d
1.
56 Jaargang,
1.
Be teller van iee Snirttelaar.
Dinsdag 10 Juni 1902.
No. 10873.
0
BUITENLAND.
Koes,
Deze courant -verschijnt dageljjks, met uitzondering van Zon- en Feestdagen.
Prg's per kwartaalVoor Schiedam en Vlaardingen fl, 1.25. Franco
per post fl, 1.65.
Prqs per weekVoor Schiedam en Vlaardingen 10 cent.
Afzonderlijke nummers 2 cent.
Abonnementen worden dagelijks aangenomen.
Advertentiën voor het eerstvolgend nummer moeten des middags vóór een uur
aan het bureau bezorgd zijn.
Bureau s Boterstraat 68.
Prijs der Advertentiën: Van 16 regels fl. 0.92; iedere regel
meer 15 cents. Reclames 30 cents per regel. Groote letters naar <le plaats die
innemen.
Advertentiën bij abonnement op voordeehge voorwaarden. Tarieven hier
van zijn gratis aan het Bureau te bekomen.
In de nummers, die Dinsdag- en Zaterdagavond verschijnen, wor'en
zoogenaamde bteime opgenomen tot den prijs van 40 cents
per advertentie, bjj vooruitbetaling aan het Bureau te voldoen.
latere, telefoon 38©, 1SS,
AL.«EMKKM «VJËBSXCïïir.
SCHIEDAM, 9 Juni 1902.
Suid'Afrika,
Inliet vorig nummer deelden, wij onder de
telgrammen mede .hoe Balfour in een eon-,
servatieve voreeniging over Krager en de af
gevaardigden sprak. Dat dit laster is, belioe-'
von wijl niet meer te betoogen, immers ieder
een weet hetKruger is op verzoek en om
dat hij' niet mee heen en weer kon trekken,
naar bier gekomen en de afgevaardigden
hadden opdracht in Europa en Amerika te
vertoeven. Maar wat vooral de woorden van
Balfour tot laster stempelt, is dat Balfour
keel goed weet dat Kruger cn do afgevaar
digden op verlangen der republieken hier
waren on dat, had een hunner na Volbrachte
zending, naar Afrika willen teruggegaan, hij'
liierin door do regeering van Balfour zou
zijn verhinderd.
V
Betreffend® de overgave wordt uit "Wol-
venhoek eld. 5 Juni geseind
De commando's van Van Niekork en Van
der Wervo gaven zich heden aan generaal
Elliot over, die hen op liet open veld met
zijn staf bij Vredefortroad-statiou tegemoet
ging. De generaal sprak de Boeren toe en
maakte hun de schikkingen bekend, die ge
troffen waren, om lien en hunne gezinnen
voorloopig to helpen. D'aama reed hij, ver
gezeld door D'e Wet, naar liet station, waar
do Boeren, die te paard volgden, hunne wa
penen neerlegden, te zamen 185 man en 157
geweren van verschillende soort. De gene
raal las e&n telegram voor van den Koning,
'waarin dezen den burgers een voorspoedige
toekomst tocwenschte, hetgeen met hartelij
ke toejuichingen ontvangen werd. Do gevoe
lens waren tijdens den göhceden gang van za-
iken van weerskanten uitmuntend. Er was
weinig militair vertoon, en geen gepocli. D©
beste kameraadschap heersebte tusschon En-
golschen en burgers.
En van gisteren wordt bericht
Do geheels staf van de gewezen Trans-
vaiusolio regeering, die onlangs haar zetel te
Bhenosterkop bad, heeft zich overgegeven
met een lijfwacht van 50 man. De overgave
te Stande>rton op 5 en 6 Juni, onder toezicht
van Louis Botha, werd in de volmaaktste en
militaire nauwkeurigheid ten uitvoer ge
bracht. In een korte speech wees generaal
Hamilton op de bewondering, die door liet
gelie&le Engolsche volk voor de groote wor
steling is gevoeld, die door de Boeren was
geroeid, en drukte de hoop uit, dat de bur
gers loyale onderdanen van don Koning zou
den worden.
Mevrouw de Wet werd Vrijdag uit Pie-
termaritzburg te Vredefort verwacht, en zou
eenig© dagen daar in het kamp blijven.
