66* Jaargang Zaterdag 20 December 1913 407 m Tweede Blad Uit de Tweede Kamer. Het kind van haar droomen. &ff W Doze courant verschijnt dagelijks, met uitzondering ran Zon- en Feestdagen, Prijs per kwortaah Voor Schieda m en Ylaardingen fl. 1.25, franco per post fl 1-65. Prjjs per week: Yoor Schiedam en Ylaardingen 10 cent, - Afzonderlijke nummers 2 cent. Abonnementen worden dagelijks aangenomen, 'Advertentiën voor hot eerstvolgend nummer moeten des middags vóór een nur aan het Bureau bezorgd zijn. Bureau: Lange Haven No, 141 (hoek Korte Haven). Frijs der Advertentiën! Van 16 regels fL 0.92; iedere regel meor 15 cents. Reclames 80 cent per regel. Groote letters naar de plaats die zij innemen, Advertentiën bij abonnement op voordeelige voorwaarden. Taxieven hiervan zijn gratie aan het Bureau te bekomen, In de nummers die Dinsdag-, Donderdag- en Zaterdagavond verschijnen,- worden zoogenaamde kleine advertentiën opgenomen lot den prijs van 40 cents per advertentie, bij vooruitbetaling aan het Bureau te voldoen. Intercommunale Telefoon No. 103. En 7.oo is het nu alles peis en vree. Na den heer Lobman is ook de heer Loeff gekomen, cn die heeft namens de Roomsch Katholieke Kamerfractie zoo onomwonden verklaard, dat, na de verklaringen van de llegeering, voor haar alle reden om geen zitting in de Staatscommissie te willen no men,"was vervallen, dat van Links luide bravo's hem tegemoet kwamen. En wat ook zeer veel zegt, door geen van de fracties van Links is de houding van den Minister gedesavoueerd, zoodat de zaak er gunstig voorstond. liet werd in de gegeven omstandigheden voor den heer Van der Voort van Zijp een uiterst moeilijke positie om vol te hou den dat voor de anti-revolutionnairen het zitting-nemen in do Staatscommissie heslist onaannemelijk was; maar kon hij andci.s, waar Dr. Kuvper den dag te voren, d. i. Vrijdag 13 December in het interview met den Haagschen redacteur van „De Tijd" verklaard had, dat hij van geen toegeven weten wilde. Op dien gedenkwaardigen dag kregen wij van den leider der anti-revolu- tionnaire partij te hooren, dat hij niets toegaf, dat hij zijn volle recht vroeg en dat, om dit te kennen, geen Staatscornjnis sie noodig was. Hij bleef bij zijn meening, dat Rechts niet tot de Commissie kon toe treden, e^n compromis sloot toch volgons hem altijd in: een gedeeltelijk toegeven van heide zijden, en daarin kan de anti- revolutionnaire partij niet treden. Het vei- baasde dan ook niemand Zaterdag 1.1., dal de voorzitter der anti-revolution na ire Ka merfractie nog allerlei bezwaren opwierp, die voor de heeren lobman en Loeff niet meer bestonden, maar men kon hooren en voelen dat het niet van harte ging. Tot Maandag 1.1. ineens do tijding kwam, dat de anti-revolutionnaire Kamerfractie na af loop der Kamerzitting had vergaderd, en besloten zich wèl voor de Staatscormnis sie beschikbaar te stellen. En 's avonds kwam Dr. Kuyper in „De Standaard" zijn draai annonceeren. Na eerst een pluimpje te hebben gegeven aan den heer Van der Voort van Zijp, die van zooveel beter po litiek inzicht had blijk gegeven dan de heeren Lobman en Loeff, daar dezen den wede hadden geteckencl vóór moeite was gedaan het uiterste te verkrijgen wat te bereiken was, wordt als reden voor volte-face opgegeven, dat do president-Mi nister in tweeden termijn iets meer be loofd zon hebben dan in zijn eerste rede. En wel dit, dat ook het vraagstuk of er gelijkstelling zal wezen ook.wat de Gemeen tekas betreft, niet buiten de discussies zal staan. We hopen, dat dit een vergissing is, want anders zou het opzettelijke misleiding wezen. Minister