67*® Jaargang.
Zaterdag 18 April 1914.
No. 14504
Tweede Blad.
Uit de Tweede Kamer.
Deze courant verschijnt d agel ijks, met uitzondering van Zon- en feestdagen;
Prijs per kwartaal: Voor Schiedam en Vlaardingen 1.25 franco
per post fl. 1.65.
Prijs per week: Voor Schiedam en Vlaardingen '10 cent*
Afzonderlijke nummers 2 cent
Abonnementen worden dagelijks aangenomen.
Advertentiën voor het eerstvolgend nummer moeten des middags vóór een
uur aan het Bureau bezorgd zijn.
Bureau: Lange Haven No. 141 (hoek Korte Haven).
Prijs der Advertentiën": Van 16 regels 0. 0.92; iedere regel meer
15 cents. Reclames 30 cent per regel. Groote letters naar de plaats die zij
innemen.
Advertentiën bij abonnement op voordeeliga voorwaarden. Tarieven
hiervan zijn gratis aan het Bureau te hekomen.
In de nummers die Dinsdag-, Donderdag- en Zaterdagavond
verschijnen, worden zoogenaamde kleine advertentiën opgenomen tot den pnjs
van 40 cents per advertentie, bij vooruitbetaling aan het Bureau te voldoen.
Intercommunale Telefoon No. 103.
Zooals verwacht kon worden, ving de zit
ting van Woensdag 11.. aan mpt een woont
ter herdenking van het onverwacht over
lijden van Baron Sehimmelpenninok van
der Oije, voorzitter van de Eerste Kamer.
De heer Goeman Borgesius getuigde in goed
gekozen bewoordingen van het groote vei
lies, dat Land on Kroon lijden door het af
sterven van dezen algemeen beminden man,
en de Kamer hoorde zijn rede eerbiedig
aan. Do Regeering sloot zich bij monde van
den Minister van Justitie van harte aan
bij het gesprokene.
Met Baron Sehimmelpenninok is weer vu
van de oude garde heengegaan, en teven-,
een figuur, zooals men ze slechts vond
in het tijdperk, dat achter ons ligt. Hij va-
een overtuigd man van Rechts en een voni
stander van dc School met den Bijbel, zoo
als er maar weinigen worden gevonden
Maar al was hij trouw dienaai zijner
partij, toch was hij absoluut geen partij
man in den engeren zin des woords, en
alle politieke hartstochten was hem vreemd
Vandaar de groote achting en sympathie,
die hij aan allen afdwong, en til had hij
het voorzitterschap van de Eerste Kamei
voor de eerste maal slechts te danken aan
een van do vele waagstukken van Dr. Kuy
per, die hem, den christelijk-historiscbë.
voor dit gewichtig ambt voordroeg, toen de
meerderheid in onzen senaat nog Links
was, hij heeft dat ambt vervuld op zulk een
wijze, dat niemand er ooit aan gedacht
heeft hem een verwijt te maken van de
wijze, waarop hij het oorspronkelijk ver
kregen heeft. Met hem is een van die
mannen heengegaan, die, al leven ze uit
een onwrikbaar vast beginsel, in waarheid
het lands belang boven het p ar t ij belang
stellen,
f
De bladen hebben zich natuurlijk reeds
met de vraag bezig gehouden, wie of de
plaats van den overledene zal moeten in
nemen. Wij zullen in deze niet meedoen aan
wenschen en voorspellingen. Maar waar
door een enkel blad v"an Links reeds de
raad is gegeven, nu het voorbeeld van Dr.
