 7.5 c.M. Krupp-kanonnen en negen één-ponders". Zoodoende zijn niet 15, maar slechts 6 stukken geschut, en dan nog klein© en waarschijnlijk oude, den En gelschen in handen gevallen Het ergste gevolg van Cronjé's capitulatie DOOR CHARLOTTE M. BRAEHME. 52) Toen zag riji hem weer verbaasd aan. „Maar, Clinton, je bent zoo veranderd. Als ik je ia vroegere dagen die zelfde vraag 'had gedaan, zon je wel, zou je geheel an ders heibben geantwoord." „Hoes zou ik dan hebben geantwoord 1" vroeg (hij met een poging om het verdriet dab hem somber maakte, van zich. af te schud den. „Toen zou je verrukt zijn geweest en zon je mij een overvloed van have woordjes heb ben gezegd,' antwoordde zij. „En nu neem je het zoo koel op als iets dat vanzelf spreekt. En," voegde zij er oij, ,gk heb toch nog niet zoo'n van-zelf-sprekende leeftijd bereikt." „Dat zon ik niet hopen," zei Mj. „O ja, May, ik höb je lief, niet even lief, maar dut zendmaal meor dan vroeger." Indiien een man wil weten, wat wericeilij(k liefde is, en hoe die kan toenemen, laat hem dan maar geloovem dat de vrouw die Mj lief heeft, voor hem verloren is; dat zal hem «aeer leeren dan jaren van geluk, in haar bij rijn doorgebracht. Zij scheen nu weer tevreden; zij' keek naar knappe, bleeke gelaat voor haar em glimlachte. „Eigenlijk," dacht rij, „is die verandering en Ladysmith's ontzet dunkt ons evenwel de moreele indruk dien deze overwinningen der Engelschen in de Kaapkolonie zullen maken. Bijzonderheden over do laatste ernstige gebeurtenissen ontbreken no-o*. Wij willen al leen vermeiden dat, volgens een Excliange- bencht, Cronjé nog in den nacht van Z011- das* op Maandag een poging (heeft gedaan om zich door de Engelschen lieen te slaan. Roberts en Cronjé. Telegrammen uit Paardeberg beschrijven de ontmoeting tusschen Robeits en Cionjé als volgt: Lord Roberts wandelde heen en weer voor het rijtuig dat als zyn slaapkamer dienst doet. Hij liet een detachement Hooglanders aan treden. Naarmate de groep ruiters naderde, kon men duideiyker, aan generaal Pretyman's rechterzijde, een grijsaaid te paaid zien, het hoofd gedekt door een vilten hoed met bree- den rand, gekleed in een korte jas van grove stof, een broek van ordinaire serge en met geel-leeien laarzen. Dat was de geduchte Cronjézijn gelaat was gebruind door het leven in de open lucht zijn kroezend haar was doorzaaid met zilve ren draden. Cronjé's gelaat stond volkomen strak. Er was niet het minste spoor van treurigheid op te lezen. Lord Robeits en zijn staf bleven staande generaal Prelyman afwachten. Deze stelde generaal Cionjé voor met deze woorden: «Kommandant Cronjé, mijne heeren." Bij die woorden maakte Cronjé het militair saluut. Generaal Roberts beantwoordde het saluut en de geheele groep ruiters steeg af. Toen kwam maarschalk Roberts naar voren en drukte den Boerenkommandant de hand, zeggende: «Mijnheer, u hebt u dapper ver dedigd". Daarop noodigde generaal Roberts den held aan zijn tafel. Reuter voegt hieraan toe: Tot nu toe zijn 3700 gevangenen, voorts drie maxim- en drie andere kanonnen door de Engelschen geteld. De Engelsche pers. De geheele Europeesche pers bespreekt natuurlijk het eerste groote échec der Boeren en wikt en weegt de kansen, met het oog op de gevolgen die Cronjé's capitulatie na zich kan sleepen De Engelsche bladen zijn over het geheel doordrongen van de wetenschap dat de oor log nu eerst recht begint. Wat niet weg neemt, dat niet onbesproken blijft hoe het later zal gaan, als de balans ten gunste van Engeland is doorgeslagen. Zoo weert de «Times" den raad der bui- tenlandsche pers af om een dappeien vijand te eei biedigen. Dat doen de Engelschen immers altijd (bv. door den verslagen vijand neer te stooten als bij