66'u Jaargang. Zaterdag 21 September 1913 No. 14335 Derde Blad Het witte masker. De Interparlementaire Con ferentie. Kamer-afkeer. Uit de Pers. Deze courant verschijnt B a g e I ij k s,- met uitzondering van Zon- en Feestdagen i Prijs per kwartaal: Koor Schiedam en Klaardingen fi, 1,25; franco per post fL 1.65. - Prijs per week: Koor Schiedam en Klaar'dingen 10 cent. Afzonderlijke nummers 2 cent. Abonnementen worden 'dagelijks aangenomen i i 1 Advertentiën voor het eerstvolgend nummer moeten des middags vóór een nur aan het Bureau, bezorgd zijn* 1 Bureau: Lange Haven No. 141 (hoek Korte Haven). I Prijs der A3v'eEtenti5n! Kan 1—6 regels 08,92; iedere regel ïneeï 16 "cents. Reclames 30 cent per regel .Groote letters naar de plaats die zij innemen. Advertentiën bij abonnement op voordeelige voorwaarden. Tarieven hiervan zijn gratis aan het Bureau te bekomen; In de nummers die Dinsdag-,- Donderdag- en Zaterdagavond verschijnen,- worden zoogenaamde kleine advertentiën opgenomen tot den prijst van '40 cents per advertentie, hij vooruitbetaling aan het Bureau te voldoen; Intercommunale Telefoon No. 103. Ilerliaaldelijk is er reeds op aangedrongen, dat men naar middelen zal uitzien om liet lidmaatschap van openbare lichamen toe gankelijk te maken voor iedereen. Dat is tegenwoordig niet het geval, een groot deel van de beste, meest werkzame, meest voort brengende burgers van onzen staat is de facto van zulk een lidmaatschap uitgeslo ten, omdat zij voor alle vergaderingen en buitengewone besognes van de loden dier lichamen den tijd missen. Langzaam aan verandert zoodoende onze geheele staal van karakter. Had men vroe ger oen regcering van beambten, die gecon troleerd en bestuurd werd door een regee ring van ambtelooze burgers, langzamer hand gaan wij naar het bestuur van voor het leven benoemde ambtenaren, die gere geerd worden door voor enkele jaren ge kozen ambtenaren. Hoe weinig wenschelijk die evolutie is, afgezien van elk politiek partijprogram, ligt wel .heel erg voor de hand. Immers het spreekt vanzelf, dat de aldus gekozen ambte naar zelfstandigheid, kennis van zaken op speciaal gebied en voeling met liet dage- lijksch -leven zal verliezen. Uit den aard der zaak wordt zoo'n ambtenaar beroeps politicus, iemand, die met de politiek zijn brood verdient en dus geheel afhankelijk is van zijn kiezers, daar hij met zijn man daat het brood voor zich en de zijnen zou kunnen verliezen. Komt deze man dus tot andere,- eigene inzichten, dan hij had, toen hij gekozen werd, clan staat hij voor de moeilijke keuszijn beginselen over hoord of zijn brood kwijt. En niet alleen dit is het bezwaar. Men- schen, die van de politiek leven, moeten bijna onvermijdelijk de politieke atmospheer vergiftigen. Immers, Jrij hebben persoonlijk groot belang bij verscherping van politieke tegenstellingen, zij hebben er belang bij overal daar de politiek binnen te halen, waar die nog niet geweest Was. zij verbit teren het openbare leven, dat zij noodzake lijkerwijze moeten doen ontaarden. Uit den aard der zaak is de kiezer ook tegenover hen onvrij, omdat velen hem ongaarne het brood uit den mond zullen stooten. Nu zijn wij gelukkig nog lang niet zoover, dat wij in de Tweede Kamer louter van die gekozen ambtenaren hebben. Doch met groote snelheid gaan wij naar zoo'n toe stand toe. Reeds beeft de steeds uitbrei dende werkkring het onmogelijk gemaakt, dat 'de kamerleden elders dan heel dicht bij Hen 'Haag wonen, wat al een groot bezwaar is. En niet minder erg is, dat wij voortdurend meer beperkt worden in onze keuze. Tenzij mén buitengewoon bekwaam en buitengewoon