ANECDOTEN. Dotter: Ik hemp, betas Boon, dat je mijn voorschriften trouw hebt opgevolgd, de pillen drie keer daags en oou dropje brandewijn bij het naar bed gaan." Baas Been: „Nou dokter, met de pillen kan ik wel wat ten achter- zijn, maar met. den brandewijn ben ik ongeveer zes we ken vóór." „Da, wat is een diplomaat?" „Een diplomaat, mijn jongen, is een man dio den verjaardag van een dame onthoudt, maar haar leeftijd .vergeel Mevrouw Klein (die een bezoek brengt bij de domineesvrouw): ,A\"at mooie kram pen. naai je aan bet rest van je man, Mijn man had vroeger net zulke knoopen." Domineesvrouw-: „Ja, we vinden ze imieren Zondag in het collectezakje." Een onderwijzeres die haar klasse le> gaf in de delfstofkunde, vroeg aan de jon gens: „Wat zijn de voornaamste mineralen, die in Engeland gevonden worden Een der jongens antwoordde onmiddel lijk: „Gember-bier en soda-water." Een jonge moeder, die pas uit Indië terug was, huurde een nieuw kindermeisje bij haar baby. Het meisje was nog maar pas in dienst, toen ze bij haar mevrouw kwam, zeggende: „Be weet niet wat haar scheelt, mevrouw, maar de kleine huilt voortdurend. Ik kan haar onmogelijk stil krijgen. De moeder dacht een oogeublik na en zei toen„Ik weet bet al, haar vorig meisje was een zwartje. Hei zwartsel voor het fornuis vindt u op "de derde plank in de keukenkast. Mijnheer (op mevrouw's ontvangdag): „Ze geeft ze licht; ze geeft ze muziek, ze geeft ze te eten, ze geeft ze te drinken, en dat noemt ze ontvangen. Het ontbijt had naar Jaapje's idee lang genoeg geduurd, en hij begon met het pe per- en zoutstel te spelen. Zijn vader zei hem dit niet te doen. maai- Jaapje luis terde niet en gooide ten slotte de peper bus om. „Daar beb je het nu al, Jaap." sprak zijn vader. Dat zijn nu de gevolgen van je ongehoorzaamheid. Als straf moest ik je nu eigenlijk vat peper op je tong leg gen." •T aap je keek eenigszins ontdaan, maar zijn gezicht klaarde plotseling op en hij zei: „Krijg ik dezelfde straf, als ik den sui kerpot orngooi?" „Jou ondeugende, wveede jongen!" sprak de nieuw-modisch gekleede dame, die in het park wandelde, tot den bengel, die bezig was een nestje uit te halen: „Hoe kom je er toe die eitjes weg te halen Denk aan de arme moeder als ze terug komt en „Dat komt er niet op aan," antwoordde de jongen, „want de moeder is doodi" De dame keek den jongen ongeloovig aan en zei h»m: „Hoe weet je dat?" „Omdat ik haar op uw hoed zie," was bet antwoord. YOOB DAMES. MODE. De nieuwe stoffen, die het voorjaar ons brengt, zijn nog steeds levendig van kiem en men ziet allerlei bonte combinatiën, zoo dat zelfs schotsche geruite stoffen hoe lan ger hoe meer op den voorgrond treden. Het schotsch woTdt niet alleen gebruikt om te gamoeren, maar men ziet cr ook mantels van en schoottailes, die dan op effen rok ken gedragen worden. De voornaamste kleu ren zijn zwart en 'geel, maar uren ziet er ©en eind aan, ik koop een revolver ,Nee„" zei het zwijntje, ..jelui mensohen bent stomp van begrip, dat helpt niet. zég mij eerst: ben je goed voor worst of niet?" De dandy moest erkennen, dat hij niet voor worst deugde en toen legde het zwijn tje hem uit, dat men zichzelf niet tot een volgende incarnatie brengen kan, maar dat dit door een ander moet geschieden. Maar de dandy was hiermee nog niet geholpen en hij zdf: „Nee zwijntje, je valt me tegen, ik dacht, dat ik meer aan je zou hebben." „Ach, wat kan ik doen, ik hen maar een eenvoudig zwijntje, maar het behaagt u, fraai te zijn; als u wilt, maak ik u wat haren cadeau, daar laat u dan een bor- stelje van maken, om je jasje af te stof fen. Want onder