J)s pwiteMrijieii et ie rebDjIicl-
lip
Spoortje spelen.
is cchler het omgekeerde hcL geval, zoo
sluite men zulke éénlingen van do fokke
rij uit.
Zulke na tuunsp dingen blijven. echter uit-
zonderingoai en zij kunnen dus niet van
invloed zijn op het bepalen van de te
volgen fokvichting.
In het voorgaande zijn de voornaamste
punten aangegeven, die men hij de fokkerij
in het "oog heeft te houden, voorat wan
neer men zich toelegt op verbetering van
den veestapel.
Do fokker kan daarbij drie methoden vol
gen het kruisen, de el u teelt en
do verwan tscliap s tccll.
Door het km is en tracht men nieuwe
eigenschappen in het eigen ras to brengen
oi mi n ge wens ch te te doen verdwij
nen. Daarvoor dient fokmateriaal van eb
dors to worden aangevoerd.
Zulk fokmaleriaal dient to behoorentot
een constant ras, daar men anders geen
voldoende zekerheid heeft omtrent het over
brengen der nieuwe eigenschappen. Verder
is het gewenscht, dat het afkomstig is van
een streek, die wat bodem en klimaat
betreft, niet to zeer verschilt van do streek,
waarheen het wordt overgebracht. Einde
lijk is het. van belang, dat het niet to
veel in houw mi eigenschappon verschilt
van het ras, tot welks verbetering het wordt
ingevoerd.
Zorgt nu do fokker hot ingevoerde fok-
matoriaal, en do daarvan gewonnen kriu-
sing&produeten, te verplegen als het inge
voerde ras gewend was, dan kan men ep
bevredigende resultaten rekenen. Men dient
evenwel gerurtnen lijd voort 'te gaan met
het aanvoeren van versch fotomateriaal om
aan do nieuw ingevoerde eigenschappen
constantheid te geven, daar men anders ge
regeld met 'terugslag to kampen heeft. Blij
vende verbetering is alleen to .verkrijgen
door eon langdurige cn streng doorgezette
kruising met inachtneming dor bovenge
noemde voorwaarden.
Houdt men zich aan die voorwaarden
imp, zoo geeft het kruisen gewoonlijk te
leurstelling.
Bij rein teelt paart men dieren van
hetzelfde ras, dus dieren met niet uitcen-
loopendo eigenschappen en gewend aan kli
maat, bodem en een bepaalde verpleging.
Goede eigenschappen in liet ras aanwezig
moeten tot hooger ontwikkeling gebracht
worden. Nieuwe, niet aanwezige eigen
schappen kunnen natuurlijk door mnteclt
niet In een ras gebracht worden.
Daar ook minder gowensohte eigenschap
pen in een ran voorkomen en deze even
goed overerven als goede, zoo diont men
bij de keuzo der fokdieren zich te beper
ken tot die dieren, waarbij dc goede eagen-
rc' appen sterk uitkomen. Do overige excni-
jéa on sluit men uit. Door nu steeds uit
de b?~to dieren de beste voor de fokkerij
te ubruiken, zal men, al is bot dan ook
r'c! snel, met vrij gxoote zekerheid hetras
in de gewenschte richting verbeteren; een
éénvormig ras krijgen met constante
eigenschappen. Het wijzigen der verpleging
vooral der voeding kan bij toepas
sing der rdnteelt, de verbetering van liet
ras zeer in de hand werken, zoowel 'ter
versterking der goede, als ter bestrijding
der vdteeerdc eigenschappen.
De verwanfschapstoelt is ook
reintcclt, alleen beperkt men zich bij de
kous der fokdieren J.ot de familieleden.
Hierbij zullen de fokdieren niet noemens
waardig verschillen in eigenschappen, en
als gevolg daarvan zullen de nakomelin
gen een groote uniformiteit bezitten. Do
goede eigenschappen aan de familie eigen,
kunnen to.t volkomenheid gebracht worden,
ja, zoo hoog worden opgevoerd, dat zij
hot dier een te eenzijdig karakter geven.
Hoe nauwer men dc verwantschapsteolt
drijft, hoe sneller men komt lot het dool,
n.l. een in alle opzichten gelijkvormig ras.
Worden de goede eigenschappen van het
dier bij deze wijze van fokken versterkt
king van haar oogen was in tegenspraak
met de kalmte van haai- stem.
