Vrijdag 6 October
64"° Jaargang
No. 13731
DE OPRIJLAAN.
Stads-Ziekt nlmis.
BüÏTENLim
SCH1IDP/IICHE COURANT
Deze courant verschijnt dagelijks, met uitzondering van Zon- en Feestdagen.
Prijs per kwartaal: Voor Schiedam en Vlaardingen ÏLL35 taacfl
per post fl. 1.65.
Prijs per week: Voor Schiedam en Viaarding«n 10 cent.
Afzonderlijke nummers 2 cent.
Abonnementen worden dagelijks aangenomen. J jgpj
Advertentiën voor het eerstvolgend nummer moeten des middags vóór san
uur aan het Bureau bezorgd zijn.
Bureau: Lange Haven No. 141 (hoek Korts Haven).
Prijs der Advertentiën: Van 1—6 regels fl.0.92; iedere"regel meer
.15 cents. Reclames 30 cent per regel. Groote letters naar. de plaats die zij
innemen.
Advertentiën bij abonnement op voordeelige voorwaarden. Tarreren
hiervan zjjn gratis aan het Bureau te bekomen.
In de nummers, die Dinsdag-, Donderdag- en Zaterdagavond
verschijnen, worden zoogenaamde kleino advertentiën opgenomen tot den prijs
van 40 cents per advertentie, bij vooruitbetaling aan het Bureau te voldoen.
Intercommunale Telefoon No. 103.
Aanbesteding.
De Commissie van Administratie van hel
Stads-Zickenhuib te Schiedam, zal op Vrijdag
27 Octobe^, 1911, aanbesteden do levering
van
30 HECTOLITER AARDAPPE
LEN, TEN Dl EXSTE VAN DAT
GESTICHT.
De monsters moeten op den dug der aan
besteding \oor 's morgens 9 uur aan. liet
Ziekenhuis bezorgd zijn.
Do voorwaarden van aanbesteding liggen
inmiddels aldaar ter lezing op iederen werk
dag, des morgens van 9 tot 12 uur.
De Commissie voornoemd
M. L. I ION NER LAGE GRETE.
Voorzitter.
Air. M. AT. v. VELZEN,
Sccr.-Penn.
Schiedam, 5 Oct. 1911.
1)E ITALIAANSC H-TURKSCIIE
OORLOG.
V a n hut oorlogst error n,
Volgens oeu telegram van den Italiaan-
sclien vice-adrniiaal Faravclli is de be
schieting vuil Tripolis eerst Dinsdagmiddag
om hall vier begonnen en duurde ze tot
zonsondergang. Do „Liberie" meldt uit
Alalia over dit bombardement, dat hei vuur
zeer langzaam was en do schalen elkaar
met groote tussehenpoozen opvolgden, als
of men telkens wachtte op de verschijning
van do witte vlag op de forten. Bc admi
raal liet huizen, tempels en moskeeën ont
zien. Het vuur weid alleen gericht op
kazernes, forten en laiidingspunten. On
derwijl kruisten torpedojagers in volle zee,
om een lorpcdcaanval Lo verhinderen. Men
weet niets zekers van do aangerichte
schade. Geen enkel man aan boord van
de Italiuansche vloot werd door het vuuï
van de Turken gedeerd.
Gistermorgen werd het vuur hervat, maai
's-avonds had men te Homo nog geen lie
richt omtrent een overgave dor stad. Vol
gens de Liberie" werd gistermorgen, toen
met het schieten weer zou woiden begon
nen, op het gouverneurspaleis cn de ves
ting do witte vlag gehesclien, en zouden
do onderhandelingen over een overgave
voortduren. Dit bericht lijkt we! wat voor
barig, daar de Italianen do telegraafkabels
hebben doorgesneden en alleen de com
mandant van het Italiaansche eskader dooi
draadloozo telegrafie berichten naar Europa
kan zenden. De wereld is dus, wat Tripolis
betreft, aangewezen op de officieelo mede-
ft»MEcznaiBïBaBB*mz«em$6ttBmï*smeHa
Roman naar
GUSTAF af GEUERSTAM.
deelingen, die men to Rome gelieft te pu-
bliceeren. Do oorlogscorrespondenten der
bladen zjjn dan ook allesbehalve op hun
gemak. Die van de „Times" bericht, dat de
groote menigte oorlogscorrespondenten van
allerlei nationaliteit, die dachten onmid
dellijk naar Tripolis te kunnen vertrekken,
door de geneeskundige autoriteiten te Malta
zijn opgesloten, omdat zij verdacht waren
van cholera besmetting, in Italiaansche ha
vens opgedaan. Een aantal oorlogscorres
pondenten wordt ook in Tunis vastgehou
den, omdat het vervoer van passagiers en
goederen naar Tripolis verboden is.
