Een protest eo een verzoet
54'" Jaargang.
Zondag 1 en Maandag 2 Juli 1900.
No. 10280.
Eerste Blad.
GOUD EN EER.
1
BUITENLAND.
SCHIEDIMSCHE COUR INT
Deze courant verschijnt d a g e 1 ij k s, met uitzondering van Zon- en Feestdagen.
Prijs per kwartaalVoor Schiedam en Vlaardingen fl. 1.25. Franco
per post fl. 1.65.
Prijs per weekVoor Schiedam en Vlaardingen 10 cent.
Afzonderlijke nummers 2 cent.
Abonnementen worden dagelijks aangenomen.
Advertentiën voor het eerstvolgend nummer moeten des middags vóór een uur
aan 'iet bureau bezorgd zqn.
- BureauBoterstraat GS.
Advertentiën: Van 16 regels fl. 0.92iedere regel
Reclames 30 cents per regel. Groote letters naar de plaats die zij
Prijs der
meer 15 cents,
innemen.
Advertentiën bij abonnement op voordeelige voorwaarden. Taneven hier
van zijn gratis aan bet Bureau te bekomen.
In de nummers, die Dinsdag- en Zaterdagavond verschijnen, worden
zoogenaamde Meinm adverte»tiët* opgenomen tot den prys van 40 cents
per advertentie, by vooruitbetaling aan het Bureau te voldoen.
ïnterc. Telefoon Aio. 123.
In de jongste raadszitting is bij de behan
deling der schootgetdverordeningen en het
daarop regardeerende adres van werklieden-
vereenigingen hier ter stede een uitspraak
gedaan die ons wonder vreemd in de ooren
heeft geklonken. Verkondigd toch werd niet
meer of minder dan dat de spreker nooit
ergens het recht had gelezen vac 5 et publiek
om mede te spreken; dat liet publiek afge
vaardigden heeft gezonden die den Raad
vormen, en dat dezen beslissen.
Nu willen wij niet ontkennen dat de Raad,
samengesteld uit de gekozenen des volks, te
beslissen heeft, al is ook zijn macht naar
meer dan één zijde begrensd. Maar, ook
niet-boos-bedoeld schijnt ons het vei kondigen
der meening dat het publiek, de burgerij,
het volk, het recht niet zou hebben om mede
te spreken, gevaarlijk toewant zij ontkent
een der fundamenteele rechten van den Neder-
landschen Staatsburger, neergelegd in onze
Grondwet. Gevaail(jk juist omdat deze
uitlating in den Raad blijkbaar zoo weinig
ernstig is opgenomen dat wij met leedwezen
een woord van protest er tegen hebben
mist.
Eo toch, reeds de staatsregeling van 1798
verklaarde in het 17de harer ^Burgerlijke en
Staatkundige Grondregelen" als volgt:
»Elk Ingezeten kan zig, bij Request, Addrès,
of met anderen Vóórdragt, vervoegen bij zoo
danige Magten waar hij zal geraaden oor-
deelen, enz."
Door onze acht grondwetsherzieningen
heen, is dit recht overgebracht ook in de
thans vigeerende constitutie. Men kent het
en noemtjiet kortheidshalve als het urecht
van petitië."
Haddenfwy niet geljjk toen wij de door ons
gewraakte uitdrukking gevaarlijk noemden?
Of sluit niet het recht van petitie in zich
het recht van het publiek, beter van het
volk, niet om te beslissen, maar juist om
mede te spreleen?
Waar aldus onverschillig van welke
zijde het geschiedt en wie de spreker
zij een onzer meest belangrijke grond
wettige rechten, óók in woorden, wordt aan
gerand, daar past ook te dezer plaatse een
ernstig protest.
•f
9
Maar ook op andere "wijze word- ons recht
om gehoord te worden geschaad. Niet op
zettelijk, wij nemen het gaarne aan. Maar
toch geschaad, en wel door de late, de te
late openbaarmaking dér voorstellen die in
den Raad aan de orde zullen komen.
Zoo was het met de schoolgeldverordening
waarvan da behandeling dan nu toch, op
wél eigenaardige wijze, is verdaagd. Eerst
Donderdag 21 Juni werd de ontwerp-veror-
dening publiek en reeds den 26sten kwam
Si' Roman uit Transvaal
VAN
AUGUST NIEMANN.-
51)
XXIII.
Leve Afrika!