Elandslaagte 1). En het is ook Engeland's belang, zegt het blad. Want «wij willen van hen Britsche onderdanen maken en terwijl de strjjd, dien wy daarvoor strij den nog voortduurt, zullen we ons best doen om hun vooringenomenheid tegen ons te verminderen. En dan vervolgt de «Times" «Wij hebben nooit uit het oog verloren het feit dat beide rassen in Afrika samen moeten leven zooals wij hopen als broeders onder de Britsche vlag. Dat is de eenige staatkunde die aan Zuid-Afrika een onafge- in hem geheel mijn schuld. Het is doordat hij miji zoo liefhad, en zooveel verdriet om nmj had, dab (hi) zoo is veranderd. Ik rnbei trachten hem weer tot den gelukkigen man van vroeger te makenhoe zwaar die baak ook moge rijn, ik zal die met geduld volvoe ren." „May," zei hij ernstig en treurig. „May, ik zou je graag iets willen zeggen." Hij had nu al zijn moed samengevat, Maar rij wendde hem haar lachend gelaat toe. „Ik wilde je ook wel iets zeggen, Clinton. Luister eerst even naar mij. Kijk eens naar built en, liefste. Zie hoe de zon soiiij'ntzie hoe de bloemen bloeien; zie hoe de taidken in groene kleedij pronkenhoor hoe de vo gels zingen en de bijen gonzenrie hoe schoon en liefelijk alles is, juist alsof de Nto tuur zelve ridh. er over verheugt dat wij el kander terug hebben gevonden. Lieveling, laat ons geen ernstige woorden spreken of over ernstage dmgen praten, maar iaat cms dezen dag doorbrengen in zonneschijn, dat heb de gelukkigste dag van ons leven zij." XXX. Een teleurgestelde vrouw. „De gehikteiigtste dag onzes leven®," herhaal de Lady May. „O, Clinton, hoe lang is het geleden sinds ik een werkelijk gelukkigen dag höb doorgebracht nooit sinds je waart weggegaan. En denk er nu om wat je hebt beloofd* geen sombere blik en geen somber broken vrede kan geven. Maar om deze staatkunde te volvoeren, achten wjj het noodig onze suprematie zoo sterk te grond vesten dat ze niet weder betwist kan worden. Het is een vast en onveranderlijk besluit van het Britsche volk om den Boeren geen vredesvoorwaarden voor te schrijven, dan die wij hun zullen dicteeren te Pretoria na hun onvoorwaardelijke overgaaf. Dan en niet eer zullen wij de overgangsbepalingen bekend maken die noodig zullen zjjn totdat wy veilig liet stemrecht kunnen toevertrouwen aan de menschen die wij hun wapens ontnomen hebben". Ook de «Daily Telegraph" is van oordeel dat te Pietoria de Britsche vlag moet eu zal waaien, vóór het einde van den oorlog. Overigens ziet het blad de toekomst roos kleurig in. Paardeberg noemt het een zoo volmaakt mogelijke en afdoende overwinning, waardoor de buitenlandsche pers een gansch anderen toon zal aanslaan over den uitslag van den oorlog. «Het tijdperk van de neder lagen is voorbij. Wy zullen een tijd van misschien niet gemakkelijke, doch geleidelijke successen intreden en zullen misschien Pre toria niet behoeven te belegeren." Ook de d Daily Mail" juicht. Er is meer bereikt, zegt het blad, dan de nederlaag, de omsingeling en de gevangenneming van 4000 Boeren door 45,000 man Britsche troepen. De onafgebroken nederlagen zijn vervangen door een flink georganiseeide overwinning. De sDaily Graphic" is vooral getroffen door het samentreffen van Cronjé's capitu latie met den Majuba-dag. Het blad ziet daarin een «geheimzinnige beteekenis", een «coin- cidentie die niet zal nalaten indruk te maken op de fatalistische verbeelding der Boeren en aan het herstelde prestige der Britsche wapenen een soort mystieke rechtvaardiging zal geven. Nooit werd zeker een merkwaar diger wraak geboekstaafd". Het blad zou zich verbazen als deze om standigheid den weerstand der Boeren niet gevoelig knakte. Ook de «Morning Ledder", het eenige orgaan dat geen oogenblik getransigeerd