OPSTANDING. 57^ Jaargartg, Zondag 12, baandag 13 en Dinsdag 14 April 1903. No. 11133 W'H&ïsFs Tweede Blad UIT DE PERS. BINNENLAND. SCHIEDAMSCME COURANT. Deze courant verschoot dagelijks, met uitzondering van Zon- en Feestdagen. Prjjs per kwartaalVoor Schiedam enVlaardingen 1.25. Franco «gr post 1.65. Prjjs per weckVoor Schiedam en Vlaardingen 10 cent. Afzonderlijke nummers 2 cent. Abonnementen worden dagelijks aangenomen. Advertentiën voor het eerstvolgend nummer moeten des middags vóór een uur jan het bureau bezorgd zqn. Bmrcnu Kotcrnfraat 68. .iVvAoSS, /iv-V Prjjs der Advertentiën; Van 1b regels 11. Ö.92, iedere ret el meer 15 cents. Reclames 30 cents per regel. Groote letters naar de plaat!-- die /ij innemen. Advertentiën bjj abonnement op voordeelige voorwaarde Tarieven hier van zjjn gratis aan het Bureau te bekomen. In de nummers, die Dinsdag- en Zaterdagavond verschijnen, worden zoogenaamde 1feïa€»e asdmasrtmmfiSn opgenomen tot den prijs van 40 cents per* advertentie, bjj vooruitbetaling aan het Bureau te voldoen. Imterc. ïelefoos Ho. 123. Een dwang wet De »N, R. Ct." stelt de vraag is de pas aangenomen strafwet we! een dwangwet, geljjk zy genoemd wordt. Zij komt tot de conclusie dat van een dwangwet, mnilkorf- wet, van knevelen en knechten geen sprake is. Zij schrijft dan ter nadere toelichting. ïDie voorstelling is valsch, is onwaar, is leugenachtig. Men kan van iemands geheime bedoe lingen precies zooveel kwaad spreken als men verkiest. Tegen verdachtmaking en laster is niemand veilig. Maar men mag toch eischen, dat men een wetsontwerp leest, voor dat men het veroordeelt en over de bedoelingen van de voorstellers zijn verachting uitspreekt. Daarom willen wy nog eens trachten de bepalingen der voorgestelde wet onder de oogen van het volk te brengen. Misschien zal het geduld genoeg hebben om ze kalm te lezen en te overdenken. Er worden tweeërlei strafbepalingen voor gesteld, die we afzonderiyk zullen behandelen. De bepalingen, die in het eerste artikel worden voorgesteld, zijn juist het tegen overgestelde van een dwangwet, Plet is een anti-dwangwet, een wet om allen dwang te verbieden en de vrijheid van den werkman te beschermen. Er wordt straf bedreigd tegen hem, ïdie een ander door geweld of eenige andere fei telijkheid of door bedreiging met geweld of eenige andere feitelijkheidgericht hetzy tegen dien ander, hetzij tegen derden, weder rechtelijk dwingt iets te doen of ie dulden." Daarenboven wordt een lichtere straf, een politie-straf bedreigd tegen hem, »die weder rechtelijk op den openbaren weg een ander in zijne vrijheid van beweging belemmert of met één of meer anderen zicli aan een ander tegen diens uitdrukkelijk verklaarden wil blijft opdringen of hem op hinderlijke wijze blijft volgen." Yoor ieder, die de moeite wil nemen om te lezen, is het duidelijk, dat de vryheid der vakvereeaigingen hier volkomen wordt geëer biedigd. Ook het zoogenaamde -eposten" blijft vrij. Het woord blijft vrij. Men zal zijn kame- aden mogen trachten over te halen om te staken of niet te staken, om te werken of werk neer te leggen. Alleen men zal hem niet mogen dwingen. Plet zal bij woor- 'en moeten blijven. Men zal zich van aden moeten onthouden. Men zal geen geweld mogen gebiuiken, niet tot feite lijkheden mogen overgaan, hem van het lijf moeten blijven, Men zal hem ook daarmee niet mogen bedreigen. En niet alleen zal men zich tegen hem zeiven daarvan moeten onthouden, maar men zal zulke middelen om hem te dwingen ook niet mogen ;ebruiken tegen derden, tegen anderen, tegen zijn nabestaanden, zijn vrouw of zijn kin deren," Na nader omschreven te hebben het hin derlijke van het volgen en opdringen vau medearbeiders, schrijft zij verder sEn nu het andere artikel.