67*® Jaargang. Zaterdag 18 April 1914. No. 14504 Tweede Blad. Uit de Tweede Kamer. Deze courant verschijnt d agel ijks, met uitzondering van Zon- en feestdagen; Prijs per kwartaal: Voor Schiedam en Vlaardingen 1.25 franco per post fl. 1.65. Prijs per week: Voor Schiedam en Vlaardingen '10 cent* Afzonderlijke nummers 2 cent Abonnementen worden dagelijks aangenomen. Advertentiën voor het eerstvolgend nummer moeten des middags vóór een uur aan het Bureau bezorgd zijn. Bureau: Lange Haven No. 141 (hoek Korte Haven). Prijs der Advertentiën": Van 16 regels 0. 0.92; iedere regel meer 15 cents. Reclames 30 cent per regel. Groote letters naar de plaats die zij innemen. Advertentiën bij abonnement op voordeeliga voorwaarden. Tarieven hiervan zijn gratis aan het Bureau te hekomen. In de nummers die Dinsdag-, Donderdag- en Zaterdagavond verschijnen, worden zoogenaamde kleine advertentiën opgenomen tot den pnjs van 40 cents per advertentie, bij vooruitbetaling aan het Bureau te voldoen. Intercommunale Telefoon No. 103. Zooals verwacht kon worden, ving de zit ting van Woensdag 11.. aan mpt een woont ter herdenking van het onverwacht over lijden van Baron Sehimmelpenninok van der Oije, voorzitter van de Eerste Kamer. De heer Goeman Borgesius getuigde in goed gekozen bewoordingen van het groote vei lies, dat Land on Kroon lijden door het af sterven van dezen algemeen beminden man, en de Kamer hoorde zijn rede eerbiedig aan. Do Regeering sloot zich bij monde van den Minister van Justitie van harte aan bij het gesprokene. Met Baron Sehimmelpenninok is weer vu van de oude garde heengegaan, en teven-, een figuur, zooals men ze slechts vond in het tijdperk, dat achter ons ligt. Hij va- een overtuigd man van Rechts en een voni stander van dc School met den Bijbel, zoo als er maar weinigen worden gevonden Maar al was hij trouw dienaai zijner partij, toch was hij absoluut geen partij man in den engeren zin des woords, en alle politieke hartstochten was hem vreemd Vandaar de groote achting en sympathie, die hij aan allen afdwong, en til had hij het voorzitterschap van de Eerste Kamei voor de eerste maal slechts te danken aan een van do vele waagstukken van Dr. Kuy per, die hem, den christelijk-historiscbë. voor dit gewichtig ambt voordroeg, toen de meerderheid in onzen senaat nog Links was, hij heeft dat ambt vervuld op zulk een wijze, dat niemand er ooit aan gedacht heeft hem een verwijt te maken van de wijze, waarop hij het oorspronkelijk ver kregen heeft. Met hem is een van die mannen heengegaan, die, al leven ze uit een onwrikbaar vast beginsel, in waarheid het lands belang boven het p ar t ij belang stellen, f De bladen hebben zich natuurlijk reeds met de vraag bezig gehouden, wie of de plaats van den overledene zal moeten in nemen. Wij zullen in deze niet meedoen aan wenschen en voorspellingen. Maar waar door een enkel blad v"an Links reeds de raad is gegeven, nu het voorbeeld van Dr. Kuyper te volgen en nu een man van Links tot voorzitter van de Eerste Kamer te be noemen, ga daartegen een woord van pro- "test. Men mag toch den politieken tegen stander wel tot voorbeeld nemen in wal hij goed deed, maar zeker niet in wat hij verkeerd deed. En het was verkeerd in 1902 een man van Reciits te benoemen tot voorzitter van de Kamer van de Statcn- Gcneraal, waarin Links de meerderheid had. Dr. Kuyper heeft dat toen trachten goed te praten met de bewering, dat bij een regecring van Rechts ook voorzitters van de Kamer uit de Rechterzijde behoor den. Maar deze bewering gaat uit van de onhoudbare stelling, dat de beide Kamers der Staten-Generaal mederegeerende