den hun haak mot evenveel zekerheid uit als <mn oud wal visohvaai'dcr zijn harpoen. „De haak had twee uur noodig om den bodem dei zet- te bereiken, maar we kon den het merken als hij er aankwam. Ik zat dikwijls bij het touw en voelde aan zijn bewegingen dal de haak langs den bodem der zee sleepte, twee mijlen onder ons. Maar het ging heel langzaam, M'e had den stormen en windstille en nevel. toch werkten we dag aan dag voort. Men I7den Augustus kregen we den ka bel boven en kónden hem vij[ minuten lang zien, een lang. slijmerig monster zoo pus uit het bed van den oceaan opgeko men; onze mannen begonnen echter zoo luide te juichen, flat liet verschrikt scheen, en in zee terugviel Dit ongeluk hield ons twee weken langer aan 't werk, maar ein delijk op den laats ten Augustus kregen we deu kabel. ,,W« hadden den haak dertigmaal uitge worpen. Het was op een Vrijdag een beetje voor middernacht, dat we Item beet kregen en oen beetje na middernacht op Zondag morgen hadden we hem aan boord. „Wat een angst we in die zes en der tig uur uitstonden, kan ik niet beschrij ven. De spanning stond op ieders gelaat to lezen. Toen we hem eindelijk hadden was het bij middernacht Me lichten aan boord deden zien hoe men in de grootste spanning stond al te wachten, dat hij bo ven het water zou kotnen. Eindelijk kwam hij aan de oppervlakte. Allen, die moch ten naderen, drongen naar voren. Geen woord werd er gesprokenmen hoorde slechts de stemmen van de bevelvoerende officieren. „Allen hadden eengevoel alsof leven en dood van den uitslag afhing. Pas toen de kabel aan boprd was, durfde men weer ademhalen. Toen kon men nog nauwelijks zijn oogen gelooven. en sommigen gingen naar voren om tc voelen of hij er wer kelijk was. Daarna brachten we hem tiaar de kamer van den clectricien om te zien of onze lang verloren schat levend of dood was. Eenige minuten van afwachting, en we zagen dat de stroom werkte. „Toen brak de lang ingehouden aandoe ning los. Enkelen keerden het hoofd om en schreiden, Anderen braken in gejuich uit én de kreet, die van man tot man ging, wer<l tot zelfs in de machinekamers gehoord. „Met dankbare harten keerden we ons daarop weer naar het Westen." CICERO's GRAF. In en bij Rome worden overal opgra vingen gedaan en als de eigenaar vaneen "huis het geluk heeft op zijn grond iets merkwaardigs te vinden, is hij zeer ge neigd dit nog merkwaardiger te maken, door er een beroemden naam aan to ver binden. Zulk een opgraving, die waar schijnlijk nog heel wat pennen in bewe ging zal brengen, werd onlangs gedaan door .den burgemeester van Formia, Adolfo Nucei. Zjjn villa ligt aan de Appische straat, ongeveer een mijl van. de zee af. Men groef daar groote rechthoekige fondeerin- geti op uit kalksteen en vond bovendien nog eenige stukken' van een deur en van balken met het 2 M. lange deksel en eenige stukken van den zijkant van eer sarkofaag. Het gebouw had zijn voorzijde naar de Via Appia en den ingang aan de achiczijde het bevatte van binnen drie groote ruim ten, een vestibule, die naar de meening van professor I del' Os so voorofferruimte diende, een grafcel en een ruimte onder het dak. Deze Tuïne wordt nu door bur gemeester Nucci als het graf van Cicero aangewezen. Een trotsche naam' Waar over men nog niets weet Daarom moe ten de uitkomsten van verdere uitgravin gen afgewacht worden, voor men kan be slissen of de ontdekte muuroverblijfselen werkelijk van het graf van