Zaterdag 16 Juni 1900.
IMo. 10267.
m
54*" Jaargang.
GOUD EN EER.
Jol
'4
i
Kennisgeving.
MOTORRIJTUIGEN.
BUITENLAND.
te
j
S0HED1I ISC HIE COiiiANT
Deze courant verschijnt dagelijks, met uitzondering van Zon- en Feestdagen.
Prijs per kwartaal: Voor S c li i ed am en VI a a r d i n g e n fl. 1.25. Franco
per post fl. 4.65.
Prijs per weekVoor Schiedam en Vlaardingen 10 cent.
Afzonderlijke nummers 2 cent.
Abonnementen worden dagelijks aangenomen.
Advertentiën voor het eerstvolgend nummer moeten des middags^vóór een uur
aan "iet bureau bezorgd zijn.
Bureau s Moterstraat 68.
Prijs der Advertentiën: Van 16 regels fi. 0.92iedere regel
meer 15 cents. Reclames 30 cents per regel. Groote letters naar de plaats die rij
innemen.
Advertentiën bij abonnement op voordeelige voorwaarden. Tarieven hier
van zjjn gratis aan het Bureau te bekomen.
In de nummersdie Dinsdag- en Zaterdagavond verschijnen, worden
zoogenaamde kleinm advertentiën opgenomen tot den prijjs van 40 cents
per advertentie, bg vooruitbetaling aan het Bureau te voldoen.
Interc. Telefoon Ko. 133.
De BURGEHEESTER VAN SCHIEDAM
brengt ter openbare kennis
dat de herstemming ter vi iezing van een
lid van den gemeenteraad i vervulling van
de vacature, ontstaan wegens aftreding van den
heer A. van Buijsen, in het Kiesdistrict 111 zal
gehouden worden op Dinsdag 19 Juni aan
staande, van des voormiddags acht tot des na
middags vijf uur, over de candidaten
D. RIS Jz. en A. J. M. ZOETMULDER;
dat tot de stemming niemand wordt toegela
ten dan die volgens de kiezerslijst bevoegd is
tot de keuzo mede te werken en in het bezit
is van de bij art. 55 der kieswet vermelde kaart,
bevattende eene oproeping voor de stemming;
dat aan een kiezer, die zijn kaart heeft ver
loren, of wien geen kaart is toegezonden, op
zijne aanvraag door of vanwege den burgemeester
ter Gemeente-Secretarie eene kaart wordt uitge
reikt, mits hij voldoende van zijn identiteit doe
blijken
dat art. 128 van het wetboek van strafrecht
luidtHij die opzettelijk zich voor een ander
uitgevende, aan eene krachtens wettelijk voor
schrift uitgeschreven verkiezing deelneemt, wordt
gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste
een jaaren
dat voor hoofden of bestuurders van fabrieken
of werkplaatsen, ter gemeente-secretarie, tegen
betaling van 2i/s cent, verkrijgbaar zijn formu
lieren ter invulling van de uren, waarop de
personen, die onder hen arbeiden, gelegenheid
kunnen vinden aan de stemming deel te nemen.
Schiedam, den 15den Juni 1900.
De Burgemeester van Schiedam,
VERSTEEG.
