54"" Jaargang. Tusschen twee liefdes. Verplichte Hengstepkenriiig. Vrijdag 6 April 1900. No. 10210. Kennisgeving. Kennisge vin g. Kennisgeving. BUITENLAND. SCHIEDAMSCHE COURANT. Deze courant verschijnt dagelijks, met uitzondering van Zon- en Feestdagen Prijs per kwartaalVoor Schiedam en Vlaardingen fl. 1.25. Franco per post fl. 1.65. Prijs per week: Voor Schiedam en Vlaardingen 10 cent. Afzonderlijke nummers 2 cent. Abonnementen worden dagelijks aangenomen. Advertentiën voor het eerstvolgend nummer moeten des middags vóór een uur aan 'iet bureau bezorgd zijn. BureauBoterstraat 6S. Prijs der Advertentiën: Van 1O regels f!. 0.92iedere regel meer 15 cents. Reclames 30 cents per regel. Groote letters naar de plaats die zij innemen. Advertentiën bij abonnement op voordeelige voorwaarden. Tarieven hier van zijn gratis aan het Bureau te bekomen. In de nummersdie Dinsdag- en Zaterdagavond verschijnen, worden zoogenaamde Ttleine advertentiën opgenomen tot den prijs van 40 eents per advertentie, bij vooruitbetaling aan het Bureau te voldoen. Interc. Telefoon Ko. 123. De Burgemeester van Schiedam, Brengt bij deze ter kennis van de ingezetenen: Dat het kohier der Personeele belasting no, 1, dezer gemeente, over het dienstjaar 1900, door den heer directeur der directe belastingen te Rot terdam op den 3den April 1900 executoir veiklaard, op heden aan den ontvanger dei directe belastingen ter invordering is overgemaakt. Voorts wordt bij deze herinnerd, dat een ieder verplicht is, zijnen aanslag op den bij de wet be paalden voet te voldoen; alsmede dat lieden de termijn van zes weken ingaat, binnen welken de reclames tegen dezen aanslag belmoren te worden ingediend. En is hiervan afkondiging geschied, waar het behoort, den 5den April iüOO. Dn Bin gemceslcr voornoemd, Bin W. II. JANSEN, W. B Beschrijving voor de Belasting op Bcdryfs- en andere Inkomsten. Burgemeester en Wethouders van Schiedam, Gezien het besluit van den lieer Commissaris der Koningin in de provincie Zuid-Holland van den 'disten Maart jl. litt. A, no. 377 (3de Afd.)prov blad no. 25, betrekkelijk de beschrijving voor de belasting op bedrijfs- en andere inkomsten voor het dienst jaar 1900/1901. Doen te weten Dat de beschrijving voor de belasting op bediijfs- en andere inkomsten voor liet dienstjaar 1900/190! in deze provincie zal aanvangen op Dinsdag den 1 sten Mei aanstaandeterwijl de beschrijvingsbil- jetten, ingevolge art. 13 1. tweede zinsnede, der wet van den 2den October 1803 (staatsblad no. 119) door of vanwege den ontvanger der dnecte be lastingen twintig dagen na de uitreiking zullen worden opgehaald Voorts worden de ingezetenen herinnerd aan de volgende bepalingen der wet op de bedrijfsbelasting: Art. 15 2: Ieder, die optreedt als bestuurder of beheereml vennoot van eene hier te lande ge vestigde vennootschap, onderlinge veizokeringinaat- schappij, coöperatieve vereeniging of van cene vereemging of stichting, die een bedrijf of beroep uitoefent, of als boekhouder eener hier te lande gevestigde reederij, is gehouden, dani van schriftelijk binnen éene maand kennis te geven bij liet bestuur der gemeente waar hij woont. Het gemeentebestuur handelt met deze kennis geving op de wijze, voorgesclnoven in de laatste zinsnede der vorige paragraaf. Art. 1G: Hier te lande wonende beheerende vennooten van Ncderlandsche