den staatsman waren. Professor del!' Üsso zegt erover: ,,Rlu- tarchus vertelt, dat Cicero, die op dover- banningslijst van het tweede triumfiraat stond van Tuskulum naar zijn landhuis vluchtte, dat volgens een door Seneca mee gedeeld getuige van Titus Livius meer dan een mijl van de zee verwijderd lag. Maar daar hij zich ook hier niet veilig voelde, bewoog bij zijn dienaars tegen huil wil hem in zijn draagstoel naar het strand te dragen, om op het schip terug te kee- ren, waarmee hij hier gekomen was. Daar toe nam hij niet den rechten weg, maar een omweg door het struikgewas. Onder wijl drongen de hem vervolgende soldaten het huis binnen, doorzochten het en gingen Cicero na. Deze werd gevonden en ont hoofd: bovendien werden hem de handen afgeslagen. Onder Augustus, die dezen moord had goedgekeurd, waagde niemand het, Cicero's naam uit te spreken, maar onder Tiberius werd hij algemeen vereerd en veel Romeinen deden een pelgrims tocht naar zijn graf. Het is daarom niet onwaarschijnlijk, dat zijn vereerders in dien tijd een graf oprichtten en wel niet op de plaats van den moord zelf, maar volgens Romeansch gebruik aart den weg in de buurt van zijn huis. Tot nu toe nam men aan, dat dit land huis aan de zee had gestaan, maar de ruïne, waarop die onderstelling rust, dagteekent nit een. tateren tijd, hot, einde der eerste en tweede eeuw, terwijl Cicero het huis 58 j. v. Clir. bouwde. Livius vertelt boven dien, zooals reeds gezegd is, dat het meer (hui een mijl van de zee aflag. Me vifla Nucci, waar de nieuwste vondst gedaan werd, lijf nu ongeveer een mijl van t» zee in de streek waar, zooals Plutarclnis zegt, Cicero's huis stoiul, en de Inwer king van hel deksel van de sarcofaag duidt op den tijd van Tiberius. Het is dus waar schijnlijk, dat Cicero's graf gevonden is Maar deze onderstelling kan door nieuwe vondsten weer gelogenstraft worden. TllUAlAS ALYA EDISON. !n Februari heeft Edison zijn zestigsten verjaardag gevierd. Hij is nog midden in zijn werk. om de olectrische kracht op al lerlei wijzen toe te passen. Hij heelt reeds lang zooveel wonderbaarlijks aan de we reld gegeven, dat zijn naam voor altijd aan de geschiedenis der electriciteit ver bonden is. Wel behoort Edison niet tot de baanbrekende geesten, tot do uitverko ren onderzoekers, die de geheimenissen dor natuur ontsluieren en de wetten vast stellen volgens welke raadselachtige krach ten zich moeten ontvouwen en werken; hij heeft echter op geniale wijze de onder zoekingen van anderen m praktijk weten te brengen. Men hoeft er slechts op to wijzen, hoe hij de kooldraden voor idee- tribche gloeilampen vervaardigde, slechts aan tc duiden, dat de fonograaf en de kinematograaf, die beide wonderwerken der fechnick, uit zijn werkplaatsen zijn voort gekomen, om hem de hem toekomende plaats onder de electrici van den nieu wen tijd tc verzekeren. Hij is een uitvin der van den eersten rang. Door zware rampen, die zijn ouders trof fen, moest hij vroeg' den zwaren strijd om het bestaan aanvaarden. Op zijn twaalfde jaar begon hij zijn loopbaan als kranten jongen en kwam zonder school- of vak opleiding 'door zijn eigen kracht vooruit. Hij werd telegrafist en zijn eerste uitvin dingen betroffen de verbetering der tele grafie. Reeds omstreeks I860 kon hij een eigen werkplaats vestigen, die spoedig tot een groote fabriek werd uitgebreid. Kort daarna liet hij in Menlo Park een labora torium bouwen, dat anderhalf