1!
I f
1
m»'
Yoor Toillglieid der assistenten. J
Jn aansluiting met liet bekende request
inzake de verscherping der koelieslrai'fen en
het aandringen in liet algemeen op het ne
men van meer doeltreffende maatregelen, ten
einde de ^veiligheid van de persoon van den
planter ten opzichte van de hand over nand
toenemende, meer of minder funeste aansla
gen daarop geploegd, beter' dan lot nu toe te
waarborgen, is op de laatste alg. vergadering
der vak vereen i ging van assistenten de wen-
scliolijkheid geuit en dienovereenkomstig het
besluit genomen tol het samenstellen van
een archief, bevattende oen serie feiten an
dien aard, in korten en bondigen verhaal»
tuint gesteld, daarbij zoo mogelijk liefst \un
eenigS7.ilis vcccnlcn datum, doch in elk ge
val niet vóór de invoering der arbeidsinspec
tie plaats gehad hebbende.
(„Deli Cl.")
Handel en Bedrijf.
Faillissementen.
Uit de Staats-Oourant.
Uitgesproken.
L. Faber, handelaar in kruidenierswa
ren, enz. to Groningen. Rechter-commis
saris: mr. G. M. Doornbos; curator: mr.
hl Lcvie,
W. P. Dartee, suikerbakker on winkc
lier, te Harlingon, Rechter-commissaris
mr. P. C. J. A. Boeles; curatory E. Kui
pers.
Nijhuis, caféhouder te Dockum. Rech
tercommissaris: mr. C. W, S theeman; cu
rator: P. de Vries.
P. II. Weytens, winkelier in galante
lieün, to Eindhoven. Recliter-commissaris.
jlir. mr. C. van Nispen, curator: mr. SI. van
Chin ten.
C'. do Boer, koopman, te Zeist, hande
lende onder don naam van „Internationale
Phai'inaeeutischo Chemische Fabrick'j.
Rechter-commissarisjhr. mr. J. Sehuur-
het]ue Booije; cuiator: mr. F. C. vanBeu-
sekom.
W. J. Ordelman, winkelier in koloniale
waren te Eibergen. Rechter-commissaris
mr. dr. W. lidder van Rappard; cuiator
mr. B. Et. Drijbcr.
D. Stam, kofiiehuishouder, te Amster
dam. Rechter-commissaris: mi. .1. 'P. F
't'elting; curator: mr. G. J. Salm.
Opgeheven:
M. Veldhuis, aannemer, te Apeldoorn,
handelende onder de firma M. Veldhuis en
Zonen.
Geëindigd:
II. A. Padberg, vroeger caféhouder, te
Wassenaar.
A. Oostdam, koopman en kamerbehangei,
vioegor te Breda, thans te Rottendam,
E. G. Ileyl, naaister, te Utiecht.
Mej. C. Meijerink, echlgenoole van T.
Bosch, te Zutphen.
en, G. Kwakkelstoin, Callonburgstraat.
Petronolla, d. v. P. Penning en J. Beek
man, 2o Mjrasboschstraat. Janna. Jo
hanna, d. v. C. Ilomijn en A. C. van
Wijngaarden, P. K. Dxossaartstraat. Jo
hannes, z. v. J. van Keulen en G. Broek,
2e Maasboschstraat. 31. Cormelis, z. v.
C. van Kapel en E. Meeldijk, Krugerstr.
Comolis, z. v. J. van Boon on J. Mar
kus, StmijkstraatKlaas, z. v. A. van
Zanten en S. Fecnstra, P. K. Drossaart-
straat. Andries, z. v. Wt. Hoogerwerf
en M. Slicker, 2e Spoorstraat. 1
Nov. Johannes, z. v. G. Komaat en, J.
Vrijland, lo Van Leijdon Gaelstraat.
Kornelia, z. v. IC. Broek on J. Schippers,
Sclaavenburch.
Overleden:
29 Oct. Jan, ICijne, 81 j., cchtgen. van
II. Stam, Enimastraat. Reien a van dei-
Valk, 3 j., Nieuwelaan. 30. Marinus
Lodovicus Antonius den Ouden, 26 j.,
Smalle Havenstraat. Willem van der
Ende, 2 j., ICortedijk.
allerlei™"
i 11 o t i n g e n.