sterk is, kan men tegen- woordig - al niet meer een betrekking van „Een' der eigenaardigste crimineclo ge vallen,- welke ik in mijn praktijk gehad heb, is de geheimzinnige verdwijning geweest van een zekeren mcnec-r tinberger,'-' ertelde op een avond ons de gepen si onnecffde politie- dotectieve Barsin. Nadat hij een diepen haal aan zijn sigaar gedaan bad, vervolgde hij nadenkend: „de geschiedenis is nooit in détails openbaar gemaakt. Zij is trouwens al verjaard en nu bindt mij mijn (lionst- geheim niet meer; ik kan ze ;u weieens meedeelen 'Imberger was een zeer welgesteld on geacht man, die zijn hecle leven niet an ders gedaan had dan koperen deurkloppers verzamelen. Zijn rijke en eng'einoene ver zameling was, naast zijn liefde voor zijn .vrouw, zijn eenige passie. 1 [Toen hij trouwde, was hij al over de veer tig ejh. hij leefde sedert dien drie jaar in gelukkigen echt met zijn vrouw, die twintig jaren jonger was dan hij en heel snóoi. Zij had, dat spreekt wel van zelf, geen cent fortuin. In het vriendelijke voorstadje Passy be woonden 'zij' een beeldige villa, in een moeien'tuin gelegen". Een neof van tin berg woonde bij ham in. Maxence heette deze krachtig-gebomvde dertiger, die, on der voorwendsel da schilderkunst te be oefenen, een vlot leventje leidde en ^ziju eenig gewicht naast het Kamerlidmaatschap waarnemen. Ieder dus, die niet óf wat zijn zaken beireft in een uitzonderingspositie verkeert óf zéér vermogend is, moet bedan ken voor hot Kamerlidmaatschap tenzij hij toevallig ambtenaar is. Ook dit is een groote fout van de tegenwoordige regeling, dal daarbij de ambtenaren zoo Irevooideeld worden. Voor ben wordt een plaatsje open gehouden/wee de lioogere autoriteit, die bet niet zoo zou willen inrichten, dat zij niet elk oogenbliik hun plaatsje aan de staats ruif weer zouden kunnen innemen, ais zij dat'wenschen. Voor den ambteloozen bur ger niets daarvan. Heeft deze zicli een bestaan weten te schoppen, behoort hij dus lot'de krachtig::e en bekwaamste indivi duen, dan is hij in 99 van de, 100 gevallen onmogelijk als Kamereandidaat. Er heeft dus een natuurlijke selectie in omgekeerde richting plaats. Hoe langer hoe meer maken do huidige omstandigheden liet voor de besten onmogelijk om te gaan, daar, waai' de uitstekends te nauwelijks goed genoeg zijn: naar de volksvertcgcnwoor- diiging. En die betreurenswaardige tendentie is daarom nog weer zoo bizonder schadelijk, omdat zij verhindert, dat de volksvertegen woordiging inderdaad het volk vertegen woordigt. De leiders van handel en indu strie b.v. mcnschen toch, die tot zoolang de maatschappij zal zijn omgekeerd de voor naamste scheppers van welvaart zijn, heb ben in de Kamer vrijwel geen toegang meer 1). Zij hebben daarvoor geen tijd, zij hebben daarvoor veelal geen geld en zij (heb ben daarin boe langer hoe minder zin. Nu zou men dit laatste kunnen verwaarioo- zen als men hier alleen sprak van het amu sement dez'er heeren. Vinden zij het verve lend zoo zal men zeggen dan moeten zij' maar wegblijven. Doch deze rodeneering gaat niet op. Hen mag van serieuze mensehen eischen, dat zij desnoods vervelende beraadslagingen aanhooren. Doch mag men eischen, dat zij eindclooze redevoeringen aanhooren, die voor de propaganda bedoeld zijn of voor hot lijmen van kiezora, dat zij getuige zijn van eeuwigdurende handigheidjes in het hanteeren van reglementen, dat zij de dis cussies over allerlei futiliteiten volgen, die zij in hun eigen zaken volmaakt terecht aan technici of ondergeschikten zouden overlaten'? 