m
56'" Jaargang.
Vrijdag 27 Juni 1902.
No. 10888.
m
Bericht.
r
Kennisgeving*.
BUITENLAND.
Frans Döring.
V
SCHIEDAMSCHE COURANT
.yu.
pist,
.75,
ond
,30.
lit,
ien,
.25.
25.
50.
oe),
,25.
me,
dr.,
60.
van
Jgd
SZ,
50,
90.
lur,
90.
de
ich
•bij
)als
usl
po-
ere
s n,
jen
i e-
an
ens
oor
an,
id-
erd
;de
del
•re,
Deze courant verschijnt dagelijks, met uitzondering van Zon- en Feestdagen.
Prjjs per kwartaalVoor Schiedam en Vlaardingen fl. 1.25. Franco
„er post fl. 1.65.
Prjjs per weckVoor Schiedam en Vlaardingen 10 cent.
Afzonderlijke nummers 2 cent.
Abonnementen worden dagelijks aangenomen.
t
Advertentiën voor het eerstvolgend nummer moeten des middags vóór eeri uur
aan bet bureau bezorgd zijn.
Bureau t Botcrstraat 68.
Prijs der Advertentiën: Van 46 regels fl. 0.92; iedere regel
meer 15 cents. Reclames 30 cents per regel. Groote letters naar de plaats die zy
innemen.
Advertentiën bij abonnement op voordeehge voorwaarden. Taneven hier
van zijn gmtis aan het Bureau te bekomen.
In de nummers, die Dinsdag- en Zaterdagavond verschijnen, worden
zoogenaamde fel&im# cdccrlMfidn opgenomen tot den prijs van 40 cents
per advertentie, bjj vooruitbetaling aan het Bureau te voldoen.
latere. Telefoon No. 133.
Mi
W.
's.
re.
37.
r
Hy, die zlcli met het nieuwe kwar
taal, aanvangende 1 Juli a op
de „Schledamsche Courant" nHon
oreren, ontvangen de tot dien datum
verSchUnende nummers gratis.
Schietoefeningen.
DE burgemeester van Schiedam,
brengt, op verzoek van den heer Commissaris
der Koningin in de provincie Zuid-Holland, liet
volgende bericht ter kennis van belanghebbenden
bij de scheepvaart
Schietoefeningen te IJmniflen (Noordzee),
- 8e Distriet.
Volgens mededeeling van den Minister van
Oorlog zullen op 8, 9, 10 en 11 Juli 1002 en
zoo noodtg op 12 en 14 Juli schietoefeningen
gehouden worden van het fort te IJmuiden.
De Sector, welke tot op 451,0 M. van het
fort als onveilig moot worden aangemerkt,
wordt aangegeven door het fort en de richtingen
N. N W. en Z. Z. W.
Een stoomboot zal, voor zoover mogelijk,
waarschuwen en desgewenscht aan kleinere
(tal) vaartuigen hulp \erleenen om buiten dien
sector te komen.
Op de dagen waarop gevuurd wordt, zal van
het fott eene toode vlag waaien van minstens
één uur vóór den aanvang der schietoefeningen
tot aan het einde daatvan.
(Zie ïNed. Krt." no. 222).
Schiedam, 26 Juni 1902
De Burgemeester voornoemd
VERSTEEG.
Door reparatie aan de hoofdbuis zal
de watertoevoer op Yrydag 37 Juni des
namiddags ten 5 ure worden <SK9L.OTKNI
en vermoedelijk hoogstens '2 uren gesloten
bljjven.
DE DIRECTE DB.
AL6EIHËBN OVEKZlGHT.
SCHIEDAM, 26 Juni 1902.
Zuid. Afrika.1
Na den vrede.
De sMatin" verdiept zich in de moeilijk
heden die gerezen zijn in verband met con
sulaire vertegenwoordigers der beide repu
blieken, van wier verdwijnen als zelfstandige
staten aan de regeeringen nog geen kennis
is gegeven.
VAN
ERNST ECKSTEIN.
