66'u Jaargang.
Zaterdag 21 September 1913
No. 14335
Derde Blad
Het witte masker.
De Interparlementaire Con
ferentie.
Kamer-afkeer.
Uit de Pers.
Deze courant verschijnt B a g e I ij k s,- met uitzondering van Zon- en Feestdagen i
Prijs per kwartaal: Koor Schiedam en Klaardingen fi, 1,25; franco
per post fL 1.65. -
Prijs per week: Koor Schiedam en Klaar'dingen 10 cent.
Afzonderlijke nummers 2 cent.
Abonnementen worden 'dagelijks aangenomen i i 1
Advertentiën voor het eerstvolgend nummer moeten des middags vóór een
nur aan het Bureau, bezorgd zijn*
1 Bureau: Lange Haven No. 141 (hoek Korte Haven). I
Prijs der A3v'eEtenti5n! Kan 1—6 regels 08,92; iedere regel ïneeï
16 "cents. Reclames 30 cent per regel .Groote letters naar de plaats die zij
innemen.
Advertentiën bij abonnement op voordeelige voorwaarden. Tarieven
hiervan zijn gratis aan het Bureau te bekomen;
In de nummers die Dinsdag-,- Donderdag- en Zaterdagavond
verschijnen,- worden zoogenaamde kleine advertentiën opgenomen tot den prijst
van '40 cents per advertentie, hij vooruitbetaling aan het Bureau te voldoen;
Intercommunale Telefoon No. 103.
Ilerliaaldelijk is er reeds op aangedrongen,
dat men naar middelen zal uitzien om liet
lidmaatschap van openbare lichamen toe
gankelijk te maken voor iedereen. Dat is
tegenwoordig niet het geval, een groot deel
van de beste, meest werkzame, meest voort
brengende burgers van onzen staat is de
facto van zulk een lidmaatschap uitgeslo
ten, omdat zij voor alle vergaderingen en
buitengewone besognes van de loden dier
lichamen den tijd missen.
Langzaam aan verandert zoodoende onze
geheele staal van karakter. Had men vroe
ger oen regcering van beambten, die gecon
troleerd en bestuurd werd door een regee
ring van ambtelooze burgers, langzamer
hand gaan wij naar het bestuur van voor
het leven benoemde ambtenaren, die gere
geerd worden door voor enkele jaren ge
kozen ambtenaren.
Hoe weinig wenschelijk die evolutie is,
afgezien van elk politiek partijprogram, ligt
wel .heel erg voor de hand. Immers het
spreekt vanzelf, dat de aldus gekozen ambte
naar zelfstandigheid, kennis van zaken op
speciaal gebied en voeling met liet dage-
lijksch -leven zal verliezen. Uit den aard
der zaak wordt zoo'n ambtenaar beroeps
politicus, iemand, die met de politiek zijn
brood verdient en dus geheel afhankelijk
is van zijn kiezers, daar hij met zijn man
daat het brood voor zich en de zijnen
zou kunnen verliezen. Komt deze man dus
tot andere,- eigene inzichten, dan hij had,
toen hij gekozen werd, clan staat hij voor
de moeilijke keuszijn beginselen over
hoord of zijn brood kwijt.
En niet alleen dit is het bezwaar. Men-
schen, die van de politiek leven, moeten
bijna onvermijdelijk de politieke atmospheer
vergiftigen. Immers, Jrij hebben persoonlijk
groot belang bij verscherping van politieke
tegenstellingen, zij hebben er belang bij
overal daar de politiek binnen te halen,
waar die nog niet geweest Was. zij verbit
teren het openbare leven, dat zij noodzake
lijkerwijze moeten doen ontaarden. Uit den
aard der zaak is de kiezer ook tegenover
hen onvrij, omdat velen hem ongaarne het
brood uit den mond zullen stooten.