1 Het komt ons voor, dat dit niet geëischt mag worden, het komt ons voor. dat liet. Nederiandschc voik zijn Kamer, zijn ver tegenwoordiging zoo behoort in te rich ten, dat ieder met wat opoffering van tijd Een voorbeeld uil den Duitschon Rijksdag, dat van de snelle (ongunstige) ontwikkeling in deze materie een goed beeld geeft, leert, dat daar in 1907 van de 397 leden 54 feitelijke vertegenwoordigers van handel en industrie waren, tegen in 1912 nog maar 26. - 1 niet onbelangrijk vermogen in Parijs en elders doorbracht. Ondanks zijn bon-vivnnt- achligo hoedanigheden wist hij liet ver trouwen van den goedhartigon oom I in burger te behouden, die hem ten plotte in zijn huïs had opgenomen. ïPe jonge vrouw, die eei'st niet .erg' inge nomen was mót de vriendschap tnsschen oom en neef, raakte er, allengs aan gewend, zélfs mocht zij hem meer en jineer. Zoo was het leven der di-ie zoor ^enbegdijk tot op het oogenbiik, waarop de gebeur tenis plaats greep, ;Op zekeren avond ging mevrouw Imbr-r- gér alleen naar een gocostumeerd bal, met volle instemming van haar m'an, die voor die soort uitgangetjes geen smaak meer hiid. Hij ging haar echter wel steeds halen en ook dozen, keer had hij beloofd om één uur present te zijn. ''Een uur sloeg, half tWee, twee uur, maar Inibergor verscheen piet. De jonge vrouw werd ongerust, kennende de accuraatheid van haar echtgenoot. Vergeefs trachten haar kennissen haar gerust te stellen, maar zij wensclite naar huis te gaan, en ,twee puwöre vrienden van haar man gaVen haar geleide. 1 In do stiile, kleine villa te Rassy Was fmberger ook niet. De bedienden, uit den slaap wakker geklopt, verklaarden, dat me neer zijn rok had aangetrokken en om elf uur naar zijn studeerkamer was ge gaan, om tot middernacht.' nog! te werken. Zijn kamerdienaar had zijn overjas klaar gelegd en zich daarna, met de ^andere be diend-én, ter ruste begeven. Do neef, Maxence, was in do stad gaan soupeer en en van gemak de vergaderingen zou kunnen bijwonen. En daaraan ontbreekt vrijwel al les. Wal men goed Kamerlid zijn, dan kan men tenzij men een zeer buitengewoon man ia niet alleen niet zijn zaken bijhou den, docli dan moet men zelfs afscheid ne men van alle studie, elke serieuse liefheb berij, dan kan men aftéén politicus zijn Dit wooul, opgeteckend uit den mond tvnit een onzer beste staatslieden, spreekt boekon. Aan ons de haak om te trachten daarin verandering te brengen, die wel in de eer ste plaats zal kunnen worden bereikt door krachtige beperking van de Kamer-bemoeie nissen. Hebben wij onlangs hier moeten spre ken van onzen indruk van het groote vre descongres, die verre van gunstig was, de interparlementaire conferentie, die daarop in tiet begin dezer maand gevolgd is, heeft beter indruk achtergelaten. En al zal van deze 18de conferentie al evenmin voel di rect nut la verwaaiden zijn als van do vorige, zij heeft toch meer den indruk van een krachiigen wil gegeven dan dit vredescongres. Al dadelijk onderscheidt deze interparle mentaire conferentie zich daardoor gunstig van de andere, dat niet. Jan en alleman er op allerlei stokpaardjes kan komen rond rijden. Docli is hel niet merkwaardig, dat zich toch ook hier de bezwaren van.de populariteit van die coniercnlio doen ge voelen. Sedert 1908 hebben deze conferen ties, zooals men weel, een bureau. Hen is er zoodoende in geslaagd de aan de orde komende vraagstukken meer systematisch te .rangschikken. Hen doet die vraagsiuk- ken bestudeereii door veelzijdig samengCr stolde commissies. En zoodoende krijgt men uitstekende rapporten. Doch in do open bare vergaderingen is nu het debat niet op de hoogte, van dit voortreffelijke werk, daar zijn toch weer te veel