53*" Jaargang.
Vrijdag 2 IVIaart 1900.
No. 10180.
Tusschen twee liefdes.
BUITENLAND.
SCHIEDAI1SCHE COURANT.
Deze courant verschijnt dagelijks, met uitzondering van Zon- en Feestdagen.
Prijs per kwartaalVoor Schiedam en Vlaardingen fl. 1.25. Franco
per post fl. 1.65.
Prijs per weekVoor Schiedam en Vlaardingen 10 cent.
Afzonderlijke nummers 2 cent.
Abonnementen worden dagelijks aangenomen.
Advertentiën voor het eerstvolgend nummer moeten des middags vóór een uur
aan het bureau bezorgd zijn.
Bureau Boterstraat 68.
Prijs der Advertentiën: Van 17 regels fl. 0.90iedere regel
meer 121/2 cents. Reclames 30 cents per regel. Groote letters naar de plaaxs die zij
innemen.
Advertentiën bjj abonnement op voordeelige voorwaarden. Taneven hier
van ziin gratis aan het Bureau te bekomen.
In de nummers, die Dinsdag- en Zaterdagavond verschijnen, worden
zoogenaamde ZcSeine advertentiën opgenomen tot den prijs van 40 cents
per advertentie, by vooruitbetaling aan het Bureau te voldoen.
Interc. Telefoon So. 123.
Algemeen overzScli».
SCHIEDAM, 1 Maart 1900.
»E «OBI.OG.
De toestand.
De Boeren hebben Ladysmith opgegeven;
Engelsche troepen zijn de stad binnengetrok
ken.
Generaal Bulier heeft eindelijk zijn an ge
kregen. dinsdagavond hebben twee brigades
onder arren, gesteund door Bai bcrton s
brigade de hoofdstellingen der Boeren bij
Pi eters genomen en, zooals Bulier hot uit
drukt, „den vijand m alle lichtingen ver
strooid". Alleen op Bulwana-heuvel scheen
nog een groot aantal Boeren te zijn geble
ven.
Daarop is Dundonaid met bereden troepes
vooruitgerukt naar Ladysnutli en daar gis
teravond aangekomen
Dat de Boeren het beleg van Ladysmitli
niet Ihandhaven, Buffer's opdringen niet te
genhouden konden, was 11a. Cronjé's capitu
latie te denken. De republikeinen hebben nu
hun troepen noodig in den "Vrijstaat Te be
treuren is het echter, dat do Boerenkomman-
do's niet eerder zijn teruggetiokken uit Na-
tal; wellicht had daardoor Cronjé's capitu
latie voorkomen kunnen worden.
Niet onmogelijk is het echter dat een be
langrijk deel van het Boeaenleger in Natal
naar den Vrijstaat is gerukt om Cronjé te
lielpen. Er is gesproken van Boerenkomman-
do's nib Natal die door lord Roberts waren
afgeweerd. Wanneer dit inderdaad zoo blijkt
want er is nog o zooveel dat met duide
lijk is in de jongste berichten dan krij
gen de feiten er een eenigszms ernstiger aan
zien door, ofschoon daartegenover staat, dat
zich nu reeds een aanzienlijk Boerenleger in
den Vrijstaat bevindt.
Maar er is meer. Ook in de Kaapkolonie
dringen de Engelschen vooruit Bensburg is
eveneens aan de Boeren ontnomen en weder
door de Engelschen bezet. Wij mogen hier
uit afleiden, dat Clemens oprukt naar den
Vrijstaat, en dat (hem dit niet langer, al
thans niet zoo krachtig, wordt belet als tot
nu toe, waarschijnlijk omdat ook de Boeren
legers m liet Noorden der Kaapkolonie zich
in den Vrijstaat co neen tree ren, voor zoover
dit niet reeds is geschied.
Zullen wij' nu wanhopen, nu overal de
fcrijigsfortuin de Boeren in den steek schijnt
te laten Er is onzes inziens geen reden voor.
