Donderdag 24 en Vrijdag 25 Mei 1900.
No. 10249.
54e" jaargang.
GOUD EN EER.
f'
i
rL
B e i c h t.
BE ONGEVALLEN WET.
2°)
BUITENLAND.
"f
- Wt--'** e' VV
SCHIED
Deze courant verschijnt dagelijks, met uitzondering van Zon- en Feestdagen.
Prijs per kwartaalVoor Schiedam en Ylaardingen fl. 1.25. Franco
per post fl. 1.G5.
Prijs per weekVoor Schiedam en Vlaardingen 10 cent.
Afzonderlijke nummers 2 cent.
Abonnementen worden dagelijks aangenomen.
Advertentiën voor het eerstvolgend nummer moeten des middags vóó<- een uur
aan 'iet bureau bezorgd zijn.
BureauBoterstraat 68.
Prijs der Adverten tiën: Van 16 regels 11, 0.92iedere regel
meer 15 cents. Reclames 30 cents per regel. Groote lettere naar de plaats die zij
innemen.
Advertentiën bij abonnement op voordeelige voorwaarden. Tarieven hier
van zijn gratis aan het Bureau te bekomen.
I
In de nummers, die Dinsdag- en Zaterdagavond verschijnen, worden
zoogenaamde kl«ine advertentiën. opgenomen tot den prys van 40 cents
per advertf ntie, bij vooruitbetaling aan het Bureau te voldoen.
Interc. Telefoon IVo, 133.
Donderdagavond verschijnt
de „Scliledamsclie Courant" wegens
den Hemelvaartsdag niet.
In deze dagen is de Ongevallenwet weer
aan de orde. De Eerste Kamer zal spoedig
bijeenkomen vermoedelijk zal zy den 30sten
de wet die reeds tot zooveel geschrijf en
bespreking aanleiding gaf, onder handen
nemen om haar ja, wat zal het zijn, te
verwerpen of aan te nemen. Wij hopen het
laatste.
Het zal velen onzer lezers niet onwelkom
zijn, nog eens in het kort hier uiteengezet
te vinden wat de Ongevallenwet, eenmaal
ingevoerd, voor de werklieden zal opleveren.
Voorop sta dat de verzekering is eene
verplichte voor de in de wet genoemde be
drijven. Die op te sommen schynt ons over
bodig; wy kunnen volstaan met te vermel
den dat deze wet niet ten goede zal komen
van hen die werkzaam zijn bij de groote
vaart, de zeevisscherij en den landbouw,
veehouderij, tuinbouw en bosehbouw, óók
wanneer in eene onderneming van dien aard
eenig krachtwerktuig wordt gebruikt. Daar
entegen gelden de bepalingen der wet wèl
voor het visschersbedtyf dat op rivieren of
binnenwateren wordt uitgeoefend, en het
binnenschippersbetlrijf, wanneer dat wordt
uitgeoefend met een schip van niet grooter
dan 60 M3. Wordt het schip evenwel bewo
gen door eenig krachtweiktuig of worden zy
die in het schippersbedrijf werkzaam zijn,
ook gebezigd voor vervoeren, laden, lossen,
stapelen, wegen, meten, vervoeren of weg
bergen van goederen, dan is de wet in ieder
geval toepasselijk.
Hierbij zij opgemerkt dat onder kracht-
werktuig wordt verstaan elk toestel dat be
stemd is voor het drijven van een of meer
arheidswerkluigen,
In alle bediyven, die dus onder de wet
vallen, zijn de werklieden verzekerd tegen de
geldelijke gevolgen van ongevallen, mits deze
hun zijn overkomen in verband met de uit
oefening van het bedrijf. Onder werkman
wordt verstaan ieder die in dienst van den
werkgever in diens onderneming werkzaam
is tegen loon, waarbij volontairs, leerlingen
en dergelijke personen die nog geen loon
ontvangen wegens hun onvoldoende opleiding,
met werklieden worden gelijkgesteld.
