zou kunnen verwerpen dan de Tweede,
is nog nooit beweerd. Whl om andere
redenen hot tegendeelHet lijdt dan
ook geen twijfel, dat de leden der Eerste
Kamer, die de Ongevallenwet afstem
den, hetzelfde óók ids leden der
T w e i do Ivamer zouden gedaan heb
ben, Gelijk dan ook h.v. onze redactie,
die de verwerping in de Eerste Kamer
toejuichte, de aanneming in de Tweede
had betreurd. En gelijk het anti-rov.
lid der Eerste Kamer, dat zich homogeen
voelde met de anti-rev. vóórstemmers
in do Tweede Kamer, ook zijnerzijds
vóórstemde.
Mede te werken aan een goedkeurend
votum in de Tweede Kamer, en tegelijk
aan te prijzen een afkeurend in de Eer
ste, schijnt ons met een juiste opvatting
in strijd. Omdat de Eerste Kamer alleen
behoort te verwerpen de motieven die
minstens ook in de Tweede tot, verwer
ping zouden moeten leiden. Daarom kun
nen wij, van ons standpunt, d.w.z. met
de zienswijze die wij hebben over het
ontwerp-Arbeidscontract in zijn geheel,
niet anders wenschen, dan dat ook de
Eerste Kamer dit ontwerp zal aannemen.
De Voorzitter van de Tweede Kamer.
Mr. D. P. D. Fabius brengt in „De
Rott." hulde aan den voorzitter der Tweede
Kamer, den heer Röcll, voor diens leiding
tijdens de jongste Kamerdebatten in een
driestar van den navolgenden inhoud
Als lid van den Duitschen Rijksdag
zeide Windthorst in 1879: ,.Die einzig
gute und kraftigc Geschiiftsordmmg, wel-
ehe ein Parlament haben kann, ist ein
giller, vertrauenswiirdiger President.;
alles andere wird meln* oder minder ein
todter Buehstabe sein. der P .dent aber
ist der lebendige Wahrer Ordnung
und der Sitte des H'auses.'
Ilierin steekt zeker waarheid.
En die waarheid is ook uitgekomen
bij de beraadslagingen in de Tweede Ka
mer vóór het winterreces.
De goede, ordelijke gang der discus
sion mag stellig voor een niet onbelang
rijk deel worden dank geweten aan liet
beleid van den voorzitter.
De heer Röcll, soms voelende dat een
minder voegzame uitdrukking meer dan
anders gevaarlijk was, haastte zich dan
aanstonds in te grijpen.
Schoon verrast door het vreemde op
treden van minister De Meester bij de
begrooting van Oorloc, wist hij toch,
geholpen door de kalmte^ welke de heer
Van Knrnebook bewaarde, een uitbar
sting to bezweren.
Het was voorts oncetwijfold een "daad
van hoffelijk beleid om den minister van
Oorlog, toen 'deze een oogenblili aarzelde
over het antwoord op de vragen van
mr. Tvdeman, een kwartier voor beraad
te gunnen.
Revnaert prijst in zijn „Histoire do
la discipline parlementaire", dl. I, bl.
280, den wanrdiccn betoocfrant in de
Kederlandsche Sinten-Generaal
Dat ook in deze periode 'de aanspraak
op dien lof niet werd verbeurd, mag
zeker in niet nering© mate op rekening
van clen voorzitter der Tweede Kamer
geschreven worden.
BINNENLAND.
Corps diplomatique.
In het hotel des Indes te 's-Gravenhage
heeft Intrek' genomen de heer P. C. Wynd-
ham, le secretaris van /het Engelsche ge
zantschap te Brussel.
De Russische gezant Kif öns hof, de heer
Tcharykov, is gisternamiddag tooi* eenigen
tijd naar het buitenland vertrokken.
Personalia.
Bij Kon. besluit van 11 dezer is lo. aan
den Oost-Indischen hoofdambtenaar met ver-
echen duim en vinger en borg hem op.
„Ik vertrouw meneer," zei de vrouw
boos, „wat meer is dan ik van jou kan
zeggen."
