No. 12655
Naclitwake vaü TaMijn
gp Jaargang
Zondag 29 Maart 1908
Tweede Blad
Uit de Tweede Kamer.
na.
len
*55
v>*
m
;KUS.
e»,
we
ible,
iPt&'c
\p.
SOHIEOlüiCHE COURANT.
per
Deze courant verschijnt d a g e 1 rj t a, met uitzonder'mg Tan Zon- en Feestdagen.
Prjjs Per kwartaal: Voor Schiedam en Ylaardingen fl. 1.25.Franco
post fl. 1.65.
Prijs per week: Voor Schiedam en Vlaardingon 10 cent.
Afzonderlijke nummers 2 cent.
Abonnementen worden dagelijks aangenomen.
Advertentiën voor het. eerstvolgend nummer moeten dee middags vóór een
aan het bureau bezorgd zijn.
Bureau: Lange Haven No. 141 (hoek Korte Haven.)
Prijs der Advertentiën: Van 16 regels fl. 0.92; iedere regel meer
15 cents. Reclames 30 cents per regel. Groote letters naar de plaats die zij
innemen.
Advertentiën bij abonnement op voordeelige voorwaarden. Taiieven
hiervan zijn gratis aan het Bureau te bekomen.
In de nummers, die Dinsdag-, D o n d e r d a g- en Zaterdagavond
verschijnen, worden zoogenaamde kleine advertentiën opgenomen tot den prijs
van 40 cents per advertentie, bij vooruitbetaling aan het Bureau te voldoen.
Interc. Telefoon
voor de .Redactie No. 128.
voor de Administratie No. 103.
J
-mns-
e voor-
f50.-,
zenden
iimni 'trrmrriiinmnr'nTnrrnnnrrmTrTrr
Ea ze waren niet mot hun vieren; ze
raren mot hun zessen. Wie? De viij-libe
ralen. Waarom zeggen wij dat? Omdat
W bij het optreden van dit ministerie
tarluid heeft,"dat het eigenlijk wel op eon
meerderheid rustte, n.l. op de geheeld rech
terzijde (49), plus 4 vrij-liberalen, Wei
na, bij het wetsontwerp op het blijvend
•tdeelte, naar menschelijke betekening het
eenige ontwerp, waaruit een crisis voor
iet Kabinet vóór 1909 kan ontstaan, is
gebleken, dat het ministerie niet op 4,
maar op 6 vrij-liberalen kan rekenen. Het
maren de heeren Tydeman, Knrncbeek,
Van Styrum, Blooker, Ilcnnoijuin. en de
voorzitter, de heer Roeit. Of deze laatste
misschien niet meer vóór gestemd heeft
in zijn qualiteit van voorzitter, blijft voor
ons een open vraag. De lieer Röoll toch
tót ook onder liet ministerie-De Meester
getoond, dat naar ziju opvatting de voor
zitter, als hij hot maar even niet zijn over
tuiging kan overeenbrengen, ministerieel
behoort te zijn.
Door die 6 vrij-liberala voorstemmers
kam het getal stemmen, dat vóór het
wetsontwerp werd uitgebracht, tot 54; vóór
do geheels rechterzijde; de lieer Idsinga
was wegens gezondheidsredenen, afwezig.
Tegen alle sociaal-democralen, alle vrij
zinnig-democraten, alle Unie-liberalen, en
de vrij-liberalen Plate, Beaufort en Foreest.
Afwezig de heeren Troelstra, De Klerk,
Verhei) en Hubrec.ht.
Aldus werd het ontwerp mei 54 legen
11 stemmen aangenomen.
1 Na de drie dagen van strijd zochten
j de rechterzijde en ook sommige leden der
linkerzijde ontspanning voor hun over-
hopte zenuwen in een wedloop om den
Minister van Oorlog en ook den Minister
van Binneniandsche Zaken, wivii zeker ook
wu aanmerkelijk deel' van de overwinning
toekwam, hun gelukwcnschen aan tc bic-
den. En tot groot vermaak van de Kamer
zag men ook de minder politiek aangelegde
ministers elkaar felicitecren; de heeren
fees van Swindcren en Wentholt druk
ten elkaar met warmte de hand, alsof ze
tananten waren in een cffectenzaak, die
Wn heurscrisis met goed succes het hoofd
bidden geboden. O, Onschuld, o Unschuld,
sic reizend bist dal
Eft na de debatten. Ze werden op uit
nemende wijze ingezet door don heer Pa
ft die het hoofdargument, waarmee do
mdiening van dit ontwerp verdedigd word,
«N krachteloos maakte. Bat hoofdar-
;Went was: Het blijvend gedeelte is on-
ontbeorlijkj wil men Ion allen tijde in
*t zijn zoo spoedig mogelijk te ïnobili-
Sforen. Het verdient, tnsschen haakjes, op
merking, dat dit argument le.n tijde van
*a*iara3n»aErt*iwos«cr»ae£S3jOffafBBMU
3918.
