CL' Vaarwel, Madrid, vaarwel met uw wel en uw wee, uw licht en uw schaduw, vaarwel! We keeren naar Holland weer 't lief vaderland! Madrilecners, we danken u voor uw ver rassende vriendelijkheid en onovertroffen gastvrij onthaal. Wat zijt ge do vijf een voudige Hollandsche arbeiders op hun tocht in den vreemde welwillend en hartelijk tegemoet getreden Dank, duizendmaal dank! ALLERLEI. WONDERBAARLIJK GENEZEN. De Engelscho dr. Hill, een hoogst be kwaam heelkundige en bovendien een zeer beschaafd en geestig man, was in twist geraakt met de leden der Koninklijke Aca demie, zoodat dezen hem niet als hun lid wilden opnemen. Hierover besloot hij zich to wreken. Kort nadat bisschop Ber keley zijn werk over dc verwonderlijke go- neeskracht van tecrwater had uitgngevm, schreef Hill aan den secretaris der Aca demie eon brief, waarin hij zich voordeed als een plattelands-heelmeester, en in bij zonderheden een genezing meedeelde, die hij zou bewerkstelligd hebben. „Een zeeman," zoo schreef hij, „had zijn been gebroken en riep mijn hulp in. Ik bond de gebroken deolon aan elkaar en bestreek zo met het vermaarde teerv, ator. Bijna oogenblikkelijk bemerkte de zeeman de voortreffelijke uilwerking van dit mid del, en het duurde niet lang, of zijn been was voor goed geheeld." De brief werd in een vergadering der Koninklijke Academie gelezen en gaf tot groot verschil van gevoelen aanleiding. Men schreef verhandelingen vóór en tegen het tecrwater en hot herstelde heen, tot dat er een tweede brief inkwam van den (zoogenaantden) plattelandsdokter van den volgendon inhoud „In mijn laatste schrijven vergat ik u mee te deelen, dat het gebroken been van den zeeman een houten was." heid bedankt. Of Dobora dat ook gedaan heelt, weet ik niet." DE BEDRIEGER BEDROGEN. De hertog van Orleans stapte eens op zijn reis, door een kleiig stadje, jhj een kastelein af, en gebruikte alleen een kop bouillon, waarvoor de man hem maar 250 gulden in rekening bracht. Do hertog maak te geen enkele tegenwerping, doch liet den burgemeester van hot plaatsje bij zich ko men en gaf dezen 500 gulden ,voor dc ar men, met verzoek, dat hij daarvan pok den gebruikten kop bouillon voor hem beta len zou. De maire was een |„goed ver staander" die aan een „half woord" ge noeg bad; hij betaalde don hebzuchtigen kasteleinoen rijksdaalder, en gaf het overige geld aan do armen. AL TE BELEEFD. Ue rechter Fornold van Santa Barbara had den naam, do beleefdste man uit Ca- lifornië to zijn. Ilij liet nooit een gelegen heid voorbij gaan, om zijn hoed af to ne men. of reizendon of trekkenden dames en hoeren kleine oplettendheden te bewij zen. Op zekeren dag was hij op het punt den trein naar San Francisco in te slap pen;^ hij stond reeds op do trede van het rijtuig, toen er een jong geestelijke naderde, „Na u," zeide dc beleefde rechter, ter wijl hij met een beleefde buiging van de trede afging. „De ouderdom gaat voor," antwoordde de geestelijke met een beleefde handbe weging. „Neen, gij gaat voor," hernam de rech ter, terwijl hij nog een stap achteruit deed, met den hoed in den hand. „Ik doe het stellig niet," hernam de geestelijke, weder diep buigende. Het gevolg van lmn beider beleefdheid was, dat geen van beiden een stap verder kwam en de trein vertrok, de beide hoe ren buigende on glimlachend achterlatend, tot groot vermaak van de omstanders. MICHEL ADANSON. Michel Adanson, een der beroemdste botanisten van Europa, die van 1727 tot 1S0G leefde, was een leerling van den groo- ten natuurkundige Róauinur. Hij werd te Aix, in Provcnie, geboren, uit ouders van Schotsche afkomst. Na tc Darijs gestudeerd te hebben, ondernam hij op den leeftijd van 21 jaar een ontdekkingsreis naar