4
57'** Jaargang.
Zondag 5 en Maandag 6 April 1903.
Tweede Blad.
Praatjes over vee, weiie en eepat.
j
No. 11127.
UIT DE PEES.
BINNENLAND.
Landbouw en Yeeteelt.
Kunst en Wetenschap.
v
1;}:P
l!Ss&
flféabi
SCH! EDAMSUE COURANT
Deze courant verschijnt dagelijks, met uitzondering van Zon- en Feestdagen.
Prjjs per kwartaalVoor Schiedam en Vlaardingen 1.25. Franco
per post fl. 1.65.
Prijs per weck: Voor Schiedam en Vlaardingen 10 cent.
Afzonderlijke nummers 2 cent.
Abonnementen worden dagelijks aangenomen.
Advertentiën voor het eerstvolgend nummer moeten des middags vóór een uur
aan het bureau bezorgd zqn.
ISure&a s Knteixtraat eg.
Prijs der Advertentiën: Van 1b legels fl. 0.92; ïeoeie ie;el
meer 15 cents. Reclames 30 cents per regel. Groot© letters naar de plaau die zij
innemen.
Advertentiën bij abonnement op voordeel ige voorwaarde Tarieven hnr-
van zijn gratis aan het Bureau te bekomen.
In de nummers, die Dinsdag- en Zaterdagavond verschijnen, wor en
zoogenaamde kleine opgenomen tot den prijs van 40 cents
per advertentie, bj vooruitbetaling aan het Bureau te voldoen.
latere. Telefoon IVo. 1.23.
Het vaccinatiewetje.
Hel ïütrechtsch Dagblad" b van meening,
dat zijdie werkelijk aan de kracht dei
vaccinatie gelooveuais zii hun kinderen
maat- laten vacineeren en revaccineeren, zich
in 'tminst niet ongerust behoeven temaken
over de aanwezigheid van niet gevaccineerde
kinderen naast hunne kinderen op de bij
zondere school. Wanneer de vaccinatie slechts
goed en met goed gevolg binnen den dooi
de ervaring ais noodzakelijk bepaalden termijn
is toegepast, ioopsn de gevaccineerde kinderen
geen gevaar.
Anders wordt het echter, wanneer op
zekere schee! de ontheffingen op grooter
schaal verleend gaan worden, en dat zal,
naar de meening van het blad, op den duur
het geval zijn. Dan krjjgt men scholen, die
brandpunten van besmetting worden. En
daar heipt de voorgestelde maatregel niet,
om de kinderen, waarvoor ontheffing verleend
is, niet toe te iaten, zoolang in de gemeente
de pokken epidemisch zijn verklaard. Want
in het incubalietijdpeik kunnen zij da pok-
ziekte door besmetting verbreiden.
Het is dit ernstige geval vooral, dat liet
blad de indiening van het vaccinewetje doet
betreuren.
Terkiezing Prov. Staten.
Tot candidaat voor lid der Prov. Staten
in het district Ede is door de vrijzinnige
kiesvereen. Burgerplicht gesteld de heer mr,
A. G. A. ridder van Rappard ie Oosterbeek.
Spoonveg-brlgadc.
Men schrijft aan de »Telegiaaf":
Bij het ontwei pen van ean plan voor de
oprichting ecner Spoorweg brigade, is de
vraag geiezen op welkn begrooting van Staats
uitgaven de noodige gelden daarvoor moeten
worden uitgetrokken.
Alhoewel het hier eene militaire instelling
betreft, gaat het zoo wordt beweerd
met het oog op het doel dat er mede wordt
beoogd, bezwaarlijk het griieele bediag dei-
kosten ten la«te van het departement van
Oorlog te brengen, te minder daar dit depar
tement ook reeds de kosten draagt voor het
wapen der maiécbaussée zuiver politie
mannen.
Een beslissing moet nog genomen woiden-
Ked. ver. fot bevordering van Nat. arbeid.
Het hoofdbestuur der sNedeilandsche Ver-
eeniging tot bevordering van nntionalen ar
beid", gevestigd te Utiecht, heeft een adre«
aan de tegeeiing gezonden, waarin o.a. ge
vraagd wordt, »het vei bouwen van koren op
onzen bodem weder loonend te maken door
't doen heffen van schaalrechten op aan te
voeren buitenlandsche granen", en waarin
als de meening van adressante wordt te ken
nen gegeven
idat onze economische politiek voor en bo
ven alles ten bate van ons land en volk moet
worden gewijzigd
üdat, de goede trouw der voorstanders van
de theorie van T vrije ruilvei keer buiten ver
denking gelaten, het langer handhaven der
prnctijk in ons isolement hoogst bedenkelijk
zou worden
ïdat geen sociale hervormingen behooren
tot stand te komen, die ten laste van de land
bouwbedrijven komen, voor en aleer het ver
bouwen van koren op den Nederlandschen bo
dem loonend gemaakt isen wat de industrie
betreft, totdat het verhoogen cn uitbreiden
der tarieven van invoer zal zijn tot stand
gebracht.
