schoolknapheid en schep el- haten. VOOS DAMES. YÖOR KINDEREN. eu de daarmee samenhangende verwoestin gen zijn verschillend. Als de temperatuur- verhooging en daardoor hot smelten en los worden der sneeuw langzaam in zijn v.ork gaat, dan zal de vallende sneeuwmassa een vod geringere zijn, dan bij een plotselinge weersverandering, vooral als dit mot hevige sneeuwbuien vergezeld gaat. Dan verlaat do lawine haar gewone' bedding en breidt /.e zich over gebieden uit, die bij normale om standigheden rustig blijven, nu echter m bewoging worden gebracht en op nieuwe ba nen liet dal instorten. Tegen de kracht dezer in beweging gebrachte massa's kunnen de op gevaarlijke plaatsen aangeplante bossehen weinig uitrichten, do grootste stammen wor den als speelgoed weggesleurd en in woeste vaart meegesleept. Heeft do lawine eens zulk een kracht verkregen, dat. zo hoornen kan ontwortelen, dan bestaat er voor haar geen hinderpaal meer, bossehen, heuvels en rots stukken worden afgeschaafd cn vermengen zich met do sneeuw tot een vuile massa, die met oorverdoovend gekraak in het dal stort en paa tot rust komt als de helling op houdt, of de tegenoverliggende bergwand een beletsel vormt. Dit voorjaar is het gev bizonder groot, daar er in de bergen gewel dige menigten sneeuw liggen waar in den laatsten tijd nog meer bijkwam. Er zijn dan ook groote lawines neergevallen. Een der meest gevreesde lawinen is die van den Bristentock, die geregeld ieder jaar terugkeert. Ze begint op den top 'vanden Bristenstock, de bekende mooie pyramide. die men vanaf het Yierwaldstattermeer op den achtergrond van het Reuszdnl ziet en eindigt pas bij Amsteg in liet Reuszbed. In gewone omstandigheden volgt zij een zelfden weg; bij haar storting nu eenigci tijd geleden hebben de sneeuwmassa's echter die bedding verlaten, ze werden ver daar buiten geslingerd, waar ze dan de op de hel lingen en weiden liggende sneeuwvelden in beweging brachten. Hiertoe is dikwijls slechts een kleinigheid voldoende, een mensch of zelfs een'gems kan door zijn be weging de grootste lawine veroorzaken. Na dat de eenmaal op een anderen weg ge brachte deelen van de Bristenstocklawine een nieuwe lawine veroorzaakt hadden, nam ze haar weg eerst over de sterk hellende wei den en daarna door een honderdjarig bosch, dat ze geheel omwierp, en stortte over een deel van den Gotthard naar de bedding van den Reusz. De krachtige boomstammen wer den als lucifershoutjes geknakt en vormen nu een grootschen chaos, dien men met ver bazing beschouwt. De schade, die door zulk een lawine wordt veroorzaakt, loopt dikwijls in de tienduizen den, niet alleen door wat ze op 't oogenbük verwoest, maar meer nog doordat zé de 'rei den voor goed onbruikbaar maakt. Op eigen aardige wijze krijgt mcri hier een soort scha deloosstelling. Wanneer, zooals bij deze la wine, boomen van groote waarde worden ont worteld en meegesleept, dan behoort de op brengst daarvan aan hem, op wiens grond de stammen zijn blijven liggen. den zal blijven. Maar het rust ook uil en wel dikwijls, meer dan 100.000 maal in 24 uur. Tussehen iedere twee hartslagen ligt een pauze, die alleen met breuken van een seconde te bepalen is. In die pauze rust het hart uit en schept hot nieuwe kracht voor zijn volgend werk. Ghobrecckt hem goet. In de laatste jaren heeft men nog al eens de bewering kunnen hooren, dat allen die in het leven uitgemunt hebben, slechte leer lingen op school waren, terwijl uit do model- leerlingen nooit iets groots werd. Hon ging daardoor ineenon, dnt