zou kunnen verwerpen dan de Tweede, is nog nooit beweerd. Whl om andere redenen hot tegendeelHet lijdt dan ook geen twijfel, dat de leden der Eerste Kamer, die de Ongevallenwet afstem den, hetzelfde óók ids leden der T w e i do Ivamer zouden gedaan heb ben, Gelijk dan ook h.v. onze redactie, die de verwerping in de Eerste Kamer toejuichte, de aanneming in de Tweede had betreurd. En gelijk het anti-rov. lid der Eerste Kamer, dat zich homogeen voelde met de anti-rev. vóórstemmers in do Tweede Kamer, ook zijnerzijds vóórstemde. Mede te werken aan een goedkeurend votum in de Tweede Kamer, en tegelijk aan te prijzen een afkeurend in de Eer ste, schijnt ons met een juiste opvatting in strijd. Omdat de Eerste Kamer alleen behoort te verwerpen de motieven die minstens ook in de Tweede tot, verwer ping zouden moeten leiden. Daarom kun nen wij, van ons standpunt, d.w.z. met de zienswijze die wij hebben over het ontwerp-Arbeidscontract in zijn geheel, niet anders wenschen, dan dat ook de Eerste Kamer dit ontwerp zal aannemen. De Voorzitter van de Tweede Kamer. Mr. D. P. D. Fabius brengt in „De Rott." hulde aan den voorzitter der Tweede Kamer, den heer Röcll, voor diens leiding tijdens de jongste Kamerdebatten in een driestar van den navolgenden inhoud Als lid van den Duitschen Rijksdag zeide Windthorst in 1879: ,.Die einzig gute und kraftigc Geschiiftsordmmg, wel- ehe ein Parlament haben kann, ist ein giller, vertrauenswiirdiger President.; alles andere wird meln* oder minder ein todter Buehstabe sein. der P .dent aber ist der lebendige Wahrer Ordnung und der Sitte des H'auses.' Ilierin steekt zeker waarheid. En die waarheid is ook uitgekomen bij de beraadslagingen in de Tweede Ka mer vóór het winterreces. De goede, ordelijke gang der discus sion mag stellig voor een niet onbelang rijk deel worden dank geweten aan liet beleid van den voorzitter. De heer Röcll, soms voelende dat een minder voegzame uitdrukking meer dan anders gevaarlijk was, haastte zich dan aanstonds in te grijpen. Schoon verrast door het vreemde op treden van minister De Meester bij de begrooting van Oorloc, wist hij toch, geholpen door de kalmte^ welke de heer Van Knrnebook bewaarde, een uitbar sting to bezweren. Het was voorts oncetwijfold een "daad van hoffelijk beleid om den minister van Oorlog, toen 'deze een oogenblili aarzelde over het antwoord op de vragen van mr. Tvdeman, een kwartier voor beraad te gunnen. Revnaert prijst in zijn „Histoire do la discipline parlementaire", dl. I, bl. 280, den wanrdiccn betoocfrant in de Kederlandsche Sinten-Generaal Dat ook in deze periode 'de aanspraak op dien lof niet werd verbeurd, mag zeker in niet nering© mate op rekening van clen voorzitter der Tweede Kamer geschreven worden. BINNENLAND. Corps diplomatique. In het hotel des Indes te 's-Gravenhage heeft Intrek' genomen de heer P. C. Wynd- ham, le secretaris van /het Engelsche ge zantschap te Brussel. De Russische gezant Kif öns hof, de heer Tcharykov, is gisternamiddag tooi* eenigen tijd naar het buitenland vertrokken. Personalia. Bij Kon. besluit van 11 dezer is lo. aan den Oost-Indischen hoofdambtenaar met ver- echen duim en vinger en borg hem op. „Ik vertrouw meneer," zei de vrouw boos, „wat meer is dan ik van jou kan zeggen." „Heel goed. Probeer moaJ niet omvrien deüijk te zijn. Zaken zijn zaken. Laten we daaraan