Nu zijn wij gelukkig nog lang niet zoover,
dat wij in de Tweede Kamer louter van die
gekozen ambtenaren hebben. Doch met
groote snelheid gaan wij naar zoo'n toe
stand toe. Reeds beeft de steeds uitbrei
dende werkkring het onmogelijk gemaakt,
dat 'de kamerleden elders dan heel dicht
bij Hen 'Haag wonen, wat al een groot
bezwaar is. En niet minder erg is, dat wij
voortdurend meer beperkt worden in onze
keuze. Tenzij mén buitengewoon bekwaam
en buitengewoon sterk is, kan men tegen-
woordig - al niet meer een betrekking van
„Een' der eigenaardigste crimineclo ge
vallen,- welke ik in mijn praktijk gehad heb,
is de geheimzinnige verdwijning geweest
van een zekeren mcnec-r tinberger,'-' ertelde
op een avond ons de gepen si onnecffde politie-
dotectieve Barsin. Nadat hij een diepen haal
aan zijn sigaar gedaan bad, vervolgde hij
nadenkend: „de geschiedenis is nooit in
détails openbaar gemaakt. Zij is trouwens
al verjaard en nu bindt mij mijn (lionst-
geheim niet meer; ik kan ze ;u weieens
meedeelen
'Imberger was een zeer welgesteld on
geacht man, die zijn hecle leven niet an
ders gedaan had dan koperen deurkloppers
verzamelen. Zijn rijke en eng'einoene ver
zameling was, naast zijn liefde voor zijn
.vrouw, zijn eenige passie. 1
[Toen hij trouwde, was hij al over de veer
tig ejh. hij leefde sedert dien drie jaar
in gelukkigen echt met zijn vrouw, die
twintig jaren jonger was dan hij en heel
snóoi. Zij had, dat spreekt wel van zelf,
geen cent fortuin.
In het vriendelijke voorstadje Passy be
woonden 'zij' een beeldige villa, in een
moeien'tuin gelegen". Een neof van tin
berg woonde bij ham in. Maxence heette
deze krachtig-gebomvde dertiger, die, on
der voorwendsel da schilderkunst te be
oefenen, een vlot leventje leidde en ^ziju
eenig gewicht naast het Kamerlidmaatschap
waarnemen. Ieder dus, die niet óf wat zijn
zaken beireft in een uitzonderingspositie
verkeert óf zéér vermogend is, moet bedan
ken voor hot Kamerlidmaatschap tenzij
hij toevallig ambtenaar is. Ook dit is een
groote fout van de tegenwoordige regeling,
dal daarbij de ambtenaren zoo Irevooideeld
worden. Voor ben wordt een plaatsje open
gehouden/wee de lioogere autoriteit, die bet
niet zoo zou willen inrichten, dat zij niet
elk oogenbliik hun plaatsje aan de staats
ruif weer zouden kunnen innemen, ais zij
dat'wenschen. Voor den ambteloozen bur
ger niets daarvan. Heeft deze zicli een
bestaan weten te schoppen, behoort hij dus
lot'de krachtig::e en bekwaamste indivi
duen, dan is hij in 99 van de, 100 gevallen
onmogelijk als Kamereandidaat.
Er heeft dus een natuurlijke selectie in
omgekeerde richting plaats. Hoe langer hoe
meer maken do huidige omstandigheden liet
voor de besten onmogelijk om te gaan,
daar, waai' de uitstekends te nauwelijks goed
genoeg zijn: naar de volksvertcgcnwoor-
diiging.
En die betreurenswaardige tendentie is
daarom nog weer zoo bizonder schadelijk,
omdat zij verhindert, dat de volksvertegen
woordiging inderdaad het volk vertegen
woordigt. De leiders van handel en indu
strie b.v. mcnschen toch, die tot zoolang
de maatschappij zal zijn omgekeerd de voor
naamste scheppers van welvaart zijn, heb
ben in de Kamer vrijwel geen toegang
meer 1). Zij hebben daarvoor geen tijd, zij
hebben daarvoor veelal geen geld en zij (heb
ben daarin boe langer hoe minder zin.
Nu zou men dit laatste kunnen verwaarioo-
zen als men hier alleen sprak van het amu
sement dez'er heeren. Vinden zij het verve
lend zoo zal men zeggen dan moeten
zij' maar wegblijven.
Doch deze rodeneering gaat niet op. Hen
mag van serieuze mensehen eischen, dat
zij desnoods vervelende beraadslagingen
aanhooren. Doch mag men eischen, dat zij
eindclooze redevoeringen aanhooren, die
voor de propaganda bedoeld zijn of voor
hot lijmen van kiezora, dat zij getuige zijn
van eeuwigdurende handigheidjes in het
hanteeren van reglementen, dat zij de dis
cussies over allerlei futiliteiten volgen, die
zij in hun eigen zaken volmaakt terecht
aan technici of ondergeschikten zouden
overlaten'? 1
Het komt ons voor, dat dit niet geëischt
mag worden, het komt ons voor. dat liet.
