63*t0 laargang Woensdag 25 ianuari 1911 Het Boek van Paracelsus. "so- 135 Kennisgeving. Deze courant verschijntd a ge lij fc S; met uitzondering van Zon-en Feestdagen. Ergs por kwartaal: Voor Schiedam en Vlaardingen fl. 1.25 Hmico per post fl. 1.65. Prijs per week; Voor Schiedam en Vlaardingen 10 cent Afzonderlijke nummers 2 cent. Abonnementen worden dagelijks aangenomen. Advertentiëa voor het eerstvolgend nummer moeten des middags vóór een uur aan het Bureau bezorgd zjjn. Bureau: Lange Haven No. 141 (hoek Korto Haven), Ppgs der Advertentiën: Van 1—6 regels fL 0.92; iedere regel meer 15 cents. Reclames 30 cent per regel, Groote letters naar de plaats die zij innemen. Advertentiën hij abonnement op voordeelxge voorwaarden. Tarieven hiervan zijn gratis aan het Bureau te bekomen, In de nummers, die Dinsdag-, Donderdag- en Zaterdagavond verschijnen, wonden zoogenaamde kleine advertentiën opgenomen tot den prijs van 40 cents per advertentie, bij vooruitbetaling aan het Bureau te voldoen, Interc. Telefoon I voor de Redactie No. 123. I voor de Administratie No. 103. De Burgemeester van Schiedam, Brengt bij deze ter kennis van de inge- v tenen Dat het kohier van de Grondbelasting dezer gemeente, over het dienstjaar 1011, door den heer directeur der directe belastin gen te Rotterdam op den 23c-n Januari 1911 executoir verklaard, op heden aan den ont- vanger der directe belastingen alhier, ter in vordering is overgemaakt. Voorts wouit bij dr/e herinnerd, dat een ieder verplicht is, zijnen aanslag op den bij de wel bepaalden voet te voldoen, alsmede dat lieden de termijn van drie maanden in gaat, binnen welke bezwaarschriften tegen eenen aanslag, op genoemd kohier voorko mende, behooren te worden ingediend. En is hiervan afkondiging geschied waar het behoort, den 24en Januari 1911. De Burgemeester voornoemd, M. L. HONNERLAGE GRETE. BUITENLAND. Schiedam, 24 Jan. 1911. OOSTENRIJK-RONG ARIJE. De vele millioenen, welke de Donau- ntonnrchie onder den invloed van aartshertog Ferdinand op haar begrooting heeft uitge trokken voor de versterking van haar vloot met eori aantal zcekasteelen van het Dread- nought-type, heeft do aandacht getrokken. Een bekend Ilongaarsch blad, de „Magyar Tigyeloe" is eens op kondschap uitgegaan en heeft den chef der sectio voor de marine van het departement van oorlog, admiraal Montecuccoli om zijn mocning gevraagd over de Oostenrijksch-IIonganrsehe vloot. Deze technicus bleek geheel doordrongen te zijn van de gebiedende noodzakelijkheid om de vloot Ie \ei sterken, hetgeen men, gezien zijn lioogo positie en de plannen der regeering, ook niet anders kon vei wachten, 't Merkwaardigste van dit onderhoud te echter het daarin door schemerende wantrouwen tegen den bondge noot Italië. De aanbouw van dreadnoughts achtte do admhoal een plicht voor a'le mogendheden, die ze niet hebben on die in de mogelijkheid verkecren in oen oorlog te geraken met een mogendheid, die wel gevcch koenheden van dit type bezit. En Oosten rij k-IIongarije liep zijns inziens steeds hot gevaar van een aan vat vanuit de Adrintische zee, dus met an dere woorden liet Italiaanschc gevaar. Nog dikwijls wees graaf Montecuccoli op den bondgenoot, van \vien3 zijde hij ge vaat duchtte, in de volgende woorden„Men moet, zoo zei do hij, „voortdurend de moge lijkheid in 'it oog honden van een oorlog met Naar het Dnitsch ~van FRIEDIUCH JACOBSEN. 