beginnen." Hij ging de kamer 'door en trok aan de bel. „Goeie hemel! Wat doe je?" „Wacht maar, dan. zul je 't zien. Wacht, zei ik 1" gilde hij, torn ze oen beweging maakte in de richting van de deur. De vrouw bleef staan, trillend over haar ge- heele lichaam. Er kwam een dienstmeisje binnenloopen, die met een kreet van schrik achteruit week. Dadelijk hield hot leven beneden op. Men hoorde op do trap het geritsel van een japon en den voetstop eener vrouw. San- dors nam zijn pet af. „Mevrouw Casserley zeker?" Deze antwoordde niet, maar ging naar het bed harer kinderen, „Wat heb je met hen gedaan? O, mijn lievelingen 1 Wie ben je?" „Houd u kalm, mevrouw." Sanders was geen goed tooneelspeler cn hij ira/i in de hem ongewone rol wat on handig op. Gelukkig was zijn publiek niet moeilijk. „Wees bedaard," sprak hij. „Men heeft de 'kinderen een slaapmiddel ingegeven, dat is alles. Ze zullen dadelijk wel weer be ter zijn." „Wie deed .dat en waarom? Wie ben je?" lof C. Snouck Hurgronje eervol ontslag verleend met ingang van den dag waarop hij liet hoogleeraarsambt zal hebben aan vaard 2o. deze aangesteld tot adviseur voor Indicshe en Arabische zaken bij het depar tement van koloniën3o. toestemming ver leend deze functie te vervullen tegelijk met hot hoogleeraarsambt. De Directeur van G. W. te Amsterdam. Do datum, waarop1 het ontslag van den heer J. van Hasselt als directeur van Pu blieke werken, te Amsterdam, zal ingaan, is officieel bepaald op 1 Februari. Commissie toot de Handelspolitiek. Door de ministers van landbouw, nij verheid en handel, van financiën, van ko loniën en van buitenlandsche zaken is: lo. aan den heer J. F. Mutsaerts, te Tilburg, op zijn verzoek, eervol ontslag ver leend als lid van de commissie voor de handelspolitiek, -ngesteld bij Koninklijk be sluit van. 27 April 1891, onder dankbetui ging voor de als zoodanig bewezen dien sten v 2o. benoemd tot lid dier commissie, de lieer B. T. C. Strater, fabrikant van wol len stoffen en lid van de Kamer van Koop handel en fabrieken te Tilburg. STADSNIEUWS. Arbeidscontract on Gemeentewerklieden In een gisteravond gehouden openbare vergadering in het Volkshuis trad de heer D. de Klerk, lid der Tweede Kamer voor Rotterdam, als spreker op voor de Vereen, van Gemeentewerklieden „Algemeen Be lang". De Voorzitter, de heer I. Stegman, opende de vrij druk bezochte bijeenkomst met een woord van welkom in 't bijzonder aan de aanwezige autoriteiten, den wethou der van openbare werken, een raadslid, direc teur en andere ambtenaren van gemeente werken. De heer De Klerk aan het woord ko mend zegt dat er wel eens van gesproken wordt dat de arbeid een waar is, maar hij acht het een bijzondere waar. Iedere andere waar kan voor korter of langer lijd in voorraad worden gehouden, zonder dat zij aan kwaliteit of kwantiteit verliest, maar do arbeid van heden kan na heden niet worden verkocht, Wie Van den arbeid moet leven, heeft in den regel niets anders om van te leven. Voegt men daarbij den steeds tocnemenden vooruitgang een elcctrische elevator doet met 5 man in. 3 dagen even veel als 25 man in 6 dagen dan vraagt spr, of het wonder is dat de arbeider en zij die iets voor hen voelen aan Staat en Ge meente vragen om regeling van dien arbeid. Do arbeidsovereenkomst pakt den gansclien mensch aan en bepaalt zijn materieelen, geestelijken en zedelijken