&n armoedig gemeubileerd vertrek, sober
t^door ccn klein petroleum-lampje, op
i tafel geplaatst midden in het voltrek
m tanster ontbloot van gordijnen, de vloer
1 bedekking, de muren verkleurd door
cn mok. Op een stoel bij hot vmu'
1 een i°ngc man mei rle armen ever
?5® get ouwen, zijn oogeu vermoeid gericht
e gloeiende kolen in don haard, zijn
"kok en ingevallen, ziju kleêren ver-
(f"t zijn uiterlijk geheel in oveveeusteni-
og met ziju omgeving,
klonk er een zwakke stem van uil hei
jn den hoek, en opeens schrikte liij op
zijn gepeins, en, zachtjes de kamer door-
Me hoog hij zich over liet lied.
^"as een heel lief, jong gelaal, daf
r iel kussen lag, ofschoon ziek'lc den glans
L heldere, grijze oogen verdoofde, en
no van kuiltjes voorziene wangen met
^natuurlijken gloed bedekte.
I 's m', lieve?'' vroeg de jonge man
i terwijl hij zich op een knie neerliet
!jin hand teedcr legde op bet voorhoofd
meisje,
^ze 00g°n ontmoetten de zijne, en
ui "tchje^ vertoonde zich voor een oogon-
de'droge lippen.
ijAnuc Val mompelde liol meisje clroo-
Minister Slaat al heel weinig op den voor
grond is gekomen; toen heette het dat door
afschaffing of inkrimping van liet blijvend
gedeelte, de huishoudelijke diensten in de
kazerne niet meer behoorlijk zouden kunnen
worden verricht, dal men bij binneniand
sche onlusten verstoken zou zijn van het
middel om de orde te handhaven, dat dan
de kaderopleiding in het gedrang zou ko
men, enz., enz., enz.; nu werden al die
argumenten achterwege gelaten en d u s
waardeloos verklaard, en kregen wij alleen
liet mobilisatie-argument.
De heer Patijn gaf toe, dat men zoo
spoedig mogelijk moet kunnen mobilisee-
ren, maar toonde meteen glashelder aan,
dat dit langs anderen «A veel goedkoo
peren weg was te verkrijgt-— dan langs
den thans door de Regeering voorgestelde.
"Werf geen mannen, zoo betoogde de af
gevaardigde voor Zierikzee, a f 120 per
stuk, maar neem met de Militiewet in de
hand de beschikking over de 2200 man,
die ge meent noodig te hebben. Ge kunt
dan, orn hun niet te verkorten in hun
recht (de beslissing op* 20 Nov. 1907 in
do Tweede Kamer genomen heeft billijke
verwachtingen bij de miliciens opgewekt,
dat zo vrij zullen blijven) deze 2200 direct
met klein verlof naar huis zenden; dan zult
go, als ge ze voor de mobilisatie noodig
hebt, hen altijd binnen 24, zegge 30 uur,
kunnen krijgen. Dat is gauw genoeg, zoo
ais de heer Patijn met de oorlogsgeschie
denis der laatste jaren in de hand, aan
toonde; want al is het waar, dal de oor-
logs ver kl a ring tcgenwoonlig tot het
plotselinge mag gerekend worden, aan die
verklaring gaat steeds een lange tijd van
spanning vooraf, en men behoeft in
Nederland niet tol do diplomatie te be
lmoren of een plaats» achter do ministers-
tafel to hekieetlen o»m zulks, te ontwaren.
Als men dat in ons land in Den Haag
niet zou merken, stel dat onmogelijke ge
val, zou de Amslerdamsche Beurs ons in
deze wel letterwijs maken.