heeft met zijn gevoel van afkeer van dezen oorlog, spreekt over Majuba, maar op geheel anderen toon. Het volk vat Cronjé's capitulatie op als de wraak voor Majuba. Nu bestaat dus niet meer het argument dat Majuba gewroken moet worden, het argument dat tot dusver werd aangevoerd tegen een staatkunde van lechtvaardigheid en gezond verstand. Lord Salisbury en zyn mede-ministers zijn dus verder verantwoordelijk voor het voortduren der slachting. De Daily News" en de nDaily Chronicle" zien in deze overwinning slechts een eersten stap. Ook de «Standard". Dit conservatieve orgaan verwacht wel een diepen indruk van Cronjé's overgave en het uiteenslaan van «het es ige georganiseerde Boerenleger be halve dat in Natal", dieper indruk zelfs dan wanneer Cronjé met het overblijfsel van zijn leger gesneuveld waren. Maar het blad kan niet aannemen dat de tegenstand der Boeren thans gebroken is. De capitulatie van Cronjé's leger verzwakt hen in getalsterkte slechts weinig. Zjj hebben vier duizend man verloren, doch behouden negen tienden van hun leger en hun zwaar geschut. De meening der wereld. Van het oordeel der buitenlandsche pers deelden wy gisteren reeds eenige staaltjes woord. Wij willen dezen dag doorbrengen tusschen de bloemen, en onbezorgd en geluk kig- rijn als twee vlinders in de zonnige zo merlucht." Hij kon baar niet weerstaan. „Ik zal écn gelukkigen dag doorbrengen," zei iliij bij zichzelf„één dag waarop wsij' bei den zullen kunnen terugzien als op den laat- sten dag in het Paradijs. Ik zal het haar vanaivond zeggen; voordat ik wegga. Bén ge lukkige dag in een geheel mensehenleven dat zal de hemel mij toch zeker niet mis gunnen." „Wij zullen deze boeken medenemenrij moeten dienst doen als een voorwendsel om onzen tijd te verbeuzelen. Wij zullen naar de serre gaan en daar moet je mij alles vertel len wat je sinds onze scheiding hebt gedaan, Clinton." Gave de hemel dat hij het kon geen be ter plaats kom hij zich wensdhen; maar in het vertellen lag de moeilijkheid. Hij noem de zich zelf laf en trouweloos, toen hij haar volgde; hiji verwensehte zich zelf; Mj ver- wenschte het daglichtdo zonneschijn en de bloemen haatte hijhet scheen hem toe dat zijn (hersens vlamden het gewicht van rijn onuitgesproken geheim drukte hem lood zwaar. Lady May ging hem voor naar de koele, geurende serre waar twee stoelen dicht bij de bloemen stonden. „Laat ons liier gaan zitten," zeide rij, „Herinner je je, CHnton, hoe düwijls wij Mer hebben gezeten, voordat je wegging? Dit is een van de plaatsen, waar ik heb liefst zit mede. Men verwacht van de nederlaag der Boeren ernstige gevolgen voor de verderen oorlog. Ook de Oostenryksche en de Italiaao- sche bladen oordeelen aldus. De «Tribuna" te Rome meent allerminst dat de overgave een eind zal maken aan den oorlog, maar de moreele invloed zal zeer groot zijn. De oorlog is 'hans een nieuw stadium ingetre den dat groote verrassingen kan brengen. Er kan evenwel niet den minsten twijfel bestaan aan den einduitslag. Uit de Fransche bladen hebben wjj ook al een eu ander medegedeeld. De »Temp$" en de «Liberié" oordeelen zooals de lezer reeds weet, dat de tijd voor interventie ge komen is. De «Presse" is van gelijke mea ning. «Wellicht", zegt het blad, «zal Europa, als het nog een greintje ridderlijk gevoel en medelijden heeft, bedenken dat de tijd daar is om tusschenbeide te komen en een eind te maken aan den Moedigen en onrecht- vaardigen oorlog. De «Aurore" ziet in het gebeurde voor Engeland geen reden om trotscli te zijn en is overtuigd dat de dag zal komen waarop het eens liberale, nu chauvinistische volk weer zich zelf gelijk zal worden en de ge beurtenis die het thans viert, een der minst roemrijke feiten in zijn