„Heel goed. Probeer moaJ niet omvrien
deüijk te zijn. Zaken zijn zaken. Laten we
daaraan beginnen."
Hij ging de kamer 'door en trok aan
de bel.
„Goeie hemel! Wat doe je?"
„Wacht maar, dan. zul je 't zien. Wacht,
zei ik 1" gilde hij, torn ze oen beweging
maakte in de richting van de deur. De
vrouw bleef staan, trillend over haar ge-
heele lichaam.
Er kwam een dienstmeisje binnenloopen,
die met een kreet van schrik achteruit
week.
Dadelijk hield hot leven beneden op. Men
hoorde op do trap het geritsel van een
japon en den voetstop eener vrouw. San-
dors nam zijn pet af.
„Mevrouw Casserley zeker?"
Deze antwoordde niet, maar ging naar
het bed harer kinderen,
„Wat heb je met hen gedaan? O, mijn
lievelingen 1 Wie ben je?"
„Houd u kalm, mevrouw."
Sanders was geen goed tooneelspeler cn
hij ira/i in de hem ongewone rol wat on
handig op. Gelukkig was zijn publiek niet
moeilijk.
„Wees bedaard," sprak hij. „Men heeft
de 'kinderen een slaapmiddel ingegeven, dat
is alles. Ze zullen dadelijk wel weer be
ter zijn."
„Wie deed .dat en waarom? Wie ben je?"
lof C. Snouck Hurgronje eervol ontslag
verleend met ingang van den dag waarop
hij liet hoogleeraarsambt zal hebben aan
vaard 2o. deze aangesteld tot adviseur voor
Indicshe en Arabische zaken bij het depar
tement van koloniën3o. toestemming ver
leend deze functie te vervullen tegelijk met
hot hoogleeraarsambt.
De Directeur van G. W. te Amsterdam.
Do datum, waarop1 het ontslag van den
heer J. van Hasselt als directeur van Pu
blieke werken, te Amsterdam, zal ingaan,
is officieel bepaald op 1 Februari.
Commissie toot de Handelspolitiek.
Door de ministers van landbouw, nij
verheid en handel, van financiën, van ko
loniën en van buitenlandsche zaken is:
lo. aan den heer J. F. Mutsaerts, te
Tilburg, op zijn verzoek, eervol ontslag ver
leend als lid van de commissie voor de
handelspolitiek, -ngesteld bij Koninklijk be
sluit van. 27 April 1891, onder dankbetui
ging voor de als zoodanig bewezen dien
sten v
2o. benoemd tot lid dier commissie, de
lieer B. T. C. Strater, fabrikant van wol
len stoffen en lid van de Kamer van Koop
handel en fabrieken te Tilburg.
STADSNIEUWS.
Arbeidscontract on Gemeentewerklieden
In een gisteravond gehouden openbare
vergadering in het Volkshuis trad de heer
D. de Klerk, lid der Tweede Kamer voor
Rotterdam, als spreker op voor de Vereen,
van Gemeentewerklieden „Algemeen Be
lang". De Voorzitter, de heer I. Stegman,
opende de vrij druk bezochte bijeenkomst
met een woord van welkom in 't bijzonder
aan de aanwezige autoriteiten, den wethou
der van openbare werken, een raadslid, direc
teur en andere ambtenaren van gemeente
werken.
De heer De Klerk aan het woord ko
mend zegt dat er wel eens van gesproken
wordt dat de arbeid een waar is, maar
hij acht het een bijzondere waar. Iedere
andere waar kan voor korter of langer lijd
in voorraad worden gehouden, zonder dat zij
aan kwaliteit of kwantiteit verliest, maar
do arbeid van heden kan na heden niet
worden verkocht, Wie Van den arbeid moet
leven, heeft in den regel niets anders om
van te leven. Voegt men daarbij den steeds
tocnemenden vooruitgang een elcctrische
elevator doet met 5 man in. 3 dagen even
veel als 25 man in 6 dagen dan vraagt
spr, of het wonder is dat de arbeider en zij
die iets voor hen voelen aan Staat en Ge
meente vragen om regeling van dien arbeid.