Lord Roberts zal nu m den Vrijstaat te'
doen hebben met een geduchte Bowenmaclit,
waarin wij nog groot vertrouwen mogen stel
len.
Te meer omdat Cronjé's capitulatie in een
ander licht begint te komen. Blijkbaar is het
niet de kem van Cronjé's leger dat zich aan
de Engelschen heeft moeten overgeven. Het
gros van dab leger is met het beste en groot
ste deel der artillerie ontkomen. Want toen
Reuter gisteren sprak van. 15 kanonnen der
Roeren die in bandon der Eng -hen waren
gevallen, heeft hij door een eig nterprota-
tie van een misschien onduidf bericht de
buitenland'sche pers misleid.
Van „drie 7.5 o.M. Krupp negenponders"
maakte liijl „drie 7.5 c.M. Krupp-kanonnen
en negen één-ponders". Zoodoende zijn niet
15, maar slechts 6 stukken geschut, en dan
nog klein© en waarschijnlijk oude, den En
gelschen in handen gevallen
Het ergste gevolg van Cronjé's capitulatie
DOOR
CHARLOTTE M. BRAEHME.
52)
Toen zag riji hem weer verbaasd aan.
„Maar, Clinton, je bent zoo veranderd.
Als ik je ia vroegere dagen die zelfde vraag
'had gedaan, zon je wel, zou je geheel an
ders heibben geantwoord."
„Hoes zou ik dan hebben geantwoord 1"
vroeg (hij met een poging om het verdriet dab
hem somber maakte, van zich. af te schud
den.
„Toen zou je verrukt zijn geweest en zon
je mij een overvloed van have woordjes heb
ben gezegd,' antwoordde zij. „En nu neem
je het zoo koel op als iets dat vanzelf spreekt.
En," voegde zij er oij, ,gk heb toch nog niet
zoo'n van-zelf-sprekende leeftijd bereikt."
„Dat zon ik niet hopen," zei Mj. „O ja,
May, ik höb je lief, niet even lief, maar dut
zendmaal meor dan vroeger."
Indiien een man wil weten, wat wericeilij(k
liefde is, en hoe die kan toenemen, laat hem
dan maar geloovem dat de vrouw die Mj lief
heeft, voor hem verloren is; dat zal hem
«aeer leeren dan jaren van geluk, in haar bij
rijn doorgebracht.
Zij scheen nu weer tevreden; zij' keek
naar knappe, bleeke gelaat voor haar em
glimlachte.
„Eigenlijk," dacht rij, „is die verandering
en Ladysmith's ontzet dunkt ons evenwel de
moreele indruk dien deze overwinningen der
Engelschen in de Kaapkolonie zullen maken.
Bijzonderheden over do laatste ernstige
gebeurtenissen ontbreken no-o*. Wij willen al
leen vermeiden dat, volgens een Excliange-
bencht, Cronjé nog in den nacht van Z011-
das* op Maandag een poging (heeft gedaan om
zich door de Engelschen lieen te slaan.
Roberts en Cronjé.
Telegrammen uit Paardeberg beschrijven
de ontmoeting tusschen Robeits en Cionjé
als volgt:
Lord Roberts wandelde heen en weer voor
het rijtuig dat als zyn slaapkamer dienst doet.
Hij liet een detachement Hooglanders aan
treden. Naarmate de groep ruiters naderde,
kon men duideiyker, aan generaal Pretyman's
rechterzijde, een grijsaaid te paaid zien, het
hoofd gedekt door een vilten hoed met bree-
den rand, gekleed in een korte jas van grove
stof, een broek van ordinaire serge en met
geel-leeien laarzen.
Dat was de geduchte Cronjézijn gelaat
was gebruind door het leven in de open lucht
zijn kroezend haar was doorzaaid met zilve
ren draden. Cronjé's gelaat stond volkomen
strak. Er was niet het minste spoor van
treurigheid op te lezen.