De „Echo dc Paris" verneemt uit Rome,
lal de regeering besloot transporten graan
en vleeseh naar Tripolis te brengen, om ver
deeld te worden onder de uitgehongerde
bevolking, om daardoor de sunpathic der
Tripolitanen te winnen.
Man het italiaansche eskader in de Azia
tische Zee wordt uit Ivorfoe en Athene ge
seind, dat de admiraal, de hertog der Abruz-
zen, 'n ultimatum heeft gesteld aan den com
mandant Ie Pievezu, waarin de oveigavo
wordt goèifccht van do chic torpedobootcn op
de reodc, met bedreiging van bombatdement,
zoo dat binnen 24 uur niet geschiedde.
Bij Saintc Maure zijn twee groote Turk-
sche transportschepen met troepen, paarden
en ammunitie aan boord, genomen.
Turkije gaat intussehen voort met den
eeonomischen strijd tegen Italië. De regee
ring heeft, volgens het „Berliner Tngebiatt'',
een nota gericht tot alle diplomatieke ver
tegenwoordigers, waarin medegedeeld werd,
dat alie goederen van Italiaansche afkomst
geconfisccerd moeten worden. Zelfs op hot
douanekantoor werd beslag gelegd op Ita
liaansche goedeien. Maatregelen tot on
middellijke verbanning \an alle Italianen
woulen getroffen. Al dezo berichten geven
weinig hoop op een verzoening.
De „Vo-sischo Zcilung" zegt, dut door het
besluit der Turksche regeering, om graan
als 'wlogscontnibande te beschouwen, dc
uitvoer an graan naar Engeland; Frankrijk
en Italië zwaar getroffen wordt, omdat juist
nu die uitvoer moet beginnen. De desorgani
satie van den graanhandel zal Rusland zware
verliezen toebrengen en daarom is van uit
Petersburg reeds aan Rome en Konstantino-
put om opheldering gevraagd.
De bemiddeling.
De officieuso „Popoio Romano" zegt, dat
op het oogenblik van vredesvoorstellen geen
■pnike kan zijn. Eerst moot Tripolis bezet
zijn, dan pas kon er onderhandeld worden.
En alleen de bemiddeling van Duitschlaiul
/.ou den Italianen welkom zijn. Do Ita-
linnnschc bladen wijzen er nog eens rnet
nadruk op, dat de onderhandelingen alleen
ueecs kunnen hebben, wanneer Turkije af
tand zal doen van Tripolis en van zijn sou-
vereiniteitsrechten duarop, cn wanneer van
een schadeloosstelling afgezien wordt.
lntu=schc-n schijnt de stemming onder
het Turksche volk absoluut niet van dien
aard, dat aangenomen mag worden, dat hol
de handen in den schoot zal leggen. Uit
29)
„Waar zit Ghte» Edvard toch vanavond?"
wovg tante Lotta.
AIaia lachtte.
„Aan de draaibank. Lk heb daar licht
gezien."
„Zoo?" zei tante vrooHjk. „Dun zijn wc
in elk geval voor gentimen tijd veilig."
Beide vrouwen voelden zich zeer voldaan.
Zij konden nooit zoo geheel uigedvvongei
met elkaar praten als Claes Ervard et bij was,
„Niemand weet zoo goed als jij en ik
nat jc ïoüu waard is!" zei tante Lotta even
later. „Maar mannen blijven nu eenman
mannen. En als wij vrouwen elkaar wat
zeggen willen, moeten wij onder ons zijn."
Nadat zij een oogenblik gewerkt hadden
mankte tante Lotta een kleino rust en ging
bij hot raam staan,
„Wat heerlijk is het hier toeli op Svanii
liep zij, zeker wel voor de tiende maal. „En
ik ben cr altijd van overtuigd geweest, dat
dat kwam doordat het landgoed op een eiland
ligt. Alen ->'oelt zich hier gescheiden van
allo kwaad
Mnja kwam het bij deze woorden voor aks-
of daarin juist de oorzaak van haar diepste
ongeluk lag.