Op Joachim's verlangen zou. die liuvmHjks--
plecbtdghei-d zoo spoedig mogelijk voltrokken
worden. Op het verzoek van het bruidspaar
s hadden OtiAHe's ouders telegrafisch Iran toe
stemming gegeven.
Naar aanleiding der omstandigheden zou
het een- Heine, stille bruiloft zijn. Aife ge-tui-
I gen, warm de li-acre» Berger en Pieter Mar
ritz uitgenoodigd.
„Wie is -todh. eigenlijk Koter Mtóta, voor
wienje zulk een voorliefde hebtl" vroeg öt-
tiilie. -
„Zijn familienaam is Buurman," zedde Joa
chim,. „maar shijj is onder zijn "voornamen.
Pieter Miaritz een bij het voik welbekende
persoonlijkheid. Hij heeft rich in. den oorlog
voor tien jaar onderscheiden1, en ik gevoel
veel sympathie voor hem. Zijn invloed1 heeft
ode veel bijgedragen, om mijl de betrekking
bij den, consul' te bezorgen." 331 j ie de vriend
vain, generaal Joubert én. president Eniger."
In het logement van dén héér WCMrihd
wou een Wem feestmaal worde» gegeven.
Slechte weinig gasten, waren uitgmoodigd
de ©uitschei consul, vervolgens een vriend
de zaak in den gemeenteraad in behandeling.
Nog erger is het geweest met de verbou
wing van het Ziekenhuis. Dit loon-tel, met
zijn voor ten financieel niet zeer steike ge
meente zoo belangrijke crediet-aanviage, weid
zelfs des Vrijdags vóór de raadszitting, die
op 29 Mei viel, gepubliceerd.
Dat gaat niet, vooral met wanneer de voir-
stellen, zooals met de beide genoemde het
geval is, lelteriyk uit de lucht komen vallen.
Zelfs een courant kan in dien korten tijd, vier,
vijjf d igen, niet altijd zulke studie maken van
een belangrijke materie en dit slaat vooral
op de Ziekenhuisvei bouwing dat waar
borgen bestaan voor een gezonde en dege
lijke critiek. En die critiek is ons recht, onze
plicht.
Van de belanghebbende ingezetenen nu,
met name waar die behooren tot dearbeidende
klasre en hun beurs is met de schoolgeld
verordening gemoeid kan nog veel minder
verwacht worden dat zij in eenige dagen hun
bezwaren duidelyk en nauwkeurig te kennen
geven. Besturen dienen de hoofden bij elkaar
te steken, vergaderingen moeten bijeenge
roepen, een adres moet opgesteld, en liet
gevolg i«, bij late openbaarmaking der stuk
ken, een adies als dat tegen de schoolgeld
verordeningniets zeggend, maar vragend
om wat tijd.
Men vergete ook niet dat de leden van den
Raad zeiven den tijd vaak missen om be
hoorlijk kennis te nemen van de opgeworpen
bezwaren.
Het heeft ons getroffen dat Dinsdag I.!.,
toen in onzen gemeenteraad het door ons
bestreden beginsel verkondigd en de verdaging
van de schoolgeldverordening niet zonder
vrucht bestreden werd, de heer DeSavomiu
Lobman in de Tweede Kamer pleitte voor
uitstel van het afdeelingsonderzoek der nieuwe
Ongevallenwet, o.a. in deze bewoordingen:
»Het is ook niet te betwijfelen, dat over
dit voorstel, gelijk het hier ligt, de belang
hebbenden zich niet hebben uitgelaten en
zich ook niet hebben kunnen uitlaten".
Welnu, de nieuwe O gevallenwet kwam
niet uit de lucht vallen en zou, zoo zij des
Vrij lags in de afdeeling in behandeling kwam
reeds een volle week zyn publiek gemaakt
En niettemin achtte de lieer Lobman, die
waarlijk niet verdacht kan worden van te
veel waarde to hechten aan de stemmen
buiten de Kamer, uitstel gewenscht.
Ook wij zijn er niet voor voorstellen die
regelmatig aan de orde zijn, te verdagen.
Maar daarom vragen wij een wat vroegere
publicatie der voorstellen. Het algemeen
belang kan er "slechts door gediend worden.
ttsemeea ovetzlcht,
SCHIEDAM, 30 Juni 1900.
16E «ORMftO.
