Zondag 19 November 1911 No. 13789 84"" Jaargang. Berde Blad; Oorlogsklanken. Van lakei tot hofraad. DE MAES IN ONS. Juist wilde de koetsier aan, het gegeven bevel gehoorzamen, toon de stpm van Com- ALLERLEI. SCHIEDAM! Uil: COURANT Dozc courant verschijnt d a g e 1 ij k s, met uitzondering van Zon- en Feestdagen Prijs per kwartaal: Voor Schiedam cnVlaardingen fl.1.25 franco per post fl. 1.65. Prijs per weck: Voor Schiedam en Vlaardingen 10 cent. Afzonderlijke nummers 2 cent. Abonnementen worden dagelijks aangenomen. Advcrtentiën voor het eerstvolgend nummer moeten des middags vóór een uur aan het Bureau bezorgd zijn. BureauLange Ilavon. No. 141 (hoek Korte Haven). Nu nog door heel Nederland de uithuil aard oorlogszuchtige woorden weerklinken, die in do laats to weken in d.e Tweede Kamer gesproken zijn, komt weer meer dan ooit bij do gehoele burgerij, zoowel bij do belastingbetalers als bij hen, die hun dienstplicht moeten vervullen en hij hen, die meerdere welvaart zouden kun nen genieten als het militaire stelsel er niet was, de gedachte op of er dan dooi onszelf niets te doen is om aan dezen toestand een einde te maken, om de wn peningen ie hepeiken tot wat voor een stevige politiemacht onontbeerlijk is en dun wal er aan geld overblijft te besteden aan verbetering va.n zooveel onvoldoende instellingen, aan verhooging van de intiei- lijko volkskracht. Die vraag moet beslist ontkennend benut woord worden, Allerlei menschon, die do waarheid niet onder de oogen durven zien of die niet in staat zijn de waarheid ovci het geheel to zien, aanvaarden die ontken ning niet. Men tracht de verzenen tegen do prikkels te slaan, men tracht in hei klein tegen to werken wat men in het groot niet durft weerstaan, men maakt vaak kinderlijk-wonderlijke (propaganda voor do vredesbeweging, tracht zich uil deze praclisehe moeilijkheden weg te then reiisoeren on de manier der struisvogels. Alles vergeefs. Wij Nederlanders kunnen voor ons zelf en direct niets aan do om standigheden. veranderen. Wij zijn een klein dool van, een groot deel. En ook al wa ren wij morgen aan den dag niet ons 6 millioenen overtuigd, dat aan die wapc ning oen eind moet gemaakt worden, dan zouden wij in die richting nog niets kunnen hereiken. Zelfs kunnen wij geen begin, maken. Het zou oven mal, ja, heel veel maller zijn dan wanneer in do fabel bet schatrp aan den wolf voorstelde om ter wille van den vicdie te beginnen met zich zelf man'- vast do tandon te laten uittrekken. Heel veel maller zeggen wij, omdat wij niet in dozen schaap-toesta,ud behoeven to zijn, omdat wij dezelfde wapenen kan non hebben als de machtigen dezer we reld, zij bet in. veel geringer mate. Maller ook, omdat wij nog mandor kans hebben dan dn den fabel, dat de wolf liet voor beeld zal volgen, Integendeol. Konden d« pacifisten in een kleinen staat eens wer kelijk bereiken,, dat men de wapening in oncvenredigo mate beperkte, dan zou du vermoedelijk een "directe aanleiding vooi de groote re zijn om onderling oorlog te maken, om het kleine land in kwestie fe veroveren en om hel dan zwaarder mi liiairo lasten op te leggen dan het ver moedelijk thans draagt Do wonderlijke beweging van liet anti- militarism'e-zondcr-mcer, die zonder rede flooring per so tegen wapening is en tego i allo uitgaven voor wapening, kan d.us a'- loen koningin Marie Antoinette van Frankrijk, zooals zij dat vaak placht te doen, op zekeren dag in een niet vim paarden bespannen