>0.
SU
II
54"* jaargang.
Zondag 21 en Maandag 22 October 1900.
Tweede Blad.
Pb verloving m H. M. ie Koaiiin.
No. 10376.
at
OUDERS.
311,
zen
tien
BDO^ENLAm
HIEDAMSCH
Deze courant verschijnt dagelijks, met uitzondering van Zon- en Feestdagen.
Prijs per kwartaal: Voor Schiedam en VI aar ding en fl. 4.25. Franco
per post fl. 1.65.
Prijs per week: Voor Schiedam en Vlaardingen 10 cent.
Afzonderlijke nummers 2 cent.
Abonnementen worden dagelijks aangenomen.
Advertentiën voor het eerstvolgend nummer moeten des middags vóór een uur
aan het bureau bezorgd zijn.
Bureau t Koterstraat
COURANT.
Prijs der Advertentiën: Van 16 regels fl. 0.92iedere regel
meer 15 cents. Reclames 30 cents per regel. Groote letters naar de plaats die zij
innemen.
Advertentiën bij abonnement op voordeelige voorwaarden. Taneven hier
van zgn gratis aan het Bureau te bekomen.
In de nummers, die Dinsdag- en Zaterdagavond verschijnen, worden
zoogenaamde kletne adeeeteatiüii opgenomen tot den prijs van 40 cents
per advertentie, hg vooruitbetaling aan het Bureau te voldoen.
Imterc. Telefoon Ko. 123.
Natuurlijk ontvangt de Koningin ter go
tegenheid van deze gewichtige gebeurtenis
niet alleen, van tal van. openbare en bijzon
dere corporaties en personen van .binnen- en
buitenland voortdurend de meest hartelijke
geiuiwenschen, ook de bladen van hiier en
inï den, vreemde wijden bijna alle een langer
of korter artikel aan dezen voor Vorstin en
land zoo belangrijken stap.
Wij hebben de verschil lende uitingen in
binnen- en buitenlandsdlie pers verzameld
om daaruit een greep te doen en onzen lezers
zoodoende eon indruk te geven van hetgeen
alzoo over de-zo verloving geschreven ;s.
De Nederlandsdhe Maden ademen een
geest van blijdschap over het heugelijke
nieuws, dat de T6e October 1900 ons ge
bracht heeft en geen wonder, want reds tot
dusverre steeds de vraag, wanneer zal onze
Koningin zich verbinden aan een man, die
geroepen zal' zijn, lief en leed met Haar te
deelen en wie zal de uitverkorene zijn Zal
de Koningin ons door Haar keuze dichter
bij onzo Oostelijke naburen brengen, of zal
Zij den band tusschen ons en onze Wcst-er-
sahe stamgenooten nauwer toehalen? Tal van
vragen van dergelijken en anderen aard re
zen, en nu door Haar proclamatie heeft
Zij in eens hieraan een eind gemaakt en ons
de zekerheid gebracht, d'at Zij ook hierin
zich een edht Oranjekind toont, door op dö
Haar eigen verstandige wijze op 't door Haar
gekozen oogenblik Haar volk den man voor
te stellen, die Haar waardig toeschijnt, den
troon mét Haar te deelen.
Aangenaam doet het aan te- lezen, hoe
meerdere bladen de overtuiging uitspreken,
dat Zij zich niet slechts d'oor staatsbeleid
heeft laten leiden, maar dut Zij ook hierin
naast het belang van Haar land en volk een
plaatsje aan Haar hart heeft toegekend.
Moge de aanstaande gemaal van onze Vor
stin, van ons landskind, voor de meesten on
zer tot nu toe ©en onbekende zijn, van alle
kanten Wordt Hem een. hartelijk welkom
toegeroepen en overal blijkt de overtuiging
te bestaan, dat waar Zij de keuze gedaan
keft, die keuze een goede zal wezen.