De Gedeputeerde Staten der Provincie
Zcid-Holdand,
brengen ter kennis van belanghebbenden, dat
in hunne vergadering van heden is vastgesteld
liet volgende besluit
ïDe Gedeputeerde Staten der Provincie Zuid-
Holland,
Gelezen de missive van Burgemeester en
Wethouders van Kelhel cti Spalancl, dd 8 Mei
11., no. 116, houdende verzoek, de in hunne
gemeente gelegen wegen, uitgezonderd den weg
naar Schiedam, ongeschikt te verklaren voor
het gebruik van motorrijtuigen
Alsmede bet daaromtrent ingewonnen bericht
van den Hoofd-Ingeneur van den Provincialen
Waterstaat in dit Gewest, dd. 25 Mei II., no. 983
Gehoord het rapport van de Leden der be
trokken Afdeelmg van hun College
Gelet op art. 20 van hel Provinciaal Regle
ment op de Wegen en Voetpaden Provblad
no. 58 van 1899)
Oveiyvegendo, dat in den Polderweg vele
bochten zijn, die op dezen gedeeltelijk bebouw
den weg bet vrije uitzicht op verschillende
plaatsen belemmeren, en dat de overige hier
boven bedoelde wegen eene rijbaan hebben van
slechts 2 a 3 M., terwijl de bermen van geen
beteekenis zijn en soms geheel ontbreken
dat die wegen derhalve ongeschikt moeten
worden geacht voor het verkeer met motor
rijtuigen
Hebben besloten
De wegen in de gemeente Rethel en Spaland,
Roman, uit Transvaal
VAN
ATT GUST NIEMIaNN.
38)
De ruiters! Melden halt, stegen af, zagen
de zadels ma, gaven den paarden, brood en
namen, zelf een, versterking uib hun v-eld-
fk-ssclicn. Pieten Mairitz kwam met een jon
gen, flink gébouwdkm man naar Joachim toe
en wemschte hem goeden, morgen. Joachim
noochgde 'beiden uït bij hem te konten zitten,
terwijl Pieter Maritz zijn. metgezel als Klaas
Cronjé voorstelde.
„Cronjé V' vroeg Joachim. „Heet de kom-
maindaait van Johannesburg ook niet zool
Do mflibairet-konrmamdant van het district
'Manco»?"
„Volkomen juist," zeide Pieter Maritz.
„Dat is de vader van. Klaas."
Op dit oogenblSk kwaim ook da hoer Dear-
son en schoof mede aan tafel.
„Het zijn spionnen," fluisterde hi| Joa
chim toe.
Joachim antwoordde hem niet. EBji bekeek
epn. wapen, dait Pieter Marite ter zijde droeg.
Het was geen hartsvanger, zooals de andere»
Hoeren droegen, maar een lange, spitse de
gen met kunstig bewerkt gevest, d'ait een
kruis voorstelde, van staal mét ingelegde
gouden sieraden. 1
bekend onder de navolgende benamingen de
Vlaardingsche weg, de Harrewcg, da Kethcl- of
Kandelaarweg, de Groeneweg, de Polderwegde
Woudweg, ongeschikt te verklaren voor het ge
bruik van motorrijtuigen."
's-Gravenhage, 5 Juni 1900.
De Gedeputeerde Staten voornoemd
PATIJN, Voorzitter,
F. TAVENUAAT, Griffier,
fUcmeen overtlcln.
SCHIEDAM, 15 Juni 1900.
»E OORLOG.
Zeiden is het nieuws omtrent den oorlog
zoo schaarsch geweest als heden, 'tls ook
best mogelijk dat er niet veel te berichten valt.
Wjj weten du dat generaal Botha na het
hardnekkig gevecht bij Eerste Fabrieken zijn
stelling weder heeft ontruimd, om natuurlijk
meer oostelijk den vyand af te wachten en
weder zoo lang mogelijk te weerstaan. Roberts
die overal troepen moet achterlaten om zijn
rug te dekken, en die op steeds bergachti
ger en ontoegankelijker terrein komt, zal nog
menigen harden noot te kraken krijgen.
In den Vrijstaat heet alles rustig. Een
slecht teeken voor de Engelschen, Want
daaruit blijkt dat de Boeren weder verdwenen
zijn om later andermaal hun slag te siaau.
Dat is de afmattende, onheilbrengende guerilla.
Jammer is het dat de Boeren nog altijd
zoo zuinig zijn met hun dynamiet. Waarom
niet den Lang Nek-tunnel flink vernield? Bul-
ler zou dan zeer langen tijd noodig hebben
gehad om zijn kanonnen en zijn trein in Trans
vaal te brengen. De Boeren zijn te zuinig.