geschiedenis zal achten. Zooals de «Morning Post" lord Roberts prijst, spreekt het «Journal des Débats" zijn vei trouwen uit io Kruger. Door Cronjé's capitulatie staat weliswaar Bloemfontein open voor de Engelschen, en zijn zij zeker van het bezit van een deel van den Vrijstaat, maar Kruger zal den moed niet laten zinken. «President Kruger is de man van den strijd tot den dood", zegt de «Débats". «Hij weet zeer goed wat de Engelschen willenhij weet dat de vrede alleen gesloten kan worden ten koste van de onafhankelijkheid en het bestaan der republieken. Hij zal tot het uiterste volhouden, en er is alle reden om aan te nemen, dat de Boeren hem zullen steunen". De sMatin" gelooft niet dat Cronjé's capi tulatie een einde zal maken aan den oorlog, tenzij de Engelschen vredesvoorstellen doen. Tegenover het door de aanstichters van den oorlog nagestreefde doel, meent het blad evenwel niet te mogen aannemen dat de Engelschen zoo grootmoedig zullen zijn. Do «Gaulois" zegt dat Engeland zeer ver standig zou doen met nu den vrede in te leiden, maar gelooft evenmin dat het unio- nistiseh-imperialistisch ministerie, waarvan Chamberlain de eigenlijke leider is, daartoe zal besluiten. In hetzelfde blad doet de nationalist Thiébaud een beroep op Keizer Wilheim's ridderlijkheid om ten gunste van den vrede tusschenbeide te komen, en herinnert daarbij aan 's Keizers bekend telegram aan Kruger na den inval van Jameson. «De «Éclair" verwacht hetzelfde van de mogendheden. Zij moeten verder bloedver gieten beletten. Geheel Europa staat aan de zijde der Boeren. Wij willen besluiten met van t wee curiosa te gewagen. Het eerste is dat de «Intransigeant" een inschrijving opent voor een eeresabel aan Cronjé. Wij hopen dat Cronjé van Rochefort's hulde niet gediend zal zijn. Het tweede levert Yves Guyot. Deze dwaze Boerenhater vermaakt zich met in de «Siècle" op te merken, dat hg het wei gedacht had. hier drong zich de gedachte aan jou altijd zoo sterk aan mij op. Ik kon moeilijk deu ken dat wij Mer nog eens rij aan zij zouden ritten." „Het leweni is een mysterie," zei hij. „Waarom doen we dmgen, waarom weten wij zo, waarom verrichten wijl bepaalde han delingen en laten wij andere ongedaan het is alles een mysterie." Dat was niet bepaald (het antwoord, dat zij verwachtte, en het trof haar als iets vreemds, dat Mj niet antwoordde op haar hartelijke woorden. „Ik denk," antwoordde zij, „dat wij zelf menig mysterie scheppen, zoo goed als me nig verdriet." „Waar* zullen wij1- over praten vroeg hij met een poging om een luchtige zorgeloos heid voor te wenden die hem evenwel zeer slecht afging. OO „Er zijn maar twee onderwerpen, geschikt om op dezen liefelijken morgen te bespre ken," tde zij, „liefde en bloemen." „Over beide is het gemakkelijk mot je te spreken," zei hij. En weer sloeg Lady May haar onschuldige oogen verbaasd naar (heart op Er lag iets gedwongen-onnatuurlijks in zijn houding; zijn stem had niet den waren klank; zijn glimlach was niet zonnig, rijn. complimentjes hadden zelfs iets onnatuur lijks en stijfs. „Clinton," zeide zij, „ik heb nooit iemand' zoo veranderd gerien als jij bent; de tijd is wreed voor je geweest." „'Niet de tijd was het," zei hij/ joeinzend; „jij ben het geweest, May." I Ja, die zijn er altijd, menschen die «wel gedacht hadden dat het zóó zou loopen". Amerikaansche stemmen. Van de New-Yorksdhe bladen achten de „Tribune" en het „Journal and Advertiser" liet oogenblik voor Engeland gekomen om zich grootmoedig en verzoeningsgezind te toonen. De „World" en de „Staatszeitung" meenea dat het groote gewicht der overwinning niet te miskennen is; het laatste blad oordeelt den uitslag niet twijfelachtig; gebleken, is dat de Boeren ten eenen male