Het weinig© nieuws dat ons uit Zuid-Af ri-
ka. bereikt teefcent d'en toestand voor de Boe
ren als een met volharding gevoerde guerilla.
van den heer Berger, de lieer Georg Meister
uit Hannover met zijn vrouw en twee doch
ters, die Ottiiic's bruidsmeisjes waren, de
Engelsche ingenieur Robertson en juffrouw
Wiiarda.
Den morgen van het huwelijksfeest kwam
mevrouw Pudge Ottilie een. geschenk bren
gen. Zij ihad tactvol geen kostbaar .geschenk
gekozen, maar gaf Ottili® haar portret en dat
van Stomai, in wit lederen, lijsten jjeae-t, daar
enboven. nog een prachtigen bouquet.
„Ik verheug mij' zoo óver onze Victoria,"
zeide zij) in dien loop van 't gesprek. „In den
grond van haar hart is het (toch een. goed
meisje. Zij is zoo' veranderd. Zij is zoo teeder
en lief voor haar vader en mij en heeft ver
zekerd, dat zij niet wil .'trouwen, maar ons
to-t steun zijn. Zoo heeft'de 'goede God het
alles ten beste beschikt en ik moet zoo dik
wijls aan mijn eersten echtgenoot, dén ede
len missionaris denken, die placht te zeg
gen „Het ware vaderland van den mensch
ie de hemel, en ons leven ais die school-voor
den hemd."
Terwijl mevrouw Pudge bij Ottilie was,
bezocht de heer Amstern Jöaëhim. Hij was
zeer verlegen. „Mijnheer," zeide hij, „i'k bon
u ontzettend veel verplicht."
„Laten wij daar niet 'over spreken, -beste
mijnheer Arnstem 1"
„Ja, ja," zeide de heer Amstern, verlegen
ikuchend. „U hebt, zooals ik hoor, een huis
gehuurd in. de Joubertetraat ik "bedoel,
het moet-een zeer Heine- woning zijn, zooa-la
ik gehooudi heb. Ik verzoek u heb mij .niet
fkwalïjk te namen, maar u- moet -roten,-
mijnheer, ilè(bem- hier gekomen em u gallic
Lord' Roberts rapporteert dat Dinsdag 1.1.,
10 K.M. ten Noorden van Senekai, een Hei
ne "bereden troep met twee veldkanonnen on
der overste Dreiper werd aangevallen door de
Boeren onder kommando van Prefers en Nel.
De Engelschen verjoegen natuurlijk de Boe
ren, maar verloren 3 dooden en 10 gewon
den.
Een ernstig gevecht was dat van generaal
Paget, denzelfdten dag bij Lindley. Blijk
baar wist Paget slechts met moeite zijn kon
vooi te redden. Het kostte hem 10 dooden
en 50 gewonden.
Twee andere gevechten kwamen de Engel
schen op 5 dooden en 27 gewonden te staan.
Woensdag is er bij Roodeval gevochten,
waar de Boeren den post aan den spoorweg
aangrepen. Ook hier werden zij „gemakkelijk"
verdreven door do lichte infanterie en de
Australische bereden infanterie, met behulp
van een gepantserden trein, bewapend met
een 15-ponder.
De verliezen, hier door de Engelschen ge
leden, worden niet gemeld.
Van een ander gevecht bij Senekai, waar-
vaa de datum niet wordt genoemd, gewaagt
de correspondent der „Times". Nu was het
majoor Grenfell die, met 800 man op weg
naar generaal Clements te Winburg. op een
sterke Boerenmacbt met 2 kanonnen en 2
Vickers-Maxima stiet. Grenfell kon het niet
houden en riep Brabant te hulp, die met 600
man en 7 kanonnen op zijn rechterflank
opereerde.
De Boeren namen nu Brabant's kolonne
onder vuur, maar trokken ten laatste terug
op Lindley. Een Boerenmacht op de Tafel
berg wilde komen helpen, maar werd door
het Engelsche geschutvuur gedwongen af te
trekken.
Grenfell verloor 3 dooden en 20 gewonden
Brabant 3 gewonden.
Tellen wij nu de verliezen van deze kleine
gevechten bij elkaar, dan komen wij1 alweer
tot 21 dooden en 110 gewonden.
En zóó gaat het maar door, zonder dat één
ernstig gevecht geleverd en eenig belangrijk
resultaat verkregen wordt.
In Engeland maakt men zich dan ook on
gerust over die dagelijksche verliezen. Maar
meer nog wekt bezorgdheid het hooge ziekte-
cijfer, vooral na onthullingen van Burdett
Coutte, lid van het Lagerhuis, die als corres
pondent der „Times" in ZuidLAfrika gelegen
heid heeft gehad zich op de hoogte te stellen
van den toestand.