Senegal, een toenmaals onbekend lajid op de pvesl- kust van Afrika. Vijf jaar lang bleef hij in .dat brandend boet en ongezond klimaat, en deed er na tuurkundige proeren en onderzoekingen van allerlei aard, waarover hij hoogst belang rijke werken schreef. Dc Parijsche Acade mie benoemde hem lot lid. Engeland, Oos tenrijk, Rusland en Spanje boden hem ach tereenvolgens gelde lijken onderstand aan, iti verband met zijn plan, om pp Afrika's westkust een kolonie te stichten; doch zijn nationaliteitsgevoel deed hem de hulp van vreemden weigeren. De grootc revolutie ontroofde hem alles, behalve zijn moed en zijn lust .tot onder zoek en arbeid. Ruim veertig jaar oud, had hij gebrek aan het hoog noocligo, en zelfs geen schoenen om de zittingen der Academie bij te wonen. Zoolang hij den ken en schrijven kon, bleef hij evenwel op gewekt aan den arbeid. Na zijn dood vond men zijn uitersten wil, den wonscli hehol- zeude, dat men zijn lijkbaar eenvoudig zou versieren niet een bloemenkrans, samen gesteld uit de achtenvijftig door hem ont dekte bloemsoorten. wordt een nieuw dagboek begonnen en het oude gesloten in een brandkast, waarvan de keizer alleen de sleutels heeft. ARECDOTEN. „Wal bracht je hier op deze plaats, goede vriend?" vroeg iemand, 'die de ge vangenis bezocht, aan een veroordeelde. „Een-klein verschil van mteoning', mijn heer!" „Onmogelijk!" ,,'t Is toch werkelijk zoo, mijnheer, ik was van mcening, dat ik onschuldig was, ter wijl do rechters, het schuldig over mij uit spraken. Dat is alles." WAAR DE KIKVORSCII HEENGING. Do leerlingen van een voornaam pro fessor in do zoölogie een heer met veel eigenaardigheden zagen op een middag dat zij voor het lunch naar huis gingen, op de lessenaar van hun onder wijzer twee kleine pakjes liggen. Bij hun terugkeer naar hot labatorium, dien mid dag, zagen zij er nog maar één. Toen do professor de les opende, nam hij dit voor zichtig in zijn hand. „Bij de studie van het wervelbeen heb ben wij de kilcvorsch als type aangeno men. Laten wij na in deze verder gaan mot ons onderzoek." Dit zeggende, maakte de professor het touwtje los van het pakje en bracht een broodje met ham en een gekookt ei te voorschijn. „Maar ik heb toch mijn twaalf uurtje gehad", zei de geleerde man ver bijsterd. HUWELIJKSIDEAAL. Dame: „Wat is uw hoogste ideaal van een gelukkig huwelijk?" Heer: „Dagelijks drie stevige maaltijden, en het eten goed toebereid." HEEL PRACTISCII. Dienstmeisje: „Compliment van me vrouw, cn die laat vragen, hoe mijnheer Muller het maakt." Mevrouw Muller: „Het gaat heel slecht met mijn man, en het zal wel spoedig afloopen." Dienstmeisje: „Wil ik dan misschien nog een oogonblik wachten?" Juffrouw A.„Mijn jongen heeft een dubbeltje ingeslikt, zouclt ge den dokter even willen halen?" Juffrouw B.„Mensch, waar denk je EEN NIET ALLEDAAGS CUE TROUW- IIISTORIE. Ik maakte eens verhaalde een Ame rikaan een aardig meisje hot hof. Zij heette Debora Hawkins, en ik vatte bot voornemen op, haar to trouwen. Toen wij echter mot elkander naar den predikant gingen, trapte ik onvoorziens in een plas en bespatte Debora's nieuwe japon, van boven tot beneden. Toen wij bij den predikant kwamen, vroeg hij aan Debora, of zij mij tot haar wettigen echtgenoot wilde nemen. „Neen," sprak zij, „dat wil ik niet." „Maar om 's hemels wil, waarom niet?" vroeg ik. „Och," zeide zij, „ik heb nu eenmaal een hekel aan jc gekregen." Ik dacht, dat het nu uit zou zijn tus- sehen ons beiden; maar ik gaf haar een paarlen halssnoer, eenige kussen, sprak haar weer toe, en kreeg haar weer mode. Wij gingen ton tweeden male naar den predikant. Ik had mij voorgenomen, dit maal met Lobora af te rekenen, en toen do predikant mij vroeg of ik