„Als je je vergist had, toen je mij ver
zekerde, dat je niet meer van Louis hield...
Ais je nu jaloersch op mij was, zou ik
het vreeselijk naar vinden
„Jaloersch op jou 1"
De loon moest minachtend zijn. Maar
er blonken tranen onder haar oogleden.
„Het is hard," mompelde Jeanne snik
kend, „een zuster te verliezen. Dat is al
les."
„Wat wil je zeggen?"
„Het is de vraag niet, of ik van meneer
de Lessorl houd of niet. Maar jij licht me
zijn harl ontstolen, toen je mij' nog als zijn
verloofde beschouwdeHet is jo yer-
raad, dat mij het hart verscheurt."
„Mijn verraad!"
„Ja, dat van 'jou, Raymonde; van 'wie
ik zooveel hielddie mij zoo goed ken
de, die mij moest begrepen hebben, al be
greep ik mijzelf niet."
„Jo verzekerde mij, dat je niet meer van
hein hield."
„Je geloofde het tegendeel, anders zou
je mij er gister niet naar gewaagd heb
ben. Je wist wel
„Wat wist ik, Jumne, zog mij do waar
heid."
Zij wilde haar armen om haar nichtje
slaan, maar deze stootte haar terug.
„Och, je kent de waarheid wel."
„Hou jo dan nog van hom."
,.Ja, natuurlijk. Trouw maar met hem,
dan zal ik in een klooster gaan. Je zult
roij niet meer zien. Maar je wist best, dat
nu,ft hart niet veranderd was. Jo geloofde
en constant, do slechte eigenschappen, do
gebreken, ook al waren zij slechts in aan
leg, dus in zeer geringe mate aanwezig,
worden ook versterkt cn komen bij door
gevoerde vcrwanlsehapsloelt meer cn moei
te voorschijn. Dit bezwaar is niet te ont
gaan. Wil men toch deze fokmothodc vol
gen, dan dient men er voor te gebruiken
l'okmaleriaai, dat men door en door kent.
Allo eigenschappen, goede cn slechte, moot
men zich voorstellen, zoo veel mogelijk tot
onlwikkeUn'g gebracht en het verkregen re
sultaat op zijn practisehe waarde beoor-
deelen. Wie zoo dc to verkrijgen uitkomsten
vooraf nagaat, zal zien, dat alleen de uil-
stekendslc exemplaren van ecu ras voor
vcnvantschapsteelt zijn te gebruiken. Ilct
is dan ook bekend, hoe de Engelschc fok
kers, door verwantschapsteolt, schitteren
de uitkomsten bobben verkregen. Zoodra
hot beoogdo doel bereikt is, gelijkmatig
heid on constantheid verkregen zijn, moet
men vcnvanlschapsteeit toelaten, om zoo
veel doenlijk verfijning cn verzwak
king van hot ras te voorkomen. Af en
toe hol b 1 oodvervorsdhcn is tegen
verfijning cn verzwakking het best aan te
wenden middel.
Verwantschapsteolt heeft groote voor
dooien en verdient wel aanbeveling, het
stolt echter hoogc cischen aan den fokker.
Op plaatsen waar men, door gebrek aan
goede eigenschappen in de voorhanden vcc-
slagen, geen rcintcelt of verwantschaps
teolt kap aanwenden en men derhalve tot
kruisen dient over to gaan, zal men wijs
doen, met na te gaan, of do minder ge
wenschte eigenschappen niet van dien aard
zijn, dat kruisen slechts een gedeeltelijke
verbetering kan aanbrengen. Neemt men
daarbij dan nog in aanmerking, don invloed
van het atavisme, zoo zal men allicht tot
liet besluit komen, dat ook kruisen in zoo'n
geval niet is aan te bevelen.
In zoo'n geval doet men het best door
fokvee van beiderlei kunne in te voeren
en daarmee raszuiver voort te fokken.
Stemmen klimaat en bodem dor plaats van
herkomst overeen mol die der streek, waar
het nieuwe vee wordt ingevoerd, en zorgt
men er voor hot ingevoerde vee te verple
gen, zooals het gewoon was, dan is voor
ontaarding weinig kans. Goedkoop is
het niet, op doze wijze een goed veeslag
te krijgen, maar het is een zekere en af
doende wijze v;m werken. NTa eenigen tijd
verdwijnt dan het oorspronkelijke slag en
een geheel nieuw is in zijn plaats getreden.