Lord Robeits en zijn staf bleven staande
generaal Prelyman afwachten. Deze stelde
generaal Cionjé voor met deze woorden:
«Kommandant Cronjé, mijne heeren."
Bij die woorden maakte Cronjé het militair
saluut.
Generaal Roberts beantwoordde het saluut
en de geheele groep ruiters steeg af. Toen
kwam maarschalk Roberts naar voren en
drukte den Boerenkommandant de hand,
zeggende: «Mijnheer, u hebt u dapper ver
dedigd".
Daarop noodigde generaal Roberts den
held aan zijn tafel.
Reuter voegt hieraan toe:
Tot nu toe zijn 3700 gevangenen, voorts
drie maxim- en drie andere kanonnen door
de Engelschen geteld.
De Engelsche pers.
De geheele Europeesche pers bespreekt
natuurlijk het eerste groote échec der Boeren
en wikt en weegt de kansen, met het oog
op de gevolgen die Cronjé's capitulatie na
zich kan sleepen
De Engelsche bladen zijn over het geheel
doordrongen van de wetenschap dat de oor
log nu eerst recht begint. Wat niet weg
neemt, dat niet onbesproken blijft hoe het
later zal gaan, als de balans ten gunste van
Engeland is doorgeslagen.
Zoo weert de «Times" den raad der bui-
tenlandsche pers af om een dappeien vijand
te eei biedigen. Dat doen de Engelschen immers
altijd (bv. door den verslagen vijand neer te
stooten als bij Elandslaagte 1). En het is ook
Engeland's belang, zegt het blad. Want «wij
willen van hen Britsche onderdanen maken
en terwijl de strjjd, dien wy daarvoor strij
den nog voortduurt, zullen we ons best doen
om hun vooringenomenheid tegen ons te
verminderen.
En dan vervolgt de «Times"
«Wij hebben nooit uit het oog verloren
het feit dat beide rassen in Afrika samen
moeten leven zooals wij hopen als broeders
onder de Britsche vlag. Dat is de eenige
staatkunde die aan Zuid-Afrika een onafge-
in hem geheel mijn schuld. Het is doordat
hij miji zoo liefhad, en zooveel verdriet om
nmj had, dab (hi) zoo is veranderd. Ik rnbei
trachten hem weer tot den gelukkigen man
van vroeger te makenhoe zwaar die baak
ook moge rijn, ik zal die met geduld volvoe
ren."
„May," zei hij ernstig en treurig. „May,
ik zou je graag iets willen zeggen."
Hij had nu al zijn moed samengevat,
Maar rij wendde hem haar lachend gelaat
toe.
„Ik wilde je ook wel iets zeggen, Clinton.
Luister eerst even naar mij. Kijk eens naar
built en, liefste. Zie hoe de zon soiiij'ntzie
hoe de bloemen bloeien; zie hoe de taidken
in groene kleedij pronkenhoor hoe de vo
gels zingen en de bijen gonzenrie hoe
schoon en liefelijk alles is, juist alsof de Nto
tuur zelve ridh. er over verheugt dat wij el
kander terug hebben gevonden. Lieveling,
laat ons geen ernstige woorden spreken of
over ernstage dmgen praten, maar iaat cms
dezen dag doorbrengen in zonneschijn, dat
heb de gelukkigste dag van ons leven zij."
XXX.
Een teleurgestelde vrouw.
„De gehikteiigtste dag onzes leven®," herhaal
de Lady May. „O, Clinton, hoe lang is het
geleden sinds ik een werkelijk gelukkigen dag
höb doorgebracht nooit sinds je waart
weggegaan. En denk er nu om wat je hebt
beloofd* geen sombere blik en geen somber
broken vrede kan geven. Maar om deze
staatkunde te volvoeren, achten wjj het
noodig onze suprematie zoo sterk te grond
vesten dat ze niet weder betwist kan worden.