Do arbeidsovereenkomst pakt den gansclien
mensch aan en bepaalt zijn materieelen,
geestelijken en zedelijken levensstandaard.
Was een arbeidscontract noodig? liet ant
woord vindt mevr in de nrtt. 1(137, 1638'eu
1039 van het Burg. Wetboek, waarin o. m.
staatde meester wordt desgevorderd met
eeden gesterkt, geloofd en dan volgen de
redenen. Van den arbeider wordt niet ge
rept, öf hij wordt dus geloofd öf niet geloofd,
ook al stond het in de wet. Daarin, schuilt
reeds iets beleedigends voor de arbeiders.
Er is buitendien om een arbeidscontract
gevraagd: in bijna elk politiek program,
wordt een zoo duidelijk mogelijke regeling
van den arbeid gevraagd.
Spr. gaat daarna het verloop van het
ontwerp-arbeidreontract na. In 1894 bood
professor Drucker zijn ontwerp aaneerst in
1906 werd het wetsontwerp-arbeidscontract,
na vele wijzigingen, door de 2e Kamer
aangenomen, na tj- jaar van behandeling,
met 79 tegen 8 stemmen, die der sociaal
democraten en van den heer Van Idsinga
(christ.-hist.). De rechtsstof was moeilijk en
ingewikkeld omdat het arbeidscontract werd
ingelascht in het Burg. Wetboek.
Daarna behandelt spr. vrij uitvoerig de
hoofdzaken van het wetsontwerp. Ilij maakt
duidelijk wat men "onder een arbeidscon
tract heeft te verstaan, een overeenkomst tus-
„Hum vader, mevrouw, met behulp van
deze jongo damo, di© ik op heekerdaad be
trapte."
„Onmogelijk!"
Mevrouw Casserley sloeg haar armen om
de slapende jongens en keek naar de meid.
diie nog hij de deur stond.
Sanders wist, wat die blik betoekencle en
was niet verbaasd, toen hij zag, dat de
meid ineenkromp. Maar zijn tegenwoordig
heid van geest verlaat hem niet.
„Wil n een bewijs? Zend dan maar
iemand naar het tuinhek. Als daar niet
een man staat to wachten, de medeplich
tige van deze damo, mag u mij een leu
genaar noemen."
Ecnige hoeren, door het dienstmeisje ont
boden,, traden de kamer in. Sanders voel
de zich een weimg verlegen in hun te
genwoordigheid, maar hij hield zich goed.
Er kwamen nog bedienden achter hen. Dc
kamer werd zoo vol, dat Sanders berouw
begon te voelen over zijn handelwijze.
Er werd overlegd, waarna een gast en
een bediende naar buiten gingen. In een
paar minuten waren ze terug. Ja, er was
een man geweest, die hij hun nadering
gevlucht was.
(„Als u hot aan mij overgelaten had,"
zei Sanders, „zou uk hem wel bij den kraag
gepakt hebben."
„Haal don dokterl" riep mevrouw Cas
serley.
Een bediende v'eird'ween,
j,En de politie I" sprak een der gasten.
Maar een ander, blijkbaar mevrouw Cas-
sorley's broeder, kwam hiertegen op.
schen 2 personen, waarbij de een voor den
ander gedurende zekeren tijd onder zekere
voorwaarden werk zal verrichten. Terloops
wijst spr. erop dat hot wctsontweip nog geen
wet ie, al is het door de 2e Kamer aan
genomen. De heeren der Eerste Kamer zijn
zeer boos en meenen, volgens bet Voorloo-
pig Verslag, dat den arbeiders te veel rech
ten worden toegekend. Spr. licht dan toe
hoe een arbeidsovereenkomst tot stand komt.
Zij kan gesloten worden tusschen alle moge
lijke menschen, ook de vrouwen inbegre
pen. Art. 1637 F doet recht aan de vrouw,
die zelf een arbeidsovereenkomst kan aan
gaan en daarvoor zelf het geld kan genieten,
mits zij dat geld besteedt in haar huisgezin.
Indien de echtgenoot zich verzet kan de
vrouw de hulp inroepen van den kantonrech
ter. De vrouw als werkgeefster is gebleven
zooals het B. W. aangaf.