Nederiandschc voik zijn Kamer, zijn ver
tegenwoordiging zoo behoort in te rich
ten, dat ieder met wat opoffering van tijd
Een voorbeeld uil den Duitschon Rijksdag,
dat van de snelle (ongunstige) ontwikkeling
in deze materie een goed beeld geeft, leert,
dat daar in 1907 van de 397 leden 54
feitelijke vertegenwoordigers van handel en
industrie waren, tegen in 1912 nog maar
26. - 1
niet onbelangrijk vermogen in Parijs en
elders doorbracht. Ondanks zijn bon-vivnnt-
achligo hoedanigheden wist hij liet ver
trouwen van den goedhartigon oom I in
burger te behouden, die hem ten plotte in
zijn huïs had opgenomen.
ïPe jonge vrouw, die eei'st niet .erg' inge
nomen was mót de vriendschap tnsschen
oom en neef, raakte er, allengs aan gewend,
zélfs mocht zij hem meer en jineer. Zoo
was het leven der di-ie zoor ^enbegdijk
tot op het oogenbiik, waarop de gebeur
tenis plaats greep,
;Op zekeren avond ging mevrouw Imbr-r-
gér alleen naar een gocostumeerd bal, met
volle instemming van haar m'an, die voor
die soort uitgangetjes geen smaak meer
hiid. Hij ging haar echter wel steeds halen
en ook dozen, keer had hij beloofd om één
uur present te zijn.
''Een uur sloeg, half tWee, twee uur, maar
Inibergor verscheen piet. De jonge vrouw
werd ongerust, kennende de accuraatheid
van haar echtgenoot. Vergeefs trachten haar
kennissen haar gerust te stellen, maar zij
wensclite naar huis te gaan, en ,twee puwöre
vrienden van haar man gaVen haar geleide.
1 In do stiile, kleine villa te Rassy Was
fmberger ook niet. De bedienden, uit den
slaap wakker geklopt, verklaarden, dat me
neer zijn rok had aangetrokken en om
elf uur naar zijn studeerkamer was ge
gaan, om tot middernacht.' nog! te werken.
Zijn kamerdienaar had zijn overjas klaar
gelegd en zich daarna, met de ^andere be
diend-én, ter ruste begeven. Do neef,
Maxence, was in do stad gaan soupeer en
en van gemak de vergaderingen zou kunnen
bijwonen. En daaraan ontbreekt vrijwel al
les. Wal men goed Kamerlid zijn, dan kan
men tenzij men een zeer buitengewoon
man ia niet alleen niet zijn zaken bijhou
den, docli dan moet men zelfs afscheid ne
men van alle studie, elke serieuse liefheb
berij, dan kan men aftéén politicus zijn
Dit wooul, opgeteckend uit den mond
tvnit een onzer beste staatslieden, spreekt
boekon.
Aan ons de haak om te trachten daarin
verandering te brengen, die wel in de eer
ste plaats zal kunnen worden bereikt door
krachtige beperking van de Kamer-bemoeie
nissen.
Hebben wij onlangs hier moeten spre
ken van onzen indruk van het groote vre
descongres, die verre van gunstig was, de
interparlementaire conferentie, die daarop
in tiet begin dezer maand gevolgd is, heeft
beter indruk achtergelaten. En al zal van
deze 18de conferentie al evenmin voel di
rect nut la verwaaiden zijn als van do
vorige, zij heeft toch meer den indruk
van een krachiigen wil gegeven dan dit
vredescongres.
Al dadelijk onderscheidt deze interparle
mentaire conferentie zich daardoor gunstig
van de andere, dat niet. Jan en alleman er
op allerlei stokpaardjes kan komen rond
rijden. Docli is hel niet merkwaardig, dat
zich toch ook hier de bezwaren van.de
populariteit van die coniercnlio doen ge
voelen. Sedert 1908 hebben deze conferen
ties, zooals men weel, een bureau. Hen is
er zoodoende in geslaagd de aan de orde
komende vraagstukken meer systematisch
te .rangschikken. Hen doet die vraagsiuk-
ken bestudeereii door veelzijdig samengCr
stolde commissies. En zoodoende krijgt men
uitstekende rapporten. Doch in do open
bare vergaderingen is nu het debat niet
op de hoogte, van dit voortreffelijke werk,
daar zijn toch weer te veel dileLtanton1
aan "het woord. En dat bezwaar is moeilijk-
te ondervangen, omdat ook deze dilellanttenj
tocli altijd weer het-goedcAviiiendo parle
mentsleden zijn, omdat het van groot be
lang is om deze vereonigmg, wier leden
aantal in zoo bizonder hooge mate is ge
stegen, bijeen te bonden en om de leden
der verschillende parlementen in do ge
legenheid ie stellen elkaar te ontmoeten.