Onder da wetkgevers worden ook begrepen
vennootschappen en andere rechtspersonen;
met werkgevers worden gelykgestefd publiek
rechtelijke lichamen (staat, provincie, gemeen
te, waterschap enz.), wanneer deze personen in
dienst hebben, die verzekerd zouden zijn,
indien zij denzelfden at beid in dienst van
een privaat persoon verrichtten.
Overkomt nu den werkman in den zin
der wet, arbeidende in de onder deze wet
begrepen bedrijven, een ongeval in velband
met de uitoefening van het bedrijf, dan
ontvangt hij de volgende schadeloosstellingen
a. genees- en heelkundige behandeling of
vergoeding daarvan
b, wanneer hij den derden dag na het
Roman, uit Transvaal
VAN
AUGUST "NIEMANN.
Dezelfde gillen die O t'til ie gehoord jjiad,
waren, ook tot Joacliim doorgedrongen en
hadden hem uit zijn oanistigen sluimer go-
wekt. Zijn gezonde, jonge natuur en de lange
rib die hiji vara, de Dearsonmijnt naar Jo
hannesburg gemaakt had, luidden eindelijk
over zij slapeloosheid' gezegevierd en on
danks het snurken van zijn buurman1 was hij
gaan sluimeren. Hij had verward gedroomd.
Eerst was hij op een schommelend schip ge
weest, daarna bevond bij zich 'te paard in d'e
koninklijke manége te Hannover. Hij was
niet alleen, maar een aantal kameraden, met
wie hij in de manége geweest was, reden er
ook; zij spraken evenwel niet met hem, maar
zagen hem vara ter zijde aam. Era daar schoot
hem te binnen dat hij ia 't geheel niet in de
manége thuis behoorde, daar hij den cur.ru.. al
lang had verlaten era buitendien! ingenieur
was bij' den, heer Pudge.
Uit dezen zwaren droom wekten hem de
gillen. Maar dab ging hem in 't geheel niet
aanin dit vreemde land gebeurden natuur
lijk vreemde dingen en hij draaide zich om
en sliep in.
Obbilio spoedde zich intusschen naar Sto-
nia en vorad liet kind in .stuiptrekkingen.
Stonia had in Parijs reeds eera een lichte
epileptische» aanval gehad, 't scheen zich nu
iri erger mate te herhalen.
Naast! het bed lag mevrouw Pudge op da
ongeval niet in staat is zijn gewone werk
te doen in de onderneming van zijn werk
gever, behalve deze vergoeding nog een
tijdelijke uitkeering van 7070 van zijn dag
loon. Deze uitkeering duurt zoolarg de ge
noemde ongeschiktheid aanhoudt, maar nooit
langer dan tot den 22sten dag
c. wanneer hij drie weken na den dag van
liet ongeval nog geheel of gedeeltelijk onge
schikt is tot werken, eene verdere schade
loosstelling, rente genaamd, van 70 pCt. van
zijn dagloon bij geheele ongeschiktheidvan
een aan zijn verloren geschiktheid evenredig
deel dezer rente bij gedeeltelijke ongeschikt
heid. Deze rente gaat in na den 22sten dag
na het ongeval.
Indien het ongeval den dood van den
werkman ten gevolge heeft, worden uit
gekeerd
a. eene rente aan de nagelaten betrekkin
gen van den overledene, ingaande op den
dag na het overlijden
l. dertigmaal het dagloon van den over
ledene aan diegenen der nagelaten betrek
kingen die recht hebben op eene rente en
voor de begrafenis hebben gezorgd, of anders
aan hem die voor de begrafenis zorgde.
Deze rente bedraagt
a. voor de weduwe, tot aan haar dood of
haar later huwelijk, 30 pet. van het dagloon
l. voor den weduwnaar, over hetzelfde
tijdvak, zooveel als de overleden vrouw bij
droeg tot zijn levensonderhoud, maar nooit
meer dan 30 pet. van haar dagloondit
geldt alleen wanneer de vrouw kostwinner
was van haar man
c. voor elk wettig en elk natuurlijk,
wettiglijk eikend kind 15 of, wanneer het
ouderloos wordt ot is, 20 pet. van het dagloon.