levensstandaard. Was een arbeidscontract noodig? liet ant woord vindt mevr in de nrtt. 1(137, 1638'eu 1039 van het Burg. Wetboek, waarin o. m. staatde meester wordt desgevorderd met eeden gesterkt, geloofd en dan volgen de redenen. Van den arbeider wordt niet ge rept, öf hij wordt dus geloofd öf niet geloofd, ook al stond het in de wet. Daarin, schuilt reeds iets beleedigends voor de arbeiders. Er is buitendien om een arbeidscontract gevraagd: in bijna elk politiek program, wordt een zoo duidelijk mogelijke regeling van den arbeid gevraagd. Spr. gaat daarna het verloop van het ontwerp-arbeidreontract na. In 1894 bood professor Drucker zijn ontwerp aaneerst in 1906 werd het wetsontwerp-arbeidscontract, na vele wijzigingen, door de 2e Kamer aangenomen, na tj- jaar van behandeling, met 79 tegen 8 stemmen, die der sociaal democraten en van den heer Van Idsinga (christ.-hist.). De rechtsstof was moeilijk en ingewikkeld omdat het arbeidscontract werd ingelascht in het Burg. Wetboek. Daarna behandelt spr. vrij uitvoerig de hoofdzaken van het wetsontwerp. Ilij maakt duidelijk wat men "onder een arbeidscon tract heeft te verstaan, een overeenkomst tus- „Hum vader, mevrouw, met behulp van deze jongo damo, di© ik op heekerdaad be trapte." „Onmogelijk!" Mevrouw Casserley sloeg haar armen om de slapende jongens en keek naar de meid. diie nog hij de deur stond. Sanders wist, wat die blik betoekencle en was niet verbaasd, toen hij zag, dat de meid ineenkromp. Maar zijn tegenwoordig heid van geest verlaat hem niet. „Wil n een bewijs? Zend dan maar iemand naar het tuinhek. Als daar niet een man staat to wachten, de medeplich tige van deze damo, mag u mij een leu genaar noemen." Ecnige hoeren, door het dienstmeisje ont boden,, traden de kamer in. Sanders voel de zich een weimg verlegen in hun te genwoordigheid, maar hij hield zich goed. Er kwamen nog bedienden achter hen. Dc kamer werd zoo vol, dat Sanders berouw begon te voelen over zijn handelwijze. Er werd overlegd, waarna een gast en een bediende naar buiten gingen. In een paar minuten waren ze terug. Ja, er was een man geweest, die hij hun nadering gevlucht was. („Als u hot aan mij overgelaten had," zei Sanders, „zou uk hem wel bij den kraag gepakt hebben." „Haal don dokterl" riep mevrouw Cas serley. Een bediende v'eird'ween, j,En de politie I" sprak een der gasten. Maar een ander, blijkbaar mevrouw Cas- sorley's broeder, kwam hiertegen op. schen 2 personen, waarbij de een voor den ander gedurende zekeren tijd onder zekere voorwaarden werk zal verrichten. Terloops wijst spr. erop dat hot wctsontweip nog geen wet ie, al is het door de 2e Kamer aan genomen. De heeren der Eerste Kamer zijn zeer boos en meenen, volgens bet Voorloo- pig Verslag, dat den arbeiders te veel rech ten worden toegekend. Spr. licht dan toe hoe een arbeidsovereenkomst tot stand komt. Zij kan gesloten worden tusschen alle moge lijke menschen, ook de vrouwen inbegre pen. Art. 1637 F doet recht aan de vrouw, die zelf een arbeidsovereenkomst kan aan gaan en daarvoor zelf het geld kan genieten, mits zij dat geld besteedt in haar huisgezin. Indien de echtgenoot zich verzet kan de vrouw de hulp inroepen van den kantonrech ter. De vrouw als werkgeefster is gebleven zooals het B. W. aangaf. Als no. I in het arbeidscontract noemt spr. dat er sprake is van een reglement. Het arbeidscontract