vennootschappen en maatschappen als bedoeld in art. G 2, en van de in artikel 1 b bedoelde commanditaire vennoot schappen op aandcelen, bestuurders van hier te lande gevestigde naamiooze vennootschappen, coöperatieve en andere veiecnigingen en onderlinge verzekering maatschappijen, als ook boekhoudeis van hier te lande gevestigde reederijen mogen niet tot het doen van uitdcelingen of uitkecringen, waarover volgens artikel 5 1 en '2 en artikel G g 2 belasting verschuldigd is, overgaan, alvorens daarvoor aangifte gedaan en de over vroegere uitdeehngen of tut- keeringen verschuldigde belasting betaald te hebben. Bij liquidatie mogen de hier bedoelde uitdeelingen of uitkeeringen niet geschieden, alvorens de daar over verschuldigde belasting is voldaan. Art. 45Bestuurders van de bij artikel 1 ienc bedoelde naamiooze vennootschappen, coöperatieve vercenigingen, andere vereenigingen en stichtingen, die een bedrijf of beroep uitoefenen, ondeilmge DOOR CHARLOTTE M. BRAEHME. 82) „Oliffe House! O ja, dat is waar May May, hoe heet zo ook weer? woont." „Lady May Trevlyn," zei Adolf. Daisy dacht aan do initialen M. T. „Wat zeggen de mensclien wel van Sir Clinton en Lady May?" vroeg zij, terwijl zij een luchtigen. toon tradhtto aan te slaan. De bediende Lachte. „Als zij iots te zeggen hadden, dan zal het wol jaren geleden gezegd zijn. Als Sir Clin ton met haar wilde trouwen, dan kon hij mot haar getrouwd zijn; er is niets dat het in den weg staat. Ik heb wel hooren zeggen dat zij menige goede partij voor hem hóeft afge slagen." „Denk je dan dat ze van hem houdt?" vroeg Daisy driftig. „Er kan geen. kwaad ia stoken te zeggen •wat iedereen weet," zei Adolf. „Ik denk zes ker dat Lady Trevlyn hem lief heeft. Ik kan "niet zeggen of Sir Clinton haar liefde a.l dan niet beantwoordt. De waarheid is dat de menschen het opgegeven, hebben or over to babbelen; vroeger verbaasden wij er ons zeer over, maar dat is nu voorbij." Hoe gemakkelijk kon zij hem de oplossing hebben gegevenhoe gemakkelijk zou het ge weest zijn' te zeggen: „Ik weet waarom hij met mot haar kan trouwen; ik ben rijn, verzekeringmaatschappijen en sociëteiten, alsook beheerende vennooten van hier te lande gevestigde commanditaire vennootschappen op aandeelen en boekhouders van hier te lande gevestigde reede rijen, zijn gehouden, binnen veertien dagen na de vaststelling van balans of rekening een zoodanig nittieksel als noodig is tot toelichting der winst, uitkeeringen of uitdeelingen te doen toekomen aan den voorzitter der commissie van aanslag, bedoeld bij artikel 19 1 b of 2, die den aanslag moet regelen. Art. 47 5: Hij, die daartoe gehouden, nalaat de verplichtingen na te komen, bedoeld bij artikel 15 1 eeiste lid, en artikel 15 2 eerste lid, vvoidt gestiaft met eene geldboete van ten hoogste f25.—. Gelijke slraf wordt opgelegd ingeval van overtre ding van aitikel 45. Art 47 G: Overtreding van artikel 16 wordt gestraft met eene geldboete van ten hoogste f 400. Ait. 34 Handelsreizigers, kramers en alle verdere personen, die hun bedrijf of beroep iondtrekkende uitoefenen, voor zoover zij behooren tot de bedoelden bij art. 1 a, A en k, zijn gehouden, onvermmdeid hunne verplichtingen, omschreven bij artikelen 12 en 14, zich ter plaatse binnen het Rijk, waar 2ij zich na het begin van het belastingjaar het eerst bevinden, bij het gemeentebestuur