ons gezegd, je jasje zit vol stof en zand." Zoo sprekende liep het zwijntje een eind voort, wroette hier en daar met zijn snuitje oen beetje in den grond, knorde af en toe een woordje en zei opeens: „Heertje, loop maar mee, misschien vind je onderweg svel iets tegen de verveling." En .werkelijk liep de dandy met het zwijntje mee; hij dacht na over hetgeen zijn gezel had gezegd en keek daardoor niet goed uit zijn oogen. Nu is 't altijd onverstandig, niet goed te zien waar mcri loopt en bijzonder gevaarlijk kan liet wor den, zich gedachteloos to laten leiden, als men met een zwijntje op de wandeling is. Opeens riep de dandy: „Sacré mille de tonnerres," en daar had hij wel reden ook veel de zwarte en witte uiltjes, en m grooler patioon de groen blauwe en groen-roode combinaties, waardoor dan meestal i^n gele streep loopt. in zijde is taffetas het nieuwste; men ziet dat zoovel in schotsch en gebloemd als in effen kiemen; maar er wordt ook veel 'zijde moiré gedragen. De overige nieuwe stoffen bestaan uit zijden en wollen crêpe met bonte of a jour gewerkte randen, verder wollen mous seline, zijden cachcmire, colienne, bonga- liiK', 'grenadine en crêpe de chine. Even als "t vorig jaar zal er, als'het wat verder in rt seizoen is, veel gekleurd linnen, gedra gen worden, verder geborduurd neteldoek en batist, katoenen crêpe stoffen en mous seline. In de ceintuurniode zal dezen zomer eo.11 ware 'luxe heerschen, want de breede linten, die ineu er voor gebruikt, zijn niet goed koop Voor effen ceintuurs zal moiré-lint gebezigd worden, terwijl voor de gebloem de en geruite, satijn zoowel als taffetas gebruikt zal worden. Het spreekt van zelf dat deze gekleurde ceintuurs het toilet zeer verlevendigen, en zelfs het. eenvoudigste witte japonnetje geven zij een soort cacliek De tailles blijven nog steeds laag uitge sneden, doch alleen aan den voorkant. .Man achteren ziet men staande plooisels en met leton 'gesteunde kragen. In de maniels heerscht groote verschei denheid ze zijn over 't algemeen kort, met rechte rugpanden, of met één naad in 't midden. Ze sluiten meest met één knoop in de taille. STOFFEN. DIE BRANDGEVAAR OP LEVEREN IN DE HUISHOUDING. Zooals iedereen weet, worden in de huis houding zoo volei lei stoffen verbruikt, die brandbaar zijn eri zelfs gevaar voor brand opleveren; maar de huisvrouw en de dienstboden zijn daar zóó vertrouwd mee, het gebruik ervan is voor haar zulk een gewoonte geworden, dat de noodige voor zichtigheid er zelfs door uit het oog ver loren wordt. En toch zullen wij daar nog eens ernstig voor waarschuwen, want door onvoorzichtig omgaan met dei-gelijke stof fen is reeds dikwijls het allergrootste on geluk geschied. Welke zijn nu deze stoffen en hoe moet men de noodige voorzichtigheid in acht nemen? In de allereerste plaats noemen, wij benzine, petroleum en spiritus; maar ook celluloid is een uiterst brandbare, ja zelfs een ontplofbare stof en wordt toch tot veel gebruikte voorwerpen verwerkt. Wat nu allereerst de benzine betreft, zoo is hier het gevaar bijzonder groot, om- laf, zoo gauw het zich in een open vat, tobbe of kuip bevindt, of een stof er maar sterk van doortrokken is, zich benzine dam pen. ontwikkelen, waarvoor slechts de on beduidendste vlam, die zich in het ver trek htnindf, voldoende is om een ont ploffing of een ontbranding to veroorzaken. Als een waarschuwend voorbeeld geldt liet. volgende: In een vertrek, waarin ver scheidene meisjes zich onledig hielden met het wassehen van handschoenen, kwam een jonge man met een brandende sigaar bin nen Na weinige minute.u brandde plotse ling do geheele ruimte