U
55"* jaargang.
Woensdag 26 Maart 1902.
No. 10812.
De zaaiende hand,
\AF
Weekmarkt Schiedam.
Bericht.
e doe
ie to
BUITENLAND.
)EH(
Ha.
3t.
nda:
ie-ari
mr,
echts
ir.G,
W:
Ree
curat
seheii
Wit.c:
esojjei
3
3
Bron
O.02
O.06
O.OI
0,00
O.OÜ
SCH! IEDAMSCHE COURANT
Deze courant verschijnt dageljjks, met uitzondering van Zon- en Feestdagen
Prijs per kwartaalVoor Schiedam en Vlaardingen fl. 1.25. Franco
•per post fl. 1.65.
Prjjs per weckVoor Schiedam enVlaardingen 10 cent.
Afzonderlijke nummers 2 cent.
Abonnementen worden dagelijks aangenomen.
Advertentiën voor het eerstvolgend nummer moeten des middags vóór een uur
aan het bureau bezorgd zijn.
Bureau, t Botcrstraat 68.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van
Schiedam, brengen ter algemeene kennis, dat
wartifc'door den invallenden 2den P a a s c h d a g,
de markt in de Paaschweek, in plaats van
op Maandag, za! worden gehouden op Woens
dag den 2 April, des voonniddags van
g—12 ure voor varkens etc., en voor
hoornvee van 912 ure.
Schiedam, den 18den Maart 1902.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
VERSTEEG.
J)e Secretaris,
WIJTEMA.
17 n
19
l/a m
Tra»
uur.
ng u
Josm#
r, Ne
an Ne
Variéi
akte»
itvoe-
it een
lachte
Verkoop van Brinkwatcr.
Aan belanghebbenden wordt kennis gege
ven dat de stnmlpost voor den verkoop van
tutter is verplaatst van pand Overschio-
sche straat no. 100 naar Overschiesche straat
no. 84.
DE DIRECTEUR.
Zy, <lic zich met het nieuwe kwar
taal, aanvangende 1 April a.s,, op
'de „Sehledninsclie Courant" abon
nee ren, ontvangen de tot dien datum
verschijnende nummers gvati».
- Alle
dam.
ALGEJIEËK overzicht.
SCHIEDAM, 25 Maart 1902.
Zuid. Afrika.
I De vredesonderhandelingen.
Ziehier de twee telegrammen, die over de
llZfl vredesonderhandelingen nieuw licht inoe-
lill< ten werpen.
LONDEN, 24 Maart.
Brodrick heeft lieden in het Lagerhuis
medegedeeld dat Schalk Burger, ongeveer
veertien dagen geleden, Kitchener den wensch
te kennen gaf, hem vrijgeleide te verleenen
door de Engelsche linies heen en terug, ten-
Apiflfemde Steijn te spreken over de mogelijkheid
Iran vredesvoorstellen. Kitchener had, met
D 'toestemming van de regeering, dit verzoek
thans ingewilligd. (Toejuichingen.)
PRETORIA, 24 Maart.
De leden van de Tranvaalsche regeering
die hier zijn geweest, zijn uit op een bizon-
dere zending naar de Oranje-rivier-kolonie,
Alvorens op deze, (voornamelijk het eerste),
telegrammen in te gaan, eenige algemeene
beschouwingen.
Zooals te verwachten was, stellen de
meeste Engelsche bladen, uit blindheid of
Adverten tiën: Van 16 regels fl. 0.92iedere regel
Reclames 30 cents per regel. Groote letters naar de plaats die zij
Prys der
meer 15 cents,
innemen.
Advertentiën bij abonnement op voordeelige voorwaarden. Tarieven hier
van zijn gratis aan het Bureau te bekomen.
In de nummers, die Dinsdag- en Zaterdagavond verschijnen, wortïei»
zoogenaamde tttaisse ezdoavtontië* opgenomen tot den prijs van 40 cents
per advertentie, bjj vooruitbetaling aan het Bureau ta voldoen.
luiere. Telefoon In. 133.
it, A
H0E°i
it, Hoc
iat, ho
jAlïkwade trouw, de reis der leden van de Trans-
i.vaalsche regeering onder de witte vlag, voor
hten.
Pari
nDien
Bom»
VAN
IRA BOY—ER.
16)
Ze vlijde zich tegen hem aan en hun
fluisterend gesprek werd bijna overmoedig.