Voor ouders, grootouders en kleinkinderen,
van wie de overledene de kostwinner was,
geldt een gelijke bepaling als voor den
weduwnaar. De rente die kinderen of klein
kinderen genieten, houdt op wanneer het
zestiende jaar is bereikt, terwijl de weduwe
bjj een opvolgeud huwelijk geen rente meer
trekt, maar als afkoopsom in eens een bedrag
van tweemaal haar jaarrente ontvangt. In
het geheel kan voor een ongeval met doode-
lyken afloop nooit meer worden uitbetaald
dan CO pCt. van het daglooo des oveiledene.
Geen schadeloosstellingen worden genoten
a. door den verzekerde die opzettelijk het
ongeval heeft veroorzaakt, en diens nabe
staanden
b. door een nagelaten b-trekking van den
overledene, dio opzettelijk of in dronkenschap
het ongeval heeft veioorzaakt of door grove
schuld te weeg btacht;
c. gedurende gevangenschap van drie jaren
of langer van den rente-trekker de verbeurde
rente kan alsdan ten goede komen aan hen
die recht op renten zouden hebben gehad
indien het ongeval dat den veroordeelde is
overkomen, doodelijk ware geweest.
Tot op de helft verminderd worden de
tijdelijke uitkeering en de tente waaropeen
verzekerde aanspraak heeft, indien het hem
overkomen ongeval te wyten is aan dronken
schap.
De schadeloosstellingen worden berekend per
werkdagvoor de Zondagen en algemeen
erkende christelijke feestdagen geschiedt der
halve geen uitbetaling. Evenmin komt voor
de berekening der schadeloosstellingen in
knieën en wrong zich do handen. „Zij zal
storven Zij zal stervenriep zij op vertwij
felenden toon, en gedroeg zich, zelf door een
zenuwtoeval overvallen, als een vrouw die
aan epileptic lijdt.
Gttilio stuurde dadelijk om dan dokter,
terwijl' zij' do middbloos aanwendde die do
Parijsche dokter voorgeschreven had. Hot
kind scheen «enige verlichting te krijgen en
zag Gttilio met dankbaren blik aan. Mevrouw
Pudge jubelde heb uit van vreugde en kuste
Ottilie do hand. De dokter, de beroemdste
uit de etad, verscheen, en gaf mevr. Pudge,
die in hooge mate overspannen was, een mor-
fine-injectie. Da.t maakte haar rustiger, en
toen het kind, toen dei morgen al door het
venster scheen, in slaap viel, ging zij) weg era
verzocht O'ttilie mee te komen.
„Blijf bij mij," zeide zij. „Jij bent de goede
engel van heb huis.
Ottilie volgde mevrouw Pudge in haar
boudoir; hier legde zich de dame in een zij
den shawl gehuldl op de sofa en hield Otti
de's hand. in de hare.
Zij sprak wartaal, en Ottilie zag medelij
dend neer op die arme, nu zoo bleek o, zieke
vrouw, omgeven door uitgelezen pracht en
comfort.
De meubelen wanen van ivoor, overtrok
ken met zeegroene» zijde, met dezelfde stof
waren ook do wanden1 bekleed, terwijl de ge
welfde zoldering den hemel voorstelde, waar
in noordelijke sterrenbeelden met hun uit
stralend electrisch licht het geheele vertrek
vervul dor.De hemel' bewoog zich langzaam,
zoodat de stsrrerabeeld'en zich verplaatsten.
Maar walt kom al die heerlijke pracht, al
die weelde de lijdende eigenares baten?
„Ik ben u zoo dankbaar, juffrouw Ottilie,"
aanmerking hetgeen de werkman boven vier
gulden per dag verdiende.
Deze verzekering nu geschiedt bij eene
Rijksverzekeringsbank op wier toestand en
beheer toezicht wordt uitgeoefend door epu
raad, die voor een derde leden wordt be
noemd uit de werkgevers, voor een ander
derde uit de werklieden.