Het is een vast en onveranderlijk besluit
van het Britsche volk om den Boeren geen
vredesvoorwaarden voor te schrijven, dan die
wij hun zullen dicteeren te Pretoria na hun
onvoorwaardelijke overgaaf. Dan en niet eer
zullen wij de overgangsbepalingen bekend
maken die noodig zullen zjjn totdat wy veilig
liet stemrecht kunnen toevertrouwen aan de
menschen die wij hun wapens ontnomen
hebben".
Ook de «Daily Telegraph" is van oordeel
dat te Pietoria de Britsche vlag moet eu
zal waaien, vóór het einde van den oorlog.
Overigens ziet het blad de toekomst roos
kleurig in. Paardeberg noemt het een zoo
volmaakt mogelijke en afdoende overwinning,
waardoor de buitenlandsche pers een gansch
anderen toon zal aanslaan over den uitslag
van den oorlog. «Het tijdperk van de neder
lagen is voorbij. Wy zullen een tijd van
misschien niet gemakkelijke, doch geleidelijke
successen intreden en zullen misschien Pre
toria niet behoeven te belegeren."
Ook de d Daily Mail" juicht. Er is meer
bereikt, zegt het blad, dan de nederlaag, de
omsingeling en de gevangenneming van 4000
Boeren door 45,000 man Britsche troepen.
De onafgebroken nederlagen zijn vervangen
door een flink georganiseeide overwinning.
De sDaily Graphic" is vooral getroffen
door het samentreffen van Cronjé's capitu
latie met den Majuba-dag. Het blad ziet daarin
een «geheimzinnige beteekenis", een «coin-
cidentie die niet zal nalaten indruk te maken
op de fatalistische verbeelding der Boeren
en aan het herstelde prestige der Britsche
wapenen een soort mystieke rechtvaardiging
zal geven. Nooit werd zeker een merkwaar
diger wraak geboekstaafd".
Het blad zou zich verbazen als deze om
standigheid den weerstand der Boeren niet
gevoelig knakte.
Ook de «Morning Ledder", het eenige
orgaan dat geen oogenblik getransigeerd heeft
met zijn gevoel van afkeer van dezen oorlog,
spreekt over Majuba, maar op geheel anderen
toon. Het volk vat Cronjé's capitulatie op als
de wraak voor Majuba. Nu bestaat dus niet
meer het argument dat Majuba gewroken
moet worden, het argument dat tot dusver
werd aangevoerd tegen een staatkunde van
lechtvaardigheid en gezond verstand. Lord
Salisbury en zyn mede-ministers zijn dus
verder verantwoordelijk voor het voortduren
der slachting.
De Daily News" en de nDaily Chronicle"
zien in deze overwinning slechts een eersten
stap. Ook de «Standard". Dit conservatieve
orgaan verwacht wel een diepen indruk van
Cronjé's overgave en het uiteenslaan van
«het es ige georganiseerde Boerenleger be
halve dat in Natal", dieper indruk zelfs dan
wanneer Cronjé met het overblijfsel van zijn
leger gesneuveld waren. Maar het blad kan
niet aannemen dat de tegenstand der Boeren
thans gebroken is. De capitulatie van Cronjé's
leger verzwakt hen in getalsterkte slechts
weinig. Zjj hebben vier duizend man verloren,
doch behouden negen tienden van hun leger
en hun zwaar geschut.
De meening der wereld.
Van het oordeel der buitenlandsche pers
deelden wy gisteren reeds eenige staaltjes
woord. Wij willen dezen dag doorbrengen
tusschen de bloemen, en onbezorgd en geluk
kig- rijn als twee vlinders in de zonnige zo
merlucht."
Hij kon baar niet weerstaan.