de school en het leven in omgekeerde verhouding tot elkaar stonden. Ofschoon het uit talrijke voorbeelden blijkt dat deze meening onzin is, is het toch goed, dat men in den laat sten tijd sehodclmctingen heeft toegepast bij schoolkinderen, --oldnten, ambtenaars, profes soren enz. De heer Röse te Dresden deed veel onderzoekingen, waaruit bleek dat de grootste en langste hoofden ook hot meest begaafd zijn en de schoolkinderen die hot beste werken, ook meestal de grootste en langste hoofden hebben. Daaruit blijkt, dat in den regel reeds op school te zien is. wie hot ver zal brengen. Het is dus dwaas, om te beweren, dat alle groote mannen op school niet deugden. DE MARABOE. Er bestaat wel geen vogel, die zoo op sommige menschen gelijkt als de maraboe. Men denkt oen kaalhoofdig oud heer in rok en wit vest voor zich te hebben, die gaarne goed en veel eet en 11a het eten zijn rust neemt. Wat zijn neiging tot veel eten aan gaat, gelijkt de maraboe ook innerlijk vee! op een ouden gulzigaard, maar op de hoe danigheid der spijzen let hij niet, want nij verslindt alles, wat zich maar voordoet. De maraboe hoort thuis in Oost-Afrika op 15 gr. Noorderbreedte. Zeer vee! komt bij voor in Kartoem, waar hij slagerijen opzoekt, om er den afval te verslinden. Hij nestelt in bossehen en maakt zijn nest van dorre tak ken op een boom. Hij eet alles wat liij be machtigen kan. Om visch te vangen ver eenigen zich een aantal dezer vogels, ze vor men een kring en drijven elkaar de visschen toe. Op het heetst van den dag vliegen do rnaraboes heel hoogdan moeten ze een schoonen aanblik opleveren. Daartoe moeten ze echter wel heel hoog gaan. EEN MEXICAANSCHE CRESUS. Don Pedro Alvarado, van Parral, in den Mexicaansuhcn staat Chihuahua, wiens levensgeschiedenis uiterst romantisch is, be gon met ie werken voor 15 ets per dag. Hij ging op die manier twintig jaar voort, maar vier jaar geleden werd zijn salaris tot 90 ets. per dag verhoogd. Nu bedraagt zijn inkomen dagelijks iets meer dan vijf en dertig duizend dollars of dertien millioen per jaar. En daar de Palmilia-mijn waaruit hij dit inkomen trekt, steeds meer oplevert, kan dit weldra verdubbeld zijn. Van het eerste oogenblik af, dat de mijn schatten bleek te bevatten, waardoor hij een Cresus werd, gaf hij groote sommen aan de armen van zijn land. In November 19 0 G gaf hij bijv. tien millioen dollars aan de arme Mexicanen om huizen voor zich te bouwen. Don Pedro is een man van een beschei den teruggetrokken natuur, maar toch houdt hij er soms van eenige vertooning to maken. 'Vier jaar geleden leefde hij in een hut ter waarde van misschien twee dollar»; nu be woont hij een paleis, dat hem vijf millioen dollar-s kostte. Er is een enkel tapijt in waarvoor hij twaalf duizend dollar» gaf. Zijn vader werkte in 'n ader op den Paimil- laheuvel, totdat hij eens andere aderen ont dekte, die in een zeker punt in de mijnen schenen samen te komen. Hij kreeg een ver moeden, dat als hij dit punt kon vinden, ?ijn fortuin gemaakt zou zijn en wijdde daar dus zijn geheele leven aan, hoewel hij geen vol doende gereedschappen had. Vier jaar geleden vond Pcdro dit punt. Hij sloot een leening van honderd tachtig duizend dollar, waarvoor hij zich machines en werkkrachten aanschafte en binnen dertig dagen had hij alles afbetaald. Twee jaar ge leden bood Alvarado aan de Mexicaansche schuld af te betalen. Hij vond, dat hij zijn rijkdom aan Mexico verschuldigd was en dien dus voor Mexico moest gebruiken. Maar president Diaz kon om verschillende