»Dus je wildet studeeren Die mooie, prach
tige gestalte in reformkleeding steken Met
je sludiegenooten amourettes aanknoopen 1
Een even leiden?"
leUani' »Foei jij riep ze lachend. uZegtoch
niet zulke banale dingen, als handelde het
zich om een grap uit een of ander spotblad
;2oo denken heden ernstige menschen toch
niet meer over vrouwelijke studenten."
ïNiet geheel zoo," gaf hij toe. «Maar de
n .«gevaren der vrijheid blijven toch bestaan."
GanM »Ach, denk eens aan, ik was bijna heel
.Imni'gewoon onder de vleugels van een tante in
Berlijn gekropen. En daar tante Fausta haar
iqiicft
franpoi
AKI
irëiienc
-31s ui
iU li
als een vredelievenden stap, door hen onder
nomen, en die het voorspel is van een capi
tulatie. De Biitsche eigenliefde eischt dat
Engeland, hetwelk het initiatief tot vredes
onderhandelingen nam in Juni 1900, door
tusschenkomst van Bulier, in Februari 1901,
door die van Kitchener, nu niet voor de
derde maal een dergelijken stap doet. Maar
de sPetit Bleu" kan verzekeren, dat ook nu
weer de Boeren niets doen dan ingaan op
voorsteilen door den vyand gedaan.
Het is zeer goed mogelijk, immers ook in
1900 en 1901 trachtte de Engelsche pers de
meening ingang te doen vinden met de mede
plichtigheid der regeering zei vp, dat de vredes
voorstellen van de zyde der Boeren, speciaal
van Botha kwamen, »die hoe langer hoe meer
geneigd was zich onvoorwaardelijk over te
geven." Toen eenige weken later in een Blauw
boek hel officieels verslag der onderhande
lingen verscheen, moest men erkennen dat
Engeland, begeerig vrede te sluiten, den
eersten stap gedaan had, maar tevergeefs.
Op dit oogenblik is de noodzakelijkheid
voor Eogeland om tot een oplossing te komen
nog grooter dan vroeger. In de eerste plaats
toch moet de regeering binnen 14 dagen de
begrooting voorstellen en nieuwe ooilogs-
belastingen, die men met vreugde zal toe
staan, indien men slechts voor het velleden
behoeft te betalen, maar die een groote
ontevredenheid zullen verwekken, indien zij
dienen moeten om het vervolg van de einde-
looze campagne te dekken. Vervolgens schei
den ons slechts nog drie maanden van de
kroning van Eduard VII, die gaarne deze
feeslelijkheden wil vieren zonder dat zijn
rijk in oorlog gewikkeld is.
Verder wordt Engeland gekweld door vrees
voor buitenlnndsche complicaties, met name
in China waar het tegenover zich en Japan
de te vreezen concurrentie van de Fransch-
Russische conventie heeft zien ontstaan. Aan
alle kanten door de Europeescho diplomatie
in zijn eer getast, voelt Engeland, dat het
gereed voor alles moet zijn en dat het slechts
gereed is voor rampen en onheilen, indien
het aan zijn voeten het Zuid-Afrikaansche
blok blijft sleepen. Verder bestaat de wensch,
zooals wij gisteren opmerkten, van Chamber
lain en Brodrick om alle pogingen van lord
YVolseley voor te zijn, om alleen den roem
te hebben van het sluiten van den vrede,
als hij gesloten kan worden.
Gegeven al deze redenen, zou het ons niet
verwonderen, indien de Petit Bleu" met zijn
hierboven uitgesproken meening {gelijk had,
en dat de Britsche regeering de gelegenheid
heeft waargenomen, die de uitwisseling der
Nederlandsch-Engelsche nota's en de ridder
lijke daad van de la Rey haar aanboden, om
nieuwe vredesonderhandelingen aan te knoo-
pen, zonder zich te vernederen niet alleen,
maar ook een schijn vau edelmoedigheid
aannemende, door de voorwaarden van 1901
te herhalen, die ingetrokken werden, nadat
zij door Botha waren afgewezen. (Men her
innert zich, dat deze voorwaarden waren
volkomen ontwapening der Boeren; dadelijk
terugzenden der gedeporteerde Boeren Trans
vaal en Vrijstaat bestuurd als Kroonkolonies
schadeloosstelling aan de Boeren voor ver
brande hoevenvrijstelling van oorlogs
belasting; weigering van amnestie voor de
inal Ar eigen heer en meester is, was ze misschien
wel als eeredame met me mee naar Zurich
gegaanofschoon ze heel mooi en eigenlijk
i°ok nog jong is, zou ze als tante daar toch
;wel voor geschikt zijn. Zeg, zou je me nage-
feisd zijnzou je me aan den draak der
wetenschap ontrukt hebben, als Persen»
Andromeda?"
