ziekelijkheid 'der maag oE van don slok
darm, wolke van! ouders op kinderen over
erft, do aanleiding:
Over het algemeen komt hot herkauwen
by do menschön, tamelijk zelden, voor; maar
toch hooft men gevallen geconstateerd op
eiken leeftijd; echter komen do moeste
gov al! en voor bij jongere personen.
AUTOMATEN.
Hoewel do moeste menschen zullen don-
kon, dat do automaten 'n vinding zijn van
don memveron tijd,, is dit toch niet, zoo. In
boel oudo tijden roods trachtte men na
melijk automaton to maken. Anehytos, een
bekwaam wiskundige, maakte een duif, die
.volgons mededeel ing van Plinius een
oogenblik vliegen kon. Iemand uit Alexan
dria was reeds 120 jaar vóór Christus
zoo vindingrijk, dat hij een vogel maak
te, dio floot, zoolang eou in' zijn nabijheid
zittende uil hem den rug toekeerde, maar
plotseling zweeg, als dezo zich omdiaaide
en hem aankeek. Hoe meer men zich in
de middeleeuwen op mechanica en uijr-
Werkkunst toelegde, des to mooier auto
matische kunstwerken werden er gemaakt.
Een van do geniaalste werkers op dit ge
bied was do Italiaan Tarianio, uurwerkma
ker van keizer Karei 'V en na diens dood
do ingenieur van. Philips II van Spanje.
Zijn grootsten roem dankte Tarianio aan
den vernuftig uitgedachten hevel, waarmee
hij het water van de Taag.in de Alcazar
wist te brengen. In de l?e.ebuw wekte Da
niël Neu berger, dio zich in de gunst van
keizer Ferdinand III mocht verheugen, do
bewondering zijner tijdgenooten, doordat hij
er in slaagde, mooie gekleedo en beweeg
bare wassen beelden als 't varo geheel
levend te maken. Vooral een levensgroot
beeld van den keizer moet hem goed ge
lukt zijn. Door middel van oei\,verborgen
uurwerk kon het gaan zitten, weer op
staan, het hoofd draaien en de oogen
bewegen. In het begin van do 18e eeuw
zag iemand uit Frankfort in ons land een
Neurnberger pop, welke sclireien en oen
automaat, die als een mensch ademen en
een pijp tabak rooken kon. In do borst
zat een blaasbalg en een; uurwerk. Zoo is
ook op dit gebied de Weg naar den voor
uitgang met rassche schreden afgelegd.
NOOIT GEDACHT."
Ten tijde dat Napoleon in on» land
verblijf hield, maakte hij de opmerking,
dat op een der groote wegen in de pro
vincie Utrecht veel' groote buitenverblijven,
ea voornamelijk welvarende boerenplaat
sen, een opschrift droegen op de posten
der deur of op het hek. Hij informeerde
naar de beteekenis ervan en men deelde
hem mee, dat daarmede de naam vau
de woning werd aangeduid. Toen nu do
naam .„Nooit gedacht" meermalen voor
kwam, werd hem uitgelegd, dat do be-
Woner dparmee wilde te kennen geven, dat
hij in het bezit gekomen was van zijn
eigendom, zonder dat hij het ooit had
kunnen denken. Bij dezo explicatie lachte
de keizer hartelijk over een zoo sprekend
uithangbord.
Natuurlijk deed dit verhaal do rondo
in alle kringen, en zoo kwam het ook tor
oore van baron van P., een der grootste
tegenstanders van de Fransche heerschap
pij hier te lande, dio het van een eter
officieren uit 's keizers gevolg vernomen
had. Genoemde baron v. P. schreef na
do gebeurtenissen van 1815 een brief mm
generaal Bertrand, die zijn meestor in
diens ballingschap gevolgd had> en gaf
hem daarin in overweging om, als zijn
keizerlijke majesteit nog geen' naam ge
vonden' had voor zijn nieuwe woning op
St. Helena, die, in herinnering aan zijn
nes de Longimpine heette. Zij bracht haar
leven door met kwaadspreken en schan
daaltjes verwekken.