Naar het Fransch
van
ANATOLE LE BRAZ.
1)
VI.
Ooit
Ooit'
zitlb
Toen ik Tomé als einddoel van mijn tocht
bad genoemd, 'had ik onwillekeurig toegege
ven aan het geheime verlangen om, zij het
dan ook slechts van 'verre, het landschap van
Trcztèl terug to zien, en in de tweede plaats
was mijn plan, althans ten deolc, het spook
beeld van onze lieve Vrouw van de smokke
larij uit te dagen, door 'haar te tarten op de
plaats zelve, die haar vroeger toegewijd "was
geweest. Ik verheugde er mijl bij voorbaat
kinderachtig op, om do herinnering aan haar
afschuwelijke zedelij'ko overmacht met voe-
'tenta treden, op de plaats zelf van haar
verwoeste kapel maar sedert de verhalen
van mijn beide matrozen, was al mijn vreug-
'de verdwenen. Ik was nu bijtna weder' even
zeer ontdaan ais ik het 's morgens was go-
■weesb, toen ifc uit mijh. nachtmerrie ont
waakte. Allerlei verwarde gedachten be
stormden mij. Ik werd geslingerd tusschen
den angst van het onbekende en het vorl'an-
gen om het te leeren kennen. Want «dl zag
het eiland er nu bijl zonlicht zeer vroolijik
tit, toch scheen het mij als door een tragisch
licht bestraald te worden. Hot maakte op
Wij den indruk alsof eenig vreeselijk geheim
,het omgaf, en dat ik, indien ik het wilds
•oplossen, mijn teven zou wagen, ja wellicht
MrrfK'WMii' >,i
Lord Methuen vertrekt binnenkort uit
Zuid-Afrikahij wordt in de eerste helft,
van Juli in Engeland verwacht.
Volgens een Reutor-bericht uit Heilbron
hebben alle kolonnes bevel ontvangen, in
hun tegenwoordige kantonnen) en ten te blij-'
ven totdat de overgaaf afgeloopen is.
De verdachte Natallers hebben verlof ge
kregen naar hun hoeven terug te keeren, op
voorwaarde dat zij, als zij op reis willen
gaan, dit meedeelen aan don commandant
van het district.
Uit Londen komen berichten over den
dankdag; in Zuid-Afrika is er een ge
houden waarbij 6000 man troepen, Lord
Kitchener en vale burgers tegenwoordig wa
ren, Kitchener riep om toejuichingen voor
den Koning, waaraan hartelijk voldaan
werd.
In Londen was het een war© optocht. Men
seint hieromtrent:
D'e dankdienst in de St. Paulus Kathe
draal was heden zeer grootsch en indrukwek
kend. Hunne majesteiten reden, voorzien
met al' de teekenen van de koninklijke waar
digheid afzonderlijk in open rijtuigen, en
niet geëscorteerd, alleen door voorrijders,
naar de kathedraal, waar zij' bijl de groote
deur opgewacht werden door den Lord-ma
yor, de vrederechters, de geestelijkheid en al
het personeel van den bevolen dankdienst
voor don vrede.
Voorafgegaan door trompetters, werden
de vorstelijke personen naar hun plaatsen
begeleid, terwijl het koor het gezang„On
ward, Christian soldierszong.
De dienst was gebed' ingericht als dank
dienst voor den vrede; Sullivan's „Peace
Te D'euin" vormde er heb voornaamste on
derdeel van. De bischop van Londen hield
den preek, die handelde over de zegeningen
des vredes. Hij, legde bijzondere® nadruk op
het feit dat de 'kroon, die staat geplaatst te
worden op heb hoofd des Konings, er een zal
zijn van een vreedzaam Rijk, en zijn schep-
ter een van rechtvaardigheid en vrede. D'e
dienst eindigde met hot zingen Van het ko
raal': „'Dankt allen God den Heer", en van
het volkslied.
Hunne Majesteiton werden hartelijk toe
gejuicht door de menigte op straat. Het
weer was triestig en koud, maar het regende
niet.
Nu, in hoever die kroon van Edward VII
er eon zal zijri ven een vreedzaam rijk en zijn,
schep ter een van rechtvaardigheid en vrede,
zullen we maar afwachten. De jongste histo
rie pleit er niet voor.