Naar Reuter van 12 Juni uit Vrijburg
seint, zijn! 1000 Boeren met 30 wagens, meest
opstandelingen, die voor generaal Warren te
rugtrekken, te Kuruman in Bechuaoia-land
aangekomen.
Een Rmter-herickt uit Prieskal zegt dat 't
geheel a land ten Zuiden van Gnquatown van
vijanden is gezuiverd.
In de Kaapkolonie zal dus uu een minis-
terie-Gordon Sprigg optreden. Een ernstige
politieke fout lijkt ons dit van de Engelschen.
Hoe harder zij toch de Hollanders behandelen
en dat is van Gordon Sprigg te wachten
hoe meer de geest van verzet zal toenemen.
Steeds meer merkt men, waar de Engel
schen. in -Zuid-Afrika op aansturen De be
kende Johannesburger Lionel Phillips heeft
reeds in een 1-ezing voor heb Koloniaal Insti
tuut verklaard dat Engelsch de officieele
taal in Zuid-Afraka moet wordten. Hiji achtte
het een fout dat men in de Kaapkolonie het
Holland sch naast het Engel sell als officieele
taal had erkend.
Be Zuld-Afrlkaatischc Mali.
De zitting van den Volksraad.
De ^Volksstem" van 912 Mei is hier te
e aangekomen. De bladen bevatten de
"-Jagen van de sluiting der zitting der
/ansvaalsche Volksraden en de opening der
nieuwe zitting met een rede van den Staats
president die zelf aanwezig was. Staatssecre
taris Reitz las de rede voor, waarin wjj de
voornaamste punten ontleenen
2. De oorlog, waarin het land gewikkeld
is met Engeland, heeft, behalve de vele kost
bare offers, die de strijd onder de burgers
van beide staten gekost heeft, ook hare offers
geëischt in de wetgevende en uitvoerende
„Een mooie degen!" sprak hij.
„Ja-, een Spaansclie," antwoordde Pieter
Mamfcz. „Het is earn geschenk van een uiwer
landgenooten, lord Adolphus Fiteherbert."
„Dab is geen landgenoot van mij," hernam
Joachim en voegde erbij„U hdbt daar een
sterke patrouille."
Piet-er Maritz zag hem met zijn -doordrin
gende blauwe oogen aan en zeo.de: „TT is
geen koopman."
„Neen."
„U is ook geen, ingenieur."
„Neen, ook dat ben ik niet."
„TT is een gewezen militair."
„Dat is zoo. Kan u d'at merken?"
„Ik heb v-eel met de troepen van Hare Mar
jesteit omgegaan. Maar u is, zooals u zegt,
geen Engelschman. II een Duitseher."
„Ja,"
„Is u een Dtótscher V' vroeg de heer Dear-
son met argwaan.
„Ja zeker. Ut ben Pruisisch officier ge
weest."
De heer Dearson bromde iets, stond op en
ging naar de andere Boeren.
„Mijnheer schijnt cr -niet verheugd over
te zijn, dat u een Duitseher is," zesde Piet-ar
Maritz.
„Dat kan. men oolk niet verlangen."
Pieter Maritz ledigde zijn glas, maar zeide
niets.
„Hebt u al een lange rit achter den rug?"
vroeg Joachim.
„Niet zoo heel lang. H.-t is maar een wan
delrit,"
lichamen, waar wij den dood te betreuren
hebben van de zeer verdienstelijke leden de
heeren J. H. Barnard, C. J. Tosen, J. H. M.
Koek, alsmede van onzen geliefden vice-presi
dent en commandant-generaal, den heer P. J.
Joubertdie, de eene te Derdepoort een
roemrijken dood stierf in de verdediging van
zijn vaderland tegen woeste kafferhorden,
welke door een Engeisch officier werden aan
gevoerd de anderen aan de door hem be
komen wonden overleden is, door hem opge
daan, terwjji hy onze burgers aanvoerde in
den slag bij Elandslaagte, terwyl de heer C.
J. Tosen en de vice-president en comman
dant-generaal tengevolge van ziekte, opgedaan
door ontbering, ons onsvielen.
