,(|c zjj zich naar b'ovten on ontsloot
fjcor, waarvan zij don sleutel in liaar
Vgestoken had. Bij' het openen van de
sloe "en. de vlammen haar .tegemoet
„cl ZOO hevig, dat aan doorkomen geen
«ten meer was*
De op haar hulpgeroep toegeschoten l)u-
tonden ook geen pogingen tot redding
door de vreeselijkc hitte van de snol
,3f zich heen grijpende vlammen. Zoo
i men lijdzaam do komst der brand-
•'r afwachten. Toen deze arriveerde wist
betrekkelijk spoedig het vnur meester
ïorden. Maar de, brandweermannen
je'do kamer binnen gingen, vonden de
inilerfjes niet meer in leven. De hefde
ïnaapjes
waren, beangst voor do vlammen,
««kropen, het oudste in do bedsfjoo,
«der de dekens, het jongste in een Roek
jjr tanier achter zijn wiegje. Daar wer-
zij gevonden, met slechts weinig hrapd-
jronden, maar gestikt door den, rook.
Hen bracht ze naar do tweede verdie-
nj waar do inmiddels ontboden genees-
leerden dood constateerde.
1 De moeder, die in blijde verwachting is,
trok zich, zooals men zich begrijpen kan,
bet geval erg aan en zat voortdurend ,wc-
ïcnloos te staren op eon stoel bij Re buren
tjee hoog, zonder van eenige troost te
willen hooren
De inmiddels geroepen vader, gedroeg
tóch heel kalm onder den, slag, en, pp diens
'verzoek werden de lijkjes zoo spoedig mo-
ijk uit de woning gebracht en, vervoerd
naar het lijkenhuisje achter in de Luxom-
burgcrdwaisstraat.
De namen der knaapjes zijn Jacobus F.
I Kalser en Wilhelmus Kalser. Hun leef-
jjdea zijn resp. 5 en 2% jaar.
De verdieping brandde geheel uit, terwijl
op no. 34 de huren ook eenige Rrand-
sckile kregen in hot voorvertrek, door
dien cr een gemeenschappelijke opgang is
voor dó beide perccolen en dus de vlam
men, die bij no. 36 'de deur ^uitsloegen,
io. 31 aantastten.
Brand.
Gistermiddag omstroqks halfvijf is brand
ontslaan in de nikkel falwiRk van den heer
Weatzei in de Leeuwenstraat te Hilver
sum. Vele materialen cn nikkel/waren gin-
jen verloren. Do hoer ,WL was laag .ver
zekerd, terwijl ook het bedrijf cenigen tijd
zal moeten stilstaan. Oorzaak van den
brand is hot springen van een vonk yan
eon dei' draaischijven in een hoop wol,
waardoor een bak met benzine onmiddel
lijk ontplofte. De brandweer slaagde erin
kt vuur spoedig te biusscheii.
00' ct. on gelo
Mandei en Bedriji.
HET WESTLAND, 3 Sept.
Op de veilingen van hedenavond werden
de volgende prijzen besteed
Pruimen: groene 82 B
|/0.ü7 h 0.G3 per 25 kilo.
Aanvoer 800 kin.
Uien l.'GO B 1,71 per baal. Aanvoer
210 halen.
AMSTERDAM, 4 Sept.
Lijnolie. Vliegend 234- 231, October
/23J 231, Oct.-Dec. f 231 23 23i Jan.
Apiil 22| 221 Mei-Aug. f 22| 22b 22|
LEEUWARDEN, -1 Sept.
Rotor. Boerobotor ie soort 48. Aanvoer
2'J i 10 J cn 1 zestiende vaten.
Fahricksbotor 47.50 ii 48.50. Aan
*oor 10 J 32 J vaten.
Xotecring van de commissie. Ie kwal
Pabrieksboter. ƒ48.50.
Xotoering- van de Commissie der Vc r. van
'Boter- en Kaashandelaren in Friesland.
Ie soort Fabrieksboiler 47.50.
Veiceniging Landbouw. Leeuwardenle
Vilt' 48, 2e keur ƒ47, per 1 vat; 1
keur *17, 2c keur 45, por j vat.
