56"" iaargang. No. 10928. Woensdag 13 Augustus 1902. F. NA VEERTIG JAREN. BUITENLAND. en ns- s ;he Vs t SCHIEDAMSCHE COURANT Deze courant verschijnt dagelijks, met uitzondering van Zon- en Feestdagen. Prjjs per kwartaalVoor Schiedam en VI aar dingen fl. 1.25. Franco er post fl. 1.65, Prijs per weckVoor Schiedam enVlaardingen 10 cent. Afzonderlijke nummers 2 cent. Abonnementen -worden dagelijks aangenomen. Advertentiën voor het eerstvolgend nummer moeten des middags vóór een uur aan het bureau bezorgd zijn. Surcan i Botcrstraat OS. Prijs der Advertentiën: Van 16 regels 11. 0.92iedere regel meer 15 cents. Reclames 30 cents per regel. Groote letters naar de plaats die rij innemen. Advertentiën bij abonnement op voordeelige voorwaarden. Tarieven hnr- van zijn gratis aan het Bureau te bekomen. In de nummers, die Dinsdag- en Zaterdagavond verschijnen, wore en zoogenaamde tileina advertrnntiërs opgenomen tot den prijs van 40 cents per advertentie, bjj vooruitbetaling aan het Bureau te voldoen. SaterCi Telefoon Ko. 123. 31* sre. mis ALCHSWEBW OVERZICHT. SCHIEDAM, 12 Augustus 1902. luid-Afrl ka. lis. Bosnian aan 't woord. In. de „Johannesburg®" Leader" (komt voor ©eu verslag van oen preek, door dezen bekenden predikant op den 13en Juli in do kerk der Nedcrd. Herv. Gemeente te Preto ria uitgesproken. D'eze preek adomt niet bepaald een geest van slaafsche onderworpenheid: aan hot En- igelscho gezag, en liet blad, dat aan die keu rige rede een 'hoofdartikel' wijdt, bewondert ds. Bosnian's moed en ziet in zijn woorden het gevoelen vertolkt der Boeren afgevaar digden die to Vereeniging over den vrede b eraadsloagden 't Verslag luidt aldusDé. Bosman spoort zijn gemeente niet tot dankbaarheid, maar tot gedenken aan, en niet vergeten. Er werd niet gebeden voor den 'koning en heb ko ninklijk huis, geen woord van eerlijke on derworpenheid aan don troon. Voor de preek las ds. Bosman Psalm 79 („O God Heidenen zijh gekomen in Uwe erfenis; zij bobben den tempel Uwer heiligheid veront- rcinigd; zij hebben Jeruzalem tot steen,hoo- pen gestold, enz." Ten slotte wordt God go bed'en om zijai volk to verlossen en de vijan den to straffen.) Daarna las hij Klaagliede ren 5 („Gedenk, Heere! wat ons geschied isaanschouw liet, en zie onzen smaad aan. Ons erfdeel is tot do vreemdelingen gewend, onze huizon tot de uifclandea's. Enz.") Do tekst was Psalm 102, vs. 14 en 15„Gij zult opstaan; Gijl zult u ontfermen over Zion; want do tijd om haar genadig, te zijn, want do bestemde tijj. is gekomen. Want Uwe knechten hebben een welgevallen aan haar steencn en hebben medelijden met baar gr-uis." Dezen tekst nu paste ds. Bosman op don toestand van da Boeren boo. Gods hand was zwaar op hen geweest, gelijk op Zion. Hun Zion, hun staat was verwoest en hun volk verstrooid. "Vierduizend mannen zijn omge komen in de verdediging van hun vrijheid cn het recht. Twintigduizend vrouwen en kinderen zijn in do kampen weggekwijnd. Velo duizenden zijn weggevoerd. Hoe kan er nu dan vreugde wezen Niemand kan1 te gen hen toornen, omdat rij: weigeren ge troost tc word'en. Het lijk van hun dierba ren staat is nauwelijks koud. Hoe kunnen zij' danken en vreugde bedrijvenEvenmin ■kunnen zij dat, als verwanten biji den dood van een beminde. En evenals deze blijven treuren en geden ken ook na de begrafenis, zoo spoorde ds Bosman zijd 'hoorders n i n om nooit te ver geten, maai" d'en stu waarvoor zoovellen zijn gestorven en heb gel etTen, te geden ken Het deed hem goed te zien, hoe gewil lig cn moedig de Boeren weer naar hun plaats trekken om opnieuw te