open rijtuig oen rij toe: maakte, werd zij plotseling opgeschrikt door een brutale bij, die in bet rijtuig kwam vliegen en voortdurend om de hoog gefriseerde hoofden der beide dames dwar relde. Zooals dames in haar angst door gaans doen, trachtten zij door allerlei ges- hculaties inet haar handen ca waaiers, md beestje op de vlucht te drijven. Lu ton gevolge, dat do bij or nog wil der op werd en toen op een gegeven oogon- blik do hofdame van schrik in de hoogte sprong, eindigde het diertje, eveneons van fingst, met haar in de wang lo steken. Op dit kritieke oogenblik vertoonde zich plotseling de arm van een der achter op "et rijtuig staande lakeien in het jij- uJgj en mot. een vlugge beweging had "J het diiortje gegrepen en op den gromt gesmeten. „Bravo, Compan," sprak de koningin ver- 0112(i, ,,'t is alleen jammer, dat ge er niet halve minuut eer in geslaagd zijt, e' '"er Iq grijpen, dan was het onheil leen strekken tol verergering van den toe stand, tot het provoeeoron van een oor log en lof. middellijke groote verzwaring der militaire lasten. En deze domme he weging is nog niet heelemaal dood. Er is natuurlijk wel geen serieuze politieke par tij, die zulk een absoluut, anti-mililnrisme in zijn programma zou durven schrijven. Zóó dom is men niet. Maar er zijn toch nog veel te veel pruttelaars, die meenen iets te bereiken door tegen de wapening te spreken en op dit gebied altijd maai neen te zeggen. Terwijl het zoo broodnoodig is, dal du werkelijke vred-es vrienden zich positief in spannen om langs den internationalen weg, den mug moge-lijken ,wal nader te komen hij het vredesidcaal. Daarom zouden wij willen wijzen op de verstandige woorden, die het heken do Kamerlid mr. IV. 11.* de Beaufort in „Do Gids" van November aan dezekwes tie wijdt. Ook deze fijne geest en ervaren staats man gaat uit van do gedachte, dat hel nog lang zal doren voor men op vrodes- gebied iets wezenlijks zal hebben bereikt. Hij sluit zich aan bij de bekende woorden van baron Do Staal, die ook niet een. twee, drie meende klaar te zullen zijn en al tevreden was, indien de Iiaagsehe vredesconferenties maar het zaad hebben uitgestrooid, waaruit de vredesoogst na lange jaren, zal kunnen rijpen. .Ta on zen bekwamen geschiedenis-kenner is dit beeld nog te stout. Hij gelooft zelfs nog niet aan dit zaad en is al tevreden als men maar do voren maakt, waarin wie na ons komt het zaad, zal strooien, dat voor onzo nakomelingen tot een vredes oogst zal groeien. Inderdaad zoo ergens, don is hier geduld noodig. Het is heel, heel moeilijk. De toestand schreeuwt om verbetering. Is bet niet ergerlijk b.v,, dat in oen der' En- golscho illustraties nu, weer twee groote. nieuwe Engelscbo oorlogsschepen worden afgebeeld die vele millioenen gekost heb hen, in 189S en 1899 gloednieuw waren en nu al wei* klaar zijn voor de oud-roost? Na, elf jaar volmaakt verouderd, al is het materiaal, waaruit het schip gemaakt is, natuurlijk nog in den allerbesten staal. Naast deze voorbedden staan hondet- dea, oven ergerlijk, even dwaas. Te we ten, dat al die geldverspilling ounoodig zou zijn, als men den oorlog maar eens afschafte. En dat. toch maar niet zoo in eens te luinnen doen. Inderdaad, er is philosophic voor noo dig om zich zelf in zulke momenten te bedwingen, en uit ergernis geen verkeerde diingen te gaan doen, die ons nog weer verder zouden brongen van het dool. En tóch, het meet. En tóch moe ten allo beschaafde mcnschcn de