schriftelijk aan te melden, met opgaaf van hun naam, hunne woon plaats en hun bedrijf of beroep. Ten blijke dat zij hieraan voldaan hebben, ontvan gen zij kosteloos een door of vanwege het hoofd van dat bestuur onderteekend Bewys, dat zij gehouden zijn mede te onderteekenen en op aan vraag aan ambtenaren der directe belastingen te vertoonen. Ait. 47 7: Personen, die van een bevvys voor zien moeten zijn als bedoeld in artikel 34 en die in gebreke blijven, dit bewijs op aanvrage aan bevoegde ambtenaren te vertoonen, worden gestraft met eene geldboete van ten hoogste f 25. Geven zij ter bekoming van dat bewijs van het bevoegd gezag een valscben naam, woonplaats, be drijf of beroep op, of maken zij gebruik van het aan een ander afgegeven bewijs dan worden zij gestraft met eene geldboete van ten hoogste ƒ150. Dat de ingezetenen van het rijk de bevoegdheid bezitten om zich bij de aanstaande beschrijving, de uitreiking van een beschrijvingsbiljet B te verzekeren door vóór of op 15 Moi a. s. liet verzoek daartoe schriftelijk te richten tot den ontvanger der directe belastingen over hunne woonplaats. En is hiervan afkondiging geschied, waar het behoort, den 4den April 1900. Burgemeester en Wethouders van Schiedam Mn. W. U. JANSEN. W. B. De Secretaris v. LUIK, L S Kleinhandel in sterken drank. Burgemne'ter en wethoudets van Schiedam brengen, ingevolge ait. 5 der wet tot regeling van den kleinhandel in sieiken drank en tot beteugeling van openbare dionkenschap (Staats blad no. 118 van 1885), Ier openbare kennis, dat bij hen een verzoek is ingekomen van J J. KNuPPE om vergunning tot verkoop van sterken drank in het klein voor liet pand aan do Hoofdstraat no. 33. Schiedam, den 5dén April 1900. Burgemeester en Wethouders voornoemd, Mr. W. II. JANSEN, W. B. De Secretaris, v. LUIK, L. S. De Gedeputeerde Staten der provincie Zuid-Holland, Gelet op art. 8 van het Provinciaal Regie ment ter bevordering van de Paardenfokkerij in de provincie Zuid-Holland, vrouw en ver weg in Frankrijk hebben wij oen kindje." Maar Daisy z.eide niets heb gesprek scheen vanzelf uil- te sterven, on zij sprak over iets anders. Eenigc oogenblikken later zei de rij „Ik wild© van morgen wat gaan winkelen ik donk dat ik maar meteen zal gaan." Aidolf dankte haar zeer beleefd voor haar traclatie en ging weg. Daisy besloot terstond te gaan. Zij moest Cliffe Houre zien; zij had geen rust voordat zij het huis tein minste van buiten kende; zij wild'c in haar vermomming gaan; zij wil de nog niet he-t gevaar loopen van herkend te worden. Daarom zette zt] haar muts op en sloeg do inamtel om dio zij bij haar uitrus ting had gekocht en ging op weg. Allereerst moest zij to weten komen waar Cliffe House' was. „In de buurt van Ilydo Bark" was per saldo* een uiterst vage aanwij zing zij ging een boekwinkel binnen en deed navraag. Na. oenig gehaspel weid het juiste adres gevondbn on kroeg zij volledige aanwijzingen hoe er te komen. Zij logde het grootste gedeelte van deu weg per rijtuig af, dat haar op geringen afstand van de plaat? waar zij wezen wilde, afzette; toen ging zij naar do overrijd© van de straat en koek naar boven een groot huns een van die op pa.kazen gelijkend1© Londensuhe woningen, met balkons vol bloemen een vroolijk, aD van zonnelicht schitterend huis. Daiisy wandelde langzaam aan do overzijde van de straat op