Als no. I in het arbeidscontract noemt
spr. dat er sprake is van een reglement.
Het arbeidscontract maakt een eind aan de
eenzijdige patroonsreglementen. Het fabrieks-
reglement behoort ook te zijn overwogen
door de arbeiders alvorens zij het ondertee-
kenen, in wijziging of vernieuwing van het
reglement moeten de arbeiders worden ge
kend. Het arbeidscontract geeft aanvallend
en dwingend recht. Art. 1638 L. handelt
over hel loonover de uitbetaling van het
loon. Spr. wijst op de aedwongen winkel
nering, die door artt. 1637 S en T geducht
wordt tegengegaan. De patroon die de ge
dwongen winkelnering voortzet zal in zekere
omstandigheden genoopt kunnen worden bet
geleverde goed aan den arbeider te schen
ken en hom het geld ervoor bovendien uit te
betalen.
Verschillende bepalingen haalt spr. aan
bijv. omtrent uitkeering bij ziekte, verlof bij
het deelnemen aan verkiezingen, bij sterfge
vallen en. bevalling. Spr. merkt op "dat ach
ter deze bepalingen, de vermakelijke bijvoe
ging staat: „natuurlijk alles moet zijn bui
ten de schuld van den arbeider." (Gelach.)
Spr. vestigt dan de aandacht, op het
staangeld, art. 1638 S, i.n verband met
ontijdig© verbreking van het contract, waar
mee zoowel arbeider als patroon eventueel
geleden schade kunnen vergoeden. Vroe
ger was di.t staangeld onbeteugeld evenals
de boeten, geen nieuwigheid, maar dooi* de
regie men teering is willekeur afgesneden.
Do boeten zullen gebruikt worden vooreen
algemeen nuttig doel, misschien wel voor
een iveerslandskas of ziektekas voor de ar
beiders. Een amendement van spreker in
de Kamer ingediend om in 't geheel geen
boete 'te heffen, werd verworpen.
Art. 1638 V spreekt van inwonende ar
beiders, ook dienstboden, wie men bij ziek
te verplicht is 6 weken verpleging te be
zorgen, enz.
Spr. somt daarna de redenen op van
dienstopzegging voor patroon zoowel als
arbeider. Art. 1639 W. zegt 'dat ieder der
partijen ten allen tijde hel recht heelt zich
te wenden tot den kantonrechter, met hot
verzoek de arbeidsovereenkomst ontbonden
te verklaren om dringende en gewichtige
redenen. Spr. raadt aan, vóór een dorge-
lijken stap te doen, te overwegen of de
reden tot opzegging werkelijk dringend en
gewichtig is.
Het collectieve arbeidscontract, een over
eenkomst tusschen werkgever en een ar
beider svereoni ging of tusschen vereenigin-
gen van beide partijen, is in 't belang van
de arb. organisatie, waaraan meerdere sta
biliteit wordt verleend; ook in 't belang
der werkgevers, omdat beide partijen
rustig kunnen arbeidenin '<t belang
der samenleving. Bij geschillen kan een
kostelooze procedure worden gevoerd voor
den kantonrechter, die binnen 14 dagen
partijen oproept, 'n Soort leekenrechtepimak
is hierbij ingevoegd, omdat de Kamers van
Arbeid van advies kunnen dienen. De be
voegdheden dier Kamers zouden echter noo
dig moeten worden uitgebreid.
Art. 1637 Z. zegt, dat de bepalingen in
het arbeidscontract niet van toepassing zijn
op personen in dienst van Staat, Provincie
„Laat de politie er maai* buiten," riep
hij, „we moeten verder schandaal vermij
den."
Nog meer bewijzen van de schuld der
dienstbode werden aangebracht door de
keukenmeid, die in groote opgewondenheid
kwam vertellen, dat zo'lwee tasschun hij
het tuinhek had gevonden, een niet klec-
ren van de jongens en een met die van
de dienstbode zelf.
„Hot is zonneklaar," sprak Sanders.
De dienstbode brak in tranen en klach
ten uit.
„Ga uit mijn huisl" piep mevrouw Cas-
serley met bevende stem.