Librioksbotcrgezouten 44 ii ƒ48, on
Rzouten 4G h f 48.
HAMBURG, 4 Sept.
Petroleum Pennsylvanische in loco nik
•35, Spiritus vast; per Sopt. nik. 27
Li.-hov. mk. 27, (zonder fust).
BUDAPEST, 4
Tarwe per April kr.
Stemming vast.
Sept.
NEW-YORK, 4 Sept.
Sept. Oct. Dec. Mei
■Tarwe: 105J 105§ 1081
Sept. Oct. Dec.
«11185 891 791
Juli
Moi
74 f
P a i 11 i s s e m o n t o n.
Uit de 8taats-Coi;rant,
^"gesproken:
van den Emster, lcanloorbediende
■e otterdam. Rc-clitor-cominissnria mr. A
d'-n' van Romondt; cunitor mr. A
J- Ibituin.
tauter, winkelier cn koopman in
""male waren, wonende te Wijk Maas
en te Hoer. Mr. Besier rechter-com-
Söarif,curator jhr. mr. E. Ailing von
«isau te Maastricht.
Hubert Mooven, vrachtrijder on logcs-
<n louder, wonende aan de Rechtstraat, to
ite ^'r' T- de Wit reebter-oom-
fe-Mtis; curator mr. Femand' Tripels to
Maastricht.
ral' Tnnse.n, thans zonder beroep,
llr ^'ahUhitcur, wonende (e Zutphcn.
L. J. G. Dikema recliter-commis-
»i,curator mr. B. II. Driibcr te Zutfen
löemdigd:
'tuten Mes, koopman en winkelier, \vo-
P* te Himrlemmennecr.
II. J. Lodder, winkelier en koopman, wo
nende te Haarlem.
II. N. van Wingerden, timmerman en
aannemer, te Beverwijk.
M. D. van Oort, winkelier te Zalt-Bom
mel, en Ant. Ekelinans, koopman to Ga
meren.
Hoogwater te Schiedam.
Sept. 5v.m. 10,11 nam. 10,48
6: 11,39
7d 0,19 n 1.11
81.41 j, 2,19
Hoogte van hot water op do rivieren.
Berichten van 4 Sept.
LOBITI1, 8 u. 's morg, 10.62 Gew.0,O9M
KOBLENZ, 6 u. 2.39 Gew. 0,15 M
TRIER, 9 u. 0.66 Gev. 0.12 M
KEULEN, 11 u. '2.33 Gew. 0.17 M
RUHRORT, 8 u, 1.50 Gew. 0.11 M
Zon en Maan.
Jonsopg, Sopt. 6 5.19 vm. onderg. 6.36 nm,
75 20 t 6.34 s
8 5 22 j 6.32
10 Sept. V. M. 17 Sept. L K.
Familieberichten.
Getrouwd: 3 Sept. G, J. Backer en
W. Hogervorst, Abcoude. I. Altink en
L. Limperg, Arnst. J. E. Rombouts en
M. C. v. Wely, Den Haag. W. G. van
Rijn en C. M. Daalwijk, Amst. H. F.
Staats en M. J. M IT. Hovi us, Ainst.
Jhr. F. Feith cn R. W. van den Wal Bake,
Hilversum.
Bevallen: 2 Sept. E. Vaz Dias
Gomez de Mesquita, D., Amst. A. Stof
fersDe Graaff, Z., Baarn.
Overle'den: 30 Aug. G. W. v. Riet
Paap, 55 j-, Spaarndam. 1 Sept. Wed.
S. van GelderBoekenoogen, 76 j., Amst.
K. E. Beekman, 25 j., Amst. Wed
C. KcemnnICamcrmans, Amst. A. C.
T. v. Valkenburg, i j., Bantpoort-Meeren-
berg.
ALLERLEI.
WAAROM HIJ HANDSCHOENEN DROEG.
Eugèno Higgins, een rijk financier, gaf
to Monte Carlo aan eenige Amerikanen een
diner. Het spel in het casino kwam ter
sprake, en do heer Higgins beschreef een
voorval, dat hij den vorigen avond bad
meegemaakt
„In een van do goud-kamers,v sprak hij
„speelde een heer met handschoenen aan.
