Ingezonden.
Gemengd Nieuws.
kolen te Ié \te ren-voor dr Stantsspcxirwégten
in Zweden.
De heer P. A. Forsyth, een millionair
ie Boston, heeft zijnvoornemen te kennen
gegeven om vijf millioen te schenken voor
het oprichten eener inrichting, waar de tan
den van schoolkinderen gratis behandeld
kunnen worden.
Het grootst bestaande bronzen standbeeld
is te St. I'etewburg. Het stelt Peter Jen
Groote voor en weegt duizend ton.
Een paar handschoenen gaat door onge
veer 200 handen vim het oogonblik, dat de
huid van het lijf van het dier gestroopt
wordt, totdat de. handschoenen aan den dro
ger verkocht worden.
Het krullen van liet luiar is al een zeer
oude uitvinding. Zelfs de oude Romeinen
gebruikten reeds kndijzers. Op het einde
der twaalfde eeuw krulden ook onzo Voor
ouders het haar, en bonden het dan in een
netje. Zij gingen dan uit zonder hoed, ten
einde het aan de raenschen te laten zien.
In Engeland zijn 114 weduwen tegen 51
weduwnaars. In Italië is die verhouding
130 tot 60; in Frankrijk 139 tot 73; ui
Duitschland 135 tot 50; in Oostenrijk 121
lol 44.
In Frankrijk is meer geld in omloop, in
verhouding tot de bevolking, dan in eenig
ander land.
Een olifant levert gemiddeld 120 pond
ivoor op.
„Hoé weet je dat?"
„Papa noemt mania-
Lieve"
DE SLIMME KNECHT.
Kleine Karei, de spruit van zeer rijke
ouders, Heeft bij het nazien van zijn spaar
pot om voor pa's verjaardag eon geschenk
te koopen, een gouden tientje ingeslikt, dat
hem in de keel is blijven steken. De be
angstigde moeder stuurt Karei in gezel-
schap van den huisknecht Johan naar den
dokter, om het muntstuk te lateu verwijde
ren. Inderdaad slaagt de dokter daar met.
eenige moeite in. Op den terugweg naar
huis overweegt Johan bij zich zelf:
„Sapperloot, bij -leze geschiedenis moest
r toch eigenlijk een guidon voor mij over
schieten En per slot van rekening is dat
met een beetje slimheid ook best in orde
Ie brengen."
Hij wisselt in een sigarenwinkel het gou
len tientje, cn ais hij thuis gekomen is,
telt hij voor mei rouw negen guldens op
tafel uit mot do medodeoling:
„Mier zijn negen guldens, mevrouw. Com
pliment van den dokter on de dokter hoef'
r niet meer uit kunnen krijgen."
MACIIT DER GEWOONTE.
Een treinconducteur verraste op zekeren
avond, terwijl hij op een stoel voor de kachel
zat te slapen, zijn vrouw en kinderen door
plotseling op te springen, do kat, die hij
het vuur lag te slapen, beet to pakktn
en haar in de kachel te duwen, het deur
tje te sluiten, en daarna uit te roepen
,Niemand meer voor Tinariem?"
Vóór
de zestiende eeuw droog ieder ge
neesheer in Europa een ring aan zijn vin
ger, ter aanduiding van zijn beroep.
Java wordt beschouwd als het land, waar
het. meer onweeit, dan in epnig andere streek
van de wereld. Gemiddeld zijn er on zeven
en-negentig dagen van het jaar donderbuien.
ANECDOTEN.
„Wilt u mij de hand van uw dochter ge
ven?"
„Is u het al eens mot hot meisje?" -
„Nu, half althans."
„Hoe moet ik dat opvatten?"
„Nu, ik wil haar hebben, zij mij niet."
Vrouw (in de courant lezend): Er is
alweer iemand op straat aangevallen; neem
toch het een of andere wapen mee, als je
's avonds uitgaat,"
Man (aarzelend) „Geef me 's avonds
maar oiucn grooten huissleutel mee, dal is
wel voldoende."