Merkwaardigerwijze heelt inlusschcn ook
op deze conlcrenlies ons het allerminst
getroffen de voortreffelijke opcnings-rede'i
voering van den voorzitter, bet Tweede
Kamerlid ïydeman. Als do bedoeling van
dit congres alleen maar ware gewoest om
deze rede tot haar recht te doen komen,
dan zou hot doel al bereikt zijn. En ook
al beeft men stemmen gehooni, dio dezo
retle te pessimistisch noemen, over hoi)
geheel zullen de leden toch moeten hebban
erkend, dpi dejze uitnemende Hollander luer
do zaken liet zien, zooals zij indordamj
waren.
>Dat jvij 'u de vredesbeweging nog lang
en was stellig nog in het .Clubgebouw, vaan-
van hij meestal niet eerder dan vier uur
's'morgens terugkeerde. In iict vroege .och
tenduur kwam Max once dan'ook thuis ,en
loonde zicli uitermate ontdaan over het
vcidwijmm van zijn oom. f
Nog dienzelfden moi'gen werd mij het
onderzoek in deze zaak opgedragen, 't pVl
I-eieerst onderzocht ik do geheele villa, jou
den tuin. Vergeefs I Ik hoorde liet perso
neel uit. NietsOp1 al mijn vragen aan
'ti jonge vrouwtje, kreeg ik aldoor iniefs
anders ten antwoord, dan de snikkende
woorden„ik weet mets. Hij had beloofd
to komen, hij is niet gekomen. Ik smook u,
zoek u voor mij, vind hein!
De neef Maxence, uiterlijk zeer ontdaan,
hielp mij trouw bij do huiszoeking en slond
mij ter zijde by mogelijke ophelderingen. -Hij
loofde onder tranen zijns ooms goedheid,
spiak van hot interesse-, dat deze sljechts
had voor zijn vrouw, voor zijn.verzameling,
voor hemzelf, die zijn ooni) alles te danken
had.
Ondanks deze verzekering liot ik niet
na informaties in to stellen naar het pri
vate leven van den lieer tinberger. [Maar
een zoogenaam privaat leven had hij niet
gevoerd. Zijn heoic bestaan was doorzich
tig. Hij had geen vijanden noctTpoliteke
tegenstanders; hij was overal) gezien. Ook
had hij geen groot-ei sommen toevallig [1
zijn bankier opgenomen, en bij zijn verdwij
rum log er nog' een belangrijke som in zijn
bureau. Uit zijn garderobe onlbrak niets,
niets dan zijn rak-pak en zijn overjas,
cfie door don dienaar klaar waren geleed
en lang niet zoover zijn als allerlei enthou
siasten en dichters en poëtici van den kou
den grond meenen, behoort toch wel eens
heel duidelijk gezegd 1e worden, want al
die oppervlakkiger! verhinderen ons de
moeilijkheden te zien, waar zy inderdaad
zijn. En zoolang men de moeilijkheden niet
hoeft waargenomen, kau men zich onmoge
lijk opmaken -om die met succies te over
winnen.
Met name in de kleine landen schijnt
het bizonder lastig te zijn den mensrhen
duidelijk te maken, dat gelijk de heer
Tydeman het noemt er eerst nog een
revolutie in de denkbeelden moet komen,
voordat or sprake zal kunnen zijn van
een algemecue opinio ten gunste van do
vrede-door-trecht.
En dat de geesten in die kleine landen,
voor deze waarheid niet toegankelijk zijn,
ligt voor do band. Men kent niet anders
dan mcnschen, die, de wereldvrede gaarne
boe eerder hoe beter zien komen. Ieder
een verwacht van deze verandering ver
mindering van financieele lasten, velen ver-,
mindering van persoonlijke lasten. Terwijl
de burger van den-kleinen staal, tenzij
hij toevallig geweerfabrikant is, absoluut
niets te verwachten heeft van het geweid,
dal hem ten slotte als de vccl-zwakke-re al
tijd achteruit moet brengen.