Toen er Weer eon stapel goudstukken door
den croupier naar hem toegeschoven werd
hoordo ik een jongedame hem in *t oor
fluisteren:
„Wat vreemd, mijnheer, 'dat u bij het
spel altijd handschoenen aan hebt. Waar
'doet u dat voor? Meent u, dat het *t ge
luk bevordert?"
De gelukkige speler glimlachte en ant
woordde: „Volstrekt niet, maar ik beloofde
mijn vrouw op haar sterfbed nooit meer
een kaart aan te raken,"
DE PORIËN VAN ONZE HUID.
Iedere vierkante duim van de menscho
lijke huid bevat niet minder dan 3500
zweclbuisjes of poriën. Ieder dezer poriën
hoewei bijzonder klein, is ongeveer pi van
een duim lang, en kan beschouwd worden
als een kleine draineer-buis. Nu is het
gemiddelde lichaamsoppervlak van
menseh 2000 vierkante duim huid.
Iedere vierkante duim van dit oppervlak
is, zoools wij zeiden, doordrongen van zweet-
buisjes. Als wij al deze buisjes met'de einden
aan elkaar zouden kunnen leggen, zouden
we tot do ontdekking komen, dat zo een
lengte beslaan van bijna veertig mijlen.
een
DE TANDRORSTELBOOIVL
Een van de merkwaardigste voortbreng
selen uit de plantenwereld is de tandbor
slclplant van Jamaica. Het is een soort
kruipplant. Door er op eon behoorlijke
lengte stukkon af tc snijden cn deze aan
een dor uiteinden uit to rafelen, maken do
inwoners er tandborstels van. Het daarbij
onontbeerlijke tandpoeder verkrijgen zij
door de gedroogde stengels tot poeder te
maken.
WAAROM HET GEDAAN WORDT.
Eon welopgevoed mcnsch houdt de hand
voor den mond, wanneer hij geeuwt, maar
niet één van do tienduizend welopgevoede
menschon weet waarom.
Do reden is doze:
Vier- of vijfduizend jaar geleden wan men
in Europa algemeen van meening, dat de
duivel steeds op den loer lag om het mem
schelijk lichaam binnen te gaan en er be
zit -van te nemen. Satan deed dat go
woonlijk 'door den mond, maar wanneer hij
org lang moest wachten vóór con mcnsch
zijn mond opende, liet do duivel hem geeu
wen, en terwijl hij dan zijn mond opendo,
kwam hij "door. zijn kool naar binnon.
Dit gebeurde zoo dikwijls, dat do men
schen, wanneer zij geeuwden, over hun
mond het toeken des kruises maakten, om
den duivel op een behoorlijken afstand to
houden.
De boeren van Italië en Spanje doen
dat nog aloeds; andere volken bobben hot
tcekon des kruises afgeschaft, maar hou
den, als zij geeuwen, dc hand voor den
mond.
CIIINEESCHE DOKTERS EN IIUN
WETENSCHAP.
Zooals bekend is, hecht geen voik zoo
sterk aan overgeleverde begrippen, en go»
braiken, als de gestamde zonen van. het
Hemelschó Rijk, ver in Qpst-Azië, Daar
heeft het ou'do Waarde, niet omdat het goed,
maar omdat het oud is, en de beste nieu
wigheid wordt veracht, omdat ze van he
den of gisteren dateert.
Do invloed der Westerscho beschaving
die van de „roode duivels", zooals do
Chineezon in hun vriendelijkheid do Euro
peanen betitelen is in China hoogst
gering; maar 'den minsten invloed om
niet te zeggen volstrekt geen oefent de
Europeesche geneeskunde uit op 'dien tak
der Chineescho wetenschap. Wie in China
vertoeft, raakt er spoedig van over
tuigd, dat geen Chinees, al komt hij nog
zoo dikwijls in aanraking met Europeanen,
ooit een Europeeschen dokter om raad zal
vragen, maar wel een Chineeschen.