Juffrouw A„Wat is dat toch voor non
nette jonge man, die bij je inwoont?"
Juffrouw B: „Dat is de grootste uitvin-
der van onzen tijd." 1
Juffrouw A: „Zoo, en wat vindt hij Jan
uit?"
Juffrouw B: „Iedere maand een nieuwe
uitvlucht om zijn huur niet te betalen."
Mijnheer: „Waarom ben je eigenlijk uit
je laat.sten dienst gegaan?"
Nieuwe dienstbode: „Ja, dat kwam zoo:
mijnheer dacht, dat mevrouw in de keuken
was en zei tegen me: „Mijn engel!" Me.
Vrouw was evenwel in de kamer daarnaast,
en de deur stond open. Nu, toen moest
ik weg."
Mijnheer: „Zoo, zoo, in zulke verlegen
heid zul je bij ons wel niet komen; me
vrouw is namelijk doof."
Huisdokter (tot jongen echtgenoot)„En
hoe gaat het uw vrouw?"
„Dank u, sedert den laatston nieuwen,
hoed tamelijk wel."
Kleine Frits (aan de deur luisterend) lot
zijn zusje: „Pst! Wees stil, er is bezoek!"
bleek. Bij haar kreet richtte hij liet hoofd
een weinig op en zag haar aan met een
blik zoo vol droefheid, goedheid en leed,
flat haar Kart pijn deed. Toen zonk het
hoofd Weer dieper en hij liep - zwijgend
.voort.
Op zijn rug zag Olga een grooto plak
ka at, waarop men in groote gele letters
op rooden grond kon lezen:
Circus Gruner. Nog slechts drie weken
Sensationeel! Optreden van de wereldbe
roemde sclioolrijdster Carmen Neander. De
clown Bob' Smith met de Boksende kan
garoe en andere schitterende atractics. Tot
slot: De steppenrijeter. Groot manegenum
mer. lederen avond uitverkocht. Sensatie
neel! Nqg slechts drie weken I
De laatste der twaalf mannen was
reeds lang om den hoek van een naburige
et raat verdwenen eil nog altijd stond Olga
als vastgenageld op haar plaats. Ilna
straks nog zoo levendig gezichtje met de
roodo wangen was bleek en diep ernstig
en de vroolijke oogen keken zonder belang
stebing en star voor zicH uit. Daar \va-
do hoofdstraat met de mooie winkels
Hieï stonden rozen in hoogo kristallen
vazen en schalen vol viooltjes en re se
dadaarnaast moderne' japonnen, dan
lampen ..en lichtkronen en kunstvoorwer
pen, Qlga dwong haar oogen in do hooge
.winkelruiten te kijken, maar zag toch niets
anders 'dan een lango rij van twaalf man
nen, die over borst en rug groote recla
meplaten hadden hangen, en tusschen hen
liep met gebogen hoofd haar lieve goede
VOOR DAMES.
DE KUNST ÖM ZTJN KTNPEREN
SLECIIT OP TE VOEDEN.
In vele gezinnen laat de opvoeding dor
kinderen veel te wenschen over. Als men
goed toeziet, liemerkt men, dat de oorza
ken zoowat overal dezelfde zijn. Men be
hoeft slechts eenige vaste regels te volgen
om er zeker van te zijn een aangenaam stel
bedorven kinderen te krijgen.
1. Geeft uw kinderen alles, wat zij u vra
gen, vooral, wanneer zij er hmd om schreeu
wen en dwingen. Men moot koppigheid bij
hen nanlcweeken, dat is het bewijs van een
asten wik
2. Verzuimt geen gelegenheid om hen te
toonen, dat gij met uw echtgenoot het on
eens zijt over hun opvoeding. De moeder
moet aan het kind den vader vooretellen
als eeii tiran en strafmachine, De vader moet
van zijn kant van do moedor niet anders
preken dan als van een wezen van lagere
oi de, zonder eenig gezag.