millioen mark kostte, en daar deed hij zijn groote uitvindingen, die hem den naam van „too- venaar van Menlo Park" verschaften. Maar ook in die ruimten werd het den veelzij- digen man te eng en hij bouwde een nog groeier taboratorium te Grange in New- iersey. Zijn loopbaan is nog niet, afgesloten, en het voornaamste werk, waaraan bij nu arbeidt, is het vervaardigen van een nieu wen, lichteren. en toch krachtiger accumu lator. Moge het den zestigjarige vergund zijn, ook hier nog moe klaar te komen. CLÉMENCEAU ALS TUINIER. Onder de bekende irienschen, die van tuinieren houden, is de Fransclie eerste minister. In een schets over hem in de „Wordl's Work" staat: „Niets zou den heer Clémeneoau kunnen afhouden van het werken in zijn tuin, een stukje grond waarop de glazen deuren van zjjn stu deerkamer uitkomen. In dit plekje heeft do hee: Clémenceau paden aangelegd, een grasperk en eenige hoornen geplant, wel ker takken zich vermengen met de kas tanjes op het plein du Trocadéro. Op een groene houten bank zit de heer Clémenceau gaarne in zijn miniatuurbosch naar den horizon te kijken. Een hond ligt in de ipabijheiü m zijn hok; kuikensloo- pen in, hun hok en pikken het voor hei. gestrooide voedsel, terwijl in een duiven til een vijftig duiven onophoudelijk kirren." HET KLEUREN VAN BLOEMEN. De heer Henry Kraerner heeft onlangs proeven genomen met het kunstmatig kleu ren van bloemen door het brengen van scheikundige bestanddeeien in den grond, waarin zij groeien. Zulke stoffen worden in kleine hoeveel heden verbruikt, zonder merkbare schade aan te brengen, maar de uitwerking op de kleuren is gering. Gele rozen werden bijvoorbeeld iets donkerder van kleur on der den invloed van aluminium sulfaat en potas sulfaat. Door het gebruik van die zelfde stoffen werden de meeldraden der witte anjer eenigszins roodachtig, terwijl roode anjelieren een neiging vertoonden om wit te worden, wanneer ze gevoed werden met ammonium-sulfaat. „Nu ben je vunilaag alweer te laat op school, Nelly!" „Ja, ik kan he' niet helpen. Mama had zooveel in de keuken, te doen, dat ik een uur moest wachten, voor ze een knoopje aan mijn handschoen kon naaien." Vader: „Waarom sverk je neet. mijn zoon? Als je wist, hoeveel geluk de arbeid ver schaft, dan zou je er dadelijk mee be- ginnbn." Zoon: „Hel is mijn besluit, een leven van zelfverloochening te leiden, waarin hel woord „geluk" van geen' beteekenis is. Breng mij niet in verzoeking, vader." „Wat is dat voor wijn?" „Rüdesheimer." „Heeft hij' .dien naam reeds bij zjjn ge boorte of bij den doop gekregen?" „llob je eten hoed op het hoofd en een in de hand?" „Ja, bij den laatsten. storm bete ik zoo verkouden geweest, doordat mijnt hoed afgewaaid is, daarna nfe'etea ik altijd, een roservehoed mee!" NEI1ERLANDSCIIE WIJSHEID. Niets toont beter, hoe de misdaad, zich zelf als i ii driores ter beschouwt, die men in haar eigent"gedaante terug zou wijzen, dan 't feil, dal. zij stced.s in tien 'mantel van 'I recht, gebuid zoekt binnen tc slui pen nkfls Lu-spot do deugd, zoozeer, als 't blanketsel waardoor de zbnfcle haar zoekt te gelijken, en. niets eijkont. toch zoozeer tiaar hempts'che schoonheid. Wallis. i i i 1 i i 1 i ii111 En allo vqces moet gij wegj doen, allo leed-vrees. Want leed zal zijn begin en eind van uwen dooltocht. En zoo gij de blijheid niet vinden kunt in leed, zult gij ze niet vinden. En Uit zal u de nu:evr depe maken van uwe naasten, dat gij het leed niet vrpest, F. v. Eeden. Werk en wees moedig, doch word niet "bittey wreek nooit uw ongeluk aan un derpin Thér.