K.
A.WAKi&lE,
AFSM©.
IÜT.Ogtrop&Zn.,
Rolpens, Boterhamworst,
Versche en Zure Zult,
H.J.WOUTERLOOD&C°
SAFE-DEPOSIT.
Groots Tersoio EIEREN ier R. E. V,
N. J. DE BRUIJN,
Korle EMslraat, ScMai.
laalsclapptlijk Kapitaal f 51(1.1).-
Bergweg 220
SPAARBANK TE SCHIEDAM.
Hulpkantoor in de Alida-Bewaarsckool (Leliestraat),
FIJNE ROOMBOTER,
Crediet-Vereeniging
Amsterdam.
S. G. vanWaalwijk van Doorn,
R.MEES&ZOONEN,
Grootvader; „Wel, Paul, wat zou je nu
gi tag voor ja verjaardag hebben?"
Kleinzoon; „Och, grootpa, koop mij als
't u blieft teen telefoon, dan kan ik de
vragen van flea meester beantwoorden, zon
der naar pchool Je gaan."
Rijke erfdochter: „Zeg eens, Ella, denk
je, dat baron, B. het werkelijk ernstig met
mij meeat?"
Haar vriendin; „Daar kan je zeker van
zijn, want ik heb gehoord, dat hij geen
cent op de wereld heeft."
„Waarom kom je niet, als ik bel vroeg
een dame aan haar dienstbode.
„Omdatik u niet heb hooren bellen."
„Als je me nu in het vervolg weer niet
hoort bellenj korn het me dan even zeg
gen-'1 i 1
„Heel goed, mevrouw 1"
Op zekeren dag ontving de student H.
een som gelds van een rijken oom, en vatte
daarom het voornemen op, eenige lang
uitgestelde rekeningen te betalen. Hij be
zocht eerst zijn kleermaker, maar hooide,
dat de man juist dienzelfdeu morgen ge
storven was. Zijn weduwe, in tranen ba
dende, vroeg hem, wat de boodschap was.
„Ik kom-mijn rekening betalen," ant
woordde hij eenvoudig,
„Ach," snikte de diep bedroefde weduwe,
„als mijn arme man een uur langer ge
leefd had, had de schok er hem misschien
bovenop gebracht.
Een oude boer kwam eens in eea win
kel en vroeg den winkelier of hij dozen
ook wat veische boter kon verkoopen.
De winkelier zei, dat hij zijn vrouw eens
zou vragen of zij ook boter noodig had.
Hij stapte dus naar de telefoon, riep zijn
vrouw op, en sprak oenige oogenblikken
met haar door -het toestel. Toen, zich tot
den- boer wendend, dia met een gezicht,
rood van kwaadheid, en de handen in zijn
zakken stond toe te kijken, zei hij, dat
zijn vrouw op 't oogenbük geen boter noo
dig had.
De verontwaardigde boer barstte hierop
uit: -
„Duister eens, mijnheer, als ge geen
boter noodig hadt, hadt ge dat wel da
delijk kunnen zeggen. Denk je, dat ik zoo
onnoozel ben om te gelooven, dat je vrouw
in dat kleine kastje zit opgesloten?"
Onderwijzer: „Jan, waarvan zijn je schoe
nen gemaakt?"
Jan: „Van leer, meestert"
„En waar komt het leer vandaan 1"
„Van de huid van een os, meester."
„Hoe heet dan het dier, dat je van
schoenen voorziet, en je ook vleesch geeft
om te eten?" I
„Vader, meester."
VOOR DAMES.
MODE.
Hoewel we nu iederen dag'in de étalages
der mode-magaz\jneii nieuwe modellen
zien uitgestald, schijnt het nog niet met
zekerheid te zeggen, wat dezen zomer
wei de voornaamste mode zal zijn.
Een feit is het evenwel, dat van geen
gvoote veranderingen sprake zal zijn;want
de wijdte en lengte van den rok, het.
model van de mouw en de plaats van
taille, blijven dezelfde.