Deze bank stelt, behoudens beroep door den
belanghebbende, alle schadeloosstellingen
overeenkomstig de verstrekte gegevens vast
en kent die toehet bestuur der bank kan
eeoe voorloopige reDte toekennen, zoolang
de toe te kennen rente nog niet definitief is
vastgesteld. De Staat stelt zich zonder eenig
voorbehoud aansprakelijk voor de te betalen
schadeloosstellingen.
De renten kunnen tot een bedrag van
f 260 per jaar, vervreemd, verpand noch
beleend wordenevenmin kan er beslag op
worden gelegd,
Hoe de middelen worden opgebracht, waar
door de uitgaven worden gedekt die de
uitvoering dezer wet met zich mede zal
brengen, laten wij op dit oogenblik onbe
sproken. Alleen ditde verzekering komt
enkel ten laste van den werkgever die, op
straffe van boete van ten hoogste honderd
gulden, de premie noch geheel noch ge
deeltelijk mag afhouden van het loon der
verzekerden.
Ten slotte zy aangestipt dat door den ver
zekerde, behoudens enkele bijzondere geval
len, geen vordering op schadeloosstelling zai
kunnen worden ingesteld volgens de art.
1406 en 1407 van hei Burgerlijk Wetboek.
Algemeen «Tcrzlclit.
SCHIEDAM, 23 Mei 1900.
DE OORLOG.
Het oorlogsnieuws is bitter schaarsch.
Wij hooren dat Britsche troepen genaderd
zyn tol Vereeniging aan de Vaalrivier, waar
de brug onbeschadigd werd gevonden. Ver
eeniging nu ligt aan de lijn Kroonstad
Johannesburg. Mag hieruit worden afgeleid
dat de Boeren ook aan de Vaal niet stand
zuilen houden
Tegelijk wordt beweerd dat Johannesburg
in staat van tegenweer wordt gebracht, zoo
dat de Boeren besloten zouden zijn de goudstad
uiet zonder strijd in handen der vijanden te
laten, Bennett Burleigh, de bpkende corres
pondent verwacht vóór de stad geen ernstigeo
tegenstand. Wel worden schansen aangelegd
by Khprtvierberg by Johannesbuig, maar h\j
zegt dat de Engelschen die kunnen omtrek
ken, zoodat de Boeren hun stellingen zullen
moeten ontruimen.
Te Pretoria is men reeds bedacht op de
mogelijkheid van een beleg. Tweehonderd
personen hebben daarover in een openlucht-
meeting besprekingen gevoerdeen com
missie werd benoemd om te zorgen voor de
veiligheid van vrouwen en kinderen, terwijl
tegelijk de Nederlandsche consul werd uitge-
noodigd zijn regeering aan te raden, de
noodige maatregelen te treffen voor de be
scherming der Nedeilandsche onderdanen.
Intusschen verneemt de «Morning Post"
dat de Boeren uit Harrysmith, in het Noord
oosten van den Vrijstaat, wegtrekken naar
zeide zij. „Wat, moesten wij beginnen, als wij
u niet hadden Stonia houdt van u. Als liet
kind geneest, zal dat aan uw invloed te dan
ken zijn, U is mijn wax® dochter, juffrouw
Ottiliewant wat heb ik aan VictoriaNeen,
u is mijl» goede engel. Ik zou zoo graag
iets voor u willen doen. Als ik maar geld
had1 Maar ik had meer geld toen ik nog arm
was. Wij1 rijm dwaze niensch.mToen ik nog
arm was, wenschte ik mij steeds rijkdom, era
ik dacht dat ik al mijn wenschera vervullen
en geluking zou kunnen zijn, als ik maar geld
had. Nu ben ik zeer rijk en zeer ongelukkig.
Dab wil zeggen, mijn man is rijk, en het lijkt
of ik hst ook ben. Maar mijn man geeft mij
nooit een cent. Hij geeft mij juwieelen en dia
manten en andere dure dingen, maar geld!
krijg ik nooit. Maar ik wil een mooder voor
je zijn, Ottilie. Vertrouw mij alles toe wat
jo op het hart hebt; zeg mij al je zorgen of
wensehen wat ik kan, wil ik voor jo doen."