„Aloot men elkander niet buit/""'1 woon
Konstantiuopel wordt n.l. aan het „Berliner
TagebLatt" geseind: „Do volksstemming
spreekt het best hieruit, dat vele ambtenaren
afstand gedaan hebben van hun salarissen
en groote sommen geld ter beschikking van
hef rijk stellen, onder voorwanrdé, dat de oor
log voortgezet wordt. Tegelijkertijd tracht het
voile echter alles te vermijden wal in Europa
den indruk kan wekken van barbnarschheid.
Alen wil bewijzen, dat Turkije onder het
nieuwe régime, geleeul heeft het volkeren
recht meer te eerbiedigen dan Italië."
Hiermee in overeenstemming is oen Ren
in-telegram uit Konstnntinopei, waarin on
juist wordt verklaard liet bericht, dat er on
derhandelingen, van welken mud ook, zou
den zijn aangeknoopt door Urvschenkomst
van Duilschland of oen andere mogendheid,
om tuin liet Tripolis-conflict een einde to
maken. De Turksche regoering is vast be
sloten tegenstand te bieden en zal zonder
verwijl een reeks maatregelen nemen tegen
dc Italianen in Turkije en een eeonomischen
oorlog organiseeren. Zij is eveneens beslo
ten. om alle verwikkelingen op den Balkan
te vermijden en zul waarschijnlijk aan. de
mogendheden verzoeken, bij de Balkanstaten
tussehenboide te komen voor de handhaving
van den vrede.
De Tnr kscho i-eg oor itng.
Gisteren heeft de noodzakelijke wijziging
in hut Turksche ministerio plaals gehad.
Said pasja is tot grootvizier benoemd,
Aloersjid heeft marine gekregen, Djelalbin-
nenlandscho zaken cn Soossa posterijen.
Persoonlijk bevindt zich do nieuwe groot
vizier in een gunstige positie. Dit is de ze-
vendo keer, dat Said pasja tot het groot-
vizieraat vvoidt geroepen. De laatste maal
dat hij dezen Iioogen jiost bekleedde, was
onmiddellijk na de revolutie. Hij bleef toen
slechts enkele dagen en werd vervangen
door Kiamil pasja, maar in een open
brief aan do „Tanin" gaf hij do verklaring
van zijn oprechte toewijding aan de grond
wet en herinnerde er aan, dat hij „onder
het vorige regime een voorstel tot amnes
tie had ingediend, de bijeeuroeping van
het parlement had voorbereid cn .het ge
diuchle spionnencorps van Yildiz-Kiosk on
schadelijk gemaakt." Hij bleef dus op goe
den voet mot de Jong-Turken, zonder het
politieke prestige te verliezen, door hem
verworven onder het ancien regime, waar
van hij meer dan eens de clous ex machina
was. Op het gebied van internationale po
litiek bes'chikl Said pasja over middelen,
die aan verscheidene zijner oud-collega's
zouden ontbreken. Ilij stapt op bijzonder
goeden voet met Engeland, en men herin
nert zich, dat toen in 1895 Abdocl Hamid,
onder voorwendsel van hem steeds in zijn
nabijheid te willen hebben, hem sommeer
de in liet paleis te komen' wonen, Said
pasje, om dezo gevangenschap te ontgaan,
in het Engelsche gezantschap te K ons tan-
tin opd vluchtte, waar hij een daadwer
kelijke bescherming vond. Te Londen zal
hij dus persona grata zijn, Wal Duilschland
aangaat, in do moeilijke positie, waarin
het verkeert, cn verlangende de Turken zijn
„complaisance" ten opzichte van Italië te
doen vergoten, zal het, onverschillig wolken
grootvizier ook, met égards behandelen.
Dit zijn gunstige voorwaarden, die welis
waar de moeilijkheden van z,ijn taak niet
Uit den weg ruimen, maar die bom geschikt
maken tot het uitoefenen daarvan. Het is
dus te hopen zoo laat zich do „Temps'
uit dat hij zoo spoedig mogelijk
de ministoriecle crisis oplosso, daarbij de
grondwettelijke waarborgen handhavu,
welke deze crisis, in zoo ernstige omstan
digheden uitgebroken, noch opgeheven,
noch beperkt hebben en de inwendige
veiligheid van het Qttomaansehc rijk cr
door veraterkt worde en tengevolge daar
van ook dio van Europa.