Toen, op het oogenblik, dat vrouw Di
ehard terugkwam om de deur van het
badende dametje (hut no. 13), te openen,
ging de barones, onder voorwendsel iets
over de vischvangst te willen hooren, rond,
om zich op de hoogte te stellen van de
„praatjes".
De twee kinderen der baclvrouw, een
jongentje en een meisje, die haar bij de
badkoetsen behulpzaam waren, kwamen
juist aangeloopon. De moeder, bezig een
warm voetbad te bereiden, dat altijd )ia
het baden in Maréville genomen wordt,
zegt tot hen:
„Breng dit naar hut 13, je weet, do
dame, die eergisteren is aangekomen."
„Maar moeder, antwoordt het meisje, „het
is geen dame, die in 13 is, daar is een
meneer.-
„Och, dwaasheid, ik zelf ben de dame
de deur gaan openen, kind, en zij is vóór
mij erin gestapt
„Het is toch heusch een meneer, hoor,"
zegt op zijn beurt de jongen, „ik was sa
men met zusje en wij hebben het ge
zien."
„"Welnu, hij zal zich vergist hebben en
hij zal er dadelijk weer uitgegaan zijn."
„Neen, hij is er niet uitgegaan, want
wij hebben hier allen tijd gezeten, met
het gezicht zijn kant uit."
„Dat lijkt toch al te gek," hervatte de
moeder; „dus jullie wilt me doen geloo-
jven, dat in hut 13 een heer èn een dame
zijn! Dat ontbrak*er nog maar aan, maar
Wij zullen gaan zienl"
Tenvijl dit gesprek plaats greep, stak
do barones haar nagels reeds als klauwen
uit, als een kat, die een muis wil vau-
Verblijf ia Holland, „Nooit gedacht" te
noemen, een benaming, waarom hij vroe
ger zoo hartelijk gelachen had,
.Wij vinden, deze ruwo bespotting vau dezo
gevallen grootheid allcsb'elialve fijn, maar
iu dio dagen: van opgewondenheid mocht,
liet misschien eenige verschooning verdie
nen.
KAARTENHUIZEN.
AVat is oen kaartenhuis?
Wat zijn do plannen en Wat zijn do lioop-
vollo verwachtingen, die de mensch van
do toekomst afhankelijk maken? Gelijken
zij niet op een' spel kaarten, dat de kinder
hand op elkander tot een huisje hoeft ge-
stapcld en do zachtste aanraking tot in
storten brengt?
Do mensch, die zich met illusies voedt,
welke geeu voldoende reden van bestaan
hebben, gelijkt zulk: een kind, dat zich
over zijn kaartenhuis verheugt en niet moe
de wordt, do huisjes telkens wow op el
kander te plaatsen, wanneer zij omgeval
len zijn.
O, konden toch allen, die door zulk
een zoete hoop zich zalig voelen, inzien,
dat zij eed droombeeld vervolgeul Hoeveel
nutteloos verspilden tijd konden zij win
nen, hoeveel ontgoochelingen bleven hun
bespaard.
Ecu mensch, die de maat zijner krach
ten kent, verlangt nooit iets onmogelijks
in do onzekere en omsluierde toekomst. Hij
weet nauwkeurig wat hij hopen kan en
werpt alles, wat daaroverheen gaat. met
cein licht hart overboord. Hij heeft er
geen verdriet van.
Hoe mooi is het gezegde: Wil toch niet
iu do verte dwalen, zie-, het goede ligt
vlak bij u!
Het is een feit, dat niets den menschen
zoozeer in do uitoefening hunner plichten
hindert, als het uitzien en smachten naar
onverhoopt geluk.
Een geluk, dat men zooken wil, blijft
dus verborgen. Het geluk gaat zijn eigen
weg en met moeite zoekt het degenen op,
die in het geheel niet aan zijn weg den
keu.
Hoo talrijk zijn niet de teleurstellingen
die ons de hoop op geluk brengt! Dat
maakt echter zenuwachtig en stompt den
geest on do lichamelijke krachten meer
cn meer af. Maar zooals de verdrinkende
zich aan een stroohalm vastklampt, zoo
hcudt do mensch nog hot laatste over
blijfsel van bcdriegi'jXO hoop vast en gaat
ten slotte met haar onder.