redenen dit aanbod niet aannemen. Een brug geheel an mahoniehout ge bouwd, de eenige in haar soort, bestaat in den staat van Chiapas, Mexico. De brug ia over de Rio Michel gelegd en haar geheel lengte bedraagt meer dan honderd vijftig voet. Ze wordt gebruikt door voetgangers en rijtuigen, en. ofschoon ze eenigszins ruw en primitief is, is ze stevig. Geen van de plan ken voor den vloer werd gezaagd, want in die streek zijn geen zaagmolens, de boomen werden geveld en gespleten. In de dagen van Columbus kende men slechts zeven metalen. Nu zijn er een en vijftig in gebruik. Valselie tanden van ivoor op plaatjes van dezelfde stof met gouden draden aan elkaar verbonden waren reeds 1000 jaar vóór Chris tus in gebruik. bcleijl, zoo ist hem inner een last. Pats. Wie de kunst ver-tant liet goede in de menschelijke natuur <>p le wekken mi le laten spreken, kan groote dingen doen ook in kleinen kring. Busken 11 not. Beoefen volop wetenschappen en wel zoo vee! mogelijk de beste, die mv natuur ver heffen en uwen zin verbeteren; maar stel kennis nooit bovenaan: aan de spits van ons bestaan behoort godsdienst. Mulder. Smart en geluk hangen meer af van we zijn dan van wat ons overkomt. Multatuii- wat AYie het land eener reine, verbeelding heeft gezien, kan nooit volkomen ongelukkig zijn. A. Pierson, Er zijn mensehen geweest voor wie de droom van één nacht schooner was dan het licht van duizend dagen, die in zich zelve een rijk hadden heerlijker in het gouden licht hunner eigen ziel dan het heinekohe Jeruzalem in Gods glorie. F. van lieden. MODE. Voor de bruidstoilotten wordt iu Parijs rerb'azend veel werk gemaakt van het onder goed. liet wordt uit batist of een andere stol vervaardigd met fijn borduursel uit de hanci gewerkt, echte Vnlenciennoskant en wit atlas- lint versierd. Ilet corset, on de rok ?»jïi meestal in overeenstemming met elkaar ge maakt en wel uit glad atlas of satiii-orchiJó. dat ecu patroon van blinkend wit op ccn glansloozen grond laat zien. De tweede, lange onderrok -is van wit brokaat en met mooie kant, chiffonplissées, ruches, volants en ntlns- lint rijk versierd. Ieder stuk op zich zelf draagt den stempel van den fijnsten smaak. Do fijne zijden kousen zijn mot kant go- ïncrusteerdde schoenen ziin van wit rul leder zonder eenige versiering. In plaat van den vroeger altijd gebruikten tulen sluier, draagt men tegenwoordig dikwijls een kan ten sluier, in de meeste gevallen een kost baar familiestuk. Deze laat het gezicht vrij en wordt met een bosje oranje- of myrtfiii- bloesem, waarbij men dikwijls wat made liefjes of roosjes voegt, bevestigd. Hot kap sel is hoog, of het haar wordt in het mid den gescheiden, in beide gevallen komen, waar het mogelijk is, kleine lokje3 te voor schijn. Men draagt maar weinig sieraden. Laferrière liet een bruidstoilet zien, dat de Parijsehe dameswereld in verrukking bracht. Het was van zijden mousseline en had een sleep van kant met oranjebloesems bezet. Ieder afzonderlijk patroon der kant kwam meer uit door een klein schijnbaar in het weefsel gehaakt knopje. De kanten sluier was bizonder smaakvol geschikt. ons. Wio kan betwijfelen dat dit van maat schappelijke 011 opvoedkundige invloeden af hangt en van den aard van het vrouwelijk tdcnnl dat we beschouwen als verschillend van liet mannelijk ideiuil en een aanvulling daarvan? DE DIJITSCIIE KROONPRINSES. Een Engelsehe dame, die de kroonprinses van Duitschland dikwijls ontmoet, beschrijlt haar als heel Russisch in haar uiterlijk, met donkere schitterende oogen, mooie