t.
I
:in
o
No. 12354
Derde Blad.
,t),
Praatjes over we, mil en net wal.
AT Jaargang.
Zondag T April 1907
m:
Con-;
:eld,
FRANSCHE BRIEVEN.
L- en
aar.
rote
ei)
tut
ALLERLEI.
ÏH-
SE»
i
stlis
oere
ver-
*K
m,
'lëa,
iland,
Bui-
t. -I
pCt,
erean
4.
ittëa
0,
iPOt.
4
«r«n
rzijn.
SCHIEDAMSCHE COURANT.
Deze ccmrant verachijat d a g e 1 ij k s, met uitzondering van Zon- en Feestdagen
Prijs per kwartaal: Voor Schicda m en V1 aardingen fl. 1.25.Franco
per post fl. 1.65.
Prijs per week: Voor Scliiedarn en Vlaardingen 10 cent
Afzonderlijke nummers 2 cent.
Abonnementen worden dagelijks aangenomen.
Advertentiën voor het eerstvolgend nummer moeten des middag» vóór es*
uur aan het bureau bezorgd zijn.
Bureau: Lange Haven No. 111 '(hoek Korte Haven.)
Prijs der Advertentiën: Van 1G regels fl. 0.92; iedere regel inesr
15 cents. Reclames 30 cents per regel. Groote letters naar de plaats die zij
innemen.
Advertentiën bij abonnement op voordeelige voorwaarden. Tarieven
hiervan zijn gratis aan het Bureau te hekomen.
In de nummers, die Dinsdag-, Donderdag- en'Zaterdagavond
verschijnen, worden zoogenaamde kleine advertentiën opgenomen tot den prijs
van 40 cents per advertentie, bij vooruitbetaling aan bet Bureau te voldoen.
Interc. Telefoon
voor do Redactie No. 123.
voor de Administratie No. 103,
alk
juiir,
bnr
if
(Van onzen Parijschen medewerker.)
Parijs, 30 Maart 1907.
Terwijl ik deze regelen schrijf, voorspelt
hot weer, in het Seinedal tenminste, een
prachtige Paschen. Vanmorgen streek, nadat
do zon door den nevel was gebroken, voor
het eerst van 't jaar, een lenteadem door do
lucht. Aan de „Gare du Nord" was het
reeds vol reizigers, zij die op reis gingen
om de feestdagen buiten door te brengen en
rij die reeds in de Hoofdstad aankwamen om
daar hun Paschen te vieren. In stilte nu,
benijdde ik eerstbedoelde categorie. Ts name
lijk Parijs op Zon- en feestdagen, voor hen
die er wonen,, meestal het tegendeel van ccn
lustoord, bij heerlijk lenteweer wordt het ccn
Tantalusplang er den dag door te brengen.
De wandelplaatsen zoowel als de Boulevards,
dc hoofdwegen die er heenleiden en do mid
delen van vervoer zijn dan alle even. vol en
in beslag genomen. Men voelt, men ruikt,
men betast, zou men bijna mogen zeggen,
den verjongenden adem van het „Müdchen
airs der Fremde", doeli men is niet in staat
zich er te goed aan te doen. Men is en blijft
Ic Parijs, waar op den dag des Hoeren
(thans juister den dag van den repos hebdo-
mndaire te noemen) ten minste 2 inillioen,
in Zondags gewaad gestoken inenschen op
bepaalde punten samenvloeien, elkaar ver
dringen, elkaar onaangenaam bejegenen, al
thans met min of meer vijandige of afgun
stige blikken begroeten. Neon, wie van den
luister' van Parijs op een lentedag wil genie
ten, kieze daartoe nooit een Zon- of feestdag.
Met Paschen vooral ontvliede hij indien hij
kun, zoover mogelijk de stad, waar vreemde
lingen, provincialen benevens Zöndagsheoren
en dames dan naar hartelust kunnen rond-
tieren.