LOTEN PALEIS VOOR VOLKSVLIJT
\an 1867.
1G seriën
193 343 500 040 S05 S29 1300
1346 1426 1629 1802 2226 2465 2482
2974 3359
Picniictrekking urn 1 November.
Seiic 640 no. 22 1000; Serie 805
no. 12, serie 1802 no. 25, serie 2226 no.
11, elk 230serie 805 no. 10, serie 1346
no. 13, seiic 2465 no. 18, serie 2974
no. 2, elk 100.
F)o volgende Nos. elk 50':
Serie 193 no. 7, serie 343 no, 7, serie
S29 nos. 12, 16 en 23, serie 1306 nos. 5
en 7, serie 1802 no. 20, serie 2482 no. 8,
serie 2974 no. 12, serie 3359 nos. 13 en 16.
De volgende Nos. elk 28
Serie 193 nos. 4, 5, 8, 12," 13, 14, 20
en 23; serie 343 nos. 4, 5, 9,10, 15, 16
cu 19; serie 560 nos. 1, 7, 11, 16 en 17;
fcpiie 640 aos. 2, 3, 4, 5, S, 13, 16, 20,
23 en 25; seiie 805 nos. 1, 4, 6, 8, 13,
15, 17, IS, 21, 22, 23 en 24; serie 829
no. 3, 5, 0, 9, 14 en 17; serie 130G nos.
22, 24 cn 25serie 13-16 nos. 5, 6, 8, 1.2,
15, 19 cn 24 seiie 1426 nos. 4, 5„ 6, 8.
1Ü, 12, 15, 16, 18, 20, 21 en 23; serie
1629 nos. 12, 21, 22 en 23; serie 1802
nos. 4, 5, 0, 7, 9, 14, 15, 16, 19, 21, 22,
23 en 24; serie 2220 nos. 2, 3, 4„ 8, 9,
10, 14, 18, 19 en 23; serie 2465 nos. 1,
2, 3, 4, 7, 8, 11, 13, 16, 17, 19, 20,
22 en 23; serie 24S2 nos. 7„ 10, 11, 12,
14, 16, 18, 19, 20 en 25; serie 2974 nos.
3, 5, 8, 9, 10, 13, 14, 16, 17, IS en 24;
serie 3359 nos. 1, 3, 5, 6, 10, 12, 15, 21
en 23.
Allo overige Nos. vervat in bovengenoem
de op 1 October i.l. getrokken seriën
met ƒ23.
Burgerlijke Stand.
VLAARDINGEN-
Gehuwd:
2 November. Paulus van Lijk, 21 j., en
Petronolla van der Linde, 19 j. Mat-
thijs Burger, 31 j., en Jacoba Roelink, 35
j. Kornclis van der Baars, 22 j., on
Johanna \an Rossen, 20 j.
Geboren:
28 Oct. Jan, z. v. J. J. van Everdingen
cn J. van der Weif, 8o Bierslootsteeg,
29. Nooltjo Jacomina, d. v. 'M. van Kem
pen cn E. Poot, 9e Bierslootsteeg.
Maaike, d. v. J. van llij en A. E. Kooij-
man, De Wetstraat. Maria, d. v. K.
Biobbcl en II. van Roon, Prins Hendrik
straat. Antoinette, d, v. L. van der
Schee on A. Kats, Prins Hendrikstraat.
30. Andries, z. v. A'. Root on - T, Poot,
.Oosthaveukade. Cors liaan, z. y, J. Kijne
500 GULDEN VOOR EEN PAAR
KOUSEN.
Er zijn klaarblijkelijk een honderdtal da
mes in New-York, die 72.000 gulden per
jaar besteden, alleen aan haar kleeding,
meer dan duizend die 36.000 gulden ver
teren, en heel veel die er niets om ge
ven om alleen voor kleinigheden 1500 gul
den por maand uit te geven. Een dame
heefL oen hartstocht voor zakdoeken, en
laat ze speciaal voor zich in 't buitenland
maken, een kleine gril, waarvoor zij 150
guldon per dozijn moot betalen. Een ander
is „dol" op zijden kousen, en is er trotsch
op dat de man, die zo weefde, blind werd,
zoo fijn was het werk. Zij betaalde ze
met 500 guldon per paar!