tanden en een onbeschrijfelijke bevalligheid in haar persoon cn manieren. De kroonprinses houdt veel van muziek en neemt twee of drie piano lessen per week van oen Russische pianiste, mevrouw Sncher, met wie ze altijd in haar eigen taal spreekt-. Als do Duitschers con aanmerking op haar zouden willen maken is het dat ze wat te veel houdt van alles wat Russisch is en dnt ze meer aardt naar haar Russische moeder dan naar hanr Duitsohen vader. Zc is altijd hoogst elegant gekleed, en wijdt, in tegenstelling inct de keizerin, vcol aandacht aan haar kleeding. Zij is er tiotscli op de mode in Berlijn aan te geven. Men ziet haar veel met haar man en zo schijnen altijd vroolijk en vol grappen. Zelfs dc keizer, die wil, dat jonge menschen vol maakt zijn, is met zijn schoondochter inge nomen. Maar het door dc Berlijnscho bevol king geliefde „Cecilchen" leeft niet alleen voor hanr plezier; ze is een goede moeder. De kinderkamer van deti toekomstigen erfge naam van de Duitsche kroon is een model voor jonge moeders, in zooverre ze naar de aanwijzingen der prinses volgens de beste hygiënische beginselen is ingericht en alles is geschikt voor hot gebruik en mooi om te zien. De meubelen zijn van ingelegd wit hout, dat gemakkelijk schoon gemaakt kan worden. De kinderwagen is zelfs naar haar aanwijzingen gemaakt, zoodat zij er prettig zelf mee kan rijden. De prinses geeft, veel muziekpartij ties; en zij en haar man houden veel van paarden. Van haar Russische familie kreeg de prinses bij haar huwelijk zulk een groote bruidsgift, dat men meent dat ze 48 millioen per jaar heeft. Zij en de kroonprins genieten met elkaar van het leven, en, de prinses vergeet anderen niet, zooals de armen in den om trek van Potsdam kunnen getuigen. stcenon pan, kookt azijn met peper, laurier- hinden, kruidnagelen en giet dit or warm over. dol» 1 den pot toe, komt het vlemeli den volgenden d.tg mn en bro.nli het don derden dag op de volgende mimici [n Wn pan doet men rijkelijk vet en boter, legt het vleeseb erin en giet den azijn enz. we». Xu doet men er een ui, laurierbladen, kruid, nagelen en peper bij, hint hel vlecseh hts. den, giet- er water op en laat het langzaam verdampen. Als het vlecseh zacht is, maakt men de saus met room mm. HET ONVERMOEIDE HART. Men. noemt het hart een onvermoeiden arbeider, want het moet kloppen van af het eerste 1 begin van ons leven tot aan ons laatste oogenblik. En daarbij volbrengt het een arbeid, die verbazend groot is. De dok toren hebben uitgerekend, dat een normaal hart van een volwassen mensch, zooveel werk verricht als noodig is om 1750 centenaars een Meter hoog op te heffen. Om dit te volbrengen zou een krachtig man met de meeste inspanning langer dan twee uur moe ten werken. En daarbij mag het hart nooit stil staan, nooit rusten;, als het leven behou- Een kolengraver kwam eens, terwijl hij over het land liep dat aan Lord Derby toe behoorde, den eigenaar tegen. De gr vroeg of de man wel wist. dat hij op zijn land liep. „Uw land? Ik heb zelf geen land,"' was het antwoord, „en ik inoet wel op dat van iemand anders loopen. Hoe kwam u er aan.' „O," riep zijn Lordschap, „ik kreeg het van mijn voorouders!" ,.En hoe kwamen die er aan?" vroeg de kolengraver. „Ze kregen het van hun vooroudere," was het antwoord. „En waar kregen die het vandaan?" „Ze streden er voor." „Wel," zei de kolengraver, op den graaf toegaande, „laten we er dan samen ook eens om vechten." ..Welk uur mer had de motor, waardoor je werd overreden?" „Dat weet ik niet. Ik