Het verbaast ons, dat de Regeoring op
het concilumte voorstel van den hoor Pa
tijn niet is ingegaan, temeer omdat deze
verklaarde, dat door het aanvaarden daar
van nog niets ten principale over de vraag
van het al of niet noodige van het blij
vend gedeelte zou beslist worden. En leed
doet het ons, dat dit voorstel werd afge
wezen, op dit allemaairsL klein motief, dat
het buitenland in het plotseling oproepen
van die 2200 man iet* onrustbarends, wel
licht oen bedreiging zou kunnen zien. Het
is ons niet bekend (want naderen uitleg
van dit gezegde vroeg de hear Patijn in
comité-generaal of tc wel geheime zitting)
of daarmee bedoeld is, dat die 2200 man
wel eens. zouden kunnen worden gebruikt
om naar Berlijn op te trekken!
Terecht mocht de lieer Patijn dan ook
zoggen, dat, als men in Nederland
zelfs geen 2200 man durft oproepen,
zonder angstig over de grenzen te zien,
dat wij dan maar beter doen de hoofd
stukken, Marine en Oorlog uit onze Staals-
bcgrooting te schrappen en niet moor over
defcnsiobclangcn te .praten.
En onder luide hravo's herinnerde de
afgevaardigde uit Zierikzee er aan, hoe er
eens andere mannen achter de groene ta
fel hadden gezeten, die niet zoo benauwd
naar bot buitenland hadden gekeken, toen
liet de nationale eer gold, De Beaufort en
Pierson, die k la barbe van de Engelschen
de „Gelderland" hadden uitgezonden, om
President Kriiger uit Zuid-Afrika to halen.
Scherp waren dc aanvallen op het ont
werp gericht. De heer Marchant klaagde,
dat de Minister van Oorlog alles zette op
de voorbereiding van dc mobilisatie,
terwijl bel toch een publiek geheim kan
genoemd worden, dat de dekking daar
van allesbehalve in orde is. Dc heer Thom
son, die als voorstander van een militie-
leger door dit. ontwerp geheel zag sturen
in een door hem niet gewenschten koers,
onderwierp dit ontwerp aan zeer felle cri-
tiek en vergeleek de werving ii f 120 met
de soldatenronselarij onder Frederik de
Groote, en herinnerde toen niet ongeluk
kig aan een passage uit „Ons Program",
waarin alle menschenhandel uit den boo/e
werd verklaard. En wat den huishoude-
lijkcn dienst betrof, de heer Thomson
vroeg met een smeer of daarvoor de voor
handen elfduizend man nog niet genoeg
warpn. En de meer bezadigde heer Eland,
oml-minister van Oorlog, noemde dat mo
bilisatie-argument zoo vernietigend moge
lijk „een bangmakerij van de soort van de
brochure-Ti nel al van 1889". Alleen de heer
Duymacr van Twist was vol vreugde over
het ingediend ontwerp, en. trachtte de ge
dwongen dienstneming, die in dit ontwerp
werd voorgesteld, als <yr geen vrijwilligers
genoeg kwamen, to verdedigen met arlt.
10(1 en 109 van de Militiewet, waartoe
alle vrijzinnig-democraten hadden medege
werkt... ook de heer Marchant. Luid ge
lach van de Rechterzijde, oen gelach, dat
echter bet feit niet kon wegpraten, dat
op 20 Nov. 1907 on de heer Ta!ma én
dc heer Kolkman èn de beer Heemskerk,
dio nu achter de groene tafel zitten, om
van do heeren De Savurnm Lobman en
Tydeman te zwijgen, uitdrukkelijk hebben
verklaard, dat aan de verkregen rechten
der miliciens niet moehl worden getornd.
En de heer Ter Laan maakte de'scherpe,
maar niel onverdiende opmerking, dat de
Regoering wel daarom zoo'n haast, met het
her.-tel van jmt blijvend gedeelte zou ge
maakt hebben, omdat het èn onder Mi
nister Staal en door de fout van Minister
Rappard tweemaal ifreds is gebleken, dat
men het 's winters best met een zeer
klein gedeelte doen kan, en dat wanneer
nu deze winter ongestoord voorbijgegaan
was, dat het dan des te meer moeite zou
gekost hebben om aan de Nederlandscho
natie duidelijk te maken, dat wat twee
maal goed was gegaan, nu in eens niet
meer goed ging.
Verdedigd werd het ontwerp door den
heer Notens en door den lieer Tydeman,
beiden zonder geestdrift. De eerste maakte
meng. „Tk ben benieuwd, wat ju doen zal,
als ik heengaen de oogen sloten zich ver
moeid, terwijl er een bezorgde uitdrukking
op het gloeiende gehuil kwam.