Wat lingerie-ai tikolon aangaat, weet men
niet wat daaraan besteed wordt,' voor per
soonlijk zoowel als voor huishoudelijk ge
bruik. Eén dame betaaldo 1500 gulden
voor een tafellaken. Ook aan bloemen
geeft men kapitalen uit, en 12 gulden in
den winter voor één roos betaald, is in
New-York geen zeldzaamheid. Geen won-
dor, dat de Amerikaanschc mannen hard
moeten werken, en wie zal er don vrou
wou een verwijt van maken, als ze onder
zulk een behandeling zelfzuchtig worden?
Niets is te kostbaar voor haar, en of
hot is voor bals, diners, picnics of avond
partijen, deze verwende kinderen dor for
tuin kunnen vrijelijk omgaan met den al-
machtigen dollar, die in Walls treet ver
diend is; ten koste van wat, daar wordt
n-ooit naar gevraagd.
ZELFS JAPAN VERLIEST ZIJN POËZIE.
Wie zich verheelden mocht in Japan
-mannen of vrouwen te zien, gedost in
kleeren van onbekende tinten, geborduurd
met lange bloemen, reusachtige draken en
fantastische vogels, vergist zich deerlijk.
De Japansohe vrouwen kleedea zich in
eenvoudige, donkere stoffen van katoen
of wol; marineblauw is de lievelingskleur.
Opzichtige toiletten worden bewaard voor
het tooneel, of alleon gedragen door vrou
wen van slecht levensgedrag. Aldus ver
haalt Pierre Loti, m&ar dat is al enkele
jaren geleden. Maar dit is nu veranderd;
do keizerin hoeft een edikt uitgevaardigd,
waarbij zij aan haar hofdames beveelt,
de Meeding barer Europeesche zusters aan
te neanen. Piex-re Loti had destijds liet
voorrecht Hare Majesteit te zien in de
tuinen >'van haar paleiszij was toen oen
ideaal van bekoorlijkheidals een feo gleed
zij tnssehon de bloembedden door, die
kwistig met droevige herfstbloemen getooid
waren; zij zette zich neer onder haar kei
zerlijk baldakijn van violet crepon in haar
stijf gewaad, dat de kleuren droeg van
oen vogelvlerk. Do eens onzichtbare kei
zerin is neergedaald uit haar hooge sfeer;
zij vertoont zich, zij ontvangt, zij spreekt,
zij eet zelfs in liet openbaar al is het
ook met do punten barer lipppon. Zij heeft
haar prachtige camaels, bezaaid met schit
terende blazoen© r, haar breed haaxkapsel,
dat haar op een afgodsbeeld deed gelij
ken, cn liaar kolossale waaiers afgelegd;
zij draagt heur haar op Europeesche wijze
gekapt, en laat uit Parijs, Bellijn of Lon
den haar japonnen, haar hoeden, cn haar
corsotten komen.
MELK UIT HET PLANTENRIJK.
Er bestaat een boom, die zuivere, drink
bare melk oplevert. Hij wordt koe- of melk-
boom 'genoemd, en groeit liet best in
Caracas in Zuid-Amerika. 'Wanneer men
in zijn stam insnijdingen maakt, loopt de
melk er uit. Deze melk is kleverig, heeft
een aangenamer! geur, en wordt als surro
gaat voor koemelk gebruikt; ja, ze wordt
zelfs als zeer voedzaam en gezond voor
de menschen genoemd. Door zo te laten
staan, en door ze te koken, vormt er zich
een dunne vlies op, waaronder zich de
vetdcolen afscheiden. Deze gebruikt men
als boter of maakt er kaas van. Deze
hoornen treft men ook aan in do kuststro
ken van Venezuela en op Ceylon.
HIJ KON WEER VRIJ ADEMHALEN-
De heer B., een Fransch edelman, die
toevallig een kleine Engelsclie stad be
zocht, toen er wedrennen werden gehou
den, verhaalt een vermakelijk avontuur,
dat hem bij die gelegenheid overkwam.
Het was laat, toen hij in het stadje
kwam, de hotels waren alle vol, en daar
hij elders geen onderbond kon vinden, ver
telde liij bet geval'in gebroken Engolseh
aan een politie-agent.
