63*" jaargang
Dit mer bestaat ait DRIE MaSei
Eerste Blad.
OM DEN NAAM,
Zondag 25 Juli 1909.
No. 13057
Keis-ATboimemeiiten.
Kennisgeving.
NATIONALE MILITIE.
BUITENLAND.
SCHIEDAMSCHE COURANT
Doze courant verschijnt dagelijks, met uitzondering van Zon- en Feestdagen
Prijs per kwartaal: Voor Schiedam en VI aar dingen fl. 1.25. Franco
per post f 1.1.85.
Prijs per week- Voor Schiedam en Vlaardingen 10 cent
Afzonder! ij1:7 i \nmers 2 cent
Abonnem worden dagelijks aangenomen.
Advortcn or het eerstvolgend nummer moeten des middags vóór een
uur aan het bureau bezorgd zijn.
Bureau: Lange Haven No. 141 (hoek Korte Haven.)
De administratie van de „Schiedamsche
Courant" is gaarne bereid om tegen ver
goeding van porto's aan haar abonné's die
voor korten of langen tijd op reis gaan, de
Courant aau hun tijdelijk adres te zendon.
Ook abonnementen voor den tijd van een
halve of heele maand worden gedurende liet
roisseizoen verstrekt.
De Burgemeester van Schiedam,
Gezien art. 24 der Militiewct 1901;
Brengt bij deze ter openbare kennis:
dat het inschrijvingsregister der Natio
nale Militie voor de lichting van 1910, en
een daaruit opgemaakte alphabetischo
naamlijst, van heden, gedurende acht
dagen, op do gemcente-secretaiie, afdcc-
ling Militie (voormalig Kantongexvchtsgc-
bouw Schoolstraat 12), voor elk ter lezing
is nedergelogd; en
dat tegen bovengenoemd register en
naamlijst, binnen voormelden, termijn, door
z ij n t u s s c h e n k o m' s t, bezwaar kan
worden ingebracht bij den heer Staatsraad
i. b. d., Commissaris der Koningin in deze
provincie. Do bezwaren moeten worden in
gediend door middel van een door de noo-
dige bewijsstukken gestaafd, ongezegeld ver
zoekschrift, ondcrtcckend door hem of baar,
die ze inbrengt.
En is hiervan afkondiging geschied,
waar het behoort, don 24sten Juli 1909.
De Burgemeester voornoemd,
M. L I10NNERLAGE GRETE, W B.
Sobiedam, 24 .Tulii 1909.
VENEZUELA.
De voormalige president van Venezuela,
Cipriano Castro, kan maar niet tot rust
komen. Het gaat hem alts, de troostelooste
minnaar, die het verlies van zijn eetnig
liefje n-iet te boven kan komen on nietis
onbeproefd baat om haar weer te naderen
of do verloren liefde te herwinnen. Zoo
Roman naar het Duitse b van
H. YON MEERHEIMB.
Prijs der Ad vol* ten tië rt: Van 1G regels fi. 0.92; iedere regel meer
15 cents. Reclames 30 cents per regel. Groote letters naar de plaats die zi,
innemen.
Ad ver ten t iën bij abonnement op voordeelige voorwaarden, Tarieven
hiervan zijn gratis aan" bet Bureau te bekomen.
In de nummers, die Dinsdag-, Donderdag- en Zaterdagavond
verschijnen, worden zoogenaamde kleine advertentiën opgenomen totdenprij»
van 40 cents per advertentie, bij vooruitbetaling aan het Buieau te voldoen.
Interc. Telefoon
voor do Redactie No. 123.
voor de Administratie No. 103.
tna max/urn te, HmwinMjnm angagas y»*? rim- rryn t r
heeft Castro thans in zijn onvrijwillig-
vrij willig verbanningsoord Santander een
rechtvaardiging geschreven, welke, gebon
den in een blauwen omslag, een „blauw
boek" genoemd zou kunnen worden. Castro
verklaart wel in de, met den datum 23 Juni
1909 verschenen brochure, dat hij thans
n'iot meer naar Venezuela zou lerugkearen,
zdlfs wanneer de Venezolancn op hun
knieën hem daarom smeekten, maar door
bet geheel® verdedigingssclrrijven klinkt zoo
iets ate eeu zoet verlangen naar de Vene-
zokanischo vleosohpotten.