Een staat gaat maar niet zoo gemakkelijk
uit de rij barer zusteren, er doen zich gc-J
woonI(jk moeilijk op te lossen, ingewikkelde
en dikwijls delicate vragen voor. In enkele
van deze vragen, de belangt ijkste, zegt het
blad, is voorzien door annexatie-documenten
b. v. in het v redes-tractaat van Pretoria,
geteekend tmschen de vertegenwootdigers
van Engeland eu die van Transvaal en den
Oranje-Vrijstaatde vormen van de overgave,
de voorwaarden betrpffende personen en
goederen, de taalquaestie, die van het kies
recht, van vertegenwoordigende lichamen
enz. Andere quaesties worden stilzwijgend
gepasseerd. Die, welke niet expresseljjk door
het traclaat zijn geregeld, zijn in het bijzonder
delicaat bij haar eventueele oplossingen.
Zoo treedt ten pe°olge van hol Zuid-Afri-
kaansch vredesverdrag de quaestie op den
voorgiond, wat er van de diplomatieke en
consulaiie vertegenwoordiging moet worden.
Dr. Leyds is, zooals men weet, bij Frank
rijk en de andere mogendheden de vertegen
woordiger van Transvaal. Te Parijs bestaat
een consulaat voor den Oranje-Vrijstaat. Wy
hebben te Pretoria een consul, een vice-consul
te Johannesburg. Andeie landen verkeeren
in hetzelfde geval.
Ia welken nieuwen toestand zijn deze ver
tegenwoordigers ten gevolge van hetannexa-
tieveidrag geraakt? De quaestie is interessant
genoeg om opgeworpen te worden.
Aan de Quai d'Orsay, waar ik getracht
heb, haar te doen oplossen, heeft men nog
geen besliste meeniog op dit punt van inter
nationale jurisprudentie. Men weet alleen, dat
men geen officieele mededeeling van liet vre-
destraetaat heeft ontvangen.
Na ook le vergeefs bij het Oranje-Vrij-
slaatsch consulaat te hebben aangeklopt, waar
de consul, de beer De Mosenthal, afwezig
was, wendde de medewerker van de »Matin"
zich tot een der eminentste rechtsgeleerden.
Deze verklaarde, dat de quaestie zeer moeilijk
was; hij had echter nog niet naar antece
denten gezocht, slnderdaad", zei hy, sik weet
niet hoe de gang van zaken zal zijn."
»Ja, maar hoe moet ra rechten de gang
van zaken zjjn
»In rechten In rechten Er is wel een
internationaal recht, maar naai de omstandig
heden zoo veranderlik
Het, vredesvei dreg is gcieekend. Ti ansvaal
en de Oranje-Viijstaat be--taiiu niet meer nis
onafhankelijke stillen. Hun bouvei eimtoil is
verdwenen. Maar, raar het schijnt, worden
de andere regeeiingen geacht, dat niet te
weten; a's dr. Leyd-r/ieh nu op een diploma
tieke receptie bjj Delcmsé, onzen minister
van Buitenlandsche Zaken, vertoon!, moet
deze hem dan ontvangen?"
»Hy zou hem ongetwijfeld ontvangen, maar
als particulier, niet als vertegenwoordiger."
sMet andere worden moet Engeland aan
de regeerirg een officieele kennisgeving
zenden
»Dat is niet noodzakelijk Is de nieuwe
staat van zaken niet algemeen bekend En
geland zal zich overigens, zooals u wel kunt
denken, met een kennisgeving niet haasten,
R.
3)
Frans Doring ging angs'big naar binnen
Zijn voeten betraden liet zachtste en «lollig
ste Smyrna-tapijb dat bij sinds,lang ge-zien
W. Zeker, heorschte bier in de-zo ikleine
ruimte een bekoorlijke, niet overtollige,
Baar toch zeer kostbare pracht. Op den
bonzen Ikaard onder den 'hoogeu schoor
steenmantel brandde een1 helder vuur, dat
iet sombere daglicht op de meubelen, en
schilderijlijsten een vuurrooden weer
lijn wierp. 'Zware gordijnen en half geslo-,
hu stores schenen het vriendelijke, stil-voor-
tune vertrek tegen het Heven van de buiten-
"wóld, zeker en warm, te beschutten.
Frans Döring zuclitte. Hij dacht aan zijn'
hikkige jeugd, aan hot prachtige, heerlij
ks huis zijner ouders en aan de groote schuld
'het trouwélooze noodlot tegenover hem
had.