Móge de uiting van vreugde bij ons, Ne
derlanders, ook een andere zijn dan bij vele
lonzer naburen, mogen wij ons al niet door
«en onzinnig juichen belachelijk imaken in de
oogen, van anderen, ja, al moge onze blijd-
sahap aan sommigen ook van te kahnon aard
toeschijnen, toch blijkt uiiit alles, dat zij er
niet te minder diep gevoeld, te minder goed
gemeend dm is.
Maar niet alleen in de Nederlandsche pers
vindt men instemming met de keuze en
medeleven met onze blijdschap, ook het bui
tenland laat zich in Aeae niet onbetuigd.
Dat do Duiitedhe pers izich' mede verheugt,
kam ons niet verwonderen, als wij bedenken,
hoe vurig een nauwere aaneensluiting met
ons land door middel van een echtverbinte
nis onzer Koningin daar steeds begeerd is en
DOOR
E. VELY.
cei
w
50
i,-
Aarzelend staat oen lange, knappe, blonde
jonge man uit den burgerstand voor het
jCafé „De Vergulde Klok" stil. Het ie een
jïnooia, zonnige, maar frissche morgen in
Maait. Het water in 't kanaal, dat naar de
rihfeepdbi in mertwe-rf voert, ziet glinsterend
en wordt door den wind. licht geirim-
?dd. De jonge man opent do deur van het
^fé en treedt binnen. Een lucht van bier dn
wa*®i eten komt hem tegemoet. Het is nog
Tt°8g in don namiddag en er zijn nog pas
tel paar bezoekers. In een hoek rittejn drie
toornen met glazen brandewijn voor zich;
3 praten op gedempten toon met elkaar.
Sb te aan een anider tafeltje leest oen ma|n met
lei "pjze haren de courant. Niemand kijkt op bij
^binnenkomen van den jongen man, die rc-
?drecht paar 't buffet, gaat. Achter de- rous-
8'itige reclameflesechen, een madhib ,van gla-
tel en. stolpen met boter eu kaois, is nog
li «ven oen vrouwenhoofd met kort afge-
t fteipt, krullend bruin haar te zien.
„Bier, mijnheer?" vraagt oen heldere,
onverschillig klinkende stem mecluu-
rifeb. Maar, dadelijk daarna klinkt het op ge-
'ftaLal®eren toon: ,„Hé, is ,u het, mijnbeer
tehne; Om dezen tijddat is iota bijzon-
En terwijl zij een bierglas opneenub,
Y9%t zij or bij„Todh. een glas bier, niet
waar?"
4 "'^a ;wü u het naar dat tafeltje daar
juffrouw Eirna, en komt u dam een
«^ablik bij me zitten? U heeft het om
boe dikwijls van dien kant reeds pretenden
ten naar de hand van do Koningin zijn ge
noemd, maar al moge er dan ook al egoïsme
gemengd zijin in do vele lofzangen, die van
daaruit aangeheven worden, toch dieet het
goed, dat onder dat alle9 door een toon van
hartelijkheid klmkb, die voorzeker werkelijk
gemeend is!
Ook Engeland, dat nu juist niet al te
gunstig over ons volk oordeelt, sedert wij het
menigen bitteren pil te slakken hebben gege
ven over rijn optreden in den nog steeds
woedenden Zuid-Afrikaanschen oorlog, ook
datzelfde Engeland,, Waarmede wij reeds zoo
dikwijls een appeltje te 6chillen hadden,
toont zich verblijd, dat ons volk nu zeker
heid heeft, Wie voortaan de eerste plaats
naast onze Koningin zal innemen en ver
heugt zich voor ons, zich de dagen herinne
rende, toen het zelf zooveel goeds voorzag in
de vereeniging met zijn Koningin en prins
Albert.
Ook de Fransche pere wijdt welwillende
woorden aan deze gebeurtenis van den dag
en erkent, dat men, met heb oog op den
godsdienst der Koningin wel moeilijk een an
dere Verban tenis dun met een ÓDIuitseken
prins kon verwachten.