Do I n terp arlemen taiiro Unie.
Uit Parijs wordt gemeld, dat do In ter-
parlementaire Unie met algemeeno stem
men, op die dor Italianen na, een motie
heeft aangenomen, waarin gezegd wordt,
dat do raad, verrast door do gebeurtenis
sen, het nemen vair elk besluit moet uit
stellen. Ilij spreekt echter zijn leedwezen
uit, dat cr zoo weinig rekening is gehouden
met den geest van vrede en den zin vooi
recht, die do tweede llaugsclre Vredescon
ferentie hebben bezield en dat dc oorlogs
verklaring te snel geschied is, met betrek
king tot de mogelijkheid, hem nog dooi
een vergelijk of oen tusschenkomst af te
wenden.
Dc raad betreurt, dat de door enkele
mogendheden aangeboden diensten on
vruchtbaar' zijn geweest en hoopt, dat een
internationale actie, opgelegd door de ver
klaringen van de onderteekenaars der Haag
scire Conventie, spoedig tot het herstel van
den vrede zal voeren. Hij beveelt de af-
doelingen der Unie aan om allen invloed
bij de respectievelijke regceringen aan te
wenden, aan w-io ook dit proces-verhaal
zal worden toegezonden.
GEMENGDE MEDEDEEMNGEN.
„Liberie" gehouden, geelt do „Figaro
aanleiding liet volgende op te mei ken. De
minister heeft op onverschrokken toon ge
zegd, dat hij bet vrecseüjke geheim, het
welk het ongeluk der „Libertó' omgeeft,
wil doorgronden. Is het dan werkelijk waar,
dat dit geheim zoo ondoorgrondelijk is?
Elke commissie van onderzoek, gelijk de
heer Deleassé zoo gaarne in het leven
riep, toen hij nog naar den minister-Leden
zetel dingen moest, zal hem kunnen ver
tellen, dat de oorzaken van dezo ramp,
zonder' wedergade in Frankrijk's geschie
denis, niet anders zijn, dan gebrek aan
ministericele instruction en verwaarloo-
zing van de maatregelen, na het ongeluk
met de „Jena" voorgeschreven.
Portugal.
Do politieke arrestaties in lret noorden
zijn tot het getal van -100 aangegroeid.
Overal wordt daar hel voorbeeld van ver
nieling der telegraaflijnen en der spoor
wegen gevolgd. De treinen hebben uien
vertraging. Veel ontplofbare stoftfen zijn
in beslag genomen, aldus een telegram uit
Lissabon, dat een zeer ernsligen indiuk
wekt.
Niettemin doet. de regeering alles om
het gebeurde zoo gering mogelijk voor Ie
stellen en spreekt zij de berichten over
een inval van Paiva Conceito legen.
P e r z i
Aan het ,Petei&buigsehe Teleginaf.igen,-
schap" wordt uit Teheran geseindDrie
honderd vijftig Perzische kozakken zijn ou
der leiding van twee Russen met. tv.ee
stuks geschut en mitrailleuses tiaar l\a-
schau vertrokken ter vervolging van den
romer Naib Hoessein, tegen wien de regee
ring reeds sedert dertig jaren strijdt.
Onlangs viel Naib in handen der Bacli-
tiaren; hij ontvluchtte echter en bezette
Kaschau opnieuw en plunderde daar de
karavanen op den weg naar Ispahan.
Engeland.
Reuter seint, dat de spoorwegstaking in
Ierland is geëin 'igd.
Zonderling k'inkt tegenover dit bcriclri,
dat op het gisteren fe Carlisle bijeengeko
men congres van spoonvcgpeisoneel een
motie word aangenomen, waarin het optre
den der regeering in do Ierscho spoorweg
staking werd veroordeeld; door dit te doen
toch trok de regeering partij tegen de sta
king. De regeering moet de spoorwegen
lot staatseigendom maken of niet langei
geniesoldaten gebruiken voor hot bemannen
der treinen. Zoo de regeering het cene cn
het andere niet wil, moeten de spoorweg
ambtenaren ernstig de nationale staking
overwegen. f
F r a u k x ij k.