Mot een onderdrukten snik boog Yalen
tijn het hoofd, en bad in stilte dat zijn kind
vrouwtje hij hem mocht blijven. Terwijl lnj
bad, verdween de bezorgde uitdrukking, en
na korten tijd verviel de zieke in een lichte
-humoring.
Hij verwijderde zich zachtjes van het bed
en ging terug naar zijn plaats bij bot vuur,
om met een vermoeide zucht zijn vorige hou
ding weer aan te nemen. Zoo nu en dan flik
kerde bet vuur op en wierp dan vreemde
schaduwen op het hleeke, ingevallen gelaat
van den waker.
Langzaam kroop de imeht voorbij, ieder
uur scheen een eeuwigheid. Ergens in dc
verte sloeg een klok met diepen toon mid
dernacht, cn vóór do echo's van den laatstee
slag waren weggestorven, sloeg er weer een
andere klok, nog een en nog een en toen
heerschip er weer diepe stilte. Na een poosje
werd deze weer verbroken door de tonen
van een dronken zwierbol beneden op straat,
maar ook deze stierven weg, toen de man zijn
weg naar luim vervolgde.
Vnlenlün 'md op en bewoog zich ge
luidloos, hij deed u.t kolen op hel vuur on
maakte e -reilm duiden drank klaar. Toen
ging hij n mr en wierp een langen,
'freurigen blik op zijn kostbaren last. Zij slui
merde nog, mm i'ó.-i band buiten bed. Heel
nog de reserve, dat h rj wel eens wilde
weten hoe de commandant van het veld
leger en de chef van den generalen staf
over de zaak dachten, en de laatste ver
kondigde de hoogst zonderlinge theorie,
dat men althans beginnen moet met
ecu minister van Oorlog te vertrouwen, en
hem te geven wat Jpj noodig acht. Het
wil ons voorkomen, dat dit standpunt den
afgevaardigde van. Tie! wel eens leclijk
zou kunnen opbreken.
Do heer Karnebeek bleef zichzelf geheel
gelijk toen hij het ontwerp warm verde
digde; hij is nu eenmaal voorstander van
oen zoo groot mogelijk blijvend gedeelte.
Opschudding verwekte ten laatste een
kort speech je van den heer lloodhuijzen,
dat dit wetsontwerp reeds daarom voor
hem onaannemiijk was, omdat er uit bleek
dat er al zeer weinig vastheid van over
tuiging bij onze opperofficieren inzake de
fensie bestond. Immers, de heer Wentholt
had mede dit wetsontwerp geteekend, die
als Minister van Marino in liet vorige Ka
binet zijn naam gezet had onder het ont-
wcrp-Rappnrd, dat precies hel tegenover
gestelde wilde. De lieer Roodhuijzen be
ging hier een kleine vergissing, getee
kend had Minister Wentholt hei ontwerp-
Rappard niet, om de eenvoudige reden, dat
het reeds in zee was, toon hij als op
volger van den heer Cohen Stuart optrad.
Onder dit alles> was de heer Sabron
vrijwel onaandoenlijk gebleken. Als men
hem niet van tijd tot tijd had zien op-
tookenen, zou niemand vermoed hebben,
dat hij juist de man was wien het aan
ging; vermeld dient toch, dat om goed
het gewicht van het ontwerp te doen ge
voelen, de Ministers in v-ollen getale aan
wezig waren.
Correct, ganz milittirisch was het op
treden van den generaal Sabron. Breed
hoorden wij uitmaken de nadeden, die door
de inkrimping van het blijvend gedeelte
waven geladen, kaderopleiding was onmo
gelijk geweest, de huishoudelijke diensten
waren zóó zwaar geworden, dat zulks tot
insubordinatie had geleid van hen, die er
mee belast waren, en wat de mobilisatie
betreft... toen. ging de Kamer over in
comité-generaal en werden wij, persman
nen, verzocht om eens te gaan wandelen.