Ottilie voelde zich bewogen. Zij was zoo
ongelukkig en verlaten, dat de belangstel
ling van mevrouw Pudge haar goed deed. Zij
werd dus ontrouw aan haar voornemen om
to zwijgen. Zij' vertelde haar levensloop en
haar geheele levensgeschiedenis.
Mevrouw Pudge was geroerd. „O, hoe
mooi, zulk een liefde," zeide zij. „Ach, lieve
Ottilie, er is niets schooners ter wereld dan
zulle een trouwe, ideale liefde. Zoo was het
ook met mijii eerste l'rfde, met mijn edelen
zendeling. Maar je moet uiet te verwonderd
zijp over het wederzien van den graaf. Je
bent nog zoo jong, en kent de wereld nog zoo
weinig, daarom; komt jo deze ontmoeting zoo
bijzonder voor. Maar w'e de wereld1 door en
door kent als ik, dien komt ze klein voor.
Men ontmoet zijn1 bekenden in den loop der
het Noorden, dat de Van Reenenspas ont
ruimd en de Botha-pas nog slechts door
weinige Boeren bezet is.
Op Bulier hebben de Boeren weer een
klein voordeel behaald. Het schynt dat deze
Bethune met 500 man naar Nqutu in Zoeloe-
land had gezonden, denkende dat er geen
Boeren waren. Dit bleek wel het geval.
Blijkbaar is Bethune toen teruggetrokken
maar onderweg is dicht by Vrijheid een
eskadron in een hinderlaag gevallen.
Alle hoop, hoe gering ook, blijft gevestigd
op interventie van de Vereenigde Staten,
al heeft Mc Kiniey geweigerd de depu
tatie officieel te ontvangen, en is de door den
staatssecretaris Hay gepubliceerde verklaring
weinig bemoedigend.
Hay deelde aan de gedelegeerden mede,
dat de artikelen III en V van de Haagsche
Conventie eenïge verdere actie door de Ver.
Staren onder de bestaande omstandigheden
onraadzaam schijnen te maken, terwijl de
verklaring besluit als volgt
„De stappen door den President gedaan in
zijn ernstigen wensch om den oorlog te zien
eindigen, mogen reeds gezegd worden te gaan
tot de uiterste grens die hem veroorloofd is.
Zijn vollen plicht gedaan hebbende om zijn
neutrale positie strikt m acht te nemen, en
de eerste gelegenheid dm zich voordeed aan
gegrepen hebbende voor liet aanbieden zijner
goede diensten in het belang van den vrede,
beseft Mc Kinky, dait hem ia de tegenwoordi
ge omstandigheden geen andere weg open
staat dan te volharden in zijn politiek van
onpartijdige neutraliteit. Daarvan af te wij
ken, zou in strijd zijn met al onze tradit'ën
en nationale belangen, en zou leiden tot ge
volgen, welke noch de President, modi het
volk der Vereenigde Statera gaarne zou zien."
De Boerengezantéh wanhopen evenwel nog
niet. Zij richten zich tot liet Amerikaanscbe
volk zelf.
Volgens den correspondent der „Frankf.
Ztg." is dan ook de mogelijkheid niet buiten
gesloten, dat Mc Kmley 'toch nog, zij, het ook
niet-offieieel, do Engelsche regeering zijn be
middeling zal aanbieden.
Niet onvermeld mag blijven dat onmiddel
lijk na liet vertrek dor deputatie sir Julian
Pauncefote, de Bntschc gezant, eon onder
houd mot den staatssecretaris Hay heeft ge
had.
Frankrijk.
Do Fransclie regeering heeft andermaal
met succes een aanval der nationalisten af
geslagen. De vrienden der regeering lokten
zeiven den strijd uit, nu De C letollane, om
de regeering geen gelegenheid te geven tot
een parlementaire victorie, zijn vroeger aan
gekondigde interpellatie over de algemeene
politiek had ingetrokken.