Kuyper te volgen en nu een man van Links
tot voorzitter van de Eerste Kamer te be
noemen, ga daartegen een woord van pro-
"test. Men mag toch den politieken tegen
stander wel tot voorbeeld nemen in wal
hij goed deed, maar zeker niet in wat hij
verkeerd deed. En het was verkeerd in
1902 een man van Reciits te benoemen tot
voorzitter van de Kamer van de Statcn-
Gcneraal, waarin Links de meerderheid
had. Dr. Kuyper heeft dat toen trachten
goed te praten met de bewering, dat bij
een regecring van Rechts ook voorzitters
van de Kamer uit de Rechterzijde behoor
den. Maar deze bewering gaat uit van de
onhoudbare stelling, dat de beide Kamers
der Staten-Generaal mederegeerende beha
men zouden wezen, terwijl ze slechts con
troleerendo lichamen zijn. Waarmee wij na
tuurlijk niet "willen zeggen, dat wij den on-
mogelijken toestand zouden goedkeuren, dat
een Regeering moet werken met een
Tweede Kamer, die Rechts en een Eerste
Kamer die Links is of omgekeerd; maai
dat ligt nu eenmaal aan de treurige omstan
digheid, dat onze senaat gekozen woidt
door de onontbindbare Provinciale Staten.
De algemecne beschouwingen over de
Inkomstenbelasting werden niet gehouden
onder den indruk, dat het thans ging om
uit te maken in welke richting versterking
van de schatkist zal worden gezocht; in de
verhooging van hot Tarief of langs andere
wegen, waarbij dan uit den aard dor zaai
de directe heffingen het meest op den
voorgrond treden. Allicht zegt iemand, dat
deze vraag reeds uitgemaakt is in Juni 11..
toen de meerderheid der kiezers zich tegen
verhooging van het Tarief verklaarde, maar
dan vergist hij zich toch. In Juni is feite
lijk slechts uitgemaakt, wat men niet wil
hebben, maar daarmee komt men geen slap
verder, want gold moet er nu eenmaal zijn.
Uitgemaakt wat men w 1 wil hebben, zal
slechts dan geschied zijn, als Minister Bert-
ling het fiat Jieeft gekregen voor zijn in
komstenbelasting. eerste deel van het com
plex ontwercpn, dat onzen teringlijder, die
„schatkist" heet, nieuw vleesch en bloed
moet geven, en het was daarom, dat men
hij de Algemeene Beschouwingen over dit
ontwerp een zeer uitvoerig en principieel
debat icon verwachten, waarbij Links en
Rechts do lijnen, waarbinnen zij zich onze
financieel© politiek wilden zien bewegen,
nauwkeurig zouden hebben getrokken
Maar de Kamer vertoonde al heel wei
nig het. aspect van een kring, waarin ge
wichtige beraadslagingen zouden plaats heb
ben het was er bedroevend leeg; door -do
banken van Rechts kon men gerastelijk
schieten, en ook de Regeeringsbanken wa
ren slechts matig bezet. En toen twee.spre
kers het woord hadden gevoerd, was er
niemand meer ingeschreven, en kwam de
Minister aan het woord, die daarop gan-
schelijk niet gerekend had, en die uit den
aard der zaak meende, dat het nog ette
lijke dagen duren zou, eer bij aan hel
woord zou komen, niet die uitgebreide aan
teekeningen gemaakt had, die voor een uit
voerige ropartie op hetgeen door de beide
sprekers, die aan het woord waren ge
weest, ton beste was gegeven, toereikend
kon worden genoemd.
De Voorzitter redde hem mt dit perikel
door de zitting te schorsen, nadat Z. K
eenige minuten aan het woord was ge
weest, met de mededeeling, dat nog ver
scheiden sprekers hem hun voornemen had
den kenbaar gemaakt, om aan de Alge
meene Beschouwingen deel te nemen. Dit
moge niet strikt reglementair zijn. het wa>
zeer handig, en de Minister had in deze
alle recht op Hulp.