"Wij zijn geen groote voorstanders van
comité's-generaal, al ontveinzen, wij ons
niet, dat het noodig kan wezen, maar het
is tegenwoordig te voet in de mode; dit
is al het tweede in de spanne van één
jaar tijds, terwijl er sinds jaren geen ge
bruik van gemaakt was. Wij kunnen ons
niet voorstellen, dat gewichtige geheimen
omtrent de legermobilisaüe ooit geschikt
zouden kunnen zijn om aan een vergade
ring van 100, zegge honderd mcnschen,
tc worden medegedeeld. En het comité-
generaal neemt de verantwoordelijkheid
van de schouders van den volksvertegen
woordiger weg, en onttrekt hem aan alle
eriliek op zijn stem uitgebracht; hij kan
altijd tot den criticus zeggen: „Ja, mijn
vriend, ge zandt wel» anders» pralen ais
a xxmaamBMBjaxuKtaaama
zacht trok Valenlijn zijn stoel Bij hei bed,
en drukte zijn vrouw's hand in de zijne,
zijn blik gevestigd op huur gelaat, zijn ge
dachten teruggaande naar den dag - nog
geen jaar geleden -toen zij in een kleine
Londenscbe kerk de banden in elkaar leg
den. Toen klopten hun harten vroolijk vun
liefde en hoopdo liefde wils, niettegenstaan
de den tegenslag, nog eum sterk, maar do
hoop, helaas, was verdwenen en de wanhoop
was er voor in de plaat» gekomenliet was
een kleine, treurige gegehiedenis.
Valenlijn Berenion was de zoon van oen
rijk koopman, die van zijn rente leefde, en
wiens eeltig verhingen was. zijn zoon goed
getrouwd te zien. Valenlijn was hot even
wel in dit opzicht niet zijn vader niet eens,
daar hij heel veel hield van Nora Desmond,
de mooie gouvernante, die de jongere Berc-
tons in de regels van de Engolsehe taal on
derwees.
Zij was nog maar een nteisjo nauwe
lijks twintig jaar met een aanlig gezichtje,
bolder stemmetje, lief figuurtje on ecu trouw
hart. Baar er veel gelegenheid was om in
elknnr'a gezelschap te zijn, was liet niet an
ders te verwachten, dart dat de jongelui ver
liefd op elkaar zouden worden. Nnra was een
wees, zonder fortuin een groote schande
in de oogen van den heer Bereton, die zeer
boos was, toen Valenlijn hem om zijn toe
stemming vroeg voor hun engagement.
TTot eind van de geschiedenis was, dat dc
jongelui, niettegenstaande liet ouderlijk ver-
ge met mij in het comité-generaal waait
geweest."
En één zaak is er, die- ons al over
tuigt, Rat het al heel weinig zaaks is ge
weest wat daar in comité-generaal verteld
is, èn wel deze dat het daar gehoorde
zelfs de oud-ministers De Beaufort. 'Bor-
gesius, Lelv, Jansen, Pierson en Eland
niet van de noodzakelijkheid van den ge
nomen maatregel heeft weten te over
tuigen.
Het comité-generaal liep Woensdagmid
dag ten einde, en Donderdagmorgen kwam
de premier aan het woord, die zijn taak
met weergalooze handigheid en gevatheid
vervulde, maar die zeker het recht gaf
aan den heer Patijn te vragen, of Minister
Sabron zooveel ernst verbruikt had, dat
de Minister van Binneniandsche Zaken wel
meende met een minimum-dosis daar
van te kunnen volstaan.
Hoor den heer Heemskerk gebruik maken
van de formeele \ergissing van den afge
vaardigde voor Brielk' en verklaren, dat zijn
grief over onstcvighcid van overtuiging, in
zake defensie alleen in diens geachte
verbeeldi ng bestaat, want dat de lieer
Wentholt het ontwerp-Rappard niet heeft
geteekend. Onbedaarlijk gelach. Dat gaat wel
niet heel diep, en het gelijk bleef naderhand
zeker aan den kant van den heer Roodhuij
zen, toen deze betoogde dat dit niets tot dc
zaak afdeed, want dat de heer Wentholt door
zijn zittingnsmen in het Kabinet-De Meester
zich met Rappard's ontwerp solidair had
verklaard, maar voor het oogenblik had de
Minister zich geholpen, eene Kamer die in
hartelijk gelach schiet is ontwapend. Floor
hem den heer Merchant, die gevraagd had
om eene mobilisatie als proef of alles in orde
is, toevoegen, dat als het er op aan za! ko
men, de millioen te voteeren, die deze proef
kosten zal, de afgevaardigde voor Deventer
wel door zijne eigen vrienden in den steek
zal worden gelaten, zie zijne onnavolgbare
leukheid, als hij zegt het standpunt van den
heer Van Doorn te waardeeren, die tegen za!
stemmen, enkelen alleen omdat hij
vindt dat de Militiewet het ministerie ge
heel in de hand gaf, wat het door di, ont
werp wil bereiken, r;n ook te waardeeren
zijne stem mits hij slechts in de minder
heid blijft.
