54*" Jaargang. Zondag 15, Maandag 16 en Dinsdag 17 April 1900. No. 10217. Tweede Blad PASOHEN. DE DETECTIVE. BUITENLAND. SCHiDAMSCHE COIUHU ir Deze courant verscMjnt dagelijks, met uitzondering van Zon- en Feestdagen. Prijs per kwartaalVoor Schiedam en Vlaardingen 11. 4.25. Franco per post fl. 1.65. Prjjs per weekVoor Schiedam en Vlaardingen 10 cent. Afzonderlijke nummers 2 cent. Abonnementen worden dagelijks aangenomen. Advertentiën voor het eerstvolgend nummer moeten des middags vóór een uur aan 'iet bureau bezorgd zijn. BureauBoierstraat OS. Prjjs der Advertentiën: Van 16 regels fl. 0.92iedere regel meer 15 cents. Reclames 30 cents per regel. Groote letters naar de plaats die zij innemen. Advertentiën bij abonnement op voordeelige voorwaarden. Taneven hier van zjjn gratis aan het Bureau te bekomen. In de nummers, die Dinsdag- en Zaterdagavond verschijnen, worden zoogenaamde Meitim advertentiën opgenomen tot den prjjs van 40 cents per advertentie, bjj vooruitbetaling aan het Bureau te voldoen. Interc. Telefoon 91o. 123. De datum waarop het voornaamste Chris telijke feest, het Paaschfeest, wordt gevierd wisselt elk jaar af en wel tusschen deze beide uitersten grenzen22 Maart en 25 April. Ieder mensch van eenige ontwikkeling weet dit, en weet ook dat deze wisseling afhangt van de maan, maar wellicht is niet algemeen bekend hoe eigenlijk deze vork in den steel zit. Immers, onlangs nog lazen wjj in een buitenlandsch blad dat in dit jaar het Paasch feest eigenlijk voor Europa en Amerika op twee verschillende Zondagen behoorde te worden gevierd, en wel voor het oostelijke halfrond op den 22sten, voor het westelijke op den 15den April. De kalender evenwel geelt aan dat Paschen ook voor het christe lijke doel van liet oostelijk halfrond op 15 April valt, terwgl de Gneksche kerk dit jaar op 9 April de opstanding van Christus hei denkt. De opvatting dat Paschen eigenlijk voor Europa en Amerika op verschillende Zon dagen moest vallen, berust op de veronder stelling dat het tijdstip der astronomische volle maan beslist over den dag van het feest. Maar dit is volstrekt onjuist. Ware dit het geval, dan zouden er voorbeelden van zijn dat Paschen bijna een geheele maand te laat zou zijn gevierd. De waarheid is dat de sterrenkunde met die wisselingen niets te maken, heeft, want de datum van het Paaschfeest wordt niet berekend maar het begin van de werkelijke volle maan, maar cyclisch naar een gefingeerd begin dat schom melt tusschen het tijdstip van de werkelijke volle maan en twee dagen later. Het christelijk Paaschfeest staat tot het Pasah der Joden in historisch verband. Voor het Pasah vinden wjj in Exodus XII deze regelingsin de eerste maand, aan den veertienden dag der maand, zult gij (de kinderen Israels) ongezuiverde brooden eten tot den eenentwintigsten dag dei maand en op den eersten dag zal er eene heilige venameling zijn ook zult gy eene heilige verzameling hebben op den zevenden dog." Nu begon het godsdienstige jaar der Israë lieten tegen den tyd van het begin der lente met de maand Abib, na de Babylonische ballingschap Nissan geheeten. Het Passah viel dus in deze maand, en het feest der ODgezuurde brooden werd den 15den Nissan, op den dag der volle maan, gevierd. Waarom juist de voile maan werd gekozen, is niet met zekerheid bekend. Philogonus beweert dat het motief was dat de glans van het feest niet door duisternis zou worden gestoord. Nu werd bij de vaststelling van het begin der lente het zonnejaar van 365 dagen 6 uren der Egyptenaren aangenomen, zoodat de Tekupha-Nissan (het voorjaar) begon op den 25sten of 26sten Maart van het Juüaansche jaar. Daar de 1ste Nissan valt op den dag der nieuwe maan, kan deze tot op den llden Maart teruggaan, zoodat het oud- joodsche Passah gevierd moet zijn tusschen 26 Maart en 24 April. De juiste