Terwijl dte „Etoila Belga" afwacht welke
ontvangst het Nddeflandsche volk deze keus
zal bereiden, verdiept de Fransche „Temps"
zich. in de vraag, welke de rol ,van den aan
staanden gemaal der Koningin zal zijn, of
Hij Koning zal heeten dan wel Prins-Gemaal,
maar is overtuigd, dat de praotische geest
der Holanders ook hiervoor een behoorlijke
oplossing zal vinden.
Wordt ten opzichte van den jongen Her
tog algemeen, zoowel hier als elders, een af
wachtende houding aangenomen, hoewel ge
mengd! met de verwachting, dat ook Hij zich
bemind zal weten te maken bij het volk,
dat Zijn aanstaande Gemalin zoo dierbaar
is, het doet ons goed, in menig 'stuk een
warm Woord te lezen over de Koningin-Moe
der, die vrouW, die, vreemdelinge toen Zij1
hier kwam, zich in korten tijid zoo geliefd
wist te maken en aller harten wist te win
nen.
Wij willen hier nog meteen oen paar bij
zonderheden aian onze lezers mededeelen om-
tron tden Hert ig, die wij tot dusverre aan
hen onthielden.
De vierentwintigjarige hertog, van middelbare
Erootte gn blond, lijkt uiterlijk veel op wijlen
zijn grootvader van vaderszijde. Hg is vroolgk
en vriendelijk van aard, en in de hofkringen
te Potsdam zoowel als in Schweiin geliefd
wegens zijn gezonde levensopvatting en be
minnelijkheid.
Een jaar geleden maakte de hertog een
groote reis om de wereld, waarbjj hij aller
haiten voor zich innam door zijn vriendelijk
en bescheiden optreden. Op zgn tocht door
fndië reisde hij met den bekenden, later in
Nieuw-Guinea om liet leven gekomen ont
dekkingsreiziger, Otto Ehler.
Sedert een jaar ongeveer woont hertog
Hendrik in Sehwerin om kennis te krijgen
van de staatsinrichting en het administra'ieve
recht van Mecklenburg. Zijn opleiding, nadat
hij thuis het eerste onderwijs had ontvangen,
was als volgt
dezen tijd niet druk, dacht ik, en dan kun
nen we eens samen praten."
Hij gaat naar heb tafeltje, hangt rijn hoed
aan ecu knop in den muur, strijkt met zijn
hand door zijn dicht, blond haar en gaat
juist zitten, als zij liet glas voor hem neer
zat.
Erna steunt met haar ellebogen op de leu
ning van den stoel naast hem en blijft zoo
staan, met den blik naar den grond gerich t.
Haar oogen; die rij op deze wij-ze aan 't ge
zicht onttrekt, rijn donkenblLmw, zij heeft
een net figuurtje, een mooien, mond, volte,
roode lippen eu witte, regelmatige tanden-
„Hoe gaat liet u, mijnheer Proline?
Goed, hoop ik?" vraagt zij eindelijk, half
verlegen, omdat hij niets zegt.
,,'t Gaat nogal, juffrouw Erna; en u?"
„O, mij uitstekendantwoordt zij lachend
en nu kijkt zij Wem aan. „Waarom ook niet?
Ik werk, fniaar ik heb ook pleizier. Er is maar
één Berlijn en men leeft ook maar eens!
Daarom kan je niet beter doen dan vroolijk
zijn en pret hebben
De toon van haar stem is todh wat
heescb. bij die woorden (;zij gaat nu zitten en
roept overmoedig uit„Of denkt u er an
ders over? Nu, dan zou u wel dwaas rijn!"
„Erna, nog drie brandewijntjes," roepen
do drie mannen aan den anderen kant van
't vertrek.
Ze staat op, gaat vlug naar hen toe,
schenkt in, ladhit hartelijk en komt dan weer
bij Karl Proline terug.