en neer. Wie zou haar op merken? Wie zou aan haar donken Heete, bittere tranen gleden achter haar* sluier over haar wangen; diepe snikken trilden over Maken bekend dat bij de in Februari 1900 gehouden gewone keuringen van dekhengsten, zijn goedgekeurd de hengsten, zooals die vermeld zijn op een staat, welke op de gebruikelijke wijze is gepubliceerd, en brengen den houders van merrién tevens in herinnering dat zij, gebruik makende van heng sten van anderen, op straffe van boete, geen hengsten tot dekking mogen bezigen dan die op dezer, staat vooikomen. dat bij deze keuringen de in eon op de gebrui kelijke wijze gepubliceerden staat genoemde hengsten zijn AFGEKEURD om redenen achter hunne naam vermeld. Den houders van merriën wordt tevens in herinnering gebracht dat zij gebruik makende van AFG EKEUBÜE of niet gekeurde hengsten tenzij de hengst en de merrie beiden in hun vollen eigendom zijn zullen worden gestraft met een boete van ten hoogste tien gulden. 's-Gravenhage, 26 Maart 1900. De Gedeputeerde Stalen toornoemd, FOCK, Voorzitter. F. TAVENRAAT, Griffier. Algemeen overzicht. SCHIEDAM, 5 April 1900. DE OORLOG, De toestand. De jongste berichten doen duidelijk do ge vaarlijke posite van Roberts' leger uitkomen. Wij moeten ons wèL wachten voor verkeerd, optimisme en aü te groote verwachtingen van de teukoni'st-, waartoe gereede aanleiding be staat. Ens zulk optimism© is ook onnoodig, want de werkelijkheid is recd's ernstig ge noeg. Wat toch is liet geval Vóór zich hoeft Roberts eon vijand die niet met zich laat sollen en dio ruimschoots gelegenheid heeft gehad om, wanneer hij al niet sterk genoeg is om aan-vallenderwijze op to treden, toch vast besloten is hardnekkigen weerstand to bieden aan Roberts' opruarscb. Terwijl da Emgelsdieu. aldus aLleen betoog vooruit behoorden to wenden, etscliL lnin rechterflank a.l hun aanklacht, waar een ster ke Boerenmacht onder uitnemende leiding, vornroodolijk van Olivier# de Engelscheu ern stige verliezen heeft toegebracht en de wa tertoevoer naar Bloemfontein heeft afgesno d'on. Maar dit is niet alles. Er „werven Boeren om de lijn Bloemfontein-Springfontein, aldus Roberts' eenige goede verbinding met de Kaapkolonie bedreigend. Dat rich bovendien tusschen Jacobsdal en Bloemfontein een Boe- ren'konmianido heeft vertoond, is reeds oud nieuws. Van alle zijden dus zwermen do Boeren om lord Roberts' hoofdmacht heen, die zoo doend© groot gevaar loopt va.n haar basis van proviandeering te worden afgesneden, terwijl tegelijk d© bevrediging van een der eerste behoeften, het drinkwater, wordt bemoeilijkt. Dit laatste is dunkt on? op zich zelf reeds ernstig. Want Bloemfontein de naam der stad duidt liet aan zal wel bronnen bezit ten. maar waar die, getuige do aafllbg van waterwerken in het brongebicd db-r Mod'der- rivier, reeds niet voldoende werden geacht voor de stad zelve, zal de voorraad ete'ihg on- valdwndfe Mijken nat er tienduizenden dorsti ge raeu'schen- en paiardenmonden bij zijn ge komen. haar lippon zij voelde zich ontzettend ver drietig en wanhopig. Wat was zij, vergeleken bij haar medeminnares die hier woonde, en die hot hart van haar echtgenoot- had ver overd. Juist op dat oogenblik kwamen er twee staljongens aan met twee prachtige paarden. Daisy bleef staan; toen ging zij ecu paar passen de straat af en bleef daar heen en weer