De rokken zullen nauw zjjn, doch niet
met- een band of biais saamgebonden; do
mouwen worden nog geregeld aangeknipt,
en zijn half lang; de onderarm blijft bloot
of met een tulle mouwtje bedekt; de
plaats der taille is nog steeds boven do
normale, zoodat er nog steeds opgeknipte
rokken zullen gedragen worden.
„David Brand heet de eenige vreugde
op do wereld, die je moeder weer vroolijk
maken kan. Trek heen, mijn iongen, en
haal hem maar het is vele uren ver,
je moet eerst het dal door en dan dien
bultigen berg op, die daarginds zoo in
de schuinte naar ons heen kjjkt, aan den
anderen kant van den berg stroomt de
rivier, daar zijn de houtakkers om dezen
tijd bezig de vlotten te water te laten.
Je vraagt naar David Brand én vertelt
hem, waai om je uitgetrokken bent en je
komt niet teiug zonder hem, versta ja?"
David schudde met kt acht het hoofd,
hij was één en al vastberadenheid en
ondernemingsgeest,
„Is hij groot?" vroeg hij na een oogen-
blik bedeukens.
„Of hij!" bevestigde de vrouw. „Maar
jo kent immers de geschiedenis van den
herdersknaap David, die den langen Go
liath overwon nu, zoo doe je ook
maar." En" zij stopte hem de zakken vol
brood, in haar vreedzaam dal aan geen
gevaren denkend, vast overtuigd, dat ieder
het knaapje melk te drinken zou geven,
indien het dorst had.
Zoo trok dan David uit, zacht voor
zich heen trommelend, in het voile besef
van het gewicht zijner, zending. Hij had
niet eens een buisje aan, ook zelfs geen
hoed op, maar hij was voorzien van een
grooten stok daarmede dacht hij zijn
moeder do vreugde in huis te drijven,
als die vanzelf niet ging.
De weg door het dal leverde geen moei-
lijkhoden op; stond er aan een der hui
zen ec- stal open en bemerkte David, dat
daar gemolken, wend, dan vxoeg hij op een
viijmocdige wijze een dronk, en altijd
werd hem, hetzij door eed vriendelijke
Behalve de korte mantels en bolero's,
zullen er dit seizoen veel lange mantels
van zijde, satijn of Engelsche stoffen ge
dragen worden.
De mantels en ook de tailles der toi
letten zullen voorzien zijn van matrozen
kragen en groote, slappe revers; hot stjjve
linnen, dat vroeger in kragen en revets
gedragen werd, is afgeschaft. Verder zal
men voor het garneeren van mantels veel
zijden tres, zwart satijn en zijden franjes
gebruiken.
Voor de tailleur-kostuums zal men,
behalve serge en cheviot, ook weer veel
dun laken gebruiken, terwijl voor meer
gekleede toiletten veel dunne zijde zal
worden gedragen.
Die zijden toiletjes zullen ook onder
het bereik vallen van de meer bescheiden
beurzen, want men maakt die weefsels
tegenwoordig in dubbele breedte en heeft
dan voor een heel kostuumpje maar 5 me
ter noodig.
De nieuwe hoeden zijn zeer verschillend
van model, en vooral de toque heeft groote
verandering ondeigaan.
Ze zijn van sttoo vervaardigd en om
sluiten het kapsel als een muls, terwijl ze
de ooren geheel bedekken
De toques, met hoog opgeslagen rand
van zwart stroo, zijn chiquer; de fiuweelen
bol is van afstekende kleur en overtrok
ken met witte of crème kant.
Er zal dezen zomer veel kant als gar
neering gedragen worden. Voor het over
trekken der bollca wordt meest point-lacé
gebruikt. Verder garneert men aigrettes,
pleureuses en bloemen.
Behalve de kleine toques, zullen ook
de groote, gekleede hoeden „en vogue"
zijn; ze zullen zooveel mogelijk in overeen
stemming zijn inct de kleur der toiletten.
YOOR KIjNDEREN.
HOE KOEN AAN EEN GULDEN KWAM.
Koen had een gulden noodig! Een zij
ner kameraden had zoo'n leuko fietsbel
en hij had wel lust die over te doen.
