Grootste keuze in moderne ongelieereii- es Kinder dee-g Zie onze Etalages, Onze scherp concurreerende prijzen Onze chique j modellen. Mimi, A.WAKKIE, i&iócuil Prachtige Vulkachels. Hoogstraat tegenover cle cioofdsteeg. K zoowel in de goedkoopere als in de betere kwaliteiten. Q&ed/ts in; ^BcL/cf^eó L. KAMP, Hoogstraat 122 Luxe TEGELP .ATEN en VULBAKKEN, ROTTERDAM. 1 I is je adres Hoogstraat 156, - Rotterdam. Groote Markt 43, Rotterdam. AMSTERDAM, GRONINGEN, ARNHEM, HAARLEM. NIJMEGEN. BERLIN, DEN HAAG. UTRECHT. LEIDEN. LEEUWARDEN. \BREDA. DÜSSELDORP, X^emisaisoiiSj Cover Coat, donker en middelgrijs, met of zonder revers. Winterjassen, mÖ&erne modellen, I en II rij knoopen, zwart, donkergrijs en moderne fantasiastoffen. Ulst©ï*s5 I en II rij knoopen, met en zonder ceintuur, zeer chique Ensrelsche stoffen. Jekkers, donkerblauw en fantasie, met bijpassende vesten. Hegenjnsseii in gummi en poreus waterdichte fantasiestoffon. Polen, Motorjassen, Aulomobieljassen en Chambi-e Cloaks. Enorme sorteering Pantalons vanaf f 1.7S tot f IQ. Fantasie Overjassen, gewoon en raglan model, nieuwste dessins. Ulsters, geheel nieuwe Engelsclie stoffen, II rij knoopen, met afneem bare ceintuur. Demisaisons, lichtgrijs, middelgrijs, Cover Coat en fantasie. Marine «3 odklcers, donkerblauw, ratiné en flocconé. JTong,*©li.eei"©ii- en ML eitjes Capes in verschillende kwa liteiten en modellen. -MLantels ©n. «J ©klters voor Jongedames en Meisjes, speciaal model P.&C. (Telegramadres: Wakkie R'dam. ïnterc. Tel. 1335. Postbus 707.) Koopen en verkoopen. Effecten Coupons en Inschrijvingen Groot boek. Sluiten Beleeningen en Prolongation. Bijkantoor der Residentie Hypotheek bank voor Nederland te 's-Gravenhage. AUeeiiverlioop der schoenen uit, ontbloot een zachte, witte hand, waarop hij bij zijn komst eon kus zal drukken, zet zich in haar aimstoel en wachtEen oogenblik later, do pendule slaat juist halfnegon, aordi ba ron Palamedes, stipt op zijn tijd als naar ge woonte, door den livreiknecht «aangediend. 't Is een knap oud man. onberispelijk in kleeding en manieren. Zijn haren zijn wit, evenals die van zijn oude vriendin, maar hij had geen poeder noodig, om ze te kleuren. Hij draagt knevel ich baaid, zooals de mannen van heden; wangen en kin zijn zorgvuldig geschoten. Hier en daar vei raadt een enkel rimpeltje, dat de gris» sche gelaatskleur niet meer aan een jon gen spting-in-'i veld toebehoort. Zijn gang is oen weinig slepend on de stok met «'unb ii knop 5 hem een welkome steun, maar wal heeft hij een fijnen voel! JMct welk een hoffelijkcn zwier brengt hij de mooie hand der gravin aan zijn lippen, de hand, die hem wordt toegereikt met votsteiijke gratie! Nu zitten ze heiden op hun gewone plaats en praten in gekuisch- te fernien op ïninzamen toon. II ij hecff vandaag een lentoonstelling bezochthij heeft er schilderijen gezien, wier rauwe tinten, wier onderweipen, ontleend aan hel platste lealisme, zijn oogen hebben ge kwetst. Z ij heeft een roman willen lezen, die heel veel opgang maakt; maar de eer ste bladzijden waien zoo nanstordelijk, dat zij het hoek met walging heeft tel zijde gelegd. „Ja, ja," zoo zegt hij, „wij leven in een wonderlijken tijd, gravin." Beiden wer pen een weemocdigen