25) „Neem mij niet kwalijk, lieer Kranich," zeide hij, „maar deze geheele geschiedenis met do ontvoering, lijkt mij een beetje te romantisch. Die knie vent, die er uitzag, alsof hij geen vijf stuivers op zak had, die u voor den veroordeelden bankboaiUbte Du bois houdt en met de ongelukkige mevrouw Mnrjon Titus i.n verband bronst, zag er niet ui'-, alsof hij ecu reis van Hamburg naar Parijs kon betalen. Bovendien zal deze Du bois nog in de gevangenis zjlten, want hij kreeg minstens 3 of 4 jaar gevangenisstraf. En wat deze mevrouw Titus betreft, voor zoo iemand, die met con a micron man weg- reibt, zie ik haal* niet aan. Ik geloof eerder aan zelfmoord. En uk mou nauwkeurig na- vórsclit, zal het lijk dor arme vrouw waar schijnlijk op don bodem van dat gcheim- zinrigc water te vindon zijn." Max schudde liet hoofd. „Dat is nog phantastischcr dan de theo rie van Kxanicli. Welke bowecgredcn zou de jonge vrouw daarvoor hebben geluid." „Ze was waarschijnlijk in haar geestvermo gens gekrenkt," zei Timm zachtjes. De twee anderen zwegen en keken rond in de donkere kamer. „Elcctrisch licht is hier zeker niet," zeide Kranich eindelijk. „Parijs hiat zijn licht stroomen over de ceii^ staat, welke een uitgestrekt kustland bezit. Indien de Oostenrijkschc vloot vol doende sterk iu zal zij den vijand noodzaken een aanzienlij., cteei van zijn strijdmacht te gebruiken om zijn kusten te verdedigen. Bovendien zal zij in staat zijn snel hot too- nee! vim den strijd naar het grondgebied van den rij and over te brongen." De admiraal noemde, als een voozichtig diptemaat, geen namen, niettemin liet hij geen fcwij.o. over, van welke zijd© het gevaar zou komen. Ton slotte is het wel interessant te ver nemen of de Oosten rij ksch-Hongaarsche vloot, wanneer liet viootprogram zal zijn afgewerkt,, aan een maritieme mogendheid van den eersten rang het hoofd zou kunnen bieden. Het Oostenrijksch-Hongaarsche leger, verklaarde de admiraal, zal zich moe ten kunnen meten met de best georganiseer de legermachten. Zij zal dus geen vermin dering kunnen ondergaan. Hetzelfde is het geval met een vloot. Is deze weinig talrijk, dan zal zij, hoewel goed georganiseerd, niet veel waard zijn in tijd van oorlog, want zij ■/dl zich van de opening dei- vijandelijkheden af in een oorlogshaven moeten terugtrekken, en kan dan haar lot niet oontgaan. Boven dien moet men zich niet alleen kunnen ver dedigen, maai' ook aanvallen, en den vijand zooveel schade toebrengen als mogelijk is. Dat is de wet van den oorlog. Dat alles en nog meer moois vertelde de admiraal. Ongelukkig echter dat in Oosten rijk zoo goed als elders leger en vloot een zeer dure liefhebberij zijn, en dat de finan ciën door steeds nieuwe militaire eischen een geduchten knauw krijgen. GEMENGDE MEDEDEELENDEN. Engeland. Een nieuw maatschappelijk euvel noe men enkele groote Engelsche bladen een, als het inderdaad waar is, hoogst af- kenrenswaardigo „journalistiek". Een „bot telier", dat is de man, die in Engelsche voorname familiën aan het hoofd van hel bediondcnpersonoel staat, vroeg in do krant een nieuwe betrekking. Onder de brieven van antwoord was er een van een zich noemende Amerikaansche journaliste Zij vroeg niet anders, dan tegen betaling van grof geld, om nieuwtjes, schandaaltjes, uit de groote wereld. Liefst zoo scherp mogelijk en van zoo bekend mogelijke per sonen met naam en toenaam. Haar krant zond er de noodige fondsen voor en haar zegsman zou er twee- driemaal zijn loon bij kunnen verdienen. Hoe meer hij gaf, hoe meer zij betaalde en hij moest toch veel weten daarvoor was hij immers de eerste van het personeel in een voorname familie. Een nieuwe maatschappelijke pest, zegt de „Times" terecht. boulevards," zoo lichtte hem de schilder in. „Ik heb een voorstel, mijne hoeren. On- giloovigen zijn altijd moeilijk te overtuigen, maar het is een gewoonte van de Parijscho straathandelaars altijd hun waren rond te venten langs hetzelfde stadsgedeelte. Die Napoleonskop zagen Clara on'ik eens op de boulevard des Italiens. Heb je lust, Max, er heen to gaan? Ik ben er sedert niet mcor geweest. Treffen wij er