En zoo ging het door. ITet is wel moge
lijk, dat de heer Heemskerk .zooals Ds. van
Lummel in de anti-revolutionaire „Delve-
naav'' schreef, de beste nnti-re\ olutionnir
is op één na, in het debat is hij ver do
meerdere van Dr. Kuyper. Ten slotte void
art. 4 ingetrokken, daar door het genoeg
zaam aantal vrijwilligers dat zich aangeboden
had, de bevoegdheid om de miliciens op te
roepen, niet meer noodig was.
Het scheen wel ol de heeren elkaar in
Comité-Generaal alles gezegd hadden, wat
er te zeggen was, en of de neuzen geteld
waren. Na heropening daarvan was de be
langstelling beneden het vriespunt gedaald,
en ging men nan de onderlinge ruzies. De
heer Tydeman werd niet onverdiend om zijn
„gelooven op gezag" door de heeren Mar
xist, toch trouwden, en de lieer Bereton hem
de deur uitzette.
Met harten vol hoop begonnen zij den
strijd om het bestaan. Vnlentijn kreeg een
betrokking al» klerk op een kantoor en alles
ging do eerste maanden goed. Tengevolge
va» bet faillissement eener andere firma
moest evenwel zijn patroon toen ook zijn be
talingen stakende klerken werden ontsla
gen, en na dien slaagde Vnlentijn er niet
in, een andere betrekking te krijgen. Da,
mm dag ging hij er op uit om aan werk te
komen, maar ook telkens kwam hij teleur
gesteld terug. Stuk voor stuk gingen toen
de meubelen weg; nehtereemolgchs verhuis
de het jonge paar naar goedkoopore hui/en,
totdat ze ten slotte te huid vaien gekomen
np een kamertje in een huis in een der bui
t ouw ijken van Londen. Toen kreeg de jonge
vrouw koorts en werd gevaarlijk ziek. Va
lentijn besteedde zijn Imitate geld om haar
lijden te \eiznchten. De dokter, dien hij lmd
laten komen, vond het geval ernstig, en op
de vragen ,van den jongen ntan antwoordde
hij vriendelijk maar beslist, dat hij niet veel
uitzicht kon geven op herstel.
Als zij voldoende voedsel had, zou zij
hel misschien door.-tnnn, zei hij ton slotte toen
j hij weg ging; en na ooit zwaren strijd legen
zijn hots, schreef Valenlijn een brief aan
zijn vader om diens hulp in te roepen, lietn
1 smoekondo zijn verzoek niet van de hand te
wijzen.
Ilij zeide er niets van aan Nora, maar
terwijl hij de buren verzocht gedurende zijn
afwezigheid op haar te passen, ging hij
uit, en deed den brief in de wuwtbijzijnde
bus.
Een week verliep, zonder dat er antwoord
kwam en toen gaf hij alle hoop op. Lang
zaam maar zeker verloren de schitterende
oogen hun glans en de lieve stem werd van
dag tot dag zwakker, lederen morgen en
iedoren avond zag Yalentijn verlangend uit
naar den brievenbesteller met den brief, die
uitkomst moest geven. De dokter keek ern
stiger en schudde het hoofd bedenkelijker.
Het sloeg één uur - twee drie en
Valenlijn zat naast liet bed te waken en te
kijken. Met geregelde tussehenpoozen klonk
in de stille straat de zware stap van
den politieagent, die zijn ronde deed. liet
sloeg vier in de verte, toen Nora langzaam
haar oogen opende en in hol vervallen ge
laat keek, dat zich over haar heen boog.
Slechts voor een oogenblik opende zij zo,
toen sloot ze ze weer alsof ze in een lichten
sluimer viel.
Het sloeg vijf zes en de karren, voor
de markt bestemd, kwamen voorbij. Ilot
morgenlicht vie] door het venster en ver
lichtte de knroer» toon Yalentijn de lamp
uitdeed en hot vuur voorzag. Toen nam trij
zijn oude houding naast het bed weer in. De
uren gingen voorbij; voortdurend w:is hef
rumoer van de straat hoorbaar, stemmen
klonken in de verte.
Nora bewoog zich onrustig. Val boog zich