Eensklaps werd <de deur van de zijkamer
Slopend. Een zeer sympathiek man van on-
Iweer dertig jaar, met een korte bruine
l®> .trad binnen en verzochtliem met een
Eendelijk handgebaar om naderbij te ko-
Fratis Döring boog en volgde don vrien
dlijken heer naar een groot, eveneons kost
baar gemeubileerd vertrek, dat ten deele
*ooa- en ten deel'© werkkamer scheen te
J'lVTveo sofa'spnet'Perzische stof bekleed,
^u speel'- en een rooktafeltje, een prachtige
s°kibu'k,'_een buffet, met allerlei voorwer
pen van, Veelde' overladen, duidden op 'epi-
Men zal gemakkelijk begrijpen, dat het zich
daar mede niet zal haasten, daar zij 't vorige
jaar veiklaard heeft, dat de oorlogvoerende
staten geannexeerd zijn. Die annexatie was
in strijd met den weihelijken staat van zaken.
De burgers streden inderdaad dapper met de
kracht van wapenen, en zie. hoe talrijk vol
gens de recente overgaven. In dezen toestand
zouden de volken tegen dezen eenzydigen
wil geprotesteerd hebben. Maar nu is het
heel iets anderser is een contract, een
toestemming van de twee partijen.
Steyn en Schalk Burger waren de ware
vertegenwoordigers van het volk, daar het
volk zonder verzet de door hen geteekende
overeenkomsten heeft uitgevoerd, en boven
dien geen enkel protest, noch tijdens de on-
uei handelingen, noch na den afloop daarvan,
van den kant der vertegenwoordigers in Europa
is gekomen. Er zouden dus geen moeielijkhe-
den zijn. Niettemin is het waarschijnlijk, dat
Engeland, welks bedoelingen ik niet ken,
geen officieele kennisgeving doet, ten minste
nu nog niet.
Als antecedenten van dezen toestand wordt
de annexatie van Hannover in 4866 genoemd,
toen Pruisen er den mogendheden geen ken
nis van gaf, en de verovering van Algiers
door Frankryk. De consuls bleven hunne
functies vervullen volgens de oude exequatuur
en slechts op het oogenblik van de verande
ring van consul werd de quaestie actueel en
moest de nieuwe exequatuur aan de souvereine
mogendheden gevraagd worden.
Naar da schrijver meent, zal de souverei-
niteitsquaestie zich op bedekte wjjze voor
doen, zonder officieele kennisgeving. Het is
een manier om berichten van ontvangst te
vermijden, die, in 't algemeen gesproken, soms
aanleiding kunnen geven tot protesten of ten
minste niet in bewoordingen zijn vervat, die
volkomen goed te keuren zjjn.
't Vermijden van deze zwarigheden noemt
men diplomatie. Men wacht. De tjjd gaat
voorbjj. Hjj rondt de hoeken af, wischt de
scherpe lynen uit en verzacht, wat ruw is.
II tempo e galantuomo.
Een particulier schrijven in den Haag ont
vangen geeft als rede voor het haastig sluiten
vau den vrede op. de vrees dat de talryke
door Engeland gewapende kleuilingen zouden
opstaan èn tegen de Boeren èu tegen de
Engelschen.
s
De zaak van het Parlementslid kolonel
Arthur Lynch, die aan de zijde van de Boe
ren streed als kommandant vau de 2e Iersche
brigade, is weer voor geweest. Sir Albert
de Rutze hoorde éan getuige, uit Zuid-Afrika
en stelde daarop de verdere behandeling weer
een week uit.
curistisclie neigingen. Vier groote, oogen-
scllij'Tllijik• dagohjks gebruikte, boekenkasten
cn een. groote schrijftafel getuigden van
vlijjfc on werklust.
Doctor Alkott verzocht Frans Dóring
plaats te nemen, bood liem oen sigaar aan,
reikte hom een lucifer over en wierp zich
toen, eveneens rook end, achterover in zijn
leunstoel. Frans Döring was zeer ingenomen
met zijn manier van doen. ..Geheel en al
een gentleman," daoht hij, „een volmaakte
edelman, die zijn positie ben opzichte van
hen, die in de maatschappij lager staan, niet
doet gelden, maar alileen de persoonlijke an
tecedenten in rekening brengt
Ter zelfder tijd. bepeinsd© hij waarin dr.
Alkott wel zou studeeren en wait hij eigen
lijk zou uitvoeren. Do korte bruine jas en
de opvallend mooie, zware- haard dedou hem
eigenlijk wel wat 'op een schilder gelijken.