„Ik zal écn gelukkigen dag doorbrengen,"
zei iliij bij zichzelf„één dag waarop wsij' bei
den zullen kunnen terugzien als op den laat-
sten dag in het Paradijs. Ik zal het haar
vanaivond zeggen; voordat ik wegga. Bén ge
lukkige dag in een geheel mensehenleven
dat zal de hemel mij toch zeker niet mis
gunnen."
„Wij zullen deze boeken medenemenrij
moeten dienst doen als een voorwendsel om
onzen tijd te verbeuzelen. Wij zullen naar de
serre gaan en daar moet je mij alles vertel
len wat je sinds onze scheiding hebt gedaan,
Clinton."
Gave de hemel dat hij het kon geen be
ter plaats kom hij zich wensdhen; maar in
het vertellen lag de moeilijkheid. Hij noem
de zich zelf laf en trouweloos, toen hij haar
volgde; hiji verwensehte zich zelf; Mj ver-
wenschte het daglichtdo zonneschijn en de
bloemen haatte hijhet scheen hem toe dat
zijn (hersens vlamden het gewicht van rijn
onuitgesproken geheim drukte hem lood
zwaar.
Lady May ging hem voor naar de koele,
geurende serre waar twee stoelen dicht bij de
bloemen stonden.
„Laat ons liier gaan zitten," zeide rij,
„Herinner je je, CHnton, hoe düwijls wij Mer
hebben gezeten, voordat je wegging? Dit is
een van de plaatsen, waar ik heb liefst zit
mede. Men verwacht van de nederlaag der
Boeren ernstige gevolgen voor de verderen
oorlog. Ook de Oostenryksche en de Italiaao-
sche bladen oordeelen aldus. De «Tribuna"
te Rome meent allerminst dat de overgave
een eind zal maken aan den oorlog, maar
de moreele invloed zal zeer groot zijn. De
oorlog is 'hans een nieuw stadium ingetre
den dat groote verrassingen kan brengen.
Er kan evenwel niet den minsten twijfel
bestaan aan den einduitslag.
Uit de Fransche bladen hebben wjj ook
al een eu ander medegedeeld. De »Temp$"
en de «Liberié" oordeelen zooals de lezer
reeds weet, dat de tijd voor interventie ge
komen is. De «Presse" is van gelijke mea
ning. «Wellicht", zegt het blad, «zal Europa,
als het nog een greintje ridderlijk gevoel en
medelijden heeft, bedenken dat de tijd
daar is om tusschenbeide te komen en een
eind te maken aan den Moedigen en onrecht-
vaardigen oorlog.
De «Aurore" ziet in het gebeurde voor
Engeland geen reden om trotscli te zijn en
is overtuigd dat de dag zal komen waarop
het eens liberale, nu chauvinistische volk
weer zich zelf gelijk zal worden en de ge
beurtenis die het thans viert, een der minst
roemrijke feiten in zijn geschiedenis zal
achten.
Zooals de «Morning Post" lord Roberts
prijst, spreekt het «Journal des Débats" zijn
vei trouwen uit io Kruger. Door Cronjé's
capitulatie staat weliswaar Bloemfontein open
voor de Engelschen, en zijn zij zeker van
het bezit van een deel van den Vrijstaat,
maar Kruger zal den moed niet laten zinken.
«President Kruger is de man van den strijd
tot den dood", zegt de «Débats". «Hij weet
zeer goed wat de Engelschen willenhij
weet dat de vrede alleen gesloten kan worden
ten koste van de onafhankelijkheid en het
bestaan der republieken. Hij zal tot het
uiterste volhouden, en er is alle reden om
aan te nemen, dat de Boeren hem zullen
steunen".
De sMatin" gelooft niet dat Cronjé's capi
tulatie een einde zal maken aan den oorlog,
tenzij de Engelschen vredesvoorstellen doen.
Tegenover het door de aanstichters van den
oorlog nagestreefde doel, meent het blad
evenwel niet te mogen aannemen dat de
Engelschen zoo grootmoedig zullen zijn.