en die er zich in bevonden waren reddeloos verloren. Een tweede voorbeeldEen dame wilde in de keuken, waarin een heel eind van baar af, in de kachel een onbeduidend vuurtje brandde, een olievlek uit haar japon verwijderen. Plotseling stond zij in vlam en stierf den volgenden dag aan de beko men brandwonden. Men gebruike benzine dus slechts bij daglicht, zonder kunstmatige verlichting en nooit, in de keuken. Niet z-io gevaarlijk is petroleum, maar ook hier is steeds voorzichtigheid aan te bevelen. Talrijk zijn helaas de gevallen:, waarbij dienstmeisjes en huisvrouwen, die bot zwak glorend vuurt'" in de keuken- kneltel door het opgieten van petroleum voor, want hij had in een gierpoel ge- tiapt, zoodat zijn gele schoentjes er buiten gewoon morsig uiizagmi. Ilij liep haastig ecu paar passen achter uit, alsof dat nog helpen kon, sloeg toen de pijpen van zijn pantalon op, waardoor li ij zeer vuile handen kreeg, deed bij de vorige mille de tonnerres nog een paar mille, en toonde zich zeer verwoed. Maar het zwijntje zei: „Heertje, wat ben je toch raai- en ondankbaar, zie eens naar mijn pooten, die zijn altijd .zoo en hoe meer u ïn die richting .verandert, ho-e meer n op mij zult gaan gelijken, wie weet, mis schien is dit wel .het begin éener hoogere incarnatie, wee» blij, want misschien is het beschikt, dat u een zwijn zult worden.-"' Maar de dandy was nog kwaad over zijn vuile schoenen en hij liep heen. Toen hij de boerderij binnen was gegaan, gag hij, dat een der melkmeiden Jiem uitlachte, terwijl hij voorbijging. Hjj ging naar zijn kamertje om zich schoon te maken, want hij wou er geen hulp bij roepen, bevreesd, dat hij weer zou worden uitgelachen. Van verveling ging hij daarna een poosje op zijn bed liggen en toen hij na een uur wakker werd, kwam bet gesprek met het zwijntje 'hem als een droom voor. „Gek, dat een mensck zulke rare droomen hebben kan, dacht hij, maar dat komt zeker, doordat ik hier op deze behekste boerderij logeer." „Wat doe jk zoo fameus stom te zijn, ik had liever naar Ostende moeten gaan, maar daar- is het ook al vervelend." Hij besloot zich te verkleeden en dan te vilden verlevendigen, door de vlammen,- die ontstonden door liet ontploffen van de petroleumfiesch of -kan, ellendig omkwa men. Deze gewoonte loere men toch af en vei bied e men ten strengste aan onderge schikten. Ook het reinigen en vullen van. petro leumlampen moet ééns eu voor altijd over dag geschieden en niet 's avonds en dan nog in de nabijheid eener brandende kaars. liet minst gevaarlijk is nog spiritus. Ont staat een groote vlam, misschien door ovcr- loopen van een spirituskoker of -lichtje, dan laat men het rustig uitbranden, of werpt er een natten doek over. Voorzich tigheid eischen echter vooral de kleine lampjes of lichtjes, die voer het krullen der haren gebruikt worden, want deze zijn reeds dikwijls oorzaak geweest van groote branden. Wat nu de ten slotte vermelde brand gevaar opleverende stof, het celluloid be- treft, maakt dit den minst gevaarlijken in druk en wordt, zonder dat men er eenig vermoeden van heeft, vooral in 'den vorm van kammen, zelfs in het haar gedragen. We hebben niets tegen deze mode, wanneer de draagsters maar niet te onbedachtzaam, te lichtzinnig bij het vuur komen. Zoo warmde eens een jonge vrouw de melk voor haar kind op een spiritusko ker, kwam bij het uitblazen al te dicht met het hoofd bij de vlam en de kam in beur haar vatte vlam. Ofschoon terstond hulp nabij was, had de vrouw toch hevige brand wonden opgedaan. Men leere uit dit voorbeeld, dat men spiritus nooit moet uitblazen, maar door het opioen van