maakt een eind aan de eenzijdige patroonsreglementen. Het fabrieks- reglement behoort ook te zijn overwogen door de arbeiders alvorens zij het ondertee- kenen, in wijziging of vernieuwing van het reglement moeten de arbeiders worden ge kend. Het arbeidscontract geeft aanvallend en dwingend recht. Art. 1638 L. handelt over hel loonover de uitbetaling van het loon. Spr. wijst op de aedwongen winkel nering, die door artt. 1637 S en T geducht wordt tegengegaan. De patroon die de ge dwongen winkelnering voortzet zal in zekere omstandigheden genoopt kunnen worden bet geleverde goed aan den arbeider te schen ken en hom het geld ervoor bovendien uit te betalen. Verschillende bepalingen haalt spr. aan bijv. omtrent uitkeering bij ziekte, verlof bij het deelnemen aan verkiezingen, bij sterfge vallen en. bevalling. Spr. merkt op "dat ach ter deze bepalingen, de vermakelijke bijvoe ging staat: „natuurlijk alles moet zijn bui ten de schuld van den arbeider." (Gelach.) Spr. vestigt dan de aandacht, op het staangeld, art. 1638 S, i.n verband met ontijdig© verbreking van het contract, waar mee zoowel arbeider als patroon eventueel geleden schade kunnen vergoeden. Vroe ger was di.t staangeld onbeteugeld evenals de boeten, geen nieuwigheid, maar dooi* de regie men teering is willekeur afgesneden. Do boeten zullen gebruikt worden vooreen algemeen nuttig doel, misschien wel voor een iveerslandskas of ziektekas voor de ar beiders. Een amendement van spreker in de Kamer ingediend om in 't geheel geen boete 'te heffen, werd verworpen. Art. 1638 V spreekt van inwonende ar beiders, ook dienstboden, wie men bij ziek te verplicht is 6 weken verpleging te be zorgen, enz. Spr. somt daarna de redenen op van dienstopzegging voor patroon zoowel als arbeider. Art. 1639 W. zegt 'dat ieder der partijen ten allen tijde hel recht heelt zich te wenden tot den kantonrechter, met hot verzoek de arbeidsovereenkomst ontbonden te verklaren om dringende en gewichtige redenen. Spr. raadt aan, vóór een dorge- lijken stap te doen, te overwegen of de reden tot opzegging werkelijk dringend en gewichtig is. Het collectieve arbeidscontract, een over eenkomst tusschen werkgever en een ar beider svereoni ging of tusschen vereenigin- gen van beide partijen, is in 't belang van de arb. organisatie, waaraan meerdere sta biliteit wordt verleend; ook in 't belang der werkgevers, omdat beide partijen rustig kunnen arbeidenin '<t belang der samenleving. Bij geschillen kan een kostelooze procedure worden gevoerd voor den kantonrechter, die binnen 14 dagen partijen oproept, 'n Soort leekenrechtepimak is hierbij ingevoegd, omdat de Kamers van Arbeid van advies kunnen dienen. De be voegdheden dier Kamers zouden echter noo dig moeten worden uitgebreid. Art. 1637 Z. zegt, dat de bepalingen in het arbeidscontract niet van toepassing zijn op personen in dienst van Staat, Provincie „Laat de politie er maai* buiten," riep hij, „we moeten verder schandaal vermij den." Nog meer bewijzen van de schuld der dienstbode werden aangebracht door de keukenmeid, die in groote opgewondenheid kwam vertellen, dat zo'lwee tasschun hij het tuinhek had gevonden, een niet klec- ren van de jongens en een met die van de dienstbode zelf. „Hot is zonneklaar," sprak Sanders. De dienstbode brak in tranen en klach ten uit. „Ga uit mijn huisl" piep mevrouw Cas- serley