"Want hij bad niet in deze impasse ge
bracht mogen worden; dit verbood niet al
leen alle courtoisie, maar het was de
plicht der Regeeringspartij. te zorgen, dat
zoo iels niet kon voorkomen. We kunnen
niet beoordeelcn, in hoeverre hel gerucht
waar was, dat de Kamer, gerekend heb
bende niet vóór 2 lApril bijeengeroepen te
zullen worden, zeer ontstemd was over
haar convocatie op een week vroeger; en
dat zij van die ontstemming blijk wilde
geven door zich niet voor debat op te
geven, en laten deze geruchten voor wat
ze zijn. Maar waar do gevolgen van die
onthouding den Minister in de eerste plaats
troffen, en dan nog wel den door de op
positie zoo heftig aangevochten Bertling,
staan de ledon van Links, die van plan
waren het woord te voeren bij deze Alge
meene Beschouwingen, maar niet tevens
gezorgd hadden elk oogenblik daarvoor ge
reed te zijn, schuldig aan gemis aan be
grip, wat van leden van de Regeeringspartij
mag worden verwacht. Laten wij als ver
zachtende omstandigheid laten gelden, dat
ö'/s jaar regeering van Rechts aan de Lin
kerzijde min of meer heeft doen vergeten,
welke eischen men aan het optreden van
een Regeeringspartijstellen mag.
De Uvoc sprekers, die den eersten dag
het woord voerden, waien de hecvcn Van
Vuuren en Patijn. Voor den eerste was de
taak niet zoo heel gemakkelijk, daar hij als
man der oppositie tot do conclusie moest,
komen ,dat het voor hem ernstig de vraag
zou zijn, of hij aan hot onderhavige wets
ontwerp zijn stem zal kunnen geven, ter
wijl het ontwerp, zooals men weet, op
eenige wijzigingen dan na, van Minister
Kolkman is. Als men rekening houdt
met zoo moeilijke positie, kan men moei
lijk een woord van lof onthouden aan de
„handigheid" van het optreden van den
afgevaardigde voor Zevenbergen, die er nu
maar een politieke rede van maakte,
en zoo min mogelijk sprak over het on!
worp zelf. maar in hoofdzaak een verdcdi
ging gaf van de financieele politiek van
het vorig ministerie. Dat hij daarbij tot de
conclusie kwam „dat het Xederlandseho
volk geen reden heeft om zich te verbhj
den over de verandering, die achter de
groene tafel heeft plaats gehad", mag eigen
lijk overbodige mededeeling hoeten. Tof die
conclusie komen alle Kamerleden van
Rechts, wien, den een moor, den ander
minder, de nederlaag van Juni 1.1. uiter
mate dwars zit; onder de Reclitsche kie
zers echter zijn er zeer velen, die inwen
dig juichen, dat de zoo verderfelijke Ta-
riefwet van de baan is.
Maar de heer Van Vuuren is in moer
dan één opzicht een handig advocaat. Ge
bruik makende van den meevaller, dat ér
door evengroot. als onverwacht accres dei-
middelen in 1913 en voor dat jaar per
slot van rekening geen te kort zal wezen,
roept de afgevaardigde voor Zevenbergen
met triomf vut: Wat klaagt men toch over
slecht financieel beheer van hel vorig Ka
binet? Zie naar 1913. en schaam u, er
is immers geen tekort. Maar (1e heer Patijn
sloeg hem in zijn uitnemende rede, waar
over straks meer. dit wapen geheel uil
de handen. Juist in dat sluiten van een
begrooting. slechts door een buitengewoon
accres der middelen verkregen, komt de
lichtzinnige financieele politiek van het Ka
binet-Heemskerk het meest uit, zoo be
toogde dc afgevaardigde voor Zierikzee te
recht. Want, vóór 1908 zorgde men er
voor,'dat ook in magere jaren de gewone
staatsdienst was gedekt, zoodat do mee
vallers konden dienen ter dekking van uit
gaven, waarvoor mocht worden geleend.