Slrennge critici zullen hot aan den „Ciu-
dadono Presidente (dus Gomez) y demas
membros dol congreso national" gewijde
boekje met een „qui 'sexcusé, 's accuse" af
doen, doch veel uiteenzettingen van Castro
verdienen toch do aandacht en leveren een
interessante bijdrage tot de regeemmgs-
periode van den ex-dictator. Castio noemt
zijn brochure; „mi ultima, polabra de
hornbro publico" vrij vertaald: de laat
ste snik van een gevallen grootheid. In
oen aischeidsdocuiment neemt hij echter
geen blad voor den mond en deelt links
en rechts felle slagen uit.
Vooral de Fransohon schijnen bet hij
hom verkorven te hebben. Op zekeren dag,
vertelt Gastro, komt de Fra.nschc gezant,
monsieur Vicner, bij me, en verlangt van
nvo 86 millioen, die Venezuela nog aan de
Faranisehon schuldig was. Eerst, vervolgt
Castro, was ik sprakeloos. Toen echter ver
zocht ik den gezant om mij eens duidelijk
to maken, hoe Venezuela aan de Franschon
oen bedrag van SG mtillioen schuldig kon
zijn, terwijl het gezamenlijk bezit der in
Venezuela wonende Fzanschcn. niet eens
6 millioon bedroeg.
Castro beeft zijn „exposition", zooals
hij zijn Schrijven noemt, in drie deelen
verdeeld, die zijn gehoelen regeringstijd
omvatten. Deel I behandelt, do revolutie,
welke Castro na den slag bij Tichara aan
het hoofd der regccring bracht. Castro
verdedigt i.n dit hoofdstuk zelfs het bloedige
oorlogshond werk, ten minste voor Vcnc-
zufci», want hij verklaart: Hoewel de nor-
log steeds door droevige en noodlottige
naweeën wordt vergezeld, blijft hij voor
ons land oen noodzakelijk kwaad. Het is
het eenigo middel, waardoor moeilijke kwes
ties tot het welzijn der republiek kunnen'
worden opgelost. Castro noemt deze revo
lutie „Revolution Libertadora" en geeft
zich tevens zelf uit voor een „volksver
beteraar". Hij beweert zelfs, dat bij voor
do natie door de overwinning bij Bolivar
340 millioon heeft gered. Scherp veroordeelt
Castro den ondank van dein tegenwoordigen
president Gomez en verklaart heel open
hartig, dat hij' in Gonreiz een slang aan
zijn boezem heeft gekoesterd. Ilij bespreekt
Vervolgens den „verschrikkclijken" lödon
44)
„Maar ik moet zien, dat ik met mijn
stukken wat vendien, Dus mevrouw, werkt
u het slot om -slechts bij wijze van proef.
Ik zend u dan deze weck nog het contract."
„Ik zou mijn stuk met opzet slechter ma
ker? Dat is hard 1"
i,Nict zoo hard als voor mij eeu tekort
bij de uitvoering."
El li nor keek nadenkend voor zich uit.
„Goed, ik zal het slot naar uw idee omwer
ken," zei ze eindelijk.
Met een bekoorlijk lachje gaf ze den direc
teur de hand. „Maar wanneer het stuk bij
do uitvoering dan niet bevalt, geeft u hot
nog eens met mijn eerste slot? Eventueel
met een andere rolbezetting wat Saffo be
treft?"
„Wanneer ik daarvoor Nova Winkler
krijg ja!" De directeur hield haar smalle
hand vast. Zijn suamgeknepon oogen glin
sterden listig.
„Misschienantwoordde Ellinor lang
zaam. ,,Dat hangt niet van mij alleen af.
Maar ik denk
do bracht den zin niet tot een einde,
maar rolde vlug het manuscript op.