kracht hebben om die ergernis zoo te bedwin gen, dat z-ij wordt tot een. geregelde stuw kracht voor moeilijkheden, liavdnekkigen li e rvo mii n gsarbcid in plaats van tot een o n I p 1 offi ngsm id dol, dat niels dan schade- kan aanbrengen. voorkomen oil had hot bloeddorstige dier den steek niet toegebracht." „Iiebt u veel pijn, gravin?" „Ach, ja," .zuchtte de hofdame. „Uw wang is op de plaats, waar de steek is toegebracht, erg rood en me dunkt ook «enigszins gezwollen." „Zou de gravin hot ook zeif eens wil len zien?" vroeg do lakei nu op eerbiedi gen toon. „Heel graag zou ik hot willen zien," klonk het antwoord, „maar ik heb helaas geen spiegeltje bij me." „O, dat doet er niels toe, gravin; ik heb er altijd een bij mij, als u daar pc bruik van wilt maken." Dit zeggende haal- do Comjian werkelijk eon in elkaar gesla gen handspiegel uit don zak, bracht liet in don gewonschton vorm en stelde het do gravin ter hand. Deze keck or een oogenblik in, en mom pelde toen: „liet is een leolijko stoek. Ik vrees dat mijn wang nog erger zal op zwellen." „Hoewel het jammer is met dit mooie weer, zal het wel het beste zijn, dat we naar het paleis torugkecren," sprak do ko ningin. En zonder het antwoord van de prinses af te wachten, gaf ze bovol aan den koetsier om naar hot paleis terug te rijden. Aan liet «incl van vorenstaand stuk over haf artikel van mr. W. II. de Beaufort in „do Gids" van 1 November over „De groote illusie", gaven wij, in navolging van dezen schrijver als eonclu- ïi.e de op mei king, dat het erop aan komt de verontwaardiging over de drukkende lasten van den gewapenden vrede om te zetten in nuttige arbeidskracht voor de propaganda voor een verstandige vredes beweging. Ontploffingen of overijlde besluiten lei den niet tot het doel. Men moet den gees testoestand van heel de beschaafde we reld veranderen en tegelijkertijd de velen besttijden, die bij den oorlog belang heb ben dat is waarlijk geen kleine taak. Het is opmerkelijk, dat zelfs een, be zadigd man als deze schrijver bij do be spreking van de gevoelens van het menscli- dom op dit gebied, de moeilijkheden, o. i. nog onderschat Do schrijver herinnert in navolging van Norman Angell rum de eenzame burgers, indertijd door- Adam Smith, den grooten staathuishoudkundige, beschreven. Deze rustige buignrs „hielden wel van een oor logje", Als ze maar ver genoeg van het ooilogstearein waren, dan hadden zij een oorlog noodig voor turn vermaak. „Zij voelden weinig of niets van de lasten, en verlustigden zich dagelijks met het le zen der dagbladen, die hun de krijgsbe drijven, van hun legers en vloten bood schapten; dit genot-gen woog bij hen ruim schoots op tegen de kleine verhooging van belasting, die de oorlog medebracht",- Deze tijdgenoot van Adam. Smith, zegt nu de heer De Beaufort, is een verdwe nen type. En dat lijkt ons onjuist. Zeker, do groote Adam Smith maakt het. wat erg sterk. Doch dat niet nog een groot gedeelde van het mensclidom liet volgen van een oorlog een aangename sensatie- gewaarwording zou vinden, lijkt ons zeer zeker niet juist. Oorlog is nog steeds een ding, dat een groot gedeelte van het menschdom aan genaam bezig houdt. Vooral in landen met militaire neigingen is die belangstelling voor den oorlog groot. De heer Do Beaufort maakt ei de dag bladpers een verwijt, van, dat zij „den tegen, wuo uiige n toestand in de hand w(eikt), zooal niet middellijk dan toch on middellijk". Hij schrijd verder „onder