Daarom interpelleerde de republikeinsclio
afgevaardigde Gouzy aver de algemeene staat
kunde. Hij wees er op dat dfe verkiezingen
buiten Parijs oen overwinning Waren voor de
repubhkemselie sltaatkunde en vroeg der re
geering maatregelen te nemen voor de ver
dediging dor Republiek.
Paul do Cassagnac vatte hierop terstond
vuur. Hij verklaarde dat. de nationalistische
interpellatie niet was ingetrokken uit vrees
voor een overwinning der regeering. Inte
gendeel, zij hopen dat liet Kabmet-Waldeck-
Rousseau nog zal aanblijven, omda't het zoo-
jaren steeds wederom. Ik kan je dadelijk eens
voorbeeld noemen. De vadervara den heer
Barnato heb ik voor lange jaren gekend!. Ik
zag hem te Bombay, waar hij als clown op
trad. Ik heb hem in Johannesburg in een
gezelschap teruggezien en hem dadelijk her
kend, Hij heeft mij ongetwijfeld ook her
kend, maar aangezien hij nu een arehi-mil-
lionair is en eera gezien personage, zal hem
dio herinnering wel niet aangenaam zijn,
want hij liet zich voorstellen en begreep mijn
toespelingen op Bombay niet. Zoo gaat het
in het leven. Verwonder je niet te zeer, hef
kind, maar verheug je dait je hem teruggezien
hebt. Ik zal doen wat ik kan om jehii geluk
kig te maken. Al moest ik ook mijn diaman
ten verkoopen, want geld heb ik niet. Ik
bezit niets als tienduizend francs, die ik be
spaard heb op onzen reis naar Europa en die
ik nar. Pudge raiet eruggegevon heb. Tien
duizend francs zijn evenwel niet voldoende
om jou en den graaf te helpen."
„Maar geld, mijn lieve mevrouw, geld kan
hier in 't geheel niet helpen," zei Ottilie met
een diepen zucht.
„Als Stonia maar niet sterft," zei me
vrouw PudgB. „Ach God, liet arme meisje
lijkt zoo op mijn eerste kind. Ik geloofde
vroeger dat mijn lieve man door de kracht
van ziju gebeden God zou bedwingen en de
wegvliedende ziel van mijn zoon zou terug
houden. Maai- alles was te vergjeefs. En
Stonia lijkt zoo op den overledene. Blijf bij
ons, Ottilie, ga niet weg. Ik zal voor je zor
gen. Wees maar gerust. Je zegt dat geld niet
kan helpen geld vermag veel. Maar al
kan het ook niet' helpen, ik zal je omstandig
heden ter harte nemen. Ik zal alles zóó in
richten dat je gelukkig worert."
veel kwaad doet aan de repabhkeinschezaak.
Daarop las De Cassagnac achtereenvolgens
allo ministers do levieten, om toen te verkla
ren dat Parijs de ministers verloocliend had
door de radicaal-socialistische meerderheid in
den gemeenteraad te vervangen door een re
actionaire.
Recht „enfant terrible" als hij kan zijn,
schaarde De Cassagnac aldus de nationalis
ten openlijk onder de reactionairen het was
duidelijk merkbaar dat zijn partijgeuooten
daar weinig over gesticht waren.
Voor de regeering antwoordde de minister
president. Waldeck-Roussoau zette uiteen dat
men staat voor deze vraag:
Moet de staatkunde van de verdediging
der Republiek worden voortgezet? Of behoort
zij gewijzigd? En zoo ja, op welke wijze?
Mien heeft gezegd dat voor het optreden
van dit ministerie de nationalisten niet of
slechts inraevelachtigen staat bestonden; dat
velen zijnea* voorgangers het niet hunner
waardig geoordeeld hadden hera te bestrij
den dat het nationalisme gevaarlijk is ge
worden heet de schuld van d'it Kabinet. Deze
argumenten1 noemde de minister niet nieuw,
maar liij vroeg waar de kiezers de politiek
der Regeering hebben veroordeeld Met
tracht verdeeldheid te zaaien, het l'and wil
de definitieve bevrediging en zal die weten
te verkrijgen. Echter aan geen enkele regee
ring blijven bestaan als zij voortdurend be
leed igd wordt.