Ij]ik op de voonvrr- pen, die hen omringen, als om zich tc zuiveien van de bezoedeling, die hun geest mocht hebben opgedaan in de aanraking met de platheid der hedemlaagsche kunst. Hij opent zijn courant, zij neemt liaar werk mandje en do stilte wordt alleen afgebro ken door cle regelmatige slingerbeweging van de antieke pendule. „llé, ja," viaagt de baron, „is dc da tum al bepaald voor het huwelijk van uw nichtje?" „Ja, hij is vastgesteld op 20 Juni." „Op 20 Juni?" herneemt de baron op een bijzondei e wijze. „Ja, op 20 Juni," herhaalt de gravin met een zucht. Hij legt cle courant op zijn knieën, zij staakt een oogenblik den vluggen arbeid der ivoren breinaalden. „Wat scheelt u?" „Waasom kijkt ge zoo wonderlijk?" „Ik kijk volstiekt niet wondcilijlc, maar ik dacht aan iets. „Naar aanleiding van dien datum? Wel, welhoe vmndeilijk.ik daclit ook ergens aan „Zou het mogelijk zijn, dat go u nog herinnert Welzeker 1 ik herinner me die wande ling nog heel goed, die we vóór vijf en veertig jaar te zatuen maakten op den 20en Juni, met ons beidjes, in het bosch Wat waren we toen jong, niet waar?" Baron Palamedes schuift onrustig in zijn leuningstoel heen en weder en trekt het jichtige been naar zich toe, dat hij op hel bankje liet rusten. „Dus ge hebt die wandeling nog niet ver geten, lieve! En ik meende' dat ik alleen me dien dag nog herinnerde 1" „Neon, ik heb die niet vergeten on zoo dikwijls do verjaardag er van terugkomt, maak ik haar in mijn gedachten nog eens over. 't Was vort vóór onze ouders in on min geraakten.Herinnert go u nog welk een mooie dag het was?..,," „Zeker, zeker! Ik herinner mij alles nog als don dag van gisteren. Gij hadt een witte japon aan en een gruolen stroohoed op mot een tuiltje klaprozen." ,,'t Is waar. Welk oen geheugen hebt ge. ik was pas vijftien jaar geworden; gij waait bijna vier jaar ouder. Wij namen het smalle paadje, dat zoo steil opliep. We sloegen rechtsom, midden door het bouw land. Wat stonden er een blauwe bloemen lusschen het korenWe hebben een oogen blik stil gezeten aan den slootkant, aan den voet van dien grooten boom.Ge waait eig onhandig, toen ge me helpen wildot hij het maken van een ruiker. Her innert go u nog dien driekleurigen krans van madeliefjes, klaprozen en blauwe ko- icnbloempjes, dien ge met alle geweld vlechten wildot, om hem op mijn hoed te zetten?" En teiwijl ze zoo over het verleden pra len, nomen hun blikken een andere uit drukking, hun stemmen een andere bui ging aan. Zij vergelen lijd en plaats; cle muien verdwijnen, de vensters zijn ge opend en om hen heen bieidt zich een oneindige, 'zonnige vlakte uit; cle koren velden golven tot aan don gezichtseinder en hot komt hun voor, als stroomde er plotseling een zoele lentelucht het salon bin nen, die hun nieuwe levenskracht schenkt en hun voor een oogenblik in den waan doet verkeeren, dat zo nog jong zijn als in de dagen die hun herinnering weer te voorschijn riep. En om te beletten, dat deze bekoorlijke zinsbegoocheling te spoedig venhvijne, zoeken zc in hun geheugen al cle trekken op, die met meerdere nauw keurigheid den dag weergeven, waarvan zij zoo lang mogelijk het afbeeldsel vóór zich willen houden. „Herinnert go u nog," zegt de baron, „hoe wc in