dileLtanton1 aan "het woord. En dat bezwaar is moeilijk- te ondervangen, omdat ook deze dilellanttenj tocli altijd weer het-goedcAviiiendo parle mentsleden zijn, omdat het van groot be lang is om deze vereonigmg, wier leden aantal in zoo bizonder hooge mate is ge stegen, bijeen te bonden en om de leden der verschillende parlementen in do ge legenheid ie stellen elkaar te ontmoeten. Merkwaardigerwijze heelt inlusschcn ook op deze conlcrenlies ons het allerminst getroffen de voortreffelijke opcnings-rede'i voering van den voorzitter, bet Tweede Kamerlid ïydeman. Als do bedoeling van dit congres alleen maar ware gewoest om deze rede tot haar recht te doen komen, dan zou hot doel al bereikt zijn. En ook al beeft men stemmen gehooni, dio dezo retle te pessimistisch noemen, over hoi) geheel zullen de leden toch moeten hebban erkend, dpi dejze uitnemende Hollander luer do zaken liet zien, zooals zij indordamj waren. >Dat jvij 'u de vredesbeweging nog lang en was stellig nog in het .Clubgebouw, vaan- van hij meestal niet eerder dan vier uur 's'morgens terugkeerde. In iict vroege .och tenduur kwam Max once dan'ook thuis ,en loonde zicli uitermate ontdaan over het vcidwijmm van zijn oom. f Nog dienzelfden moi'gen werd mij het onderzoek in deze zaak opgedragen, 't pVl I-eieerst onderzocht ik do geheele villa, jou den tuin. Vergeefs I Ik hoorde liet perso neel uit. NietsOp1 al mijn vragen aan 'ti jonge vrouwtje, kreeg ik aldoor iniefs anders ten antwoord, dan de snikkende woorden„ik weet mets. Hij had beloofd to komen, hij is niet gekomen. Ik smook u, zoek u voor mij, vind hein! De neef Maxence, uiterlijk zeer ontdaan, hielp mij trouw bij do huiszoeking en slond mij ter zijde by mogelijke ophelderingen. -Hij loofde onder tranen zijns ooms goedheid, spiak van hot interesse-, dat deze sljechts had voor zijn vrouw, voor zijn.verzameling, voor hemzelf, die zijn ooni) alles te danken had. Ondanks deze verzekering liot ik niet na informaties in to stellen naar het pri vate leven van den lieer tinberger. [Maar een zoogenaam privaat leven had hij niet gevoerd. Zijn heoic bestaan was doorzich tig. Hij had geen vijanden noctTpoliteke tegenstanders; hij was overal) gezien. Ook had hij geen groot-ei sommen toevallig [1 zijn bankier opgenomen, en bij zijn verdwij rum log er nog' een belangrijke som in zijn bureau. Uit zijn garderobe onlbrak niets, niets dan zijn rak-pak en zijn overjas, cfie door don dienaar klaar waren geleed en lang niet zoover zijn als allerlei enthou siasten en dichters en poëtici van den kou den grond meenen, behoort toch wel eens heel duidelijk gezegd 1e worden, want al die oppervlakkiger! verhinderen ons de moeilijkheden te zien, waar zy inderdaad zijn. En zoolang men de moeilijkheden niet hoeft waargenomen, kau men zich onmoge lijk opmaken -om die met succies te over winnen. Met name in de kleine landen schijnt het bizonder lastig te zijn den mensrhen duidelijk te maken, dat gelijk de heer Tydeman het noemt er eerst nog een revolutie in de denkbeelden moet komen, voordat or sprake zal kunnen zijn van een algemecue opinio ten gunste van do vrede-door-trecht. En dat de geesten in die kleine landen, voor deze waarheid niet toegankelijk zijn, ligt voor do band. Men kent niet anders dan mcnschen, die, de wereldvrede gaarne boe eerder hoe beter zien komen. Ieder een verwacht van deze verandering ver mindering van financieele lasten, velen ver-, mindering van persoonlijke lasten. Terwijl de burger van den-kleinen staal, tenzij hij toevallig geweerfabrikant is, absoluut niets te verwachten heeft van het geweid, dal hem ten slotte