Daarom vroeg de minister-president do
Kamer om een wet die bescherming verleent
tegen de lasteraars van het hoofd van den
Staat, en eon wet op de vereenigingen, want
mem kan met d'e goederen in do dood® hand
maar steeds laten toenemen om aan de te
genstanders der regeering een krijgskas te
verschaffen.
De minister-president zal vooste db Ka
mer verzoeken de wetten op het onderwijs,
op de directe belastingen en op do werkhe-
denpensdoenen goed' te keuren. Indien voor
dit program geen meerderheid te vindten is,
dan, verklaarde Wal d eek -Rousseauzal hij
aan zijp opvolger d® zorg voor de uitvoering
er van overlaten.
Nadat Ribot, nu een verstokt aanhanger
van Méline, betoogd had dat het ministerie
niet de Republiek is, dat het partij-kiezen
van Parijs 'tegen liet Kabinet eera ernstig feit
is, dat do regeering zich had belmoren te
haasten met d'e amnestie in de zaak-Dreyfus,
terwijl de spreker de wetsontwerpen der re
geering bestreed1, vroeg de minister-president
de medewerking van alle republikeinsehe par
tijen als hij zich, vergiste, zou de Kamer
liet hem' zeggen.
De eenvoudige orde van deni dag die werdi
gevraagd, werd' dbor de regeering afgewezen.
Zij vereenigde zich met de motie-Gouzy, die
verklaart dat de Kamer besloten is met
kracht de staatkunde van hervormingen, van
verdediging dei- republiek en der gewetens
vrijheid voort te zetten, dait zij de verkla
ringen der regeering goedkeurt enz. De afge
vaardigde Rrantz vroeg splitsing der motie,
waarop hot eerste deel werd aangenomen met
439 tegen 56 stemmen er het tweede deel,
de goedkeuring van de verklaringen der re-
geonng, met 271 tegen 226 stemmen.
Een nieuwe aanval werd toen nog be
proefd. Bij dear voorzitter was ral. ingekomen
eon aanvulling van deze motie, waarbij de re
geering wordt uitgenoodigd te zorgen dat de
Daar kwam Victoria binnen in' een och
tendjapon en informeerde naar den toestand
van Stonia en haai* moeder. Zij zette zich.
naast den divan neer en liet zich door me
vrouw Pudge vertellen hoe de nacht voorbij
gegaan was.
„Had mij maar laten roepen, mama," zei
de zij.*„Ik was dadelijk gekomen, ik heb zoo
goed als niets geslapen,"
„Ja, lief kind, ik dacht dat ook wel. Maar
het was niet noodig omdat juffrouw Rieneek
al hier was, en je weet welk een invloed de
juffrouw op Stonia heeft. Stonia werd zicht
baar beter nog voor de dol ter kwam.
Victoria zag Ottilie niet zeer vriendelijk
aan, doch zei niets. Ottilie was zeer moede en
voelde zich onwel sedert Victoria er bij was.
Daar kwam ook do heer Pudge. Hij betoonde
zich zeer bezorgd. Men had hem gezegd dat
Stonia ziek geworden was. ea dat de dokter
geweest was. Maar op teedere wijze wendde
hij zich het eerst tot zijn vrouw, die onderdo
werking van de morfine nu zeer levendig
werd on wier oogen schitterden. Mijnheer
Pudge bemerkte het en zei..Je hebt je toch
weer niet opnieuw een injectie gegeven, lieve
Josephe?"
„Ja. dat heb ik gedaan, he;, was noodig era
ik ben er van opgeknapt."
„Maar Josephe, dat gaat toch niet. Je ge
went je te veel aan morfine, ik lieb er met ra-.-ra
dokter over gespreken en ik zal het je zeüfs
moeten verbieden."
Wordl rcmvdgil)
r
t
Sr"
L5! Jtpks&r-t