De vrouw was blij, dat 'ze er zoo goed
afkwam. Ze verliet de kamer, de anderen
volgden haar en Sanders werd alleen ge
laten met 'de meesteres van liet huis en
haar broei*.
Hij had veel gevoel voor schoonheiden
toen mevrouw Casserley in tranen uitbarst-
tc;, voelde hij oen brok in zijn keel, waar
over hij bijna beschaamd was.
„Trek 'het n niet aan, mevrouw," zei hij.
„Eind goed, al goed."
Ren van de kinderen scheen wakker te
worden; en mevrouw Casserley beduidde
Sanders om de kamer uit te gaan.
Haar broeder achterlatende, volgde ze
hem on sloot de deur.
„Hoe kan ik je danken?" vroeg ze
zachtjes.
„Door er niet moer ovar te sproken,"
antwoordde ._.<i.nders>. „Ik hen zeil vadör,
ik heb een jongetje van den leeftijd van
uw jongste."
of Gemeente, tenzij do Staal ©en wet en
do gemeente een verordening maakt, wa;-
in neergelegd wordt dat die bepalingen uit
hot Arb. contract wel op bedoelde werk
lieden van toepassing zullen zijn. Amster
dam, Den Haag en onkel© andere gemeen
ten hebben, werklieden-reglemonten en
scheidsgerecht, maar bijv. Rotterdam en
ook Schied'am nog niet.
Spr. noemt een arbeidscontract ook voor
d'o gemeentewerklieden dringend noodzake
lijk. Zijn ervaring is, d'at in gemeentedienst
de beste werklieden zijn, liet zijn geen men
schen die niet willen werken. Hij protesteert
tegen de klacht van het z.g. luieren dier
werklieden.
Het loon der gemeente-werklieden is al
hier in d'en laatsten tijd verbeterd, maar
er moet in den Gemeenteraad worden uit
gemaakt dat men zal hebben een werk-
lied'enreglement en een scheidsgerecht. Het
belang van een dergelijke regeling tracht
spr. nader in het licht te stellen. Hij wijst
daarop op de goede regeling die de Raad
van Maastricht heeft aangenomen. Alvorens
beslist wordt 'dient de werkliedonvereen.
kennis genomen te hebben van het con
cept-reglement, om hun advies er over te
kunnen uitbrengen; tezamen moet gewerkt
worden, tezamen opgebouwd in het be
lang van beid'e partijen. De vereeniging
„Alg. Belang" roept spr. toe: Ga voort op
den ingeslagen weg, om voor de belangen
d'cr gemeente-arbeiders op ti* komen om
naast d'c plichten noodzakelijkdoor de ar
beiders te volbrengen ook de rechten voor
hen te verkrijgen: geen plichten zonder
rechten, geen rechten zonder plichten.
Stuurt adressen en moties aan den Raad
in, totdat bij eindelajk recht zal doen. (Ap
plaus).
Voor het debat gaven zich op de hee
ren N. var, Hinte, Rotterdam, P. deBruin
en B. Verhoeve.
De heer Van Hinte zegt, niet in cri-
tiek to zullen gaan over het vele dat de
heer De Klerk zei over het arbeidscontract
en het weinige dat bij zed over de gemeente
werklieden, maai* wijst erop, dat de ge-
meente-werkliedèn krachtig op hun bezem
moeten spelen. Hij wijst op de motie in
een vergadering der Bondsofdeoling aan
genomen en bij dén Raad ingezonden, waar
op nog geen antwoord' is ingekomen. Voor
een groot dé-el waren de werklieden van
deze vereen, daarvan de schuld, die tot
nog toe dc zaken niet goed aanpakt, die
werkt als oen zoete-jongensvereeniging
Deb. wordt tot de orde geroepen. Hij
zegt daarop tc willen aansporen tot orga
nisatie en betreurt het, dat de Raad van
Schied'am de zaak der gem. werklied-en niet
beter behartigd. Op die wijze wordt ge
dreven naar een zaak als in 1903, toen
er op een oogonblik een uitbarsting kwam.