De lichtingen 1900 en 1801.
De sSoldatenkrant" welke doorgaans goed
is ingelicht, meldt, dat het in de bedoeling
der regeering ligt, het tegenwoordig verblgf
onder de wapenen van de lichtingen 1900
en 1901 voor twee beurten herhalingsoefe
ningen te doen tellen.
Intrekking der muntbiljetten,
De Regeering heeft, te gelijk met het wets
voorstel tot verlenging van het octrooi der
Nederlandsche Bank na 1 April 1904, een
tweede ontwerp ingediendstrekkende om
met dien dog de muntbiljetten, die van rjjks-
weBe zijn uitgegevente doen ophouden
^wettig betaalmiddel te zijn". Zg zullen dan
nog tot 1 April 1905 bij alle rijkskassen
worden in betaling genomen en fot 1 April
'909 by de betaalmeesters en bij.de Ned.
Bank kunnen worden ingewisseld.
In de behoeite aan klein papieren geld
wordt dan voorzien door de bevoegdheid aan
de Ned. Bank te verleunen, om bankbiljetten
uit te geven tot een bedrag van ten minste
f-10-(thans 'ten minste f 25) elk.
landbouwtentoonstelling.
In de gisteravond gehouden vergadering
van de afd. Westland der Hollandsche Maat
schappij van Landbouw is vastgesteld het
programma voor de tentoonstelling, van 9—11
September te Naaldwjjk te houden. Het om
vat tuinbouw, akkerbouw, zuivelbereiding,
bloemen, werktuigen en vee. Het gezamenlgk
bedrag der uitlovingen is pi.m. f1800.
Het Generale Boeren-Hulp Fonds.
De heer W. J. C. Brebner, thesaurier van
het Generale-Boeren-Hulp-Fonds te 's-Gra-
venhage, verzoekt de volgende mededeeling
te willen publiceeren.
Ingevolge telegraphische instructies mg uit
Zuid-Atrika geworden om het kantoor van
bet Generale Boeren-Hulp-Fonds te 's-Gra-
venhage te sluiten, zoo geef ik aan belang
hebbenden hiermede kennis, dat dit zal ge
schieden Zaterdag 11 dezer a. s.
De heeren Scheurleer Sc Zoonen, bankiers
te 's-Gravenhage, hebben zich bereidwillig
beschikbaar gesteld om bedragen tot het
Fonds die vóór den bovengenoemden slui-
tingstermijn nog niet konden worden gestort,
ook na dien datum in ontvangst te nemen
en voor de verzending daarvan naar Zuid-
Arrika zorg te zullen drogen.
Strafbepalingen omtrent arbeid.
Dé Regeering heeft aan. de Tweedte Kamer
nog vóór dé openbare beraadslagüngeu over
de ,stakingsout werpen'een aanvang nam,
overgelégd een hoogst holanigiijlk overzicht
omtrent wetgeving en rechtspraak, zoo hier
to landé als dn het buitenland!, wat de straf
baarheid betreft van feiten die biji arbeids
geschillen plegen voor te komen.
Het overzicht is verdeeld: in twee afdeo-
iingen
I. O ngcoor loofde dwangen wel
A. om ifots te doen of te laten in het alge
meen, en B. gericht op beperking Van de
vrijheid van arbeid, IiandoL of nijiverhoid.
II. 'Dienstweigering: A. van
openbare ambtenaren, cn B. van 'personen
in prilvaten dienst, zeelieden uitgezonderd.
Wederrechtelijke dwang om iets te doen
of te laten is dn alle landen strafbaar ge
stald, mot verschil in do aanduiding der ge
bruikte midddlen.
lil 't algemeen, zonder eonigo bijzondere
aanduiding mot het oog op stakingen cn »r-
boidbgesohillen, luiden de ongeoorloofde mid
delen itn do volgende landen
D tl i t s c li '1 a n d„geweld! of bedreiging
mot een misdaad of wanbedrijf".