Gort van der Linden kon in tweeden termijn niet nog een of ander onderwerp tot de discussie toelaten, dat bi] in eersten termijn had geweigerd, en wel om deze eenvoutige reden, dat hij van meet af aan de Staatscommissie geheel vrij heeft gelaten, zoowel in de bepaling van haar veld van onderzoek als in liet nemen van haar conclusies. Het wit ons dan ook vporkomen, dat de vollc-face van den hoer Kuyper slechts noodgedrongen geseh.cdt; dat de houding van de heeren Lobman en Loeff hem ge steld heeft voor de keuze: zich onderwor pen of de coalitie verbroken Of hij in dm positie is gebracht, doordat hij verzuimd hoeft overleg te plegen mot do leiders der bondgenooten, of doordat hij den invloed van het door hem gegeven parool over schat heeft, is ons natuurlijk onbekend En wie het slechtst er afkomt is zeker de heer Van der Voort van Zijp; hel is werkelijk geen benijdenswaardige positie voorzitter van de anti-revolutionaire Ka- mordub te wezen met den geweldigen lei der achter zich, en vooral, als die leider u dan niet op de hoogte houdt van zaken l!at is toch wel zeker, dat de heer Van der Voort van Zijp Zaterdag i. nog niet met de wetenschap gewapend was, waarvan Dr. Kuyper het eigenlijk van liet afhangen of ook de antirevolutionaire Kamerclub in de Staatscommissie zitting zou nemen, want anders had hij natuurlijk na do .slot rede van den Min. even nog 't woord hebben moeien nomen, om te verklaren, dat ook de bezwaren van zijn partij waren opgeheven. En dat heeft hij niet gedaan, en het ergste is, dat om het ongelukkige figuur, dat de president van de antirevolutionaire Kamer fractie in deze maakt, niemand zich zal bekreunen, daar in zijn partij alle eer is voor Dr. Kuyper. I Enfin, dat alles is eigenlijk water, dat onze deur voorbij gaat; van oneindig meer belang is het, dat nu de eerste stap, en een llinke ook, gezet is op den weg, die voert naar beëindiging van den schoolstrijd. In dat opzicht zal de 11de December een van de gedenkwaardigste data blijven in de geschiedenis van het Nederlandscho volks onderwijs. We beliooren riiel tot die lieden, die al hei roepen vóór zo de brug heb hen; wij zeggen niet, dat we er met de Staatscommissie al zijn, daarvoor zijn we ons te zeer bewust, dat het vraagstuk haar ter oplossing geboden, tal van moeilijk: kanten heeft, al willen wij cr dadelijk aan herinneren, dat ook hier de weg het gemak kelijkst zal gevonden worden door hen, die ernstig willen. blaar zelfs als onverhoopt de hemel behoede ons daarvoor echter de Staats commissie liet gewenschto doel niet mocht hereiken, dan is er loch veel verkregen. De heer Lohman heeft het zoo juist gezegd Zij lag doodstil, met half gesloten oog leden staarde zij voor zich uit'. Wat was dat vreemde schijnsel toch Heel lang geleden, toen ze nog een kind was, had ze eens een groote gouden ster van datzelfde licht aanschouwd. Om haat- heen hing een zwoele lucht van geurende kamperfoelie, evenals toen. Misschien was het wel dezelfde ster, misschien. Even kwam er nu een zacht gedrui.sch. Tusschcn haar en do ster gleed een vrou wengestalte door. Zij begreep opeens; de ster was de door een kap getemperde nacht lamp .in haar kleedkamer, de vrouw was haai- verpleegster. Langzaam liet zij haar oogleden zinken tot op haai- bleeke wangen. Zij voelde dat haar verpleegster naar haar koek; zij bleef niettemin onbewegelijk. Zij hoorde de deur opengaan en hoorde een mannenstem, - vreemd gedempt, „Hoe staat het er mee, miss Stone?" „Zij ligt nog in bezwijming, dokter, se dert middernacht." „Zoo!" Zij voelde koele vingors haar pols om vatten, maar zij gaf geen