De motie van dank aan de Britsclie troe
pen, door het parlement eergisteren aange
nomen, wijkt in zooverre af van den gebrui-
kelijken vorm dab geen enkele aanvoerder
met/name is genoemd. D'e motie brengt dank
en hulde aan de Britsohe geregelde troepen,
zelfs wat mij nog veel' dierbaarder was
het noodlot van mijn ontluikende liefde.
Maar toch dreef 'n onweerstaanbaar verlan
gen mij tot ontdekking. Ik was als de speur
hond, dien men op het voetspoor zet, en die
rechtstreeks gaat waarheen zijn reuk hem
leidt. Al -voerde de mijne mij ook ten doode,
in godsnaam, mijn besluit was genomen.
In nam dus niet het begroeide voetpad,
dat langs de steile kust omhoog liep tot bij
het onttroonde heiligdom. Het sousterrein
strekte zijn gapenden muil uit tot bij den
vlakken oever, die omgeven was door wild©
rozenstruiken en willde pruimeboomen. Ik
weet niet welke betooveronde, geheimzinnige
macht mij derwaarts lokte. Ik ging
„In godsnaam 1" mompelde ik, gelijk de
zeelui, als zo zich prijs geven aan de duistere
machten der woedende elementen.
En ik ging er in.
De plotselinge overgang van heb heldere
licht van buiten tob de duisternis van deze
spelonk, belette mij eerst iets te ouderschei
den, maar na eenige minuten zag ik voldoen
de om den omtrek nauwkeurig te onder
scheiden. Wat mij heb eerst trof, was de bij
zondere hechtheid van het werk. Men zon
gezegd hebben dab het een voorwereldlijk
metselwerk was. Het was vervaardigd uit
reusachtige rotsblokken, door onvernieibaar
cemoub aan elkander bevestigd, zoodat, in
dien eenige hunner van het gewelf waren
losgeraakt, dit zeker door de hulp vau men-
selialijke wezens moest zijn geschied. Een
dier steenen had de afmeting van een graf
zerk op onze kerkhoven. Daar .hij1 blijkbaar
mot voorbedachten rade tegen den linker
muur was geschoven, en heb kruis waarover
de koloniale hulptroepen, de Yeomen en de
militie, in het algemeen.
De „Birmingham Post" en de „Liverpool
Post" melden, dat ikeizer Wilhelm van plan
is, den Duitschen 'kroonprins naar Zuid-
Afrika te zenden, in gezelschap van een ge
neraal en een 'kleinen staf, om de slagvelden
te bestudeeren.
Als do kroonprins moet dienen om het do
Engolsche regeering moeilijk te maken aan
een gezelschap Duitsche officieren het verlof
te weigeren om don oorlog ter plaatste te be
studeeren, is_ het middel niet onaardig be
dacht.
Misschien brengt de prins dan ook nog een
bezoek aan Doornkop, waar de Jameson-bon-
do gevangen werd 'genomen, en zendt hij
vandaar een telegram aan president Kruger-,
wordt er ondeugend door de „N. R. Ct.", die
liet bericht ook opneemt, aan toegevoegd.
FraiibryU.
Do'heer Rouvier heeft do portefeuille van
financiën aangenomen blijkens de officieele
lijst van ministers. Hierop vinden wiji van
heb minsfcerie Waldeck-Rousseau overgeno
men de hoeren Delcassé, buitenlandsche za
ken, Mougeot, (Landbouw en André, oorlog.
En geen wonder dat eenige krachten zijn ge
bleven, want de verkiezingen hadden het
ministerie sterker gemaakt dan voorheen.
Doch de premier meende heb zijne gedaan te
hebben en ging heen.
D'e ontvangst die door de verschillende
partij-organen aan het ministerie-Combes
was bereid, getuigt van vertrouwen en res
pect, bebalve die welke uitgesproken wordt
in de nationalistische en reactionnaire bla
den, die het ministerie afschilderen als eon
verzameling van radicale onbeduidendheden.
Natuurlijk wordt getracht op alle mogoliij-
ke manieren het nieuwe ministerie zwart te
maken, waarbij persoonlijke kwesties een
eerste rol spelen. Maar een dergelijke oppo
sitie had elk republikeinsch ministerie te
wachten.