Een woord van diepgevoelde waardeering
voor deze ontslapen broeders, die in het mid
den hunner nuttige loopbaan werden wegge-
mkt, is hier, naar ik meen, niet misplaatst.
Het nageslacht zal naar waarde weten te
beoordeelen het werk van den ontslapen
commandant-generaal, wiens optreden zelfs
aan den vijand ontzag inboezemde, en wiens
hunman en roemrijk gedrag den staat een
naam van beteekenis gaf onder de beschaaf
de volkeren.
5. Ik heb den Ed. Achtb, heer L. Botha
benoemd tot waarnemend commandant-gene
raal der Z.-A. Republiek, tot tijd en wijle
een verkiezing zal kunnen gehouden worden.
Was het de wil van wijlen den comman
dant-generaal, dat de heer Botha hem in die
belangrijke functie zou opvolgenik vertrouw
dat deze voorloopige benoeming ook de '-oed-
keunng van het volk zal hebben weggedra
gen.
6. Ik ben diep getroffen door het blyk van
innige gehechtheid van het volk onzer zuster
republiek, dat metterdaad getoond heelt ge
reed te zijn om zijn verplichtingen na te
komen aan het volk der Z.-A. Republiek
verschuldigd ingevolge bestaande traktaten,
en waardoor op zoo schitterende wijze de
aloude banden bevestigd en versterkt zijn,
die bestonden onder het volk dat de beide
oevers van de Vaalrivier bewoont. Zij hebben
liet duidelijk ingezien, dat een gezamenlijk
optreden vereischt werd, omdat een aanslag
op de onafhankelijkheid van de Z.-A. Republiek
in zich sluit de bedreiging met ondergang
van het onafhankelijke bestaan van den
Oranje-Vrijstaat.
De opgewektheid en het onbeperkt ver
trouwen in een toekomst van de Afrikaan-
sche natie door het flinke optreden van
onzen zuster-staat, heeft aan het volk en de
regeering van de Z.-A. Republiek een heer-
lyk voorbeeld gesteld en is ons ten kracht
geworden in de worsteling om het bestaan
ons door den oorlog met Groot-Brittannië
opgelegden is voor de buitenwereld en
voor wie de pogingen van een klein volk
om vrij te blyven volgen van nog gruotere
moreele waarde.
Deswegen in deze uwe vergaderplaats de
oprechte en diepgegronde gevoelens van waar
deering uit te spreken en te vertolken, is
naar ik meen een geringe nakoming onzer
verplichting jegens onze getrouwe stamge-
nooten en broeders in den Oranje-Vrijstaat,
God zsgene hen voor hunne toewijding aan
de zaak der vrijheid.
8. Ten tijde van mijn bezoek aan de ver
schillende lagers, was ik ook te Bloemfon
tein, waar ik met Z.HEd. den staatspresident
van den Oranje-Vrijstaat overeen kwam om
aan de Engelsche regeering gezamentlijk een
dépêche te zenden, waarin wij, onder ken-
Joachim lachte, ,,'t Verheugt mijt te zien),
dat de Boeren op hun hoede rijn," zeide hij
Pieter Maritz stond op «a Klaas Cronjé
volgde zijn voorbeeld.
„Ik hoop u nog eons terug te riem, mijn
heer Joaquin," zeide Pieter Maritz, terwijl
hij' ham d© hand raakte.
„Dat zou mijl genoegen doen."
De Boeren stegen to paard en reden! ver
der met Pieter Maritz aan het hoofd.
De heer Dearson kwam weer aan tafel.
„Dus u is een Duitseher 1" vroeg hiji Joa
chim.
„Zeker."
„Heb spijt mij', dat u het niet vroeger ge
zegd heeft."
„Mijnheer Dearson," antwoordde Joachim,
„ik ben besloten de mijn te verlaten, en wilde
u gaarne mijn kas overdragen. Wanneer u
zoo goedl wilde zijn in mijn kamer te komen,
zal ik u de afrekening voorleggen."