Deze bracht hem dadelijk door eonige
vuile steegjes op eon donkere plaats, waar
hij stilhield voor een laag, armoedig huisje,
dat er nogal verdacht uitzag.
De 'politie-agent opende do deui en liet
don vreemdeling in een keuken, waar een
oude vrouw gebogen zat over een vuur,
waarop een groole ketel stond te koken.
Do agent wisselde eenige woorden met de
vrouw en vertrok toen weer. De lamp
opnemende, boog do vrouw voor don be
zoeker en brachthom--vervolgens naar
boven, stootte een 'deur open, wees met
oen vuilon vinger naar binnen, en toen hij
in hot vertrek gegaan was, verwijderde
zij zich, 'do lamp' met zich nemende.
In de duisternis kon de heer B. ver
schillende gedaanten van mannen onder
scheiden, die op den grond lagen uitge-
sliekt. Niet zonder eenige aarzeling deed
hij enkele passen vooruit, om zich oven
eens op het harde bed uit te strekken,
toon hij [deu loop van" oen pistool zag
glinsteren, dat een der mafmen droeg. Wat
beteekonde dat? Zou hij leeggeplunderd en
vermoord worden? Hij' trachtte voorzich
tig terug te gaan," 'maar or was geen
licht, cn de deur bovendien ,aan den
buitenkant gesloten. Met de hand op den
zak, waarin zijn 'portefeuille zich bevond
strekte do ongelukkige Fransclmui.tr zich
op don grond uil. Maar hij kon niet sla
pon.; lederen keer meende hij deli koudon
loop van een pistool tegen,zij'n' hoofd te
voelen, of een stem 'to hoóren zeggen
„Je gold of - jo loven!"
Niemand b'owoog zich ovoawcl in dien
vreesolijken nacht. Toen ten laatste de dag
aanbrak, begonnen zijn slaapkameraden
te ontwaken en met elkaar' eén gesprek
aan te knoopen.
Mijnheer B, ontdekte toen, dat het een
aldeeling politie-agenton was, die voor de
veiligheid bij de races was overgeko
men en hij kon weer vrij ademhalen.
NIEUWTJES VAN HIER EN DAAR.
Negen tomaten, wegende, meer dan
twaalf pond, zijn onlangs gesneden dooi
den heer Fjred. J. Matthews, te Long Dit-
ton. Sommige der tomaten wogen ieder
lVa pond,
In Duitsclie gevangenissen zijn schaak
clubs niets ongewoons. Zij worden aan
gemoedigd door hot bestuur der gevan
genissen, daar het voor ontwikkelde ge
vangenen een gezonde, geestelijke ontspan
ning is.
Miss Beatrice la Palma, do jonge
Fransch-Canadeescho sopraan, zal in Co-
vent Garden, onder leiding van mr. Bee-
cham, een record slaan door te zingen
in vier telen: Fransch, Duitsch. Italiaansch
en Engelsch.
Ofschoon hij totaal blind is, bezoekt de
heer Ilarry Padden, in Manon Park, zonder
hulp al zijn huurders, en neemt zelf de
huur in ontvangst. Hij is er trotsch op
nooit een valscli geldstuk ontvangen te
hebben of verkeerd gewisseld.
Een vergiftige spin, ongeveer tien centi
meters groot, van de soort, die zich voedt
door het uitzuigen van vogels, is aan het
Guildford'-Muscum aangeboden, door den
knecht van een kruidenier, die hot op
zijn voorschoot vond. Men denkt, dat ze
in oen kist bananen geïmpjorteerd is.
Ilonderdvijftig hotels in Kansas City
gebruiken een soort van doosje op hun
lessenaar', waarin oen ïauwo aardappel
wordt geplaatst, en de klerk gewoon is
zijn pen in te steken, als hij haar voor
het een of ander doel gebruikt heeft. Dc
aardappel doet dienst als schoonmaker van
de pen, en is tevens een handige plaats
0111 zo te bewaren. lederen ochtend wordt
ci een versche aardappel genomen.