In Parijs, waar in den laafsten tijd zoo
wel tradition verloren gnnn, is liet vieren
van genoemde christelijke feestdagen vrijwel
in stand gebleven. En dat niet alleen in
zoover het reizen en trekken, liet uit- of naar
buitengaan, het op zijn „Paaschhcst" zich
uitdossen aangaat, maar ook wat andere ge
bruiken en gewoonten betrof. Zoo is er
geen mama (zelfs al heeft zij een ultra-
radicalen atheïstischen echtgenoot) die aan
haar twee- tot zesjarige spruiten niet in de
week vóór Pasehen de legende dei- klokken
vertelt. Geen scheiding van kerk en staat is.
naar men mag vertrouwen, bij machte aan
te kinderlijk gemoed zijn illusie en poëzie
Ic benemen. De mama's waken daarvoor en
hebben daarin groot gelijk. ,,Dc kerkklok-
hen, dus verhalen zij, zijn gedurende bet
eerste gedeelte der stille week niet geluid.
Pat komt, omdat ze naar Rome vertrokken
2|jn, waar de Paus ze moet inzegenen. Wan
neer het Goede Vrijdag geworden is en men
'eer haar metalen klank hoort, zijn ze uil
«ome terug. Ze hebben eieren meegebracht,
eieren donkerrood evenals de gewaden der
kardinalen. Die eieren leggen ze neer in den
km, op de binnenplaats of op de venster
bank.» En om te beletten dat de kinderen
«aar voor liet aanbreken van Paasch-Zondag
'®(is gaan kijken, vertelt de mama or bij
dat de klokken op haar terugreis zeer dicht
langs den grond zweven en dus gemakkelijk
hinderen zouden kunnen doodmaken. Aldus
»wdt oc eeil dichterlijk v tonvendsel gevon
den voor de paaschgeschenken der kinderen
en voor de ontzaglijke uitstallingen van sui-
';r- en chocolade-eieren waarvan dc indus-
no en handel te Parijs nog altijd even ho-
nngrijk'is als vroeger. Wellicht heeft redfs
'nn t jaar liet artikel „paaschei" nog meer
gevonden dan andere
oeuf
koopen, dan wanneer ze bijna tegelijkertijd
ten verkoop aangeboden worden. Dat is dui
delijk. En voor dat duidelijk economisch
verschijnsel heeft de Parijsche volkstaal de
pittoreske maar eenigszins geheimzinnige,
speciale vakuitdrukking bedacht, die een
oningewijde waarschijnlijk niet zoo spoedig
zou kunnen ontcijferen.
Er is in die Paaschgcbruiken meer ge
heimzinnigs. Zoo heb ik gehoord dat in
Bretagno door kinderen, die dc boerderijen
rond gaan om er eieren te vragen, het vol
gend liedje gezongen wr-dt:
Alleluia pour les mujons
Les avocats sont des fripons
Les procureurs sont des voleurs
Alleluia
deze waardeering van eerzame be-
Een en ander over de verpleging van ont
vee en vat daarmede samenhangt.
jaren, want
a mangó le poisrem."
hfca denke niet dat ik me vergis en dat
w behoort gelezen te worden dat de riscli
f eb en niet hot ci de visch heeft opge
ien. Het laatste is, hoe vreemd het klinke,
D i, u zeer 'iel geval geweest.
j slechts oen metafoor, want heide,
en e'> worden hier verondersteld van
°I ehocoiaad vervaardigd te zijn. De
Anii !SC! toch, heeft hier alleen de beteekenis
'n April-visch. En met het werkwoord
ganger wordt hier aangeduid het „opeten»
zin van doodmaken of vernietigen.