haar tot mijn wettige vrouw wilde hebben, .zei ik„Neen, dat wil ik niet." „Maar om 's hemels wil, waarom dan niet?" riep Debora uit. „Och, zei ik," ik heb nu eenmaal een hekel aan je gekregen." Dus nu was het alweer uit. Ik gaf haar echter een nieuwe broche, en eenige an dere kleinigheden, cn wij gingen ten derden male naar den predikant, om ons te laten trouwen. Thans verwachtten wij zóó vast aaneen gesmeed te zullen worden, dat geen men- schelijke macht ons van. elkaar zou kun nen. rukken. Maar toen wij den geestelijken heer vroegon, of hij ons wilde trouwen, zei hij: „Neen, dat wil ik -niet." „Maar om 's hemels wil, waarom dan niet?" Vroegen wij. „Wel,:' zeide hij, „ik heb nu eenmaal een hekel aan u beiden gekregen Debora begon luid te weenende predi- dikant begon luid te razen, ik (begon luid te lachen. Maar later heb ik, ,toen ik een andere, een beminnelijke vrouw vond. dik wijls den predikant voor zijn eigenzinnig- ELEL1 RIC11 Eil IN IIEJ' MENSCHELIJK j aan? Den dokter een gulden betalen, waar je een dubbeltje voor terugkrijgt." UIT KRACHT VAN GEWOONTE. Professor H. moest naar een verwijderde stad. Daar hij een coupé voor zich alleen had, en een lange reis voor zich, ontdeed hij zich van zijn overvloedige klecren en legde zich neer om to slapen. Toen hij den volgenden morgen ontwaakte, keek hij tevergeefs naar zijn schoenen, toen hij zich LICHAAM. Een zeker Engelschman heeft een be schrijving uitgegeven van zijn onderzoc- kingsreis in het westelijk deel van Midden- Afrika, waaraan de volgende merkwaar dige aanteekening is ontleend: „ir zijn in deze streken negers, die ge geeseld worden met riemen, waaraan zich nog koehaar bevindt, en bij eiken slag clectrische vonken van zich afgeven. Het zelfde verschijnsel doet zich voor, wanneer PlotsGing herinnerde, dat hij ze in zijn tie huid dier mensehen eenigen tijd een- verstrooidheid, uit kracht der gewoonte, voudig met den vinger wordt gewreven, °P de treeplank buiten het rijtuig gezet De proef gelukt oven wel niet bij allen. Het had' waarvan ze natuurlijk in dien tusschen- schijnt, dat negers met flegmatisch tempo- I verdwenen waren. rament, er onvatbaar voor zijn. NIEUWTJES VAN HIER EN DAAR In ons land en Engeland zijn de bruids- Zij: „Go zegt, Karei, dat ge alles voor rap doen wilt." Hij„Dat is ook zoo, lieveling." Zij: „Je weet, hoe vreesclijk rood mijn kransen samengesteld uit oranje-bloesem, haar is, Iaat het jouwe nu ook rood in üuitschland uit myrtho, in Italië uit witte rozen, in Spanje uit roode rozen' in Griekenland uit wijngaard-bladeren cn in Bohcmen uit roosmarijn. ver ven, dan hebben we elkaar niets te ver wijten." VOOR DAMES. zeg ^Zijden hoeden werden voor het eerst in 1795 te Parijs gedragen. Dc kat werd als een heilig dier be schouwd door de oude bewoners van Ite- liopolis, Egypte. Als een van deze die ren in een particuliere woning stiei-f, I uw verontschuldiging ie zeggen?" scheerden de bewoners de wenkbrauwen af. Gevangene„Ja, mijnheer de rechter, ik beken, dat ik een vagebond en een dief Een vindingrijk chemist in Oostenrijk I l)e)L'. maar ge moot toch dankbaar zijn, heeft een zelfaanstckende sigaar uitgevon- 'h hier ben en mij een lichte straf Bezoeker: „Wilt ge aan mijnheer gen, dat ik geweest ben, meisje?" Dienstbode: „Ja, mijnheer, wie moet ik zeggen, dat er geweest is?" Bezoeker: „Mijnheer hoeft mijn naam niet te weten; hij kent me heel goed.' Rechter: „Gevangene, hebt ge nog iets opleggen.' Rechter: „En waarom?" Gevangene: „Stel u eons voor, dat wij werkstaking hielden, en eerlijke, bravo m"n- schen werden, waar zoudt gij dan den kost mee verdienen?" Rechter (streng): „Hm, vijf jaar dwang arbeid." den. Ze wordt in een chemisch preparaat