hoorde hem, rook hem en voelde hem, maar'ik kon hem niet zien." „Heb je soms een muntje, waar je niet3 mee weet te doen?" „Ja, hier is er een." „Dank u, maar dit i9 een valsch." „U vroeg er mij een, waar ik niets mee wist te doen." Moeder: „Je moet de hand voor den mond houden, ais je hoest, Greetje." Greetje: „Maar bij mij komen er geen tanden uit, mama." „Is de tandarts thuis?" vroeg iemand, die van huis gegaan was met het voornemen, dat nare ding er uit te laten halen. „Ja, meneer," werd hem geantwoord. „Hij kan u dadelijk helpen, als u dat ver langt." „O, neen, ik wou hem niet spreken. Ik ben blij, dat hij thuis is. Ik was bang, dat hij met dat slechte weer uitgegaan was en kou zou Vatten. Goeden dag NEDERLANDSHE WIJSHEID. Schoon ijemant, bij geluck vol rijekdoms Wöri ghet»t, VROUWEN EN DE POLITIEK. Mejuffrouw Caroline E. Stephen geeft in de „Nineteenth Century" haar meening te kennen over bovenstaand onderwerp. Ze schrijft We gelooven, dat het feit, dat de natuur sommige lasten op onze schouders heeft ge legd, ons ontslaat van andere die de man met ons zou kunnen deelen. Dat we tot nu toe geen politieke plichten hebben gehad is, gelooven wij, het natuur lijk gevolg hiervan. Het kan niet aan een.ge brek aan waardeering van ons vermogen om er deel aan te nemen, worden toegeschreven. Eerder komt het doordat men andere plich ten voor ons noodzakelijk vindt. Men ge loofde tot nog toe, dat de tijd en de krach ten der vrouw hot best werden gebruikt, wanneer zij zich wijdde aan die plichten, die zij alleen vervullen kan. En wie kan hot IjP- iang schatten voor hel geheele volk van het recht zich ongehinderd aan dien plicht te geven? Over de geschiktheid der vrouw voor het stemrecht zegt ze: Het is een vraag van groot belang en die onze aandacht wel waard is. Want •nr is geen twijfel, dat bijna alle vrouwen, of ze ge trouwd zijn of niet, en welke bezigheid ze verrichten, tijd zouden kunnen vinden om te stemmen, als dat alles was. De vraag is 01', ze zonder haar eigen werk te verwaarloozcn. tijd hebbpn of gelegenheid om clie kennis te verkrijgen van de candidaten of de zaken, waardoor haar stem waarde zou verkrijgen of de politiek niet buiten de sfeer oer ■vrouw ligt, en of het niet beter zou zijn, dat de vrouw in haar eigen sfeer bleef. Ze houdt aldus een pleit voor het be houd der vrouwelijkheid Wat is hot, dat do vrouw vrouwelijk maakt of doet blijven? Waarom verwachten we van een vrouw tecderheid, zachtheid cn een begrip van de behoeften en het lijden van anderen, verbonden met een vlugheid en zekerheid om instinctmatig te oordectén en een juist zedelijk onderscheidingsver mogen, wat nooit in een man van dezelfde maatschappelijke positie in die mate wordt aangetroffen? Omdat dit haar is aangeboren, zullen de meesten antwoorden. Ongetwijfeld is dit verschil aangeboren, en hangt het af van oorzaken boven ons bevattingsvermogen. Daardoor zal het dan ook niet uit te wisschcn zijn. Maar voor de opheffing van ons volks leven hebben we niet genoeg aan het mini mum van vrouwelijkheid. We wenschen niet het laagste, maar het hoogste en zuiverste typ» van vrouwelijkheid te behouden onder Mrs. KELLEY. Onder de Amerikanen, die hun fortuin maken in de ijzer- en staalindustrie is ook een dame, Mrs. Nannie II. Kellev, van Ironton, Ohio. Ze bezit cn beheert een fabriek, die per jaar ongeveer voor honderd duizend dollars ijzer voortbrengt. Na den achteruitgang der ijzermijnen in 1893 kocht Mrs. Keiley de fabriek en tien duizend mor gen ertsland voor een vijfde