beginnen, al bebbon velen weinig meer en sommigen niets. Maar hij vertrouwde, dab zij nooit zouden vergoten wat geweest is. Zij kunnen een welgevallen behouden aan de steen en van Zion en medelijden hebben met haar gruis. En het is de plicht van Zion's knech ten om dé nuttige steencn te ver-zamelen en het gebouw weer op to brokken. Niet zonder 'bitterheid sprak ds. Bosman over do mannen, dio schuldig staan aan heb bloed van hun eigen verwanten en staangc- nootom (do Nationale Verkenners). Die man nen zijn dood voor ons, en dab zullen zij voor ons blijven, tot zij1 waar berouw toonen en om vergeving vragendan kunnen misschien ook zijl gebruikt worden om Zion weer op te bouwen. Anders blijven rij dood voor ons. Alleen goede en bruikbare steencn mogen gebruikt worden, en di© ontbreken niet. Want ook in kennis en bekwaamheid zijn er mannen in Zuid-Afrika die de vergelij king m'eb do besten van andore natiën kun nen doorstaan. Ons doel' moet zijn ver volgd© ds. Bosman een 'gebouw op te trek ken, steviger d'an hotwolk door Gods wil ver woest is, als oen gevolg van onze zonden persoonlijke, maatschappelijke, kerkelijke en nationale zonden. Dit kruis van Zion heeft de Heer ons opgelegd, en wij moeten het deemoedig, maar niet wanhopig of mis^ moedig dragen, en tevens de steonen uit de puinhoopon zoeken cn schiften. Laat ons be denken, dat zooails de goudsmid 't goud niet in don smeltkroes doet om heb te laten ver teren, maar om heb to zuiveren, zoo he-eft de Almachtige Goudsmid zijn volk in een vree- selijken smeltkroes gedaan, opdat het gelou terd er uit te voorschijn komo. Hot onderwijs in en het behoud van do Ho'lilandsclre taal', zeidc db. Bosman, is als heb ware heb levensbloed van do kerk, en wordt do taal' ondermijnd of verzwakt, dan wordt de kerk ondermijnd en verzwakt, en alzoo ook de nationaliteit. Daarom is heb onzo heilige plicht te zorgen, dab onze kin deren in de Hollamdsoh© taal onderwezen worden. Tot dab doel moesten zij', hoo arm on vertrapt ook, gold vinden, en alvast vol ledig gebruik maken van de bepaling in de vredesvoorwaarden, dat, waar do meerder heid der ouders het verlangen, het Bijbelsoh onderricht in hot ïïollandsoh zal' geschieden. Men zegt zoo besloot ds. Bosman dab do Engelsclie vlag het zinnebeeld van vrijheid en gelijk© rechten is. De tijd moet loeren of dat zoo is. Intusschon, wil men heel Zuid-Afrika onder dit- vlag en met één taali tot één maken, maar dab zou een doodc eenheid rijn. Alleen eenheid in verscheiden heid kan wa&rlijiJc leven, lïoo dit zij, het volk en de kerk moeten uit den chaos weer opgebouwd worden, en do Hollandscho taal' is, een hoeksteen van hot gebouw. D'e ver brande kerken en pastorieën moeten1 herrij zen. En heb slotde Engelsehei vlag moet geëerbiedigd' worden, maarvergeet niet Het Afri.kaanderblad „Ons Land" heeft weer verlof gekregen, om te verschijnen. Om trent dc houding, welke dit blad zail! aanne men, leest men o. a.„Wat de krijgswet en do administratie ervan gedurende den oor log beteefb, wenscliou wij! duidelijk te zog gen, dab wij meenen, dat de tijjd nog niet ge komen is, om daarover in onze krant te F. E. DEBANS. S4) Zij' was, niettegenstaande do ontwijkende antwoorden' van haar Vader, overtuigd, dat de twee heeren te Havre gewichtige om dek kingen hadden gedaan ©n dezo beschouwing was inderdaad niet ongerechtigd-. Do uaspo- ringon hadden in de eerste plaats dien Va- lenbijh gegolden, maar al heel gauw scheen 'net geheetl onmogelijk om, na verloop van zooveel jaren, het spoor van zulk een onder geschikt persoon to vinden. Maar