zooals gewoonlijk den man met zijn photographién, dan moet Kranich bekennen., dat hij gefaald heeft." „Gaat juffrouw Clara mee?", zei Max levendig. „Neon, de kleine is vanavond in den schouwburg. Heeft ze je hart al in vlam gezet?" „Ze is bekoorlijk „En braaf, zooals vele Parijscho meisjes. Overigens heeft ze er niet op tegen, mijn schoonzuster te worden. Mijn meisje is ze nioit geweest." Ze gingen uit, do straat op naar de boule vards. Max dacht na. Hij was naar Parijs gekomen, om zich te amusceren, om de drukte van wagens, auto's en mensehen tc zien langs de Seine-oevcrs en Max Grote was met zijn gedachten in het schilder atelier en hij zag weer do liefelijke meisjes gestalte mot het blonde haar en het blanke gezichtje. Ivokct was ze niet, anders had ze haar blonde haren wol om haar hoofd laten golven. Het „geval Titus" begon te ver- blcckcn bij Max Grote. Toen zc op de plaats hunner bestemming waren aangekomen, be stelde hij zich dadelijk een glas bier en wil de juist weer een gesprek oyer Clara begin nen, toen eon stoot in de zij door zijn broe der hem ivnkker schrikte. Duitscfhland. De Londensche „Times" vertelt in. een artikel,dat Dnitsch land met het oog op de steike verdedigingsmiddelen in Frank rijk zijn operatioplan ingeval van een oor log met Frankrijk een belangrijke wijziging heeft doen „ondergaan. Meri heeft een uit breiding van het strategische ontplooiings front noodzakelijk geacht, met het gevolg, dat het centrum van een toekomstigen aanval op Frankrijk naar het noorden ver plaatst is en dat een belangrijke offensieve beweging misschien wel de belangrijk ste de linie KeulenKoblenz tot basis zou hebben, Onder deze omstandigheden zou de handhaving der neutraliteit van België, en misschien zelfs van die van Nederland, door deze nieuwe Duitsche strategie be dreigd worden, aldus meent het Engel sche blad. Het Ilof van gezworenen te Berlijn heeft heeft gisteren veertien beklaagden in het Moabiter-oproerproces tot gevangenis- en hechtenisstraffen van een jaar tot veer tien dagen veroordeeld. Vier beklaagden, werden vrijgesproken. Italië. Volgens de te Milaan verschijnende „Perseveranza" heeft de Paus strenge be velen uitgevaardigd, waarbij aan katho lieke economische en maatschappelijke in stellingen verboden wordt deel te nemen aan do feesten in 191 y met inbegrip van de tentoonstellingen te Milaan en te Tu rijn. i Monaco. Het een ieder naar ,den zin maken is f een onmogelijk werk. Dat ondervindt vorst Albert in den laatstan tijd met de grond wet, waarmede hjj zijn onderdanen ge lukkig heeft willen maken. Nog j.l. Zondag hebben 400 kiezers in een vergadering krachtig geprotesteerd tegen het door den vorst goedgekeurde grondwetsontwerp en verklaard, dat zjj spe ciaal bezwaren hadden tegen de verdeelmg van het vorstendom in drie gemeenten en tegen de instelling van een Nationalen Raad, aan welken geen regeeringsbevoegd- heden zijn toegekend. Roemenië. In de Kamerzitting van gisteren heeft de minister-president de besluiten voorgelezen, houdende benoeming van het kabinet en ontbinding der Kamers. De bijeenroeping van het nieuwe parle ment is bepaald op 20 Maart. „Daar is hij warempelzei Timm. „Jammer, dat ik niet gewed heb." De man, die zich Lenoir noemde of mis schien werkelijk zoo heette, die zich bezig hield met den verkoop van twijfelachtige photograpliiën en zich zelf te goed vond, om voor model te dienen, naderde langzaam tus schen de tafeltjes. Hij droeg hetzelfde korte jasje en zijn muts achter op liet hoofd, zoodat het zwarte lmar hem over hot voorhoofd viel. Hij bleef aan ieder tafeltje staan, hield do gasten zijn kaarten onder den neus en sloot hier en daar een koop. Kranich en Max Grote beschikten over groote tegenwoordigheid van geest, maar had