„Wat gaat mij dat aan? Maak dat met
den heer Pudge m orde."
„Maar ik heb n'og geld voor die arbeiders.
Dab zon ik toch gaarne overdragen. Met den
heer Pndge za.1 ik sipreken, wanneer ik in de
stad, kom. Ik wil er nog hedenmorgen heen
gaan en zal een van de muildieren medene-
men om mijn zaken te dragen."
De heer Dearson ging mede en Joachim
droeg hem het geldt en -die afrekening af. De
heer Dearson nam een zeer uitdagende hou
ding aan.
Nadat hij zich verwijderd hadi laadde Joa
chim mot de hulp van den kne- t rijn zaken
nhgeving, dat wij geen oorlog gezocht had
den en geen uitbreiding van grondgebied
bedoelden, voorstelden, om over te gaan tot
het onderhandelen over den vredeonder
voorwaarde, dat de beide republieken zouden
erkend worden als souvereine internationale
staten, en de verzekering te verkrygen dat
degenen van Harer Majesteits onderdanen,
die met ons in dezen oorlog hebben deelge
nomen, geen leed hoegenaamd aan persoon of
eigendom zou worden aangedaan.
Uit het antwoord van de Britsehe regeering,
dat u zal worden voorgelegd, zal u blijken,
dat het de regeering steeds te doen was, en
nog is, om het onafhankelijk volksbestaan
der beide republieken te vernietigen.
9. Heeft onze wetgeving van verleden jaar
en de onderhandelingen met de Britsehe re-
geeriDg aangetoond, dat we alles doen wilden
om den vrede te bewaren, nu de oorlog,
trots alle onze pogingen om dien te voorkomen,
uitgebroken is, willen we al het mogelyke
doen, en niets onaangeroerd laten, om den
vrede te herstellen.
Daartoe ben ik met ZHEd. den staatspre
sident van den Oranje Vrijstaat overeenge
komen, om den beer Fischer, het geachte lid
vaa den Uitvoerenden Raad van den Vrijstaat
voor de beide republieken, den heer C. H.
Wessels, voorzitter van den Volksraad van dien
staat, en den heer A. D, Wolmarans, lid
van den Uitvoerenden Raad voor deze Repu
bliek af te vaardigen naar Europa en Ame
rika, met opdracht om aldaar representaties
te doen namens het volk en de regeeringeri
van de Zuid-Afrikaansche Republiek en deo
Oranje Vrijstaat tot herstel van den vrede, op
de basis van de onafhankelijkheid der beide
republieken.
11. Ik heb my genoodzaakt gezien bij de
verschillende neutrale mogendheden protest
in te dienen tegen onderscheidene handeling
gen die in strijd zijn met het internationale
recht, en met de wijze van oorlogvoeren
door beschaafde natieszooals het misbruik
maken van het Roode Kruis en de witte vlag
het mishandelen van gewonden op het slag
veld, en van krijgsgevangenenhet bezigen
van kleurlingen om tegen de republieken te
strjjden.
12. Niettegenstaande de bezwarende lands-
omsiandigheden door dezen oorlog, is het tot
myn vreugde gebleken dat de financiën de
groote uitgaven van den oorlog zullen kuon°n
dragen en dat de ontwikkeling der mijnen
steeds voortgaande is.
De rede eindigt aldus:
16. En hiermede mijne heeren, sluit ik.
Moge het den Bestuurder der Volkeren be
hagen ons met kracht te omgorden om dezen
ongelijken en geweldigen kampstrijd, in
Zijnen naam en voor ons heilig recht onder
nomen, tot een gewenscht einde te brengen
moge het volk en de officieren zich opge
wekt gevoelen, om bezield door hoogere
kracht en gedreven door plichtsgevoel tegen
over de dapperen, die voor het beboud van
het vaderlaud hun leven lieten, zoowel als
tegenover het nageslacht, dat van hen een
vrijj vaderland verwacht, den krijg voort te
zetten en te blijven volhaiden.