- Dit luidt als volgt »De ambtenaar of eenig in het openbaar spoorwegverkeer voortdurend of tijdelijk werk zaam gesteld persoon, riiet behooreride tot liet personeel ven een spoorweg waarop uit sluitend met beperkte snelheid wordt ver voerd, die, met het oogmerk om in de uit oefening van eenen openbaren dienst of in het openbaar spoorwegverkeer stremming te veroorzaken of te doen voortduren, nalaat of wettig daartoe gelaat, weigert werkzaamheden te verrichten, waartoe hij zich uitdrukkelijk of uit kracht van zijn dienstbetrekking heeft verbonden, wordt gestiaft enz." De ambtenaren in dit artikel bedoeld kun ne'.. wij buiten bespreking laten. Voor hen maken de arbeiders zich niet warm. Wij bepalen ons tot het spoorwegpersoneel. Deze wet zal alleen gelden voor het spoor- wegpeisonsel bij de groote spoorwegen, niet voor de beambten en werklieden in de cen trale werkplaatsen voor den spoorwegdienst, niet voor liet personeel bij de locaal-spoor- wegeu, de stoomtrammen of paardentrammen, en veel minder nog voor alle andere arbeiders of werklieden. Die allen zullen, desverkiezende, straffeloos het werk eensklaps kunnen neer leggen. Waarom worden hier de beambten en bedienden bij het groote spoorwegverkeer met Een Paaschgeschiedenis, naar E. FAHTROW. Rce^s tien minuten stond Ada Verlaat aan de halteplaats d'er elcetrisoli© tram om te waditen op „haar" tram. Ongeduldig liep zij met Hein© pasjes op en neer, het was geen pretje in het nal- ikoudo voorjaarsweer te moeten waalnen, vooral wanneer men op audiëntie moet bij de vrouw van 'n minister, die all raker eid wil hgsb eens voor haar had willen poseeren. Jawel, Ad)ai was ten slotte zoo ver gevor derd, d'at men portretten bij haar bestelde! En daarin was zij geslaagd sedert haar laat ste „intiem©" ikunslbcscihomving in de B. strasze, waar voorname cn voornamere per sonages haar stemmige pastel-koppen cn haar karaktervolle portretten hadden bewon derd. Ook het jonge meisje zelf was eensklaps bewonderd en geëerbiedigd geworden. A.la was opgewekt van natuur en daarom lachte zo cn amuseerde zich over die lotsverbete ring, in plaats ca* bitter-gesteiml door te worden. Want vroeger, vijf jaren lang, had men noch voor haar convoud, noch voor haar talent oog gehad en zo had zicli door het le ven heen moeten slaau als d'o armste stu dent, menigmaal zonder middagboterham cn diikwijjs haar studies zondbr avondbrood moeten. voltooien. Thans echter was die tijd voorbij) en had zij! zich con weg gebaand en de eerste zilveren sohijVen had zij. thuis in een kastje veilig opgeborgen, een kostbaar klein 'kastje, dat Ekers'bach, de beroemde kunstgraveur, haar als betaling voor Z1311 portret had geschonken. Eïnd'elijk, d'aar was de oleetrisohe Ada stapt© op do tram en veroverde zich oen plaats. Zij kwam to zitten naast een ele gant geldccdbn, ooidlcu heer, dien zij sedert kort op haar tcutoonstciUing had leoreu icon turn. Het was meneer do liandelsraad' Neu- •benier, die haar met hartelijke boleofrlhcid groette. Meneer do handleilsraad was een bekend kunstbeschermer en ondersteund© gaarne jong© talonten met raad «n daad, vooral' wanneer zij mooi waren. Ada schrikte ©enigszins, toen zij, den wel- gedanen hear bemerkte, wien ziji bijna haat toedroeg! Want zij had toevallig ervaren, ambtenaren gelijk gesteld? Omdat het groote spoorwegverkeer is een tak van openbaren dienst, ten behoeve van het algemeen, en, ofschoon bij concessie door den Staat opge dragen aon twee particuliere maatschaappijen, in hoofdzaak is geregeld bij de wet. liet is