Daarom, maken wij ons los van alles!
Een heldere blik, gestaald door juiste er
kenning der omstandigheden, bewaart ons
voor het najagen van dwaze plannen.
Een werkzaam leven! De arbeid geeft
lust en ten. is lo-tto het volle recht om 't
geluk af to wachten, dat wij onder andere
omstandigheden vergeefs zouden hebben
gewacht i
NIEUW|TJES VAN IIIER EN DAAR.
Een Japansche bruid geeft de huwelijksge
schenken, die zij ontvangt, aan haar ouders,
als ecu klcino belooning voor de vele zor
gen, die haar opvoeding hen gekost heeft.
John Eastop, te Runcorn, in Cheshire,
heeft in verschillende deelen van zijn huisje
bijna 12,000 gulden gevonden, welke daar
verstopt waren door zijn vrouw, die een
paar weken tevoren stierf. Eastop wist
dat zijn vrouw- zeer spaarzaam was, en
na de begrafenis begon hij zijn huis te
doorzoeken. In een kast vond hij een. kom
met vele honderden 3-penny-stukken; in
een were kast lag een stapel halve kro
nen, - onder een stoen van den' kelder
gen, en zij broedde behoedzaam haar plan
nen uit.
Zij deed, alsof zij de baclvrouw tegen
wilde houden, sprak van bescheidenheid
en welwillendheid, etc.
„Ja, j,u heeft mooi praten," ant
woordde de hadvrouw met verheffing van
stem, „maar ik mag dat niet toestaan;
ik zou er boete door oploopen, en wat
dan? Ik zal ze wel, die brutale luiI"
„Ga den burgemeester en deu veldwach
ter halen," beval zij haar kinderen.
Bij die woorden gleed de barones weg
om dit kostbare nieuwtje rond te vertel
len. Een groot aantal nieuwsgierigen draai
de daarop in de richting van hut no.
13 road. De oude dame genoot van het
schandaal: „anno menschen,"- zeide zij,
„maar Maréville zou haar goeden naam
verliezen, als iets dergelijks ongestraft werd
toegelaten 1"
Woldra verscheen ook do burgemeester.
Hij stapte haastig in de richting waar
hut no. 13 stond.
Nooit had Maróvillo dergelijk schouw
spel beleefd 1 De nieuwsgierigen, geen maat
houdende, vormden een halven cirkel, gre
tig ziende naar het deurtje, waaruit wel
dra de schuldigen te voorschijn zouden
komen.
Do burgemeester liet zich daarop door
den veldwachter zijn driekleurig lint go-
ven, dat hij als sjerp om zijn heupen trok.
Eenig geluid van achter do deur der hut
werd gehoord.
Het was zeker de grendel die los werd
getrokken.
De burgemeester, beste man, rlic hij
eigenlijk was, liet do tweo slippen van
zijn sjerp vallen. Zijn hart bonsde hij het.
denken aan het arme kind daarbinnen.
Een minuut gleed voorbij, Niels dan de
vloer werd een jampot ontdekt, gevuld
mot 552 souvcreiucn.
Do hoor Pierro Scluunel-Roy, die nu
bijna 106 jaar oud is, zal wel do eenige
persoon in loven zijn, die ooit mot Napo
leon gesproken heeft. Ily werd in het pa
leis to Versailles geboren en was oen van
do speolmakkers van don koning vair Rome
(Napoleon's zoon). Onder zijn schatten is
een popje, dat eons aan den koning van
Rome behoorde, en het is in den zelfden toe
stand, als toon hot uit de handen van het
kind kwam, i
Men hooft opgemerkt, dat het aantal ooie
vaars in Zwitseiland sterk verminderd is,
sedert men met vliegen is begonnen. Dezo
vogels schijnon bijzonder 'bang te zijn voor
aéroplaus.