Do rede, door don minister van marine
bij de begrafenis der slachtofffers van de
iiulhebbcn als men zoo afgesloten leven wil?"
/.ei ze weifelend.
Tante Lotta scheen de bedekte bekente
nis, die in deze woorden lag verborgen, in
't geheel niet op te merken cn antwoordde
slechts.
„Dat moet men altijd. En men doet dat
bet beste, als men elkaar zoo zeer nabij komt
ais hier in dc eenzaamheid." Toon voegde
tij er vroolijk aart toe:
„Of misschien moet men daarvoor zoo oud
/.ijn als ik!"
Ook daarop antwoordde iMajn niets. Zij
hield echter met appeluitzoeken op; en het
wn* haar als zag zij in de toekomst. W a t
zij zag, gaf haar geen ru.-t. Maar zien moest
/.ij hel. Zij was in den gemoedstoestand,
waarin menschen zijn, als zij plotseling herin
nerd worden aan de werkelijkheid van hun
eigen dood. Geen vermag zonder schrik daar
aan te donken. Eens, dacht Mnja, word ik
'xik oud en zal ik grijs zijn. En alles wat
mij thans zwaar schijnt, zal mij dan niet
meer kwellen. Als alrijd wanneer gedachten
aan don ouderdom in haar rezen, scheen
het haar iets vers, iets ongrijpbaars. Ik
zal hier zitten, dacht zij, misschien op de
zelfde plaats, en zal geen verlangen meer
hebben naar niets meer. En zij hield op
met haar werk en ging naar de kleine, oude
vrouw toe, die nog altijd bij het raam stond
en naar buiten staarde. In den tuin was
het donker geworden. En ook Afaja zag
thans in de schemering hoe mooi alles
was.
„Zog mij eens hoe dat eigenlijk is, oud
worden," zei ze plotseling.
Tante Lotta schudde het hoofd en ant
woordde
„Meen je dan, dat de eene inen&ch dat
aan den ander kun /eggen? Wees blijde, dat
ja jong bent! Dat te weten komt vroeg
genoeg."
Dadelijk daniop voegde zij eraan toe:
„Overigens -ik krijg vaan zulke gedach
ten, juist als ik hier ben. Humaan R al
leen de logeerkamer schuldig. Ju, kijk mij
maar niet zoo aan. Die logeerkamer zou ik
voor niets ter wereld willen missen Als ik
de deur opendoe dan is het, als drong
zich mijn gamellen leven aan mij op, en ik
geloof vaak, dat do wanden in die kamer
zoo vol sprookjes van mij zijn, dal zij ze el
kander vertellen moeten zoodni zij mij
zien. Anders kun ik hot mij niet verklaren,
waarom ik jukt in deze kamer zoovel
droom, en waarom ik juist daar zooveel pein
Mn Moet. Overigens begint voor om, vrou
wen het eigenlijke leven eerst dan, als wij
ons tehuis verlaten."
Alaja was blij, dat de schemering tante
Loita verhinderde te zien, hoe rood zij werd.
„Ts dat altijd zoo?" vroeg zij zacht.
„Ach ja," antwoordde de oude dame.
„Denk maar eens aan je grootmoeder, liet
is lang, zeer lang geleden, sinds zij cr voor
liet laatst aan gedacht heeft dal zij vroeger
Spaldencrcutz gehoeton en tot de familie van
haar vader behoord heeft. En evenzoo zal
bet met jou gaan, nadat je eenmaal hierheen
gekomen Ixmt, Geloof je dat ook niet?"
„Neen." antwoordde Alaja. „Zoo niet."
De „oorden van haar tante brandden
htsnr als vuur.
De oude dame ging kalm voort:
„Bij mij was dat een beetje anders. Tu
schen mij en de mijnen beeft altijd een vaste
band bestaan. Waarschijnlijk kwam dat
hierdoor, dat mijn man zoo vroeg gestorven
is. Alaar dat kun je van mij aannemen
m ij u thuiskomen was ecu ander dan het
jouwe. Mijn vader heeft nooit ook slechts de
kleinste gevoelsuiting geduld. Iloc vaak
ik weet het nog zoo goed /.ut hij naar mij
te zien en schudde zijn pruik. Aiiju vadei
droeg een pruik, moet je weten. Een pruik
met 'n langen staart or aan. Eindelijk zei hij
dan: „Jij Ixmt toch erg sentimenteel, Lotta?