Er is de laatste jaren op het gebied dor
fokkerij veel verbetering gekomen, vooral
ook, doordat de fokkers door deskundigen
zich meer en heter laten inlichten om
trent do zaken, die het welslagen der fok
kerij ten zeerste kunnen bevorderen. Het
nut der stamboeken wordt beter ingezien,
men vereenigt zich tot hel, oprichten van
fokvereonigingen, tracht het productiever
mogen dor dieren ondoi cijfers te brengen,
ook al met het oog op een goede keuze
van fokvee, neemt meer kennis van do
vakliteratuur voor veehouderij en fokkerij,
m 't kort, cr is een zeker opleven in deze
richting onder vaklui, en ook onder belang
stellenden waar tc nemen, dat belangheb
benden hoopvol moet stemmen.
Krachtig wil we hebben er reeds her
haaldelijk op gewezen de regcoringclk
streven', dat gericht is op verbetering van
land- en tuinbouw, steunen, en ook dit
is van beteekenis. Zoodra men ziet, dat
de regeenng voorgaat cn steunt, komt er
meer samenwerking, er Komt meer „durf'
om do oude sleunvegen te verlaten, de
ondernemingsgeest wordt geprikkeld en dat
alles geeft vertrouwen op de toekomst.
Do land- en tuinbouwer, die zijn eigen
belang begrijpt, moet do taktiek van „de
kat uit den boom kijken", laton varen en
mee de hand aan den ploeg slaan, dan
zal de land- en tuinbouw, in ons, cr zoo
bij uitstek voor geschikt land, een tijdperk
van bloei tegemoet gaan.
het niet. En toen je mij verraadde, wist
jo wat jo deed. De misdaad, die je be-
ging..."
Jeanne," zei Raymonde met groote
zachtheid, „hier Is cfe brief, dien ik aan
meneer de Lessort schreef. Lees hem."
Die Llik Die loon... De smartelijke
boosheid van Jeanne verdween. Ze voel
de, dat er een verandering kwam. Ze nam
den brief, las ecnige regels on snikte
het uit:
Ziellier wat ze las
„Waarde beer,
Uw liefde voor mijn nichtje doet umee-
nen, dat ik u eenigc hulp kan zijn.
II strijd helaas tevergeefs tegen haar be
sluit. Als u haar geheim kende, zou u
waarschijnlijk haai- weerstand overwinnen.
U weet hoe heldhaftig Jeanno was bij
de ramp in den Bazaar. Ze leed lang aan
haar brandwonden. Een ervan liet een
groot littcekcn na achter hot oor, waar
door ook haar mooie blonde haar heeft
geleden. Zij gelooft zelf, dat dit erger is
dan het werkelijk is. Ik geloof dat dit al
leen haar van u verwijderd houdt. Ik
ben er van ovgrluigd dat zo u nog lief
heeft.
Meent u, nu u het geheim kent, dat uw
liefde er door vei minderen zal?',
Jeanne de Cantri zag "doodsbleek toen
ze den brief gelezen had.
„Wat heeft hij geantwoord?" vroeg ze.
„Dat hij jo aanbidt. Kon je er nog
aan twijfelen?"
„Dat komt, omdat hij het niet gezien
heeft. Ik wil niet, dat hij1 het ziet. Ik zal
het nooit kunnen toestaan,"-
Voorheen vernam men meermalen de op
merking, dat buiten do plattelandsbevol
king, eigenlijk niemand belang in land-en
luinbouw stelde, omdat men er niets van
wist en weinig over hoorde. Dit zal men
nu wel niet moor kunnen zeggen; want
ook de dagbladpers hooft hot hare gedaan
om die onkunde en dat gebrek aan belang
stelling le doen verdwijnen. Do redactie
dezer courant deed ook het hare, door
opneming der „Praatjes" en schrijver dezes
is er haar dankbaar voor, in de gelegen
heid te zijn geweest, mee te hebben kun
nen werken in het wekken van belangstel
ling voor de landbouwaangclegenheden on
zer omgeving.
INDISCHE CAUSERIE.