Mangold hielp haar. „Binnen cenigc dagen
kan ik het stuk wel terug hebben, me
vrouw?"
„Wanneer denkt u, dat de opvoering zal
plaats vinden?"
((Spoedig; eerst geven we nog maar een
paar oude draken, daarna gaan wc aan do
klassieken, danrlussehen schuif ik de prc-
niiöre in."
„Mijn adres weet u?"
„Zeker. Eltlingcn, Rijnstraat. Tot z.iens
mevrouw." Ilij begeleidde Ellinor beleefd
tot aan de deur.
Ze daalde dc wenteltrap af. Een paar
diepe zuchten kwamen uit baar borst. Dat
was vlugger gelukt, dan ze ia haar stoutste
droomen had durven hopen, want ze wist
maar al te goed, welk een overvloed van
stukken steeds op dc schrijftafel der schouw
burgdirecteuren opgestapeld liggen. Van de
honderd werd er nauwelijks één aangenomen
En nu gelukte liet haar reeds bij de eerste
poging! Ze had luid kunnen juichen. Wan
neer ze nu maar iemand bail, die zich met
haar kon verheugen
Zo keek om zich heen. Was er niet op
straat een arme, die ze oen aalmoes kon
geven? Neen, geen bedelaar of marskramer
was te zien. Maar dicht bij haar voor een
banketbakkerswinkel persten een paar kin
deren hun neusjes tegen de ramen, om de
heerlijkheden daarachter te bekijken.
Ellinor ging vast besloten den winkel bin
nen, en kocht Verscheiden zakjes met
koekjes cn bonbons, die ze de verbaasde
kinderen voorhield. Do stralond'c gezichtjes
waarmee de kleinen de zakjes in ontvangst
namen, waren haar beste dank.
Langzaam liep ze weer voort. Hot was op
't oogcnhlik stil aan den broeden waterkant.
Vrachtbooten cn plezicrbooten lagen in de
haven cn vele kleine motorbootjes vlogen
ovoi' 't water. Een witgovérfde zeilboot kwam
statig aanzeilen. Iloog boven dc gebouwen
stak de trotscho grauwe toren van den
dom uit,
December 190S, do o verwinning der revo
lutie m Venezuela, en beweert, dat op een
dag „duizenden geslacht werden on stroo
men Venezolaanse!) bloed bobben ge
vloeid."
In heit tweede gedeelte van zijn brochure
behandelt Castro de politieke en diploma
tieke geschiedenis van zijn regeeringsljijd
en poogt zich daarbij van elke schuld
schoon to wasschen. 1
In het laatste hoofdstuk spreekt Castro
over zijn economischen on administratie»
ven hervomvingsarbeid, brengt zijn iandge-
nooten nog eenmaal onder het oog, wal
iiij al niet voor hen gedaan heeft en ver
klaart ten slotte: „Ik klaag niemand aan
en verwijt niemand iets. Ook streef ik naar
geen macht meer, doch nog slechls om mijn
dagen in rust te kunnen eindigen. Ik meen
er recht op te kunnen, hebben om na, een
driejarige werkzaamheid, waarin ik bet
vaderland groote offers bracht en doorvele
teleurstellingen werd bezocht, me in het
oarticuliero leven te kannen terugtrekken.
Slechts één wen stil bezielt me: Dat alle
Venezolancn de eer cn room der republiek
hooghouden en getrouw aan de leuze:
Perdon y Unionmogen leven."
De vroegere Amerikaanscbe gezant in
Argentinië, William Buchanan, die namens
zijn rcigecring met Venezuela heeft onder
handeld, is door een Duiitsch krantenman,
geïnterviewd. Ilij ontkende met groote be
slistheid, dat er in het land ontevredenheid
zou licerschen over president Gomez en
schetste dezen als een energieke persoon
lijkbeiid, bezield met de beste bedoelingen,
die hot volte vertrouwen, zoowel van zijn
raadslieden als van het volk, geniet, en in
den korten tijd, dat hij do teugels van het
bewind voert, er reeds in geslaagd is on
der de verschillende partijen een eensge
zindheid te bewerken, die ten tijde van
Castro ver te zooken was.