„Ala ik me wel bedenk," zegt ze, hem .aan
ziende en haar jongenskapje met een eeaügs-
zins brutale beweging in den nek werpend,
„is u nooit oen echte pretmaker geweest. U
weet niet half, lioo dom dat van u is. Wie
Van 1886 tot 1894 bezocht hij het als
uitstekend bekende gymnasium van Vitzthum
te Dresden. Hij verliet het, om nog een half
jaar door privaatlessen verder te worden
voorbereid, en legde daarna in het najaar
van 1894 voor een militaire commissie te
Berlijn zjjn examen voor vaandrig af. Daarop
deed hij van 1894 tot 1895 een reis van
acht maanden door Ceylon, Indië, Egypte,
Palestina en Griekenland naar Konstantino-
pel, waarbij hg in Indië aan zijn voorliefde
voor de jacht botvierde. In de jaren 1895
en '96 bezocht hij de krggsschool voor offi
cieren te Metz er, trad daarna in dienst bij
de jagers van de lijfwacht in Potsdam, waar
hij ook met den overleden kroonprins Alfred
van Koburg nader kennismaakte.
Op liet eind van 1899 nam hij een jaar
verlof en werd door Johan Albert, hertog
regent van Mecklenburg, naar Schwerio ont
boden, om daar door practisch werken aan
het ministerie van financiën met de admini
stratie van de groote Mecklenburgsche vorste
lijke domeinen bekend te worden. Daarbij
trok hem vooral de houtvesterij aan. Hij
wooDde sindsdien in Sehwerin op zich zelf
in een allerliefst tuinpaleisje midden in 't
groen, dat daarom ook den naam Greenhouse
draagt en al het geliefkoosd verblijf van zgn
grootmoeder, prinses Alexandrine, was.
Als bizonderheid zij nog vermeld dat de
hertog zich tot dusver zeer ongaarne liet
fotografeeren, zoodat uit de laatste jaren maar
heel weinig portretten van hem bestaan, alle
in uniform.
De hertog spreekt natuurlijk, gelijk alle
prinsen van Mecklenburg, voortreffelijk Piat-
duitsch, wat hem vermoedelijk het spoedig
leeren van het Nederïandsch gemakkelg'k zal
maken.
Hertog Hendrik is ongetwijfeld een van
hen die door hun eigenschappen uitsteken.
De zoons van Friedrich Franz II hebben
voortreffelijke hoedanigheden en van hun zus
ter, groothertogin Elizabeth van Oldenburg,
kan hetzelfde gezegd wordeD, i>Ein Mensch
wie Gold" zou men van een ander sterveling
zeggen.
Aan een zeer helder verstand paart Hertog
Hendrik een zeldzame vastheid van karakter
en wil, een 'zeer buitengewone mate van
plichtsbesef, groote belangstelling voor alles
wat wetenswaardig is, een groote goedhartig
heid en een diep gevoel van ei kentelgkheid
jegens hen, wien het vergund is geweest, zgn
licharoelgke en geestelijke vorming te leiden.
De ijverige jager, die geen vermoeienissen en
geen gevaar kent, is ook een jagerofficier vol
dienstijver en met een echt militair optre
den; als eenvoudig en innemend jongmensch
is hg de lieveling van zijn kameraden en ook
van zgn Mecklenburgers.
De spreuk der Groothertogelgke familie
van Mecklenburg is: vPer aspera ad astra".
In haar wapenveld komen twee stierenkoppen,
twee griffioenen, een vrouwenarmaanbiedende
een ring, benevens een gekroond kruis. De
tenanten zijn een griffioen en een stier.
De kleuren zgn blauw, geel en rood.
Het »Hbl." zet uiteen, dat naar zijn mee
ning volgens de Grondwet door een bijzondere
wet blgk gegeven zal moeten worden van
weet, boo gauw 't met ons uit is. Dat moest
iedereen toch begrijpen
„Hm." Frohne beeft nog steeds zijn glas
bier niet aangeroerd. Zij, pakt liet op en
neemt er een teug uit. „Daar!" zegt ze.
Hij neemt bet glas wel in rijn band, maar
brengt bet todh niet aan. rijn mond.
„U zegt, als ik, me wel bedenk, en dan
herinnert u* zidk de dagen van vroeger, in
Sciïsen, toen u nog bij uw ouders thuis
waart."