Er is d'us vrijwel geen enkel voor da
groote meerderheid toegankelijk motief om
niet van ganscher harte te wensehen, dat
do vrede-door-recht-lrewoging zegeviert. En
nu meent men natuurlijk, dat, waar deze
algomeene opinie zoo algemeen en zoo
sterk is in de onmiddellijke omgeving, zij
dat ook elders zal zijn.
Doclï da,t is natuurlijk niet hel geval.
Overal waar bot volk groot is of waar bet
grondgebied nog niet zoo groot is of waar
hef grondgebied nog niet zoo definitief
verdeeld, de krachten zoo nauwkeurig tegen
elkaar zijn afgewogen als in ons deel van
do .aarde, daar ka.n do burger nog wel
ccnig heil verwachten van, eenig voordeel
zien jin dien burger te overtuigen, dat hij
vrijwillig jafstand moet doen van die kans
om door geweld zekere voordeden te 'krij
gen, die hij door het recht niet zou kun*
nen erlangen.
Nu ;za.l men natuurlijk zeggen- ja maar,
persoonlijk voordeel van dat geweid heef!
do burger allicht niet, zelf schiet hij en
allicht 'L loven bij in en in don tege.uwoor-
digsn lijd is er bovendien alle kans, dat,
wie geweld gebiuikt, zelf mede do dupe
wordt. i
Dit p,lles is ongetwijfeld Waar, doch', wam
neer daartegenover staat oen sterk', wellicht
al le sterk nationaal gevoel, en zoodoen
de oen hooger eigen belang, dan, ligt het
voor de ha.nd, dat het niet zoo gemakkelijk
is voor die motieven een tegenwicht to
geven en da,t dus do vrienden van da
vrede, willen zij de Werking dier motief'
ven opheffen, in de eersta plaats moeten
zorgen voor dit tegenwicht.
Eii door deze redeneoring komen wij op
bet voetspoor van mr. Tydeman weer van
zelf tot do conclusie, die wij al moor op
dezo plaats hebben neergeschrevendat
een verstandige, bezadigde en practiscbo
propaganda voor do vrede-door-rceht-bewe
ging noodig is; (lat die propaganda vrijwel
onnoodig -is in- kleine landen, waar ieder
«ra overtuigd is, docli broodnoodig in de
grootere landen; en dat het oj> den weg
der bewoners 'van de kleine staten ligt
om die propaganda te organiseeren, zote'
dat zij daar nuttig effect beeft, naar zij
vooral noodig is: bij de burgers uit do
groote staten.
Eigenaardige volksvoorlichting
„Het Vaderland"- schrijft:
In „Do Voorhoede" van den boer Aal-
berse bespreekt do redactie de Troon
rede. Dat ze Rie de „ConcentratieTroon
rede" doopt, zij Sr terloops vermeld
als bewijs dat het blad even weinig
begrip heeft van onze consiitutionoelo
instellingen als van de verschuldigde defe
rentie aan de Kroon.
Over de sociale paragraaf heet het:
„Alles hij elkaar: wat de ïro'-nrede
ons over de sociale wetgeving aankon
digt is zeer bedroevend. In gewoon Hol-
Jandsch wil hel zeggen: Do boute groote
verzekeringswetten van minuter Tahna
met zooveel moeite en arbeid tot stand
gebracht worden niet uitgevoerd Om dezo
niot-uïtvoering wettelijk mogelijk te ma
ken, dient minister Treub wijziging-s ont
werpen in. Niet waar, hangende deze
wijzigingen kan hij toch die gioote wetten
niet uitvoeren? Hij zou wel graag, maai
bij moot even wachten tot over dio wijzi
gingen is beslist. Dat, wil zesgenna
eenige jaren, bij leven en welzijn
Aldus mr. Aalber0e's blad op.!, de
eerste bladzijde. Haar op de zesde blad
zijde van heizelfde blad, kond de schrij
ver van de wekelijksclie revue „Oveial
vandaan" ons vertellenOverigens heb
ik met boel veel pleizier de Troonrede
gelezen, want ik heb er bij zitten gieren
van do pret. Daar heeft nu waarach
tig de goe-gemeente zicli uitgedoofd om
minister Talma weg te jagen en ziel
zijn werk wordt eenvoudig voorlgezet
want hierop komen de beloften van minis
ter Treub neer, zij 't dan dat li ij de
socialo wetten wat naar eigen snif wit
veranderen."