gedoopt, en wanneer ze togen eon hard voorwerp, bijv. een muur of do zool van een schoen gewreven wordt, gaat ze aan als een lucifer. Als een deel van het schoolonderwijs, wordt don meisjes in België het huishou den en het inkoopen op de markt geleerd. Nadat de politie tevergeefs getracht had Under de eerste draadnagels, die door zaal te ontruimen, stond er een heer de menschen gebruikt werden, behoorden °P> met de aankondiging: „Er zal een de doorns van den accaciaboom. Sommige collecte gehouden worden," cn in minder van deze waren acht inches lang en zoo 'dan geen tijd was de zaal ledig, hard als ijzer. Het gebruik van graten voor dit doel was reeds vóór Noach in zwang. 1 Mevrouw (tot do keukenmeid): „Sluit toch do keukendeur; de reuk van de go- braden gans verspreidt zich over de ge- hcole straat, daar is nu al de dci*dc Een verstandig landbouwer te Gónève heeft een horloge samengesteld, waaraan soldaat, die je wenscht tc spreken, een kleine phonograaf verbonden is, die in staat is dc uren aan te kondigen. liet geluid is hard genoeg, om op een afstand van twintig voet gehoord te worden. Klant: „Ik wou wat boter hebben." Knecht (laatstelijk in een sigarenwinkel): Licht, middelsoort of zwaar?" De keizer van Oostenrijk is een groot Dokter (tot patiënt)„Uw geval is heel moker, maar zijn smaak in die richting ernstig mijnheer, en ik geloof, dat we goed is zeer eenvoudig, daar hij niet anders als deden, met een consult te houden, goedkoope en volstrekt geen geurige si- j Patiënt (te ziek om ergens om te geven): garen rookt. „Heel goed, dokter, neem zooveel mede- j plichtigen als go w'ilt.' Do keizerin van Duitschland houdt een dagboek, waarin ze allo gebeurtenissen van den dag schrijft. Dit ziet niemand anders dan de keizer. Aan het eind van het jaar MODE. De nieuwe voorjaarstoiletten zullen over ocnigo Weken in de uitstalkasten der groote magazijnen geëtaleerd worden, en reeds nu kunnen we onzen lezeressen cr het con en ander over moedcelen. In do eerste plaats hebben de tailleur- costuums ecu groote wijziging ondergaan. Zonder onderscheid zijn de rokken van een sleep voorzien, wat, weliswaar, niet prac tise!] is, maar toch in elk geval goed staat. Do mantels zijn lang, maar yerschil- lond van vorm, on men zal zoowel de directoire-modellen, als dc half aangesloten paletot dragen. De afstekende en witte man- telvoeringen, behooren tot het verleden; men voert do mantels mot zijde yan de zelfde kleur als de stof. Blouses, met rokken en ceintuur, zooals die tot nu toe bij de tailleurcostuums gedragen werden, gaan niet meer voor mo dern door. De robe-princesso heeft dc ge wone blouse vervangen en de ceintuur over bodig gemaakt. Voor de nieuwe toiletten, die eenvoudig van model zijn, bestaat de luxe in de gar- necring, zoodra er althans sprake is van gelegenheidsjaponncn. Do tuniques worden namelijk op rokken gewerkt, die met bor duursel of kant incrustatie versierd zijn. Men ziet zelfs rokken van geborduurde tule in de kleur dor stof, waardoor een harmo nieus golicol verkregen wordt. Hel spreekt van zelf, dat die tule dan ook voor mou wen en halsinzot wordt gebezigd. Zulk een toilet is alleen voor gelegenheden binnens huis le gebruiken, cn kan niet voor wan delingen of visites, die men te voet aflegt, gedragen worden. Voor die gekleede- of gelegenhcidsjapon- nen, bezigt men tegenwoordig zeer veel zijden cachemire. De garneering bestaat hoofdzakelijk in broderie en tweekleurige soutache, wel in dezelfde kleur van de stof, maar in verschillende nuance. Meer eenvoudige japonnen, die daarom niet minder elegant zijn, en bij alle ge legenheden, zoowel als op straat, gedra gen kunnen worden, vervaardigt men van soepel