het bosch door een onweer werden overvallen?" „Of ik het me nog herinner I We schuil den bij een houthakker, en toen we de hut verlieten, stond er zóóveel water voor de deur, dat ge me in uw anuen naamt, om mij een paar natte voeten te besparen en ook dat heb ik altijd gedacht om mij te bewijzen, dat uw sierlijke, slanke gestalte u niet verhinderde veel spicrkiachl te hebben. Of heb ik mij daarin vergist? Ge kunt me dat nu wel eerlijk opbiech ten „Wanneer ik alles eerlijk op moet biech ten, dan moest ik ook bekennen, dat. Hier houdt do baron op, alsof hij terug schrikt voor cle woorden, die eindelijk aan zijn mond zullen ontvallen en het dierbare geheim verraden, dat hij zoo lang heeft be waard. Do gravin bloost m weerwil van haar grijze haren en slaat de oogen neder, als een jong meisje, dat een liefdesverkla ring voelt aankomen. Eindelijk zegt ze: „Is dat alles wat ge hebt op lo biech ten??- Hierdoor aangemoedigd zegt hij met een stem, waarin eenige ontroering merkbaar is: „Welnu, ik wil u dan alles maar beken nen. Ik nam u in mijn armen, niet zoo zeer om u een paar natte voeten te be sparen of om u mijn kraelit to loonen, maar om u eon oogenblik tegen mijn hail te kunnen drukken, want het was vol van uw beeld." „Ach God 1" roept zij bewogen uit, „is het mogelijk 1 Ik ook, ik had u ook zoo lief 1" En nu roepen hun gedachten niet lan ger de zonnige vlakte met de golvende korenvelden .voor hun oogen terug, maar het treurige beeld van hun mislukt leven; ze zien het eindelooze geluk, dat hun rvetd aangeboden, maar dat ze zijn voorbijge gaan, zonder het op te merken; ze smaken opnieuw do bitterheid van hun echtelijk leven, van hun huwelijk zonder liefde, waaraan zo zich onderwierpen, teiwijl zo elkaar hadden kunnen toebehooren en bet leven kunnen doorgaan, hand aan hanclï gelijk ze gedaan hadden op dien schooncn zomerdag, vóór vijf en veertig jaren. Zonder to spreken, zien ze elkaar aan met een langen, droevigen blik, en deze blik, vol zachte verwijten, schijnt te zoggen „Waarom hebt ge het mij niet gezegd?.- Wc hadden zoo gelukkig kunnen lijn! En plotseling worden hun oogen vochtig en een dikke traan vloeit langzaam langs hun wangen neer. Maar de pendule, waarop de herder zijt liefde uitspreekt voor dc herderin, slaat twaalf. De baron wischt mot een sierlijk' beweging den kraag van zijn jas af, waar dc traan een vochtig spoor achterliet; ue gravin drukt een oogenblik haar batisten zakdoek togen de oogen. Beiden zijn op gestaan. „Bonsoir, TIerminia, tol morgen." „Tot morgen, Palamedes, Bonsoir. Nog eenmaal zien ze elkaar aan, vóór z schelden. De gravin leest in de oogen van haar vriend iets, wat hij niet durft uitsi ken. Een glimlach plooit zich om haai mond, cn in plaats van, zooals ze gewoon is, den baron haar hand aan te bieden, die te kussen, houdt ze hem, met een weging vol eenvoud, haar voorhoofd voor, waarop, voor do eerste en de laatste nu do oude edelman zijn lippen drukt, do kus van een broeder, teecler, maai; zonder hartstocht. - Bum 0 PEEK CLOPPENBURG, Heerenl«n£«limg' co KiMM i ti£ .3 Voor Truien en Jacht vesten =a=sg ty&üixule Echte aarsma's Vulhaarden.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Schiedamsche Courant | 1912 | | pagina 14