Moge alzoo de Zuid-Afrikaansche stam,
wiens toekomst immer hoopvol was, in het
eind opgroeien tot een krachtigen boom en
onze daden toonen, dat wij waardig zijn een
plaats te bekieeden in de ry der volkeren.
God in den Hemel helpe ons daartoe.
Ik heb gezegd.
op het muildier en Het de beide paarden
voor zich en rijn. bediende zadelen. Een Kaf
fer zou heit muildier leid'em.
Toen hij buiten, kwam, om weg ite rijden,
zag hij| een half dozijn mijnwerkers en den
heer Dearson bij do paarden staan. Hij dacht
eerst, dab men op «enigszins feestelijke wijzo
afscheid van hem wilde nemen, maar de
dreigende houding dhr lieden deed hem rijn
vergissing inzien.
„Spion!" nep men, „spion!"
Joachim ging vastberaden, op het paard
af; maar de heer Dearson trad hem in, den
weg en zeide„verwenschte Duitsche spion
„Maak ruimtenep Joachim hem too. Do
lioer Dearson evenwel kwam als een bokser
voor hem staan en. hield hem dei vuist on da
den neus.
„Uit den weg!" nep Joachim en, gaf hem
zulk een snellen en kra» "ïtigen stoot, dat de
heer Dearson ter aarde tuimelde.
Snel sprong Joachim nu in den zadlel, riep
zijd. bedienden en reed spoedig heen.
Maar rijn paard had nog geen twintig
schreden gedaan, toen er steenen langs Item
heen vlogen, en nu floot hem een kogel om
de ooren. Joachim wendde zich om- in den.
zadel en zag den heer Dearson met den! ra-
vol ver in de hand1. Weer klonk een schob, een
derde volgde, maar Joaekim hadi zijn paard
reeds d© sporen gegeven ©n ontkwam onge
deerd. Hij- keek om en. zag zijn. bedienden
met paard en muildier aankomen. Dezen had.
men rustig laten vertrekken.
„-Mijn eerste gevecht in AfrikaJ," zeidb Joa-
Later nam president Kruger zdf nosr het
woord ©n sprak:
„Ofschoon tegen de bestaande gewoonte,
wenscli ik eon toelichting te geven, op mijn
aanspraak. Gij herinnert u hoe onzerzijds; alles
gedaan ward1 om den oorlog te voorkomen'.
Reedb haddon wij, om bloedvergieten! te voor
komen, stemrecht toegestaan na 7-jarig ver
blijf liier 'te lande. Daardoor zouden reeds on
middellijk 30,000 Uit landers hot burgerrecht
hebben erlangd'. Toen ging d© regoering nog
vorder, ©n bood' stemrecht aan ondar vijfjarig
voorafgaand! verblijfdoch dit voorstel werd
door Engeland niet aanvaard. Hieruit blijkt
do geweonsdhead van den vijaind. Zij wilden
oorlog maken, ©m zochten slechts ©en aanlei
ding. Wij hebben documenten gevonden,
waaruit blijkt, hoe reeds m 1896 tot den oor
log besloten was. Zoodanig© politiek kan niet
anders wordbn genoemd dón. diuivelseh be
drog Welnu, lord! Salisbury hoeft onlangs
verklaard dait ons volk niet zal blijven, voort
bestaan maai- God zegt van wal. Wie zal nu
winnen? Gaat verder de Bngeisclie politiek
nazij hebben bij proclamatie gezegd mots
tegen de Vrijistaitens te hebben, maar toch.
vernietigen zij' d© Vrijstaatsehe rogeermg!