Do Europeescho geneeskunde is voor don
bewoner van hot Hemelschó Rijk eenrom-
melmoes van onzinnige dwaasheden, ter
wijl hij daarentegen de talrijke cn oude boe
ken der Chineesche geneeskunde als een
kostbaar erfstuk uil den ouden lijd vereert
en hoogstelt.
Een deftig georganiseerde schare van
'doctoren bestaat er in China niet; ieder
kan voor geneesmeester spelen, als hij maai
de vela dwaze, over ziekten handelende
boeken, uit het hoofd heeft geleerd. Van
welke soort deze voorschriften zijn, kan
men opmaken uit het volgend staaltje, dat
oen onfeilbaar middel tegen tandpijn geeft:
„Neem knoflook, stamp het fijn en ver
meng dit met een gelijke hoeveelheid ge
stampte tijgerklauwen, wrijf daarmee uw
verhemelte, en de pijn zal dadelijk ver
dwijnen."
Een prachtig recept, .waarvan de uitvoe
ring slechts daardoor lastig wordt, 'dat het
den patiënt eonige moeite zal kosten zich
tijgerklauwen aan te schaffen.
Maar mogelijk is het toch altijd. Hoe
daarentegen het volgend voorschrift uit te
voeren
„Neem drakenbeendoren, stamp zo fijn,
enz.'1*
Het blijft een raadsel, hoe een mcnsch
aan drakenbeenderon komen kan. Even
goed kan men hein voorschrijven, een stuk
van 'de halve maan te nemen.
Om tegen zeeziekte bewaard to blijven,
luidt het Chineesche recept kort en bondig
„Verberg in uw, haar, zonder dat iemand
het merkt, een stuk gebrande kalk."
Maai' niet alleen ziekten kan do Chinee
scho 'dokter genezen, ook tegen allerlei on
gelukken heeft hij recepten en verkoopt
hjj voorschriften.
Het volgende is bijv. volgens liet oordeel
van 'den gestaarten wonderdokter een on
feilbaar middel om het vuur te „bespre
ken".
„Neem 'drie hoedereieren, schrijf op het
stompe gedeelte van het ei het woord
„Warm" en op het spitse het woord „won
derschoon"; werp dan het eeno ei nk het
andere in het vuur cn spreek daarbij do
woorden: „Foeschefarocn, foeschefaroen,
en 'dadelijk gaat het vuur uit."
Aan eenvoud laat dit middel niets te
wenschen over, maar het wordt neg over
troffen door een anderen raad, die leert,
hoe men een vuur, zonder het brandma
teriaal te vernieuwen, kan aanhouden:
„Neem een walnoot en leg dia onder do
gloeiende kolen."
Men moet er zich' over verwonderen, 'dat
dei-gelijke middelen, nog altijd bij het volk
in aanzien staan, daar men toch van hun
gebruik nooit eenig goed gevolg kan hebben
ondervonden. Blaar de Chineesche kwakzal
vers houden, in geval van mislukken, nog
altijd een achterdeurtje open, door zich
te beroepen op 'den wil 'der goden, die do
vervulling dezer wenschen niet hebben toe
gestaan. Bovendien wortelt bet bijgeloof,
waar het zich eenmaal heeft ingedrongen,
zoo 'diop, 'dat het zeer moeilijk Ï3 uit to
roeien.
.Wij hebben 'daarvan in onzo verlichte
eeuw, on in ons beschaafd land nog voor
beelden genoeg.
In sommige streken van China, waar
het boerenbedrijf uitgeoefend w.ordt, wor
den varkens voor kleine wagens gespan
nen om 'ze te trekken.
Er zijn sommige streken in Azië en
Afrika, waar geen gras wil groeien en
toch bloeien op dio plaatsen de mooiste
bloemen cn struiken.
Een Abessiniër ondergaat in zijn leven
drie goede wasschingen: bij zijn geboorte,
op den morgen van zijn trouwdag, en bij
zijn dood. Op allo andore tijden mijdt hij
zeep en water.