Men zegt, dal van de Europeesche vor
sten keizer Frans Jozef do grootste ken
nis heeft van 'talen. Hij spreekt Duitsch,
Fransch, llongaarseh, Czeoiiisch, Poolsch,
Servisch, Croatisch, Ualmatiseh, Ru-
meenseh en ïlaliaanseli. Hij heeft ook eeni
ge kennis van het Hebrecuwscb.
Koning Ferdinand van Bulgarije is het
Fransch, Engelsc.h, Duitsch, Russisch en
alle Slavische dialecten meester. Doczaar
kent Russisch, Fransch, Engelsch en
Duitsch en verschillende Slavische dialec
ten, Do Dtiitscho keizer kent, behalve
Duitsch, Engelsch, Fransch, Russisch
Poolsch en Latijn.
Het natuurlijk voedsel van een paard
is gras; van niets anders groeit het' zoo
flink, blijft het zoo gezond en leeft het
zoo lang.
Onlangs werd te Chitlagone, in Engelsch-
Indië, het tweede huwelijk gesloten van
-de dertienjarige dochter van Haricharan
Chakabarty, de eerste IHndoe-weduWe, die
ooit hertrouwde. Haar eerste echtgenoot
stierf toen zij zes jaar oud was.
VOOR DAMES.
OOK EEN KUNST.
„Ben je reisvaardig, Gretha, is je kof
fer gepakt?"
„Och, daarvoor is het morgen tijd ge
noeg.. Hoe spoedig zijn miju paar dingen
in den koffer gegooid. Ik ga toch met den
trein van elven. Maar leuk, dat je geko
men bent; nu kunnen wij den laatsten' mid
dag vóór onze vijfweeksche scheiding nog
eens gezellig samenzijn. Macht, ik zal een
kopje thee zotten."
„Laat ons samen netjes en correct je
koffer pakken,"- viel do vriendin in,
„Greetje, Greetje, dat zou wat moois wor
den als je eerst morgen vroeg aan hot
werk ging. In do haast, alles in den koffer
gooien. O, jij, luchthart."
„De thee zal ik je niet schenken, maar
na gedanen arbeid 1 Eerst onderwijs ik je
in de hoogedele kunst van het pakken."
„Maar Lien, ik ben toch geen gansje,"
pruilde Greta, „ik ben toch reeds menig
maal er uitgefladdcrd en heb mijn. bundeltje
gepakt."
„Maar vraag nu niet hoe?'- -viel Eve
lien lachend in. „Wie was het, die den
vorigen zomer bij het uitpakken iu Wies-
baden allerlei verfomfaaide, verkreukelde
blouses to betreuren had, en die het on
beschadigde te voorschijn komen van mijn
toiletten uit den koffer zoo bewonderde?
Wie moest het jjlampunt van haar garde
robe, den kostbaren hoed, die mensche-
lijke schepping van chiffon, kant en ver-
geet-mij-nietjes, heelemaal nieuw laten gar
neeren, daar het zich in een betreurens-
golven hoorde men.
Een ander geluid hoorde men opnieuw:
inen deed het deurtje open.
De arme burgemeester, was een en al
agitatie en keerde het hoofd af, maar
alle anderen, dc halzen rekkende, doden een
paar passen voorwaarts
Do deur opende zich langzaam, cn liet
baadstertje, mooi als een frissche lente
dag, kwam op den drempel te voorschijn,
waar zij bleef stilstaan, een oogenblikje,
om het schouwspel in zich op te nemen.
- Het was ellendig, wat ze zag; op aller
gezichten lag een honger naar een te ont
dekken schandaal; de menschen leken op
een koppel honden, gereed zich op het
edel wild te werpen.
Do jonge, mooie vrouw wierp een onhe
schrijfeüjken blik vol rninariiting op allen,
terwijl zij het trapje afkwam.
„Wat een brutaliteit 1" gilde de baro
nes, haar slachtoffer luilf verscheurende
met haar blikken.