Zij hebban verklaard geen naturellen. te zul-
lon ephitseni tegen de Boeren; maar toch i3
een brief in onze handen gevallen, waarin
sprak© is van een aantal kapiteins die mot
30,000 Kaffers gereed zijn 'tegen ons te vech
ten. Let nu op Gods bestier. Is hot niet een
mirakel, d'ait 200,000 vechten 'tegen 40.000,
en nog bovendien 30,000 Kaffers no- dig heb
ben Heeft de Heer ons tot dusver niet heb
leven gelaten? Maai* het volk moet worden
gelouterdhet moet zich vernederen. D© dag
der genade is intusschen niet ver, man loza
Petrus 1 5, 7 ©n 8. Lang zal deze raads
zitting niet dluron; verscheiden krijgsofficie^
ren, thans hier aanwezig, zijln noodag aan het
front Do regeering zal haar plicht doen. Of
schoon. mijn oude raadslieden overleden of af
wezig rijn. mijn rechterhand generaal Jou
bert, Koek, Cronjé, Wolmarains, Staatssecre
taris Levels nieuwe krachten mij omgeven,
zulten wij strijden tot het einide toe, tob db
Heer optreedt. Hij weet zijn tijd- Laat ons
dus vertrouwen, laat one vast staan. Als het
moet, zal ik zelf optrekken, om den vijand!
van ons volk te bestrijden
Uit het dtebab over de rad'© van. den Staats
president het volgende
De heer Dieperink wenschte te weten hoe
het staat met de doorzending van troepen
van de Engelschen d'oor Beira.
Do staatspresident zegt dfct'b dei zaak nog
hangende is; daar Portugal tui- Engeland! een
•tractaat gesloten hadden over de doorzen
ding van -troepen door Beira, dait na dien tijdi
Portugal' en Transvaal een tractaab gesloten
hadden) en dait onder dit tractaab de regee
ring der Z.-A. R. geprotesteerd) hadi tegen de
doorzending van troepen door B'eira
Aangaande do protesten, ingezonden door
den staatspresident door iuascheukomsb van
©enige neutrale mogendheden, tegen Zekere
hamMingen van den vijand, word't de vraag
gesteld aan d'en staatspresident, wat voor
antwoord! op deze protesten gekomen,1 is,
waarop Z.H.'Bd'. antwoordt diait nog steeds
gecorrespondeerd wordt omtrent déze pro
testen.
Do heer Smuts is er voor dat de Volksra
den luide hun afkeuring uit moeten drukken
namens heb volk de® Z.-A. R. over de scham-
ddijjko barbaarsch© handelwijze van den vij
and. Spreker haalt ©enige voorbeeHden! aan
ehim fciji riek zelf. „In iecter geval niet zoo
glorierijk als dat van Dietrich."
Hij reed verder, langzamer als gewoonlijk,
omdat hij' den Kaffer met het muildier in
het oog wild© houden. Plotseling kwam een
ruiter hem 'tegemoet: heb was een der hem
bekende bedienden van den heer Pudge. De
man reikte hem een brief over en Joachim
las daarin het verzoek zoo spoedig mogelijk
op het kantoor van d'en heer Puttee te ko
men.
„Uitmuntend," zeide Joachim bij zich
zelf.
Het was reeds tegen negen uur, toen Joar
duin met zij|n bedienden Johannesburg be
reikte. Hij ging naar het heun reei's beken
de h'otel van den heer Wedekind, bestel
de er een kamer, liet zijn paarden stallen1,
zond het muildier terug en ging dadelijk
naar hot gouden huis.
Hij, trof den- heer Pudgo in zijtn kantoor en
zeide. „Mijnheer Pudge, ik heb een gewich
tige zaak met u te bespreken."
„De met n ook," ziead© de heer Pudge vrien
delijk en presenteerde hean een sigaar.
„Neen, dlank u," zoi Joachim, „mijiiheea'
Pudge, ik moet met u ietts bespreken, dat
„Ja, ja," zeide de heer Pudge, „maar eerst
heb ik iets met u te bespreken, d'ait niet
uitgesteld1 kan worden, luister eerst naar mij.
Daarna kom-en wij op nw aangelegenheid'
terug."
De heer Pudge hield zoo aan, dab Joachim
er zich! i'n schikte.
Wordt vervolgd
A
A
if)!
5 ïa£>»3A a 11 fefes Ai 'te,Ai»