I 4
Mevrouw George Cornwallis West, be
ter bekend onder haar vroegeren naam
lady Randolph Churchill, hooft een goed
gevormde slang op oen van haar armen
getatoueerd. Het tatoueersel is gewoonlijk
verborgen door een broeden gouden arm
band, en werd gedaan door een soldaat
op een terugreis uit Indië. Do symbolieke
slang is rood, groen en blauw gekleurd.
NIEUWTJES VAN HIER EN DAAR.
Olifanten zijn 'dol op jenever, maar zul
len champagne niet aanraken,
Do mooiste winkels in oen Chineescho
stad zijn die, waar, doodkisten verkocht
worden.
Er is geen plaats ter wereld, waar zoo
veel schepen vergaan als in dé Zwarte
Zee. In sommige jaren overtreft het aantal
zelfs óón per dag; het grootste aantal,
waar in een jaar melding van gemaakt
werd, was 425, en het kleinste 134. On
geveer vijftig percent van deze schepen
worden wrakken, waarvan 'do equipage to
taal verloren gaat.
De oogbol rust in een kussen van vet,
Waarmee het aan allo kanton omgeven is.
Wanneer het lichaam, op 'do een of andere
manier ziek is, droogt dit vet op, en hot
oog zinkt verder in het hoofd, wat bij
ziekte het ingezonken' uiterlijk geeft.
In Noorcl-Siam bestaat een vreemde wijze
om rechtzaken te beslissen. Boido par
tijen worden in koud water gedompeld,,
en degone, die or liet langst in blijft, wint
do zaak.
Als al 'de huizen in Engeland' naast elkaar
geplaatst werden, zouden zij een ruimte
beslaan van 450 vierkanto mjjlon.
Vijf cn tachtig percent van de men
schon, dio lam zijn, hebben' dit gebrek aan
den linkerkant.
ANECD0TEN.
Vader (die zijn zoontje bij zijn huiswerk
geholpen heeft)„Wat heeft de meester
gezegd, toen je hom je sommen liet zien?"
Jantje„Hij zei, dat ik iederen dag dom
mer werd,"
Oude heer: „Er kwam vanmorgen een
arme man bij me, dio mij om eten vroeg
hij zei, dat hij uitgehongerd was. Ik zond
hom naar uW inrichting, en zei hem, een
flink maal te nemen, wat ik betalen zou.
Hoeveel is 'do rekening?"
Eigenaar' van het café: „Zes en negen
tig cents, mijnheerl"
„En wat heeft hij daarvoor gehad?"
„Negen glazen bier en drie sigaren.''
Jones„Goede hemel, wat wordt gij doof,
kerel!"
Smith: „'t Is niet waar, ik heb nooit in
mijn leven zoo goed gehoord als nu."
Jones (een horloge te voorschijn halend)
„Kan je dat horloge hooren tikken?"
Smith (triomfantelijk)„Duidelijk."
Jones„Dat is vreemd. Het horloge loopt
niet"
EEN EXTRATJE.
Twee heeren, die in een hotel zaten to
eten, spraken erover, wat een ananas eigen
lijk was. Een van hen hield vol, dat het
een vrucht wasj de ander bleef erbij, dat
het een soort groente was. Do vrienden
besloten de beslissing over to laten aan
"den kellner, die hen bediende.
„Jan," vroeg een van hen, „hoe beschrijf
je een ananas? Is liet een vrucht of is
het een soort groente?"
„Geen van beide heereneen ananas
is altijd een extratjel" antwoordde hij.
MIDDEL' TEGEN ZEEZIEKTE.'
Zij„Bestaat er een afdoend middel tegen
zeeziekte?"
Hij: „0, ja, als je de symptomen voelt
komen, dan is alles wat je doen hebt naar
buiten te gaan en onder oen boom te gaan
zitten. Jo zult hooi spoedig beter zijn,'
KLEIN MAAR DAPPER.
De Zondagsschool was op't punt van uit
gaan, toen do juffrouw, opstond, en zeer
tot misnoegen van bijna al de kinderen, die
vonden dat de middag al lang genoog ge
duurd had, zei: „En hier, kinderen, is
mijnheer Smith, hij zal eens wat vertel
len."