mot Meu- thier was -het iets anders. Db naam van dien aanzienlijken bankier was in de maatschap pelijke wereld1 to Havre nog algemeen be kend! en er waren zelfs nog menschen genoeg dio hem persoonlijk gekend hadden. Villeframcho, dia goed! op de hoogte was van al'la maatschappelijke verhoudingen, stelde rich in verbinding met een bejaarden, kalm en makelaar, Pibec genaamd, die al meer dan een halve eeuw lang op de beurs zakeE deed. Hij droeg 'hem verschillende aanzienlijke beorrsoperabies op, doch legde hem de grootst mogelijke stilzwijgendheid op, omtrent zijpn lastgever, daar 'hijl in -geen enkel opzicht de aandacht op rijin persoon wilde vestigen. Pibec was zeer verheugd dat een zoo rijk persoon met hem zaken ging doen, di'e hem een schitterende provisie zou Echrijlven of correspondentie daarover too t© laten. Men veriliozo niet uit het oog, dat de krijigswc'tproclamaties nog niet teruggeroe pen zijn. Do beëindiging van den oorlog sluit een allerpijnlijkst on belangrijkst hoofdstuk in de geschiedenis van gehool Zuid-Afrika. De fcwoc Republieken hebben haar onafhan kelijkheid moeten opgeven cn zij hebben zioli manmoedig bij den uitslag van den strijd nodergclegd. De kolonisten, dio zich 'bij do republikeinsche commando's hadden aangesloten, hebben zich op de proclamatie van den gouverneur onderworpen. Wat zal de toekomst zijtu 1s hot te vcol om te hopen dat de verstandigen, van wolk ras zijl ook mogen zijn, elkander beter zullen loeren ver staan en met behoud van zelfrespect op ge lijken voet zullen samenwerken voor do ge meenschappelijke on blijvende belangen van het VeroenigA Zuid-Afrika 1 Laten wiji ech ter moed houden. D'o nevelen van rook en damp, de onvermijdelijke bijproducten van de ontploffing des oorlogs, kunnen metter tijd verdwijnen voor de stralen van de zoiino des gezond verstands. Moge dit spoedig lvet geval zijn." Van de afkondiging van een groote am nestie voor do Kaapsche rebellen, ter gele genheid van koning Edward's kroning, is bot nu to© niets bekend. AVe moeten dus het ge rucht opvatten voor wat hot i6. Naar de „D'aily Express" uit Kaapstad verneemt, is de openbare meeting niet op do hand der partij die groudwetscliorsing wil en do Kaapsche premier, sir Gordon Sprigg, is overtuigd zijn stem krachtig tegen die plannen to kunnen verhrVoii. In heb Lagerhuis deelde minister Balfour mede dat do commissie van onderzoek naar den oorlog zal' bestaan uit lord Elgin, voor zitter; veldmaarschalk sir H. Norman, ad miraal' sir J. Hopkins, lord Esher, sir J. Jaékson en nog eenogen, die hij later zou kunnen noemen. De commissie zou de last geving krijgen „Een onderzoek naar do mi litaire voorbereiding van don oorlog in Zuid- Afrika en de levering van manschappon, munitie, uitrusting en hot transport over land en zee, en naar do krijgsverrichtingen tot aan do bezetting van Pretoria." Een der leden van het Lagerhuis merkto op, dab men zoodoende geen onderzoek kan instellen naai" heb herhaalde malen na dien tijd (5 Juni 1900) voorgekomen „hands up" van de Engelschon. den afwerpen en deswege beloofde hijl hem gaarne Volkomen geheimhouding. Meer dan eens verzocht Yillefranchehem bij zich in het hotel, ten einde over zaken te sproken; zoodra dezo afged'aan waren, ble ven do beide heeren, onder het genot van oen lekker glaasje wijn, nog wat over aller lei dingen praten.; .1 ulius Berger was er al tijd bij tegenwoordig. Nadab Villefranche het voll'e vertrouwen van Pibec hadi weten te verwerven, bracht hij, op een avond geheel als van zélf het ge sprek op Bernard Mouthiea*hijl kon dit