loopen, alsof zij op iemand wachtte. Zij zag haar echtgenoot liet eerst de groo te- d'eur uitkomen. Iiij richtte ten paar woor den Lot de grooms. Toen kwam een dame naar buiten ecu dame van koninklijke gra tie -en schoonheid, die Daisy ontzag inboezem de. Zij had haar waarover een gouden glans lag, on een wonderschoon gelaat liefelijk, inooi-ibdijnd, aristocratisch; zij had een ko ninklijke rustigheid '-.m gebaar. Zij was smaakvol gekleed in ren rijkleed met een co- que-tten bood met kostbare, donkere veer. Daisy keek naar haar. Dat was zeker Lady May, die haar liet hart van haar echtgenoot had ontstolen Lady May die zich zelf „zijn liefhebbende" noemde die van-schoonheid- stralcnd'e vro-uw. En zij behoefde niet t© vra gen of hij haar liefhad. IIij stilleen een geheel ahd'er mensch te zijn dan de zwijgende, som bere man die zij dien morgen nog in. diep ge peins verzonken had gezien. Zij had hem nooit zoo gezien vioohjk, met innemende, gemakkelijke en levendige manieren met t-cn gelukkigen glimlach op zijn lippen, met zonneglans in rijn oogen, alles te voorschijn geroepen door do vrouw die hem liefhad. Noen, rij behoefde het met te vragen als rij zag hoe hij tot haar sprak, haar aanzag. Verspreid nieuws. Men herinnert zich dat in een der tele grammen van de laatste dagen gesproken werd van net decimeeren van een troep Boeren door French' cavalerie. En wat ver neemt na de «Standard" van zijn correspon dent? Dat bij Boschmanskop een eskadron van het Cde regiment cavalerie bijna geheel gedecimeerd is. Juist andersom dus. Onder wiens bevel de Boeren bij Koorn- spruit of Mieliespruit (de juiste plaats van den overval der kanonnen is nog altijd niet bekend) stonden, weet men niet. Het zal wel Olivier geweest zijn. Maar Engel.sche corres pondenten spreken van een Duitsch-Ameri- kaan, kapitein Cail Reichmann, die, naar de iDaily Mail" uit Washington verneemt, ecu Amerikaansch officier is, die naar Zuid- Atnka was gezonden om verslag uit te brengen over de militaire operaties aldaar. Het blad zegt dat de militaire autoriteiten voor ernstige internationale verwikkelingen vreezen door kapitein Reiehmann's gediag. Volgens den correspondent der «Daily Telegraph" lacht men er te Washington hartelijk om. Kapitein Reichmann moet overigens een zeer bekwaam officier zijn. De graaf van Rosslyn is van Ladysmith te paard over de bergen naar Maseru gegaan. Vandaar is hg Zaterdag naar Thabanchu vertrokken. Sinds is hij vermist, zoodat meo denkt dat hij door de Boeren is gepakt. In Natal zijn Boerenverkenners Zondag Ladysmith tot op elf mijlen genaderd. Webster Davis, de gewezen Atnerikaansche onderstaatssecretaris van binrienlandsche zaken, heeft in zijn interview met de «Herald" nog gezegd dat de Engelschen nooit de bergen om Pretoria, die verdedigd worden door Krupp- en Creusot-kanonnen, zullen overschrijden. Pietoria is onneembaar. Hij zegt uit goede bron te hebben vernomen dat president Kiuger eigenlijk het plan had ontworpen voor den slag bij Colen-o. Aan de Tugela hielden 70()ü Boeren 40.000 Engel schen tegen. Van oneenigheid tusschen Kruger en Steijn is geen woord waar. De vrouwen Se Pretoria zijn gewapend met ge weren en oefenen zich dagelijks. Een nieuwe door het departement van oorlog op 31 Maart bekend gemaakte opgave van liet aantal dooden. gewonden en ver misten, noemt het getal 17,037. Volgens