berekening van den datum gaf echter in dien tyd telkens aanleiding tot heel wat gehaspel, en na de verwoesting vart Jeruzalem door Titus verviel de oude kalender geheel. De Joden die naar Egypte waren ge- Op een morgen kwam die gendarme Pate- ly, een van mijn ondergeschikten, met vuur rood! gelaat, hijgend van heb snelle loopen en van opgewondenheid, bij mij binnenstor men. „Ik heb een gewichtige med'edieeling te doen!" riep hij, en nadat wij elkaar eerst goeden morgen gezegd 'hadden, vervolgde hij„U herinnert u toch wei die twee scha vuiten, WaAli en Paridon, die venvol'gd wor den wegens een diefstal van diamanten?" „Zeker, antwoordde ik. „Wat iweet fe van hen, Pately?" „Als ik mij niet vergis, rib die een in de herberg „Hengelaars rust" in Westftey. Ik zou er bijna een eed op duuven dfoen." „Ik vrees, dat ge u vergist, Pately," ant woordde ik. „Het iis toch niet zeer waar schijnlijk, dab hij zidh zou verschuilen in het dorpje Westley, waar iedere vreemde ling dadelijk wordt opgemerkt. Bovendien vermoed ik, dat zij 'bij elkaar blijven. Ho© noemt zich je man en wat doet hij „'Hij beweert Symonds te heetten," ant woordde Pately, die zidh niet weinig over mijn kalmte ergerde. Hij zit den koeten 'dag te wifesdhen. Redds aündis Vrijdag is hij in Westley, maar ik heb hem gisteren, toen ik uit de kerk kwamvoor het eerst gezien, en vlucht, gingen er zelfs toe over, evenals de Egyptenaren het jaar te beginnen met den herfst, op den lsten Tischri. Wat het Passah betreft, daarvoor werd sedert de 4de eeuw algemeen de cyclus van den, Joodschen geleerde Hdlel aangenomen, volgens vvelken het Passah (de 15de Nissan) terug kan gaan tot den 18den Maart. De dag van dit feest mag echter geen Maandag, Woensdag of Vrjjdag zijn; toch is het altijd de 15de Nissan. Vandaar is de berekening van de dag, waarop in een bepaald jaar het Passah valt, naar den Juliaanschen kalender zeer lastig. In 1802 heeft de groote wis kundige Gauss echter regels vastgesteld volgens welke de berekening thans zeer gemakkelijk is De omstandigheid dat de kruisiging van Jezus op Vrjjdag den 14den Nissan, zijn opstanding op Zondag den 16den Nissan viel, zoodat deze voor de Christenheid zoo belang rijke gebeurtenissen véór en na het Passah der Joden plaats vonden, heeft een nauwe beirekking tusschen dit laatsteen het Chris telijk Paaschfeest doen ontstaan. In de eerste tijden der Chiistelijke Kerk hield een groot deel der Christenen dan ook vast aan den datum van het Passah en herdacht den dag vóór het Passah Christus'overlydeD, den dag na het Joodsche leest de opstanding van Christus. Meer en meer evenwel werd dit gebruik be streden door de keik; reeds in de tweede eeuw ontstonden daarover heftige kerkelijke twisten en liet concilie van Arles bepaalde in 314 dat Paschen in de geheele christen wereld op één en denzelfden dag moest worden gevierd. Men had zich toen reeds hier en daar aangewend het Paasei'feest te vieren op den eersten Zondag na de lente- vollemaan, misschien wel met de bedoeling dat Paschen niet op één dag zou vallen met het Passah der Joden. Eindelijk vertelaarde het concilie van Nicaea (325 n. Chr.), dat de Romeinsche en de Alexandrijnsche Kerk het Paaschfeest op den zelfden dag zouden vieren, en wel op den eersten Zondag na de volle maan na de lente-nachtseveningwanneer deze volle maan zelf een Zondug was, dan zou het Paaschfeest op den volgenden Zondag vallen. De lenU'-naelusevening weid vastgesteld op 21 Maait; men wist toen nog niet dat deze in den looji der tijden van datum wisselt Het vaststellen der volle maan ge schiedde naar den 19-jarigen cyclus. Evenwel kwam een algerneene overeenkomst tusschen de westersche en de ooster»che kerk eerst in de 8ste eeuw lot stand. Niet zelden gebeurde het overigens dat het Christelijke Paaschfeest op denzelfderi dag