Zij haalde ©ven haar schouders op.
„Iemand! als u moet er nog 'geboren worden,
zoo so lied eEn wat hebt u 'daar nu aanDe
solicde lui moeten immers evengoed sterven
als de andere."
„Dat rijn maar zulke gezegden, die u hier
opvangt; er ligt al' beol weinig waars in,"
antwoordde Proline,
„U is net een dommee; waarom is u dat
niet geworden i" hernam rij met een half
brutalen lach en strijkt' eens mot haar* rech
terhand, waaraan, een paar ringen glinsteren,
door haar korte haar. „Waarom ia u niet in
dat nest daarginds gebleven? Daar' hoort u
beter thuis dam, hier in Berlijn."
„Hoe kan u dat beoord-eelen, juffrouw Er
na Er rijlu hier nog wel andere menschen
dan d.<j van de soort, waar u van houdt."
„En .waar ik bij hoor. Zeg bet maar rond
uit. Ik heb het keel goed gemerkt, dat n
schrikte, toen u voor 't eerst hier kwam en
me herkende. U schaamde u ervoor; ik heb
heb dadelijk gezien." Zij bijt ridh op d© lip
pen. „Waarom is u eigenlijk teruggekomen?"
„Waarom?" vroegi Proline, die mtussolien
rijn glas uitgedronken had'. „Otmriat, juf
frouw J3ma, ik heb uw ouders toen al dade
lijk gelijk gegeven, toen rij u niet graag naar
het door deze wet gevorderd gepleegd gemeen
overleg en dat daarom dezelfde vorm ge
kozen zal worden als in 1879 bij het huwelijk
van Koning Willem III, toen het eenig des
betreffende wetsartikel luidde: nHethuwelijk,
door Ons aan te gaan met mevrouw Adel-
heid Emma Wilhelmina Therésia van Wal-
deck-Pyrmont, wordt goedgekeurd,"
Het nHbld," houdt bovendien een beschou
wing omtrent nog een ander punt. Het blad
zegt
"Wegens den rechtsregel dat de vrouw de
nationaliteit van haren man volgt, zal de aan
staande echtgenoot der Koningin vóór of bg
het sluiten van het huwelijk Nederlander
moeten worden. In dit geval is trouwens
vooizien bij de wet van 1892 ophetNeder-
ianderschap, waarvan art. 3: ïNaturalisatie
kan ook om redenen van staatsbelang worden
verleend", o. a. met het oog op dit geval
is voorgeschreven. Bij zulk een naturalisatie
behoeven dan ook de gestelde voorwaarden,
o. a. van zekeren tgd van inwoning, niet te
worden vervuld, maar wel regelt dan een
afzonderlijke wet de voorwaarden aan die
naturalisatie verbonden.
Ten slotte willen wij nog melding maken
van het feit, dat een der eerste telegrammen,
die Diusdagavond op het Loo van particulieren
werd ontvangen, was die van de Jongelin
gen-Eerewacht nKlein maar Dapper", bekend
uit de Kroningsfeesten.
Jongens van 12 tot 16 jaar, die met het
oog op de aanstaande feesten bij het huwelijk
van H. M. zich bg het korps willen voegen,
kunnen zich daartoe aanmelden Zondag a.s.
van 10 tot 3 uur Keizersgracht 149, bij de
Leliegracht te Amsterdam.
Artikel 18
„Van da erfopvolging zoowel voor zich zelve
als voor hunne nakomelingen zijn uitgesloten alle
kinderen, geboren uit een huwelijk aangegaan door
een Koning of eene Koningin buiten gemeen over
leg met de Staten-Generaaï, of door een Prins of
Prinses van het regeerend Stamhuis buiten de bij
do wet verleende toestemming.
„Zoodanig hawelijk aangaande, doet eene
Koningin afstand van en verliest eene Prinses
haar recht op de Kroon."
Vredesconferentie.
In het nJournal de Genève" wordt naar
aanleiding van een lezing, daar ter stede door
baron d'Estournelle de Constant gehouden,
weder eens de vraag geopperd, waarom Trans
vaal niet op de vredesconferentie genoodigd
was.