Do «Gaulois" zegt dat Engeland zeer ver
standig zou doen met nu den vrede in te
leiden, maar gelooft evenmin dat het unio-
nistiseh-imperialistisch ministerie, waarvan
Chamberlain de eigenlijke leider is, daartoe
zal besluiten.
In hetzelfde blad doet de nationalist
Thiébaud een beroep op Keizer Wilheim's
ridderlijkheid om ten gunste van den vrede
tusschenbeide te komen, en herinnert daarbij
aan 's Keizers bekend telegram aan Kruger
na den inval van Jameson.
«De «Éclair" verwacht hetzelfde van de
mogendheden. Zij moeten verder bloedver
gieten beletten. Geheel Europa staat aan de
zijde der Boeren.
Wij willen besluiten met van t wee curiosa
te gewagen.
Het eerste is dat de «Intransigeant" een
inschrijving opent voor een eeresabel aan
Cronjé. Wij hopen dat Cronjé van Rochefort's
hulde niet gediend zal zijn.
Het tweede levert Yves Guyot. Deze dwaze
Boerenhater vermaakt zich met in de «Siècle"
op te merken, dat hg het wei gedacht had.
hier drong zich de gedachte aan jou altijd
zoo sterk aan mij op. Ik kon moeilijk deu
ken dat wij Mer nog eens rij aan zij zouden
ritten."
„Het leweni is een mysterie," zei hij.
„Waarom doen we dmgen, waarom weten
wij zo, waarom verrichten wijl bepaalde han
delingen en laten wij andere ongedaan
het is alles een mysterie."
Dat was niet bepaald (het antwoord, dat zij
verwachtte, en het trof haar als iets vreemds,
dat Mj niet antwoordde op haar hartelijke
woorden.
„Ik denk," antwoordde zij, „dat wij zelf
menig mysterie scheppen, zoo goed als me
nig verdriet."
„Waar* zullen wij1- over praten vroeg hij
met een poging om een luchtige zorgeloos
heid voor te wenden die hem evenwel zeer
slecht afging.
OO
„Er zijn maar twee onderwerpen, geschikt
om op dezen liefelijken morgen te bespre
ken," tde zij, „liefde en bloemen."
„Over beide is het gemakkelijk mot je te
spreken," zei hij. En weer sloeg Lady May
haar onschuldige oogen verbaasd naar (heart
op Er lag iets gedwongen-onnatuurlijks in
zijn houding; zijn stem had niet den waren
klank; zijn glimlach was niet zonnig, rijn.
complimentjes hadden zelfs iets onnatuur
lijks en stijfs.
„Clinton," zeide zij, „ik heb nooit iemand'
zoo veranderd gerien als jij bent; de tijd is
wreed voor je geweest."
„'Niet de tijd was het," zei hij/ joeinzend;
„jij ben het geweest, May."
I
Ja, die zijn er altijd, menschen die «wel
gedacht hadden dat het zóó zou loopen".
Amerikaansche stemmen.
Van de New-Yorksdhe bladen achten de
„Tribune" en het „Journal and Advertiser"
liet oogenblik voor Engeland gekomen om
zich grootmoedig en verzoeningsgezind te
toonen.
De „World" en de „Staatszeitung" meenea
dat het groote gewicht der overwinning niet
te miskennen is; het laatste blad oordeelt
den uitslag niet twijfelachtig; gebleken, is
dat de Boeren ten eenen male ongeschikt zijn
voor oen aanvallenden oorlog.
Daarentegen zegt de „Sun" dat de wereld
zkBi zal verbazen, wanneer rij verneemt mot
welk gering aantal de Boeien Engeland ge
dwongen hebben al rijp. militaire krachten
uit te putten. Een nieuw stadium, treedt do
oorlog in, waarin Roberts nog menige zware
strijd wacht.