een dopje moet dooven. Ingezonden Mededeel Inge». Aambeien. Aambeien, een veel voorkomende kwaal, worden gewoonlijk veroorzaakt door ver stopping, een zittende Levenswijze, zwan gerschap, enz. Meestentijds worden zij ver waarloosd, totdat de hevige jcuking en ste kende pijn een onuitstaanbare kwelling veroorzaken en een operatie noodig is om fitsel, verzworen aambeien of verstopping van het darmkanaal te voorkomen, of door dat de patiënt geheel verzwakt is door het bloedverlies. Foster's Zalf geeft vanaf de eerste aan wending een opmerkelijk gevoel van ver lichting en rust, en zij heeft in de jaren, dat wij u liaar deden kennen, haar afdoen de werking in het genezen van zelfs ern stige gevallen voldoende bewezen. Foster's Zalf (let op den juisten naam) is te Schiedam verkrijgb. bij de h.h. Kap- pelhoff Hovingh. Toezending geschiedt franco na ontv. v. postwissel ii f 1.75 per doos. Koloniën. Bureaucratie. Hoe men, niet in het minst in militaire klingen, nog steeds liardnekkig aan de let ter der bepaling blijft vasthouden, eu daar bij de billijkheid, de mcnsclhelijkheid zelfs, met voeten treedt, leert ons het volgende geval. Een officier weid geplaatst, in een plaats, waai- geen garnizoenstiocpen waren gele gerd en waar hij voor bijzondere werkzaam heden was bestemd. Evenmin was er een militaire arts, natuurlijk, noc.lt ook een hos pitaal. '.'"d echter een civielgeneesheer, die tevens verbonden was aan een soort parti culiere kliniek en een stadsverband. De officier, die geraimen tijd tor plaatse zou moeten verblijven, had zich door zijn echtgenoote doen vergezellen. Na eenigen tijd werd de officier ziekj het bleek van ernstïgen aard te zijn, zoo ernstig dat de geneesheer oordeelde, dat de patiënt in het hotel, waarin hij zijn intrek had ge nomen natuurlijk heersohte huizennood ter plaatse en was door kandjeng gouverne ment niet voor huizen voor de militairen gezorgd onvoldoende kon worden ver pleegd, en gelastte hij opneming in de bo venbedoelde particuliere kliniek, hetgeen ge schiedde. Vervoer naar elders was onmo gelijk. In die inrichting inoest de patiënt gaan wandelen. Toen hij nu zoo bij zijn koffer met kleeren stond, bedacht hij, dat hij eens wat van zijn kleeren zou op- ruimen en de dandy, die, al was hij dan ook maar een dandy, goedhartig van aard was, gaf aan een van de knechten van de boerderij een mooi, met zijden bloempjes geborduurd fantasievesten een havaonek'.eu- rig lustrejasjc met vieit-or zijden opslagen. Hij dacht, dat de knecht daar wonder mee in zijn schik zou zijn, maar ofschoon de knecht hartelijk dankte, zooals nette boeren knechten plegen te doen, was hij er hoogst verlegen mee. F.n toen hij de melkmeid de mooie kleeren liet zien, lachte ze hem uit en zei, dat .hij toch niet zoo gek zou zijn met die malle stadsprullen te loo- pen. Daarbij smaalde ze alleraardigst op den pommadeprins, zooals ze den dandy noemde. De knecht schaamde zich erg en om zich een beetje te Wreken op den dandy, ging hij, toen deze "was gaan wan delen, naar het achterhuis en "kleedde bij wijze van spot het zwijntje met het vest en het jasje. 