èse Hoven. Geestdrift is geloovig Streven, Lieven, werken, rijk in vreugd, 't Is de drang naar 't ware leven, En de bron van eeuwige jeugd. F. W. A. llugenhoitx. Voor. het zelfzuchtige hart bloeie geen roos zonder doornen, voor hom, die lief heeft en gelooft,, grpeit er geen doorn zon der roos. A. Piers on. Niemand schat hoog genoeg, wat hij kan zijn. Niemand laag genoeg wat hij is. Multatuli. VOOR DAMES. MODE. Wat in het begin van den wintel; door een der voornaamste naaisters genoemd werd de „oorlog tusschen dc hoogo en lage taillelijn", is nog niet 'tol een einde gebrpchl De patroonteekenaars, die hun voorbeelden uit Parijs haten, gaan voort met het ontwerpen van mooie, lange nauwsluitende kloeten, tenvtijl zij, die zich naar Ween en richten, loshangenda man tels en japonnen maken met korje taille. De eersten maken nieuwe, lange mantels die in den r,ug nauw sluiten en van vo ren alleen van boven met drie knoopen gesloten zijn, cer.wrjl het verdere gedeelte open blijft. De tweeden gaan Ivoor,t me' het korte bolero jaquet. Het jgevolg hier van is een verscheidenheid,, zooals ïïien er in vele jaren niet gezien heeft In twee punten stemmen ze echter, overeende mouwen moeten kor.t zijn en (het corset moet passen by het costuum De vorm daar.van is in den loop Ivan de laatste drie maanden zeer veran.derd. Hot is nog lang en nauwsluitend over, de "heupen, maar van boven lang, zoodat de nieuwe Empire-bustehouders, die meer kosten dan het cor,set zelf erover gedragen worden!. Het corset zelf is langer dan de balein,en, die er in zijn, zoodat het. minder stijf is dan in het begin, van den winter. EEN KONINGIN IN BALLINGSCHAP. De den 9den Januari te Gmnnden pis bijna 90-jarige gestorven konjngin Marie, de weduwe van koning George V van Hannover,, heeft het geluk, dat oen ge kroond hoofd ten deel kan, vallen in over vloed genoten, maar, moest ook den kelk van het lijden tot op, den. bodem ledigen, toen ze als koningin zonder, land, die verre van haar geliefd vaderland hot bittere brood der verbanning in tranen, al. In geen enkel tijdperk van haar leven heeft ze echter, haar hoogheid en waar digheid verloren. Zij was een der edelste en zeldzaamste vrouwen, die ooit op een troon hebben gezeten. Zo gaf haar kinderen een een voudige opvoeding en was de goede genius van haar blinden man, den ongelukkigen George V". Steeds was zij bereid aan werken van weldadigheid mee te arbeiden. Zoo heeft bijv. het diakoaessenhuis te Hannover aan haai zijn ontstaan te danken Koningin M rie werd den 1-1 deu April 1818 gehord. .Is de dochter van hertog Jozef van Altenburgen hertogin Amalie, geb. prinses van Wurlemburg. De portretten uit haar jeugd leggengetuigenis af van haar schoonheid en bevalligheid en wie met haar in aanraking kwam, roemde de buitengewone ontwikkeling van haar geest en hart. Er was geen geringe moed en zielskracht toe noodig om het aanzoek van den Ilan- noversehen kroonprins, die op zijn veer tiende jaar blind was geworden, aan te nemen. Het was geen eerzucht, die haar daartoe bracht, maar innige liefde, die zo voelde voor ('en knappen, staligen kroon prins, die ook veol voelde voor kunst en letteren. Dit huwelijk was, zooals alle tijdgenoo- tcn getuigen, heel gelukkig. Alen leze slechts wat -do beroemde tooneelspeler Karl Son- tag, die