als de vccl-zwakke-re al tijd achteruit moet brengen. Er is d'us vrijwel geen enkel voor da groote meerderheid toegankelijk motief om niet van ganscher harte te wensehen, dat do vrede-door-recht-lrewoging zegeviert. En nu meent men natuurlijk, dat, waar deze algomeene opinie zoo algemeen en zoo sterk is in de onmiddellijke omgeving, zij dat ook elders zal zijn. Doclï da,t is natuurlijk niet hel geval. Overal waar bot volk groot is of waar bet grondgebied nog niet zoo groot is of waar hef grondgebied nog niet zoo definitief verdeeld, de krachten zoo nauwkeurig tegen elkaar zijn afgewogen als in ons deel van do .aarde, daar ka.n do burger nog wel ccnig heil verwachten van, eenig voordeel zien jin dien burger te overtuigen, dat hij vrijwillig jafstand moet doen van die kans om door geweld zekere voordeden te 'krij gen, die hij door het recht niet zou kun* nen erlangen. Nu ;za.l men natuurlijk zeggen- ja maar, persoonlijk voordeel van dat geweid heef! do burger allicht niet, zelf schiet hij en allicht 'L loven bij in en in don tege.uwoor- digsn lijd is er bovendien alle kans, dat, wie geweld gebiuikt, zelf mede do dupe wordt. i Dit p,lles is ongetwijfeld Waar, doch', wam neer daartegenover staat oen sterk', wellicht al le sterk nationaal gevoel, en zoodoen de oen hooger eigen belang, dan, ligt het voor de ha.nd, dat het niet zoo gemakkelijk is voor die motieven een tegenwicht to geven en da,t dus do vrienden van da vrede, willen zij de Werking dier motief' ven opheffen, in de eersta plaats moeten zorgen voor dit tegenwicht. Eii door deze redeneoring komen wij op bet voetspoor van mr. Tydeman weer van zelf tot do conclusie, die wij al moor op dezo plaats hebben neergeschrevendat een verstandige, bezadigde en practiscbo propaganda voor do vrede-door-rceht-bewe ging noodig is; (lat die propaganda vrijwel onnoodig -is in- kleine landen, waar ieder «ra overtuigd is, docli broodnoodig in de grootere landen; en dat het oj> den weg der bewoners 'van de kleine staten ligt om die propaganda te organiseeren, zote' dat zij daar nuttig effect beeft, naar zij vooral noodig is: bij de burgers uit do groote staten. Eigenaardige volksvoorlichting „Het Vaderland"- schrijft: In „Do Voorhoede" van den boer Aal- berse bespreekt do redactie de Troon rede. Dat ze Rie de „ConcentratieTroon rede" doopt, zij Sr terloops vermeld als bewijs dat het blad even weinig begrip heeft van onze consiitutionoelo instellingen als van de verschuldigde defe rentie aan de Kroon. Over de sociale paragraaf heet het: „Alles hij elkaar: wat de ïro'-nrede ons over de sociale wetgeving aankon digt is zeer bedroevend. In gewoon Hol- Jandsch wil hel zeggen: Do boute groote verzekeringswetten van minuter Tahna met zooveel moeite en arbeid tot stand gebracht worden niet uitgevoerd Om dezo niot-uïtvoering wettelijk mogelijk te ma ken, dient minister Treub wijziging-s ont werpen in. Niet waar, hangende deze wijzigingen kan hij toch die gioote wetten niet uitvoeren? Hij zou wel graag, maai bij moot even wachten tot over dio wijzi gingen is beslist. Dat, wil zesgenna eenige jaren, bij leven en welzijn Aldus mr. Aalber0e's blad op.!, de eerste bladzijde. Haar op de zesde blad zijde van heizelfde blad, kond de schrij ver van de wekelijksclie revue „Oveial vandaan" ons vertellenOverigens heb ik met boel veel pleizier de Troonrede gelezen, want ik heb er bij zitten gieren van do pret. Daar heeft nu waarach tig de goe-gemeente zicli uitgedoofd om minister Talma weg te jagen en ziel zijn werk wordt eenvoudig voorlgezet want hierop komen de beloften van minis ter Treub neer, zij 't dan