O o s t ei li r ij k„geweld of bedreiging
met lichamelijk letsel, schennis, van vrijiheüd,
eer of eigendom togen den bedreigde, diens
•bloed- of aanverwanten of andere onder zijn
bescherming staandé personen.
•Bulgarije: „gewold', bedreiging of
machtsmisbruik"
11 a li „gewald of bedreiging".
•Noorwegen: „gedragingen, strijdig
mat dé wet, of bedreiging".
Z wo dein: „gewold of bedreiging".
I) o n e ra a r ken,: „geweld of bedreiging
met gewold/'.
Finland: „gewold of 'bedreiging".
Zwitserland (ontwerp) „geiweld of
zware bedreiging".
Japan (ontwerp): „geweld of bedrei
ging mét ikrenking van, lijd, leven, persoon
lijke vrijjlieid', eer of vermogen van bedreigde
of verwanten".
Nedlerland: „gewelld of bedreiging
met gewold".
In Engeland daarentegen worden in
do wet van 1875, ook bepaalde feitelijk
heden in Verband staande met arbeidsgé-
sch'illen opgdsomd1, rit
Iedaro persoon bégaat een misdrijf cm
kan worden beboet of gevangen gezet
(a)
(d) die mot (heit oogmerk cem'g ander per
soon te dwingen ecnigo handeling te ver
richten of na to laten, di'e zoodanig ander
persoon hot recht heeft té doen of na te
1 alten, onrechtmatig on zonder wettige! be
voegdheid,
(1) geweld gébruikt togen of vrees aan
jaagt aan zoodanig ander persoon of zijn
vrouw of kinderen, of zijn eigendom be
schadigt of
(2) oniafgebrdken. zoodanig ander peWoou
overal van oord' tot oord volgtof
(3) eonig gereedschap, Ideedmgstuk of
andér good, door zoodanig ander persoon
bezeten of gébruikt, verbergt of wegneemt
of hom dn hot gebruik daarvan hindert; of
(4) hét 'huis of zoodanige anders plaats,
waar zoodanig ander persoon verblijft, of
werkt of een bedrijf uitoefent, of toevallig
aanwezig is, of den toegang tot zoodanig
hu,is of zoodanige plaats beiwaaikt of afzet;
of
(5) zoodanig •ander persoon mot twéé cf
meer andere personen op orde verstorende
wijze in (op) of door (over) eenige straat of
eenigen weg volgt.
Wachten aan of nabij het huis of do
plaats waar iemand verblijft of weakt of een
bedrijf uitoefent of toevallig aanwezig is,
of aan of nabij den toegang tot znlik huis of
zulke plaats, enkel' 'ten eindé inlichtingen to
krijgen of te geven, ds nilet een bewaken of
afzetten, zooaüs bedoeld in (4).
Elders sommen de bepaliingen van straf
recht niot aldus de gevallen op, maai- spre
ken zijl in het algemeen van ongeoorloofde
middelen iti verband niet arbeidstoestanden.
Daartoe behooren
Italië. Art. 165 Strafwetboek. Hij dié,
met gewold of bedreiging, de' vrijheid van
nijverheid, of handel, op welke wijizc ook,
verkort of belemmert, wordt gositraft
Frankrijk. Art. 414 (gew. 25 Maart
1864) Strafwetboek. Wordt" gestraft hij
die, door middel van gewold, feitelijkheden,
bedreigilngen of bedriogelijko kunstgrepen,
heeft veroorzaakt of doen voorrtduron of
gepoogd heeft to veroorzaken of te doen
voortduren eon vooraf beraamde werksta
king, mot hot doei! een vorliooging of vcrlar
ging van loonen door te drijven of do vrije
uitoefening van nijverheid of arbeid aan t e
randen.
België. Art. 310 (gew. 30 Maart 1892)
Sti-afwebboék. Wordt gestraft iéder die, met
het doel een vemhooging of verlaging van
loonen door te drijven of do vrije uitoefening
van nijverheid of arbeid aan ta randen, ge
wold heeft gepleegd, scheldwoorden of be-
dreigingen heeft geuit, oetn boete, een ver
bod, ontzegging of eenig beval heeft uitge
sproken, hetzij! tegen hen die arbeiden, het
zij togen hen dio dben arbeiden.