„Dan zeg ik thuis maar, dat ik hem
verloren heb, dan krijg ik wel een nieu
we," had hij beweerd. „Als jij er zoo'A
zin in hebt, kun je 'm van me krijgen
voor één gulden. Dat is natuurlijk veel
te goedkoop, maar ik houd er niet van
mijn vrienden af te zetten."
„O, ik vind het heelemaal niet duur,"
verzekerde Koen; „ik geef er je met alle
pleizier oen gulden voor."
„Bieng 'm dan morgen maar mee, dan
krtl"g jij mÜn bel."
„Mooier kan 't al niet,'1 meende Koen.
't Eunige bezwaar- was, dat hij geen gul
den had, en ook heelemaal niet wist, hoe
er aan te komen.
Zijn ouders hielden er niet van, kinderen
geld op zak te geven; ze kregen thuis
wat zc noodig hadden, en 't gaf maar aan
leiding tot snoepen en 't torgeven aan al
lerlei dwaze wenschen.
Koen was het hierin met zijn ouders
volstrekt niet eens, maar dat hielp hem
niet veel. 1
In het naar huisgaan, piekerde hij er al
door maar over, op welke manier hij aan
een gulden zou kunnen komen.
Laatst had zijn zusje een dubbeltje ge
kregen, omdat ze een kies had laten trek
ken; 't was een losse geweest, en 't had
bijna geen pijn gedaan. Als hij nu tien
tanden zou laten trekken, zou hij er zijn.
Hij voelde eens, of hij ook een losse
had. Hij was wel niet kleinzeerig, maar hij
had toch geen moed, om tien harde ruk
ken te doorstaan.
Hij voelde tand voor tand en kies voor
kies j. maar ze zaten alle even vast.
Hij war ~<ok al klaar met wisselen. Dat plan
moest hij dus opgeven; nu, rouwig was hij
dienstmaagd, hetzij door een goedhartige
huismoeder, bereidwillig de melknap toe
gereikt. Wilde men hem uithooren, zoo
maakte hij zich lachend uit de voeten,
want hij was blij een geheim te bezit
ten en gunde het niemand.
Het was reeds laat in den namiddag,
toen David aan den voet van den bul
tigen berg kwam, die hem tot zijn doel
zou leiden. Zonder naar een. pad uit te
zien, begon het knaapje de bestijging op
handen en voeten en krabbelde zoo een
gewiinen tijd, met den stok in den mond,
tegen den steilen betgwand op. Het werd
weid avond en, onder de don.ten, temid
den van liet dichte struikgewas, bjjna
nacht; de kleine man sloeg nu en darmvel
eens naai een wonderlijken boomwortel,
die in het bediiegelijke maanlicht een ge
zicht scheen te hebben, of hij stond stil
en luisterde, wanneer er achter hem iets
ritselde of kraakte; maar hoewel hij be
neden zich dea afgrond had en. boven
zich een hoogte, die zijn oog niet ver
mocht te meten, zoo vergat hij, uit louter
jjver voor zijn goede zaak, ook maar een
enkele maal aan zijn toestand te den
ken. Toen hij echter over een dwarslig
genden boomstam viel, kon hij niet aan
stonds weder opstaan, in het volgende
oogenblik had de vermoeidheid hem over
mand en sliep hij zoo rustig en diep,
als lag hij, zorgzaam bewaakt, naast zijn
moeder in bed; de boomstam strekte zich
beschuttend tusschen hem en den afgrond
uit, zacht ruischto het nachtelijk woud bo
ven zijn hoofd.
Do morgenzon dook juist haar eersto
stralen in den stroom, 'die van vreugdo
daaiover glinsterde, toen een man, ijverig
bezig zich aangezicht en borst in liet
er niet om, want zoo heel prettig leek
hei hem ook niet.
De zaak was nu maar, iets beters te
verzinnen. Het gemakkelijkste zou zijn een
gulden aan papa of aan mama vragen,
maar hij kon wel op zijn vingers na
tellen, dat 't hem niet helpen zou.