niet onmogelijk, dat de Staat, in navolging van andere landen, het geraden zal achten de exploitatie zelf ter hand te nemen, maar het karakter van het groote openbare spoorweg verkeer veranderd niet, doordat de Staat, zooais tot nog toe geschiedt de exploitatie opdraagt aan een paar groote maatschappijen, indien dit geschiedt onder voldoend staats toezicht en volgens door den Staat vastgestelde regelen, waai over aanstonds meer. Volgens het wetsontwerp zal ieder dus vrij blyven bij het spoorwegverkeer in dienst te gaan of den dienst te verlaten, na behoor lijke dienstopzegging. Maar het zal hein ver boden zijn, zoolang bij in dienst is, in strijd met zijn dienstcontract na te laten of ie weigeren datgene te doen, waartoe hij zich verbonden heelt of wat hem wettig wordt gelast. Hij zal dus niet eensklaps het werk in den steek mogen laton of zijn dienst weigeren. Dit zal echter alleen dan strafbaar zijnwanneer hij het doet smet het oogmerk om in het openbaar spoorwegverkeer strem ming te brengen of te rloen voortduren". Dit oogmerk, in het spoorwegverkeer strem ming te brengen of te doen voortduren, zal zijn handeling strafbaar stellen. Zonder dat oogmerk zal hy ook voortaan, evenals ieder ander, desverkiezende straffeloos zijn dienst- contiact kunnen verbreken en slaken." Het bind wijst er nog eens op dat zij met de bepaling geen vrede zou kunnen hebben als het spoorwegpersoneel aan de vrijmach tige beschikking der spoorwegdirecties werd overgelaten. Nu de algerneene maatregel van bestuur daar is 0. in. voorschrijvende dat de directies een reglement moeten maken onder goedkeuring der regeering, waarin de termijn van opzegging woidt vastgesteld en de inrich ting van scheidsgerechten, is de bepaling niet meer dan billijk. Ten slotte viangt het blad; rleder arbeider moge zich dan de vraag stellen, ofnu het cbenstcontract van het spoorwegpersoneelhet onderzoek van zijn wenschen en klachten en het hooger beroep dat do gi ootmoedige kunstkenner cn nuu- cnas in zijn dagclijiksöh leven con hoogst kleinzielig cn egoïstisch menseh was. Vooral wanneer men hcni 111 zij'n zwakke zijde aan tastte cn zijn ijdelkckl kwetste, dan was hij onvorbiddollijk. Bij' voorbeeld 'had een jongere broeder van den handolsraad!, reeds jaren goledou, mot willen „deugen." Dat wil zeggen do jon ge man was uit de zaak van zijn brocdor ge treden en 'had zich aan do journalistiek ge wijld om ten slotte zelfs een arm meisje, een jong» actrice to trouwen. Niemand in de groot© stad boord1© daarna taal of toeken meer van hem. Verdorven - gestorven was de onnutte tak van hot buis Neubcuer, onnut, omdat hij' ideale verwach tingen hooger schatte dan liet alleen zalig makend© kapitaal. Ada kende echter dit gesluierd© drama zij alleen wist ook dat de broeder, di© van zijn schrijverij) niet voldoende kon loven, te vergeefs aan den liandelsraad om steun had verzocht, gesmeekt voor vrouw cn kind, vlaai- hij zelf voelde d'at zijn einde naderde. Meneer do liandelsraad Neubeuer had do bcd'el-briovcn verbrand en beantwoord met een onbeleefd zwijgen. Dat was maar het 'beste middel, om door dat „volk" niet meer to worden lastig go- val Ion Vandaag in do tram, zag men het den wclgedancu heer niet aai;, dat bij onder ecu of auctor leed gedrukt ging. Met joviale spraakzaamheid' vroeg hij Ada- naar baai- jongste succes en naar bot doel van kaar tocht. I11 liet blonde hoofd der schilderes Woel den de gedachten wild dooreen. Zijl wist dat groote klinkende namen cn hooge bescher ming den man imponeerden cn daarom zei ze mot nadruk op weg te zijn naar mevrouw excellentie X. „O, inderdaad? Poseert mevrouw?" „Neen, bet