En zij holde de badkoets in om den
m a n erin te ontdekken I
Maar met groote ontsteltenis en verras
sing schrok ze terug: de man was er
niet 1
Haar wangen werden groen, haar lip
pen blauw eu zij stikte bijna van woede 1
Do mooie baadster, ziende al de men
schen rondom haar hut, vroeg wat dit
alles te beteekenen had. Niemand wilde
antwoorden, waarop zij zich tot den bur
gemeester wilde wenden; maar vrouw Di
ehard bracht luiar twee kinderen naderbij,
die hun verklaring opnieuw den burgemees
ter overbrachten.
Gp dat oogenblik verscheen hun vader,
die, van niets wetende, zijn vrouw'vraagt,
naar dien meneer van badkoets no. 3.
Niemand is meer in «eo, wel zijn de klce-
waardigon toestand bevond? Wie..'?'i
„Houd jo stil, Eef! Jo bont wreed met je
herinneringen. In elk geval had ik pechl
Mijn koffer was bepaald onderwog op een
allerschandelijkste manier door olkaar ge
host." i
„Hot lot van elk' stuk bagage. Maar dat
een goed en regelmatig gepakte koffer zulk
een ramp onbeschadigd kan doorstaan, dat
zal jo de manier bewijzen, waarop do jouwe
dezen koer aan hot dool vau zijn tocht
komt. Dus schat, laat ons dadelijk be
ginnen. Wij halen eerst alles bijeen, wat
jo moe moot nemen. Houd je gedachten bij
elkaar, opdat je niets vergeet. Jo koffer staat
klaar, een mooie moderne koffer, met
ruimte genoog om do noodigo toiletten
voor oen paar weken op to nomen."
„Let nu op, Margarethn, wij pakkou eerst
den ondergrond, en wel met de zwaarste
voorwerpen, als muziek, boeken, linnen
goed,- schoenen, enz1. Het hoofddoel is daar
bij een gelijkmatige, gladde oppervlakte te
krijgen, men zorgt or voor, dat alles heel
vast ligt, door de openingen te vullen met
kleine dingen, die druk verdragen. Do
schoenen wikkelen wij ieder afzonderlijk
in; om het fatsoen er in te houden, vul
len we ze p met saamgcrolde kousen. Alle
dingen, die gemakkelijk beschadigd wor
den, zooals bijv. deze sierlijke handschoen
doos, trachten wij door inwikkelen te be
schermen,
„Alle fijn gekleurde zaken verdragen geen
bedrukt papier dus moet je do witf"
laarsjes in sriioon vloei leggen; kleine, fijne
voorwerpen, als dassen, kragen cn man
chetten, linten cn zoo meer, pakt men nicl
afzonderlijk, maar legt ze in een kartonnen
doos, die eveneens hier plaats vindt.
„Zie je wel, nu hebben we alles, wat
hier hoort, een plaats gegeven. Wat kan
er toch veel in zoo'n kleine ruimte worden
bijeengebracht, als men het goed overlegt.
En nu zijn. er geen hergen of dalen meer,
alles glad cn effen, muurvast. Dan ver
mag geen schudden en rammelen, geen om
vergooien den koffer uit zijn rust te sto
ren. En zoo moet het zijn.
Nu komen de hoeden aan do beurt. Het
inpakken van een hoed vereiseht groote
zorg. Daar bloemen en voeren door den
geringsten druk of sloot schade lijden, is
de hoofdvoorwaarde, dat de hoed stevig
ligt, wat mca door een vaststeken met
hoedespelden tor zijde in het vilten kleedje
gemakkelijk kan verkrijgen; ook helpt hel
den hoodraml mot soepel garen even vast
te naaien."
„Doe geen moeite, Lien," zei Margaretha',
en haalde uit de naaste kamer een groote,
moderne hoededoos; „door schade wordt
men wijs. Na de ongelukkige geschied-
nis, het vorige jaar met mijn hoed, heb
ik mij dit exemplaar aangeschaft. Daarin
kan ik meerdere hoeden onder dak bren
gen.