Maar sinds 1908 hebben we er maarop
ios geleefd, en moesten die zeer mime
meevallers dienen, om de twee einden aan
olfraar te krijgen; als die meevallers, waar
op ook voor 1913 zoo vast door Minister
Kolkman gerekend was, eens waren uitge
bleven, zou het tekort weer ettelijke mil-
lioenen grooter zijn; en dit groot nadeel
blijft in alle gevallen bestaan, dat we in
den gewonen dienst, d. i. das in ons gere
gelde huishouden, op veel te groeten voet
zijn ingericht, niet rekening houdende met
ons „vaste" inkomen, maai- met uit den
aard der zaak zeer ongewisse meevallers,
en dat die train de vie niet is vol te hou
den, en zich bitter wreken zal, zoodra do
magere jaren komen. En dat die helaas
zullen komen, staat voor iedereen vast," die
bij ondervinding weet hoe Landbouw, In
dustrie en Handel afwisselend een opgaan-
den en neergaanden tijd hebben, maar daar
aan heeft de joviale heer Kolkman, die de
kracht miste om tegen op de schatkist
azende collega's „neen" te zeggen, blijkbaar
niet gedacht. 1
1
De lieer Van Vuuren is ondertusschen zoo
goed om toe te geven, dat er een groot
tekort is, en wel op zijn hoogst van 10
milhoen; d. w. z. voor 1914; als in 1915
de Ouderdomsrente tot stand komt, dan zal,
ook volgens hem, dat tekort verdubbelen en
dus 2 0 milhoen worden. Maar op de vraag,
of het dan niet strijdig was met goede fi
nancieele politiek, dat de vorige regeering
die 10 millioen ongedekt liet, krijgt men uit
zijn mond hef antwoord, dat alles gedekt
was door de Tariefwet Verzwegen wordt
daarbij, dat het hoogst quaestieus is men
moet de deskundigen daarover hoeren
dal de Tariefwet meer dan 7 mill, zou heb
ben opgebracht, evenmin wordt er van ge
sproken dat door den financieelentegenval
ler met Talma'» art. 369 de vorige Regee
ring zelfs met de Tariefwet en de Inkom
stenbelasting in geen velden of wegen geld
genoeg had voor haar sociale verzekering,
zoodat zij dadelijk had moeten beginnen met
op genoemde Tariefwet zooveel percenten
op te leggen.
Maar wel ewrd lieil gezocht in dc
beschuldiging aan het adres der Linker
zijde, dat haar obstructie belet had die wel
nog intijds te behandelen.
Wij kunnen het slechts betreuren, dat
iemand als de heer Van Vuuren het niet
beneden zich acht, met zoo afgezaagde en
onhoudbare beschuldiging aan te komen;
wij kunnen hom slechts verwijzen naar
een man, die toch zeker in deze ook voor
hem met zonder gezag zal zijn, naar Dr.
Kuyper, die de schuld van de niet-behande-
ling der Tariefwet gaf aan hot gemis van
tijdrekenkunde van het vorig ministerie.
De heer Patijn, aldus uiteengezet heb
bende, hoe de luchthartige financieele po
litiek van het Kabinet-Heemskerk ons in
de misère had gebracht, betoonde zich ook
tegenover den nieuw opgetreden minister
van financiën den vriend, die de feilen
toont; misschien soms tegenover een mi
nister, dien hij steunen wil, wel wat te
weinig „vriend".
De nauwgezette oud-administrateur van
de generale thesaurie vond, dat Minister
Bertling niet genoeg doordrongen was van
den ernst van zijn taak; bij toenemende
tekorten hij de indiening van elk budget en
bij zoo reusachtige voornemens als de
droogmaking van de Zuiderzee, en het aan
schaffen van dreadnoughts, ging het vol
gens hem niet aan, dat de Minister vast
rekende op een voortdurend accrès der mid
delen met 4 percent, en dat hij nog 3 mil
lioen voor 11114 ongedekt liet, die tot 6Va
millioen zouden groeien, als men „liet
suikerpotje" onaangetast liet. Nu aan liet
laatste heeft niemand ooit gedacht, en het
enkele feit, dat Minister Kolkman het sui
kerpotje nooit gebruikt heeft om den sui
keraccijns te verlagen, doet zien hoezeer
de heer Roodhuijzen indertijd gelijk had,
toen hij, tot groote verontwaardiging van
den andere zoo gemoedelijkcn bewinds
man van financiën, in het Kabinet-Heems
kerk, de instelling van dat „suikerpotje"
als volksmisleiding betitelde.