vie. als het Joodsche Passah. Van 360 tot 500 n. Chr. gebeurde dit met minder dan dertienmaal. Ook na de hervorming vari den kalender door paus Gregorius blijft dit samen treffen mogelyk, Abbé Mérain heeft uitge- reekend, dat het van 1582 tot 2100 in het geheel achtmaal voorkomt. De door Dtonysius Exiguus vastgestelde Paaschcanon, die sedert de 8sle eeuw alge meen gold in de christenheid, was gegrond op de meetnog dat 235 maan- maanden precies gelijk zijn aan 19 Juüaansche jaren. Die veronderstelling evenwel «as niet geheel juist, zoodat mettertijd het Paaschfeest vrjj aanzienlijk ging afwijken van de lente-nacht evening en de volle maan. Sacrobosko was de eerste die daarop in het midden der 13e eeuw wees, en een belangrijke reden voor de kalenderverbetering door paus Gregorius XIII 'toen ook nog slechts vluchtig. Maar van morgen helb xk hem gadegeslagen, terwijl hij over de leuning van ide brug hing. Hij ziet er precies zoo uit aJfe die Walli, alleen is zijn gezicht glad geschoren nu, 't spreekt vanzelf, dat hij zich onkenbaar heeft wïlfen maken, maar alles klopt todh precies met heb signalementoogen grijs, dicht bij elkaar staand; lang waal gezicht; lengte 1.60 Meter. Ik heb aan den waard gevraagd wat voor soort man ihij is, en hij heeft mij geantwoord, dat hij stilletjes zijn gang gaat en niet veel drinkt. TT moet hem. vanmid dag komen zien. Is 'hij het, dan 'kunnen we in ons vuistje lachen." „Goed, Pately," antwoordde ik. „Ik kom." Toen ik des middags in Westley aan kwam, trof ik Pately .aan het station. Hij had al met ongeduild op mij gewacht. „Hij zit juist te visschen," ze,ve hij. „Van de ibrug af kunnen we (hem on estoord' ga deslaan. Op het oogenblik z er ook nog een andere meneer, uit 'Birmingham, meen ik, d'at da waard zei, te visschen." Ik sloeg den verdachte eenige minuten gade, trad toen op hem toe en vroeg „Neem. me niet kwalijk, meneer, hebt u verlof Mot te visschen 1" 'Hij haalde onmiddellijk zijn kaart te voorschijn. ,,'t Spijt me, dlat ik u gestoord héb," her nam ik, „maar 't is mijn plicht, diaaraaar te vragen." was, de fout in de viering van het Paasch feest weg te nemen. Eu de geleerden die de hervorming van den kalender tot stand hebben gebracht, hebben aanspraak op groote waardeering voor hun nauwkeurigen en scherpzicnigen at beid. Zy maakten niet meer gebruik van een volle maan die rechtstreeks astronomisch werd vastgesteld, maar leerden de vordering der nieuwe maan op den Nieuwjaarsdag en daarmede ook den datum van de Paasch- vollemaan volgens cyclische regels vinden. Bekend is hoe de protestanten zich lang hebben verzet tegen den Gregoriaanschen kalender zoodat in de helft der vorige eeuw in de Germaansche landen nog groot «me ningsverschil bestond over den datum van het Paaschfeest. Alleen in den Russischen kalender, die m wezen identiek is met den Juliaanschen, valt nu nog Paschen samen met het Juüaansche Paaschfeest. Dc ZuldUAfrthaanscIie Ball. President Krugerin Natal. Het bezoek van Z H Ed. den Staatspresi dent, die gistermiddag weer van hier ver trok, seint de „Volksstem"-correspondent aan zijn blad uit Glencoe, heeft een goeden indruk gemaakt bij het publiek. De burgers zijn welgemoed en verstaan de situatie. Hun weerstandsvermogen is onverminderd, zooals de laatste gevechten met de Engel schen hebben bewezen, toen een al te stout moedig voorwaarts dringen krachtig werd gestopt. Toen President Kruger Donderdagmor gen hier aankwam, *'ond hij te Glencoe de gewonden en het kommissanaat, terwijl in den loop van den dag verscheiden treinen uit het Zuiden aankwamen met de ammu nitie, tenten en ander ieger-materieel. De aanwezigen werden Donderdagmiddag door Z.H.Ed. toegesproken; onderwijl was bekenJd gemaakt dat den volgenden morgen vroeg het publiek een bijeenkomst zou heb ben, waarbij het hoofd van den Staat en de ■komdt.