Uit Weltevreden vernoemt de „Sumatra
Post", dat 1 Juli a.s, de cursus voor in
landsche officieren to Meoslcr Cornelis ge
opend wordt; dat is weer een daad na
veel geschrijf cn gewrijf tor zake. Waar
moet dat naar toe? vraagt do oud-indische
gast van conservatieven aanleg, inland
scho controleurs, inlandscho rechters, in-
landsche officieren, als dat zóó doorgaat,
dan kunnen wij onze biezen wel pakken.
Pardon 1 Wij blijven leiders. Dien ultra
conservatieven zij het volgende rijmpje ter
overdenking aanbevolen
Wat nieuw is vindt altijd bestrijders,
Maar, 't komt niet op in hunnen geest.
Dat 't oude waarmee zo zoo dwepen,
Toch ook eens nieuw is geweest.
Uit die instelling te Meester Cornelis
spreekt onzerzijds een groote mate van
vertrouwen in don inlander van goeden
huize, dien wij zelfs waardig keuren een
plaats in dc gelederen van ons Indisch
leger, dat dan toch in lijden van onrust en
beroering tegen zijn eigen rasgenooton moet
optreden.
Wij hebben vroeger ook wel inlandscho
officieren "gehad, maar dat was een ge
heel ander type, dat nu gelukkig wel uit
gestorven zal zijn, verdienstelijke onder
officieren, goede dienstkloppers, die aan
hun staat van dienst, hun promotie te
danken hadden, maar die zooveel mogelijk
op de buitenposten weggemoffeld werden.
Een praclit-excmplaar van dat genus,
leerden wij op Borneo, kennen, luitenant
Tjondro; een boste, bravo kerel, die in
uniform een allordwaasten indruk maakte
en zich daarin ook nooit te huis gevoelde,
reden, waarom hij dat „pakkiau deftig"
dan zoo gauw mogelijk uitgooide, zoodra
hij te huis kwam, om! dat tc verwisselen met
het nationale costuurn, sarong en kabaai;
aldus gemétamorphoseerd, was het een
heel gewone kampong-Javaan, die ook al
niet vies was van een schuifje opium of
een dobbelpartijtje in 't geniep met zijne
ondergeschikten tc zijnen huize. Neen, die
lui waren niet van het hout, waaruit nmn
officieren snijdt; dan verwachten wij wat
beters van de officieren in spé. uit Meester
Cornelis, te meer daar wij in de toelich
ting van het betrekkelijke besluit lezen:
„Men stelt zich voor zoodanige inlandscho
jongelieden aan te nemen, die door het
hoofd van gewestelijk bestuur daarvoor so
ciaal geschikt geacht worden, waarbij ook
op afkomst moet worden gelet; dus geen
Tjondro's meer.
Voorloopig wordt gerekend op een 20-
tol adspiranten, terwijl de studietijd op drie
jaren is gesteld. Die jongelui treden in
dienst als fnselior-élève, worden in bet 2e
studiejaar korporaal en in het 3e sergeant,
om dan, na met vrucht dien cuirsus door-
loopcn te hebben,' aangesteld te worden
Tot 2en luitenant en verder geleidelijk op
te klimmen tot ja, tot hoever? Nu
dat is van latere zorg. In 't algemeen is
men het omtrent dc opheffing van den
intellectueelen inlander vrijwel eens, alléén
omtrent do hoogte dor opheffing bestaat
verschil van opinie. Deradicab-n adviseeren
opheffen hij gebleken geschiktheid, zoo noo-
Zo verborg het gelaat in de handen en
schreide.
Eensklaps voelde ze èen hand op haar
hoofd. Haar nichtje veranderde Iets aan
haar kapsel.
„Is het niet afschuwelijk?" vroeig Jean
ne, nog altijd met do handen voor dc
oogen.
Een mannelijke slem antwoordde:
„Jo schoonheid komt er in mijn oogen
le meer door uit."
Jeanne koorde zich verschrikt om. Louis
do Lessort, die in do andere kamer was
geweest, was op een toeken van Ray
monde binnen gekovnen, 'terwijl zijn bond
genoot met do hanen van het schreiende
meisje bezig was.
Hij had het litteeken gezien. En het was
waai', dat zijn liefde er door was toege
nomen. Jeanne twijfelde ca- niet aan, toen
ze zag hoe hij voor haal* neerknielde.