levensteeken. Zij lachte binnen in zichzelve. Men dacht, dat Z1.f bewusteloos was, maar haar geest was 7-oo helder als de hunne, helderder mis schien wel. Zij voelde wonder licht en luch tig, alsof zij, ontdaan van 't lichaam, alléén maar geest was, die abnormaal duidelijk 1 en helder, alle geluiden in de kamer be greep. De gedempte stem van den man brak haar gedachten af, toen hij sprak: „Mocht zij vóór den morgen haar be wustzijn terug hebben, dan is er nog hoop Naar alle waarschijnlijkheid komt er geen verandering binnen hot eerste uur. Het zou goed zijn De verpleegster en de doktor verdwe non in de naaslbijgelegon kamer. Voor een oogenblik nog hoorde zij hunne zachte stem men even na-klinken; toen volgde de dofte slag van een toegetrokken deur. Langzaam sloeg zij haar oogen op. l)i zacht-hrandendc lamp glansde als een gou den ster. De verpleegster zat er naast, haai hoofd rustte in haar hand. Opnieuw glimlachte de vrouw zwakjes, zonder haar lippen ook maar oven te ver roeren. Men geloofde, dat zij nog weg was, in het verre land van schaduw en duister nis, waarin zij nu zoo laag reeds had rondgetast, liet schenen jaren, voordat zij den roep: had verstaan om terug te gaan. Zij herinnerde zich die lange, donkere heu vols met den koudon wind, striemend haar gezicht, en den klank van snikken in haar oor den klank van haar eigen snikken, als zij terug ijlde, naar huis terug. Toon plotseling had zij een slem in de donkerte gehoord en zij had haar oogon geopend om do lamp te zien, do verpleegster, cn het groo'.o, witte bed. Zij gevoelde zich merkwaaulig helder cn gespannen, alsof zij op iels wachtte, iemand verwachtte. Maar de sterke geur dor kam perfoelie drukte loodzwaar op haar; hel licht verdoofde cn opnieuw voelde zij zich do heuvels opklimmen, voelde den schei pen wind haar gezicht striemen, biet alk inspanning worstelde zij om den terugweg te vinden, toen z'ag zij opnieuw het licht en het knikkende hoofd der verpleegster. Zij moet nog even wachten misschien mot zoo heel lang moer. Zij draaide haar hoofd wat op zij, totdat zij een. warm, ,0ok voor de Rechterzijde zal het misschien van groot belang zijn, dat een Linksch Kabinet dat uitdrukkelijk gezegd heeft de vrijzinnige beginselen te zijn toegedaan, een Kabinet dat samengesteld is ik zeg hot met eerbied uit vogels van diverse plui mage, hier openlijk verklaart, dat de wensch dien wij koesteren is een rechtmatige wensch. Reeds dit alleen is c-en reden, waar om wij dit Kabinet dank kunnen zeggen. Ook wanneer niets anders tot stand kwam zou ik nog zoggen, dat wij daarin vee! gewonnen hebben, dat dit van die plaats door die mannen is gezegd." Zoo is het, het plan tot finale oplossing wm do school kwestie ligt thans op de tafel der natie, on of het lang zal duren of kort zal duren dat dit plan werkelijkheid wordt is slechts een kwestie van tijd, en is thans na het gestelde precedent geen regeering meer mo gelijk, die daarmee geen rekening zou hou den. Door de goeden afloop van de zaak is zeker het Kabinet Gort van der Linden aan merkelijk steviger in zijn grondslag. Ook Rechts heeft er thans belang bij dit minis terie niet zonder zeer geldige reden het loven (e verkorten, en naar het ons voor komt z-tl ook deze overweging Dr. Kuyper huiverig gemaakt hebben zich neer te leg gen Lij een beslissing-, die pais en vree allemt. De leider der Anti-revolutionairen toch is een bekwaam man, laten wij ge nist zeggen een geniaal man, aan wiens buitengewone gaven wij gaarne alle recht laten wedervaren, maar de eenheid van de Kodcrlandsche natie wil hij zeker niet, hij wil de antithese