-generaal de burgers zonden toespre ken. Voortdurend kwamen meer mensohen te Glencoe aan, vooral burgers die van ver lof uit de Republiek terugkeerden of die •huistoe gaande, waren terug geroepen. Om zes uur Vrijdag-morgen had de bij eenkomst plaats. President Kruger wees er op, dat het in elk geval beter was den vij and in zijn land te bestrijden dan dat wij zouden toelaten dat hij ra ons land slag le verde; dat ten slotte door elkeen gehoorzaamd behoorde te worden aan den ikommandant- generaal, zonder welke gehoorzaamheid een stand-houden tegen den vijand onmogelijk was. Generaal Joubert sprak vervolgens de aanwezigen toe en gedurende een uur hield hij zijn honderden toehoorders aan zijn lip pen gboeid door de welsprekendheid zijner woorden. De bijeenkomst werd gesloten met het zingen van gewijde liederen en duurde tot kwart over acht. Allerwege heerschte geestdrift om aan de Engelschen den meest mogelijken weerstand te bieden. Terwijl de kommandant-generaal de noo- dige maatregelen nam en zich bewoog tus schen het telegraafkantoor en den trein, sprak President Kruger persoonlijk met de burgers, welke zich om hem verdrongen. „■Natuurlijk," antwoordde hij. „U behoeft u vofetrekt niet te verontschuldigen." Ik praatte nog eenige oogenKUikken met hem over het visschen en keek hem voort durend aan. „Pately," zeide ik tot den gendarme toen wij alleen waren, „ge hebt een pluimpje verdiend. Hij is het, ik twijfel er met aan." „Dat wist ik wel," antwoordde Pately triomfantelijk. „Zal ik hem de handboeien aanleggen V' „Neen," zeide ik, „eerst moeten we met Porei spreken, en als hij mijn vermoeden versterkt, zullen we hem morgen pakken." Op dit oogenblik ging ons de andere vis- scher voorbij. Hij knikte en zei: „Mooi ■weer vandhag, heteren. Maar de lucht is wat scherp om te visschen." „Hebt u een goede vangst gehad vroeg ik. Hij zag er uit als een winkelier, die een da'g vrijaf heeft genomen. „Neen," antwoordde hij lachend. „Een pond kleine visck. Maar kunt u mij mis schien zeggen, wie die meneer aan den over kant is Ik zou wel' kennis met hem willen maken." „Hij heet Symonds," antwoordde Pately snel. „Een vreemdeling." „Is Mj al "ang hier?" „Sinds Vnjd'ag." „Nu, is ieder geval ga ik een praatje met hem maken. Goeden morgen, heoicji." „Goeden morgen," «antwoordde ik, hem Om half elf voorm. aanvaardde de Presi dent wederom de terugreis Overal langs de stations onderweg waar zich burgers bevon den op sommige plekken waren er slechts een paar dozijn sprak hij de mensch en toe en wees hun op hun burgerplicht. Over al kwam nieuwe bezieling bij heb publiek. Cronjé's overgave. (Van den „Volksstem"-correspondent Petrusburg, Maandag 5 Maart. Het gerucht heeft zich bewaarheid. Gene raal Piet Cronjé met zijn 3656 man, die in heb hoofdlaager waren, heeft zich overgege ven, na heldhaftig bijna tien dagen lang het bombardement van hot Engelsche geschut te hebben weerstaan. Generaal De Wet, die de taak op zidh had genomen, zijn Trans- vaalscken collega te bevrijden, is in geen enkel opzicht te blameeren. De V rijs tater kan met een gerust geweten verklaren, dat hij rijn plicht heeft gedaan en gereed was dien plicht tot het laatste te vervullen. Doch generaal Cronjé zond zulke gerust stellende heliografische berichten omtrent zijn toestand, dat generaal De Wet wel in den waan moest verkeeren, dat hij geen ern stige ongerustheid behoefde te koesteren, omtrent het omsingelde hoofdlaager. Te ver wonderen is het dan ook geenszins dat do Vrijstaatsche generaal, toen Woensdag de eerste berichten in Petrusburg werden ge bracht door Kaffers, dat het hoofdlaager zich had overgegeven, aan de regeering te Bloemfontein rapporteerde, dat hij deze geruchten niet kon gelooven. Woensdag werd het bericht, door de Kaf fers gebracht, bevestigd door