de groote dagbladen van Europa zijn er en kele, date er op uil zijn om voortdurend alarm te slaan en ongerustheid tc versprei den, de overige, die een ernstiger opvat- Eng van hun taak hebben, zijn toch ge noodzaakt om deze verontrustende berich ten te vermelden en ai spreken zij die ook legen, ja al Bellen zij zelfs alles in het werk om den daardoor te weeg gobrachten, ongunstigen indruk weg to no men, toch vinden z(j in den regel min der geloof dan do alarmblazers. Het pu bliek, altham,s een groot deel daarvan, is steeds geneigd om het ergste lo geloovctr, pan weerklonk, die op even eerbiedigen toon als den vorigen koer zei: „Als do gravin eens een paar drupjrels geest van salmiak op haar zakdoek deed, cn dozen een poosje tegen do gesloken plek hield, dan geloof ik zeker te weten, dat de zwel ling wel zal verminderen en de pijn op houden." „Dat ben ik volkomen met je eens, Com pan," hernam de koningin, maar om dit goede plan ten uitvoer te brengen, zouden we geest van salmiak b\j ons moeien heb ben, en dat is nu helaas niol het ge val." „liet doot mij genoegen u lo kunnen medodeelen, dat ik er wel van voorzien bon, majesteit," antwoordde de lakei. „Voor allo voorkomende gelegenheden heb ik al lerlei medicijnen bij me, en die in een kleine zakapollieek vereonigd." Bij deze woorden tastte do galante lakei opnieuw in den zak, en bracht er een kleine lederen ófui uit te voorschijn. Bij het openen der ólui bleek clozo cenige sier lijke kleino flacons te bevatten. Een dezer haalde hij or nil en stelde die de gravin Ier hand, terwijl hij er bijvoegde: „Gravin, hier hebt n geest van salmiak." „Ge. zijt werkelijk een uitstekende en op lettende dienaar," sprak Mario Antoinette. „Wat is hel makkelijk, dat gij de voorzorg hebt genomen, al_ die kleinigheden bij u (o steken." t i Prijs der Advertentiën: Van 16 regels fl.0.92iedere regel meer 15 cents. Reclames 30 cent per regol. Groote letters naar de plaats die zij innomen. Advertentiën bij abonnement op voordeelige voorwaarden. Tarieven hiervan zijn gratis aan het Bureau te hekomen. In de nummers, die Dinsdag-, Donderdag- en Zaterdagavond verschijnen, worden zoogenaamde kleine advertentiën opgenomen tot den prijs van 40 cents per advertentie, bij vooruitbetaling aan het Bureau te voldoen. Intercommunale Telefoon No. 103. sawPccnosaBnea hert, wil gaarne geprikkeld worden door onrustbarende berichten, de staatkundige tinnegieter, die overal oorlogsgevaar ziet, vindt altijd, in sommige kringen, meer gehoor dam de bedaarde beschouwer der wereldgebeurtenissen. Waarom zoo zouden wij willen vin gen is dit zoo? Waarom goüteer! lieL publiek zoo den griezel van een mogelij ken oorlog, veel meer- dan dien van een mogelijke epidemie? Ons antwoord zou zijn: omdat de bur g-era van Adam Smith nog altijd de bur gers van. dezen tijd zijn. Zeker zij hebben een vernisje aange nomen, zij doen aan ethische verontwaar diging, zij gevoelen het veel erger in hun beurs, gelijk Norman Angell zoo terocb' zegt. Doch schrap dat vemisje af, m: den aanval op de beurs niet al te he\ en gij vindt den barbaar van Adam Smith terug. Die belangstelling in den oorlog is ze ker voor een deel een piodutl van <le opvoeding. En men zal zeker heel ver standig doen, van ook hierom de voldsla- gc-ngeschiedenis in de opvoeding een klei ner plaatsje te doen innemen. Doch daar mee zij men. voorzichtig. Niet de bevol king van de kleine staten is het vooral, die op deze manier