De Fransche gedelegeerde antwoordt, dat
Engeland waarschijnlijk zich verzet zou heb
ben tegen deze toelating en dat Engelands
wegblgven gevolgd zou zgn door dat van
andere groote mogendheden, die het beginsel
der vredesconferentie weinig gunstig gezind
waren. In die omstandigheden was het nog
beter, dat de conferentie bijeenkwam zonder
Transvaalsche gedelegeerden, dan dat zg niet
ware bijeengekomen na aai. de gausche we
reld te zijn aangekondigd.
süeze mislukking schrijft baron d'Es
tournelle verder zou een teruggang ge-
Berlijn. wlld'en laten gaan. Maar u heeft het
door weten te zetten, en u is met uw nichtje
en haar man meegegaan, toen rij hun zaak
naar Berlijn verplaatsten, en zij u vroegen
hen te helpen in den winkel. En uw ouders
hebben langen tijd niet geweten, dat er'al
gauv onaangenaamheden waren en u van
hen weg is gegaan."
„Zoo'n zaak van (witte goederen, af
schuwelijk vervelend, nooit anders dan
dames in den winkel en dan tot in den nadht
nog aan de naaimachine ritten, jawel
hoorZij' spitste haar lippen, alsof zij wilde
fluiten.
„Maar uw oudera gélooven nu nog altijd,
dat u in uw itweede betrekking zlj't."
„Nu ja, gelooven maakt ga lig
Zij buigt ridi wat voorover en vervolgt:
„IJ heeft er geen begrip wan, wat dab ie!
Altijd maar met een vriendelijk gezicht voor
iedereen klaar staan, al ben je ook zoo moe,
dat je voeten je niet langer dragen kunnen.
En dan al dat moois in Berlijn om je heen
w.ia -om zou ik daar niets van hebben Ma
rio en l.aar man werken als gekken, ze wil
ier de hoogte in. Later kunnen, e zich da::
wat genot gunnen, zeggen ze. W-eten as dat
vooruit? Geniet je leven als je jong bent!
Jelui I" ze maakt een beweging met haar
haiid „rijn allemaal oven dom
Frohne fronst de wenkbrauwen. „Weten
uw ouders
„Och, loop heenMaai dm verandert zij
plotseling van toon, buigt zidh naar hem toe
en zegt„Doet u. /me 't pleizier en schrijf er
niets van ik ben hier maar voor behulp. Ik
ken dö menschen hier goed; zij' rijn altijd,
zoo vriendelijk voor mij geweest, dat ik 't
niet kon weigeren Dat is waar ook, ik lieb
weest zijn, de krasse ontkenning van elke
hoop op een vreedzame overeenstemming tus-
schen de voornaamste beschaafde Mogendhe
den de bijeenkomst daartegen beteekende
een vooruitgangeen betwistbaren vooruit
gang ongetwijfeld wat de resultaten betreft
een onmeteigken schoon onbegrepen vooruit
gang volgens mijeen bijna nietswaardigen
vooruitgang volgens de sceptici en volgens
allen, die belaag hebben de zaak van twee
dracht en geweld te dienen, maar desniettemin
een voox-uitgang."
Als het tribunaal maar eerst in werking
is, dan zal men, volgens den geestdriftigen
Franschen gedelegeerde, wel zien, welk een
nuttig werk de conferentie heeft gewrocht.
Want honderden miliioenen menschen roe
pen om internationale gerechtigheid, en alleen
eenige duizenden eerzuclitigen, zotten en ka
nonfabrikanten willen den oorlog.
Handel met Griekenland.
De jongste aflevering van de „Consulaire
Verslagen" ia geheel geiwijd aan hét uitvoe
rig jaarverslag over 1899 van onzen consul-
generaal, -den heer P- Oh. van Lennep te
Athene.