''Maar in het adresboek stond hij toch aan
gegeven als particulier. En waartoe zou een
schilder -ook een privé secretaris noodig heb
ben? Alles zou nu echter weldra opgehel
derd worden.
„TT komt dus hier op mijn advertentie,
niet waar, mijnheer Dóring?"
„Jawel, doctor." 1
Aükotit wierp een blik 'óp Döring's brief,
die naast hem op liet achthoekig tafeltje lag.
„Nu, ik hoop. dat wij heb eens zullen wor
den," zeide hij vriendelijk. „TJ maakt,op
'mij, dat wil ik u, wal zeggen, een bij uitstek
guustigen indruk
DÖring boog.
„Uw brief beviel mij al dadelijk." ver
volgde Alkott met oprechte hartelijkheid.
„Ik heb daarom uw aanvrage vóór die van
alle anderen in behandeling genomen. Even
wel moet ge' mij eerst'een paar indiscrete te
vragen veroorloven. Bk ben genoeg men-
Engeland.
Feestvieren tegen wil en dank.
Van omen lijzonderen verslaggever.)
Londen, 25 Juni 1902.
'bis een dolle gewaarwording, wanneer
schen'kennor en man van de wereld, om wei
nig aan getuigschriften te lieohtenu be
hoeft zich dus niet angstig te maken dat, u
er geen hebt, maar sommige punten moet
men toch aanroeren, al waro het alleen om
den medearbeider, met wien men vriend
schap aanknoopt, wat grondiger te leeren
kannen. Begrijpt u wat ik bedoel
„Volkomen, ondervraagt u mij maar 1"
.,I'k dank u, mijnheer During, A'lzco ten
eerste. Wat deedl gij tot nu toe I"
Frans Doring draaide verlegen aan zijn.
knevel. „Walt ik tot nu toe deed sta^
melde hij.
„Pardon," viel Alk-ott hem in de rede,
terwijl hij met élke seconde vriendelijker
weid, „vóór dat ge mij antwoordt, moet ge
uw overjas uittrekken."
Frans Döring's verlegenheid nam toe. Zijn
huisjasje was helaas al zoo versleten. En
hier in deze omgeving
„Neen, dank u," stootte hij bijna angstig
uit. „Ik ben ik vind het in 't geheel niet
te warm."
„Zooals go wilt," antwoordde de doctor.
Dezö had intusschen reeds tweemaal op de
electriseho schel gedrukt. Een aardig, hoog
blond dienstmeisje met een sierlijk mutsje
op, bracht op een zilveren presenteerblad
een flescli Bordeaux eu twee glazen.
„Ziezoo," lachte Alkott, „alles marcheert
beter onder (hét göbruik van een goed glas
wijn. In dit opzicht ben ik liet eens met den
Duitsclier nit „Tacitus". Een drooge mond
is een slecht woord. Prosit'"
Frans Döring wist niet wat er gebeurde.
Deze doctor Alkott was klaarblijkelijk een
edel mensch en een opmerker met een door
dringenden, soli er pon blik. Ongetwijfeld had
liij dadelijk in den sollicitant die zich aan
meldde den fijrigevoeligen edelman herkend
men zich, met een millioeu of wat medebur
gers on burgeressen, opgevoed heeft 'tot een.
soort van feestelijke stemming en zich dan
opeens verplicht ziet, zooal niet ontsteld of
bedroefd, toch teil minste wat pijnlijk ver
baasd te wezen.
De koning van Engeland is voor een Ne
derlander meer een historisch verschijnsel
dan wat anders en zijn eigen onderdanen
houden wél van hom, doch achten hom min
der dan ze hem liefhebben. D'it neemt niet
weg, dat onze Briteclie buurtjes zich van
iganscherharte er toe gezet hadden nu eens
flink feest te vieren. Zie hebben getroost 't
midden van Londen bot een reuzenmagazijn
van timmerhout laten, maken, ze hebben
minder getroost een miïlioen of wat pondon
sterling uit eigen- en gemeentekassen geof
ferd; zc waren bereid duur te rijden, te wo
nen, te eten, te kijken, doch ze wilden pret
hebben, goede, flinke pret, een week lang.
En nu dit!
'tWeer was slecht geweest, erg slecht,
doch het werd boter en de buitenlui stroom
den de stad, de cafés, de hotels binnen. Za
terdag ging heb goed, Zondag beter, Maan
dag best, Dinsdag beloofde nog heerlijker te
worden, toen plof, bet 'berichtde kro
ning is uitgesteld, de koning .wordt geope
reerd, do koning is zeer ernstig ziok.