»Fausta vroeg hij.
Ze dacht, dat de ongewone, eenigszins
'heatrale naam hem opviel. »Manm's zuster",
verklaarde ze, ze heette Friederike, maar
iekchen kon ze zich op het programma
CpUEAi
toch niet noemen en men moet toch toe
geven Fausta Melados klinkt prachtig."
Toen ze zag dat een donkere blos zijn
heele gelaat brandend overtoog, dacht ze,
dat die tooneelspeelster in de familie hem
onaangenaam was.
)>Fausta is sedert vijf jaar al niet meer
nan het tooneel", zeide ze vlug, sze is nu
schrijfster, en zelfs Papa zegt, ofschoon hij
niet van haar houdt, dat ze zeer gevierd is,
als zoodanig. We gaan eigenlijk in het ge
heel niet mot elkaar om. Sedert we hierin
Lünstedt wonen, heeft ze ons nog niet eens
bezocht, wat eigenlijk niet heel aardig is
tegenover de dochter van haaar zusters. En
je kunt denken wat een gloeiende belang
stelling Ilelene en ik juist voor die tante
gehad hebben. Veel meer dan voor tante
Louise. Je zult zien, dat ze ook niet op de
bruiloft van Ilelene komt. Ze denkt zeker,
dat het hier toch maar vervelende, klein-
stadsche menschen zijn. Maar ze zou me
dadelijk bij zich genomen hebben, dat schreef
ze dikwijls genoeg."
Andree drukte zijn meisje vast tegen zich
aan, sGoddank, dat het nog maar bij plan
nen gebleven is en dat ik nog juist bij tijds
kwam sprak hij met een zucht. j>A1s
ik me dat voorste! jij bij Fausta
Meladosneendat kan ik me niet
denken
»Ken je ze?" vroeg Ebba.
jZeker zoo watik ontmoette haar
vroeger wel", sprak hij aarzelend, ais iemand
die er over denkt, hoewel hij zeggen wil
en mag.
»Maar dat is razend interessantriep ze,
sVertellen dadelijk vertellen I"
Alles wat ik vroeger beleefd heb, alle
Kaapsche rebellengelijkheid der Engelsche
en Hollandsche talen in scholen en recht
banken.
Ziedaar nogmaals het standpunt, waarop
lord Kitchener zich weder heeft moeten
plaatsen om het initiatief voor ouderhande
lingen te nemen, waarop de Tiansvalers
evenals in 1900 en 1901 toegestemd hebben
te gaan onderhandelen met hun Vrijstaat-
sche bondgenooten, Men zal zulks te Londen
niet spoedig erkennen, maar toch is het een
gewichtig punt.
Want zou het inderdaad, indien de Boeren
uit eigen beweging zonder Engelsche uitnoo-
diging, gevraagd hadden onderling te mogen
confereeren omtrent vredesonderhandelingen,
van de zijde der Transvalers niet een teeken
zijn van moedeloosheid en begeerte om ein
delijk tot een einde te komen, terwijl, indien
het initiatief van Engelsche zijde komt onder
het voorwendsel een antwoord te zijn op de
edelmoedigheid van de la Rey, de opening
van onderhandelingen zijnerzijds het teeken
is van een steeds grooter verlangen om het
koste wat het wil, tot een oplossing te geraken.
Laten wij nu eens nagaan, welke kansen
op succes dit nieuwe sonderhoud" der Boe
enleiders kan hebben. Natuurlijk, te Londen
meent men, hoewel men reeds duizendmaal
door het optimisme der regeering bedragen
is, dat de Boeren uitgeput zijn, dat de legi
oenen van De Wet verpletterd zijn, dat het
met de troepen van Botha al niet veel beter
gesteld is, dat de groote overwinning van
De la Rey, verre van hen onhandelbaar te
maken, de Boeren meer verzoeningsgezind
zal maken, daar zij hun de moreele voldoe
ning verschaft met een prachtig wapenfeit
te eindigen.
Zonder voor iels te kunnen instaan, is het
natuurlijk toch wel geoorloofd de overtuiging
te behouden, dat het inzicht der Boeren ge
heel anders is, dat de Transvaaische regee
ring nmet eigen oogen" kan eonslateeren
hoe groot de overdrijving dei Engelsche ver
halen omtrent de vernietiging van de Wet's
troepen is, en dat zij in het enthousiasme
in het Westen van Transvaal door de over
winning van de la Rey ontstaan, een aan
moediging zal vinden om den stiijd voort
te zeiten.