3. Gij kunt desnoods uw kind eenigo
beginselen van zedelijkheid aanleeren. Maar
wacht u wel hem te laten gelooven, dat gij
zelf er u eonigszins over bekommert. Ver
biedt hem te liegen, maar vreest niet, hem
de grootste leugens te vertellen.
4. Hel is zeer geschikt uw kinderen als
getuigen, en desnoods als rechters aan te
steüén in uw twisten en ruzies.
5. Verwaarloost niets, om uw kind een
goede meening van zich zelf te geven. Hier
voor moet ge in zijn bijzijn zijn vorstand
bewonderen, zijn aardige gezegden, zijn lief
gezicht. Zorgt, dat hij overtuigd is van zijn
meerderheid over alle wezens, die hem
omringen, zijn ouders daarbij inbegrepen.
6. Laat hen alles lezen, wat hun in han
den komt. Er is niels zoo goed als de
feuilletons van dc goedkoope bladen om het
hart en den geest van een kind te \ormen
7. De vader moet de jongelui vroeg mee
nemen naar de caF's. Daar hoort men heel
veel nuttige ert stièbtelijke dingen.
8. De moeder moet haar dochters heel
vroeg smaak inprenten voor opschik en
weelde, 't Is allernoodzakelijkst dat een
meisje grondig kenne, nog vóór dat zij lezen
kan, het woordenboek der naaisters en mo-
disten.
9. Men moet den kinderen veel zakgeld
geven en vooral nooit het gelynik, dat zij
daarvan maken, nagaan. Op deze wipe won
nen zij zich aan het uitgeven en zullen zioh
doordringen van kèt beginsel: „Geen geluk
zonder geld." Dat is dubbel profijt.
10. In het straffen moet men zekere be
scheidenheid in acht nemen. Ala uw kind
een leugen gezegd heeft, of oneerbiedig
tegenover u geweest is, laat het voorbij
gaan. Desnoods kunt ge over zijn fouten
lachen, als zij grappig worden verricht.
Maar bij een onhandigheid, als ze een glas
of een bord breken, straft ze dan flink.
11. Bespot en berispt in hun, tegenwoor
digheid hun meesters, en over liet algemeen
al hun overheden.
Gewoonlijk wordt u voorgehouden, wat ge
doen moet voor uw kinderen, om flinke
menschen van hen te maken; thans weet
go, wat ge doen en laten moet om van hen
schepsels te maken, de wereld, u en zich
zelf tot ongeluk
WENKEN.
Tegen roodo en ruwe handen.
Men wnscht de handen met goede zeep,
welke spoedig schuimt, verder flink naspoe
len en stevig afdrogen. Nu wrijft men do
handen, vooral de buitenzijden, met een
weinig lnnoline en verwijdert het overtol
lige met een handdoek. De eonigszins on
aangename lucht van de uit schapenvet ver
vaardigde lanoline is gemakkelijk te verwij
deren door een toevoegsel van vanille en
rozenolie (op 50 grain lanoline 1/10 gram
vanille en een druppel rozenolie). Na iedere
wasrehing moet de mwrijving herhaald wor
den en wel zeer zorgvuldig, opdat de lano
line goed in de huid dringt. Zelfs handen,
die jarenlang vuurrood waren, krijgen door
hel gebruik van lanolie haar normale kleur
terug. Ook vochtige en transpireerende
handen kunnen met suecbs door deze lano-
line-nanwending bestreden worden, zonder
de «nodige uitwaseming te verhinderen. Uit
het waschgoed wordt de lanoline zeer ge
makkelijk verwijderd.
VOOR KINDEREN.
vader! Hij sloeg zijn oogen op en zijn
treurige milde vaderoogen zeiden: „voor
jou mijn kind, ook dit."
O, nu begreep zij alles t Daarom dus
zijn verlegen uitvluchten/wanneer zij naar
het bureau vroeg waar hij voorgaf to
werken. Wie zou ook den ouden man nog
in dienst nemen? Ze zag hem in gedach
ten van de eene zaak naar de andere
loopen, bescheiden wachtend in de vesti
bules, overal afgewezen, alleen niet bjj
het circus, waar het toch gelijk was wio
er meeliep in de lange rij van levende
reclamed ragers.