Hetzelfde geldt van hen die da vrijheids
van patroons of werklieden hebben aange
rand, hetzij door samenscholingen bij, de in
richtingen waarin de arbeid wordt verricht
of bij de woning van hen di© dezen leiden,
hetzij! door zich over te geven aan daden van
vrees-aanjaging tegenover werklieden -die
zich naar het werk begeven of or van tcrug-
ikeeren, hötzij door ontploffingen te verwek
ken bij de imrichitingen waarin de arbeid
wordt verricht of in de lokaliteiten door do
werklieden bewoond', hetzij door d© afslui
tingen ite vernielen van de inrilchtingen
waarin do arbeid wordt verricht of van de
woningen of akkers door do werklieden ge
bruikt, heitzij door dé gereedschappen, werk
tuilgen, toestellen of benoodigdheden voor
het werk of do nijverhoid te vernielen of
ongeschikt té maken voor liét gebruik waar
toe zij bestemd zijn.
D'uiitschl and. Art. 153 (Gowerbeord-
nung.) Wie andieren door aanwending van
lichamelij'ken dwang, door bedreigilngen,door
krenking in hun eer of eörioosveiiklaring be
weegt of tracht te bewegen aan zoodanige
afspraken (d. i. ten cindé gunstige loons- cn
ai-beildsvoorwaardleai to verkrijgen, in het bij
zonder door middöl van staking van don ar
boid' of ontslag van werklieden) d'eel te ne
men of daaraan gevolg te geven of anderen
dloor gelijke middelen belet of tracht te bc-
ilotten zich van zoodanige afspraken terug
te trekken, wordt gestraft
Oostenrijk. Art. 3 wet 7 April 1870.
Wie, om het tot stand 'komen, do verbrei
ding of hot door middöl van dwang doorzet
ten van ecu der in 2 aangedhiide afspra
ken (d. i. 'ten einde ongunstiger axbaid'svoor-
waardom op te'leggen of gunstilgere tc ver
krijgen) te bowerkon, werkgevers of werk
nemers in do uitvoering van bun wijl besluit
arbeid te geven of 'tc nemen, door middel
van vreesaanjaging of geweld hindert
worditgestraft.
Bulgarije. Art. 300 Srwb. Wié arbei
ders in een bedripsi nrichti ng 'of fabriek
dwingt hun arbeiS te staken of den gestaak-
ten arbeid nfet weder op f'ö neanen, wordt
gestraft.
Van dé lange 'lijst van voorbcdldcn uit de
verschillende staten der wereld, bepalen wij
ons tot bovenstaande, 'uitsluitend' betreffen
de rijken binnen Europa.
Een en ander over de verpleging van ons vee
en wat daarmede samenhangi.
{Vervolg).
Gedachtig aan het opschrift boven doze
artikelen on aangelokt door liet zonnige, hel
dere weer der laatstei dagen, dat trouw ge
holpen d'oor den wind', onze landerijen wat
heeft opgedroogd, willen wo yens de weide
inloopen.
Gaf dé stal en zijn inrichting stof te over
tot bespreking, met do weide is dit niet
mind'sr héb geval. Hier toch vordt het veo
van den apodlingboer do Scliiedamsoho,
die zonder land' boert, valt hier buiten
een groot dool en d'at van den buitenboer
het grootst© gcdcelto van het jaar vörzorgd.
Stélden wo aan den sta!, als tijdolij|ke ver
blijfplaats voor ons veo bepaalde eischem,
wo stollen duo eveneens aan do plaats, waar
ons rundvee van 5 tot 8 maanden, al naar
hot bedrijf en hét weer is, rondloopt. Wil
een wedde als geschikt worden, aangemerkt,
den zal zijl zélfs aan tweeërlei easchen moe
ten voldoen.
Zij moot toch ons veo nilet alleen eon go-
schikte v o r b 1 ijl f p 1 a a t s biedenmaar
bovendien het in de gelegenheid stellen or
vO' 1 do end cn 'good1 voedsel' té vin
don.
Vooreerst dus dient biji de beoordééling
een er weide geilet tc worden op haar min
of meer droge liggingvervolgens op dé ge
legenheid', wélke zij-biedt er eenige 'beschut
ting tc vindén tegen dé onaangenaamhedtei,
verbonden aan een langdluritg verblijf onder
den blooten hemd ;dan op dé planten, waar
mode d'e veilde bekleed is, en eindelijk of
het veé er void'oendö, goed' cn gemalkkellj|k
drinkwater kan vinden
Ziehier eenige punten, waarop we achter
eenvolgens onze nanacht kunnen vestigen.