Anne lezers van „De Voorhoede,", gij
moet het nu maar uitzoeken, tenzij gij
do redactie getrouw* blijft, die de opvat
ting van den schrijver (v:ui „Overal van
daan" zonder eenig argument in eenj
noot weerlegt met oen: „De Wetten Tal-
ma woiden niet uitgevoerd."
vóór zijn weggaan. Mos wees er dus pp,
dat Imberger uitgegaan was om zijn vropv
op liet bal to ontmoeten. i
Al mijne nasporingen blven zonder re
sultaat. Voor den eiersten, keer ju jmijn
praktijk stond ik voor een schier onop
losbaar raadsel. i
■Meerdere weken verstreken zonder eenig
succes, maar op zekeren morgen werd jk
door mijn chef aan een professor jFerrier
voorgesteld, die mij over de zaak tinberger
wcnschle te spreken.
Toen wij alleen warm begon hij„ik ben
een der oudste vrienden van tinberger en
eerst gisteren van een langdurige buitenland
sehc reis teruggekeerd. Imberger dank ik
mijn opleiding tot dokter, len daarin ziet
u de reden, waarom (ik mij razend ,voor
deze zaak interesseer. Wat denkt tu van
zijn veulwijnon?"
In 't eerste oogenbiik Was ik wel even
verbaasd over dio directe vraag, maar zijn
doordringende! blik dwang mij geen ont
wijkend antwoord to geven en zeido jik:
„Ik geloof, dat hij vermoord is." i
Farrier fronste zijn wenkbrauwen en be
vestigde met harde stem: „Ik ben er zeker
vh,n! Hij is verdwenen, maar men heeft
hem doen verdwijnen; dat is duidelijk. liet
is nu de kwestie ,op welke wijze. Door
apachen?"- 1 1 i
„Dat geloof ik niol," zeidc ik. i
„Wat gelooft u dan?" on weer doorboor
den mij zijn blikken. i
t Ik raakt cin verlegenheid en zocht een
ujtweg: „Ik donk, professor, hm, weet
u, wij van T vak, moeten alles, de meest
Volgens „De Tijd" gaan wij een periode
van schipperspolitick tegemoet.
Zoo zeilen wij inderdaad volop do
pcriodö in van de schipporspoliliek, die
do huik naar eiken wind zal moeten
hangen en drijven naar etko strooming',
opdat zij niet in liet slib van do drahbe
omstandigheden vast zal geraken. Om
elke groep te vriend le houden, ncomt
onaannemelijke mogelijkheden onder oogen
nemen."
Toen zweeg ik.
-„Neon," verklaarde plotseling do pro
fessor, op mijn onuitgesproken gedachte in
gaande, „neen, zij is onschuldig! Jk ken
haar goed! Als u in deze mij geen geloof
schcnkl, -bereiken wij niets."
„Ik onderbrak liem haastig: „IM gaat
in deze zaak om een ouderen heer jen
een zeer jonge vrouw. Hij was rijk, zij arm.
Hij had haar alles vermaakt, dat vist zij.-
Tnsschen tien slopd een knappe, jonge man,
egoïst en zonder scrupules zooals men
zegt haar amant. Do echtgenoot ver-
dwijnt. Dat zegt voor mij alles en als jk
in dozo richting nog geen nnsporingon deed,
dan was dit op hooger bevel, ppdaL ik
eerst allo andere mogelijkheden zou navor-
schon, voordat ik tot dit taaiste overging.
„Neen," herhaalde Fcrrier, „uw coiiclusio
deugt maar voor d helft. Hij alléén is
in staat omDe (ellendeling zoekt'
slechts de jonge vrouw en haar geld,
vooral haar geld I1-' i
„Ueeft u eenig bewijs?" vroeg' ik hom.
Niets, maar 't is uw taak hot le vinden i
Ik sta geheel tot uw dienst, wil mot geld
helpen, indien het noodig is, alles blijft
tnsschen o'ns. Hol allereerst moet het lijk
gevonden cn de moordenaar overrompeld
worden. Hij mo-ot eerst zicli veilig wanen,-
want hij is even achterdochtig als slim
JCort daarna verliet Pernor mij. Ilij had
mij in mijn meeningen vore lork t. Maar elk
bewijsmiddel' ontbrak en eenige mistasting
kon mij dnujr to staan, koinen.
SCHIE D AUSCHë COURANT.
SciIiPPERSPOLlTlEK.