jaren lang met hol koninklijk paar in aanraking kwam, over li en zegt: hij roemt de goedheid der koningin, die er steeds op uit was het leven van haar man zoo gelukk'g mogelijk te maken. Dat koning George in 1866 niet aan Pruisen toe wou geven, is niet aan haar te wij ten. Do koning liot zich in de politiek door niemand raden; wat hij eens voor recht hiold, hield hij vol en hij luisterde niet naar dc stem van raadgevers, diehot goed met. hom meenden. Daarom wasfliet ongeluk van hem en zjjn huis niet af te wenden. De koning was een eigenaardig' inan. Zoo had hij de zwakheid zijn blindheid steeds tc verbergen en'hij parades cuz.'te dnen, alsof hij werkelijk zag. Als men op zijn gebrek zinspeelde, kon de aniters be daarde vorst toornig uitvallen en dc takt- looze viel voor goed in ongenade. Hij liet zich geschriften, teekeningeii en boeken geven en sprak daar teiju meening over uit, ook zei hij gaarne een vleierij legen dames over haar uiterlijk. Koningin Marie had veel sympathie voor wat haai* man op het gebied van kunst en letterkunde deed; ze wist zoowel te Hannover als te Gmünden bij feestelijke gelegenheden en kleine gezelschappen con aardige 'gastvrouw te zijn. Ook bezat ze een groot, talent als tooueolspeelster, er. in den goeden ouden tijd gaf zij daar meer malen bewijzen van. Een groot verdriet was hel voor haar, loon ze in 1878 haar man moest verhe zen. Haar lievclingskleinzoon, prins Chris- tiaan, de tweede zoon van den hertog van Cumberland, en haar jongste dochter stier ven beidon aan blinde darmontsteking. Hot was een groote slag voor haar,' die doch ter te moeten missen, die haar altijd een trouwe steun was geweest. Het leven van deze koningin in balling schap doet ons de woorden beamenIn de natuur gaat. hel sterven gemakkelijk maar het arme mcnschenhart sterft stuks gewijze. Mrs. DORA MONTEFIORE. Aan een stuk van mejuffrouw Johanna W. A. Naber in* „De Groene" is het vol gende ontleend over Airs. Dora Montefiore, die 26 Februari a.s. in het Gebouw der Eensgezindheid in een openbare vergade ring, te beleggen door dc Afdeeting Am sterdam van de Vereeniging voor Vrou wenkiesrecht, hoopt op te treden. Airs. Mon tefiore, ofschoon een Engetsche van ge boorte, heeft zich voornamelijk ontwikkeld in Nieuw Zuid-Waies, waarheen zij nog zeer jong haar echtgenoot volgde, en waar zij, nauwelijks zeventien jaar oud, als weduwe met twee kinderen achterbleef. Na een gelukkige kindsheid en een niet minder gelukkig huwelijk stond zij tame lijk onvoorbereid voor de harde werkelijk heid van het leven: terwijl zij ën in lieL beheer van liaar groot fortuin 6n in de opvoeding harcr kinderen stuitte op do hin derpalen, welke de wetgeving der gehuwde vrouw in den weg legt. De economische en staatkundige posi tie te helpen verbetoren werd haar le vensdoel en het was in haar salons on der haar leiding, dat te. Sydney de eerste Australische Vereeniging voor Vrouwen kiesrecht werd opgericht. Later wijdde zij zich meer aan letterkundigen arbeid. Met woord en geschrift stond ze do belangen van het Transvaalsche volk voor. Tot tweemaal toe teekondo zij een lijde lijk verzet aan tegen het betalen der door haar verschuldigde belasting en berustte zij erin dat van overheidswege haarhuis- raad in openbare veiling werd gebracht. In 1906 ging zij nog een stap verder. Alet haar dienstbode barricadeerde zij zich in haar huis te Hammerswieh en slaagde er in, de politie zes