wollen of zijden cachemire, armurc, crêpe, mélangó, en satijn laken. Dc rok ken zijn dan geheel zonder garneering, en de chic is afhankelijk van het model. In zet en ondermouwen worden in den regel van mousseline de soie, tule of kant in gericht. De bruidsjaponnen zijn, evenals de andere, glad en nauwsluitend. Ter hoogte van de knieën krijgt de rok een bevallige wijdte, om daardoor de sloep, die rond wordt bij geknipt, behoorlijk te doen vallen, want niets is minder sierlijk dan een rok, die de bewegingen der draagster belemmert. Dc slepen der bruidsjaponnen zijn overi gens minder wijd en korter dan 'yroeger; de rok mag in het achtermidden jioogstens 50 c.M, langer zijn dan van voren. Ais stof voor bruidsjaponnen kunnen bijna alle soepele weefsels gebruikt wor den. Zeer elegant kienden crêpe-de-chinc, satijn liberty, mousseline en oelienne. Men ziet ook bruidstoiletten van mousseline do soie op satijnen onderrokken, wat een bekoorlijk effect maakt. De halsinzetten en mouwen worden gewoonlijk van geplooide tule gemaakt, terwijl men voor dc korte overmouw, een broeden, 'kanton volant bezigt. De bruidssluiers worden met een kroon op hot kapsel gojdooid, en hangen uitslui tend van achteren; ze moeien even lang zijn als de sleep dor japon. TOOK KINDEREN. LEËUW'S MANIEREN. „0, kijk eens naar dien grooton hond riep Rob. „Blijf daar staan," beval zijn moeder. „Hij mocht je eens bijlen." „Hij ziet er niet naar uit," sprak Rob. En toon zijn moeder het langzaam voort schrijdende dier, met breeden kop en goe dige oogon eens terdege opnam, moest ze het wel met Rob eens zijn. Hij zag er volstrekt niet uit ais een kwade hond. Het huis der familie Harrison stond aan do kust, dicht bij den waterkant. Een. halve mijl verder stond een kleine vuurtoren. De groote hond behoorde aan den wachter van den vuurtoren, dus zag Rob hem (dikwijls. In don beginne deed do jongen den hond geen kwaad. Maar Rob had zelf nooit oen hond gehad, on or was iets voornaams cn onverschilligs in dit dier, wat do jongen niet prettig vond. Eens "gooide hij .stokjes in het water, en commandeerde: „HalenI Halen!' maar do hond sloeg er geen acht op. „Stommoiik!sprak Rob, en gooide naar den hond met een steen, (die hem in de ribben trof. Hot beest keek (Rob eens ernstig aan, en ging toen met .statigen tred vorder. Rob was geen wreede jongen, maar hij had niet geleerd om vriendelijk -te zijn tegen dieren. Op zekeren morgen, dat Rob op de pier speelde, en stukjes hout in het water wierp, gooido hij er een met teveel kracht, waardoor hij het evenwicht ver loor en in het water viel. -Gelukkig had hij geen schoenen aan, en 'kon 'hij een beetje zwemmen. Hij hield zijn hoofd bo- ven water en riep om hulp; maar niemand scheen hom te hooren en het tij sleepte hom moe, Toon, als een wervelwind, kwam do hond van den vuurtoren don heuvel af rennen. Hij sprong in het water, zwom naar Rob, pakte hem bij zijn jasje, cn zwom naar de kust torug. Zij werden nog een eind door het tij meegenomen, maar be reikten toch eindelijk het land. Rob half krankzinnig van schrik, maar toen lui weer op zijn beenen stond, trachtte hij den hond to strelen, die dicht bij ,hem stend „Goede hond! Goede hond 1"preveldehii' Maar terwijl hij sprak, bromde het diet wat in zijn baard, en verwijderde zich Daar Rob weer naderbij kwam, schudde hot dier zich, totdal het water paar alle kanton spatte, en liep toen weg, zonder nn™ eens o n te kijken. Rob volgde hem cn klom den heuvel op naar den .vuurtoren Do hond lag in do zon voor de deur. Toen Rob naderde, stond hij op on ,don jongen aankijkend, begon hij te brommen. Iefs eigenaardigs in zijn blik maakte Rob aar- stig; hij stond dus stil cn riep den