„Nu, dan gebruiken wij de hoedenruimte
in den koffer op een andere manier," anl
wooidde Eveline, „bijv. voor een paar lichte
onderrokken, die men zonder schade kan
samenvouwen, of voor een paar blouses,
die eenigen druk verdragen, zonder te
kreukelen, zooals die van voile of wollen
mousseline. Zijden blouses mogen we niet
vertrouwen in deze ruimte, ook geen ka
toenen, die akelige kreukels daarvan krij
gen; die hooien in den inzelbak, waaraan
wij nu onze aandacht zullen wijden.
„Het eerst pakt men natuurlijk de zware
kleederen. Om een rok er netjes in te
leggen, sluit men den band en vouwt hem,
wat het boste op een zindelijk bed gebeuit,
volgens lengte en breedte van den kof
fer tezamen. Men Iaat voor do gelijkmatig
heid het bovenste en onderste gedeelte der
rokken met elkaar afwisselen.
„Bij het inleggen, der blouses cn tailles
ren in de badkoets, maar van hemzelf
is nergens een spoor te vinden.
„Hemel! wat een dag," klaagt de vrouw.
„Hoe zag hij eruit
„Zijn badkostuum was rood met groote
zwarte streepen. Hij had een muls op,
ook rood cn zwart gestreept."
„Dc man, dien wij in die hut binnen
zagen gaan, droeg dat kostuum," zeiden de
kinderen.
„Dat was do geest van een verdron
kene 1" gilde de badvrouw.
Bij dit nieuwe bericht veranderde alles.
Iedereen rende naar do plek van het mo
gelijke onheil, terwijl onze heldin, nadat
zij steelsgewijzo een blik naar haar eigen
hut had geworpen, zich langzaam verwij
derde.
Na een paar uren van nasporen, kwam
het reddingsbootje terug; men had niets'
gevonden en ook bleef hut no. 3 steeds
leeg.
Men lei toen beslag op enkele voorwerpen
van den doode; men vond een kaartje,
zonder adres, waarop alleen de naam van
Gaston do Rochekern stond, en de burge
meester zette .zich aan 't werk om een
proces-verbaal op te stellen.
Gedurende den geheclen avond sprak men
van de gebeurtenissen van dezen gedenk-
waardigen dag, cn op het oogenblik, dat
de dokter Destombes zijn gehoor bezig
hield over dc echtheid van hallucinaties
en do onechtheid van de mogelijke waar
heid, klom Gaston de Rochekern, die niet
dood, maar begraven was, als een kat de
laatste tree van do loopplank op cn het
gelukte hem, zonder ontdekt te zjjn, zijn
buitenhuisje, dat hij alleen bewoonde, bin
nen to komen.
Hij dacht voor een groot deel van den
nacht na,,
voïzuimt men niet aan de mouNvon. byzojft
dero zorg te besteden. Het in aanraking
komen van knoopen en haken mot aridoro
kleodingstukkon moot men onmogelijk ma
ken, door liet tusschcnieggon vau zakdoe-:
ken of wit papier. Voorzichtig moet jo
ook zijn met gesloven linnen. Toon ik nog
niet zoo goed pakken kon, had ik' eens een
gestoven blouse iu te dichte nabuurschap
gebracht met een nieuwe zijden, dio dooi
den stijven kraag on de manchetten leelijka
scheuren kroeg. Dat kan vermeden wor<
den, als men heide van olkaar afhoudt.
„Last not least, leg je nooit eert
licht kleedingstuk op een donker, een'
iüeuw op een oud, een niet meer onbo-
rispelijk exemplaar, zonder een scheiding,,
hetzij van vloeipapier, zakdoeken, witte
rokken, hemden of andere schoono stukken.;
Door hot op elkaar drukken, loopen do
kleeren licht gevaar vuil te worden. Zoo,
nu zijn wij aan het laatste stuk gekomen
cn daarmede is do koffer ook .precies ge
vuld; maar waar is jo rose zijden blouse,
(1 reetje, heb jo dio volgoten?"