weken lang buiten te sluiten. Al dien tijd bleef voor haar huis deur een vlag geplant met hel opschrift: Den vrouwen komt stemrecht toe aangaan de de wetten waaraan zij hebben te ge hoorzamen en aangaande de belastingen, rveifcc haar worden opgelegd. Zij was een der vrouwen, die in het verloopen najaar het Lagerhuis binnendrongen om staatkun dige gelijkstelling van man en vrouw te cischen. In den tijd, dien ze in do gevangenis doorbracht, leerde ze de verkeerdheden daarvgn kennen, en nu is haar streven er op gericht, verbetering in die toestan den te brengen. Een 'Oostenrijkschc vereeniging voor vrouwenkiesrecht, die onlangs werd opge richt, heeft de wettelijke goedkeuring niet mogen v-erss-crVen. Par. SO van de Oosten rijkschc wet op vereenigingen van 15 No vember 1807 verbiedt „vrouwen en min derjarigen" leden eoner politieke vereeni ging le zijn, en de vereeniging voor vrou wenstemrecht werd als een politieke ver eeniging beschouwd. Voor de gymnasiale opleiding der meis jes wordt tegenw'oordig in Saksen van verschillende zjjden geijverd. Van Paschen 1907 af opent Dresden zijn gymnasia voor meisjes. Dan worden ook de stedelijke meisjesscholen in aansluiting gemaaktaan dc gymnasia en er wordt over gedacht door den staat een meisjesgymnasium te doen oprichten. RECEPTEN. Russische pudding. 80 Gr.^roode gelatine, K.G. suiker, 8 eierdooiers en de geraspte schil van een citroen. Los de gelatine op,, doe er de eierdooiers en de suiker bij, klop het eiwit en voeg dit met de gelatine bij het andere. Doe de massa in een vorm, on dien hem, nadat hij 'koud geworden is, op met va- nille-saus. Vanillesaus. Een liter room met. vanille wordt met 2 eieren, eierdooiers, "200 Gr. suikeren Gbphukt lbr E —-•-•.■-Li 34 Gr. meel op een zacht vuurtje tot het kookpunt verwarmd en daarbij geroerd. TOOit IflNDËEEX. DE GESCHIEDENIS VAN EEN SCHOL SCHEN HERDERSJONG EN. Midden in het SclioLelie hoogland woon de voor vele jaren een herder met zijn vrouw en hun ecnigen zoon. een jongen van ongeveer tien jaar. Het huisje, dat ze bewoonden, lag in een nauw, steil dal tusschen rotsen ver van den grootenver keersweg. Eens was de moeder van den jongen heel ziek. Het was een stille avond in December. Er woei geen wind, en de sneeuw begon neer te dwarrelen, zaéht en kalm, zoover liet oog reikte... Do herder .nam zijn staf met het doel om naar de stad te gaan, om geneesmidde len voor zijn vrouw te haten. „Vader," zei ite knaap, „ik ken het scliaponpad .cloor het dal even goed als u, laat mjj naar den dokter gaan en, blijf u bij nioe- der. Als Shag voor mij uitte ben ik geheel en al veilig." Dc herder vond dil goed, en spoedig ging de knaap er op uit om zijn bood schap te doen. Hij was een moedigejon gen. Shag, de hond, vergezelde zijn jon gen meester en liep kwispelstaartend laugs den weg. De knaap volgde en bereikte ein delijk het stadje. Hij vond den dokter thuis, en nadat Rij de medicijnen voor zijn moeder gekregen luid, ging hij naar huis terug, liet sneeuwde nog altijd, maai de jongen liep moedig voort. Shag liep vooruit, alsof hij zich aan iedere krom ming van den weg wilde overtuigen, dat alles in orde was. Plotseling bleef hij staan en begon te ruiken en te snuffelen. „Vooruit Shagl" riep zijn jonge meester. Alaar de hond week niet van do plaats. Voor de eerste maal scheen Shag ongehoor zaam, en eindelijk ging de jongen alleen verder, zonder op liet waarschuwend jan ken van den