Zoo had hjj do moest nederige en ver
achte betrekking aangenomen om haar te
sparen voor den honger, zoolang zij
wachtte op een aanstelling. Tranen van
diop en innig gevoel kwamen in haar
oogen en zij schaamde er zich niet voor,
dat zij op klaarlichten-dag op straat stond
te schreien.
Ze ijlde naar huis. Dat ze er maar was.
En was het maar, reeds donker. Dan zou
ze weer op de trap dc lieve stapppen
hooren van haar ouden vader. Dan zou
ze de deur openen en het lieve grijze
hoofd omhelzen met beide haar armen en
ze zou fluisteren: „Dank voor uw groote,
gr'oole liefde! Maar nu is het mijn beurt.
Zet u thans rustig neder en laat mij onze
boot met vaste hand sturen door do gol
ven der levenszee I" i
HET GEWETEN VAN EEN ZWARTE.
Op een suikerplantage in Indië werkte
een zwarte, onder toezicht van een Euro
peaan. Deze laatste stopte een pijp, en toen
de zwarte dat zag, begonnen zijn oogeu to
fonkelen, omdat hij er zelf ook eig naar
verlangde een pijp te kunnen opsteken.
„Blanke man, geve wat toebak aan ar
men neger," vroeg hij beleefd cn onder
danig.
„Wel zeker, kroeskop, waarom niet?",
was het antwoord én de Europeaan tastte
met dc volle hand in den buidel en ledigde
die in den zak van het zwartje. Een oogen
blik later had ook deze zijn pijp gestopt
en blies met welgevallen dikke rookwolken
in de lucht. Den volgenden morgen kwam
de neger weer op het veld, en keek links en
rechts rond naar zijn blanken opzichter van
gisteren. Eindelijk, daar ziet hij hem in
de vei te. Ijlings loopt hij er heen, en over
handigt hem een klein zilverstuk, dat hij
tusschen de tabak gevonden heeft.
„Welnu," zegt de blanke, „houd het
maar, liet is je gegeven en ik wist er irn
mem niets van."
„Ach," antwoordt de neger, terwijl hij
het hoofd schudt en zijn hand op de borst
drukt: „Hier binnen huist een goed mensch
on een kwaad menschDe goede zegt:
„Dat geld is niet van u, ge moet het terug
geven." De kwade daarentegen zegt: „Dat
geld is wel van u, het is u gegeven." Dn
goede mensch zegt verder: „Dat is niet
zoo, de tabak is u wel gegeven, maar het
geld niet." De kwade antwoordt weer
„ITet komt er niet op aan, niemand weet
het immers en go kunt er rum voor koo
pen." Nu weet de arme neger niet, wat hij
doen moetde arme neger heeft niets ge
slapen; de gaode mensch en de kwade
mensch hierbinnen hebben hem den gehee-
len nacht geplaagd, zoodat hij niet meer
geweten heeft, wat hij doen moesthij
komt daarom het geld terugbrengen en vodl
irn rust hierbinnen."
De Europeaan had het zwartje met ver
bazing aangeboord en riep met verwonde
ring uit:
„Wie had ooit kunnen denken, dat onder
een zwarte huid, zoo'n blanke ziel kon wo
nen. Behoud genist het geldstuk, brave
mannu schenk ik het je, en tevens mijn
hand, tot toeken van vriendschap."
publiek, arm on rijk, particulier of far I do opon eens de neus wa3,
b'rikant, naar welgevalleii laten betalen, j vast.