Bovendien heeft hij door zijn bezadigd
hciid het daarheen weten te lolden, dat de
diplomatieke betrekkingen met verschillen
de stalen, die Castro door zijn onbetame
lijk optreden tegen zich en zijn huid in
't harnas had gejaagd, weder hex-steld zijn.
GEMENGDE MEDEDEEL1XGEN.
F r a n k r ij k.
De lieer Briand, de minister van justi
tie onder Clemenoeau, heeft de opdracht
om een nieuw kabinet te vormen, aange
nomen. Dc portefeuilles in hot nieuwe ka
binet, znlllen als volgl veidoehl zijn:
Aristido Briand, minister-president, biu-
nenlandscbe zaken en cex-ediensten; Bar-
lltou, justitie; Piebon, buiienlandsche za
ken; Millorand, openbare werken, post en
telegrafie; Doumerguo, onderwijs cn schoo-
Ecn droomorige stemming lag over de
O O
oude sagendad nun den Rijn.
Ellinor ging op een bank zitten en keek
in gedachten voor zich uit. De woorden van
den schouwburgdirecteur hoorde zo nog eens
in haar ooren klinken. Ze moest een ander
slot vinden. Haar eigen lot en dat van haar
heldin was voor haar één. Wanneer ze haar
eigen leven ,nog eeu andere richting wist te
geven, dan zou zo daarmee tegelijk het ge-
wenschtc slot voor haar stuk vindon. Waar
om liet ze zich tot nu toe ook zoo zonder
weerstand te bieden van haar plaats verdrin
gen? Wanncor ze ernstig moeite deed,
moest het haar gemakkelijk vallen in den
strijd overwinnaer te blijven. Had zo den
toestand eigenlijk niet voel te ernstig opge
nomen?
Sophie was jong en aardig, en Koert,
niettegenstaande zijn uiterlijke koolheid, had
vurig bloedt Ze had de twee den gehoelen
mooion Zomer door samen laten rijden, rotien
cn wandelen zooveel zo maar wilden, fn
haar oogenblikkeiijke door het succes nog
verhoogd moedige stemming, begreep ze de
koude berusting niet meor, waarin ze zoo
apat.ise.h de ontwikkeling der dingen, het
groeien van dozen luu'tstocht aan haar schrijf
tafel had kunnen zien, en slechts al de smar
telijke zielsaandoeningen hij zich en anderen
ontleedde, om ze met de pen te kunnen vast
houden.
Het avondrood verbleekte langzaam. Een
kooltje streek over liet water. Ellinor kool
op haar horloge. Wanneer zo den laatsten
trein naar Eltlingcn nog wilde hnlon, moest
ze opstappen.
De tocht in den sneltrein, die drie uur
duurde, viel haar niet lang. Ze had niet ge
zegd, wanneer ze precies terug zou komen
ne kunsten; Couchery, financiën; Ruau,
'andbouw; Viviani, arbeid; Jean Dupuy
handel, -en Ti'ouillot koloniën. Voor oor
log en marine zijn nog geon ministers be
noemd. Het ondersecretariaat der poste
rijen en telegrafie wordt opgeheven.
Bij het departement van financiën wordt
ingesteld een onder-seerctarinat, dat toever
trouwd wordt aan Rcné Renault.
Ondersecretaris voor marine wordt Al-
hert Sarraut. Chéron en Dujavdin Beau-
motz blijven ondersecretaris ï'esp. van oor
log en van schoone kunsten.
In „La Guorro Sociale" deelt Ifervé, de
leider der Fransche anti-militaristen
mode, dat de geheime bond, die het bevel
tot vernieling der telegraaflijnen had uitge
vaardigd, het wachtwoord heeft uitgegeven
bet saboteeren te slaken, totdat bekend zal
zijn, welke houding het nieuwe ministerie
zal aannemen tegenover de 800 ontslagen
postbeambten. In de gezinnen van deze
laatste heerscht buitengewone ellende, nu
de kassen, waaruit zij tot dusverre onder
steuning genoten, uitgeput zijn.