is sleckt9 om over toiletten te spreken want mevrouw zal bij( mij op hef atelier posceron". Wat een ouderscheiding voor u 1 Aan vaaixlf hiermede mijn gohikwc-nsoh, mijn waarde juffrouw! En wanneer is het ande ren stervelingen, eens vergund uw atelier lo bezichtigen V' „O, ik hen toderen middag voor bezoeken op mijn atelier te vinden Nümbergei- strasse 157, wanneer gij' ra- ten minste niet tofen opziet om vier tappen hoog te klim men?" „Al1 t© beminnenswaardigzei de ham de-lsrnad opgetogen. „Ik zal mij zulks ver- oorloovon misschien heb ik ook '11 bestel ling voor u zo-u u de aanstaande Xatenlag voor Pas then gelegen komen?" „Zeker mij is elke dag dezelfd©. Paasch- zondag natuurlijk uitgezonderd! Want dan maak ik de eerste opstandings-wandeling met mijn pleegkind maar d'at zal tt we.oig belang in boezomen." „Alsjeblieft, mijl intra.esseert alles wat gij zegt1 Gij hebt een pleegkind?" „O, slechts cou arm, jong meisje, dat ziek ligt cn wier krachten totaal zijn uitgeput ilc vond haar op zekeren dag in onmacht voor onze deur liggen maar dat is een treurige geschiedenis. Eni hier moet ik uit stappenAdieu, mijnheer dc (handolsraad." „Tot weerziens, mejuffrouw," „Ja lacht maar en maakt mij het hof1" dacht Acla, terwijl zij haastig voortliep. ..Je zult een. verrassilng beleven, zooals je nog nooit belbl durven droomen!" Ach, God geve dat mijn plan slaagt1 Laat gij toch een zonnestraal van erbarnring m liet 'hart van dien rijkaard doordringen D'o audiëntie bij de vrouw van den minis- ster liep zeer naair Ada's weusoh af en zij dacht ©r zelfs niet aan klinkende munt uit ha-' nieuw ouilenkansjc te slaan, was nog meer verbaasd, toen ze een paar dagen daarna in de courant een berwht las omtrent liet aanstaande poseeren van zijn excellentie's vrouw voor de begaafde cn jeugdige schilderes Ada Vcriaut, enz en/. üatlhad natuurlijk de liandelsraad 111 do courant gezet! Ilij' wilde haar klaarblijke lijk „Inuccoron" zooals hij reeds^menig Ie «inncntl talent den* weg had gebaand tot r en ku n s ten a ars-1 o o pb a au Bij Ada vonden dragelijke „kruin agen- tjes" gcon ingang. Zij dacht over t a'src- meen veel minder aan zichzelf dan aan haar mind'er gelukkige inodmnenschen en m 't 'bijzonder aan haar beschermeling©, waar van zij, den liandelsraad 'liad verteld, wijdde zij bijna al haar zorgen. "Mot Goedieu Vrijdag ging zij uit, koelit ecu bosje .heerlijk geurende viooltjes 011 steeg daarmed© de vier trappen op, dic> naar haar atelier voerden 011 toegang gaven lot een kamcitjo dat zij sedert er bij had ge huurd. Hier lag, op een smal bed', te midden van een hoogst schamele omgeving met kreu pele meubelen, een jong meisje, Ada's pleeg kind. Dö groote, zwart© oogen kelken treurig en zonder hoop uit bet vermagerde gezicht van disciplinaire straffen aldus geregeld wor den, aan den anderen kant ook nietgeëischt kan worden, dat het zijn dienstcontract niet willekeurig en vóór den bepaalden termijn van opzegging verbreekt. Hij moge zich ernstig afvragen, of de over heid, nu zij aldus de zorg voor zijn rechten op zicli neemt, daartegenover niet den eisch mag stellen, dat het personeel het openbaar spoorwegverkeer niet eensklaps mag doen stilstaan. Hij vrage zich af, of, nu de overheid meent dien eisch wel te mogen stellen, dit een reden kan zijn om het geheele land in be roering te brengen, en aan de algerneene welvaart, aan de welvaart van het geheele volk en in de eerste plaats van de arbeiders zeiven, zoo onberekenbare schade toe te brengen, als van al de door het comitó van verweer oppermachtig bevolen werkstakingen het treurig gevolg moet zijn." Verkiezing l'rov. Staten. Ged. Stalen