En Bur-dett Coutts is de eenige niet die
klaagt over de slechte zorg voor de gewonden
en de zieken. Ook Julian Ralph, de 'bekende
oorlogscorrespondent der „Daily Mail", zegt
niet te aarzelen om de behandeling van zie
ken en gewonden, na den opmarsch vajj. de
Mod dom vier, onbeholpen, wreed cmbar-
baarsch te noemen. Hij grondt zijn oordeel
op een bezoek aan een hospitaal te Bloem
fontein. Toen waren er in die stad 2500 dy-
senterielijders, die op den grond' moesten
liggen en verpleegd werden door onbekwame,
onwetende soldaten.
Zoodta Burdett Coubte voor den dag
kwam met zijn onthullingen, werd op il Juli
door lord' Lansdbwne aan lord Roberts om
opheldering gevraagd. Den 7en antwoordde
-te wenscbeu en afscheid van u te niemen. Ik
ga de terugreis naar Europa aanvaarden."
„Zoo? Gtaat u terug?"
„Mjln pion ia naar Londen te gaan. Ik
treed als oompagn-on in de zaak en zal met
meer reizen."
„O, zoo!"
„Wat ik u wilde zeggen, mijnbeer, ik trof
op die Transvaalsche bank, waar ik voor za
ken moest zijn, een collega en landgenoot
aan, den heer Kampf.van. de Duitsche firma
Schöber en Donivz in Londen, die naar uw
adres vroeg."
„Zoo?"
„Ja, ik heb liem uw adres gegeven. En
wat ik u wilde zeggenu hebt een zeer be
scheiden woning gehuurd, mijnheer, en u
neemt mij niet "kwalijk, wanneer ik daaruit
do gevolgtrekking maak, d!at op het oogen-
blik uw financieel© toestand niet juist sqjjit-
tenend is neem u mij als 't u belieft niet
kwalijk."
„Volstrekt niet. Mijn ealaris bij het consu
laat is niet groot, dus moet ik mij zien te be
helpen."
„Mijnheer, u hebt mij driemaal het leven
gered," zeide de heer Arastern plotseling
vastberaden, „en ik wenschte u mijn dank
baarheid te too tien. Waarneer ak u van dienst
kan zijn mijn. beurs is ter uwer beschik
king, daar u op 't ©ogenblik\..'h
„Maar beste m ijinheerAmstern," redde
Joachim, terwijl hij ïiem lSchend in de réde
viel, „wanneer u medailles' kon uitredfeem,
dan zou -ik zei zonder mij te bedanken aan
nemen en dragon. Ma-ar geld'neen,
d!ank u," -
Roberts, er op wijzende, dat zijn transporten
en voorraden een weg van 900 mijl hadden
af te leggen, terwijl de bruggen, die op het
laatste traject van 128 mijl voorkwamen,
door den vijand vernield waren. Dat hier en
daar dus iets haperde, was niet te verwonde
ren. Bijl zijn bezoeken aan het hospitaal te
Kroonstad had' hij bij den chef van den ge
neeskundigen dienst er op aangedrongen om
alle noodige maatregelen voor de zieken te
nemen. Lord Roberts wilde echter niet de
verantwoordelijkheid van den geneeskundi
gen dienst op zich nemen, en stelde voor een
commissie te benoemen, die verslag zou uit
brengen.
In het Lagerhuis nu verklaarde Balfour
eergisteren dat er geen reden was om aan
te nemen dat het lijden van zieken en ge
wonden in Zuid-Afnka te wijten zou zijn
aan onvoldoende voorraden van geneeskun
dige middelen.
Gisteren bevestigde Wyndham dit, en
wierp de schuld op Roberts' snellen op
marsch.
Het is mogelijk, maar dan bbjkt ook te
vens welke ontzettende offers die opmarsch
van Engeland vergt, en hoeveel meer nog
op de verliesrekening zal moeten worden bij
geschreven, voordat de oorlog ten einde is,
Ook worden nog voortdurend manschap
pen „vermist" of, wat hetzelfde beteekent,
gevangen genomen; bij "Vredeforb bijv. op
7 Juni 11, terwijl in 't laatst van Mei en be
gin Juni om Pretoria 44 man als vermist
worden opgegeven.