oen zekeren Venter, die er, in de verwan mg van do ont wapening, in geslaagd was, met zijn zoon te ontvluchten, en eeu paar "dagen later werd de volkomen zekerheid gebracht door den hakker uit het hoofdlaager, die met zijn vrouw en vier kinderen door de Engelschen in vrijheid was gesteld. Geloofde men dus in het begin aan een list der Engelschen om den onzen den moed te ontnemen, de laat ste twijfel werd. door de bevestiging dei- rampspoedige tijding uit geloofwaardige monden weggenomen. TTw correspondent wilde eveneens volkomen zeker zijn van het bericht, voor hij er uw lezers mede in kennis stelde, vandaar dat ik er in mijn laatste schrijven volkomen bet stilzwijgen over be waarde. Ook een brief van kommandant Wolma- rans van Potchefstroom door rijn vrouw omvangen, waarin deze door haar man wordt meegedeeld, dat zij zich hebben over gegeven, doch dat men moed moet houden en blijven betrouwen op de hoogere Macht. Maandagmiddag den 19en Februari, heb ben de Engelschen het hoofdlaager als door een enge keten vastgelegd. Zondag, den vorigen aag, was het aan de rijde van generaal De W et opendodh zoo zeker was generaal Cronjé van zijn stelling, dat hij geen gebruik wilde maken van de ge legenheid, hem hierdoor geboden, om een andere positie in te nemen. Woensdag daar aanvolgende verdreven de, Engelschen gene raal De Wet van de randjes onmiddellijk achter het Engelsche kordon, waardoor de insluiting van den vijand effectvoller werd. Nog hield generaal Cronjé allen moed en zond geen enkel bericht, dat de komman do's buiten kon doen vermoeden, dat de toestand hachelijk was en dat wanhopige pogingen moesten worden gewaagd om het 'hoofdlaager te bevrijden. Rustig werd dus gewacht tot a'le op weg zijnde versterkin gen er waren, om tegelijk met de ontzet- glimlachend nakijkend. „Die zal morgen raar opkijken," dacht ik, „aOh hij hoort, met wien hij een praatje heeft gemaakt." Porei, de waard uit de herberg, was eeu oude bekende van mij. Hij vertelde mij da delijk alles wat' hij wist. Dat was niet Veel, maar genoeg om argwaan te wekken. Sy monds had een koffer en een reistasch mee gebracht. De koffer was gesnoten. „Heeft hij al betaald V' vroeg ik. „Neen," antwoordde Porol, „maar hij maakt een fatsoenlijken indruk en diaanom beib ik niet op betaling aangedrongen. Eer gisteren heb ik nog een bankbiljet voor hem gewisseld." Ik dacht een oogenbik na, en besloot een volmacht te gaan halen om den koffer 'e openen en te doorzoeken. Den volgenden morgen begaf ik mij, met een volmacht, weer naar Westley, in gezel schap van een jongen gendarme, Toop. Pa tely wachtte ons op. „'Die andere, die gisteren hier heeft zitten visschen, ais er ook weer," zeide hij „Hij is juist over de brug gegaan. Daarginds zit onze rnian." „Goed, Pately," antwoordde ik. „Blijf jij nu hier op de brug staan en pas goed op. Ik ga met Toop rijn kamer doorzoeken. Zoodra hij verdachte bewegingen maakt, neem je hem in hechtenis en fluit je." Wij begaven ons naar d<e herberg, bk toonde Porei mijn volmacht en hij bracht mij naar de kamer van den verdachte. ting van generaal Cronjé een vinnigen slag aan den vijand toe te örengen. Wel waren sedert de laatste dagen geen heliografische berichten meer uit het hoofdlaager ontvan gen, maar ook dit kon geen reden tot zorg geven, omdat men gezien had, dat den dag voor de storing der heliografische verbin ding de Engelschen al hun bommen gericht hadden op den heliografischen post en men dus in de veronderstelling verkeerde, dat of het toestel vernield, of de heliografisfc ge wond was. Ook de rivier, die '.eer hoog was, hinder de ons in onze operatiesdoch indien gene raal De Wet geweten had, hoe inderdaad de toestand was, zou hem de hooge stand der Modiderrivier zeker niet hebben doen aarze len om den beslissenden slag te leveren. Als een