„Neen, ik heb zo opzettelijk er niet
hij gelegd, omdat ik overtuigd was, dat
zij geen plaats meer zou vinden, want ik
heb nog nooit zoo vele kleeren kunnen b'or-
gen als jij dezen keer en toch was mijn
kol'for altijd heel vol gopropt.'-
„Zie je nu wel, meidlief, dat er tusschcu
pakken cn pakken een hemelsbreed verschil
bestaat? Haal nu gerust je rose blouse,
die vindt nog wel plaats. Zijn de kleeren
maar accuraat er in gelegd, dan schaadt
een beetje gedrukte ligging niet. Ter be
schutting van stof is een lichte, schoono
doek er bovenop raadzaam. Nadat jij jo nu
verzekerd hebt, dat het deksel gemakkelijk
sluit, laat je den koffer tot jo vertrek nog
geopend. Dadelijk na aankomst ga je uit
pakken en zult ploizier hebben in den
toestand van je garderobe. Ja zeker, in
pakken is ook een kunst, en een zeer nut
tige ook."
RECEPTEN.
Zandtaart.
Smelt 4 ons boter, giet ze van het b'c-i
zinksel, laat ze koud Worden en klop zo
tot schuim. Klop door de schuimende bo
ter 3 ons suiker en daarna één voor één
acht groote eierdooiers, verder de geraspte
schil van één citroen, een ons bloem met
een ons aardappelmeel, dooreengemengd.
Laat het zoo een half uur staan en roer
er dan naar volgorde door het sap van een
citroen, een paar lepels siroop van punch
of een lepel rum, des verkiezende een lepel
gesnipperde sucade er. eindelijk het geklopte
eiwit. Doe het in een vorm, die eerst met
boter besmeerd en met fijne beschuit moet
zijn bestrooid en bak het in den Iioeten
oven, één uur of vijf kwartier; soms
zachtjes den vorm draaien, maar vooral
niet stooten.
Tulband.
Besla vier ons gewarmde bloem met vier
geklutste eieren, een paar lepels gestript
perde sucade, een half pond goed gewas--
schen en gekookte krenten, een halE ons
gist, en zooveel gesmolten boter, dat het
beslag de dikte heeft, om er een lepel in te
laten staan. Laat het deeg op een warme
plaats, goed toegedekt, 2 uur rijzen, doo
het dan voorzichtig in den met boter be
smeerden en met beschuit bestrooiden vorm
en laat het in den heeten oven ongeveer
een uur gaar bakken. Den vorm soms
draaien, maar niet stooten.
Bij het krieken van den dag, voordat
iemand op was, trok hij opnieuw, zijn bad
kostuum aan, -hij, ging op het strand lig
gen cn wachtte af.
Na een uur werd hij door ecu vroeg-
tijdigen visscher ontdekt; het lovenloozo
lichaam werd op een brancard naar het
Casino gebracht, waar dokter Destombes
hot geluk had hein tot het leven terug to
brengen1 i
Gaston vertelde toen van den vorigert
dag, hoe hij, door kramp aangegrepen, bij
na verdronken was een echt, mooi
verzonnen, bijna geloofwaardig verhaag
waartegen niets in te brengen viel.
En wilt ge nu weten, hoe hij ont
snapte?
Het was nogal eenvoudig: met eenklcer-
haak, dien hij uit den wand had getrok
ken, was het hem gelukt twee plankjes
van de vloer los to maken. Hot behulp
zijner metgezellin had hij onder dien vloer
een groot gat gegraven, waarin hij Zich
had verstopt, en dc dame, dc plankjes
er overheen leggende, had niets anders
te doen dan met do hak van haar schoen
zonder eenig geluid de spijkers erin te
duwen, daar Gaston do openingen tevoren
nog had kunnen verwijden.
Vanuit zijn gat had hij alles, kunnen
volgen van wat er voorviel. Tot den nacht
was hij verborgen gebleven en daarna had
hij zijn hoofd zacht bevrijd en liet terrein
in zich opgenomen. Bijna zwemmende door
het zand had hij do trap welen te bei
reiken.
"Wat daarna gebeurd is, weet ik biet;
maar, óf de schoono baadster was erg on
dankbaar, öf zij heeft hem kranig beloond!
-----fitciifra
i I
s=i
i i
i i
fr—I
fc—
1 I