trouwen hond Je letten I Pas had hij echter een paar schreden gedaan, of hij viel in een diepen afgrond, dien hij niet had gezien door de sneeuw, die er over heen lag. Thuis hadden intusschen de herder en zijn vrouw menig uurtje wakend doorge bracht met wachter, op de terugkomst van den knaap. Dc vadei had een kaars voor liet venster gezet in de hoop, dat zijn zoon die zou zien. Hij ging telkens naar de deur, maar hij hoorde niols, en er be woog zich niets op de uitgestrekte sneeuw vlakte. „ADsschien was de dokter niet thuis en heeft bij op hein gewacht," zei de anno moeder. Ze was zoo ongerust over haar jongen, dat ze bijna geheel haar eigen pij nen vergat. Ilot was bij middernacht, töen men plotseling het welbekende geblaf van den trouwen Shag aan de deur hoorde. „Daar is hij," nopen beide ouders 'als uit één mond. De fleur werd opengedaan en Shag kwam binnen maar zonder zijn moester! „Mijn arme jongen is in de sneeuw om gekomen!" rie-p de moeder uit. .ALaar op 'hetzelfde oogenblik bemerkte de vadercen klein pakje, dat den hond om den hals droeg. Hij nam het af en zei: „Neen.ouzo jongesr is niet dood, hier zjjn de medicij nen in zijn zakdoek ge-bonden. Ik zal hem gaan zoeken. Vertrouw op God en wacht tot ik terugkom." De vader had gauw zijn jas aangetrok ken. Dadelijk was Shag aan zijn zijde en toonde groote blijdschap, toen de vader 'het huisje verliet. Nu lag de-arme moeder alleen, en ver laten in het huisje- in do bergen. 'Daar 'wind en sneeuw nog altijd om het huis speelden, was zij beangst, dat. ook haar man in een spleet zou kunnen omkomen. Ze voelde, dat het leven van haar man en van haar zoon van de scherpzinnig heid van deu hond afhing. Shag geleidde den vader door het nauwe dal; toen ze op ecnigen afstand van het 'huis waren, sloeg hij plotseling een pad in, dat naar den bodem van den afgrond voordo, waarin do arme jongen gevallen was. De weg erheen 'was sten en gevaarlijk. Gelukkig had het Opgehouden met sneeuwen, de wolken wa ren verdwenen en de maan stond helder aan den hemel. De herder was niet ver meer van den bodem. Hij riep hij spande zijn oogen zooveel mogelijk in maar hij hoorde en zag niet het minste. Shag sloeg intusschen een weg in, een "bijna loodrechten rotswand, en de herder besloot hem in ieder geval te volgen. Nadat do bodem bereikt was, begon Shag to snuffe len aan iets dat in de sneeuw lag. Dc vader meende, dat iiij het lijk van zijn zoon gevonden had. maar gelukkig was do jbngen niet dood, liij was slechts verstijfd. Nadat de vader hem op de armen genomen had, sloeg hij zijn jas om hem heen en droeg hem daarin. Alet groote moeite klom hij naar boven. Hij ging zoo gauw hij kon naar het huisje toe en eindelijk kwam hij daar aan met zijn zwaron last. Dc arme jongen werd in liet bed der moeder ge legd en ita veel moeite gelukte het hem eindelijk hem uit zijn bewusteloosheid op tc wekken. Hij zat wel vol schrammen en bulten, maar- trui geen ernstig letsel be komen. Toen hij gevallen was, had Shag den weg lot hem weten te vinden. De jongen had al zijn kracht gebruikt cun het pakje van den dokter om den hals van liet dier te binden en hem daarmee naar huis to zenden. Shag werd tut aan zijn einde met de grootste zorg Verpleegd in het huisje in het dal. tUKKBHTÏ V. R SGKIE0AM5CBE COURANT. BBoammmmmmmmbbwiiMmw mé ■inrwte PUtfflJMW

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Schiedamsche Courant | 1907 | | pagina 10