beha men zouden wezen, terwijl ze slechts con troleerendo lichamen zijn. Waarmee wij na tuurlijk niet "willen zeggen, dat wij den on- mogelijken toestand zouden goedkeuren, dat een Regeering moet werken met een Tweede Kamer, die Rechts en een Eerste Kamer die Links is of omgekeerd; maai dat ligt nu eenmaal aan de treurige omstan digheid, dat onze senaat gekozen woidt door de onontbindbare Provinciale Staten. De algemecne beschouwingen over de Inkomstenbelasting werden niet gehouden onder den indruk, dat het thans ging om uit te maken in welke richting versterking van de schatkist zal worden gezocht; in de verhooging van hot Tarief of langs andere wegen, waarbij dan uit den aard dor zaai de directe heffingen het meest op den voorgrond treden. Allicht zegt iemand, dat deze vraag reeds uitgemaakt is in Juni 11.. toen de meerderheid der kiezers zich tegen verhooging van het Tarief verklaarde, maar dan vergist hij zich toch. In Juni is feite lijk slechts uitgemaakt, wat men niet wil hebben, maar daarmee komt men geen slap verder, want gold moet er nu eenmaal zijn. Uitgemaakt wat men w 1 wil hebben, zal slechts dan geschied zijn, als Minister Bert- ling het fiat Jieeft gekregen voor zijn in komstenbelasting. eerste deel van het com plex ontwercpn, dat onzen teringlijder, die „schatkist" heet, nieuw vleesch en bloed moet geven, en het was daarom, dat men hij de Algemeene Beschouwingen over dit ontwerp een zeer uitvoerig en principieel debat icon verwachten, waarbij Links en Rechts do lijnen, waarbinnen zij zich onze financieel© politiek wilden zien bewegen, nauwkeurig zouden hebben getrokken Maar de Kamer vertoonde al heel wei nig het. aspect van een kring, waarin ge wichtige beraadslagingen zouden plaats heb ben het was er bedroevend leeg; door -do banken van Rechts kon men gerastelijk schieten, en ook de Regeeringsbanken wa ren slechts matig bezet. En toen twee.spre kers het woord hadden gevoerd, was er niemand meer ingeschreven, en kwam de Minister aan het woord, die daarop gan- schelijk niet gerekend had, en die uit den aard der zaak meende, dat het nog ette lijke dagen duren zou, eer bij aan hel woord zou komen, niet die uitgebreide aan teekeningen gemaakt had, die voor een uit voerige ropartie op hetgeen door de beide sprekers, die aan het woord waren ge weest, ton beste was gegeven, toereikend kon worden genoemd. De Voorzitter redde hem mt dit perikel door de zitting te schorsen, nadat Z. K eenige minuten aan het woord was ge weest, met de mededeeling, dat nog ver scheiden sprekers hem hun voornemen had den kenbaar gemaakt, om aan de Alge meene Beschouwingen deel te nemen. Dit moge niet strikt reglementair zijn. het wa> zeer handig, en de Minister had in deze alle recht op Hulp. "Want hij bad niet in deze impasse ge bracht mogen worden; dit verbood niet al leen alle courtoisie, maar het was de plicht der Regeeringspartij. te zorgen, dat zoo iels niet kon voorkomen. We kunnen niet beoordeelcn, in hoeverre hel gerucht waar was, dat de Kamer, gerekend heb bende niet vóór 2 lApril bijeengeroepen te zullen worden, zeer ontstemd was over haar convocatie op een week vroeger; en dat zij van die ontstemming blijk wilde geven door zich niet voor debat op te geven, en laten deze geruchten voor wat ze zijn. Maar waar do gevolgen van die onthouding den Minister in de eerste plaats troffen, en dan nog wel den door de op positie zoo heftig aangevochten Bertling, staan de ledon van Links, die van plan waren het woord te voeren bij deze Alge meene Beschouwingen, maar niet tevens gezorgd hadden elk oogenblik daarvoor ge reed te zijn, schuldig