De boer, in wiens land Moisant, de
aëronaut daalde, was eerst boos ea toen
blij. Hij bedacht zich, dat de aéroplaan
hem goud zou kunnen aanbrengen. Op den
eersten Zaterdag bracht de sixpence-entréc.
die hij van ieder, die de machine wilde
zien, vroeg, hem f840 op, en loon Moi
sant weer wegbleef, was de boor, zooals
bericht wordt, 7000 gulden rijker.
Men zegt, dat de oudste vrouw ter we
reld Baba Vasilika is, die in lrct kleine
Hongaarsche dorp Pavilsko woont, waar-
zij in Mei 1784 geboren word. Zij" is dus
nu 126 jaar en stelt nog een moederlijk
belang in haar oudsten zoon, dio nu 100
jaar i,s. Ilij werkt nog op het veld, zon
dor twijfel voelende, dat bij voordeel moet
trekken van zijn jeugd.
ANECDOTEN.
De buffetjuffrouw: „Uw hond wordt erg
vet, mijnheer A.; wat geeft u hem te
eten?" 1
Mijnheer A.: „Ik geef hem geen gere
geld maal; overal, waar ik kom om wat
te drinken, krijgt' hij een beschuitje."
Suusje heeft liaar poppen in de keuken
laten slingeren.
Moeder (ze oprapend)„Suusjö, als jo
nu weer jo poppen in, do kouken laat
liggen, zal ik jo om je ooron geven, en
ze in don aschommer gooien."
Handelsman (tot nieuwen klerk)^Waar-
is de brief, die op mijn lessenaar lag?"
„Klerk: „Ik deed hem op de post, mijn-"
heer."
Handelsman: „Je deedt hem op de post?
Jou idioot. Zag je dan niet, dat er geen
adres op was?"
Klerk: „Dal zag ik wel, mijnheer, maar-
ik dacht, dat u voor mij niet wilde we
ten met wie u zaken deedt."
Hij: „Gij zijt het eenige meisje, dat ik
ooit beminde
Zij: „O, dat zegt niets, de vraag is,
of ik het eenige meisje ben, dat ge altijd
zult beminnen."
In een der voorsteden van een groote
stad woont een kapper, die op een nieuw
denkbeeld gekomen is. Hij vertelt zijn
klanten zulke griezelige verhalen, dat hen
de haren ten berge rijzon, en op die
wijze kan hij ze gemakkelijk knippen.
Neef: „Ik heb vannacht gedroomd, oom,
dat u mij vijftig gulden cadeau gaf
Oom: „Zoo? Nu, die kun je houden"
Oude jongejuffrouw (in de tram): „Me
vrouw, uw kind verveelt mij met zijn aan-
haligheid; houd het als 't u blieft bij u."
bloeder (boos)„.Och, hij denkt, dat 11
zijn grootmoed/'i' bent, en daar houdt hij
veel aan."
Kleine Wim: „Mijnheer \V., mijn zuster
Laura zei vanmorgen aan het ontbijt, dat
u de mooiste snor hebt, die ze ooit zag."
Mijnheer W<.„Je moogt geen dingen ver
tellen, die je aan tafel hoort, "Wim!"
[Willem„En zus Laura gaf mij een dub
beltje, als ik het u vertelde."
Een jongmensch, die al meermalen op
de hand van rijke jonge dames uit geweest
was, maai- altijd afgewezen werd, had men
den bijnaam gegeven van boem el trein.
Een der jonge dames in een gezelschap,
waar ook hij tegenwoordig was, maakte
een toespeling op zijn bijnaam.
„Maar- juffrouw," zei hij, „veroorloof
mij de opmerking, dat er ook stations
zijn, waar zelfs een boemeltrein niet op
houdt."
A.„Mevrouw P. is de dwaaste vrouw
die ik ken."
B.: „Wat doet ze dan?"
A.„Haar echtgenoot won onlangs bij
de wedrennen. 600 gulden, en gaf baar
de keus er een diamanten broche of een
sealskin manteltje voor te koopen. Zij
dacht er een week over na, wat ze koo
pen zou, en in dien tusschentijcl ging haar
man weer naar de wedrennen en verloor
alles, tot den laatsten cent."
B.„Sant heeft mij vijf en twintig gul
den te leen gevraagd en ik weet niet,
wat ik antwoorden zal. Zoudt gij zo hom
geven?"
C.„In jouw plaats deed ik het stellig.
Hij noodigdo mij uit, om vanavond met
hem te gaan dinecren."