Fijne diplomaten, als de Bopren zijn, zullen
zij ongetwijfeld begrijpen, dat liet nieuwe
Britsche initiatief, verre vau een beantwoor
ding van de edelmoedigheid van De la Reij,
moedeloosheid van den Brit verraadt en den
dringenden wensch om vrede te sluiten en
eeu dergelijke overweging is nu ons inziens
niet in staat hen af te brengen van hun
grooteo eisch onafhankelijkheid. Integendeel.
Overal zal men verlangen naar een zoo
spoedig mogelijk einde van dezen vreeselijken
strijd, waardoor de menscliheid verlicht zou
worden, de industrie weer wat zou gaan
bloeien. Te wenschen is liever een vrede,
die beden dan die morgen geteekend wordt
Engeland kan zulks vei krijgen, op voor-
waaide volkomen onafhankelijkheid aan de
Boeren te geven, die in ruil daarvoor ook
zich wel eenige opofferingen, die de Britsche
eigenliefde streelen, zullen getroosten. Maar
nogmaals, slechts op voorwaarde van onaf
hankelijkheid kan die vrede tot stand komen.
Alleen met die oplossing kan het mensche-
lijke geweten voldaan zyn. Een vrede zonder
onafhankelijkheid kan slechts komen, indien
de Boeren, Transvalers en Vrijstaters, zich
voor het oogenblik gebroken voelen en niet
meer in staat tot verdediging, maar in dat
geval zouden zy zich onvoorwaardelijk over
geven, zonder eenig verdrag te kennen, om
de wapenen weer te kunnen opvatten, zoodra
zij hun kracht weder hebben herkregen.
En nu de mededeeling van Brodrick in
het Lagerhuis.
De termen, die de minister gebruikt, zyn
zeer vaag, en geven wel den indruk, dat
implicite erkend wordt, dat het initiatief van
Engelsche zijde gekomen is. Mogen wij daar
voor aanhalen een gedeelte van het Engelsch
antwoord op de Nederlandsche nota
^Anderzijds had de regeeiing van Z. M.
begrepen, dat alle macht, noodig voor vredes
onderhandelingen, uitsluitend toevertrouwd
is aan president Stejjn door de Vrijstaters,
aan Schalk Burger door de Transvalers. In
dien deze meening juist is, is het duidelijk,
dat het snelste middel, om tot een schikking
te komen, zou zijn, dat de Boerenleiders in
Zuid-Afiika zich in verbinding stelden met
den generalissimus der troepen van Z. M.,
die reeds bevel heeft gekregen om onmiddel
lijk alle voorstellen, die hij mocht ontvangen,
te onderwerpen aan het onderzoek der regee
ring van Z. M."
Deze nota, die een bedekte uitnoodiging is
aan de Boeren om zich met Kitchener in ver
binding te stellen, is aan de Boei enleiders,
die haar als zoodanig zullen hebben opgevat,
medegedeeld.
Verder zij de aandacht gevestigd op de
dubbelzinnigheid in de verklaring van lord
Kitchener, wal betreft den datum vnn bet
verzoek om vrijgeleide, door Schalk Burger
gedaan. Waarom zegt fty": ongeveer 14 dagen
geleden in plaats van den juisten datum op
te geven? 14 dagen geleden d. vv. z. 9 Maart
of twee dagen na du nederlaag en éën dag
na de loslating van lord Methuen.
Dit rechtvaardigt ook het vermoeden dat
het initiatief van Engelsche zijde gekomen
is en dat van 9 tol 24 Maart, Kitchener
(die in al dien tijd gezwegen heeft) de be
dekte uitnoodiging wat duidelijker gemaakt
heeft, door te zeggen, dat bjj als conti n-
beleefdheid, bereid was de voorstellen van
1901, aan Botha gedaan, te herhalen.
Kitchener meldt uit Pretoria van 24 dezer
De colonnes rapporteeren 5 Boeren gedood,
95 gevangenen, 63 die zich*- kwamen over
geven. Drie Kiupp kanonnen werden door
kolonel Dixon's colonne gevonden in Lieben-
bergvlei; 45 geweren, 1000 patronen voor
handvuurwapenen, 22 wagens, 215 paarden,
257 stuks vee werden buil gemaakt.