Papa zou natuurlijk zeggen, dat hij best
zonder die fietsbel kon, want dat er aan
de zijne niets mankeerde, wat ook eigen
lijk waar was; hij had zijn fiets pas een
jaar geleden gekregen, dus was zijn bel
nog heel goed. De andere vond bij even
wel leuker en hij bad er pleizier in ge
had om tegenover Piet Vermaat, dien bluf
fer, die altijd zoo'n hoogen toon aansloeg,
net te doen, alsof een gulden niets voor
hem was. 1
Al3 papa maar wilde! Voor een groot
mensch is een gulden toch niet veel,
maar papa was zoo akelig zuinig en hield
niet van geld onnoodig uitgeven.
En mama was al net zoo. Als Koen
zijn moeder om een gulden zou vragen,
zou ze zeker antwoorden:
„Er komt in een groot huishouden ala
het onze, zooveel kijken, dat ik heusch
geen guldens over heb."
Op hulp van papa of mama behoefde
hij dus niet te rekenen, dat begreep hij
wel, zonder dat hij 't vroeg; ten minste
kon hij zichzelf twee vermaningen bcspa-
ïen. Maar, dat bracht hem niet verder.
Hoe moeilijker het hem voorkwam, des
te sterker zijn verlangen naai- den gul
den en de fietsbel werd.
Jammer, dat hij niet bij zijn spaarpot
kon.Grootpapa en tante Marie stuurden
altijd geld voor de verjaardagen der kin
deren, en dat deed mama dan in een
spaarpot.
Papa gaf er ook wel eens een extraatje
voor er was zeker ai heel veel in.
Als hij er toch maar één enkel guldentje
uit zou kunnen nemen.
Het was toch zijn geld j. wel niet
van hem alleen, zijn boertjes en zusjes
hadden er evenveel recht op, maar één
gulden mocht hij er wel uitnemen. Dat
was geen stelen! -
In elk geval kon hij er dien later weer
in dien. Als hij wat ouder was, zou hij
toch zeker wel zakgeld krijgen; zijn neef
Koen, die, evenals hij, naar grootvader
heette, kreeg een kwartje in de week.
Die was veertien, dus net een jaar ouder.
Misschien zou hij 't volgende jaar ook wel
weekgeld krijgen, en als 't dan ook een
kwartje was, zou hij het de eersto vier
weken bewaren en de kwartjes inwisselen
voor een gulden en dien in den spaarpot
doen. Daar was toch heusch geen kwaad in.
Wordt vcnolgd.)
ADVERTENTIEN.
Gesloten Bovenhuis,
hoek Gerard Scboltenstr., Kotterdam.
Solide Personen kunnen alle soorten goe
deren verkrijgen zooalsDames- Ileeren- en
en Kinderkleeding, alsmede Manufacturen,
Bedden, Dekens, enz. enz., tegen gemakke-
lijke betalingsconditiën.
Agent voor Schiedam en Ometr.0. v.
GERVEN. Kethelstraat No. 5.
dagelijks verkrijgbaar in de
Tleeschkonvrerij en Spekslagerij van
A. M. E. ODÉ, Hoogstraat 58.
heldere water te baden, plotseling opkeek
en luisterde: uit den zoom van het woud
trad een kleine gestalte to voorschijn en
maakte op eenigen afstand, onder luid
trommelen, halt
Het was Davidjo, die, een ledig in zijn
maag bespeurend, en zijn moed een wei
nig gezonken voelend, zijn onfeilbaar mid
del om zich goed te houden., aanwendde.
Dat hot hem niet al te best gegaan was,
daarvan leverde zijn uiterlijk een spre
kend bewijs, want zijn hemdje hing hem
bijkans aan flarden om het lijf, hot witte
hemdje, dat thans door de morgenzon met
een warmen goudgloed werd overgoten,
wat aan David het aanzien gaf van uit
een uit den hemel gevallen cherub.
Iets dergelijks mocht wellicht ook de
man donken, die, den knaap beschouwend,
met een helderen, vriendelijken lach uit
riep
„Drommels, kereltje, welke wind heeft
jou hierheen verwaaid?"
„Geen wind," zei David, en noemde do
plaats, vanwaar hij kwam..
„Toch niet alleen?" vroeg de man ver
wonderd.