met bevende stem. De vrouw was blij, dat 'ze er zoo goed afkwam. Ze verliet de kamer, de anderen volgden haar en Sanders werd alleen ge laten met 'de meesteres van liet huis en haar broei*. Hij had veel gevoel voor schoonheiden toen mevrouw Casserley in tranen uitbarst- tc;, voelde hij oen brok in zijn keel, waar over hij bijna beschaamd was. „Trek 'het n niet aan, mevrouw," zei hij. „Eind goed, al goed." Ren van de kinderen scheen wakker te worden; en mevrouw Casserley beduidde Sanders om de kamer uit te gaan. Haar broeder achterlatende, volgde ze hem on sloot de deur. „Hoe kan ik je danken?" vroeg ze zachtjes. „Door er niet moer ovar te sproken," antwoordde ._.<i.nders>. „Ik hen zeil vadör, ik heb een jongetje van den leeftijd van uw jongste." of Gemeente, tenzij do Staal ©en wet en do gemeente een verordening maakt, wa;- in neergelegd wordt dat die bepalingen uit hot Arb. contract wel op bedoelde werk lieden van toepassing zullen zijn. Amster dam, Den Haag en onkel© andere gemeen ten hebben, werklieden-reglemonten en scheidsgerecht, maar bijv. Rotterdam en ook Schied'am nog niet. Spr. noemt een arbeidscontract ook voor d'o gemeentewerklieden dringend noodzake lijk. Zijn ervaring is, d'at in gemeentedienst de beste werklieden zijn, liet zijn geen men schen die niet willen werken. Hij protesteert tegen de klacht van het z.g. luieren dier werklieden. Het loon der gemeente-werklieden is al hier in d'en laatsten tijd verbeterd, maar er moet in den Gemeenteraad worden uit gemaakt dat men zal hebben een werk- lied'enreglement en een scheidsgerecht. Het belang van een dergelijke regeling tracht spr. nader in het licht te stellen. Hij wijst daarop op de goede regeling die de Raad van Maastricht heeft aangenomen. Alvorens beslist wordt 'dient de werkliedonvereen. kennis genomen te hebben van het con cept-reglement, om hun advies er over te kunnen uitbrengen; tezamen moet gewerkt worden, tezamen opgebouwd in het be lang van beid'e partijen. De vereeniging „Alg. Belang" roept spr. toe: Ga voort op den ingeslagen weg, om voor de belangen d'cr gemeente-arbeiders op ti* komen om naast d'c plichten noodzakelijkdoor de ar beiders te volbrengen ook de rechten voor hen te verkrijgen: geen plichten zonder rechten, geen rechten zonder plichten. Stuurt adressen en moties aan den Raad in, totdat bij eindelajk recht zal doen. (Ap plaus). Voor het debat gaven zich op de hee ren N. var, Hinte, Rotterdam, P. deBruin en B. Verhoeve. De heer Van Hinte zegt, niet in cri- tiek to zullen gaan over het vele dat de heer De Klerk zei over het arbeidscontract en het weinige dat bij zed over de gemeente werklieden, maai* wijst erop, dat de ge- meente-werkliedèn krachtig op hun bezem moeten spelen. Hij wijst op de motie in een vergadering der Bondsofdeoling aan genomen en bij dén Raad ingezonden, waar op nog geen antwoord' is ingekomen. Voor een groot dé-el waren de werklieden van deze vereen, daarvan de schuld, die tot nog toe dc zaken niet goed aanpakt, die werkt als oen zoete-jongensvereeniging Deb. wordt tot de orde geroepen. Hij zegt daarop tc willen aansporen tot orga nisatie en betreurt het, dat de Raad van Schied'am de zaak der gem. werklied-en niet beter behartigd. Op die wijze wordt ge dreven naar een zaak als in 1903, toen er op een oogonblik een uitbarsting kwam. De zedelijke verplichting rust