Ook indien de Nederlandsche zoutzieders Eenige dagen geleden is deze opera-
niet meer willen profiteered dan de straks tie begonnen. Wanneer de pink samougc-
genoemde 28 cent per 100 K.G., dan maakt groeid is met het gezicht, zal men "don
dit toch' over; 60 millioen K.G. geraffi- pink amputeeren. En dan rest den chiru-
neerd zout, die in 1908 in Nederland zijn gen nog den aangegroeiden pink zooveel
verbruikt, een bedrag van f 168.000, zeg- j mogelijk den neus te doen gelijken
ge een honderd achtenzestig duizend gul
den, ongerekend het accijnsvrije zout, dat
in vele fabrieken en bedrijven wordt ge
bruikt. Dit bedrag gaat dus van de zak
ken van de gebruikers naar de brand
kasten van de zoutzieders-
Wat echter het meest treft, is dat de
inlandsche zoutzieders zelf erkennen, dat
een verhooging van het Invoerrecht op
geraffineerd zout niet noodig is; zij zijn
met de thans bestaande voorsprong op
buitenlandsch geraffineerd zout, circa 70
cent per 10O K.G., zeer tevreden, 'tgeen
door do zoutconYentie is gezegd in een
adres aan de Tweede Kamer 14 Deo. 1909;
de inlandsche zoutzieders schenen toen
to vreezen, dat door de oppositie tegen
de door den minister voorgestelde 30 op
centen ook op het invoerreSTit van geraf
fineerd zont, het Nederlandsohe publiek
wel eens kon beseffen, dat de betere kwa
liteit zout 70 cent lager zoude te koop
zijn, indien door den zoutzieder en den
importeur een gelijk bedrag por 100 K.G.
(Kin den schatkist moest worden betaald.
Aan het slot van bedoeld adres zegt
hot bestuur van de zoutconventie:
„Wij meereen hiermede te hebben aan
getoond, dat de Nederlandsohe zoulindus-
,,trie zonder het verschil tusschen invoer
recht en accijns niet kan blijven bestaan,
„terwijl hare opheffing niet zou zijn in
„het belang van het 'land, en tevens
„dat ht verschil, hod wel op
„zichzelf voldoende en ook tegen
gaande iedere bovenmatige bevoordeeling
„der industrie nochtens tengevolge van
„eene bepaling der Tariefwet, waarmede
„in 1892 geen rekening word gehouden,
„den invoer van geraffineerd zout uit het
„buitenland rilot heeft 'kunnen verhinde
„ren."
In dit slotwoord zeggen de zoutzieders
dus duidelijk, dat voor hen meerdere
hescherming niet hoodig is, waarom de
regeering nu toch met een voorstel tot
hooger invoerrecht op geraffineerd zout
komt, moet voor ieder oningewijde wrel
een raadsel zijn
Het betreft hier een artikel, waarbij ieder
belanghebbende is, een klein aantal zout
zieders uitgezonderd.
Hoeveel verschil van meening op po
litiek gebied ook moge bestaan, ik geloof
wel, dat alle Nederlanders, indien zij goed
zijn voorgelicht, als één man willen op
komen tegen hooger invoerrecht op ge
raffineerd zout, opdat straks, wanneer de
volksvertegenwoordiging Groep XIII, Voe
dings- en Genotmiddelen ,van de voor
gestelde Tariefwet moet behandelen, zij al
thans vvete, dat 'niemand het zout duur
der wenscht te betalen.
Wie helpt mede, die voorlichting toege
ven? Het succes moet wel' bevredigend
zijn.
U Redactie, 'dank zeggende voor de
plaatsing,
Hoogachtend,
E. POTJER.
Groningen, 12 April 1911.
Aldus een bericht uit het land der on
begrensde mogelijkheden. Indien het 1
April ware, zou men aan een niet slecht
uitgedachte Aprilgrap kunnen denken. Maar
liet geldt hier een heusch geval, <lat de
wetenschap en met haar de leeken met
groote belangstelling volgen
Met opneming wordt geen instemming der Redactie
bedoeld. Copy xaorit nimmer teruggegeven.
Hooger invoerrecht op geraffineerd zout.
In het ontwerp-tariefwet, Groep XIII No.