op politiek gebied eer der verscherpen dan verzachten; al zijn geschriften getuigen er van. Wij hebben \uor ons liggen zijn Depu- talenrccl-e „Wij Calvinisten" op 22 April 1909 te Utrecht gehouden, waarin hij liet volhouden van de anti-tlicscpolitiek ten sterkste bepleit, aldus positie kiezende tegen den heer Heemskerk, die zeker gematigd ware blijven regeeren, als Ljj niet voor Dr. Kuyper do vlag had moeten strijken. En dan treft hot, dat de tweedracht, dooi de anti-these gezaaid, door hem goed ge praat wordt met con beroep op den Chris tus zelf, op diens woord „dat hij geko men was niet om deij vrede te brengen, maar hel zwaard." Eu dan wordt er nog ado nadruk opgelegd, dat hiermee niet al leen strijd in het hart, maar wol waar lijk ook in het leven bedoeld is, en daar voor een beroep gedaan op een ander woord van .Tezus: „Van nu aan zullen er vijf in één huis vergaderd zijn, drie tegen twee en twee tegen drie." behngelijk putje in haar kussen vond. Toen, toen wist zij -waarom, zij was teruggeko men. Wat was zij blij! Een overstelpend ge voel van intens geluk doortrilde haar heele zijn en biacht glans van bijzondere schoon heid op ha.u- smal gezichtje, want op den drempel van haar deur stond: het kind, dat zij zich altijd in haai' droomen liad gewensclit. Zij had hem nooit tevoren nog gezien, maar haar hart had altijd hem gekend. Dat leed geen den minsten twijfel. Zij wist precie^, dat hij geen andere dan zulke donkere krulletjes, zulke ernstige, blauwe oogen moest hebben. Zij wist ook, dat toctp hij tot haar glimlachte, hij in zijn wangetjes kleine kuiltjes zou vertoonen. En zij lag nu maar naar hom lo kijken; do lange, eenzame jaren, die achter haal lagen, de jaren, waarin, hij slechts in liaar droomen had geleefd, trokken langzaam aan haar gee.-desoog voorhij.Toch voelde zij nu geen bitterheid over zijn late komen tol haar, slechts groolo zaligheid dat hij gekomen was eindelijk 1 TT ij kwam haastig op haar af on in een snelle aandoening van tecderhcid omsloot zij zijn fijne, krachtige gestalte. '0, dat het nog niet lo Iaat mocht zijn, dat zij hem nog mocht zien volwassen worden I Zij smoorde de opkomende spijt, cn haar oogen waren klaar en mooi, toon hij, tegen haar hod aangeleund, haar aanzag. ,,Je riep me terug waarom?" vroeg zij hem, terwijl zij met haar hand door zijn kruikkopje streek; zij had verlangen, naar zijn slem. „Weet je," antwoordde hij met zonder lingen ernst, haar hand togen zijn van- gc:je aandrukkende, „weel je, de heuvels waren zoo donker en koud cn ik had be hoefte om je te steunen voor goed." Waarlijk, wie er zoo over denkt, maakt in de Nederlandsche natie nog a'tijd onder- selieid tusschen kinderen Gods en kinderen der mensdien, en bekreunt zich uit den aard der zaak weinig om de vraag, of door het op de spits drijven van verschillen m levensbeschouwing, ons volk niet beroofd wordt van samenwerking van bon, die in politiek en godsdienst verechillemte, tecli in de brcede, zeer breede neutrale zóne de handen kunnen ineen slaan. liet is daarom dat wij van de nnli-ievo lutionaire partij, gegeven haar blinde ge hoorzaamheid aan dr. Kuyper, zeer weinig verwachten in zake medewerking aan de finale oplossing vim den schoolstrijd. Als Wij on-5 hierin vergissen, zal het on« hij- zonder aangenaam zijn, maar wij kunnen niet vergeten, dat al is dr. Kuyper nu bijgedraaid, dit niets veranderf aan zijn uiting, dat hij niet wil weten van eenig com promis, dat is van een overeenkomst, waar bij heide partijen iets van haar wenschen laten vallen. Gelukkig, dat de katholieken en de chistehjkhistorischen heel wat