Onder de republikeinen zijn er die Del
cassé niet erg vertrouwen, hetgeen zijn oor
zaak hierin vindt dab hij tijdens den Z.-Afri-
kaanschen oorlog niet rechtstreeks genoeg
tegen Engeland is opgetreden. Maar is er
buiten Frankrijk eenig keizer- of koninkrijk
of republiek, waar men, do groote „men",
niet heb zelfde van zijn minister van buiten
landsche zaken zegt?
De uiterste gematigden en de uiterste ra
dicalen loepen in hun meening natuurlijk
nog al sterk uiteen, maai- over bet algemeen
wordt het nieuwe minsterie goed ontvangen.
Morgen zal het antwoorden op de interpel
latie van den heer Firmiu Faure, betroffen-
de de algemeene politiekdan zullen wij be
ter over de nieuwe ministers kunnen oordee-
len dan door een reeks veronderstellingen
over bun inzichten.
'Dat is zeker, dat al l'aat Waldeck-Rous-
seau de verdere uitvoering van zijn regee-
de matroos mij gesproken, had, daarboven
was bevestigd, veronderstelde ik dat het de
zelfde was die mijn voorlaatsten voorganger
had verpletterd en in een bloedige massa
had herschapen. Een opschrift in letters,
die eertijds wit waren geweest, was in den
muur gegrift. Er stond op
PIERRE LOUIS MATHOREL,
Luitenant der douanen,-
Is hier overleden den 17en Maart 1844.
Vrede ziji zijner assche.
Mathorel? Ik herinnerde mij dat ik te
Perras een brigadier van dien naam gekend
had, met wien mijn vader, rustend kapitein
van de groote vaart, gaarne praatte. Het was
een douane-beambte van de oude school,
streng voor zich zelf en streng voor anderen.
Hij vertoonde gaarne een oud dienst-pistool,
waarmede hij, volgens zijn zeggen, vijftien
smokkelaars had „uit de wereld geholpen".
Men kon hem op zijn woord gëloovenvan
zwetsen hield hij niet. Hij leefde in den vol-
steu zin des woords alleen voor zijn betrek
king en hij nam die waar met een waren
hartstocht, een soort van dolle woede. Men
kon hem. gedurende de duisterste, stonnach-
tigsto nachten op zijn post vinden, verbor
gen achter een of andere rots.
Als die Mathorel dezelfde was, als degene
wiens grafschrift ik zooeven gelezen had,
en ik betwijfelde dit geen oogeublik hoe
kon men dan aannemn dat ©en zoo berekend
persoon zich zoo onvoorzichtig zou terugge
trokken hebben dn deze schuilplaats,- als een
konijn in zijn hol, onder voorwendsel' dat h-t
ring aan Combes over, zijn geest toch in hot
kabinet zal blijven heerschen.
De minister-president Combes, die tot nog
toe weinig op den voorgrond trad, is 67
jaar oud en doctor in de geneeskunde. In
1875 werd hij burgemeester van Pons, en in
1885 lid van den Senaat.
Na den val van het kabinet-Ribot in No
vember 1895 werd hijidoor Bourgeois als mi
nister van onderwijs in het radicale kabinet
opgenomen, doch heb ministerie-Bourgeois
hield het toen niet lang. In April 1896
moest Bourgeois aftreden, wegens oen votum
van afkeuring in den Senaat over de leiding
der buitenland'schc staatkunde, die in han
den was van den bekenden scheikundige Ber-
thelüt. Cojnbes hernam zijn plaats in den Se
naat Melme kwam aan het bewind, en het
kabinet dat in de Ureyfus-zaak zulk een ont
zettende rol spelen zou, werd gevormd.
De President der Republiek, die Zaterdag
van don premier de mededeeling ontving
dat hij in het vormen van het ministerie ge
slaagd was, heeft zich op den verjaardag van
het schandaal te Auteuïl, nu drie jaar gele
den, or weder heen begeven en alle republi
keinen hebben hem luide toegejuicht, wel
ceu bewijs dat de populariteit van Loubet
steeds grooter is geworden.
iSftea«sï®d© K'c<te«l«eïinge:s.