De zedelijke verplichting rust op den Raad
dat de grieven der werklieden zich niet
opstapelen. Wanneer er dan stopzetting van
het bedrijf komt, dan rust de schuld op
den Raad, die aan de rechten en verplich
tingen der arbeiders niet tegemoetkwam.
De heer De Bruin vraagt of de heer
De Klerk als oud-arbeider het arbeidscon
tract als -een geschenk voor de arbeiders
beschouwt. Deb. wijst op oen paar 'pun
ten, waarhij van het dwingend recht inde
wet kan worden afgeweken, de patroon is
dan de bevoorrechte partij. liet verwon
derde deb. in hooge mate dat de heer
De Klerk, die voor de wet stemde, oen
mop tapte op die *ret.
De heer Ver hoeve, die den spreker
met voel genoegen zegt te hebben aange
hoord, vraagt of van het arbeidscontract
hetzelfde kan getuigd worden als van de
kieswet-Van Houten, dat zij een, naar den
mensch gesproken, volmaakte wét zou zijn.
Zou do Eerste Kamer door verwerping van
het arbeidscontract een vijandige daad
plegen
De heer De Klerk beantwoordt "(tedeb.
Hij komt op tegen de krasse woorden van
van den eersten deb. on meent dat men
„Maar hoe wist je er van hoe kwam
je bier?"
„De voorzienigheid heefit me gezonden."
„Maar ik begrijp niet."
„Ja, ziet u, mevrouw, iemand- liet wat
los bij toeval. Ik hoorde de heole ge
schiedenis, en dus Wij intuinen zijn
niet als vrouwen. Ik zon niet willen, dal
mijn jongen van zijn moeder werd weg
gehaald, ziet u."
„Hoor je tot de politie?"
Sanders kuchte en krabde zich het hoofd.
„Ik Iheb er wel heel wat mee to doem
gehad."
„Ik mag je dan wel iets geren, een.be*
wijs vaai mijn dankbaarheid."
Met een schuldig gevoel stak Sandex*sde
handen in den zak.
„Ik kan er niot aan denken," zei lnj.
Mevrouw Casserley lachte hem vriende
lijk toe.
„Ga met me mee," zei ze.
Hij volgde haar naar een kleine kamer
en keek zenuwachtig toe, terwijl ze een
lessenaar opensloot cn er een beurs uitnam.
„Dit is geen betaling," zei 2® glimlachend,
,„het is maar een kleinigheid voor je jon
getje. O, daar is de dokterI Ik moet naar
hem toe. Goeden dag; en God zegenaje
jongen, en make hem tot een goed mensch,
evenals zijn vadarl"
„Een oogonblik, mevrouw. Er is>nog iets,"
Sanders' stem kl-onk heesch, on er ston
den parelen op zijn voorhoofd.
„Wat dan?"
Hij nam don ketting uit zijn zak en hield
dien voor zich uit met de oogen afgewend,
met dreigementen niet verder komt. Ito ver-
betering in den toestand der werklieden
ligt aan de samemslolling der gemeentera
den. Adressen en moties moeten den Raad
bereiken en dan zal hij „eindelijk recht
doen". In het arbeidscontract wonlt naar
spr.'s meening meer voordeel dan nadoj]
voor den arbeider aangetroffen, vele slechte
toestanden werden beteugeld'. Een bewijs
te meer is de tegenstand van vele werk
gevers. Verwerping van bet arbeidscontract
door de Eerste Kamer1 zou epr. betreuren'
maar niet als een vijandige daad beschou-
wen.
De heer De Bruin wenscht nog even
te zeggen dat hij het gevaarlijk vindt om
met den heer De Klerk te dehatteeren, om
dat hij niet altijd serieus is in. zijn uitla
tingen. Van Ilinte's bedoeling met hetaan-
halen van 1903 was _geen dreigement, maar
een opmerking in verband met de jaren
lange grieven.
De vergadering wordt daarna gesloten.
Rechtzaken,
De pleger van den bekenden moord in
de Gerard-Doustraat, te Amsterdam, K,
heeft, volgens het „Hrl. 'Dghl.", in 'zijn
vonnis berust.