op den Raad dat de grieven der werklieden zich niet opstapelen. Wanneer er dan stopzetting van het bedrijf komt, dan rust de schuld op den Raad, die aan de rechten en verplich tingen der arbeiders niet tegemoetkwam. De heer De Bruin vraagt of de heer De Klerk als oud-arbeider het arbeidscon tract als -een geschenk voor de arbeiders beschouwt. Deb. wijst op oen paar 'pun ten, waarhij van het dwingend recht inde wet kan worden afgeweken, de patroon is dan de bevoorrechte partij. liet verwon derde deb. in hooge mate dat de heer De Klerk, die voor de wet stemde, oen mop tapte op die *ret. De heer Ver hoeve, die den spreker met voel genoegen zegt te hebben aange hoord, vraagt of van het arbeidscontract hetzelfde kan getuigd worden als van de kieswet-Van Houten, dat zij een, naar den mensch gesproken, volmaakte wét zou zijn. Zou do Eerste Kamer door verwerping van het arbeidscontract een vijandige daad plegen De heer De Klerk beantwoordt "(tedeb. Hij komt op tegen de krasse woorden van van den eersten deb. on meent dat men „Maar hoe wist je er van hoe kwam je bier?" „De voorzienigheid heefit me gezonden." „Maar ik begrijp niet." „Ja, ziet u, mevrouw, iemand- liet wat los bij toeval. Ik hoorde de heole ge schiedenis, en dus Wij intuinen zijn niet als vrouwen. Ik zon niet willen, dal mijn jongen van zijn moeder werd weg gehaald, ziet u." „Hoor je tot de politie?" Sanders kuchte en krabde zich het hoofd. „Ik Iheb er wel heel wat mee to doem gehad." „Ik mag je dan wel iets geren, een.be* wijs vaai mijn dankbaarheid." Met een schuldig gevoel stak Sandex*sde handen in den zak. „Ik kan er niot aan denken," zei lnj. Mevrouw Casserley lachte hem vriende lijk toe. „Ga met me mee," zei ze. Hij volgde haar naar een kleine kamer en keek zenuwachtig toe, terwijl ze een lessenaar opensloot cn er een beurs uitnam. „Dit is geen betaling," zei 2® glimlachend, ,„het is maar een kleinigheid voor je jon getje. O, daar is de dokterI Ik moet naar hem toe. Goeden dag; en God zegenaje jongen, en make hem tot een goed mensch, evenals zijn vadarl" „Een oogonblik, mevrouw. Er is>nog iets," Sanders' stem kl-onk heesch, on er ston den parelen op zijn voorhoofd. „Wat dan?" Hij nam don ketting uit zijn zak en hield dien voor zich uit met de oogen afgewend, met dreigementen niet verder komt. Ito ver- betering in den toestand der werklieden ligt aan de samemslolling der gemeentera den. Adressen en moties moeten den Raad bereiken en dan zal hij „eindelijk recht doen". In het arbeidscontract wonlt naar spr.'s meening meer voordeel dan nadoj] voor den arbeider aangetroffen, vele slechte toestanden werden beteugeld'. Een bewijs te meer is de tegenstand van vele werk gevers. Verwerping van bet arbeidscontract door de Eerste Kamer1 zou epr. betreuren' maar niet als een vijandige daad beschou- wen. De heer De Bruin wenscht nog even te zeggen dat hij het gevaarlijk vindt om met den heer De Klerk te dehatteeren, om dat hij niet altijd serieus is in. zijn uitla tingen. Van Ilinte's bedoeling met hetaan- halen van 1903 was _geen dreigement, maar een opmerking in verband met de jaren lange grieven. De vergadering wordt daarna gesloten. Rechtzaken, De pleger van den bekenden moord in de Gerard-Doustraat, te Amsterdam, K, heeft, volgens het „Hrl. 