Daartegenover staat dan het succes der
Engelschen in die gevechten, wat geen suc
ces is, omdat het juist noodig is de Boeren
niet te verjagen, maar te verslaan.
Meer op een succes lijkt het gevecht dat
volgens een telegram uit Pretoria van den
Central News-correspondent, door Huttenen
Badem-Powell eenigen tijd geleden al
thans vóór Baden-Powell's bezoek te Preto
ria ie geleverd tegen kommandant Snij-
man. Weer werden de Boeren verjaagd, maar
de Engelscben zouden 150 man gevangen ge
nomen en 2 kanonnen buitgemaakt hebben
Baden-Powell is nu weer in het Westen
aan het pacificeeren, vólgens lord' Roberts
met uitnemend gevolg. In de laatste dagen
zouden in het geheel over de 4000 geweren
en 1000 „mindere vuurwapenen" zijn ingele
verd.
De kolonne van Jan Hamilton is Woens
dag van Heiddberg naar Frankfort gemar
cheerd zonder verzet te ont --«Hen.
Ook Hamilton is natuurlijk bezig met de
rust te herstellen.
Lord Roberts zelf doet dit met proclama
ties, nu niet meer vol beloften, maar vol drei
gementen. Hij heet weer een nieuwe uitge
vaardigd waarin de voornaamste ingezetenen
van een district, op straffe van een boete van
f 3 per morgen, grond en intrekking van alle
quitantiën voor gerequireerde goederen, ver
antwoordelijk worden gesteld voor vernieling
der spoor- en telegraaflijnen.
Intusschen is weer een bezending krijgs
gevangenen op St. Helena aangebracht
kommandant Eloff, Krugeris kleinzoon die
te Mafeking in handen der Engelschen viel,
was er bij.
De heer Amstern kleurde. „Ik verzoek u,
het mij niet kwalijk te nemen," zeide hij.
„Neen, neen," antwoordde Joachim.
„Het ga u goed, mijnheer. Houdi steeds
een vriendelijke herinnering aan mij! Veel
geluk op uw nieuwen levensweg."
„Leef gelukkig, mijnheer Amstern. Voor
spoedige reis!"
Het huwelijk werd in een. Hofllandsch-e
kerk ingezegend, de dominéé had goedge
keurd, dat een Duitscli missionaris zijn
plaats zou vervullen. Want de Duitsche toe
hoorders zouden van een Hollamdeohe preek
niet veel begrepen hebben.
Ottilie zag or in haar eenvoudig brwiddtoi
let, waarop geen sporen van tranen meer te
zien waren, met de mirtenkrans in het haar
en met den bruidsbouquet van mevrouw
Pudge zoo lief uit, dat Joachim er diep door
getroffen word. Zij schenen de rollen nu ver
wisseld te hebbenOttilie zag er vroolijk
en gelukkig uit, terwijl Joachim zich bijna
dooi- zijn groot gefluk liet ter neer drukken,
en de volle verantwoordeiijkheid gevoelde,
die het bezit va» zijjn lief vrouwtje hem op
legde. Welk een moed toondfe Ottilie, dat zij
een man haar hand kou geven, die wait uiter
lijk© midd'elen betrof, haar zoo weinig waar
borg tot geluk kon geven.
Ottilie scheen zijn gedacht-en to raden.
Terwijl zij naar de kerk gingen,'glimlachte zij-
verscheidene f malen tegen hom en drukte
hem da hand', alsof rij walde zeggenik ver
trouw mij volkomen aan je toe-
Het jawoord ward gesproken, de.ringen
warden verwisseld1, als man en vrouw verlie
ten zij de kerk en namen da ©ereplaats in
De Zutd-Afrikaansclie Mail.
In een ingezonden stuk in de „Volksstem"
wordt aldus warme hulde gebracht aan den
arts en med. doctorandus A Jurriaanse, te
Rotterdam, ook velen onzer stadgenooten
welbekend
„J>r. Jurriaanse, die met zijn assistent,
don heer A. van der Steen van Ommeren do
kommamdo's steeds in de vuurlinie- volgde,
volbracht zijn liefdewerk met do meeste ener
gie en kalmte, niettegenstaande zijn leven
herhaalde malen door het hevig vuur des vij-
ands in gevaar was.
„Zeer vele gewonden zijn dan ook aan zijn
tijdige en bekwame hulp hun leven verschul
digd, al was het dan ook dat niet alle pa
tiënten uit des vijands handen konden wor
den gered.