'A'llen van de boerderij moesten komen kijken en vonden het toegetakelde zwijntje alleraardigst. De boerin drong er op aan, dat de knecht het zwijntje zou uitkleeden, voordat de dandy .weer terug zou zijn, omdat ze hem niet wilde be- leedigen. Nu gebeurde het, dat de lucht donker begon te worden en de boer en zijn zoon en de knechten en meiden moesten in allerijl mee naar het land, om het hooi binnen te halen. Terwijl ze daarmee bezig waren, brak er een hevig onweer uit en de Tegen ongeveer vier weken veiiriijven, waarvoor men -li-eni zeven gulden per dag in reke ning bracht. Hersteld zijnde, diende de officier een verzoekschrift in aan den. gouverneur-gene raal, waarin liij vroeg te mogen terug ont vangen niet de bedragen door hem aan de kliniek betaald, dodh slechts het ver schil tusschen die sommen en die, welke door hem zouden zijn betaald, indien hij in hel militaire hospitaal te Batavia ware opgenomen geweest. Een alleszins billijk verzoek, gelijk men ziet. Het gouvemeenint had ter plaatse geen pleeghuis voor zijn lijders o, ja, het stadsverhand en daar opneming ur gent was, had het gouvernement, wilde hij zijn ambtenaar behouden, in casu voor de kosten op te komen. Ilcl rekest werd ingediend, doch, zooals men weet, wordt zoo iets in eerste instan tie behandeld door de Ve afdeeling. En daar, och. daar weid er spoedig opgezet: „geen tonnen aanwezig", want men kon tiet wél toestaan van het verzoek onder geen enkele bepaling brengen en anteceden ten waren er niet. Helaas krijgt vermoedelijk de G.-G. zulk een rekest nooit onder de oogen of ont breekt hem den tijd, liet te lezen. An ders is het onbegrijpelijk, dat nimmer eens door Z. E. ook rekening wordt gehouden met de billijkheid en inkt- en 'bepaling wellustelingen ten spijt eens een besluit worde geslagen, waarbij een verzoek, zoo billijk als het bovenbedoelde, wordt toe gestaan. (Bat. Nbl.) Hoard te Soerabaja. De Soerahnjasehe correspondent van het „Bat. Nbl." schrijft d.d. 4 Februari: De onveiligheid te Soerabaja neemt met den dag toe. Het komt meermalen voor den laatsten tijd, dat inlanders en zelfs Euro peanen des avonds op den openbaren weg worden aangerand- Op deze momenten is politie nergens te vrinden.. Misschien staat zij ergens verscholen te wachten om haai aandeel in den gestolen buit in ontvangst te nemen. Hedenmiddag had een zeer brutaal „stukje" plaats: een moord op klaarlich ten dag. Het drama speelde zich af op Boengoeran. Twee Chineezen, beiden wonende in kam pong Kapasan, hadden reeds sinds eenigen tijd ernstige twist. Telkens als de hoe ren elkaar ontmoetten, werden be dreigingen geuit, welke van weerszijden als ernstig bedoeld schijnen te zijn opgenomen. Zoo heeft de verslagene zijn aanrander eenigo dagen geleden beloofd, hem binnenkort naar de andere wereld Ie doen verhuizen. Doc-L de bedreigde, die daarin volstrekt geen lust liad, besloot zijn vijand vóór te zijn. Hedenmiddag zag hij zijn tegenstander in een kosong langs Boengoeran rijden. Hij spreng in den wagen, greep zijn vijand beet, ontnam hem zijn browning, en loste daarmede twee schoten, een op den slaap, het andere op de dij. De aangevallene was onmiddellijk 'dood. Van de ontstane verwarring maakte de moordenaar gebruik om te vluchten, doch weldra werd hij in zijn woning door de politie gearresteerd. Opmerkelijk is het, dat juist op de plaats, waai' de moord gebeurd is, gewoonlijk twee inlandsehe oppassers zijn geposteerd, ter wijl thans geen oppasser te ontdekken was. Gevaariyke politie. In Soerabaja is weer ernstig© kwestie mot de politie gaande De „N. Soer. Ct." vertelt er het volgende van: Men weet, dat Zaterdagmiddag (31 Ja nuari) het nieuwe gebouw der firma Ja- cobson van den Rang is ingewijd; daar werd een glas Champagne gedronken en het ging er vToolijk toe. Na afloop begaven twee hee- ren, geëmployeerden der Rotterdamsdh's Lloyd, zich huiswaartsbeiden waren in een opgeruimde stemming, doch' hadden volstrekt niet te veel gedronken. In de Chi- neesche Voorstraat riepen zij een sapikar aan en vroegen den voerder, of hij hen wilde thuis brengen. Het hem toegezegde bedrag leek