van Gelderland hebben, met wyziging van hun besluit van 24 Maart 1903, bepaald, dat de eventueele herstemming voor een lid der Provinciale Staten in het kiesdis trict Ede zal plaats hebben op Donderdag 14 Mei. Ontworp-Arbehlswet. In de vergadering van de Kamer van Koop handel en Fabrieken te Vlissingen werd vast gesteld een antwoord aan den minister, be treffende het ontwerp arbeidswet. In dat ant woord zal worden gemeld dat de kamer met belangstelling van de nieuw ontworpen wet heeft kennis genomen, daar zij zeker zal kun nen medewerken om den arbeidersstand op te heffen en daardoor aan de bekwame ar beiders die plaats in de maatschappij verze kert, waarop zij, met het oog op hun econo mische waarde, recht hebben. Naar de mee ning van de Kamer was het goed gezien de ze nieuwe wet in de plaats te stellen van de oude arbeidswet en van de veiligheidswet, de wijl deze beide wetten zuh geheel op heizelfde terrein bewegen. Verder worden verschillende opmerkingen gemaakt op enkele artikelen in het ontwerp. Spoorwegverbinding in hot IVestiand. De commissie belast met een onderzoek naar de aanhangige spoorwegplannen, heeft het resultaat van de gehouden conferenties neergelegd in de volgende conclusies 1. De Zuiderlijn verdiend den kraehtigen steun van Delft en 't Westland. Zij brengt 't Staatsspoor in onze buurt en bevordert daardoor zoowel 't snellere vervoer, als een eerlijke concurrentie, brengt den Hoek van Holland tot ontwikkeling en zal 't daardoor mogelijk maken, dat een geregeld bootverkeer niet alleen op Londen, doch op alle belang rijke plaatsen in Engeland rendeeren kan rechtstreeks helpt die lijn Den Hoorn en De Lier. 2. De Noorderljjn, obehoon eigenlijk doende wat des trams is, kim in 't iokaalverkeer voor 't Westland diensten bewijzen, door personen nanr de verschillende dorpen te vervoeren en de goederen naar Hoek van Holland te brengenis echter, zooals zy nu ligt, voor Delft totaal van geen waarde. De eindpunten Rijswijk en Voorburg zijn voor 't "Westland ook van weinig belang. 3. Een tramitjnLoosduinen Wateringen Den Hoorn, aansluitende op de Zuideilijn, is voor Loosduinen van groot belang, doch voor Wateringen een levenskwestie, vooral als de Noorderlijn niet tot stand mocht komen. Uitbreiding' Westlandsche Sloomtram, Door D. en W. van Delft wordt aan den raad machtiging gevraagd om andermaal bezwaren in te brengen tegen de geprojec teerde richting der Westlandsche stoomtram. Nu bij de plaats gehad hebbende uitba- kening in de Coendei straat en aan den Spoor- singel den Raad afdoende is gebleken dat deze richting overgroote bezwaien heeft, meenen B. en W. dat zij zich daartegen namens den Raad moeten verzetten. Ned. Werltl. Verband. Ook de jnariijksehe algerneene vergadering van het Algemeen Nederlandsch Werklieden- Vei bond, die op de beide Panschdagen zou worden gehouden, is, wegens de spoorweg en andere stakingen, lot nadeio byeeinwping uitgesteld. en de kleino leringachti'ge handen, die op de dekens lagen, spiaken van zwaren arbeicl, d'ic zij' wol beproefd 'had doch voor do arme wees met genoeg opleverde om in haar on derhoud te ikiumen voorzivn. Toen Ada mcb haar viooltjes hilnnentrad', gleed oen glans van vreugd© -over het inge vallen gezicht der ziek©. „O, juffrouw Ada, waf zijt ge to-ch goed Wat verwent go mij toclli 1" „In 't geheel nietIk moet 30 toch ccn lentegroet brengen in j© kamertje. En de volgende week zal ik je uitschilderen. Dan leunt go mijl van uw zijd© een groot genoe gen doen, door oen poosje stil ta zitten." „O, go keert do zaken om Gij! zijt mijn beschermengel geweest, juffrouw Ada, gij hebt mij van den dood gered, 