wachter. Toen de wachter verscheen, vertelde Roti hem do geschiedenis. Do wachter, knikte. „Ik heb je eens of tweemaal Leeuw zien plagen," sprak hij. „Nu "heeft hij ,je lever- gered. Jc bent niet de eerste, jongen. En wil hij geen vriendschap met jo sluiten? Als hij een mensch was, zou hij misschien bereid zijn om te „vergeven en vergeten" maar, ofschoon hij gevoel heeft, is hij maar een dier. Er valt dus niet met hem te pra ten." De wachter keek Rob doordringend aan. „Kom eens hier, Leeuw," ging hij voort, en de hond kwam naderbij. „Deze jongen heeft spijt van wat hij deed, en hij wil hot weer goed maken! Hoe denk gij er over, ouwe jongen?" Rob keek angstig naar den hond ea voel de zich beschaamd. Maar Leeuw, zijn mees ter bosuilffolond, koek don jongen nog eens aan en keerde hem toen zijn rug toe. „Jo ziet," sprak de wachter langzaam, „ofschoon bot maar een dier is, vertrouwt hij je toch nog niet. Je moet er nog maar eons over nadenken, later zal bij misschien wel toegeven, maar hij is er nu nog niet toe bereid." Bij deze woorden verwijderde ook de wachter zich. De kleine jongen moest dus don heuvel weer afloopen, zijn lippen trilden en steeds dacht hij er aan, dat, hoewel men dikwijls erg spijt heeft over hef kwaad, dat men gedaan heeft, men het anderen nog niet dadelijk kon doen ge- looven. Ingezonden MededeelIngen. Genezing" van een stoker. Dank zij de Pink Pillen verlost hij zich vsn vrceselijke maagpijnen die zijn leven in gevaar brachten. De lieer Isaac Uoogonboom, 29 jaren, Acditerkloosicr -il, te Rotterdam, schrijft ons het. volgende „Gedurende meer dun zeven jaren heb ik aan dc maag geleden, en wat zonderling was, ik leed hei- meest in dc tijdruimte van Oclober tot Mei, gedurende welke onge lukkigerwijze mijn work juist het zwaarst en het moeielijkst was. I Tel ir mij dan ook dik- vv ijls genoeg gebeurd dat ik verplicht was mijn werk door een ander te laten doei'. Zoo zou ik heel wat kosieu bespaard hebben, indjen ik eerder dc Pink Pillen gebruikt had. Wanneer ik aan tafel was, werd ik dikwerf overvallen door walgingen en hoofd pijn die gepaard gingen met benauwdheid en hartkloppingen, cn waarop dan einde lijk brakingen volgden. Ik "had geen wil van mijn voedsel, vermagerde org cn had geen krachten meer. IJ ct werd noodig dat daaraan een einde kwam, want ik kon lil het geheel niet meer werken. Dc Pink Pil len hebben een einde gemaakt aan -lien treu- rigen tocsiand. Ik had gedurende die 7 jaren hcc! wat geneesmiddelen gebruikt, zon der eenigen uitslag; daarom moet. ik wel er toe besluiten dat de Pink Pillen een zeer merkwaardig geneesmiddel zijn, daar zij mij hebben kunnen genezen, terwijl alle andere middelen niets kondon uitrichten. Nu heb ik mijn krachten geheel teruggekregen en werk ik van d uren 's morgens lot 10 uren 's aVonds." Slechts een woord willen willen wij aan dat welsprekende getuigschrift toevoegen, om te zoggen dat alleen do geneesmiddelen die op het bloed werken, een duurzame genezing dor maagziekten kunnen geven. De Pink Pillen zijn dc krachtigste her- steller van het bloed, zij zijn eveneens oen volmaakte versterker van het zenuwstelsel, cn danken aan de saamwerking dier beide kostbare eigenschappen, de talrijke genezin gen van bloedarmoede, bleekzucht, nlgo- meene zwakte, schele hoofdpijn, zenuwpijnen, rheumatiek, neurasthenie. Verkrijgbaar bij alle goede drogisten en bij Snabilió, Iloofddepöthouder 7 Groote Marlri, Rotterdam. Prijs f 1.75 per 'doos; f per 6 doozen. Depóthouder voor Schiedam en em- streken Knppelhof on Ilovingh, K. Dam on Van der Sman, Hoogstraat 115. De heer Isaac Hoogenbóom.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Schiedamsche Courant | 1909 | | pagina 10