En ook over de tijdrekenkunde van Mi
nister Bertling was de heer Patijn niet
best te spreken. Hij rekent nu reeds op al
lerlei inkomsten voor 1915, terwijl de des
betreffende ontwerpen nog niet eens het
Departement hebben verlaten. En hij waar
schuwde den Minister dan ook om tocli
Ie zorgen, dat hij verzekerd was van zijn
inkomsten, aJs Treub met zijn sociale ont
werpen klaar zóu zijn.
We zullen niet zeggen, dat al die waar
schuwingen geen reden van bestaan had
den, al mag zeker niet worden vergeten,
dat do werkkrachten ran een Treub niet
ieders deel is. Maar als de heer Patijn,-
consciëntieus financier als hij is, van stonde
aan alle kosten gedekt wil zien, en daarvoor
ook nog opcenten op de Successie-belasting
wil hebben, houdt deze spreker dan 'wel
genoeg rekening met de oude waarheid dat
men geen enkele boog af te sterk kan
Spannen,- en dat Bertlings ontwerpen toch
reeds veel vragen van do Ncderlaiglsche
natie, wier ideaal nu juist piet belasting
betalen is?
De toestand is anders wel om iemand
als den beer Patijn kippcvel te doen krij
gen. Van de 55 millioen aan „meevallers",
d.i. aan hoogere opbrengst van do middelen
dan geraamd was, die het Ministerie-Heems
kerk als ongekenden bof heeft gehad, zijn
er 7 besteed voor Colijn's Militiewet en 10
voor art 369 der Invaliditeit-,wet, EX DE
OVERIGE 33 -MILLIOEN ZIJN FEITELIJK
DOOR TE DUUR HUISHOUDEN DOOR DE
VINGERS GEGLEDEN. Waai lijk dit enkele
feit spreekt zoo boekdoelen, dat het eigen
lijk overbodig is nog een woord over de
financieele politiek van het Kabinet Heems
kerk te zeggen.
Stelde de heer Patijn dit laatste in het
voile licht; hij bezag de zaak ook van
zeer breed standpunt, toen hij er op wees,
hoe ook de Kamer in 'deze niet vrij uit
ging. En dat, zonderlinge loop der tijden,
de Parlementen, die juist ingesteld waren
oorspronkelijke en eventuccle spilzucht van
de regceringen tegen te gaan, waarom ze
het recht kregen van goed- of afkeuring van
de voorgenomen uitgaven, nu op hun beurt,
de Regeeringen aanzetten tot uitgaven voor
allerlei hei-vormingen. En wie geneigd 'zou
zijn daarvan de schuld te geven aan de
„democratie" werd bij voorbaat dc mond
gesnoerd door de opmerking, dat we in
niel-democratische landen als Duitschland
met precies hetzelfde verschijnsel te doen
hadden. Waartegen de hoer Lobman" met
kracht opkwam, die juist aan de demo
cratie en aan de oogondienarij der kie-
zèrs weet, dat do uitgaven voortdurend stij
gen, waarvoor hij zich zelfs beriep op het
mooie Kamergebouw, dat in do maak is,
en waarin in de bibliotheekkamer schrik
niet lezer gemakkelijke stoelen zulten
staan! De spreker uit Goes voorspelde, dat.
wij door onze democratische neigingen bin
nenkort te gronde zouden gaan; wc zou
den weldra Indië verliezen en dan opge
slokt worden door de barbaren. Wie daar
mee bedeeld zijn, weten wc niet, want.
teen de heer Ter Laan uit Rotterdam hij
interruptie vroeg wie daaronder moesten
worden verstaan, hield de lieer Lobman
dit „om internationale redenen" voor zich.