Al beantwoordde onze stal aan hoogst ge
stelde oischon, 'toch verkiest het vee dé wed
de boven den stal. Héb is d'en dieren aan to
zien, dat ze volop genieten van de frisschei,
zuivere lucht, ze ademen ruimer, én zo
stellen zich ruimschoots schadeloos voor de
lang ontbeerde vrijo beweging, ^oor de wed-
d'c rond te galoppeoren. Wél zal nog menilgo
guro voorjaarsdag of -nadhb het vee rillend
en klagend' doen loeien, als wcnsclito hét te
rug te koeren binnen da beschuttende stal-
V and en cn zicli nog eens te koestoren in de
zoo behaaglijke stalwarmto; de zonnige da
gen, 't malsche gras geven ruimschoot ver
goeding voor hét gevoelde gemis. Een nik
mate molkgift is er ons borg voor, dat dé
gezondheidstoestand' van het dier ca- niet
ondér lijdt.
In hét najaar is dat gehe'el anders.. Als
liet aantal' voeren hooi d'ait 's zomers is bin
nengereden, bedenkelijk klein "s, als de wei
de nog overvloed van gras beeft, dan blijven
do diex-eii wel eens langer blootgesteld aan
do onaangename herfstvlagen, dan in bot
belang van boei- on beest beide is. Dan slij
ten db dieren soms merkbaar.
Vooral het nat ib hét bezwaar. Blijft het
droog, dan kan hot vee lang buiten blijjven
maar tegen veel nat kan hot 'liet, hot moot
oen plaats vinden, waai- liet droog kan lig
gen. Daarom moet d'e grond van onze weiden
zoodanig zijn, d'at liet hemelwater geregeld
door het land 'kan worden opgenomen. Dtot
zal echter alleen mogelijk zijin, als do grond
behoorlijk dborlaitendl is en do ondergrond
liet overtollige water 'geregeld kan afvoeren.
Het eorste zal verkregen werden oite de gras
zode voldoend© openilngen ueeft, dus dé
grond', zooals men dat ploegt te noemen, een
goede structuur 'heeft. Voor alles is alzoo het
„poreus zijn" van don bovengrond noodza
kelijk. Dit heeft edlvter alleen doel, wanneer
do ondérliggendo grondiiaaig op zijp beurt
het water doorlaat of althans voldOondé af
voert.
Juist in ons polderland' baart die water
afvoer do meeste bezwaren. D'e geringe hoog
te Van het maaiveld boven het zomerpedl kn
de poldbrs is vaak oorzaak dat het grond
water- liet grootste bezwaar oplevert voor
den waterafvoer. Dikwijls moet hot water
een voet beneden het zomerpeil worden af
gemalen, wil het land, zooals het heet, goed
kunnen uitzakken.
De bepaling nu van dé hoogte van het zo-
merpeil is vooral als do p oldérgronden zeer
ongelijk liggen, niet zoo eenvoudig; dé eige
naars der hoogere gedeelten klagen reeds
oven- een to laag peil, Wanneer de bezitters
der lagere stukken nog aandringen op ver
laging van hot peil'. Het meest aanbevelens
waardige! in zulke gevallen is dan, helt peil
vast te stollen met het oog op de laagste
gronden en het watergebrek in de hoogere
deelen tö vooikomen, door het plaatsen, van
keordarmmen of schutten.
De af voor van het door dén bovengrond
doorgelaten hemelwater heeft m deze stré
ken algemeen plaats door middel van grep
pels. Een goede begreppoling is dan ook
voor een weidé voor oen lage natuurlijk
inzonderheid, maar ook voor ton hooge op
kleigrond van het meeste belang.
Het water zoekt dé laagse plaatsen, daar
zullen derhalve do greppels geschoten moe
ten worden. Eorgt men nu voor voldoende
schot en denke men er om dat een greppel
ook dichkgezet moet kunnen worden, dan zal
de weidei voldoende droog zijn en waterge
brek niet te vreezen zijn.
Of deze wijizo van droogleggen, ook in onzo
3'ago weiden niet doelmatiger plaats zou
kunnen hebben, 't zij' door steenen, houten
of tiu-fdrains of door diepe met koolasch of
takkenbossen gevuldé gioppels, zal later bij
het bespreken der boekt voor liet molken
ter sprake komen. Zeker is het, dat bij
een goede structuur van dén grond en oen
flinke begreppoling onze weilanden in zeer
goeden staat kunnen zijn.
Toch wenschto ik op één ding wel dé aan
dacht tö vestigen, en dat vooral nu, omdat
men in dézen tijd van het jaar liet beet in
de gelegenheid ib het goed waar te nomen.
Ik bedoel het mos in onze weiden.