loya ler houding aannamen. Het ministerie G'ort van der Linden staat zeker ook sterk door de mannen, die er in zitting hebben. Maar ook hier moeten wij een reserve maken, en wel voor den heer Bertling, minister van financien, die Maandag 1.1 zeker geen gelukkige dag heeft gehad. Het ging om de verhooging van den post salarissen van de beambten der Rekenkamer, op welke verhooging de heer ter Laan had aangedrongen, liet bleek dien bewindsman toen onbekend te zijn, dat c-en minister het recht heeft zijn begroeting»- posten ook gcklureude de discussie te wij zigen en te verhoogen, en dat moest hem door den altijd wehvillendpn heer Van By- landt, die vlak bij de ministerstafel stond, duidelijk gemaakt worden. Dat is nu alles zoo hel erg niet, en wij schrijven dat alle- gaarne op gemis aan parlementaire rou tine. Maar vnl ons niet zonder bedenking voorkwam was, dat deze bewindsman zoo mir nichts dir nicht? rian het zaakje terug werkende kracht zou liehhen gegeven, als de lieer Do Meester hem niet gered had uit den strik, die de heer Ter Laan hem spande, al maar door lofziagende op liet „rechtvaardigheidsgevoel" van den minis ter, die daardoor meegesleept, alleszins geneigd bleek hel hoofd ia den strik te steken. 1 i En in het algemeen mankeert er aan de zen minister het „ick en weet niet wat dat ons doet afvragen of dat nu de figuur is die in dit ministerie wel de zwaarste portefeuille torscht, en wel die van finan- „Ivendo je me dan?" „O ja," antwoordde hij eenvoudig, „ik zag je 'van 'den overkant. Ik zocht jou voor mij uit, lang voordat jij iets vermoedde over mijn mogelijk bestaan." Hij lachte teer, zijn lipjes streelden haai- hand. „Ik hen nu al twaalf!" Twaalf! Dus zoolang had zij' al van hem gedroomd! Hij was reeds bijna een man geworden en in staat om voor haar lo Zorgen! En 'hoe- goed deed hot niet om verzorgd te 'wordenWat al lange jaren van eenzaam vooruit-moeien kende zij, waarin zij slechts gehad had haar eigen, eenzame droomen; waarin,,.. „Denk daar niet aan," zeido do kleine jongen uit hel droomenland. „ïk ben er nu, dat is genoeg. Kom met mij mee, 'tis bijna ochtend. Komt" Hij glimlachte toen hij zijn stevigen arm onder haar hoofd schoof. Langen tijd was zij lo moe geweest om zich ook maar iets to bewegen; soms zelfs was de inspanning haar te groot om de oogleden open te doen. Maar nu, nu voelde zij zich licht en luchtig en vol opgewekt heid, alsof haar lichaam haar ontvlodeil was en haar ziel als een heldere vlam brandde. Zij voelde zich zoo jong en sterk als op dien avond, lang geleden, toen zij, als klein meisje, de gouden ster had aan schouwd. Zij was blij, blij dat do jaren voorhij waren gegaan, dat zij nu was een passend kameraadje voor het kind, den „kleinen jongen", die eindelijk was geko men! Met zijn hand in do hare, stond zij op. llnnd in hand gingen zij1 naar de deur. Daar hield zij stil cn keek terug. In do kamer gloeide do overkapte lamp flauwtjes, do verpleegster zat erbij, nog met gebogen hoold. i „Het is bijna morgen," herhaalde het ciën. Minister Cort van der Linden en Mi ni-ter Troub hebben ook een taak, die niet wjr de poes is, de cerate m do lei ding van de algemeene politiek, de Luttele in de sociale voorzieningen, maar dat zntt nu euimaal bekende mannetjes putter» eer ste klasse. Maar de heer Iteming, welk is loep ook van hem moge uitgaan als kun dig financier, een roep die wol alle-zri» verdiend zal wezen, gaf oru tol heden te* nog met de overtuiging, dri tij re at A zal zijn met klem van redenen zijn pin nen van achter de groene tafel te vei Ie li- gen. We hopen natuurlijk dat we on» blei- in