„Heb ik zelf ook geen litteeken?" zei
hij, terwijl hij dc hand aan het voorhoofd
bracht.
„Voor jou is het een eereteeken."
„En voor jou... een te-eken van liefde."
Ze lachte.
„Ik zal mijn best doen, 'da,t je het niet
dikwijls ziet, pis ik je vrouw word."
„Nooit, als je mij mijn gang laat gaan."
„Hoe dan?"
Louis hok haar tol zich. „Doordat ik
het met mijn lippen bedek."
Toen ze voelde dat Irrj het litteeken kuste,
vreesde Jeanne niet langer, dat hij liaar
minder zou liefhebben.
dig tot de hoogste sport; do minder yoor-
uits tierenden stellen als remmende voor
waarde: nooit of te nimmer blank, on
dergeschikt aan bruin.
Wat heeft de Regecring nu voor met die
a.s. Inlandscho officieren, zullen wij metter
tijd werkelijk inlandscho hoofd- en opper-
officicren krijgen, of waar za'l de grenspaal
worden gezet, die den luitenant Radon
Ario Zóó en Zóó het hiertoe cn niet verder
zul aamvijzen?
Ter beantwoording dier vi-agen zullen wij
te rade moeten gaan bij den overste IIc-
ring, den vader van die nieuwe instelling,
die er natuurlijk alles van weet, uit welke
antwoorden, zeker lot veler geruststelling,
zal blijken, dat 't met dat blank onder
bruin voorloopig zoo'n vaart niet zal
nemen, 't Schijnt volstrekt niet in 't plan
van den organisateur te liggen van die
fusclicr-élèvcs beroepsofficieren te maken,
die maar blijven doordienen op hoop van
zegen, hun roeping ligt buiten het icger,
dat zij, zoodra do gelegenheid zich voor
doet, zoo gauw mogelijk verlaten om in
civielcn diensl over to gaan.
Dc kazerne wordt dus voor die jongelui
als het ware ecu doorgangshuis, waar ze
zullen worden ontbolsterd, hun karakter
gestaald cn hun bruikbaarheid in alle op
zichten verhoogd zal worden; die aldus ge
staalde aristocraten worden 'dus je aan
slaande bestuurders, die hebben loeren he
velen, maar ook gehoorzamen. Tot kapi
tein cn hooger zal het maar een enkele
brengen, die zoo te zeggen voor hot mili
taire geknipt is on dus uit ambiiie door
wenscht to dienen; zoo'n inlandscho von
Moltke in spél
En nu hot tracioinenf, hoe moet dat ge
regeld worden voor die inlandscho offi
cieren? Bij gelijke dienstpraestatie natuur
lijk 't zelfde tractement als hun Europcc-
sche collega's, zou ik zoo denken. Hoe
denkt de overste llering daarover? Well
„Kan de inlander het zelfde levensgenot
krijgen voor minder geld dan do Euro
peaan, dan kan ook zijn bezoldiging even
redig kleiner zijn." Dat laat zich wel hoo-
ren, maar nu zou ik willen vragen, Lot
hoever strekt zicii het levensgenot van
een Indisch luitenant uit, en wat kost de
bevrediging daarvan volgens Europeeschen
Inlandsch laricf? Moeten die a.s. Inland
scho luitenants, nu bijv. hun huishoud
boekjes bij hun chefs indienen tor verifica
tie of zoo iets'? Wat een soosahI Neen,
gelijke monniken, gelijke kappen. Geen ver
schil in betaling, wat al dadelijk een idee
van minderwaardigheid zou geven, wat
vooral voorkomen moet worden. Die in-
landsche officieren moeten dadelijk als ge
lijke in hot korps worden opgenomen, waar
ze zeker een goed figuur zullen maken,
want een Javaan van goeden huizo behoeft
in beschaving en goede vormen voor geen
blanke onder tc doen.