Frankrijk.
Volgens de „Matin" wordt Waldeck-Rous-
seau te Kopenhagen verwacht als gast des
Konings.
Bij de behandeling der zaak-Reinaeh-Hen-
ï-y zeide de advocaat van Reinach dat een
der punten die door den aangeklaagde kun
nen bewezen worden, is het vinden van het
borderel.
Een werkvrouw, in dienst bij graaf Mun
ster, doorsnuffelde de papiermanden van do
bureau's der ambassade, en vond in de prul-
lenmaud van Schwarzkoppen in September
1894 een brief aan diens adres, dien zij aan
Bruoker ter hand stelde. Bracket- gaf het
stuik aan Henry; dit is het borderel. Eerst
hechtte Henry volstrekt geen waardo aan 't
stuk en begon het aanstonds te verscheuren,
de beide scheuren van 'het bord wol.
Tijdens bet proces vau Rennes was vrouw
Bastien verdwenen, zo was weggestopt; dat
zou ze later zelf hebben verteld aan de Duit
sche ambassade. Heb was een leugen van
Henry, teen hij zeide, dat Schwarzkoppen 't
borderel verscheurd had. Schwarzkoppen
heeft het stuk nooit onder de oogen gehad,
dan in fac-simi'le. Schwarzkoppen zou het
schrift aanstonds herkend hebben en gezegd
hebbenDreyfus is voor de misdaad van
een ander veroordeeld.
Aan hot slot van zijki pleidooi zeide de ad
vocaat:
„Indien gij' 't onderzoek toestaat, zal dit 't
nieuwe feit zijn, dab de revisie van heb pro
ces van Rennes zal reroorlooven. Het nood
lot wil, dat het de erfgenamen van oen mis
dadiger zijn, die onwillekeurig de hulp van
Dreyfus zijn en do bewerkois van zijn eer
herstel. Wat de onschuld van Dreyfus be
treft, zij zal den een of anderen dag aan het
licht komen."
stormde? Een schuilplaats zoeken, hij? Hoe
nu? Koos hij niet juist altijd heb slecht
ste weder om den oever op te loopen Toen
men ham eens verweet dat hij' zulk een vei-
sfcokt coeli'batah- was, gaf hij immers ten
antwoord: „Trouwen? Ik ben immers ge
trouwd. Mijn vrouw heet: 'de storm
Hoe meer ik er over nadacht, hoe onwaar
schijnlijker en leugenachtiger mij het alge
meen verspreide verhaal van zijn dood toe
scheen.
D'at liet) graniet kon spreken zeide ik tot
mijzelf, terwijl ik mek de vlakke hand op
den moorddadigen steen sloeg, heb nog altijd
met bloed bevlekte rotsblok waarop ik gi ze-
ten was.
Iu gedachten sprak ik dit toe
„Neen, go hebt niet 'bij toeval gedood, ge
zij'b het werktuig geweest van oen wil. Men
heeft rich van u bediend om iemand dien
mijn kwijt wilde wezen, uit den weg te rui
men Wie zou hem kwijt willen w<zon?
En wat zou zijlu beweegreden zjjn geweest
om in dien nacht hierheen te gaan? "Wat
had hij vernomen, wat had hij vermoed
Doze vragen bestormden mij, toen plotse
ling een licht gedruiseh van uit de verte, en
als voortgeplant door de dikke muren, mijn
aandacht trok. Ik luisterde. Het was buiten
twijfel een geluid van menschel ij ke stem
men, en het kwam niet van buiten, maar uit
heb inwendige van het sousterrein. De woor
den van den jongen Paranbhoën kwamen
mij weer in het geheugen. En ik dacht
„Ik zal' dus ook op mijn beurt bet he) uch-
te „Miserere" hoeren! Ik ben nieuwsgierig
op welke wijis ze zingen zullen."
Voorzichtig klom ik naar boven, in de
Duitscibla nd.
Keizer Wilhelm heeft aan een correspon
dent van e&n Engelsch blad verlof gegeven
aan boord te gaan van een D'uitsch oorlogs
schip om daarop studie to maken van de
Duitsche marine. Verschillende bladen laten
zich ongunstig nit over deze nog nimmer ge
geven vergunning.