Zooals men weet, werd hij, wegens
moord op gijn vrouw, veroordeeld tot 5
jaar gevangenisstraf, met aftrek dervoor-
loopige hechtenis. Het 0. M. had 12 jaar
geüischt, doch is ook' niet in appèl gc-«
komen van liet gewezen yonnis.
Kerk en School,
Ned. Herv. Kerk.
Beroepen te Didam ds. J. de Zeeuw,
te Geervliet. i
Aangenomen het beroep te Veen-
wouden door ds. M. Beversluis, te Baren-
drecht; te Glanerburg door den heer
J. C. Helders, eand. en hulpprediker al
daar; to Wier (Fr.) door den heer G.
W. Noordenhout, cand. te Alsmeer.
Gemengd Nieuws.
De kruitschipramp te Leiden
In verband met liet feit, dat het heden,
den 12en Januari, honderd jaar geleden is,
dat een gansche wijk van. Leiden door do
ontploffing van een schip met buskruit werd
verwoest, wordt er aan herinnerd, dat toen
ruim honderd-eii-vijftig menschen een jam
merlijken dood vonden, en groote kunstschat
ten, kostbare oudheden, zeldzame boeken
en prachtige, oude handschriften, tot onher
stelbare schade van kunst en wetenschap,
werden verwoest.
Hoewel het een plaatselijke ramp was, is
toch in die gedrukte tijden een som van
bijna 19 tonnen gouds voor de betrekkingen
der slachtoffers bijeengebracht.
(„L. D.")
Zonderlinge wijze van controle.
Uit Hilversum schrijft men aan. het
„Ilbld."
Gisteravond werd door de afdeeling Hil
versum van Toonkunst in de concertzaal
„de Harmonie" uitgevoerd het Requiem van
Vc.nli. Het publiek was in groeten getale
opgekomen, zoodat do zaal geheel bezet was.
Jammer, dat voor de uitvoering het optre
den der politie de stemming eenigszins be
dierf.
Een paar rechercheurs hadden zich al voor
de deur der zaal opgesteld cn controleerden
stuk voor stuk de entreekaauen, of door
elk wel voldaan was aan de belasting op
de publieke vermakelijkheden. Voor velen,
vooral voor de dames die daardoor langen
tijd in de koude gang staan moesten, was
dit zéér onaangenaam. Kan dit de bedoe
ling van den Raad bij het vaststellen dezer
belasting wèl zijn geweest?
Electrische vuurtoren.
Woensdagavond werd het nieuwe licht
op den vuurtoren „Brandaris" (Terschel
ling) in gebruik genomen, dat naar men
zegt het 2e der wereld in lichtsterkte moet
„Dit," zei hij.
„Heb je diien ook gered. Als meneer
CasseTtey dien begeert, mag hij hem wel
hebben, dal is ©en kleinigheid in vergelij
king met het andere."
De man werd hoe langer hoe zenuw
achtiger.
,„Ik zou dat maar niet doen," zei hij-
„U moet weten
Hij zocht naar zijn woorden en voelde
een zachte aanraking op zijn arm. Opzien
de, merkte hij, dat mevrouw Casserley heel
bleek was geworden.
„Ik geloof, dat ik het begrijp," z.ei ze
langzaam, „Je bad dit voor je zelf wil
len houden?"
Hij was op het punt dit te ontkennen;
maar toen hij haar in het oog keek, liet
hij het hoofd hangen.
„Je hebt hier ingebroken. Je kwam met
om mijn kinderen te redden."
„Ik hen oen inbreker," zei hij uitdagend.
Er beerschte een oogonblik zwijgentoen
stak mevrouw Casserley haar "hand uit
Ze dwong hem haar aan te zien, alsof ze
iets wilde bereikion.
„Inbrekers moesten geen Idndetëem mgec'i
geweten hebben," zei ze zachtjes. „Als je
ooit behoef to hebt aan hulp, denk dan aan
mij. Goeden dag!"
En pas oen paar uur later, toen hij aan
de bifhknoten der dienstbode dacht, was
Sanders in staat zich to overtuigen, dal lnj
niot sentimenteel was of ©en oneei' van
zijn stand.