De opname van Javanen van goede kom
af in het Indisch officierskorps zal zeker
gunstig werken op de werving van inlan
ders, waarmee het nu nog treurig gesteld
is, niet wat quantiteit, maar wat kwaliteit
der aangoworvenen betreft; wat wij nu nog
krijgen, is zoowat 't uilschot uit de dessa,
want Kromo is anti-militairisl pur sang,
waaraan het gemis van zijn haardos en
hoofddoek, zoomede dc leolijke uniform,
waarin de inlandsche soldaat gesloken
wordt, wel niet vreemd zullen zijn. Die
geringschatting van hot militaire bij den
Javaan zal wel verminderen, zoodra zonen
van regenten en andere grootcn cr een
eer in beginnen te stellen officier te wor
den; gegeven de bijna tof aanbidding op
geschroefde eerbied van den eenvoiuligen
dessaman voor zijn hoofden en grooten,
kan liet niet anders of de militaire stand
moeel alsdan in de acliling van Kromo c. s,
rijzen cn 't gehalte van de inlandsche vrij
willigers mettertijd verbeteren.
Verder zouden die a.s. inlandsche offi
cieren uitstekend gebruikt kunnen worden
in een territoriaal leger dor toekomst, ge
vormd uit vrijwilligerskorpsen met een
kern van oud-gedienden, die volgons hun
aanleg geoefend (geen handgrepen of pa
radepas), liet een builenlandschcn vijand
na de landing nog lastig genoog kunnen
maken, onder intelligente aanvoerders mot
de vcreischte terreinkennis. Onder hun
eigen officieren zou er in die korpsen een
„esprit de race" heerschen, die tot groote
dingen in staat zou kunnen stellen.
Summa snmmarum, zooals wij Latinis
ten zeggen, heeft die nieuwe instelling zóó
veel lichtzijden, dat ze dc volle sympathie
heeft van uwen
CAUSEUR.
De kurk, waarop de financiën der moeste
groote gemeenten drijven, is liet gemeente
bedrijf. Men mag dit goed- of afkeuren,
men mag verandering ten dezen aanzien
dringend noodig of eenvoudig wonschelijk
oordeolen, een feit blijft liet, dat do ge
mcentobedrijven hoe langer hoe moer gaan
betcekenen ca hoe langer hoe moer in
vloed oefenen op de gcmeentefinaneiön.
Naar men weet, heeft de vorige regec
ring een wetsontwerp ingediend, waarbij
dit zoo uiterst belangrijke onderdeel, de
gemeente-administratie, geregeld werd en
waarbij tevens de vrijheid der gemeenten
om bedrijven uit te oefenen, aan banden
werd gelegd.
Dc huidige minister van binnenlandscho
zaken kon zich met dit aan banden leggen
niet vcreenigen, Hij heeft dus de intrek
king van dit ontwerp bevorderd, maar aan
don andoren kant ook (lo handen aan den
ploeg geslagen om voor de gemeente-ndmi-
nistratie op dit gebied doelmatiger voor
schriften te geven.
Al dadelijk bleek het wenschelijk oniden
gemeente-ontvanger to ontslaan van zjjn
rekcnpliclitigheid ter zake van liet beheer
van een gemeente-bedrijf. De ontvanger kan
daarvoor niet verantwoordelijk gesteld wor
den.
Het gemeentebestuur moot dus liet recht
hebben naast den ontvanger andere leken-
plichtige ambtenaren aan te stellen en
den plicht, zulke ambtenaren bij de be
drijven le doen optreden. Eu er moet voor
geschreven worden, dat elk gemeente-be
drijf zooveel mogelijk zelfstandig als zoo
danig wordt geëxploiteerd. In vorsscheiden
gemeenten wordt deze opvatting ook nu
reeds gehuldigd. Zij behoort algemeen te
worden cn elk bedrijf behoort men geheel
op zichzelf te kunnen beschouwen. Er
moet dus voor zulk oen bedrijf een afzon
derlijke bcgrooting en een afzonderlijke
verantwoording van de ontvangsten en uit
gaven lei- zake van de cxploiLatie van
het bedrijf worden vastgesteld en de geld
middelen moeten door direct aan het ge
meentebestuur rekcnplichlige ambtenaren
afzonderlijk worden beheerd.
Dit alles wordt nu geregeld bij een ont
werp tot wijziging van de gemeentewet,
dat tegelijkertijd met een wetsontwerp tot
regeling van de wijze van zckerhcidsslel-
ling door gemeente-ambtenaren iu het be
gin der vorige maand bij de Tweede Ka
mer aanhangig is gemaakt.