des co geruster doen, daar de, juist nu door gei- wichtigo politiek© gebeurtenissen hoofdzake lijk in beslag geaiomen couranten, tot nu toe over het proces te St. Etienne slechts weinig vermeil'd hadden. Pibec die de wanden lend© beurscouranb van Havre was ging da delijk op dit thema in en vertelde van do jeugd van d'ezeai uitstekenden zaakman. „ITij was een schrandere bol1", verzekerde hij, „maar hij had ook verbazend veel goluk. Dat werd al bewezen, door zijn allereerste speculatie die 'hem in eens tob oen rijk man maakte." En daarop vertelde hijl de aandachtige toehoorders van hst kunstmatige opzetten van den koffieprijs in het jaar 1854 waar aan Mouthier déél had' genomen. „Dhs vóór dien tijd was bij nog niet rijk?" vroeg Yillefranche. „O neen, zeker niet," „Hoeved' won hij wél met die speculatie?" „Do een zei, vijf millioon, anderen zeiden Czaar heeft Duitsch gesproken en dat overtrof alle verwachtingen. Een gloeienden toost bracht by uit op zijn broeder en vriend, aan de officierstafel van de Hohenzollern: en dat hg dien in vloeiend Duitsch uitsprak, heeft in de Duit- sche landen grooten indruk gemaakt. De Czaar heeft onze taal geleerd, jubelt de sToss. Ztg., «en het wil ons voorkomen, dat de Duitsche toost van den Czaar een hoogsi verblijdend verschijnsel is." Wjj helpen het do «Voss. Ztg." wenschen, De «National Ztg." spreekt aldus «Keizer Wilhelm II, die deze reizen en be zoeken met een zekere consequentie sedert het aanvaarden van de regeering volhoudt, ziet er blijkbaar een middel tot behoud en bevordering van zijn vredesbebeleid in, en stemt in deze meening met andere monar chen overeen. Het bezoek dat hij pas aan Czaar Nikolaas II op de reede van Reval heeft gebracht, is een schalm in deze ketting. Het is opnieuw een bewp voor de vriendschap pelijke verhouding die de vorstenhuizen en volken van Rusland en Duitschland sedert eeuwen hebben tot stand doen komen, en is een bekrachtiging van den Europeeschen vrede." Hoe deze hartelijke vriendschapsbetuigin gen tusschen keizer Wilhelm en den czaar in Frankrijk worden opgevat is niet moeilijk te begrijpen. Fiarikrijk heeft zeer veel gedaao om de liefde van Rusland te winnen, en nu wil het die liefde alleen hebben het is ijver zuchtig geworden. ©«ïnaeugdc H Redcel Sm ge®. Rusland cn Dultseiiland, Met innig welbehagen wijden de Duitsche bladen warme woorden aan de samenkomst der beide keizers te Reval. Keizer Wilhelm heeft Reval weder verlaten, en de Ho hen zo! 1 ern zet koers naar Kiel. Nooit was de ontmoeting van keizer Wil helm en den Czaar zoo hartelijk ais deze. Niet alleen hebben de beide vorsten hunne epauletten verruild, wat door de «Voss. Ztg." als een symbool van warmgevoelde verbroedering wordt gehoudenmaar de Engeland. Eonige bijzonderheden, van dc kroning mogen nog volgen Men staat er werkelijk van verbaasd, hoo flink de Koning zich gedurende do plechtig heid! gedroeg, doch. zooveel' is zeker, dat het omklccden des Itonings voor en na do Ho ning tamelijk vcol' tijd vorderde, cn dat een goed ingelicht man de tegenwoordigheid der nurses cn het leggen van nieuwe windselen om de nog niet geheel genezen wond met el kaar in verband' bracht. Do Koningin, wier kunstmatige schoonheid toen tot het maxi mum scheen opgevoerd' van hot kunnen vau posticheuT, kameniers en Franscho kleeder- makers, scheen bijyondor onder den indruk. Er was een bijna smartelijke glimlach om haar lippen en nauwelijks de Abbey binnen getreden greep zij met een zenuwachtige be weging, als iemand die dreigt ineen to zin ken, den arm van don links van haar