De hoofdlroep van den vijand, ongeveer
200 man, is in de middendistricten der Kaap
kolonie onder Malan en Fouché, zich schuil
houdende in de Oamdeboobergen, waar een
vervolging moeilijk is.
In het westen zijn kleine commando's, die
naar het noorden worden gedreven, nabij
Hopetown. In het uoord-oosten van de Oranje
rivier-Kolonie gaan de colonnes voort, den
vyand te achtervolgen, die nu gebroken en
vermindeid in aantal is.
Een medewerker van >Reynold's News-
papier" heeft aan dr, Leyds geschreven en
gevraagd, of het waar was ondanks de
verzekeringen der Engelsche regeering
dat de soldaten van Kitchener Boeren in de
treinen hadden laten meereizen om zichzelf
tegen aanvallen te beschermen, of met andere
woorden, dat zy ongewapende Boeren ge
bruikten als levende schilden.
Dr. Leyds zond het volgende antwoord
»Hel is volkomen met de waarheid in
overeenstemming, dat Boeren RegeeriDgsper-
sonen en notabelen van Pretoria gedwongen
zijn door de Engelschen met den trein mede
te reizen' om de militaire treinen te vry waren
voor de aanvallen der strijdende Transvalers
en Vry-staters. Ziehier eenige namen van
Boeren, wien dit is overkomen de heer Van
Ilarpen-Nikkelen-Kuiper, directeur van de
wees- en boedelkamer te PetoriaT, N.de
Villiers, van Pretoria; J. Brugman, schoon
zoon van generaal de la ReyH. Boch
Barend J. Vorster, lid van den Eersten Volks
raad I. Haurhofl, van PretoriaMartinus
Wolmat'ans en Frans Smit, thans krijgsge
vangen en gedeporteerd.
Dezelfde behandeling hebben ondergaan
burgers van Potcliefstroom, Bloemfontein en
andere districten. De Enge'seho autoriteiten
zeulen deze verklaringen niet durven ontken
nen, want zij zouden het niet kunnen."
4
Lord Milner heeft, in zijn qualiteit van
administrateur, een proclamatie afgekondigd,
waarbij een permanente politiemacht voor
de sleden van de Oranje-rivier-Kolonie wordt
ingesteld.
Volgens een telegram uit Kaapstad van
gisteren is Rhodes na een zeer onrustigen
nacht, veel zwakker. Er is geen enkele ver
betering gekomen in den toestand van het
hart, die ernstig blijft.
SSetaengdSe Merïctlecltiagen.
menschen, die ik vroeger kende, zijn me
onverschillig geworden. Ik vertel het je een
anderen keer wel eens. Laten we nu liever
overi onszelf spreken. Ik heb nog een verzoek."
ïAVclk?" en ze kuste hem bij dien vraag
met een uitdrukking, die zeggen moestalles
is je vooruit reeds toegestaan.
Vermijd het in tegenwoordigheid van mijn
moeder ovn>' je begrippen, gedachten en fan-
tasiën te spreken. liet verontrust baar on-
noodig. Jij en ik, wij zullen liet onder vier
oogen over iedere vraag, dien bet leven stelt,
eens worden, al zij het ook strijdende, door
verschil van meening. Maar we zullen de
oude vrouw geen dingen op haar weg leggen,
die ze als zware hindernissen zou kunnen
beschouwen, terwijl het inderdaad slechts
fantomen zijn, die voor een krachtig woord
de vlucht nemen."
Ebba was van zijn knieën afgegleden en
stond nu voor hem, met verbazing en onwil
op het gelaat.
»Maar, als ik niet zeggen mag, wat ik
denk, dan ben ik niet vrijHoe kan ik
vertrouwelijk met je moeder omgaan, als ik
bij ieder woord, dat ik spreek, eraan denken
moet, of ik er haar misschien ook door mis
hagen of verontrusten zal Dat is vreesdij k
onaangenaam 1"
Ilij zag wel in, dat hij een fout begaan had.
Liefdevol legde hij zijn arm om haar heen,
terwijl ze weifelend op hem neer zag.
»Kijk eens," sprak hij, >de oude vrouw
is bijna veertig jaar ouder dan jij. Ze heeft
een andere opvoeding gehad dan jij. Een rijk
leven vol ervaringen ligt achter haar, die
misschien eenzijdig zijn, dat geef ik toe
Moeten we haar in haar beschouwing niet
sparen, ook al wederspreekt de onze do hare?"