den moeite hun verbazing te onderdrukken. De detective leunde in zijn stoel achterover en zei heel zacht, zonder zijn lippen te be wegen „Lot op, GroteNeem deze courant en kijk over den rand. Is dat niet dezelfde man, die wij bij het verlaten onzer woning ontmoeten?" Max Grote deed zooals hem gezegd was, en nn eenigen tijd kwam zijn antwoord, even zacht terug: '„Ik kan het niet zoggen, Kranich. Hij droeg zijn hoed toen zoo diep in de oogen! Neen, ik geloof niet, dat hij het is." „Goed, nu stil Lenoir kwam naderbij. Hij ging van liet ceno tafeltje naar het andere, zonder een en kele over to slaan. Toen hij Timm Grote zag stond hij even stil, daarna gleed een lachje over zijn gezicht. „Ah, goeden dag, mijnheer Grote," zei de hij tegen Timm. „Tk ben blij, u weer to zien. Ik hoop, dat u het mij niet kwalijk V ereenigde Staten. Gisteren is te New-York de heer Barnes tol voorzitter der republikeinsche partij ge kozen. Wanneer men nu weet, dat de heer Barnes een hardnekkig tegenstander is van de Lnsurgenten, en leider der anti-Roosevel- tisten in den staat New-York, dan begrijpt men, hier mot een ernstige nederlaag van Roosevelt te doen te hebben. In verband met deze verkiezing wijst men erop, dat Roosevelt aanhoudend terrein ver liest en acht men het waarschijnlijk, dat Taft bij de presidents-verkiezing in 1912 wederom de man der republikeinen zal zijn. Haïti en San Domingo. Het departement van marine te Washing ton heeft van den commandant der Ame rikaansche kanonneerboot „Mariette" uit Puerto Cortez berichten ontvangen, vol gens welke president Simon van Haïti een beroep heeft gedaan op de goede diensten der Vereenigde Staten, teneinde een oor log tusschen Haïti en San Domingo te voorkomen. Mr. Furniss, gezant der Ver eenigde Staten te Haïti, heeft verklaard, dat president Simon het voorstel heeft gedaan, het grensgeschil onmiddellijk aan arbitrage te onderwerpen, op voorwaarde echter, dat beide regeeringen hun troepen uit San Domingo terugroepen, en ophou den voort te gaan met den bouw van den giooten straatweg, die op het oogenblik dwars door de betwiste streken wordt aangelegd. Een nader telegram uit Port-au-Prince meldt: Haïti en San Domingo hebben het voorstel aangenomen, om hun geschillen aan arbitrage te onderwerpen. Australië. Zooals men weet, heeft voor eenigen tijd het Australische Gemoenebest besloten tot de oprichting van een gemeenschappe lijke hoofdstad en wel te Yass Canberra in Nicuw-Zuid-Wales. Een som van 43.000 pond sterling werd uitgetrokken voor voor bereidende maatregelen. Binnenkort zal thans door den minis ter van binnenlandsche zaken een prijs vraag worden uitgeschreven voor plannen tol den bouw der federale hoofdstad en van do nieuwe parlementsgebouwen, waar aan architecten van ,de geheele wereld kunnen deelnemen, maar zal het vermoe delijk nog wel twee jaren zal duren, voor met den bouw wordt begonnen. Men zal trachten van Yass-Canberra een der schoonste en aantrekkelijkste hoofd plaatsen van de geheele wereld te maken. De plek, waarop de nieuwe hoofdstad zal komen te staan, leent zich daarvoor dan ook bij uitstek. Het terrein is eenigszins geaccidenteerd, de voornaamste openbare gebouwen zullen op matig hooge heuvels komen te staan en <ïe_geheele stad zal waar schijnlijk op de heuvels gebouwd worden amphitheatersgewijze met een prachtig uit zicht op het noorden en noordoosten en beschut tegen de winden. neemt, dat ik u indertijd met het model in de steek heb gelaten?" Timm wierp een zegevierenden blik op Kranich en zeide „In het geheel niet, meneer Lenoir, Ik schilder nu het portret zonder hoofd, alleen met de bewuste hand, en uw hand „In die van con eerlijk man en niet die van eeu misdadiger," zeide Lenoir glimlachend. „Kan ik geen zaken