Bij de ambtenaren der gemeente was
namcljk de zekorheidsstelling nog steeds
op de oude, zeer kostbare en omslachtige
wijze geregeld, terwijl de Rijks comptabele
ambtenaren al sedert 1S98 genieten van een
regeling, waardoor het mogelijk wordt die
zekerheid op veel eenvoudiger wijze to
stellen.
De regeling zal deze zijn, dat do betrok
ken ambtenaar in den regel zelf kiesttus-
schen zakelijke zekerheid en persoonlijke
zekerheid, terwijl die persoonlijke zekerheid
uitsluitend zal gegeven worden door borg
stelling van door den minister v;m bin
nenlandscho zaken toegelaten naam-
looze vennootschappen en vm-cenigingen
van tot zekorheidsstelling verplichte ge
meente-ambtenaren.
De mogelijkheid van collectieve zeker
heidsstelling hooft men op deze wijze ook
aan dc gemeente-ambtenaren willen ge
ven. Doch hoe nu op het beheer van een
collectieve zekerheiclss telling toezicht te
houden? Hadden do gezamenlijke gemeen
teen, die met zulk een lichaam voor col
lectieve zekorheidsstelling in relatie staan,
een gemeenschappelijk orgaan, dan zou
dit voor 'dit toezicht van zelf aangewezen
zijn. Doch dit orgaan bestaat niet cn dus
wijst dc nieuwe wet het staalsgezag aan
om op te treden ten einde deze collectieve
zekerheidsstolling van de ambtenaren te
genover hun gemeenten mogelijk te maken.
Een nieuwigheid van deze regeling iso.a,
dat niet het gemeentebestuur maar de amb
tenaar zelf don aard van den borgtocht,
met name of zij zakelijk dan wol persoon
lijk zal zijn, bepaalt. Daartegen zoo
wordt in do memorie van toelichting be
toogd is geen groot bezaai-, omdat de
persoonlijke zekerheid van de vennoot
schap ot de vcreeniging gelijkwaardig met
zakelijke zekerheid wordt, daar er immeis
een zakelijk onderpand bestaai. Ectt an
dere persoonlijke zekerheid wordt niet toe
gelaten.
De lento is er, de bevrijdende, de ver
heffende, vernieuwende.
Vroeger, toen men nog in dc natuur leef
de, vierde men het fceot met dramatische
spelen, met dansen om den Meiboom, met
optochten, wedstrijden en baden.
Thans, nu men van do natuur in den
werktijd niet veel ziet dan nu cn dan eens
een landschap uit een spoorwegcoupé, of vat
armelijke boompjes en gladgeschoren gras
vlakten tusschcn veel slvaalstecnen, huizen-
ttteenon cn nsphaltviakten, thans vieren wij
de lente niet meer als toen.
Maar toch, als do Pinkstcrtijo gekomen
is, begint hot jonge leven ons zelfs in onze
steencn omgeving te bestoken. Waar niets
dan liet grijs en bruin en hardrood van on70
steden was, komt plots een ondeugend groen
takje herinneren aan het mooie buiten. Lu
als die herinnering ons eenmaal te pakken
heeft, gaan wij cr uit.
Soms is het weer van do partij. Dan m
liet heerlijk. Dan kan men naar drukke,
wegen gaan of naar stille plekken, dan kan,-,
men mensohon gaan zien of naar de vogels.-,
gaan luisteren, dan kan men genieten zoo s
als men wil. ,2
Natuurlijk, er zijn kleine bezwaren. Op|
den grond zijn soms mieren, in den mor; e.
gentrein is soms weinig plaats, in den
band komt soms een gat en de jongste doch-
ter is een beetje hangerig. Doek ccn gezond^
en verstandig mcnscli laat zich door die klei
nigheden zijn genot niet vergallen.
Daarentegen komt langzaam in enkele ge-^
dcellen van ons land cn daarbuiten
euvel op, dat, als het niet bijtijds wordt aniy
gepakt, in staat is om ons de weinige dageiu
dat wij nog buiten kunnen zijn, telkens en,
telkens weer te vergallen. Wij bedoelen he
automobiel-euvel.
Op zichzelf is er niets tegen ccn autouuh
biel. Het is het vervoermiddel der toe
komst, zoo zegt men. En wij geloovi
en
het;
»oeaMEaM¥i^aypi»«mramilsiWMDSgatfi«aii
uagHMTvrnff» urn vn MxamnMrsana .mfcJxV^mraTCT^pKggnsaan