aan gemis aan be grip, wat van leden van de Regeeringspartij mag worden verwacht. Laten wij als ver zachtende omstandigheid laten gelden, dat ö'/s jaar regeering van Rechts aan de Lin kerzijde min of meer heeft doen vergeten, welke eischen men aan het optreden van een Regeeringspartijstellen mag. De Uvoc sprekers, die den eersten dag het woord voerden, waien de hecvcn Van Vuuren en Patijn. Voor den eerste was de taak niet zoo heel gemakkelijk, daar hij als man der oppositie tot do conclusie moest, komen ,dat het voor hem ernstig de vraag zou zijn, of hij aan hot onderhavige wets ontwerp zijn stem zal kunnen geven, ter wijl het ontwerp, zooals men weet, op eenige wijzigingen dan na, van Minister Kolkman is. Als men rekening houdt met zoo moeilijke positie, kan men moei lijk een woord van lof onthouden aan de „handigheid" van het optreden van den afgevaardigde voor Zevenbergen, die er nu maar een politieke rede van maakte, en zoo min mogelijk sprak over het on! worp zelf. maar in hoofdzaak een verdcdi ging gaf van de financieele politiek van het vorig ministerie. Dat hij daarbij tot de conclusie kwam „dat het Xederlandseho volk geen reden heeft om zich te verbhj den over de verandering, die achter de groene tafel heeft plaats gehad", mag eigen lijk overbodige mededeeling hoeten. Tof die conclusie komen alle Kamerleden van Rechts, wien, den een moor, den ander minder, de nederlaag van Juni 1.1. uiter mate dwars zit; onder de Reclitsche kie zers echter zijn er zeer velen, die inwen dig juichen, dat de zoo verderfelijke Ta- riefwet van de baan is. Maar de heer Van Vuuren is in moer dan één opzicht een handig advocaat. Ge bruik makende van den meevaller, dat ér door evengroot. als onverwacht accres dei- middelen in 1913 en voor dat jaar per slot van rekening geen te kort zal wezen, roept de afgevaardigde voor Zevenbergen met triomf vut: Wat klaagt men toch over slecht financieel beheer van hel vorig Ka binet? Zie naar 1913. en schaam u, er is immers geen tekort. Maar (1e heer Patijn sloeg hem in zijn uitnemende rede, waar over straks meer. dit wapen geheel uil de handen. Juist in dat sluiten van een begrooting. slechts door een buitengewoon accres der middelen verkregen, komt de lichtzinnige financieele politiek van het Ka binet-Heemskerk het meest uit, zoo be toogde dc afgevaardigde voor Zierikzee te recht. Want, vóór 1908 zorgde men er voor,'dat ook in magere jaren de gewone staatsdienst was gedekt, zoodat do mee vallers konden dienen ter dekking van uit gaven, waarvoor mocht worden geleend. Maar sinds 1908 hebben we er maarop ios geleefd, en moesten die zeer mime meevallers dienen, om de twee einden aan olfraar te krijgen; als die meevallers, waar op ook voor 1913 zoo vast door Minister Kolkman gerekend was, eens waren uitge bleven, zou het tekort weer ettelijke mil- lioenen grooter zijn; en dit groot nadeel blijft in alle gevallen bestaan, dat we in den gewonen dienst, d. i. das in ons gere gelde huishouden, op veel te groeten voet zijn ingericht, niet rekening houdende met ons „vaste" inkomen, maai- met uit den aard der zaak zeer ongewisse meevallers, en dat die train de vie niet is vol te hou den, en zich bitter wreken zal, zoodra do magere jaren komen. En dat die helaas zullen komen, staat voor iedereen vast," die bij ondervinding weet hoe Landbouw, In dustrie en Handel afwisselend een opgaan- den en neergaanden tijd hebben, maar daar aan heeft de joviale heer Kolkman, die de kracht miste om tegen op de schatkist azende collega's „neen" te zeggen, blijkbaar niet gedacht. 