gaan- den bisschop van Norwich. D'o Koning hield rich niet alileon flink, hij nam de zaak 'blijkbaar zeer ernstig op en menschen die hem kennen, zeggen, dat hij dit ook meenb. Met luide, overal' hoorbar© stem logde hij den eed af. Bijl het verlaten van liet kerkgebouw liep de Koning met don scepter in do een©, den rijksappel in do andere hand en op 't hoofd de kroon waarom hij met den dood had' ge worsteld. Fier on krachtig liep hijl voort op don -breoden smaragdblauwcn looper, een meesterstuk op zichzelf. Toon daverden de gewelven van minuten Hang aanhoudend' slechts twee. Ik weet hoe dat het met zoo iets gaat. Ieder doet er wat bij1, maar zeker is heb dab Mouthieir twaalf of veertien, mis schien zelfs wel zestien millioen heeft nage laten'." „Do 'geschiedenis die u mij daar mede deelt, interesseert mijl zeer. Weet u mis schien of do makelaar nog leeft, dien Mout hier toen had?" „Dat was mijn voormalige chef Jamon. Hiji is in het jaar 1869 gestorven, en ik heb toen rijn zaak overgenomen." „D'at is jammer. Ik had gaarno do bijzon derheden over die speculatie uit do boeken willen weten." „Daaraan kan ik u halpen on indien de heeren mot mijl mede willen gaan zal ik n met genoegen inzage geven van de boeken van het jaar 1854." Men ging samen naar hot kantoor van Pi bec en spoedig daarna lag het journaal' van 1854 open voor Villefranche en Berger. Do eerste operatie die Mouthier ondernomen, had', was van 9 September. Do dekking be droeg vij,f en twintig duizend franken. Maar cm 5'. was door do urnstcrepen dor baisse partij! de koffieprijs aanzienlijk gedaald. „Naar i!k zie, had' Mouthier geen geluk op zijn eerst© speculatie," zeide Villefranche zoo kalm mogelijk, ofschoon hij' inwendig ontzettend opgowondon was. „Neen, hijl verloor een groot bedrag," ant woordde da makelaar, op do betrokken boe king wijzende. „Maar twee dagen na de af rekening haalde hij zijn verlies ruimschoots terug," voogd© hiji or bij, terwijl hijl ©enige bladen omsloeg, „Mot een nieuwe dokking?" „Natuurlijk. Mijd voorzichtig man en stond er op. Hot was be leend' dat Mouthier niét meer dan dertig dui zend franken rijk was, on zijn eerst© veld slag was niet dienstig om het voltrouwen uit te breiden." „Hoeveel koaht hij toen weer?" „Voor zeventig duizend francs, als mijn geheugen mijl niet bedriegt. „Ja, d'aar staat het-juist, acht en zestig duizend, negen honderd vijftig francs, zeker heeft hij iemand 'gevonden die deze som voor schoot." „Dat sehijnt wel zoo." „Wio zou d'at geweest kunnen zijn? „Dat heeft men nooit to weten' kunnen komen. Zijn chef, Lukas Morreau., is het ze ker niet geweest." Villefranche en Berger wisselden een. b.ik vau verstandhouding; rijl waren heiden' op den 26en September uit Havre vertrokken D'at kwam alles precies uit; hun doel was bereikt. Opdat het niet zou opvallen, keken ze d© speculaties van Mouthier nog verder na, die voortaan geregeld prachtige resulta ten aanwezen, en d'aarna namen zo afscheid van Pibec. Toen zij buiten waren, zeide Berger met com stem dié van ingehouden woede beefde „Miju dochter heeft dus toch gelijlk ge had. Nu weten wij', wie destijds do vijf cn zeventig duizend francs gestoten1 heeft en hoerageroep en knettead© handgeklap als salvo's van geweerschoten Salisbury's afwezigheid hij! de kroning wordt door goed ingeliehtcn daaraan toege schreven, dat do Koning niet den edelen markies overhoop ligt omdlat deze geweigerd had sir Thomas Lipton en andore groothan delaren in theo en spek, die tegelijkertijd millionaire zijn, in don adelstand te verhef fen. Do Shah van