Daaruit blijkt dat van een toenemen on
zer handelsbetrekkingen m-et Griekenland
niet of niet noemenswaard) sprake is. Zal
Nederland aldaar rijn relaties uitbreiden,
dan is de keus der vertegenwoordigers en
agenten een zeer belangrijke zaak. In-dien er
Nederlandisehe huizen bestonden, gevestigd'
te Piraeus en te Syra, met een genoegzaam1
kapitaal om tot waarborg -te strekken voor
de nijverheid', dan zou men al d© zaken in
hun handen hebben kunnen vereenigen, en
ongetwijfeld zou daardoor ©en nieuwe stoot
aan de betrekkingen gegeven rijndoch aan
gezien zulke huizen (voor het oogenlblik niet
bestaan, blijft er niets anders over dan on
der het oneindige aantal comanissionairs de
genen te Mezen, die in staat rijn, de grootste
voordeelen aan be bieden. De goede verte
genwoordigers, aJis uitstekend bekend en op
prijb gesteld door d© bes'te -cliënteel©, wer
ken slechts met de handelaren van ©en vol
komen soliditeit, ©n zij kunnen dan ook de
verantwoordelijkheid voor do betaling der
orders op zich nemen, tegen een onbedui
dend percentage. Evenwel, zooals men ,wel
kan nagaan, bepalen deze groote commissio
nairs er zich niet toe om slechts met een
speciaal Land te Werken. Zij vertegenwoordi
gen een -aantel vreemde fabrieken, zooals
Duitsche, Engdsche en Fransdhö, en rij on
derwerpen de monsters en de prijzen aan 't
oordeel der handelaren, die daaruit kiezen
hetgeen hun aanstaat.
Het initiatief moet door -de Nederiand-
sdlie fabrikanten en handelaren genomen
worden, om te trachten den afziet van hun
producten in dit land 'te vergrooten, en rij
kunnen vooraf overtuigd zijn, dat hun van
de zijde van den consul-generaal alle ihulp
zal worden verleend.
Indien de invoert and el nog veel t© wen-
schen laat, zoo neemt de uitvoer ©venwel
naar Nederland toe in tot hiertoe onbeken
de verhoudingen. Dank zij der activiteit van.
den (heer J. Tas Ehn-, t© Amsterdam, be
draagt de invoer der krenten thans 19 f
juffrouw Peters beloofd haar te helpen met
't, passen van een japon. Ze wacht reeds al
dion tijd op me!"
Ze strijkt over haar blauw-rijden blouse
©n trekt h'aar zwakten rok glad. „Ik was Ma
ria te netjes gekleed," zeide rij met tets sma
lend:-) in haar stem. Daarop steekt riji hem
haar hand toe. „Neem me niet kwalijk, tót
weerziens."
Frohne neemt haar hand' in de zijne,
knikt, maar zegt niets. Een oogenblik later
is zij weg.
De eigenaar van 't café, die een oogenblik
van te voren binnengekomen is, treedt naar
zijn tafeltje tóe en. begint een praatje, tot
dat er een nieuwe gast bomt, dien hij be
dienen moet.
Frohne heeft een tweed© glas bier besteld
en drinkt d'at langzaam uit. Stil rit hij voor
rioh heen te staren. Dat mooie, vroolijke
meisje, dat, zooals hij vroeger in stilte hoop
te, welhdhit eens rijn vrouw zou worden!
Vroolijk is ij nog, maar zoo heel anders!
Toen hij 'haar den eersten keer in Eerlijn
terugzag, verbaasde hij er rich over, dat haar
mooie, zware vlechten weg varen.. En toen
hij gevraagd had, waarom rij ze af had! laten
knippen, had zij met haar handen doo-r haar
korte, gefriseerde lokken gestreken ©n geant
woord: ,,'t Is zoo toch veel leuker, hé."
„En misdhien. kat ik me blond verven;
mijn kennissen denken, dat me dat zoo goed
zal staan."
Hij 'liad haar ontsteld aangakeken en :ij
had onbedaarlijk gelachen.
„Ocih, is u daar nog, mijnheer Froöme?"
Daar Was zij weer -terug. Opnieuw zotte rij
rich naast hem neder.