Mijnheer Smith stond lachende op, en
nadat hjj do klasse had rondgekeken, be
gon hrj met: „Ik weet werkelijk niet, wat
ik zeggen zal," waarop van achter uit do
klasse met een heel lijn, pieperig stemmetje
geroepen word: „Zeg amen, en ga weer
zitten."
PRETTIG.
„Laat mij dio tranen wegkussen I" sprak
hij getroffen.
Zij viel in zijn armen, en 'de eerstvol
gende minuten was hij bezig, maar toch
bleven do Hanen vloeien.
„Kan niets ze dart doen ophouden?"
vroeg hij akelig treurig.
„Neen," mompelde ze, „het is hooikoorts
maar ga met do behandeling voort.'1
VOOR DAMES.
hun recht to komen, is licht te begrijpen,
want iedere afwijking in het figuur wordt
rnecdoogenloos aan liet licht gebracht. De
nieuwe modellen bestaan hoofdzakelijk uit
empire-robes, robes princosse, welke op de
heupen gedrapeerd zijn, en rokken met
nauwe tunica's.
De collecties der kleuren zijn nog niet
geheel gereed, maar men spreekt reeds van
bruin, grijs, oud-rood en groen.
In de garneermg valt zeer veel venheid
op te merken: bij de fijnere weefsels ziet
men kanten en broderies, in dezelfde kleur,
zooals dat dezen zomer reeds gedragen
werd.
De blouse zal, naast de nieuwe modellen,
nog steeds haar oude plaats blijven behou
den, daar we ze bij het wandeltoilet niet
missen kunnen. Toch zullen vele dames,
en vooral zij, wier werkkring het mee
brengt, veel op straat te zijn, bij het een
voudige tailleur-costuum blijven volharden,
dat bestaat uit een voetvrijen rok' mot half
lang jaquet. De mantels voor het komende
seizoen zullen half aangesloten worden ge
dragen, wat zeer gemakkelijk is, omdat er
(lan verschillende blouses onder gebruikt
kunnen worden. In verdere détails kunnen
wo evenwel ten opzichte der modellen nog
niet treden; want ook hierover loopen de
mceningen zéér uiteen. In de Fransche mo
de-tijdschriften ziet men nog altijd de open
mantels, die met soie-vesten en kanten
jabots zijn ingericht, en sommige gewagen
er zelfs van, dat die mantels in het a.s.
seizoen met fluweclen vesten zullen worden
doorgedragen.
YOOR KINDEREN.
MORR
Zoo langzamerhand nadert helaas de tijd,
dat de linnen en katoenen japonnetjes op
geborgen kunnen worden, om plaats te
maken voor de herfst- en \vintertoilellen.
Marine-blauw, brain en donkergrijze serge
zijn de aangewezen stoffen voor het najaars-
toilet, daar deze, als zij tenminste van
goede qualitcit z'ijn, tegen een regenbuitjo
kunnen, wat met laken cn meer dergelijke
weefsels niet het geval is.
Voor meisjes, die schoolgaan, is een
mantelpakje, van blauw serge of clioviot hot
meest aanbevelenswaardig, zij kunnen hier
bij, al naar do weersgesteldheid het ver
eis c hl, ccn flanellen of katoenen blouse
dragen. Toch zouden wij den dames aan
raden, niet al te vlug haar, winter-gardcrobe
in orde te' brengén, daar er grooto veran
deringen voor de deur staan.
Er z'ijri namelijk gegevens^ die ar op wij
zen, dat er dezen winter zéér nauwo, sl-eo-
pondo rokken on lange, nauwe mouwen zul
len gedragen worden. Dat deze modellen
een onberispelijk figuur yereischen, om to)
SALLY EN HET FEEËNLLAND.
„O, wat zou ik ze toch graag
willen zien!" sprak de kleine Sally Jen
kins heel ernstig, terwijl zij haar oogen
ophief van het grooto prentboek, waarin
zij gelezen had.
„'Wat zou je zoo graag willen zien?"
vroeg haar broer Frank, die op den grond
zat en bezig was de laatste hand te leggen
aan een nieuwen vlieger.
„De feeën," antwoordde Sally, heel ern
stig.