Perrië 'komt den 17en lo Do ver aan en blijft daar tot den volgendon dag. Hij wordt dan te Londen -door den Prins van Wales ontvangen. De overige dagen (tot 24 dezer) bezoekt hiji allerlei merkwaardighe den van Londen. Na do veranderingen en aanvullingen van het Engoléche ministerie, waarbij, :hct aantal ministers van twintig op achttien is geko men, is het als volgt samengesteld Balfour, eerste lord der schatkist en mi nister-president, graaf Ilalsbury, lord kan selier, hertog van Devonshire, president van den Privy Council, Chamberlain, minister van koloniën, markies Landsdowno, buiteu- landscho zaken, Brodriok, oorlog, Ritchio, financiën, graaf Selhorne, marine, Akers Dougl'as, b'innenlandsehe zaken, lord George Hamilton, minister van Indië, lord Ashbour- ne, kanselier van Ierland, George Wynd- ham, eersbe-socrclaris van Ierland, lord Bal four of Burleigh, secretaris van Schotland, Gerald Balfour, minister van handel, Wal ter Long, voorzitter d'er administratie van do lokale autoriteiten, Ilanbury, landbouw, markies van Londonderry, onderwijs, Aus ten Chamberlain, posterijen. Volgens bót „Mémoral Diplomatique" zal' koning Edward persoonlijk een reorganisa tie van het Engcfcche leger ter hand nemen, m overleg met Roberts en "Wolseley en do generaals Kitchener, KeEy Kenny en French. Ilofc vrij'willigcrstelsel zou losgela ten worden, maar er zou ceu auxiliair leger worden geschapen tot versterking van liet vaste leger. In elk geval zou een belangrijke uitbreiding in getalsterkte vooropstaan. Weer dreigt eon hongersnood in Engolsch- Indió groote afmetingen aan te nemen. De onderkoning van Indië meldt, dat do hon gersnood toeneemt. De gevallen regen is ver re van voldoende. In Gujarat, Bombay, Ilei- derabad cn in de centrale provincies genie ten 386,000 menschen onderstand. Frankrijk. Dé prefect van het departement Saóne et Loire heeft vier van zijn burgemeesters in gevolge hun houding in de quaesti© der orde- seholen ontslagen. Duitschland. Do zittingen! der commissie voor de tol tarieven zijn afgoloopeu. 'Zij behandelde in eerste lozing het gehoole tarief en verwierp de motie der sociaaldemocraten tot aanvoe ging van een nieuw slot-artikel, om van rid- waartoö ze moesten, dienen. Of twijfelt ge nog „Er valt nu niet meer te twijfeleta voor ons althans niet. Maar of de rechtbank deze mededeel ingen als een voldoend bewijs Voor Mouthier's schuld zal aannemen, d'at kan nog wel aan twijfel onderhevig zijn." Zo besloten nu naar Rouaan te gaan. Het rechtsgeding, d'at met hun veroordeoling ge ëindigd was, had' d'aar plaats 'gehad; zijl wil den nu, niettegenstaande do eerste afwij zing, probeeren inzage te krijgen van de ak ten van hun proces. To Rouaan wendde Vil lefranche zich tot advocaat Revel, een der eerste rechtsgeleerden aldaar, avion hij alles, met inbegrip van him luu' ste bevindingen, mededeelde, en wien hiji opdroeg zijn belan gen en die van Julius Berger te behartigen. Hij verzuimd© niet, den rechtskundige een schitterend honorarium aan te bieden, om zijin ijver aan te moedigen en het ont brak Revel dan ook geenszins d'aar aan. Hij' verkreeg dab alle akten van heb pro ces hem werden ter 'hand gesteld, zag ze eerst zelf in en gaf ze daarop aan Villefranche en Berger over. „Uit do akten van uw proces ziet men." merkte Revoï tegen Villefranche en Berger op, „dat de znalk tamelijk beknopt weid af gehandeld, daar men het vonnis vollen kon bij- afwezigheid' der bedde beklaagden." (Wordt vervolgd,)

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Schiedamsche Courant | 1902 | | pagina 1