VOCi
i
f* nano°haalde uitdrukking wordt alleen te
wijnen gegeven dat liet artikel „Paaschei"
ee 'SGn invloed heeft gehad op hef debiet
Vr-N' a,'tikol „Aprilvisch", om de een-
dicle i .r.°c'cn' Paschen oh 1 April zeer
ul l elkaar vallen. Indien er een week
zal '|!1®er tijdruimte tusschen beide bestaat
tet publiek meer van de twee artikelen
Wat
roepen met het Paaschfeest heeft uit te
staan, is mc nooit duidelijk geworden. On
getwijfeld zijn de metselaars, zonder nog aan
de „vrije" te denken, ten allen tijde hono
rabele burgers geweest, maar dat advocaten
en procureurs reeds in de middeleeuwen zoo
slecht hekend stonden dat er speciaal met
Paschen voor hen gewaarschuwd diende te
worden wil er bij mij niet in.
Niet alleen de kinderen hebben in Frank
rijk en te Parijs deel in de Paaschweclde.
De dames eveneens worden dan goed be
dacht. Gelijk men met Nieuwjaar aan de
vromv des huizes bij wie men eenige mak"*
gedineerd Heeft een zak bonbons brengt, kan
men lmar ter gelegenheid van het Paaschfeest
een bouquet aanbieden of wel een kunstei,
waarin, ais surprise, een geschenk is beslo
ten. Men wil dat die étui's in den vorm van
eieren het eerst onder Bodewijk XIII in
zwang zijn gekomen en verkocht werden door
iemand, die een. winkeltje had op den Pont
Nettf. Later kwain er groote weelde Hij in
het spel. Zoo beschilderden Watieuu en andere
beroemde schilders Paascheiercn, die zeer
duur werden betaald en voor een cadcnu
ii la mode doorgingen, lieden ten dage zul
len. naar de meer dan weelderige ótalages
in de groote magazijnen te oordeelen, de
aanzienlijke dames van allerlei werelden, voor
zeker nog wel eadeaux ontvangen, die in
prijs niet onderdoen voor die der 17e eeuw.
In omvang zijn ze waarschijnlijk sinds dien
tijd zeer toegenomen, want thans ziet men
Paascheiercn van carton, waarin men ge
makkelijk oen kind van een paar jaar zou
kunnen pakken. Ik heb vernomen dat ge
vierde schooneii van het „Tont Paris" soms
zulk een groot aantal van die eitjes ontvan
gen, dat ze er geen raad mee weten en er
zei ven wel een winkeltje van zouden kunnen
opzetten.
Wat den burgerstand betreft, die laat zich
ook niet geheel en ni onbetuigd nan de
paascheieren. Reeds een maand voor Pasehen
ziet men bij alle „marchnnds de vin" de
roudc of paarse eieren op de toonbank uitge
stald. Die worden dan, hard gekookt, dooi
de werklui onder oen glas wijn genuttigd.
Aan de Halles Centrales, waar jaarlijks on
geveer 500 inillioen kippen en ganzcn-cicren
worden aangevoerd, geschiedt in Februari
of Maart tevens het verven. Bij tienduizend
tegelijk worden de eieren in kuipen gelegd
en begoten met een oplossing van aluin cn
campechehout. Naar men ziet neemt alles te
Parijs ongehoord groote afmetingen aan, het
geen weer van bijzonderen invloed is op het
maatschappelijk leven. Want natuurlijk leidt
het groot aantal of cle opeenhooping tot spe
cialisatie, Zoo bestaat er het afzonderlijk be
roep van onderzooker der eieren, m i r e u r
genaamd (in verband met iiriroir spiegel
miner is gelijk doen afspiegelen). Deze spe
cialist heeft een bijzondere handigheid om,
in ongelooflijk korten tijd, te beslissen of een
ci good is voor de consumptie door het
tegen liet licht te houden en er door te
kijken.