„Zeker 1" 1 I 1 I i
„Zool En waar gaat het nu naar toe?"
„Naar David Brand."
,üe man schudde do waterdruppels van
het gezicht en zag den knaap een wijle
opmerkzaam aan; hij zag, dat juist zulke
blonde lokken als do zijne alleen een
tintje lichter het voorhoofd van het
kind beschaduwden.
„En wat moet jo van David Brand?"
vroeg hij wantrouwend.
„Hij moet meekomen naar moeder; haar
mankeert een beetje vreugde."
,?Zoo, en wie is je moeder?"
Kassiers en Commissionnairs in Effecten.
Verhuren loketten in hunne brand- en
inbraakyrlje tlula vanaf f10.per jaar.
RESERVE-KAPITAAL f 184,893,55. Geeft 3 °/0 rente 'sjaars, rente op rente
•Sedert 1 Jan. 1910 wordt de rente In plaats per maand per haïme uiaand berekend.
Minste inlage 35 cents.
Inbrengen en terug ontvangen van gelden en byschryven van renteop alle
werkdagen 's v.m. v. O121/2 u., en "Vrijdags- en Zaterdagsavond v. ïl/jQl/g
geopend eiken Maandagavond yan nnr.
Ten kantore van de Spaarbank en in de Allda-Bewaarsobool zijn verkrijgbaar
SPAAKZEGELS ft 1, 2 en 5 cents ou SPAAKBUSJES.
Public-Accountant. -
Leeraar M. 0. Boekhouden
Buree! van Administra
tieve Controle. u, jwviumwv
Gevestigd sedert 1894. etc.
KantoorGroote Harkt no. 6, Schiedam. luterc. Telephoon no. 181.
Inrichten, bijwerken, in orde brengen, controleeren en geregeld bijhouden
van admiaistratiën van welken aard ook. Leeraar in Staat
huishoudkunde en Statistiek, Boekhouden, Handelsrekenen en Handelsrecht.
Opleiding- voor Examen en Pralitijk.
JAN HAVELAAR ZOON,
Kassiers en Makelaars lu Assurantiën,
ROTTERDAM. -
Incasseeren op het Binnen- en Buitenland.
Koopen en verkoopen "Wissels op het Bui
tenland. Voeren Eflectenorders uit.
Nemen gelden A deposito
met één dag opzegging A 23/,pCt.
tien dagen 4 8»
voor éen maand vast 4 3»
voor drie maanden 4 31 /4
voor langeren termijn tot nader overeen
te komen voorwaarden.
Groote takt 4-3, Rotterdam.
(Telegramadres: Wakkie R'dam.
Interc. Tel. 1335. Postbus 707.)
Koopen en verkoopen. Effecten
CouponB en Inschrijvingen Groot
boek.
Sluiten Beleeningen en Prolongation.
Bykautoor der Residentie Hypotheek
bank voor Nederland te 'si-Gravenhage.
41/2 Ct. per stuk, per 25 f 1.05,
Van ouds bekend adres voor
fijne Zoete en Komijnekaas,
108 ct. per ons.
Volle Zoete Roomkaasjes,
4 4 pond, 45 ct. per pond.
Dessert-Kaasjes,
14 2 pond, 50 ct. per pond.
Ï5- 80 cis. per pond.
Alles dagelijks verseh en franco aan huis
bezorgd.
Aanbevelend,
Broers ?est SI.
Tclcf. 305.
„Doortje." 1 t
„Heeft zij je gestuurd?"
„Wat een domme vraag 1" lachte David.
„Zij weet nergens van; maar omdat de
bloemen haar geen pleizier deden en ook
de vogels niet, en de boerin zei, dat
David Brand het oenige was, wat haar
weer vroolijk kon maken, ben ik er op
uitgegaan om hem te balen, maar"
en eensklaps verhief zich do borst vin
den kleinen man als in de vreesolijksto
ontzetting en barstte hij in een wanhopig
schreien uit „mijn stokl Daar heb ik
mijn stok tusschen de boomon laten lig
gen!"
„Kom, kom, je hebt immers geen stok
noodig," zei de man en hield den knaap
vast, die haastig op het woud wilde toe-
loopen.