De „New-York Herald" vindt dat de over
winning der Engelschen voor hen uit diplo
matiek oogpunt zeer gelegen komt met het
oog op dc stemming ten gunste der Boeren
in de Vereenigde Staten, die wel eens haar
invloed op do regeering zou kunnen doen gel
den, al is Engeland ook zeker van de sympa-
tliie der machtige finandeole en conservatie
ve elementen in de Unie.
<2cmengde INededeclIngen.
Naar de «Daily Telegraph" uit Berlyn
verneemt heeft keizer Wilhelm telegrammen
gezonden aan Koningin Victoria en den prins
van Wales (1), waarin hij hen in hartelijke
woorden gelukwenscht met lord Roberts'
succes.
Ook het Italiaansche Koningspaar zond
zijn gelukwenschen.
Lord Roberts' vrouw maakt toebereidselen
om naar Zuid-Afrika te vertrekken.
Men maakt daaruit op dat men niet spoedig
op een staking der vijandelijkheden behoeft
te rekenen.
Bij de verkiezing voor hel Lagerhuis te
Mayo werd de nationalist O'Donnel, met 2410
stemmen gekozen. Mac Bride, de nationalist,
die op het oogenblik de Iersche brigade aan
voert, welke aan de zijde der Boeren strijdt,
verkreeg 427 stemmen.
Het Britsche Lageihuis verwierp gisteren
met 199 tegen 175 stemmen het ontwerp
betreflende den achturenwerkdag voor mijn
werkers.
Volgens het «Petit Journal" blijft het
proces-Zola voor de tweede helft van Maart
op de rol van de gezworenen van Versailles,
Wel heeft minister De Galhfet generaal Luxer,
den voorzitter van den krijgsraad die Ester-
hazy vrijsprak, geschreven dat het belang des
lands het opgeven van het proces gebiedt,
maar de leden van den krijgsraad schenen
er anders over te denken.
Er is eenige beterschap gekomen in -De
Galiifet's toestand.
De Duitsche Rijksdag heeft in derde lezing
het voorstel van Winterer aanger unen tot
afschaffing aan de dictatuurparagraaf voor
Elzas-Lotharingen en vervolgens een eerste
en tweede lezing een voorstel om de recht-
streeksche verkiezing voor de leden der
Elzas-Lotharingsche delegatie in te voeren.
Do vuurroode blo® die baar wangen kleur
de, sdheen hem weer tot zichzelf te brengen.
„"VVat een onedelmoedig woord!" riep Mj
uit. „Ik sdhaam mijl over mijzelf. Ik dacht
(hardop. May, je moet het miji vergeven."
„Een gedachte is oven moeilijk te verge
ven als woorden," antwoordde rij. „O Chn,
ton, zal je aan mijn fouten blijtven denken
„Ik was niet van plan er over te spreken,
zei Mjl
Ziji viel horn in de redo:
„Eigenlijk hub je gelijk, Clinton het is
volkomen mijn schuld. Je waart gelukkig,
voordat je mij kende."
„Dat ik jou (heb gekend, heeft het geluk
van mijn leven uitgeanaaibt, May," antwoord
de hij.
Zij legde de boeken neer en boog naar hem
over. Zij legde haar blanke, met juweelen ge
tooide hand op rijn voorhoofd en wreef met
haar lieven vinger de rimpels glad.
„Heb i'k dat gedaan?" zeide zijl „Ben ik
het geweest die je heb veranderd wie (heeft
het licht en de vroolijldieid van het galaat
genomen, dat ik zoo liefheb? Ben ik het ge
weest die je zorgelijk en verdrietig heb ge
maakt? O lieveling, vergeef mij ik zal
mijn leven geven om je weer geluikikiig te ma
ken'. Ik zal geduld hébben; ik zal wachten
tot het licht in je oogen, de glimlach op je
lippen terugkeert. Ik voorspel je dat je bin
nen drie weken weer de man van vroeger
zult wezen."
Maar Mj zeide met een cmderdruikten
zucht bij ridhzelf„Nooit nooit weer."
Wordt vervolgd).