Wanneer men niet weet welke carrière te
kiezen kan men, gelijk men bemerkt, te
Parijs nog wel eens iets vinden. En tege
lijkertijd is het duidelijk dat al het gehas
pel over kerk en staat lang niet voordeelig
is voor de burgerij. Wat zouden de „mi-
reurs" moeten beginnen indien uit de schei
ding het afschaffen der Christelijke feest
dagen voortvloeide en daaruit weer- het -ver
minderen van de eieren-consumptie. Combes
zou dan nog meer op zijn geweten hebben
dan thans reeds het geval is. Doch geluk
kig is het nog niet zoover gekomen. Parijs
heeft van 't jaar, evenals altijd, weer ont
zaglijke hoeveelheden eieren verbruikt, die
van chocolade, suiker, cnrton. porselein er
in begrepen. En Paschen zal, indien het
weer zijn schoone beloften vervuld heeft,
opnieuw het verjongingsfecst geweest, zijn na
een verschrikkelijk boozen winter!
JUVENIS.
(Vervolg).
Het heldere, zonnige weer der laatste da
gen heeft reeds menigeen naw buiten ge
lokt. De heerlijke, ons koesterende zomer
warmte, de zuivere, fijne, ingeademde lucht,
zij brengen ons in een opgewekte voorjaars-
stemming, die weldadiger werkt, naarmate
we ons langer hef genot van een wandeling
in Gods schoone natuur Heb beu moeten ont
zeggen. Heerlijker ontspaning kennen we
nietze sterkt bet lichaam en verfrischt en
verheft onzen geest.
Wel werken de heldere, doch nog vrij
koude nachten nog remmend op het ontwa
kend leven; maar crocus, speenkruid en mu
delief verheffen zich al tusschen en boven de
jonge grassprietjes, ja de sneeuwklokjes schij
nen. hun besten tijd reeds gehad te hebben,
liet zuiver wit hebben ze reeds ingeboet, de
klokjes vergelen en verschrompelen al.
De knoppen der boomen zwellen en enkele
heesters ontplooien reeds de jonge, tcere
blaadjes, of, indien ze nog niet zoo ver zijn,
wijzen toch de - witte punten der knoppen
erop, dat hun rusttijd voorbij is, dat ze in
werking zijn. Het is of peer eu aalbes wed
ijveren, wie de knoppen het eerst ontwik
keld zal hebben, naijverig nis ze zijn op de
hun steeds vóórzijnde stekelige kruisbes.
Dat alles op te merken, daar oog voor te
hebben, die Paaschprediking van herleving
en opstanding te verstaan, schenkt verhef
fend genot, is een niet genoeg te wanrdeeren
voorrecht.
De wintertijd moge voor een oogenblik
den natuurliefhebber met een zekere jaloezie
doen denken aan dc bewoners der tropische
gewesten, waar de natuur in haar rusttijd
eeri niet zoo geheel doodseh uiterlijk ver
toont, dadelijk verdwijnt die jalocrschheid,
als hij aan zijn voorjaar denkt. Dat elk na
jaar bijna geheel wegsterven der natuur moge
iets droevigs hebben, de heerlijke voorjaars
dagen zijn er te vcrblijdender en opwekken-
der door.
Het is eigenaardig, hoe groot verschil er
is in de plantenwereld der verschillende
streken der aarde; zelfs elk land hoeft, ge
lijk men het uitdrukt, zijn eigen flora. Toch
is dit verschijnsel voor ons niet vreemd. Wij"
weten, dat zoowel de klei, als dc zand- en
veengronden hun eigenaardig er op thuis-
behoorendo planten bezitten, en boe dezelfde
planten, doch op verschillende gronden voor
komend, sterk in vorm en omvang uitéén-
loopen. Waar zulke verschillen reeds optre
den binnen de enge grenzen van ons kleine
land, daar is het zeer verklaarbaar, dat
verafgelegen streken het plantenkleed een
geheel ander beeld vertoont dan bij ons. In
ons land is het alleen verschil van grond
soort dat invloed uitoefent, elders doet be
halve verschil van grondsoort, ook een ander
klimaat zijn invloed gelden. De verpleging
door den rncnsch, roept ook veranderingen
te voorschijn, zooals zeer sterk le zien is
aan de in de laatste jaren hier uit Japan
ingevoerde dwergplanten. Wie zich ver
beeldt, dat dergelijke minatuurplantcn ren
beeld geven van de Japansclie flora, iieefl
het glad mis. Neen die dwergplanten Ico
nen aan, hoever de mcnscli hef er in ge
bracht heeft, zelfs ccn piant in het nauwe
keurslijf van het „mooi vinden" van een Ja
panner samen te persen.