met u doen? Ik heb juist dezer dagen mijn voorraad vernieuwd." „Dank," zei Timm, „vandaag niet, maar misschien deze heeren Kranich vertrok geen spier van zijn gezicht. „Heb je misschien ccn platte grond van Parijs," vroeg hij in gebrekkig Fransch. „Zieker, mijnheer," hij greep bereidwillig in de map. De handel was spoedig besloten. Terwijl Lenoir over de tafel gebogen stond, vloog er een groote vlieg om de elec- trisehe lamp. Kranich sloeg er naar met zijn courant en luid daarbij hot ongeluk tegen ho' voorhoofd van Lenoir te stooten. Bij het betalen gaf hij hem een extra franc. Lenotr bedankte beleefd, ging verder, maar wierp nog een blik achterom. „Ik heb een plan," zei Kranich op ge- dempten toon. „Dat zie ik," zei Timm, „Je Hebt een franc te veel betaald." „OnzinIk denk pst, hij gaat er van door Inderdaad. Lenoir was verdwenen. Kra nich sprong op. „Betaal mijn bier, Grote. Ik moet zien, waar de kerel blijft." Kranich liep snel tusschen de tafeltjes door en was in het gewoel op straal; ver- China. Uit Ilankou wordt van een bloedige bot sing gemold, welke aldaar tusschen Chinee- zen en Europeanen heeft plaats gehad. De Engelsche politie d-aar had nl. een koelie, die doodziek op den weg Lag, naar een poli tiepost overgebracht, cle zieke bezweek ech ter onderweg en nu beweerden cle Chinee- zon, dat de politie den koelie had gedood. Hei volk liep daarop te hoop en maakte zich schuldig aan allerlei ongeregeldheden. Yan de Engelsche en Duitsche kanonneerboot „Thistle" en „Jaguar" werden toen man schappen aan den wal gezet, de door de Chi nee-zen met een hagelbui \an stcenen wer den begroet en er ontstond een gevecht, waar in acht Chineezen gedood werden. Ten slotte zond de onderkoning Chinee- scho troepen, aan welke het gelukte het op roer, dat zich reeds zeer ernstig liet aan zien, te dempen. Van het Hof. Z. K. II. Prins Hendrik heeft gisteren een bezoek gebracht aan den burgemeester van Wassenaar, mr. R. baron van Zuylen van Nyevelt, jagermeester van II. M. do Koningin. De heer Yan Zuylen van Nye velt is ongesteld. Z. K. H. do Prins der Nederlanden heeft aanvaard het beschermheerschap van de internationale tentoonstelling van hotel-in dustrie, kookkunst en voedingsmiddelen, die dit jaar te 's-Gravenhage zal gehou den worden. H. M. de Koningin-Moeder heeft gister- dwenen vóór dat de beide broeders hem hadden kunnen antwoorden. Max keek hem niet de kalmte van een Hamburger na en zei: „Gelukkig voor den kerel, dat hij een plan heeft. Zonder dat liep hij, ik weet niet waarheen en viel misschien wel in do handen van een troep apachen." Timm antwoordde„Met dat volkje komt hij wel klaar. Maar hij heeft een idee fixe wie weet, wanneer wij hem terugzien." Justus Kranich was niet tevergeefs lange jaren in dienst van de politie geweest Hij wist, hoe men iemand moet volgen, zonder dat hij het bemerkt. Op den bou levard was dat niet moeilijk, want het was hier zoo druk, dat zijn persoon niet opviel. Hij van zijn kant kon den gehoim- zianigen koopman echter goed in het oog houden. Hot was ondoi tusschen moeilijk vast te stellen, of Lenoir bemerkte, dat men hem volgde ot niet. Achteloos on met groote schreden ging hij voorbij cle vele elegante en hel-verlichto café's, waar hij audeis zijn waar te koop aanbood. Geen enkelen keer keek hij om en ook dood hij geen poging, in een zijstraat of poort to ver dwijnen. Toen het eenzamer word, moest Kranich in do schaduw der huizen voort gaan en had hij meer moeite, om onopge merkt te blijven. Hij was daarbij zoo met zijn gelieelo aandacht bij Lenoir, dat luj niet bemerkte, dat zij in een zeer ver dachte buurt waren gekomen. Wordt vervolgd.) ✓V»

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Schiedamsche Courant | 1911 | | pagina 1