minder oorlogszuchtig moet worden gemaakt. Die bevolking re uit haar aard weinig ooi logs zuchtig, om dat do kleine staat als zoodanig bij geen enkelen oorlog eenig belang beeft, terwijl ook do burgers, die bij oorlog belang heb ben of bun dagelijksch brood indirect door den oorlog verdienen, in zulk een staat veel minder talrijk zijn en veel mindei invloed hebben dan in een groeien. Daarbij komt dan nog, dat do burger uit den klei nen staat over het geheel een ruimer kijk op internationale dingen heeft en dus veel meer voor bet scheppen van een intei- nationalo rechtsorde zal gevoelen en zich daarin veel eerder zal kunnen schikken dan do burger van liet giooic land. Wil men dus de ontwikkeling, die se dert Adam rib de burger ongelwijfeld doorgemaakt hoeft, bespoedigen. dan Irachte men vooral ilea burger in de groote staten meer internationaal te beschaven en hem, ook door zijn opvoeding, in zijn overgroote belangstelling voor hel ruwe oorlogswerk wat te temperen, In do groote stalen moet nu eerst de burger gepacificeerd worden. Naar onze vaste overtuiging zal dat alleen mogelijk zya, indien men de vredesbeweging he ter- organiseert en krachtiger maakt. En wie zijn voor dit werk de meest go schikten? De best overtuigden en de groot ste belanghobljenden bij don vrede dat zijn de burgers der kleine staten. EEN „VORSTELIJKE" FOOI. Een vorstelijke foei van -IS centen voor een korf oosters kreeg een kantoorbediende ea de latero Berliinsche bankier van Erie- drich Wilhelm I als bolooning, nadat de MMJIk..UUULI Ill II II ■mm li I 11 ii ui I »i iMiiwa-iM De gravin deed een paar druppels geest van salmiak van uit het fleschje op haar zakdoek, en bracht dien aan haar wang, waardoor de zwelling ophield en de pijn ver minderde. Inderdaad was Compan een bizondor zorgzame man. Voor oen groot doel was dit natuurlek toe te schrijven aan zijn orde- liovendcn aard, maar we moeten ook niet uit hot oog verliezen, dat or ook wel wat berekening bijkwam; want niet alleen bij deze gelegenheid, maar ook bij andere voor komende gevallen had hij altijd juist dat gene wat noodig was, bij de hand, of an ders in een zijner vele zakken. Gebeurde het dat de een of andere prinses of een dame van de hofhouding haar ja pon bij een wandeling door den tuin aan een doornhaag openhaalde, of dat iemand er liet band aftrapte, dan werd er dadelijk aan Compan geroepen. Diep buigend verscheen deze dan eu zei: „Tot uw orders!" „Zeg, Compan, heb je bij toeval ook spelden in je zak?" „Stellig, mevrouw." „Heb jc mogelijk ook naainn.nlden cn zijde?" „Die heb ik ook!'* „En een schaarlje, Compan?" „Ook dat, mevrouw," En alles, wat men zich maar' bedenken konA tot z«lfs de dwaaste dingen toe, kwa- jonge man in het koninklijk paleis den zvta- ron last had afgegeven, wc-lke zijn princi paal als geschenk voor den keizer bestemd had. De soldaten koning was volstrekt geen vriend van lekkernijen, waarop oester* even- we! een uitzondering maakten. Niottegeu- "tennde den gezegenden eetlust, dien de lichamelijk krachtig gebouwde man ontwik kelde, zou men echter de door een oogge tuige opgetekende gUal!