Niet alleen een plant is ocldcr afhanke
lijk van grondsoort, klimaat en verpleging
het dier is het evenzeer. Breng het dier over
op een anderen bodem en spoedig zullen ver
anderingen, vooral ia het produktievermo-
gen van bel. dier, optreden.
Een zelfde verschijnsel is waar te ne
men. zoo het dier onder invloed van een an
der klimaat komt. Niet altijd treden zulke
veranderingen dadelijk op. Is liet bij de
verplaatste dieren soms slechts in geringe
mate op te merken, bij hun nakomelingen
treden de afwijkingen in toenemende mate
sterker naar voren. En dat ook de verzor
ging door den mensch op het dier van in
vloed is, daarvan leveren de paarden soms
sterke voorbeelden. Wie mecnen mocht,
Groningsche blaarkoppen zeer goed op
schrale zandgronden te kunnen aanhouden,
zonder dat hun voortreffelijke eigenschappen
achteruitgaan, zou zich zeer vergissen.
Deze invloeden doen zich vooral ook dan
sterk gevoelen, nis men vee tor verbete
ring van eigen inlandscli vee gaat invoeren.
Reeds bij herhaling hebben we gelegenheid
gehad erop te wijzen, dat alleen zulk fok-
materiee! is nnn te bevelen, hetwelk afkom
stig is uit streken', die, zoo wat grondsge
steldheid nis wat klimaat betreft, overeen
komen met ons eigen land. Dat bovendien
de verpleging (voedingsverzorging c-nz.)
dient plaats te hebben op de wijze, waarop
de dieren het gewoon waren, ligt voor de
hand.
Men kan alzoo als vaststaand aannemen,
dat elk dier zich kenmerkt door in- en uit
wendig? kenmerken, die te beschouwen zijn
als gevolgen van bodem, klimaat en verple
ging, en dat steeds, als dc oorzaken zich
wijzigen, ook de gevolgen, na korter of lan
ger tijdsverloop, in het dier zelf of zijn na
komelingen. 7:ch zullen wijzigen.
Evenals bij de plant, de kenmerken dor
moederplant in de jonge planten zijn weer te
vinden, zoo vindt men ook bij het dier de
kenmerkende eigenschappen der ouders
terug.
Ik sprak zoo even van de moeder
plant en niet van liet mocderdier. doch
wel van de ouders. Toch had ik ook bij de
plant van oude- kunnen spreken. Daar
valt echter voor den oningewijde een samen
werking tusschen organen of individuen vuil
verschillend geslacht nimmer in hot oog en
daarom sprak ik van moederplant.
Bepalen we ons echter tot het dier, clan
is het ons allen bekend, dat met oen zekere
standvastigheid de kenmerken der ouder.-, in
de kinderen overgaan. Stemmen de ken
merken der ouders overeen, zoo zullen \ank
die kenmerken in nog sterker mate bij de
kinderen optreden, dan ze bij de ouders eik
afzonderlijk aanwezig waren.
Niet onjuist te dus dc uitdrukking, de
kinderen erven de eigenschappen en ken
merken der ouders en spreekt men in den
zelfden zin van de verervings
kracht der ouders.
Waar wij dus door kruisen, nieuwe eigen
schappen in ons vee willen brengen, daar
is er ons veel aangelegen de verervings-
kraclit der ouders cn inzonderheid die van
het vnderdier te kennen. Dat bij die
beoordecling der vercrvingskraclit het vnder
dier vooral genoemd wordt ligt voor de hand.