Ingenieur: „Zeg eens, elief, er komen
voortdurend klachten in, dat die oude,
donkerroods waggons altijd zoo stooten;
de licht-roode daarentegen niet.''
Stationschef: „Nu, dan moeten we de
oude ook maar licht-rood laten verven."
De sleepjes der gekleed© toiletten zijn
over liet algemeen kort, en worden uit
sluitend gedragen door vrouwen van mid
delbaren leeftijd, want voor meisjes, en
zelfs voor jonge vrouwen, ziet men alleen
den voetvrijen rok, wat altijd een jeugdi
gen indruk maakt en gelegenheid geeft
de keurig geschoeide, kleine voeten to be
wonderen.
De hoeden, die men te Parijs ziet dra
gen, zijn zeer verschillend van vormen
grootte. Voor gekleede visites en diners
in restaurants worden groote hoeden ge
dragen, terwijl bij tailleur-kostuums kleine
modellen van fluweel met bontranden het
meest in zwang zijn.
VOOR KINDEREN.
VOOR DAMES.
MODE.
Iloewel laken, fluweel cn cachemire de
stoffen zijn, die elke modiste on kleer
maker verwerken, neemt het toch niet weg,
daFratiné zich het meest in de gunst dor
mode verheugt. In ïatiné maakt men op
't oogenblik verschillende soorten die on
der dc namen van zibeline, zibelinnelle, si-
bériemie 011 polaine in den handel worden
gebracht. Deze stoffen hebben met elkaar
gemeen, dat ze bizondei licht zijn cn wntm
kleeden. De tailleur-kostuums van deze
soort stof vervaardigd, worden door de
dames te Parijs gedragen mot oen groot
bont, stola van skungs, persianer, caracul,
loutre of hermelijn cn groote zakvornrige
mof. De stola's of bonten éclrarpeii worden
zeer lang gedragen, en het is nog altijd
mode één slip van voren en één op den
rug te dragen.
De rokken zijn nogal nauw; men ziet
Parisiennes rondkropen mot rokken van 1.80
M. ondenvijdtej maar men ziet er ook an
dér modellen, b.v. voel toniques.
De mantels der tailleur-kostuums zijn
over 't algemeen kort. De moeste met vier
kante revers gemaakt, laten slechts plaats
open voor één, hoogstens twee knoopen.
Vele stoffen, die voor tailleur-kostuums
gebezigd worden, zijn dubbel geweven, zoo
dat men op de keerzijde vaak witte stre
pen of ruiten ziet, wat ons aan do Engel
sche stoffen doet denken. Men ziet veel
randen en breede biais dragon; smalle bont-
randen worden veel 0111 tuniques gegar
neerd; bij avondtoiletten, van dunne weef
sels gemaakt, kan men'daardoor een
prachtig effect vorkrijgen, terwijl de fijne
stoffen door de bontrandjes beter neer
hangen.
Het „gonre-empire"* is weer 'verdrongen,
en inen ziet thans de normale taillclijn met
ceintuur. .De kimonomouw is overheor-
sch'enddozo reikt slechts tot boven den
elboog - en hét kanten ondermouwtje een
centimeter of vijf onder den clboóg, zoodat
do lange handschoenen onmisbaar zijn,
DE VRIJERS VAN PRINSES
VONKELSTER.
Een Japansch' sprookje.
II. (Slot),
„Prinses,"1 sprak hij ijdel en zelfbewust,
„ik ben koning Goudkever, dc schoonste
en rijkste heerscher onder de zon. Mijn
allerhoogste ik en mijn schatten leg ik
aan uw voeten en ben bound u tot mijn
echtgenoot te maken."1
„Breng me vuur, edele majesteit, en ik
zal er trotsch op zijn, uw gemalin te mo
gen worden,"\ antwoordde dc prinses op
sportenden toon.
„ÏIct vuur zal er dadelijk zijn,"' bromde
de gek hoogmoedig, en vloog weg.
Hem was evenwel een bescheiden lampje
niet voldoende, zooals de schorskever, hij
wilde een geweldige vlam, zooals hij ze
aan de pekfakkels gezien had, die bij een
feest vóór het keizerlijk slot brandden.