Eerst dachten de lui op straat aan een
couranten-truc; doch dat duurde niet lang,
want allo couranten zeiden hetzelfde. Toen
werd het haasb-jeerop-je naar de telegraaf
kantoren, iedereen moest seinen aan broers
en zusters, ooms en tantes, neven en nich
ten, dat ze maar tliuis moesten blijven;
dicht opeen gepropt stonden zo daar, als
hulpélooze schapen en mochten uren wach
ten, voor zo hun telegrammetje weg kregen.
Toen maar weer naar buiten; ze waren
er nu eenmaal voor nit; of ze nu al naar
huis gingen, zou den koning niet beter mar
kou, dus maar verder gewandeld of gereden.
Langs het Strand, de straat der theaters:
palen met papieren guiilandes, repen ge
kleurd katoen langs de huizen; langs Fleet-
street, de straat der courantenpalen met
papieren guirlandes, repen gekleurd katoen
langs de huizenDudgate Hill op, Cheapsi-
de door, tot do Bank: weer palen met pa
pieren guirlandes, weer repen gekleurd ka
toen langs de huizengekeken naar de
20,000 lichtjes, waarmee de Bank zich zou
geïllumineerd hebben, gekeken naar de tri
bunes op het da'k der Royal Exchange, waar
op men duizelig had kunnen worden; al
maar verder, door King WUamstreeb:
steeds weer palen met papieren guirlandes,
steeds weer repen gekleurd katoen langs de
huizenlangs heb Monument van G- Brand,
dat met teringachtige bloemslingers behan
gen was. Nu London Bridge over, altijd het
zélfde: dit is de versiering van Londen,
smakeloos, gedachteloos, doch ook overal
vroolijke menschen, vroolijke kleuren, vroo-
cn trachtte nu het pijnlijke van den toe
stand door hartelijkheid en argeloosheid te
verminderen.
„Dus, mijnheer DÖring," begon hij ander
maal, „ik ben zoo vrij, u nu een beetje te
examineeren. Natuurlijk Ikunt ge in, ieder
geval op de strengst© discretie rekenen."
„Ga uw gang
„Hebt 'ge een boogcsckool bezocht?"
„Neen. Alleen een burgerschool. Ik zou
ik wilde mijn vader ,was landeigenaar,
bewindvoerder van eonige handelsonderne
mingen
„O zoo. Dan zijt .go zeker in de. voetstap
pen van uw vader getreden, en hebt handels
kennis?"
„Dat niet Ofschoon
„Nu, dat is eigenlijk voor mij ook niet
noodig Hebt ge hier of daar ook practissk
gewerkt
Frans Döring haalde do schouders op.
„Het spijt mij'! Ik heb ik ben
„Ik begrijp het al," viel dl. Alkott hem
in de rede. „Uw ouders waren zeer welva
rend."
„Ziji waien rijk, en in zoker opzicht .was
dat mijtu ongeluk."
„Hoczoo?"
„Omdat ik door deze schitterende omstan
digheden er nooit aan dacht, dat ook ik som
tijds dn de noodzakelijkheid zou kunnen ge
raken om mijn brood te verdienen. De goe
deren waren gezamenlijk verpacht, een groot
veimogen wierp schitterende revenuen af.
Alen wordt dan dikwijls wat al te zorge
loos
Doctor Alkott knikte, alsof hij. dat heel
begrijpelijk vond.
„Niet, dat ik lui was," vervolgde Döring,
„maar mijn hemelmen is jong en de jeugd
kent geen zorgen, .Zulk een bedolven zoon
lijke zonneschijn. Men vergeet dab de ko
ning ziek ligt, men denkt maar dat hij' wel
gauw herstellen zal, want men moet immers
feest vierenhet feest is de hoofdzaak in
ieders gemoed.