De laatste berichten omtrent den toe
stand van don grijzen koning van Saksen lui
den ongunstig. Volgens het bulletin van Za
terdagochtend had do Koning een onrusti-
gen nacht gehad, met aslhmatischc aanval
len ofschoon de lijder geen koorts had, liet
de algemeene toestand zeer veel to wcnschou.
Bij de beraadslaging in den Rijksdag over
heb wetsontwerp betreffende de opheffing
van de dictatuur-paragraaf, zeide de rijks
kanselier Von Biilow
Toen Duitschland 30 jaar geleden het
Rijkstand inlijfde, was do meerderheid van
de bevolking afkeerig van de inlijving; men
hoopte op een spoedige herceniging met
Frankrijk. De gelijkstelling van het Rijks-
land met het overige Duitschland volgde
daarom stap voor stap; ongeveer in dezelfde
verhouding, zooals d© rijksrogeering waar
nam, dat de tevredenheid toenam, werd ook
de belangstelling voor het Keizerrijk groo
ter. Om storende inwerkingen van binnen en
van buiten te onderdrukken, was de.dicta
tuurparagraaf noodig. D'e Keizer en de ver
bonden regeoringen zijn tot de overtuiging
gekomen, dat de buitengewone maatregelen
van de d ictafcuu rparagraaf buiten werking
kan gesteld worden. Door deze opheffing
wordt erkend, dat het gelukt is, de bevol
king van liet Rijksland met den nieuwen
stand van zaken te verzoenen, hun vol ver
trouwen in te boezemen. De verhuizing naar
Frankrijk bleef in de laatste jaren achter
wege. 'D'e houding van de landolijiko com
missies is steeds loyaler geworden en de be
weging, die op losscheuring van Duitschland
doelt, vindt geen weerklank bij de bevol
king. De rijksregeoring lieefb vertrouwen
met vertrouwen willen vergelden. Duitsch
land zal niet vrijwillig iu een nieuwen af
stand van het Rijksland toestemmen. Het is
overtuigd, dat Elzas-Lotharingon heb ge
schenk met dezelfde gezindheid zal opnemen,
als het overige D'uitschland, ril, met Duit
sche trouw. (Toejuichingen van rille kanten.)
B u 1 g a r ij
Vorst Ferdinand van wien weer eens ver
teld wordt dat hij zich tot koning zal doen
uitroepen na zijn terugkeer van het bezoek
aan den Czaar, vertrekt morgen van het slot
richting der stemmen, totdat een ophooping
van materialen, waarschijnlijk daar geko
men door een vroegere uitbarsting, miji den
weg versperde. Een laag nog vochtige va
rens, dus bijgevolg pas versch geplukt, be
dekte den grond voor dit puin. Toen ik niet
mijn vingers er in woelde, vond ik een stuk
steen, dab ik aan de fijriheid en do gepolijste
nerven voor leisteen hield. Ik nam den steen
weg en terwijl ik op mijn buik ging liggen,
hield ik mijn oor boven do gemaakte ope
ning. Ik had goed geraden; de stemmen
kwamen juist van daar beneden.
Het waren or twee de ééne ernstig,
met een ruwen tongval de andere, veeleer
krijsckend. En ziellier wat ik opving van
hun gesprek
Ja," zeide de eerste, „dit jaar zal' het
mijn broeder Barthel zijn, die de zaak ten
uitvoer moet brengen. Ik heb hem geschre
ven dat hij zich met een sloep moet laten
afzetten, terwijl zijn sclup 'blijft kruisen ill
de volle zee dor Sept-iles. Jij moet hier wach
ten totdat hiji den steen aanraakt, zooals ge
woonlijk."
„Uitstekend, drie stooteu met den hiel en
het wachtwoord Miserere mei, Domino, mi
serere mei
„Wat liet signalement betreft, hetzelfde
als van mijn broer Thos: de matrozeribee-
zeroen, de laarzen, do zuidwester, de zak
doek van rood katoen
„En gemaskerd, zooals altijd?"
„Maar zorg vooral hem ons zonder letsel
mee te brengen, en vergeet niet om allebei
te brullen gedurende den over-
miserc-re
bocht,"
(ÏFordf vervolgd