425, wordt voorgesteld van geraffineerd
zout „een invoerrecht te heffen van f 4.
per 100 K.G.; dit is gelijk aan het tegen
woordige invoerrecht, met dit verschil
evenwel, dat bij den invoer in zakken
thans 8 °/o tarra wordt toegestaan,
terwijl in het ontwerp-tariefwet wordt voor
gesteld de tan-a te brengen op 1 tert
honderd (art. 20). Wanneer dus hot
voorgestelde ontwerp wet is geworden, zal
voor geraffineerd zout 20 cent per 100 K.G.
meer aan invoerrechten moeten worden
betaald, Waarvan het gevolg zal zijn, dat
geen geraffineerd zout meer kan worden
ingevoerd.
De Nederlandsche zoutzieders, die thans
reeds sedert '1898 in een trust zijn Ver-
eenigd onder do benaming „Zoutconven
tie", die niet alleen den prijs, doch ook
hot debiet regelt, hebben dus, indien wer
kelijk do leden 'der Tweedo Kamer zijn
te vinden voor een hooger invoerrecht op
zout, de handen geheel vrij en kunnen het
De wonderen der chirurgie.
In het St. John's ziekenhuis to New-
York is men bezig een pabont door lang
durige en gccompjliceierde huid- en. spier-
verpJaatsingcn een geheel nieuw gezicht
te geven. De patiënt, Timothy Martin ge
naamd, viel eenige maanden geleden mot
zijn hoofd tusschen de tandraderen van
een machine. Hij kreeg de verschrikkelijk
ste verwondingen. Neus en nuond wer
den weggescheurd en toen men den on
gelukkige, dio zijn bezinning verloren had,
naar het hospitaal vervoerde, was hij
totaaj onherkenbaar. Hij kon nóch spre
ken, nöch eten. Maar Martin trotseerde
den dood en bewees over een buitenge
wone taaiheid te beschikken.
Do 'doktoren besloten nu te trachten,
niet alleen den verwonde in 't leven te
houden, maar hem ook een hieuw ge
zicht te geven. Het waagstuk werd "On
dernomen en men begon met een nieu
wen mond, opdat hij weer; zou kunnen
spreken en eten.
Met oneindig veel geduld werd de be
handeling ondernomen. Stuk voor stuk
zette men huid en spieren aan de ver
wonde deelen aan. De spieren werden
met overgebleven gezichtsspieren verbon
den. Het aangroeien duurde gemimen tijd,
doch eindelijk bezaten de spieren weder
genoeg kracht eii kon Martin na eenige
oefening spreken en eten.
Van verschillende andere gedeelten van
tiet lichaam was 'do huid gebruikt, ton
einde deze operatie uit e voeren, welke
zoo uitstekend gelukte, dat men nu nauwe
lijks de sporen van aanhechting en sa-
mengroeiing meer kan ontdekken.
Een gevaarlijke grap.
Het personeel van 'een groot bankhuis
in do city van Londen ging dezer dagen
een weddenschap aam die bijna zeer tragi
sche gevolgen ha'.d1 gehad.
Toen cite chef dos namiddags de zaak
veria,ten had1, wildon de jongere bedienden
eens prob'eeren, wie van hen het 'tkuigst
in d'e gesloten brandkast kon volhouden.
De weddenschap werd spoedig ten uitvoer
gebracht en d'e jongste bediende begaf
zich in dte reusachtige brandkast, waar
van do collega's de zware deur dicht
sloegen nadat eerst de boeken er uit ge
nomen wapen. Ieder moest in de kast
blijven tot hij door kloppen op do deur
te kennen gaf, dat hij liet niet meer
kon volhouden en wenschte er uit gekten
te worden.
Verscheidene bedienden hadden ïeeds
de proef genomen en waren tot de con
clusie gekomen, da/, men slechts weinige
minuten in de kast kon blijven.