T u r k ij e.
.Dc dag van gisteren, de verjaardag van
de instelling der grondwet, is als een na
tionale feestdag beschouwd. De sultan hield
inspectie over 15,000 man voor den Vrij-
heidslieuvel en legde den eersten steen
voor bet gedenkleeken dat op dien heuvel
zal worden opgericht ter eere van de sol
daten, die bij dc vermeestering van Kon
stantinopel gevallen zijn.
De sultan werd met geestdriftige ovaties
ontvangen; het volk juichte hem toe als
Mohammed de Goede.
's Avonds was de stad schitterend ver
licht.
Het comité voor eenheid en vooruitgang
hoeft een banket gegeven in Jildiz Kiosk,
waaraan door 300 voorname Turksche en
buitcnlandsche gasten werd deelgenomen
Marokko,
De Spaansohe bladen hebben van de
regecring order gekregen geen andere dan
officieelc berichten over de gebeurtenissen
aan het Rif weer te geven. De censuur zal
mcdedeelingen over lroepenbewegingen on
derdrukken. De telcphonische verbindingen
van de provinciale bladen zijn verbroken
IIol republikoinsche blad „El Dn is" is in
beslag genomen.
Dit ingrijpen der Madiileensche re
gecring versterkt een vermoeden, dat de
wonderbaaxriijko eensluidendheid van alle in
de buitenlandschc pers over den strijd in 't
Rif voorkomende berichten had doen rijzen
cn wol, dat de censuur met grooten ijveren
nauwgezetheid allle mededeelingeu overliet
gebeurde snoeit en in overeenstemming
brengt met de oveiigens schaarschc offi
cieel)1 gegevens. Deze officieelc gegevéns
spreken voortdurend van zeer heftigen
stujd, dikwijls van man tegen man ,en
legen een vijand, die van moderne vuurwa
penen is voorzien. Het trekt de aandacht,
Gat aan Spuansche zijde een betrekkelijk,
althans klein aantal dooden en gewonden
wordl gemeld, terwijl toch reeds oen over
do. eon majoor, eenigo kapiteins en ette
lijke luitenants gevallen zijn Beide hoofd-
oflieieren zijn in een handgemeen, toen
do Mooren trachtten een kanon mede te
nemen, gesneuveld, volgens berichten, die
de eensuur hebben gepasseerd
Tenzij Sief sprake is van slecht beleid,
hetgeen niet uitgesloten is, moet een der
gelijke strijd aan Sjmansche zijde meer
slachtoffers geeischl hebben, dan gemeld
werd.
Kei kan den aandachtigen toeschouwer
ui et ontgaan zijn, dat hier iets niet in orde
is. In Spanje bestaal geen algemeene dienst
plicht, zelfs geen persoonlijke. De minst
bezittende klassen Wgrdeu naar het oor
logsterrein gezonden en worden opgeofferd
voor belangen, die zeker niet in de aller
eerste plaats de hunne zijn en waarvan
zij hot allerlaatste zullen profiteered. Men
vraagt zich af of hef bloedai-me Spanje,
dat de exploitatie van eigen bodem aan
vreemde krachten, aan vreemde kapitalis
ten moet overlaten, dat zijn koloniën op
weergalooze wijze verwaarloosd heeft, in
derdaad gewichtige oeconomische belan
gen op het Rif kan hebben, die aanleiding
geven tot pen zoo dure en gevaarlijke
expeditie.
De onlusten bij het vertrek der expedi
tie-troepen, wjjzen er op, dat de politiek
der regeering in zekere kringen niet popu
lair is. En het komt ons voor. dat de re-
geering niet voor den dag wil en durft
komen met al hetgeen op de Noord-Af ii-
kaansche kust gebeurt in de vrees, dat dit
koloniale avontuur nog minder populair zal
woxvlen dan het reeds is. Er is sprake van
50.000 man naar het Rit te zenden.