Hot mos heeft dei eigen aardigheid om
vooral op onze veenachtige weilanden zich
tö nestellen en daar hot veenachtig karakter
van dén grond sterk te doen toenemen.
Het mos. ril! groeit heel dicht biji den
grond en breidt zich daar langzaam maar
zéker uit, zoo 'het niet wordt verwijderd
Al aan den top doorgroeiend on in zijn wor
tels afstervend, houdt liet veel vocht vast.
Zelfs al is het bovenop zeer droog, dan iis
liét ondereind toch nat. Dit vochthoudend
vermogen nu werkt hoogst nadeelig op dc
zode, waarop het voorkomt. De plantenres
ten i li en o p do zode kunnen met voldoen
de v en-O tien, zo verzuren langzamerhand.
Do groot© kracht waarmcdei 'hét mos hot wa
ter vast houdt, maakt, dat bovenwater en
grondtvater samenwerkend', een behoorlijke
toetreding van luolit iri den grond beletten.
Kan do Judlit niet iln den bodem door
dringen, dan ontstaan daar schadelijke ver
bindingen, die nibt het mos of het zure
gras of het driekant of dé dotterbloem hin
deren in hun groeil, maar wel de meer ge-
wenschte goedé grassen. En dit nu moet
voorkomen worden.
Spoelt do lucht (zuurstof) zooals we vroe
ger zagen, een voornam© rol in het dierlijk
leven, een even belangrijke rol vervult ze m
liet plantenleven cn in den grond. Zonder-
vrijo toetreding van lucht in onzen bodem,
komt, welke bemesting en hoe zwaar ook
aangebracht, nilet tot haar recht, kan verzu
ring van den grond niot worden voorkomen.
Ja, soms schijnen in enkele droge jaren die
zure plekken iets kleiner, maar gaandeweg
nemen zo in omvang toe en bovengonoemdé
onkruiden winnen steeds meer veld. Droog
leggen, dat is li et w a.ter vordr ijiven
en de lucht toog au g verscliaf-
f e n, is noodzakelijk ter bestrijding van liet
kwaad; doch hot is slechts half werk, zoo
de verdrijving van liet mos or niet me© ge
paard gaat. Houdt hot mos stand', zoo houdt
verzuring aan.
Nu worden ter bestrijding van het mos
velé middelen aan de hand ged'aan. Een be
mesting mdt ijizersulfaat verdrijft volgens
sommilgcr ondervinding hot mos en doet het
gras zelfs beter groeien. Doch de juiste aan
wending ervan eisebt eenige ervaring cn
daarom zie ik liever ter verwijdering van
het mos eeii weide-eg iu gebruik netmen.
De Wöidc-og een beschrijving ervan te
geven acht ik onnoodilg, want ze zijn bekend
genoeg, al is hot gebruik er van nog maar
al te bepesnkt vooral' als ze aan de voor
zijde behoorlijk belast wordt bij' een eersté
beëgiging van do weide, rukt net loswonto
lend© mos uit en ruiknt bet al to viltige
kleed' onzer weiide op.
Er is echter aan liét gebruik desr woido-eg
nog meer voord col verbonden. Met bot mos
werdén de dooden grasbossen van het vorig
jaar ook uitgetrokken, do mest beter ver
deeld' en do molshoopen vrij' goed geslecht.
Vrij goed, zog i'k, want zei met de riék uitr
één tc slaan aclit ik beter, daar dc grond dan
beter verspreid wordt.
D'aar komt nog bij, dat door de eg de
grasnerf min of meer verscheurd wordt, de
grond dus opgelegd cn dé luclit vrijer toe
gang verschaft wordt zoodat zij haar lieiT-
zamen invloed onbelemmerd kan uitoefenen.
Wie ééns de nuttige werking van liet eggen
d'er wedde heeft gezien, erkent het groot©
nut ervan ten volle.
Fee-uitvoer naar België.
In de maand Maart zijn uit Nederland*
langs de g'ensstations Esschen naar het bui
tenland verzonden 485 stuks fokvee en 3640
stuks slachtvee, ter waarde van 620.000 francs.
Van het fokvee zgn er in de quarantaine
stallen 72 stuks afgekeurd en naar Nederland
teruggezonden.
Voor dén nationaleu zangwodstrijd voor
Marmenkoren op 31 Mei en 1 Juni te Rot
terdam te houden, en uütgesdircven door dc
i rfr^f
1 "Ta M.
i é-
'"IT
""fc Tl f!
fit** 4
I