011 nooit zal ik u kunnen vergolden, wat ge voor mij' deedt," „Wie weet. Ik heb somtijds ecu heerlijke gedachte, Maria en het lijkt mij: dan toe dat g© spoed'iig ccn vreugd© zult beleven waardoor uw hecle bestaan ©en ommekeer zal nemen." „lloo zou dat mogelijk zijtul Wonderen geschieden er niet oneer." „Niet? Maai* ik verzeker je dat ©1* eiken dag nog wonderen geschiedenMen kan ze opmerken als men er slechts oog voor hei ft en ze wil erkennen! Is het met reeds een onder d'at giji met Zondag weer op do be°n zult zijn? Do doktor heeft u eigenlijk een paar weken geleden roods opgegeven." „E11 die opstandilng heb ilc aan n te dan ken," nionipokl© Maria. Maar op haar ver moeid gelaat was geen bijzondere bevredi ging over haar genezing te bespeuren. ll"t ernioeicnd'o ie\cn ;um de naaimachine, dat zij ïceds vroeger had ter hand genomen, was toch slechts een fatsoenlijk© wijze van »i- moc-hjdcn. Och, waarom was zij ook niiot ge storven toen vader cn moeder van haar en den weggerukt! 1 Ada wilde haar verwachtingen niet nader uiteenzettenmisschien enidligden ze toch met een treurig© ontgoocheling cn die wilde zij dan liever alleen verkroppen Zaterdagmiddag spijkerde zij haar visite kaartje, dat als naambordje aan de deur van haar atolier was bevestigd', aan de dein* van Maria's kamer. Wanneer nm meneer do lian delsraad werkelijk zijn belofte nakwam, dan kon bijl eerst in het ziekenvertrek bihnon- tredeu. O in vijf uur word el* geklopt. Maria, die niet wist, wien Ada. verwaoktto, riep binnen. Verbluft stond meneer Neubeuer, de lian delsraad, op den drempel, toen niet Ada s lief gelaal, maar dü bleekc, ingevallen ka- kou van el© jonge herstellende naar hem wa ren gewend. Hef vol'gcndo o-ogenbhk sprong Ada van haar stool aan het venster op en kwam <Tm bezoeker tegemoet. „O, meneer de liandelsraad, zijt gij het? Dat treft goed! zie eens naar dit jonge meisje'herinnert zij' n aan niemand?" Onderzoekend bekeek Neubcuer do inger vallen wangeneen onbehagelijk gevoel be kroop hem daar was ibts in di© groote oogen, rondom den mond lag een bekende trek li ij| kon zich niet t© binnen brengen op wie zij' geleek. „Ik wist niet stot terde hij'. „Welnu," zei Ada, wier boezem hijgde, „ik heb u met opzet bij mijn pleogkfnd iocr golalen. Gij' zijt immers bekend als een wel dadig en grootmoedig mensch, meneer d© liandelsraad ©11 tilt anno kind is ©en wies, staat gebcol alleen 031 do wereld dc oude/s zijn gestorven misschien wol van gebrc-k meneer de liandelsraad cn namelijk zij heet Marila Neubcuer, en en zij is uw nicht Als door d'on bliksem getroffen stond daar de deftige meneer, krijtwit in 'fc ge laat, 'krampadhtilg omknelden zijn vingers een stoelleuning. „naa is hot mogelijk' Het kan ïr.et waar zijn ik vcivoek u, juffrouw Verlaat. Gij scheitst immers?" „D'at zou. misdadig schertsen zijn liet *s waarheid, meneer d© 'liandelsraad hier be vinden zibh de overtuigend© papieren." „Maar waarom en hier wendde nij ziek tot de verschrikte zieke, „waarom heb heb je j© niet tot mij gewend?" Maria sloeg de oogen neer. „Ik wilde niet bedelen,zeil zc zadht. Onhoorbaar vallet Ada het vertrek. Toen zijj 11a verloop van een kwartier w<-c.r binnentrad, vond zij oom en nicht hand 'li hand, beiden niet vochtige oogen. „O, goddank'" rïep zc uit. „Nu komt al les weer in 't reine, niet waar?" „Gij' zijt een eugel," zei do' haiidelsra-td geroerd. „Ik neem Maria natuurlijk Hij vuj in huis op. Xij. zal een Paasehvreugde voor mijn vrouw worden." „"Wij vieren immers morgen „Opïi.m- dung" mompelde Ada. zielsgelukkig.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Schiedamsche Courant | 1903 | | pagina 5