den man en dus hapte hij toe. De kar reed, «ml de twee heeren erin, over de 'Roede Brug en langs het politie kantoor. Plotseling kwam Beltgens, met een aantal Europeesche inlandse lie satellieten, naar buiten vliegen en hield do tjikar aan. Driemaal werd door Beltgens aan den gudste in stroomen neer. Druipend van het water en vol modder kwam de dandy thuis. Juist toen hij het erf opging, klaarde hc! weer op en het werd droog. Het zwijntje ging uit zijn hok om buiten weer rond te snuffelen. Verbijsterd zag de dandy naai het zwijntje en toen zei het: „Heertje, ze hebben mij daar aardig toegetakeld, hét Ik trek er mij niets van aan, hoor, het is «en geestigheid van den knecht, en iedoi zoekt op zijn manier geestig te wezen. .Maar u bent op uw wandeling niet mooier geworden, dunkt mij." „Nee," zei de dandy, terwijl hij zich bekeek, „brrr, ik zie er uit a's een com pleet zwijn 1" „Niet zoo verwaand, heertje," 2ei het zwijntje, „wat een merkwaardige zelfover schatting." ^Zelfoverschatting, heelemaal niet, in tegendeel, ik voel me zeer modest hoor. maar jij ziet er als een dandy uit, tenminste wat de kleeren betreft, daar mag je trotscb op .wezen." „Als het alleen voor de kleeren geldt, dan ben ik er inderdaad trotscb op," zei het zwijntje ,„fik was al bang, dat ik ook in andere opzichten op een dandy ge leek'. Maar nu ben ik gerust!: bij do nrm- schen schijnt het zoo te zijn, dat de klee ren den man maken, zoover is het bij ons gelukkig nog niet." De dandy glimlach te, alsof hij het zwijntje begreep, maar hjj begreep het niet goed en dacht daarom eens goed na, want ook een dandy denkt wel eens goed na, vooral als hij weet, dat hij er als een zwijn uitziet. voerder gevraagd, of bij er wel toe gene gen was, de hoeren thuis te brengen, en alle drie koeren antwoordde deze bevesti gend de vierde maal vroeg Beltgens„wil je niet liever naar buis?" De voerder be gon te begrijpen, waar 't op uit zou loopenon zei ten laatste maar ja. Nauwelijks was dit woord er uit of den heeren weid gelast uit de kar te stappen. De heer B., aan liet bevel gevolg gevend, liet zioli het woord „wellicht'1' ontvallen, waarbij Beltgens zich op hem wieïp, hom met ge weld van de kar aftrok, in de boeien sloeg en zijn arm verwrong. Geboeid eu wel werd de lieer B„ liet poli tiekantoor binnengeleid, waarbij de bekende dikke pohtiesergeant, factotum van Boon, zich beijverde, den gevangene in de lende nen te porren Ook de vriend van den lieer B. ging mede naar binnen, daar bij de woorden had opgevangen„Nu, hebben vrij hem einde lijk", en vreesde, dat B. nog meer zou, wor den mishandeld. Binnen werd hem door Beltgens op onbescJVoften toon gevraagd, wat hij moest hebben en toen bij antwoord de, bij liet opmaken van het proces-verhaal tegenwoordig te willen zijn, greep Belt gens, de gentleman Beltgens, hem aan en wierp hem met kracht legen een deur, zoo dat hij een buil op het hoofd kreeg. Toen het "proces-verbaal was opgemaakt, verklaarde de heer B., niet te zullen heen gaan, vóór hij Boon gesproken had. Boon was niet zóó, of hij verleende audiëntie, doch wist op de opmerking van den heer B., dat hij het optreden van Beltgens ploer tig vond, niet anders te antwoorden, dan dat B. het aan zichzelf te wijten heeft. Natuurlijk laat de heer B. het er niet bij; hij diende hedenochtend een aanklacht tegen Beltgens in bij den officier van justi tie wegens mishandeling en zal, als ook op die wijze hem geen recht wordt gedaan, zich wenden tot den procureur-generaal. Wij wenschen er nog de aandacht op te vestigen, dat de woorden „nu hebben wij hem eindelijk", vermoedelijk verband