ïMoel ik mijn geheele neigen ik" opgeven
Niet vooruit komen Niet rijp worden
Mij geheel aan moeder onderwerpen vroeg
ze met sidderende stemuit haar oogen
schoten vonken van toorn.
Maar hij bleef geduldig. Iiij voelde zich
zoo ver boven haar, dat ze hem niet boos
maakte.
»Ik sprak niet van sopgeven", ik sprak
van sparen". En hoe gemakkelijk is het,
in haar tegenwoordigheid een thema te ver
mijden, dat geen practisch nut ireer heeft
Want wat je ook voor plannen gemaakt liadt
welk doel je ook nog recht onduidelijk voor
oogen zweefde, je hebt een weg ingeslagen
die je in mijn armen en, als God het wil
naar het geluk voertDaar zijt ge geborgen
denk ik, ook voor dat, wat je je zelf
kwaad zoudl kunnen doen."
Daar hij zag, dat er onder zijn rustige
zekere woorden, een trotsehe uitdrukking
op Ebba's gelaat verscheen, voegde bij er
glimlachend aan toe »of heb je bet gevoel
niet, onder sterke bescherming te staan,
heb je het vertrouwen soms niet, dat ik je
meer liefheb, dan alles ter wereld
Half ontwapend, half nog door den wensch
bezield, hem nog eens goed te troeven, riep
ze »IIet vertrouwen heb ik, maar sterke be-
scherminghebik niet noodig, ik ben zelf sterk!'
Toen werd hij overmoedig. Hij sprong op
en hief haar in de hoogte en droeg h
in zijn armen de kamer rond en hoe ze ook
tegenstribbelde, uit deze ijzeren omklemming
kon ze niet los komen.
»Ja lichaamskrachtriep ze nu ook
lachend, adat is geen kunst. Daarop komt
het niet aan. Dat is een brutaal overtui-
giugsstuk. Laat me lo$
Engeland..
Evenmin als de Boeren zijn de Malteezers
geheeldoordrongen van de zegeningen van
al wat Engelsch is. Wat voor belang Enge
land er bij heeft, is niet recht duidelijk
maar Chamberlain wil met alle geweld de
Italiaansche bevolking van het eiland Malta
tot Engelschen maken, en tracht dit in de
eerste plaats te bereiken door haar da Engel
sche taal op te dringen. Het verzet derMal-
teezers hiertegen is even verklaarbaar en
gerechtvaardigd als heftig. De Italiaansche
leden van den wetgevenden raad van het
eiland hebben thans opnieuw geweigerd de
begiooting in behandeling te nemen en daar
over te stemmen, indien de Engelsche regee
ring niet wil voldoen aan haar verlangen,
aan de Itabaansche taal opnieuw de eerste
plaats toe te kennen zoowel bij regeerings-
zaken als bij het onderwys.
De verhouding is zeer gespannen geworden.
Men denkt, dat Chamberlain, indien de Ita
lianen niet willen toegeven, eenvoudig den
wetgevenden raad zal ophefien en het eiland
»Geef me eerst honderd kussen."
»IIier heb je er édn. De negen-en-negentig
andere blijf ik schuldig."
O, wat had hij haar lief! Hij begreep,
dat ze veel onrijper was, dan hij gedacht
had, dat ze waarschijnlijk gebreken had, zoo
talrijk en zoo tastbaar als de doornen aan
een bloeienden acaciatak. Maar ook deze
fouten had hij lief. liet waren die van eeu
trotseh hart, vari een vurig temperament,
niet de kleine, lage, lafhartige fouten van
menschen van een laag karakter.
Zij werd er voor hem des te bekoorlijker
om, daar ze aan zijn mannennatuur een taak
scheen op te leggen, die hij niet vermoed
had. Hij had er haar dos te liever om, om
dat hij haar nog opvoeden moest.
De strijdende kracht van den man werd
levendig in hem met een zekere, algemeene
vreugde.
Juist zij, de allerliefste, zou hem als over
wonnene in deemoed erkennen. Wat een
genot, hier te triomfeeren
Hij genoot zijn overwinning al vooruiten
had haar in dit voorgenot nog hartstochte
lijker lief.
Zijn moeder was weggegaan, omdat ze
geloofde, dat die twee voor een ernstig
woord de eenzaamheid behoefden. Toen ze
nu terugkwam, vond ze twee lachende men
schen, die zich gedroegen als ieder jong
paar dat in de eerste zaligheid der liefde
verkeert.
Haar hart zwol van vreugde.
(Wordt vervolgd.)