dat li ij de socialo wetten wat naar eigen snif wit veranderen." Anne lezers van „De Voorhoede,", gij moet het nu maar uitzoeken, tenzij gij do redactie getrouw* blijft, die de opvat ting van den schrijver (v:ui „Overal van daan" zonder eenig argument in eenj noot weerlegt met oen: „De Wetten Tal- ma woiden niet uitgevoerd." vóór zijn weggaan. Mos wees er dus pp, dat Imberger uitgegaan was om zijn vropv op liet bal to ontmoeten. i Al mijne nasporingen blven zonder re sultaat. Voor den eiersten, keer ju jmijn praktijk stond ik voor een schier onop losbaar raadsel. i ■Meerdere weken verstreken zonder eenig succes, maar op zekeren morgen werd jk door mijn chef aan een professor jFerrier voorgesteld, die mij over de zaak tinberger wcnschle te spreken. Toen wij alleen warm begon hij„ik ben een der oudste vrienden van tinberger en eerst gisteren van een langdurige buitenland sehc reis teruggekeerd. Imberger dank ik mijn opleiding tot dokter, len daarin ziet u de reden, waarom (ik mij razend ,voor deze zaak interesseer. Wat denkt tu van zijn veulwijnon?" In 't eerste oogenbiik Was ik wel even verbaasd over dio directe vraag, maar zijn doordringende! blik dwang mij geen ont wijkend antwoord to geven en zeido jik: „Ik geloof, dat hij vermoord is." i Farrier fronste zijn wenkbrauwen en be vestigde met harde stem: „Ik ben er zeker vh,n! Hij is verdwenen, maar men heeft hem doen verdwijnen; dat is duidelijk. liet is nu de kwestie ,op welke wijze. Door apachen?"- 1 1 i „Dat geloof ik niol," zeidc ik. i „Wat gelooft u dan?" on weer doorboor den mij zijn blikken. i t Ik raakt cin verlegenheid en zocht een ujtweg: „Ik donk, professor, hm, weet u, wij van T vak, moeten alles, de meest Volgens „De Tijd" gaan wij een periode van schipperspolitick tegemoet. Zoo zeilen wij inderdaad volop do pcriodö in van de schipporspoliliek, die do huik naar eiken wind zal moeten hangen en drijven naar etko strooming', opdat zij niet in liet slib van do drahbe omstandigheden vast zal geraken. Om elke groep te vriend le houden, ncomt onaannemelijke mogelijkheden onder oogen nemen." Toen zweeg ik. -„Neon," verklaarde plotseling do pro fessor, op mijn onuitgesproken gedachte in gaande, „neen, zij is onschuldig! Jk ken haar goed! Als u in deze mij geen geloof schcnkl, -bereiken wij niets." „Ik onderbrak liem haastig: „IM gaat in deze zaak om een ouderen heer jen een zeer jonge vrouw. Hij was rijk, zij arm. Hij had haar alles vermaakt, dat vist zij.- Tnsschen tien slopd een knappe, jonge man, egoïst en zonder scrupules zooals men zegt haar amant. Do echtgenoot ver- dwijnt. Dat zegt voor mij alles en als jk in dozo richting nog geen nnsporingon deed, dan was dit op hooger bevel, ppdaL ik eerst allo andere mogelijkheden zou navor- schon, voordat ik tot dit taaiste overging. „Neen," herhaalde Fcrrier, „uw coiiclusio deugt maar voor d helft. Hij alléén is in staat omDe (ellendeling zoekt' slechts de jonge vrouw en haar geld, vooral haar geld I1-' i „Ueeft u eenig bewijs?" vroeg' ik hom. Niets, maar 't is uw taak hot le vinden i Ik sta geheel tot uw dienst, wil mot geld helpen, indien het noodig is, alles blijft tnsschen o'ns. Hol allereerst moet het lijk gevonden cn de moordenaar overrompeld worden. Hij mo-ot eerst zicli veilig wanen,- want hij is even achterdochtig als slim JCort daarna verliet Pernor mij. Ilij had mij in mijn meeningen vore lork t. Maar elk bewijsmiddel' ontbrak en eenige mistasting kon mij dnujr to staan, koinen. SCHIE D AUSCHë COURANT. SciIiPPERSPOLlTlEK.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Schiedamsche Courant | 1913 | | pagina 9