van de waarde eri in de laatste acht jaren heeft ze er aar dig voordeel van getrokken. Mrs. Keiley een vrouw van grooten ondernemingsgeest, ze wijdt zich uit liefhebberij aan zaken niet omdat ze er door nood toe gedwon gen is. „Alles wat ze aanraakt, verandert in goud," zegt een van haar buren. Ieder in Ironton waardeert haar oordeel in geld zaken. Ze kent hfiar werklieden bij naam en er beeft bij haar nooit een weikstaking plaats gehad. Nooit heeft haar plicht van vrouw en moeder geïeden onder haar werk als bestuurster van een zaak. Ze is in bet kort een van de meest geachte leden van d ijzer- en staalindustrie. HET MEISJE VAN SP1NGES. Het komt niet alle dagen voor, dat er een standbeeld woidt opgericht voor c-011 vrouw. Des te meer trekt het de aandacht dat er voor een eenvoudig meisje uit het volk in haar geboorteplaats een prachtig gedenkteeken wordt geplaatst. Op het marktplein in Buchenstein in Tirol wordt een standbeeld opgericht voor Katharine Lnnz, het beroemde meisje van Spiriges. Over het leven van die heldin uit den Tiroier bevrijdingsoorlog in het jaar 1797 zijn allerlei sagen en vertellingen ver liaald. Ze werd in 1771 geboren in St. Vigi in het Enneberger dal als het kind van arme lieden en diende 12 jaar in- Spinges, tot dat de Eransche tioepen hun inval deden iu de vredige landstreek. Kmharina Lan/. was een krachtig, vroolijk, heel mooi meisje dat. door allen hoog werd geschat. Over <1 2den April 1797, den dag van den slag hij Spinges waaraan zij deelnam met een hooi vork gewapend, op den kerkhofmuur staande midden in het heetst van liet gevecht, sprak ze nooit tegen vreemden. Men vertelt ech ter, dat de jonge heldin, toen nieuwe vijan delijke scharen den berg opstormden, na drn strijd om dc Tirolers in den rug aan to leu, alleen op het kerkhof achterbleef en de aankomende Fransehen met haar wonderlijk wapen tegemoet trok. De vijanden schenen haar voor een bovennatuurlijke verschijning te houden en gingen verder, zonder haar eenig leed te doen. Dat oogenblik heeft Weoner beeldhouwer in het nieuwe stand beeld vereeuwigd. RECEPTEN. Ilazelnotenmelk. 125 G. hazelnooten worden fijn gestooten en met L, water dooreengemengd, dat men door een schoonen doek laat loopen. De achterblijvende massa wordt weer gewre ven, terwijl men er langzamerhand nog Ij. water bijvoegt. Het water wordt er weer uit. geperst, daarna voegt men wat suiker bij de lmzelnotenmelk. Zuur vleesch. Men waaoht het vleesch, legt het in een ie MIJN EERSTE BEROUW. (Lel is oen heel eenvoudige geschiede nis, die ik u ga vertellen, oen herinnering uil mijn kindsheid, die mij dezer dagen woer 1e binnen kwam. Ik was ongeveer Vier jaar, een dik kind mei rooric wangen, diik zwart haar en een voorldurenden lach o.p 't gezicht; want ik was heel vroolijk cn "(moei ik het zeggen?) heel ondeugend. Dal. was echter niet hee- lemaai mijn schuld: Uo menschen buiten, bij wio ik mijn eerste! levensjaren door bracht, hadden mij opg1 verwend. Ik luid een heel vrij leventje bij di0 goede menschen, deed alles waar ik zin in had en was gewend, dal. allen zich naar mijn luimen voegden. Ik liep den lieden dag maar rond in de berglucht van Forez. liet liefst ging ik met mijn verzorgster bui ten gras en kruiden zoeken voor Béline. Béline was een geit, mijn eenige speel- mmoraad; er bestond ccn innige vriend, schap tussehen ons, en ze nam een grooto plaats in in mijn eentonig leventje. Onder do afleidingen, die ik had, her inner ik mij het wckelijksch bezoek Van een jongen, die net ais ik