Ja. 't is zoo!"
Tante Lotta ging naast Alaja ziturn op
een bankje, dat tot het meubilair van de
ooftkamer behoorde en brak bij de/.e herin
nering in een hater parelende lachsalvo's uit
Ainja begon weer met bet ordenen der ap
pels. Den oen mi den ander legde zij zorg
vuldig op de plank.
Alles wat tante Lotta gezegd had. lmd
Alaja zeldzaam getroffen. De schaduwen
daarbuiten werden steeds dichter en diehtw.
Do beido vrouwen zagen bijna niets meer
van elkaar dan alleen dc gezichten, die uit
het duister lichtten. En in de/c diepe lelie-
meting ontstond tusschen haar beiden dat
eigenaardige gevoel van eenheid, onder de
inwerking waarvan de menschen zonder
woorden met elkander vermogen te spreken.
Eindelijk stom! tante Lotta op en zei
„Tk ga even naar mijn kamer. Zooms ik et
thans uitzie, kan ik mij niet in het salon
vertoonen."
Zij tastten in liet duister langs de veie
Maro k k o.
De l'uiijrfbe cone.-pondent van liet „Beril
Tagcblntt" Kant betrclfeade du Marokko-
zankun goed ingelichte zijde weid mij
over het tweede gedeelte der ALu'okko-on-
derlmndelingen, dat betreflende het afstaan
van gebied in den Kongo door Enuikriik
aan Duitsclilund, door een gezaghebbend pDi-
soon de opmerking gemaakt, dat du/e kwes
tie nosr geenszins zoo ver gevorderd is als
tut nu toe beweerd werd. In het algemeen
is alles bespraken, maar slechts in zeer algc-
mepiie bewoordingen. Er blijven nog zeer
eritieke punten bestaan, en beide regeerin
gen hebben er rekening mee te houden, dat
in beido landen een vooroordeel tegen de
Kongo-eompensatio bestaat. De Eranschen
wilden do „met bloed gedrenkte aarde" niet
gaarne afstaan, de Dnitschera ze niet gaarne
hebben. En in weerwil van deze stemming
zullen de iegoeringen over de Kongo-kvvcstie
tot een vergelijk moeten komen,
mwmDatmmmxazmcK&KKmaBai&txxcwisrmxx
dingen, die hier stonden, oud «rattd, rammel,
die in den loop der jaren in de bergkumers
van elk oud heerenhuis opgehoopt wordt.
Zij kenden beiden den weg zoo goed, dat zij
zonder moeilijkheden bij de deur van do
blauwe kamer kwamen.
Binnengegaand, stak tante Lotta do kaar-
-en op de toilettafel aan; zij scheen echter
niet meer nan haar toilet te denken. Zij
ging op dc sofa zitten en trok Mnja naast
zich.
„O, hoe hier, juist hier, de gedachten tot
mi] komen!" riep zij eindelijk. „Wat heb ik
niet alles beleefd, geheel alleen in dit
vertrek! Hoe vank ben ik hier geweest,"
ging zij voort, „zoo lang mijn btoeder nog
looide. Jammer, dat je hem, niet gekend
licht. Dan zou je Claes Edvard beter be
grepen hebben."
Tante Irattu keek van terzijde naar Alaja,
om to zien welken indruk hilar woeden ge
meukt lwdden. Hit scheen dat /ij tevreden
was met het resultaat, want zij ging voort:
„A'ee! goeds was liet niet wat ik van
Claes Edvards en zijn vaders samenleven ge
zien heb. Allen lachten ze om Claes Ed
vards zomledinglieden, en ikzelf kan vaak
niet anders ik moot lachen. Maar li
heb ik er altijd spijt van. Want ik weel ii
uiers, Ijotor misschien dan iemand ander;-,
h o e hij zoo geworden isHij heeft, zijn
moedor niet zoo vroeg verloren als jij do
jouwe. Alaar zij was een vrouw, die zich
niet veel om haar kinderen bekommerde.
God mag weten waarom zij zich eigenlijk
w e 1 bekommerde."
(Wordt vervolgd 1