vergissen, do portefeuille toch, die dezm bewindsman is loeverfiouwd is rooi al in deze omstandigheden vart zoo buitengewoon verf gewicht, d: t ook een eerste klas-e vn- dediging buitengewoon gewensclit is van hetgeen op financieel gebied zil moeien worden vei richt. Wc hebben in h"t vorige Kabinet aan Generaal Cool gezien, boe men prima vakman kan wezen zonder nu puM voor liet ambt van ïnnnslei m de wieg gelegd te zijn, en toen de heer II" ute- kerk dat in de gaten kreeg, druilde lmt met lang of de Coalitie hielp hem den heer Cuol door den lieer Galijn te ervingen. "Waar in ze toch maar schoon gelijk had. Wie wel een groote kracht v urn hel ministerie is, dit is natuurlik de hwr Leiy, die met al de gemakkelijkheid m den nn- nistersstoel zit van iemand, dm aan den zetel gewend is; hij te dan nuk voor do derde maal mfntetei, den er-reten keel v, da hij Minister van Wak-istaat in hot Kabi- j net van Tionhuven Tak van 18911891; i den tweeden keer bekleedde hij liulzeltdu ambt in het ministerie Dn r-mu Bmgesius j van 1S97—189-1; is het wonder dat de i heer Cort vart der Linden, (he in dat zelfde Kabinet Mmirfu- van üu-iitio was en dus alle gelegenheid heelt gehad do I liooge bekwaamheden van den heel Lely le loeren kennen en waardeeren. als Ka- i hinulsformalour zich direct gehaast heeft de portefeuille van Waterstaat aan den, oud collega aan [e bieden. En al is er nu continuïteit van be kwaamheid aan dit Departement, daar ook de lieer L II. W. Regout een limit van buitengewone gaven was. met den geest die ei aan lie! Repos temen t wan t, ïsgun-ch andere koers ingeslagen Hel is nu ml met emilaiies aan de postdirecteuren, dat er een voldoend aan'al roomselie brievenbe stellers moei wotden aauge-teld, en inge- Irokken is de ukase, waarbij nachtarbeid aan de vrouwelijke ambtenaren bij de poste rijen veibodui werd, ell w aanlooi de «.ol- lici'alie m vete betrekkingen hij ilo po-t vooi de vrouw onmogelijk weid gemaakt. Dr. Nolens probeerde bij motie, wal de kleine jongetje uil haar* droomen „Wij moe ten gaan!" Zoo, nog hand in hand, daalden zij »aam- jijes dc breede trappen af. De dour uer hall stond half aan, waardoor de kamper foelie haar gom en naar boven kon zenden. Buiten, in den tuin, brak zwak licht van den komenden morgen door en Je lucht scheen vol van duizenden trilh-ncte, teers geluiden. De morgendauw steeg ijlings op, toch toef don de twee een oogenblik voor een open deur. Up den drempel stomkn zij RU, heel stil. Bij een lange tafel zal eon man, het hoofd op do horst gezonken; de vingein van zijn eene hand omknelden een leeg wijnglas. De vrouw schokteDe lange, eenzame jaren...- Toen grejicn stevige vingers de hare vast cn zij onlmoeLto de ernstige, lieve oogen van het kmd uit haar droomen. Hoe goed was het om verzorgd te worden, nul Samen gingen zij vertier, de liall uit. De verpleegster stond op en ging naar hol groote, witte bed, wraar zij stil aan schouwde ,,lloe mooi is zij toch," mompelde zij zacht. „Te denken, dat zij nog zóó kan glimlachen i" Toen It of hanr plotseling iets in do hou ding van do mooie vrouwenfiguur. Zij boog zich over baar heen. Het geluk op .e! witte gezichtje deed baar ontstellen, maar zij weerhield den uitroep, die in haar opwelde.. Builen in den geurenden tuin zcide het kleine jongetje uit het droomenland acht- jes, toen zij beiden den morgendauw tege moet gingen: j „Ik zal altijd voor u blijven zorgen, lief droo-nimoedertjel" SCHIEDAMSCHE vaiMurKXssxir.ïitvtiTain?. mga^iweM>«Ofcaaw»oa»Ma»^

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Schiedamsche Courant | 1913 | | pagina 5