een Exchange-telegram uit Kaap stad, zou president Kiuger in zijn toespraak bij de begrafenis van generaal Joubert de nederlagen der Boeren hebben toegeschreven aan de toenemende bedorvenheid in de Re publieken. Joubert's laatste woorden zijn geweest »Mijn arm volk, mijn arm land, wat zal er van worden?" Kaapsche imperialisten die van een meeting ten gunste der inlijving der Boerenrepublieken kwamen, hebben den minister-president Schreirier uitgejouwd en schandelijk beleedigd. Te Pretoria worden, ingevouwen in brieven van krijgsgevangen Boeren, exemplaren van Roberts' proclamatie ontvangen. Er zijn weer twee groepjes Boeren van Groenpunt bij Kaapstad ontsnapt. Naar verluidt heeft het hoofdcomité van het Roode Kruis bij de Britsche regeering geprotesteerd tegen het onvoldoende van het geneeskundig toezicht en de verpleging der haar op liet paard hielp als zij zag hoe hij do sierlijke teugels in haar handen legdte. Voordat hij zelf opsteeg, stond hij nog oom- go oogenbhkken met haar te praten. Neen, zij behoefde het- niet te vragen het wa» of haar gelaat een weerschijn van schoonheid op het zijne wierp. „Zij hebben elkander lief," dacht Dai-y, „en zij kunnen niet trouwen omdat ik in den weg sta." Toen steeg hij óók op, en zij reden weg in het zonlicht, vroolijk lachend, een gebroken hart achter zich latend. Misschien lubt gij wei een» gehoord, r zer, van mensclien die ieecL maanden \oo.- dat zij stiervan. door den dood werden aan geraakt. Zij d'ie de geschiedenis van hun laat ste ziekte vertellen, zullen zeggen hoe reeds geruimen tijd te voren een vreemde grauwe tint zich over hun gehaat uitspreidde, hoe een eigenaardige kilheid hun leden verstijfde, hoe een huivering hun- bloed scheen te verstijven en een bijzondere starende blik in hun oogen trad en wie hen gadesloeg, zal over die symptomen zeggen: „Ik wist dat zij den dood beteekenden." Zoo was het ook nu. Daisy Lady Adair was, toen zij haar echtgenoot zag wegrijden met de vrouw die hij lief had, ten dood'e ge troffen. Voorbijgangers zagen mot verbazing naar haar bleek, strak gelaat met die eigen aardige grauwe tint- en zij zolf voelde de huivering in haar aderen, de ijskoude liand om haar hart. Zij bleef eenige oogenbhkken zoo. staan, terwijl db hand des doods op haar rustte. Toon keek rij niet meer om naar het praahuge huis of don zonnigen weg, maar krijgsgevangen Boeren aan boord der trans portschepen te Simonstown. Engeland en Portugal. Engeland gaat dus mannen en paarden, ammunitie en krijgsvoorraad over Portugeesch gebied vervoeren naar Rhodesië, daarbij ge bruik makende van zijn bij tractaat erkend recht. In de Portugeesche Kamer deelde de minis ter van buitenlandsehe zaken gisteren mede dat Engeland verlof had gevraagd om mili taire transporten te vervoeren over den Beira- Umtali-spoorvveg over Portugeescli gebied. Portugal heeft dit verzoek toegestaan, omdat Engeland daarmede gebruik maakt van een recht dat erkend is bij de verdragen. De tegenwoordige ooilogstoerfand heft deze verdragen die vóór den oorlog zijn gesloten, niet op. Uit een gevoel van loyauteit heeft de Portugeesche regeering haar besluit aan de Transvaahclie regeering bekend gemaakt. Portugal heeft den plicht van onzijdigheid waardig vervuld en allen die hut behooren te weten, zijn van de zaak in kennis gesteld. Tot zoover bleef de minister