Zoowel het. vader- als het mocderdier
oefenen invloed uit, brengen hun eigenschap
pen over, daarin bestaat weinig of geen er-
schil. Doch liet mannelijk fokdicr wordt ge
regeld gebruikt tot dekking van een groot
aantal vrouwelijke fokdicren. Waar nu de
laatste alleen haar eigenschappen overbren
gen op één of twéé jonge dieren, daar brengt
het mannelijk fokdier zijn eigenschappen
soms op vijf+ig of meer dieren o\er. Daarom
vooral vc«tigt men steeds de aandacht op de
verervingskracht der vaderdicrcn.
Zoowel uiterlijke als innerlijke kenmerken
en eigenschappen vererven. Ook dit zal wei
nig toelichting behoeven. Geschiktheid tot
vleesch- en vetaanzetting, vroegrijpheid,
-vruchtbaarheid, melkrijkheid iiet zijn alle
kenmerken en eigenschappen die evengoed
vererven als bijvoorbeeldhaarkleur, grover
of fijner, korter of langer bewoliing enz.
Ziehier een reeks eigenschappen, waarvan
wij mei zekerheid weten, dat ze. overerven cn
waarvan dc eerste behooren tot de inwendige
de laatste tot de uiterlijke kenmerken en die
alle als goede eigenschappen zijn aan te
merken
Maar evenals goede eigenschappen overer
ven. zoo gaan ook de minder gewensehte
op de jonge dieren over. Van kwade zeugen
zal men liefst geen biggen aanhouden om
later nis fokmateriaal te gebruiken. Dam
pige paarden gebruikt men evenmin voor cle
fokkerij, als paarden die lijden aan duizelig
heid. stille kolder, cornage, grauwe en zwarte
staar enz. Men gaat zelfs zoover, dat men
ziekten, waarvan men lang niet met zeker
heid weet dat zij overerven, al is het ook
maar in aanleg, beschouwt als gebreken, die
een fokdier ongeschikt maken om langer als
zoodanig gebruikt te worden. Men vreest do
kracht der vererving zoozeer dat men als
regel kan stellengebruik alleen nis
fokdicren, volkomen gezonde
dieren, met de verlangde uitcr-
1 ij kc kenmerken en van een
zacht, g o e d a a r d i g li u m e li
'trok de aandacht, yan den vijand; daxle-
iijk regende het kogels en bommen naar
die zijde. Daar Zijne Majesteit, Zijn. gelei
de niet noodeloos wilde blootstelden, gaf
hij hun bevel zicli beschut te houden en
h'ield slechts generaal Pajol, kapitein Ilen-
dccourt en den graal Daviilicrs bij zich.
Weinig oogcnblikken later "doodde een
bom den kapitein Tlcndecourt. Later barst
oen bom naa'st hem. die zijn adjudant en
zijn ordonauce-ofiicier wondt. Jlij zoekt
den dood, die litem' niet wil.... Tegen elf
uur wil bij zich voegen bij generaal Douav
om ie weten of liet nog mogelijk i's door
to breken naar Mézièrek. De ierugtrekken-
den bonden hem tegen, zijn adjudanten
'kunnen hom slechts meekrijgen, als do
vijand dicht genoeg Jnj hem, i's, om hem
le doen voezen, dat bjj hun levend in
handen zal vallen'. Hij gaat naar Sedan
terug om te trachten er door de poort
van Mézicre's weer pit to iraan. Meer dan
30.000 'soldaten rullen dc straten reeds, de
projectielen regenen in de stad als op
Hot slagveld; een bom barst op de brug,
legen het paard van den keizer en doodt
twee paarden naakt hem. Men gelooft, dal
hij dood üsHij komt echter meteen
kalm gezicht uil. den look te voedsellijn
.Ben warme toejuiching begroet, die
'koelbloedigheid. Da menjgte wordt zelden
geroerd door het ongeluk, maar altijd door
moed.