hou den met e^n vorig conflict tusschen den heer B. en het factotum van Boon, den inlandsehen dikkerd, tijdens de eeuwfees ten; de heer B. beging toen de onvoor- tigheid, bedoeld factotum een klap te ge ven, weshalve een vervolging tegen liem. werd ingesteld. Men zou uit het laatste misschien de conclusie willen trekken, dat de heer B. een echte vechtersbaas is; dit is echter niet liet geval; men beschreef hem ons juist als kalm en-bezadigd en alleen in hei uiter- -te geval zich tegen de politie verzettend. De heer B. loopt thans rond met een gi-kneusilen ami en een hart vol wraak zucht. Ook ons ontsnapte herliaaldelijk een vloek, toen. wij het verhaal aanhoorden. De ,,N. Soer. Ct." concludeert: Wij stellen voor, een collectief rekest te zenden aan den procureur-generaal, waarin wordt aangedrongen op tegengang van het meer en meer invretend politiekwaad, dat een gevaar wordt voor de veiligheid der ingezetenen. De „Locomotief" ontving nog het volgen de telegram De „N. Soer. Crt." ontving talrijke ud- haesie-behügmgen met haar voorstel om een collectief rekest in te dienen bij den procureur-generaal, naar aanleiding van de zoogenaamde politie-terreur. De mishandel- do persoon stelde zich onder dokters-behan deling. De geneesheer constateerde een bloed-uitstorting in den rug en een ver wrongen arm. Na in winning van rechts kundig advies heeft de mishandelde een klacht bij de justitie ingediend. ÏSfcTstffcï tfefirgj?'. LOTEN VAN WEENEN a £1. 100 van 1874. Trekking 2 Maart. Seriën 298 509 585 642 717 736 812 890 1317 1389 1413 1452 .1457 1464 1509 1661 1854 2328 2563 2676 2787 2898 2959 Serie ^90 no. 65 Kr. 300,000; serie 642 no. 79 Kr. 20,000; serie 1661 no. 42 Kr. 10.000; am ie 298 no. 25, serie 1661 no. 44, serie 2328 no. 37, serie 2563 no. 18 en serie 2787 no. 76, elk Kr. 2000; serie 717 no. 92, serio 717 no. 94, serie 736 no. 54, serio 736 no. 91, serie 812 no. 75. serie 890 no. 37, serie 1317 no. 59, serie 1413 no. 2, serie 1457 no. 33 serie 1509 no. 18, serie 2563 no. 48 en serie 2787 no. 64, elk Kr. 500. - Alle overige Nos., in bovenstaande seriën ven-at, elk Kr. 340, Hot zwijntje "kwispelde wroolijk met zijn staartje ©n wachtte op antwoord, maar ei* kwam geen antwoord en om het gesprek een andere wending te geven, vroeg hot wel- mcenende zwyntje toen: „Heertje, wat denkt u dat voedzamer is, boekwoitmeel of rogge meel Uit zijn overpeinzingen gerukt, keek do dandy op, en zei„Met je welnemen, vriend, ik ben nog aan het prakkezeeren over ons gesprek van vanmiddag en over Wat je zoo- even zei, maar het is mij niet recht dui delijk." „Excuseer een oogenblik," zei het zwijn tje, en liep ©en pas op zij, om een kouft don aardappel op te happen, waaraan juist een musch bezig was zich te vergasten^ „de zaak is doodeenvoudig, liet zit hem heusch niet in de kleeren, maar in hetgeen daaronder zit. Van een dandy wordt, naar uw <eigen beweren con zwijn, zoodra zijn, kleei'en erg morsig zijn, maar van een zwijn maakt men geen dandy, al kleedt men het zwijn ook in dandykleeren. En dat is maar go.ed ook, anders zou de boer ons beiden nog wel eens kunnen verwisselen eu de dandy voor een zwijn aanzien (wat niet zoo erg zou zijn) en een zwijn voor een dandy wat zeer noodlottig zou worden," Toen groette liet zwijntje den dandy met de ooren, maakte een buiging en gind naar zijn hok om een slaapje te maken. De dandy bleef verbijsterd staan, en daar het niet bekend is, dat hij is .weggegaan, kunnen we gevoegelijk aannemen, dat hij er nog gtaat. i IIll I -

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Schiedamsche Courant | 1914 | | pagina 10