In Zuid-London, over de Theems, in de
„Borough" is het, ail precies eender. Een
troep blaaspoepen tettert „God save tb©
King" de 'lucht in, in een tempo alsof er
een mazurka op gedanst moet. Al maar weer
'kijken da feestviorders-in-spe naar de bloe
men de vlaegoEjneu, de palen met kroon of
leeuw versierd, de .leege tribunes, de volle
huizen, de voller straten. Langs de „obe
lisk" 'gaat de tocht wanner, moeder, de zon
blakert en brandt, de lucht is zwaar als van
onweer. Eindelijk komen ze op Westminster
Bridge,
Met stouten boog ligt de fraaie brug over
mo zijn reuzenklok eu reuziger Victoria to
ren. Op de brug een avenue van vorsten en
voistinnen in pleister geboetseerdEnge-
lands historie in beeld1, do besten van 's kc-
nings voorgangers, mot 's konings meeder in
hot midden. Tegenover 'haar Queen Bcss,
links aan het eind Willem III. Een achtba
re, of ten minste een opmerkelijke leeks,
een verzameling die doet denken, denken
niet aan Eduard VII, doch aan iets groo-
ters, Linkers, ikrachtigors, aan het goede,
bewonderenswaardige uit Engel ands histo
rie, nu bijna onzichtbaar gemaakt voor zoo-
velen door een dikken nevel van bloed en
kruitdamp, opkomende nib Zuid-Afrika.
'De Westminster Abdy, nu tob een oooneal-
zaal veitimmerd, ligt te wachten. Waarop?
Op een'kroning of op een begrafenis? Doch
vooruit ligt de breedte Parliamentstreet,
met de groote ministenën aan weerskanten
men denkt ai niet meer aan begraven, 't is
't leven, het volle lijke leven waarvan gind-
sebe eerepoort spreekt. Canada, Engelands
graanschuur, richtte haar op, op 's Vorsten
weg. Schoof bij schoof werd opgetast tot
kloeke hoogte, met breeden boog zwaaiend
over do straat. Appelen, druiven, alle
vruchten die Canada uitvoert, hangen er
omheen, er tegen aan en de grootste kolonie
brengt het moederland op die wijZc een
feestgroet, die zegt, hoe er in het leven van
natiën steviger banden zijn, dan do levens
draad van sterfelijke vorsten vormt.
Palil Mali trekt nu, na Trafalgar Square,
met de nationale schilderijen-galerij', thans
gansch in houten tribunes verscholen, Pali
Mall met de woning des 'kroonprinsen, Marl-
boiough House.
Daar komt hij' aanrijden, van 's konings
paleis af. Langzaam, voetje voor voetje
stappen de paardenzonder geleide trekt
hij met de prinses van Wales door de stamp
volle straiten. Ieder"groot kalm, ernstig; een
enkele roept „hoera!". Altij'd1 schuw, kij'kb
hij nu schuwer dan ooit; 't is of bet men-
schengewoel, do massa rijtuigen op zijn weg,
hot gewapper van vlag en festoen hem dui-
neemb van alles hij do hand, eu presteert
eigsnlij'k niets."
„Volkomen waar," zeide de doctor vrien
delijk. „Dat is zeer te verontschuldigen! En
ronduit gezegd, naar mijn meening is alge-
mieeno ontwikkeling bijna nog meer ge-
wenscht dan grondige kennis. U hebt veel
m groote gezelschappen verkeerd?"
„Tot vervelens toe. Meer dan eens was ik
dit najagen van allerlei genot hartelijk
moede
„Zoo?"
'Zéker, want op den duur is dat alles toch
ze-er eentonig. Renbaan, opera, salon, altijd
dezelfde afgezaagde formaliteiten. Om dat
uit te houden, tracht men kunstmatige aan
doeningen op to wekken. 'Men speelt, men
knoopt kortstondige liefdesbetrekkingen aan,
maai- ook dat schenkt op den duur geen be
vrediging."
„Neen, op den duur niet," lachte Alkott.
„Maar als -dessert is het toch heel amusant.
Niet waar?"
Het eene woord volgde nu op hot andere.
Frans Doring vertelde van zijn sekt-partijen
en avontüui*en, van zijn pogingen om iets de
gelijks uit to voeren, als musicus, schilder,
landhuishoudkundige en hoe hem dan altijd
weer spoedig de ernst van een systemati-
schen werkkring ging vervelen.
„Ik was geheel en al een wereldling, een
echte epicurist."
„Deze openhartigheid doet u eer aan. En
op een zekeren leeftijd, cmoefc de jeugd uitra
zen. Maar hoe kwam het, dat ge zoo eens
klaps van inzicht veranderdet? Want ik
moet aiu toch igroöte veranderingen in uw
inzichten veronderstellen."
Wordt vervolgd