„Feeën?" horhaaldo Frank mol een af
keurenden blik. „Weet je niet, dat die ril
honderden jaren dood zijn?" Frank' sprak
met do grootste verachting. Hij was een
heel verstandige jongen, en zag neer op
allen, die niet oud genoeg waren om een
vlieger te maken, of met den bal spoelden,
Sally vond haar broer bijna even ver
standig als hij zich zelf vond, maar daarom
deelde zij nog niet zijn meening ten op
zichte van do feeën. Integendeel, zij ge
loofde stellig aan het beslaan van dat aar
dige kleine volk, en sedert tzij er Rot eerst
van gehoord had, was het altijd haar
wcnsch geweest, ze te zien.
„Maar, Frank," sprak zij, „ik' ben er
zeker van, dat er feeën moeten zijn, waar
om 'zouden anders al dio mooie verbalen
over haar gemaakt worden? Ik geloof er
niets van, dat ze allen dood zijn."
„Ik wel," antwoordde Frank, terwijl bij
izijn lip optrok, en ais je even verstandig
bfen als ik, zul je dat, ook doen. „Maar ik
■vind Eet, vernielend, jo altijd te hooren pra
ten over feeën, alsof het levende wezens
waren, en ik ga dus mijn vlieger .oplaten."
BM deze woorden verliet hij de kamer,
dn de hknd den vlieger, dien hij zoo juist
had algSemaakt.
Al zijn praatjes h'addcn evenwel Sally's
geloof in feeën niet geschokt, en toen hij
iviord'wenen was, zonk' zij neer in de Mis
sions van een gomakkelijken stoel, en ging
nog eens in g-edachiten na, alles, wal zij
(er over gehóórd of gelezen had.
„Ik wou, dat ik ze zien kon," fluister
de zij weer, geheel tot zichzelve. „O, wat
izóu ik dat hperlijk vinden."
Plotsfeling deed een vreemd, schprp ge
duid Raar opkijken, en op de roos, die op
jdo koleinbak geschjldetd was, zag zij een
van de liefste kleinste schepseltjes staan,
dib zij ooit gezien had. Het had een nauw
sluiteyid kleedje aan, hecleinaal groen, en
pp hjeti hoofd eein klein, rood, kegelvormig
mutsje. Het was een grappig uitziend we
zentje.
„O, lieve 1" riep Sally uit, vol verbazing
«in blijdschap. „Zijt ge een fee?"
Het; grappig uitziend wezentje boog Ret
hoofd, totdat het pluimpje van haar muts
jbijna den grond raakfe. Toen stond liet
*Ve,e,r rechjt; op en antwoordde
„Ja, jongejuffrouw Sally, ik ben een
van lijat; volkje, dat gij, groote menschon,
Jfeo^n no-ëmt."
„En zijn ef nog mo.er zooals gij?" vroeg
1 1 1 1
„O, nog voel meer," antwoordde zij. „Wij
Rebben vaandaag vac an tie, en als gij eens
iziepi wilR Roe wij ons .ve.rmaken, dan zal
iik' u eens meenemen, naar ons volkje."
„'Wilt go dat? 0, dat zou Ree.rlijk zijn!"
„.Maar is Rei ver?"
„Njeen, jongejuffrouw Sally. Als gc met
mij mjeegaat, kunnen we er pinnen een mi
nuut zijn," sprak' Rij, mi-Ik een buiging.
„Iljcel goed, ik zal gaan," .sp,rak Saildy; en,
■zij sprong van den stoel, terwijl lipt grap
pige kleine schepsel ccn saltt.o-mo.rt.ale
maakte van dé kolenbak, en in een oogwenk
naast haar stond. Zij greep haar toon bij
do punt; van hjnryr schort en leidde haar
Rot huis uit. Zoodrai in de open lucht
waren, scRcen z'jj met bizonder groote vaart
tc gaan, cn binnen zcejr korten tijd stonden
zij op een klei no groent! verhevenheid, to
midden v;qn enkele hoornen.
Wordt vervolgd,)
BtfrFW» WFA\TSrrt* hujm
«Mb
i i <-»