„Jawel," huilde het kind, „voor David
Brand... Die is wol zoo groot als Goliath,
en zonder stok kan ik hem niet mee naar
huis krijgen."
De man lachte luidkeels, ofschoon te
gelijkertijd iets vochtigs zijn blik verduis
terde. j |j 1
„Dan zal ik je wel oen stok bezorgen,"
zeido hij sussend. „Kom nu maar mee;
je zult wel moede en hongerig zijn."
Hij zag. op den kleinen jongen neer en
bemerkend, dat zijn voetjes verwond wa
ren en bloedden, nam hij hem op' don
arm. Niet ver van de rivier stond een
kleine hut van planken, waarin do hout
hakkers juist bezig waren hun morgen-
soep to koken. Toon de man met het kind
binnentrad, maakten zij een plaatsje, vroe
gen niet lang, maar reikten een bord soep
toe. Davidjo kreeg ook oen, lepel, en zoo,
weigeborgen op den schoot van zijn be
schermen die het bord voor hens vast-
Incasseeren binnen- en bnitenlandsche
wissels.
Openen rekening-courant ten behoeve
van den handel.
Verstrekken geld op prolongatie.
Koopen en verkoopen: Effecten, Cou
pons en vreemde banknoten.
Opgericht in 1853.
Uitgegeven f 2.500.000.
Gestort f2.420.000.
Reserve f501.000.
Extra Reserve f 100.000.-
Credfeten tegen een rente in verhouding tot
hét disconto der Nederlandsche Bank.
Rekening-Courant, met Rentevergoeding,
Incttsseering op Binnen- en Buitenland,
Deposito'» waarvan de rente thans bedraagt
met 1 dag opzegging 21/2 °/o
voor 1 maand vast 3
1 voor 3 maanden vast 3%
Vertegenwoordiger te SCHIEDAH
Makelaar, Singel 64, hoek 2e Tuinsingel.
BOTTEKDA5I, 3wldblaak Ko. 4,
Kassiers eis Makel na va In Assurantiën
Rente van Gelden a Deposito,
met één dag opzegging Sïlls pOt.
tien dagen 3
Voor langeren termijn tot nader overeen
te komen voorwaarden.
Meaearing *>an Waarden,
volgens bepalingen, die gratis verkrijgbaar zijn.
fesjiie» Deposit.
hield, at hij er duchtig op los. Toen hij
genoeg had, vlijde hij zich met een be
haaglijken zucht tegen de breed0 borst
van den man. „Ik moet nu naar David
Brand," stamelde hij nog, en toen vielen
hem de oogjes dicht.
„Dio is hier," antwoordde do aange
sprokene geruststellend; „ik ben het zelf."
„O, dat is goed," zei Davidjo, reeds
half in slaap; „dan heb ik ook geen stok
noodig."
„Waarlijk niet, waarlijk niet 1" riep een
stom in de borst van David Brand, en
hij moest zich geweld aandoen, om niet
in een luid snikken uit te barsten. Zulk
een dapper kereltje, dat de wijde wereld
ingetrokken was en zich de voetjes stuk
geloopen had om voor moeder wat vreug
de te zoeken.
„En ik, die deed alsof ik zoo vrij was
als een vogel in do lucht," mompelde
hij en drukte het slapende jonskc vast
aan zijn borst. „Voor geen geld ter we
reld zou ik hem wear willen missen I"
Hij vertelde zijn kameraden, dat hij hot
verdwaalde kind naar huis wilde bron
gen en niet vóór denavond terug zou
zijn. Toen, zonder zelfs het geduld te heb
ben het ontwaken van den kleine af te
wachten, nam hij hem op den arm en
toog op weg naar het kleine dal aan do
andere zijde van den berg.
„Wat komt het er per slot op aan;'
sprak hij bij zichzelvon, vol vreugde het
kind, zijn evenbeeld, beschouwend, „of
Doortjo ook wat vervelend is myn kleine
held zal niet tevergeefs zijn uitgetrokken.
,„II\j heeft zijn Goliath ook zonder slok
overwonnen I"