«n opeens verbruik te schelpdieren toch voor overdrijving of vctgri-ing honden, wanneer niet door tv,te als 1 vertrouwbaar bekende kroniekschrijvers hetzelfde aantal genoemd werd. T<s»n een zekere koopan Doun, uit Berlijn, t'én zijnet- bedienden een korf zoo jui-t uit Hamburg aangekomen oesters naar de koninklijke teil ken liet brongen. gaf de koningin een schildknaap order, deze tei-tond te brengen ntutr het souper, waaraan behalve de koning, nog drie personen deelnomen. Zeer verheugd doot de aangename verrassing, liet koning Fri'-drich Wilhelm een kok komen, die met de vitte keukenschort voor en de dito mut-, op liet hoofd met een scherp mes binnentrad, en nu Ier plaatse de oesters openen mr*-' „Zoodrn echter de kok zo neerlegde, nam koning /e en al ze op." Inricht genc-rnai VOl' B. „Zoo .-tonden uii met Z. M. en ging» n O O mei weer zitten, vóór de laatste oester gege ten vas. Een twintig stuk? daarvan kroeg do overige compagnie, die toen slechts uit mij, generaal Gnunchow en Dorhof bestond, vel over de honderd heeft Z. M/elf gegeten.'' I erbazing en ook cenige afgunst i* hier tusschen de regels te lezen, ofschoon de om geving des koning* wel «enigszins aan zijn manier van doen gevend rnoe-t zijn. Daar bij wire Fried rich Wilhelm volstrekt niet knijperig, maar mtvnde het /eer goed met /ijn gasten. Bij de nvond-Hmonkoinjten in het bekende ruokeollege -stond altijd «en halt v li bier \<xn de aanwezigen klaar, lu-1 ont brak rxvk nood nun girale boter en lfol- lnnd*ehe kan-, Daaibij bevond zich op «en tnirl die wat lei zijde -tend, tot vrij ge bruik. ceu koud kaltsgebrI van '2o tot 30 pond of een ham en ieder dei' deelnemers kon cltinr voor zich zelf afsnijden, vat hij maar vilde. De latere bankier, die een* IS eenten aan fooi ontving van den koning, beeft de/o gedurende /.ijn gehoede leven als een heilig dom bewaard en luier dikwijls aan zijn vrienden getoond. De fooien zijn in den tegen woord igon tijd vu l iets» gruotet' dan vroeger, maar meer dun honderd oesters staande achter elknnr op te oton. is een record, dat in den modetalen tijd stellig maar zoo niet verbeterd wordt. KJNDERKLEEDEREX VOORHEEN EN THANS. In liet laatst van de lSde ecuvv trachtte men voor liet eerst kinderen een bi/ondere kleederdracht te geven. Tot op dit tijdstip werd do dracht van dc mannen cn vrouwen ook gebruikt voor jongens en meisjes. In den Spaanschen tijd droegen de jongens het korte wambuis met Imogen geplooiden kraag, den korten mantel, broeken met opge vulde kuiten, ja zelfs den langen degen. men uit de zakken van Compan te voor schijn, dikwijls tot groot vermaak on tevre denheid dor koningin en haar hofdames. 't Ging ten slotte zoover, dat do onuit puttelijkheid der zakken van Compan spreekwoordelijk werd aan hot hof. Men begon belang in hem te stellen en zoo kwam men langzamerhand tot de ontdek king, dat hij een zeer ontwikkeld man was, dio ook heel goed schrijven kon. Het duurde dus niet lang, of men begreep, dat men Compan best een gewichtiger post kon toe vertrouwen, cn dus benoemde do koningin hem tot haar privé-secretaris met den ti tel van hofraad. Ook in dio hoedanigheid voidccd hij uit stekend, voornamelijk omdat hij zoo punc tueel, nauwlettend en zorgzaam was. IL) dacht steeds aan alles, vergat of verzuimde nooit een enkele aangelegenheid, ea ver vulde alle plichten, aan zijn ambt verbon den, tot. groote tevredenheid zijner liooga gebiedster. Zijn schoondochter, Joanne Louise llon- riette Genest, deed dienst als kamenier bij de koningin en werd door haar interessante,- voor do geschiedenis zeer belangrijke „Ge denkschriften over hel ptivé-loven van ko ningin Marie Antoinette", later bekend en zelfs beroemd.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Schiedamsche Courant | 1911 | | pagina 9