'Dghl.", in 'zijn vonnis berust. Zooals men weet, werd hij, wegens moord op gijn vrouw, veroordeeld tot 5 jaar gevangenisstraf, met aftrek dervoor- loopige hechtenis. Het 0. M. had 12 jaar geüischt, doch is ook' niet in appèl gc-« komen van liet gewezen yonnis. Kerk en School, Ned. Herv. Kerk. Beroepen te Didam ds. J. de Zeeuw, te Geervliet. i Aangenomen het beroep te Veen- wouden door ds. M. Beversluis, te Baren- drecht; te Glanerburg door den heer J. C. Helders, eand. en hulpprediker al daar; to Wier (Fr.) door den heer G. W. Noordenhout, cand. te Alsmeer. Gemengd Nieuws. De kruitschipramp te Leiden In verband met liet feit, dat het heden, den 12en Januari, honderd jaar geleden is, dat een gansche wijk van. Leiden door do ontploffing van een schip met buskruit werd verwoest, wordt er aan herinnerd, dat toen ruim honderd-eii-vijftig menschen een jam merlijken dood vonden, en groote kunstschat ten, kostbare oudheden, zeldzame boeken en prachtige, oude handschriften, tot onher stelbare schade van kunst en wetenschap, werden verwoest. Hoewel het een plaatselijke ramp was, is toch in die gedrukte tijden een som van bijna 19 tonnen gouds voor de betrekkingen der slachtoffers bijeengebracht. („L. D.") Zonderlinge wijze van controle. Uit Hilversum schrijft men aan. het „Ilbld." Gisteravond werd door de afdeeling Hil versum van Toonkunst in de concertzaal „de Harmonie" uitgevoerd het Requiem van Vc.nli. Het publiek was in groeten getale opgekomen, zoodat do zaal geheel bezet was. Jammer, dat voor de uitvoering het optre den der politie de stemming eenigszins be dierf. Een paar rechercheurs hadden zich al voor de deur der zaal opgesteld cn controleerden stuk voor stuk de entreekaauen, of door elk wel voldaan was aan de belasting op de publieke vermakelijkheden. Voor velen, vooral voor de dames die daardoor langen tijd in de koude gang staan moesten, was dit zéér onaangenaam. Kan dit de bedoe ling van den Raad bij het vaststellen dezer belasting wèl zijn geweest? Electrische vuurtoren. Woensdagavond werd het nieuwe licht op den vuurtoren „Brandaris" (Terschel ling) in gebruik genomen, dat naar men zegt het 2e der wereld in lichtsterkte moet „Dit," zei hij. „Heb je diien ook gered. Als meneer CasseTtey dien begeert, mag hij hem wel hebben, dal is ©en kleinigheid in vergelij king met het andere." De man werd hoe langer hoe zenuw achtiger. ,„Ik zou dat maar niet doen," zei hij- „U moet weten Hij zocht naar zijn woorden en voelde een zachte aanraking op zijn arm. Opzien de, merkte hij, dat mevrouw Casserley heel bleek was geworden. „Ik geloof, dat ik het begrijp," z.ei ze langzaam, „Je bad dit voor je zelf wil len houden?" Hij was op het punt dit te ontkennen; maar toen hij haar in het oog keek, liet hij het hoofd hangen. „Je hebt hier ingebroken. Je kwam met om mijn kinderen te redden." „Ik hen oen inbreker," zei hij uitdagend. Er beerschte een oogonblik zwijgentoen stak mevrouw Casserley haar "hand uit Ze dwong hem haar aan te zien, alsof ze iets wilde bereikion. „Inbrekers moesten geen Idndetëem mgec'i geweten hebben," zei ze zachtjes. „Als je ooit behoef to hebt aan hulp, denk dan aan mij. Goeden dag!" En pas oen paar uur later, toen hij aan de bifhknoten der dienstbode dacht, was Sanders in staat zich to overtuigen, dal lnj niot sentimenteel was of ©en oneei' van zijn stand.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Schiedamsche Courant | 1907 | | pagina 6