ongeschikt zijn voor oen aanvallenden oorlog. Daarentegen zegt de „Sun" dat de wereld zkBi zal verbazen, wanneer rij verneemt mot welk gering aantal de Boeien Engeland ge dwongen hebben al rijp. militaire krachten uit te putten. Een nieuw stadium, treedt do oorlog in, waarin Roberts nog menige zware strijd wacht. De „New-York Herald" vindt dat de over winning der Engelschen voor hen uit diplo matiek oogpunt zeer gelegen komt met het oog op dc stemming ten gunste der Boeren in de Vereenigde Staten, die wel eens haar invloed op do regeering zou kunnen doen gel den, al is Engeland ook zeker van de sympa- tliie der machtige finandeole en conservatie ve elementen in de Unie. <2cmengde INededeclIngen. Naar de «Daily Telegraph" uit Berlyn verneemt heeft keizer Wilhelm telegrammen gezonden aan Koningin Victoria en den prins van Wales (1), waarin hij hen in hartelijke woorden gelukwenscht met lord Roberts' succes. Ook het Italiaansche Koningspaar zond zijn gelukwenschen. Lord Roberts' vrouw maakt toebereidselen om naar Zuid-Afrika te vertrekken. Men maakt daaruit op dat men niet spoedig op een staking der vijandelijkheden behoeft te rekenen. Bij de verkiezing voor hel Lagerhuis te Mayo werd de nationalist O'Donnel, met 2410 stemmen gekozen. Mac Bride, de nationalist, die op het oogenblik de Iersche brigade aan voert, welke aan de zijde der Boeren strijdt, verkreeg 427 stemmen. Het Britsche Lageihuis verwierp gisteren met 199 tegen 175 stemmen het ontwerp betreflende den achturenwerkdag voor mijn werkers. Volgens het «Petit Journal" blijft het proces-Zola voor de tweede helft van Maart op de rol van de gezworenen van Versailles, Wel heeft minister De Galhfet generaal Luxer, den voorzitter van den krijgsraad die Ester- hazy vrijsprak, geschreven dat het belang des lands het opgeven van het proces gebiedt, maar de leden van den krijgsraad schenen er anders over te denken. Er is eenige beterschap gekomen in -De Galiifet's toestand. De Duitsche Rijksdag heeft in derde lezing het voorstel van Winterer aanger unen tot afschaffing aan de dictatuurparagraaf voor Elzas-Lotharingen en vervolgens een eerste en tweede lezing een voorstel om de recht- streeksche verkiezing voor de leden der Elzas-Lotharingsche delegatie in te voeren. Do vuurroode blo® die baar wangen kleur de, sdheen hem weer tot zichzelf te brengen. „"VVat een onedelmoedig woord!" riep Mj uit. „Ik sdhaam mijl over mijzelf. Ik dacht (hardop. May, je moet het miji vergeven." „Een gedachte is oven moeilijk te verge ven als woorden," antwoordde rij. „O Chn, ton, zal je aan mijn fouten blijtven denken „Ik was niet van plan er over te spreken, zei Mjl Ziji viel horn in de redo: „Eigenlijk hub je gelijk, Clinton het is volkomen mijn schuld. Je waart gelukkig, voordat je mij kende." „Dat ik jou (heb gekend, heeft het geluk van mijn leven uitgeanaaibt, May," antwoord de hij. Zij legde de boeken neer en boog naar hem over. Zij legde haar blanke, met juweelen ge tooide hand op rijn voorhoofd en wreef met haar lieven vinger de rimpels glad. „Heb i'k dat gedaan?" zeide zijl „Ben ik het geweest die je heb veranderd wie (heeft het licht en de vroolijldieid van het galaat genomen, dat ik zoo liefheb? Ben ik het ge weest die je zorgelijk en verdrietig heb ge maakt? O lieveling, vergeef mij ik zal mijn leven geven om je weer geluikikiig te ma ken'. Ik zal geduld hébben; ik zal wachten tot het licht in je oogen, de glimlach op je lippen terugkeert. Ik voorspel je dat je bin nen drie weken weer de man van vroeger zult wezen." Maar Mj zeide met een cmderdruikten zucht bij ridhzelf„Nooit nooit weer." Wordt vervolgd).

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Schiedamsche Courant | 1900 | | pagina 1