door moeder Carnpan was opgevoed. AVat hadden we dan dikwjjis prettige uur tjes in den tuin vol bessenboompjes!'Ons prettigste spel whs je zou het nooit rildenmijn poppen to begraven. AVc maakten een giroot gat. cn „plantten" ze daar in, zooals ik het heel dichterlijk noem de. We gooiden hel gat toe cn lieten do poppen or in tot 'de volgende week. Zo zullen etr daarna wol frisch hebben uitgezien! Vorder h'ad ik ook heerlijke dagen als p'apa bij mij kwam. D'an was ik mijn hoofd geheel kwijt. Moe der Campan was van den vroegen ochtend af dn de weer om haar eenvoudig huisje netjes te maken; dan werd ik mooi aan gekleed, en ik zag er prachtig uit! Dat vond tenminste moeder Campan. Als het tijd werd, dat de trein aankwam, begon mijn hairt te kloppen van blijdschap; en ik ging heel zachljes achter de deur staan, ik had mijn plan. Als papa binnen kwam en naar mij zocht,, zou ik hem on verwachts om den hals vliegen en hem kussen. Wat een verrassing, en wat genoot ik zulke dagen, als ik hij papa op schoot mocht zitten! Je ziet wel, aal ik een kalm leventje had. Men beknorde mij nooit. Soms riep vader Campan mjj wel eens bij zich, om mij de letters to Leuren; hij zette een ta bouret voor zich, plaatste daar oen gront boek op cn wees mij meL een heel ernstig gezicht de letters aan. Ik vond dat niets prettig-: a, b, L 1), z. En ik had er gauw genoeg van. Ik liep weg. „Die deugniet," zei hij dun enliep mij lachend. 11a. Do lessen hielden dan ook maar op. Ik weet trouwens niel, wio van ons heiden er het gaiuvsl genoeg van had. Maar op zekeren dag verscheen er een wolk aan dien altijd blauwen hemel het was tussehen Béline en mij. Men had mij varboden alleen naar haar loc tc gaan: maar op zekeren dag was ik ongehoorzaam en ik 'ging stilletjes naar mijn vriendin. Ik begon haar Le liofkoozen en gaf haar handjes gras; maar Béline sprong, ik ook, want wij waren beiden vroolijk. Zij had écu lang touw cn ik kleine klompjes. Hos gebourdc het? Ik weet het niet, maar hot is zeker, dat na vijl minuten, touw cn klompjes, pooten en beentjes zoo dooreen geraakt, waren, dat alles vast zat. Ik trok aan óén 'kant, Béline aan den anderen; het. hielp niets. De geit koos de wijste paxiij. en ging bedaard liggen öm het meer op zijn gemak to hebben. Maar ik werd woedend, ik be gon Béline uit al mijn macht to schoppen en als ik dat schoppen hoorde op de huid van. het dier, had ik ea- plezier in! Ik weet nipt meer hoe het afliep, maar ik donk, 'dat moeder Campan do twee ge vangenen kwam bevrijden. Toon kreeg ik berouw (lach er niotonil) een diep, ernstig, smartelijk berouw, da' mij den gehoelen dag en zelfs in mijn slaap vervolgde. Een groot» droefheid maakte zich van 'mij meester. liet govool, dat ik onrechtvaardig was geweest tegen een on schuldig schepsel, maakte zich van nuj meesier en kwelde mij. Ik had bohoefto om het weer goed to maken. Ik ging 'dus naar Béline met groote tro nen op mijn wangen, de oogen vuil door het wrijven erin mot mijn ongewasschen handen, het hart zwaar va® droefheid en zoo naderde ik haai: vterlegpn; ik PnS togen haar aan staan, verborg hel gezicht in haar 'lange haren, sloeg mijn armen om haar hals en vroeg, terwijl ik haar kuste- „Vergeef mij, Béline 1" Zou z-e mij begrepen hebben? KAS-NOISETTE. I11 Frankrijk geven ouders hun kinde ren in do eerste levensjaren dikwijls te verzorging- aan menschen buiten. fiSDBOKT TB* DKUKKMIJ y, d, 0GKIKDAM8QHS COÜRMOf

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Schiedamsche Courant | 1907 | | pagina 10