G-cloovcndc, dal allo yerdcro weerstand
nutteloos is, heelt do ongelukkige vorst
tdcchls een gedachte: bet onnoodigc bloed
vergieten to doen ophouden. <0ji zijn bc-
Val wordt de wille vhvg in do citadel ge-
hcschenmaar bijna onmiddellijk daarna
wordt ze er weer afgehaald door generaal
Faure, die ziet, dal de strijd weer oploeft.
Do keizer wacht, maar zonder hoop.
jDc strijd in, het noorden, in hot -vesten
'duurt voort, en, mjeii weet met welk een
hevigheid. In, bot zuiden verzamelt Wimpf-
fen eenige duizenden mannen, gaal er
mbo naar Balanj neemt dit in, weet zich
slaande 1» honden en drijft met een mees
terlijke beweging den vijand naar Bazcilles.
Maar daarachter bevindt zich de golioclo
reserve van von der 'Conn, en zijn ge
duchte artillerie-. 'Onder een regen van
kanonkogels strijden de Fransclien tot aan
do .plek, waar liet vuur dep schansen de
'Beitersehen tegenhoudt.
Het was vijf uur. Het gevecht had lot
'zoo lang geduurd rondom' hel boscli yan
Gar'ennic. Maar nu vuurden, de kanonnen
hiel langer alleen ojit den omtiek van Se
dan. De koning van Pruisen liet alle |Wur-
lembergsclie batterijen op de stad zelf
'richten.
Van all'e kantien teruggedrongen, haastten
do Franscho troepen zich naar de borst
weringen, naai do straten! dei* stad, naai
de grachten, waar gebroken rijtuigen, lecgo
proviandwagens, ontredderde kanonnon la
gen, Door die menigte, waaruit men wan
hoopskreten hoorde opgaan, holden woes
te en bloedende jp aardenen cle bommen,
die suizend in de verwarde menigte yic-
lon, zetten er het werk ,van dood en ver
hiel in g voort. Het wast vrecselijk om aan
NAPOLEON UI TE SEDAN.
Het volgende is vertaald uit een pas ver
schenen boek van Dr. A. Möny:
„Notes d'Ambulance." t
t's Morgeus om 7 uur had de keizer zich
niettegenstaande de hevige pijnen, diohet
paardrijden hem veroorzaakte, naar 3azeil-
'les begeven. Toen hij den maarschalk ont
r.ioette, dien men gewond wegvoerde, bleef
'hij staan om hem eenig-ol woorden toe te
spreken, waarna hij zijn weg vervolgde. De
groep officieren, die ,do keizer omringde;
te zien. De kreten van angst mengden zich
met bet gedonder van vijf honderd ka
nonnen, die onophoucVlijk losbarstten. Do
Maas voerde de lijken moe.
De Fransche generaals bevonden zich
midden tusschen de manschappen. „Wo
kunnen ons toch zoo niet laten nemen",
riep generaal Ducrot.
„Ik weet niets anders te doen", ant
woordde generaal Douay, „dan dal wc als
tirailleurs gaan veenten. itfs ge' iets be
ters weet voor te stellen, ben ik berei^
u to volgen."
ln dien vreeselijken toestand, begaf men
'zich slechts met moeite' naar den keizer.
„Ik ken de, ramp*', sprak de vorst; „ik
geef alle eer aan hot leger; tiet heeft zich
ppgcofferdnu, is het nrijn beurt. Ik zal
oen wapenstilstand vragen n da keizer
lapt voor den tweeden "koer de witte vlag
hjfechen. Daar reeds twee Pruisische offi
cieren on overgai'c hadden aangedrongen,
zendt hij generaal Reillo' naar koning Wil
helm met eenige door hem zelf geschreven
woorden
„Mijnheer mijn Brawler,
„Daar ik niet to midden mijner troepen
heb kunnen sterven, blijft mij n'iets anders
over. dan miiri degen' aan Uwe Maiestcit
Jl te geven." De koning vroeg aan generaal
Reille, of de degen, dio door den keizer
werd gegeven, die ran Frankrijk was. Men
antwoordde hem, cVat".dit nieti hot jjeval
'PW
iLD
d y,