zakelijk. Maar waarom moest op deze uiteenzetting van feiten volgen een tirade als deze. De minister zeide niet te willen gaan zitten zonder de plechtige verklaring dat de Engelsche en de Portugeesche regeering de hartelijkste en de eerlijkste betrekkingen onderhouden. «Gelukkig dat het zoo is," eindigde hij. «God geve dat die betrekkingen altijd zoo mogen blijven." De wegen der politiek zijn duister voor den gewonen sterveling, ook voor den jour nalist al geeft die zien wel eens wat beter rekenschap van de gebeurtenissen dan ande ren. Wij weten dan ook niet welke redenen Portugal kan hebbeu om Engeland te vriend te houden. Maar waarlijk de sReichsbote", het conser vatieve orgaan, heeft geen ongelijk, wanneer zij schrijft«Wat de zoogenaamde Portu geesche loyauteit betreft, weten wij uit de wijze waarop Portugal zijn staatsschuld- eischers heeft behandeld. Nu geeft het Enge land de gelegenheid de Boeren in deu rug ta vallen, onder voorwendsel van daarmede volkomen getrouw te blijven aan zijn plichten als neutrale staat. Maar Portugal moesteen beroep op God danibij liever achterwege laten." En als striemende zweepslagen vallen deze wooiden op het gelaat van Engeland en Portugal beiden «De toepassing van dergelijke onbeschaamde middelen outbrak nog slechts om bij alle be schaafde volken het laatste spoor van sym pathie te vernietigen. Engeland's eenige vriend is thans het bankroete Portugal." Inderdaad, de woorden van den Porfcu- geeschen minister van buitenlandsehe zaken stemmen onaangenaam. Zjjn pathos, waar hij spreekt over de vriendschappelijke gevoelens jegens Engeland moet (zooals de «Berliner Lokal Anzeiger" het terecht uitdrukt) weer zin wekken. Want het moge waar zijn dat Portugal niet kan weigeren Engeland's verzoek toe te staan, het behoorde dit dan zwijgend en met gebogen hoofde te erkennen. Want de ver dragen geven Engeland alleen het recht tot vervoer van troepen en krijgsvoorraad over Beira en den Beira-Umtali-spoorweg met het sing naar huis ten doode toe riek van. ver driet- ca wanhoop. Dat was zijn geheim. Hij had Lady May Trevlyn lief, en zij stond hun in den weg om haar kon hij niet trouwen, met dio ko ninklijk sehoone vrouw die de vrouw zijner wuischen was. Daarom had hij haar zuo ge leidelijk in Frankrijk achtergelaten daar om had hij zijn huwelijk nooit bókend ge- maak t daarom was Lij altijd' somber en ongelukkig. Langzaam liep zij huiswaarts. liet geheim was nu opgelost hij had haa vergeren, haar. D.usy, zijn vrouw aan het eenvoudi ge meisje dat hem verpleegd en verzorgd had, claoht hij niet meer. Zij stond maar in dten wegzij wa» slechts -een last voor hem, de hinderpaal tusschen i.em en de koninklijk rehoonc vrouw die hij lief had Het kind dat ver weg, ia Frankrijk was. had hij verge ten. Haar hart smartte haar dieper dan zij meend'e te kunnen dragen. Zij waren verge ten hij had niemand lief behalve dezo sdioone, aristocratische Lady May. „Waarom is hij met mij getrouwd.' znxeht- te zij. „Als hij weggegaan wa» on mij verla ten had, dan zou ik gestorven zijn, en mijn moeder zou mij begraven hebben op het lie ve, groene kerkhofhc-L gras en de veldbloe men zouden bc-ven .ïujn hoofd hebben ge groeid', maar ik zou vrede en rust hebben go- had." (Wordt vervolgd

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Schiedamsche Courant | 1900 | | pagina 1