Zijn bootpredicatie werd met een glimlach
aangehoord. Van het feit, dat hij zelf ge
stemd had voor allerlei onuoodige defen
sie-uitgaven, zooals het fort te Vlissingen,
en voor de amendementen Wijnbergen en
Van der Molen op M. U. L. O.-wet en Bouw-
weltekc, werd natuur,'ijk wijselijk met geen
woord gerept, alhoewel voor deze uilgaven
geen middelen waren aangewezen. En toen
kregen we op' economisch gebied een theo
rie, waarvan we niet meer wisten, dat
er openlijke aanhangers van waren in ons
gezegend vaderland. Daar de groote uitga
ven ten behoeve van de sociale wetten,
gedaan worden, d.i. ten behoeve van de
arbeiders, moeten dez'o dan ook maar die
wetten betalen. Ziedaar niet alleen een ver
dediging van de Tariefwet, maar oók de
openhartige bekentenis, die in den verkie
zingstijd niet kon worden verkregen, dat
deze in dc eerste plaats den kleinen man
drukt. Om te onthouden.
Do heer de Wijkea-slooth, do schutspatroon
van landeigenaars en boeren moest natuur
lijk opkomen voor heiden. De kaatsten ver
liezen nu het praerogatief, dat ze nooit
hadden moeten hebben, ml. dat ze van
dc Bedrijfsbelasting vrijgesteld zijn. We
kunnen begrijpen dat in den tijd van do
landbouwmalaise men tot zoo buitengewo
ne n maatregel overging, al erkenden toen
èn Minister Piers on én de Kamer, dat het
eigenlijk een slechte weg was, dien men
bewandelde. Maar hoe deze vrijstelling te
gen allo billijkheid indruischt, nu de tijden
zoo geheel veranderd zijn, behoeft geon
betoog. En dat de grondeigenaren, wier
land voor de vermogensbelasting niet ge
tarreerd wordt naar de werkelijke waarde,
in de huidige omstandigheden ook geen
reden van klagen hebben, wie zou het
durven tegenspreken. Wat alles niet weg
nam, dat de afgevaardigde voor Wijk-bij-
Duurstede voor zijn beschermelingen op
kwam op zijn bekende zachte en aange
name manier. Zijn rede zou echter meer
op hare plaats geweest zijn in de Eerste
Kamer; dc Tweede Kamer is op dit oogen
blik moeilijk "tot meewarigheid niet die
arme grondeigenaren te brengen.
Van zeer pracfischo zijde werd het wets
ontwerp door den beer Gerretson beke
ken, en hij wees njet ten onrechte op de
bezwaren, die, vooral voor de groote ste
den verbonden zijn aan een Rijksinkom
stenbelasting naast een gemeentelijke In
komstenbelasting. Nu werd de regeling der
Gemeente-Financiën ad calcndas Graecus
verschoven, wat ook door Dr. Bos naderhand
werd beaamd; en de afgevaardigde vcon
Rotterdam I hoopte nu maar, dat men
ten minste deze compensatie aan de ge
meenten zou geren, dat ze in staat wer-
den gesteld bij de vaststelling van haar
aanslagen zich van de rijksgegevens te be
dienen, waardoor heel wat last, omslag en
kosten voor don gemeentelijken fiscus zon
den worden uitgewonnen. Zeker een bil
lijk verlangen. Ook de heer Monté Verlo
ren hield beschouwingen over 'do wet, die
misschien zeer interessant geweest zijn,
maar die voor de pers totaal onverstaanbaar
waren. Dit kwam dezen keer ftiet geheel
door het zwakke stemgeluid van dezen af
gevaardigde, maar doordat het Parijseho
gemeentebestuur, dat gast was ran het
Haagsche dito, een bezoek aan de Kamer
bracht. Dc voorzitter trachtte tevergeefs
door herhaald hamergeklop attentie voor
Breukelen's afgevaardigde te krijgende gas
ten namen alle aandacht in beslag. Geluk
kig nog dat er liamcrgeklop was; dat zelto
wat leven hij; wat moesten do Fransellen
anders voor indruk krijgen Van een matig'
bezette Kamer met een spreker naai wien
niemand luisterde? En nog gelukkiger, dat
spoedig daarop Dr. Bos het woord kreeg,
tevwoonden zij het tenminste bij, dat
er een redevoering werd gehouden, die het
oor der garisehe Kamer had.