donderslag kwam dan ook de tijding, dat het hoofdlaager zich had overgegeven. Amajuba-dag, de dag voor de Transvalera van zoo oneindige heteokenis, zag bij de eer ste morgensohijn de witte vlag, die aankon digde dat de Transvalers strijdensmoede wa ren. Maandag den 17en nog, waren eén vier tal wagens ongeschonden door de vijandelij ke Imie in veiligheid gebracht. Waren er slechts mannen ra 't hoofdlaa ger geweest, voorzeker zouden do Burgers zich liehben losgevochten, doch de vrouwen en kinderen verlamden de handen der on zenZij konden er hen met aan blootstellen onder een bommen- en kogelregen der En gelschen door te loopen. Wat zonder vrou wen mogelijk geweest zou rijn, was nu een onbegonnen taak. Men zegt, dat mevrouw Cronjé den gene raal in zijn gevangenschap is gevolgd. In Engeland en in het Engelsche leger heersoht zeker groote uitgelaten vreugde, dat men generaal Cronjé gevangen heeft. Toen de Engelsche troepen na de slagen te Belmont en Rooilaagte te Tweerivier.n wa ren aangekomen, was een hunner eerste he liografische vragen aan Kimberley „Waar is Cronjé?" Wel een bewijs, hoe bekend en gevreesd de Transvaalsche generaal onder den vijand was. Indien do Engelschen ech ter meenen, dat onze Burgers den moed ver loren hebben, nu „onze generaal Cronjé, die cr zich op beroemde, nog nimmer doo- de Britten te zijn geslagen", zich als gevangene te Kaapstad bevindt, dan toonen zij weder ons volkskarakter niet te kennen Meer vastberaden dan ooit zijn de onzen hier en bloedig zal Cronjé's nederlaag met Gods hulp gewroken worden. Onze burgers weten, dat het verlies van een generaal, hoe bekend dan ook, voor hen van minder be- teekenis is dan voc~ den vijand, omdat een nieuwe generaal voor ons zal opstaan, die wellicht beter en kundiger is dan de verlo rene. Nog hebben wij mannen als generaal De Wet, generaal Do la Rey, de beide andere Cronjé's (generaal Cronjé van Winburg en den pa3 tot vechtgeneraal bevorderden kom mandant van het Potchefstroom paarde- komman do) en generaal Philip Botha, broeder van generaal Louis Botha, en vroe ger kommandant van Pbiiopolis, en moch ten ook dezen onverhoopt komen te vallen, dan rijn er anderen, die waardig hun plaat sen zullen kunnen innemen. Met generaal Cronjé's hoofdlaager is te gelijk in handen der Engelschen gevallen majoor Albrecht, die met zijn artillerie en door zijn persoonlijken moed en bekwaam heid zooveel gedaan heeft voor het succes onzer wapenen. De buit aan kanonnen in het hoofdlaager is den vijand zeker niet meegevallen, want Toop, die zeer handig was in het ©pentere ken vau sloten, kreeg den koffer spoedig open. Ik was zeter teleurgesteld, want we vonden niets. Eensklaps riep Toop: „Hoe dom dat we daaraan niet vroeger gedacht hebben „Waaraan?" „De koffer heeft een dubbelen bodem. I Van binnen is hij 10 cM. minder diep dan van huiten. Kijk eens," vervolgde hij, den koffer omdraaiend. „Daar ritten de schroe ven. In een oogwenk waren de schroeven er uit we uitten beiiden een kreet van ver bazing want een groot aantal juweelen vertoonde zich aan onze blikken. „Blijf zoolang hier, Toop,zeide ik, na dab wij elkander geluk gewenscht hadden. „Ik ga naar de brug Zoodina hij zijn voet hier over den drempel heeft gezet, neem ik hem in hechtenis." Ik deelde Pately onze ontdekking mee. Hij was zoo opgewonden, dat hij het liefst den visscher dadelijk gevangen génomen zou hebben. Even over éénen ging onze visscher naar huis. Ik volgde hem op den voet en toen hij in rijn kamer zou gaan, zei ik: „Leo Walli, gij zijt mijn gevangene, in naam der web." En tegeüjikertijd greep ik hean vast. On middellijk snelde Pately toe. Walli was echter te verbluft om aan tegenstand! ta denken en keek ons met sprakelooze verba-

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Schiedamsche Courant | 1900 | | pagina 5