Voorloopig zal het zeer moeilijk zijn rich
een juiste voorstelling te vormen van het
geen in waarheid plaats heeft, en men za'
wel doexij. alle berichten, als voor de
.Spanjaaiden hl een zeer gunstig daglicht
gesteld, te beschouwen.
Zomeravonden zijn niet geheel donker. Ze
kon dus den weg tot aan de Rijnstraat best
alleen afleggen, want Eltüngen was een
solied, om dezen tijd reeds .slaapdronken
stadje.
Ze liep snel door de spaarzaam verlichte
straten.
Een paar jongens slenterden voor haar uit.
Met den arm om den schouder van hun
meisje, lachten en spraken ze luid. Nu
stemde een het oude volkslied in
„Meiu Sohn, mein Sohn, geh nicht an den
Rein,
Mein Sohn, ich rate dir gut
De anderen violen in, juichend gelach
volgde, toen begonnen ze weer te zingen.
De woorden klonken haar nog in de ooren,
toen ze de oever van den Rijn bereikte, en
het zachte geruisch der golven hoorde.
Geh nicht an den Rho.in,
Mein Sohn, ioh rale dir glifcf "1
Daar achter de platanen schemerde ï-oeds
liet welbekende kleine huis. Hoe nader ze
kwam, dos te langzamer begon ze te loo-
pon. Thans stond zo in don schaduw der
fluisterende bootueii er voor. Ze behoefde
slechts de hand uit te strekken en z.e had
de leuning van het balkon kunnen be
reiken.
Haar man en Sophie zalen naast elkaar
aan tafel. IIol licht brandde rustig. Koert
had zeker juist voorgelezen, want hij hield
de hand tusschou de bladeren van hot voor
hem liggende boek.
Sophie boog liet hoofd over haar werk. Ze
zeiden niets. Tusselicn hou lag het behaag-
A b e s s y n i
Abcssynié is op het «Ogenblik hef tno-
ueel van een burgerkrijg De negus is ai
sederl weken zwaar ziele. Keizerin Tartn,
dien al dien lijd den scepter voerde, sch-jat
niel van zins baar eenmaal verkregen
macht Ie laten varen en doet wit zo kan
om haar hoer en gemaal op het ziekbed to
houden. Reeds sedert weken verzet ze zich
met kracht IWegen oen geneeskundige Le
lijke zwijgen, dat voortspruii uit. een diep
innerlijk elkaar begrijpen. Wolk een lieflijk
beeld mui huiselijk geluk was dit. goheol
In het. midden van de tatel stond een groote
kristallen vaas met ïozen, daarachter het
aardige bruine meisjeskopje en het. fraaie
mannenproiicl.
Ellinor boog zich voorover. Het bloed
sui-de in inuvr ooren. Toen ving ze brok
stukken van bet nu beginnend gesprek op.
Over Wesoustein ging het natuurlijk, over
Eva's veiTUÊ-em! snel besluit om met Chim-
bowskv te trouwen.
,.lk kreeg pas een brief van Eva, die
klonk als oen enkele lange smartkreet",
klaagde Sophie.
..ITot arme kind heeft heimwee," vond
Koert.
„Chimbowsky wil Wiehard voor de herfst-
vacantia uitnoodigen onze oude Virginia
voor den winter. Het, is een goed nienscli.
de kleine zal het wel" met hem weten te
inden."
Sophie schudde het hoofd. „Eva kan Hans
Kouigsbvuck niet vergoten. Geloof me, ik
kon haar beter dan jij. Daar komt ze nooit
overheen."
„Ze moet er overheen komen," ant
woordde Koert bitter. „Men moot zoo dikwijls
afstand van hel liefste doen."
Sophie keek verschrikt naar hem op. In
haar oogen lag cm angstige vraag. Reeds
vaker had Ellinor in den laatsten tijd deze
schuwe vragende blik bij haar opgemerkt.
Sophie vocht schijnbaar dof legen oen haar
tot nu toe onbekend gevoel i_an smart.
(Wordt vervolgd.)