Daarheen vloog hij dus, maar vóór hij nog
de vlam naderen kon, viel hij, door den
rook gestikt, op den grond.
Daarna traden twee minnaars tegelijk
voor de prinses. Aardige, knappe jongens,
in zwart-blamve met goud doorwerkte klee
ren. Zij waren jongere zoons uit de groote
familie van libellen, een beetje vlinder
achtig en lichtzinnig, zonder have of goed,
maar moedig en zelfbewust.
Ieder deed zijn aanzoek, en ieder kreeg
hetzelfde antwoord. Daarop vlogen beiden
weg en keerden niet terug. De een ver
zengde zich do vleugels aan oen bran
dende kaars en werd daarop ah 11 een kip
tot voedsel toegeworpen. De andere tracht
te vuur uit een brandende pijp te stelen,
waarop de rooker hem beetpakte cn dood
sloeg.
Den volgenden vrijer verging het niet
beter. Het was een prachtige bokskever in
zwart-zijden pak, mot wit gestippelden
kraag en bizonder lange haien op den kop.
Toen hij uittrok om het vereischte vuur
te halen, verbrandde hij in een houtvuur.
Een dikke, vlieg en een mot, die liet
daarna waagden, en zich al bizonder ver
standig dachten aan te stellen, ging het
niet beter.
Zoo kreeg ieder van de vijers hetzelfde
antwoord en ieder onderging hetzelfde lot.
De kevers verbrandden zich aan lichten,
lampen en kolenvuren, aan lantaarns, fak
kels en kaarsen. In de keukens kwamen zij
te dicht bij het fornuis ol stikten in den
rook, dio uit de selioorsteenen kwam.
Overal waar er vuur brandde, lagen ver
schrompelde lijken, en den volgenden mor
gen waren er begrafenissen zonder citnl.
Dit viel prins llitaro op, die in een an
deren lotusvijver van den heerlijken tuin
zijn blocmenslot bezat en over liet volk
der gloeiwormen regeerde. Hij had zijn beide
oudeis verloren, cn was kort geleden zijn
vader bij de regeering opgevolgd.
Toen hij van de verongelukte vrijers
hoorde, besloot hij zelf aanzoek te doen hij
de dochter van don naburigen koning. Hij
had reeds veel gehoord van haar lieftallig
heid en schoonheid. Dadelijk zond hij
twee zijner voornaamste hoogwaardigh'eid-
bekleeders mot geschenken naar Het licht-
keverrijk.
Do gaston werden daar hartelijk ontvan
gen en rijk onthaald, maar de geschen
ken niet aangenomen. De koning hield zich'
aan de bepalingen zijner dochter, en liet
den jongen vorst verzoeken zijn aanzoek
zelf tc herhalen, en door meebrengen van
het verlangde vuur hot jawoord van de
prinses to verlangen.
Den volgenden avond verscheen llitaro
met glanzend gevolg, van wie ieder ©en
fakkel droeg. De prins straalde in do heer
lijkste lichtkleoding en droeg zelf het vuur
dat prinses Vonkelster veilangde.
Toen zij elkaar zagen, wisten zij, dat
ze voor elkaar bestemd waren, en opge
wekt nam de bruid de geschenken Min
don bruidegom aan. Ook de ouders gaven
gaarne hun toestemming cn spoedig daarop
werd de bruiloft glanzend gevierd.
Daar prinses Vonkelster het eenige kind
barer ouders was, werd liaar gemaal door
dezen als zoon aangenomen, en zoodoende
het rijk der lichlkevors en dat der glooi-
wornrpjes voor altijd vercenigd.
Het huwelijk van liet jonge paar was
zeer gelukkig en zij kregen een aantal zoons
on dochters, dio naar het voorbeeld hun
ner ouders zicli steeds do deftigste echl-
gonooten kozen.
Iedere dochter van liot huis cisclit se
dert dien tijd, evenals prinses Vonkelster,
vuur van haar vrijers,om te toonen, dat
zij van dezelfde afkomst zijn. Als dan op
„mooie zomeravonden ontelbare insecten
om de lichten fladderen, dan zeggen do
menschen: „Prinses Yönkclster heeft weer
veel vrijere,")
J
h
l
S -
1
I
I
.iff
i
1 1
1
R} t i
5
*1
Y