Tegenover de jammerklachten van den -
heer Lobman, cn liet protest tegen het
aanslaan in de belasting van do naamlooze
vennootschappen „als dubbele belasting uit
gekreten", klonk dr. Dos' friseh woord,
die, nl was hij zeker niet 'blind voor do
nadoelen aan elke nieuwe belasting ver
bonden, er op wees, dat er geen geschik
ter tijd was om mei liet vragen van nieuwe
offers van de natie te komen, dan thans,
nu door de Staatsbemoeiing op het ge
bied van Handel, Industrie en Landbouw do
kansen, om tot grootere welvaart te komen,
zoo enorm zijn gestegen; en hoe het niet
de arbeiders in de eerste plaats maar juist
de gegoeden waren, die daarvan hadden ge
profiteerd; van 1906 tot 1911 is alleen
van hen, die meer dan een lialf millioen
bezitten, het gezamenlijk vermogen met
meer dan 300 millioen toegenomen. De
heer Bo., zette eindelijk de groote nadeie*
len van een Tariefsverhooging zoo dui
delijk in het licht, dat wij nu beter dan
ooit begrijpen, waarom do vroegere Re
geering het algemeen debat over de Ta
riefwet vóór de verkiezingen niet aandorst.
Do beer Tydeman, logisch als altijd, koos
het standpunt, dat, wie van de Tariefwet
iiicL., weten wil, nu ook maar, al moge
alles hen niet naar den zin zijn, mot Bert
ling moet meegaan, en de hecir Vliegen
nam een geweldig loopje met den heer
Lobman, die volgons hem even hard als
ieder aan opdrijving (ter uitgaven meedeed,-
als die uitgaven maar naar zijn zin waren.
Als goed sociaal-democraat wilde hij er
nog heel wal harder op inhakken; hij wil
16 millioen meer uit de successiebelasting,
71/2 millioen meer uit dc grondbelasting,
zoodat de Minister zijn tabaklielnsling cn
bieirbelasting niel noodig heeft. Dat deze
beide belastingen alles Behalve populair
zullen wezenwel, wij zullen de laatsten
zijn, om dit den afgevaardigde voor Am
sterdam IX legen te spreken.
Dat het nu reeds vaststaat, dat de Kamer,
niet moo zal gaan mot de .wijziging door
den Minister in het ontwerp gebracht, waar
door do uitvoering van de wet aan Re
gistratie en Directe Belastingen samen zal
worden opgedragen, maar die uitvoering
aan de D. B. zal geven, dunkt ons nu
necsL vast te staan. Jammer is het
echter, dat de ambtenaren van de Di
recte Belastingen het in deze de Kamer niet
gemakkelijk gemaakt hebben en te doen,
wat het gezond' Vorstand eischt, en dat
wel door een ailcronlvebbelijkst optreden
tegenover den Minister, dat door dr. Bos
naar verdienste werd gegispt. 1
Wat do kansen der wet "betreft; ze zal
naar ons dunkt ook ménige stom van Rechts
krijgenten eerste is het ontwerp oorspron
kelijk van Kolkman, al dwong de Coalitie
dien dim ook hot te laten liggen, en ten
tweede zou hot al van heel weinig tac
tisch inzicht blijk geven, als men nu reeds
van do zijdo der oppositie den grooten
politieken aanval begon. Die zal wol voor
Treub's ontwerp gereserveerd blijven.
Over den inhoud van het ontwerp
ieder Nederlander weet natuurlijk gaarne,
waar hij aan tie is, als het op betalen aan
komt spreken wjj natuurlijk bij de ar
tikelen. 1
De algemeen© beschouwingen liepen nog
SCHIEDAMSCHE COURANT.
f