Toen nu de eerste boekhouder in de
brandkast gesloten werd, merkten de an
deren opeens tot hunschrik, dat de
boekhouder de sleutel van de kast bij
vergissing hadmoegenomen. De opgeslo
ten man schreeuwde en klopte, maar men
kon hem niet helpen, daar er geen twee-
de sleutel dadelijk voorhanden was. Ein
delijk toen het in do kast reeds stil
was geworden, kwam de chef 'terug, die
een tweeden sleutel bezat en de brand
kast daarmee opende. De arme boekhou
der was reeds door gebrek aan zuur
stof bewusteloos geworden en eerst na,
veel moeite gelukte het apn doktoren,
den ongelukkigere waaghals weer bij te
krijgen. I
Een nieuwe groente.
Een groot deel van het jaar zijn do groene
groenten, de sla-soorten, in Duitschland
schaars. De noodwendigheid is echter de
moeder der industrie, en men heeft bevon
den dat de vlakten rondom Berlijn, wanneer
zij op passende wijze besmet worden met
den sladsnfval en de daaruit verkregen
chemische meststoffen, zeer goed geschikt
gemaakt kunnen worden voor de maineul-
tuur. Het is algemeen bekend dut de vruch
ten der mais een groot peicentage good-
verteerbare voedingsstoffen bevatten. De
sindingrijke Berlijnsche kooksters gaan nu
aldus te werk:
In plants van de maiskolven Ln de om
hullende scheede te doen rijpen, verwijdert
men de vruchten lang voordat zo rijp zijn
en eet ze, hetzij als asperge» met do as der
kohen waaromheen de korrels gerangschikt
zijn en die nog zacht en nialsoh is, hetzij
als doperwtjes, wanneer de korrels iets groo-
ier zijn.
Deze nieuwe groente is zeer voedzaam,
verteerbaar en goedkoop. En in ieder
geval, als ze goed klaargemaakt is, smaakt
ze hing niet kwaad.
Vanaf dit jaar worden uitgestrekte vel
den door do stad Berlijn voor deze cultuur
gereed gehouden.
(„La Science pratique".)
Een edele daad.
Vier Australische inboorlingen van bet
zgn. Noord.territorium wapen verdacht van
inbraak te hebben gepleegd. Ze waren
daarom gearresteerd en werden dooreen
bereden konstabel naar do 370 K.M. ver-
vyijderdo standplaats van een politierech
ter _,gebracht. De vier areestanten droegen
handboeien en toen de oever van 'do
Iloger bereikt was, moesten ze een voor
een naar den anderen kant; oversteken.
Hoewel do rivier door den regenval .steik
gestegen was, gehoorzaamden de arrestan
ten dadelijk en kwamen ongedeerd nan
den overkant. Toen zou do konstabel zelf
to paard* overstekon, maar of hij nu toe
vallig op een diepe plek ging of dat de
stroom plotseling sneller was gowotden,
ruiter en paard1 werden door den stroom
meegesleurd en de konstabel kreeg «og
een hoefslag van het paard' bovendien,
zoodat hij reddeloos verloren scheen.
Op dat oogonblik gebeurde iets onver
wachts; een der arrestanten sprong, zon
der zich om zijn handboeien, die hij bet
zwemmen zeer lastig waren, te bekomme
ren, in het water on bracht met ont
zaggelijke moeite ,engevaar voor zijn
eigen leven, den b-ewustelooz.en konsta
bel aan den anderen oever.
Tot beioonin'g werd hij door den polilie-
rechter dadelijk in vrijheid gesteld en
daar
de andere drie mochten ook vrij,
klaar men was nog niet Ut aar. Een dor I ze niet van de gelegenheid geprofiteerd
moeilijkste operaties diende nog plaats te
hebben voor den bouw van een nieuwen
neus. Hiertoe werd de linkerarm van den
patiënt omh'ooggebracht en do hand tegen
het linker gedeelte van het gezicht, beves
tigde Do doktoren verwijderden hierop den
nagel van' "den pink, verwijderden de huid
en zetten vervolgens het vleesch tegen
hadden, weg te loepen, toen de konsta
bel -daar zoo -in het water lag te spar
telen. i i I I I i I I li i