„Bij de gevechten op de Thubakop op 30
April en 1 Mei, en bij de Zandrivier op de»
lOen M«i hoeft genoemde geneesheer rich!
dan ook bijzonder verdienstelijk gemaakt en
mocht hij dan ook de voldoening smaken rijn
13 patiënten, uit laatstgenoeimden slag, waar
onder de koeien O. O. Faasse», ambtenaar
staatemuseum (gewezen adjudant van -kolo
nel Maxim off), kapitein Laren tz, komman
dant van het Duitsche korps en veldkorn-et
van Wijk, uit Johannesburg, nog bijtijds te
verbinden, naar Kroonstad te vervoeren en!
op het laatste oogenblik nog met den laat-
stea trein naar Pretoria te doen opzenden."
„Het is dan ook de weusch der laatstge
noemde patiënten hiermede openlijk aan d'en
wakkeren dr. Jurriaanse hun welgemeende»
dank te betuigen voor de uitstekende hulp
en liefderijke verpleging van hem, bij hun
verwonding ontvangen, waarbij1 zij tevens de
hoop uitdrukken dab onze kommand-O's nog
lang het voorrecht mogen hebben hem in ons
midden werkzaam te zien."
China.
De gezanten rijjn niet met Seymour's korps
te Tien-te in aangekomen. Dat weet men ze
ker; maar waar rij wel rijn, is onbekend'.
Engelsche berichten zeggen te Peking; an
dere bestrijden het.
Het blijkt nu dat de kolonne onder Sey
mour h'et geducht te kwaad heeft gehadde
verhezen zijn dam ook niet gering. Opmerke
lijk is dat van de Duitsche troepen Zooveel'
officieren gewond rijn5 ernstig en 2 licht;
i officier sneuvelde evenals lu matrozen, ter
wijl er 2 gewond werden.
ïn den toestand is niet veel verandering
gekomen. De Duitsche consul te Tschi-fui
seind'e Donderdag o. m.„Be spoorwegver
binding met Ta-ku is nog bedreigd. De be>-
echieting van Tion-toin van -de westzijde
duurt voort."
De Rusrisdi-Ohineescke Bank aldaar is,
evenals haar personeel, gered.
De spoorweg noordelijk van. de stad is Over
acht mijlen bruikbaar; verderop is hiji ver
nield.
In de provincie Shan-tung is de toestand
zeer bedenkelijk De gouverneur, de vreemde
lingen teer welgezind', heeft hun nu doen we
ten dat hij niet meer bij machte is hen te be
schermen.
Van alle koeriers die sn den laatste». tijd
aan de kleine tafel, waar dó vriendenkring!
hen in den, vreemdb omringde.
De heer Berger stond er op den eerste»
toast uit te brengen. Hij dronk op heb wel
zijn va» heb jeugdig echtpaar. „Bet rijn echt
Duitsche harten, die -elkander hier "hebben
gevonden," zedde hij, „trouwe harten va»
goud, niet van het goud, dat hier uit dó aar
de wordt gegraven en dat vijandedhap sticht
tusschen de volkeren, m-aar va» .het goud
van moedige, vrome en -trouwe toewijding.
Want geen ongeluk, geen verleiding heeft
hen van elkander kunnen scheiden. Dat is
Duitsche kunst, en ik weet zeker, dat deze
nu eindelijk gelukKg venbouderi jongelieden
het vaderland dezelfde trouw zullen -toedrar
gen, die zij elkander bewezen hebben."
Nadat de heer Berger had uitgesproken,
werden twee telegrammen gebracht. Het
eene was kort. Het was gezonden uit Gotha
en bevatte den zegen van Otfcüift's ouders.
Het andere was zeer lang. De heer Berger
las het voor. Het kwam va» dó Zuidwestkust
van AfrikaGraaf Dietrich Hsedfeuberg
wen set to hot jonge paar geluk. Hiji had eên
gedicht gemaakt, waarin hij van d© gruwe
len van den oorlog, bot klimaat en het joug-
gezellcnleven sprak en tot huwolijksleve»
gelukkig noemde.
Er werd op rijn gezondheid gedronken, en.
de Consul aeide: „Die heer moet wel zeer
rijk rijn. Heb telegram kost minstens twin
tig pond."
„Nu," zedde Joachim, „zoolang ok Dietrich'
ken, heeft hij juist niet aan overvloed! van-
geld gebrek gehad."
(Slot volgt)