1 1 De lieer Van Vuuren is ondertusschen zoo goed om toe te geven, dat er een groot tekort is, en wel op zijn hoogst van 10 milhoen; d. w. z. voor 1914; als in 1915 de Ouderdomsrente tot stand komt, dan zal, ook volgens hem, dat tekort verdubbelen en dus 2 0 milhoen worden. Maar op de vraag, of het dan niet strijdig was met goede fi nancieele politiek, dat de vorige regeering die 10 millioen ongedekt liet, krijgt men uit zijn mond hef antwoord, dat alles gedekt was door de Tariefwet Verzwegen wordt daarbij, dat het hoogst quaestieus is men moet de deskundigen daarover hoeren dal de Tariefwet meer dan 7 mill, zou heb ben opgebracht, evenmin wordt er van ge sproken dat door den financieelentegenval ler met Talma'» art. 369 de vorige Regee ring zelfs met de Tariefwet en de Inkom stenbelasting in geen velden of wegen geld genoeg had voor haar sociale verzekering, zoodat zij dadelijk had moeten beginnen met op genoemde Tariefwet zooveel percenten op te leggen. Maar wel ewrd lieil gezocht in dc beschuldiging aan het adres der Linker zijde, dat haar obstructie belet had die wel nog intijds te behandelen. Wij kunnen het slechts betreuren, dat iemand als de heer Van Vuuren het niet beneden zich acht, met zoo afgezaagde en onhoudbare beschuldiging aan te komen; wij kunnen hom slechts verwijzen naar een man, die toch zeker in deze ook voor hem met zonder gezag zal zijn, naar Dr. Kuyper, die de schuld van de niet-behande- ling der Tariefwet gaf aan hot gemis van tijdrekenkunde van het vorig ministerie. De heer Patijn, aldus uiteengezet heb bende, hoe de luchthartige financieele po litiek van het Kabinet-Heemskerk ons in de misère had gebracht, betoonde zich ook tegenover den nieuw opgetreden minister van financiën den vriend, die de feilen toont; misschien soms tegenover een mi nister, dien hij steunen wil, wel wat te weinig „vriend". De nauwgezette oud-administrateur van de generale thesaurie vond, dat Minister Bertling niet genoeg doordrongen was van den ernst van zijn taak; bij toenemende tekorten hij de indiening van elk budget en bij zoo reusachtige voornemens als de droogmaking van de Zuiderzee, en het aan schaffen van dreadnoughts, ging het vol gens hem niet aan, dat de Minister vast rekende op een voortdurend accrès der mid delen met 4 percent, en dat hij nog 3 mil lioen voor 11114 ongedekt liet, die tot 6Va millioen zouden groeien, als men „liet suikerpotje" onaangetast liet. Nu aan liet laatste heeft niemand ooit gedacht, en het enkele feit, dat Minister Kolkman het sui kerpotje nooit gebruikt heeft om den sui keraccijns te verlagen, doet zien hoezeer de heer Roodhuijzen indertijd gelijk had, toen hij, tot groote verontwaardiging van den andere zoo gemoedelijkcn bewinds man van financiën, in het Kabinet-Heems kerk, de instelling van dat „suikerpotje" als volksmisleiding betitelde. En ook over de tijdrekenkunde van Mi nister Bertling was de heer Patijn niet best te spreken. Hij rekent nu reeds op al lerlei inkomsten voor 1915, terwijl de des betreffende ontwerpen nog niet eens het Departement hebben verlaten. En hij waar schuwde den Minister dan ook om tocli Ie zorgen, dat hij verzekerd was van zijn inkomsten, aJs Treub met zijn sociale ont werpen klaar zóu zijn. We zullen niet zeggen, dat al die waar schuwingen geen reden van bestaan had den, al mag zeker niet worden vergeten, dat do werkkrachten ran een Treub niet ieders deel is. Maar als de heer Patijn,- consciëntieus financier als hij is, van stonde aan alle kosten gedekt wil zien, en daarvoor ook nog opcenten op de Successie-belasting wil hebben, houdt deze spreker dan 'wel genoeg rekening met de oude waarheid dat men geen enkele boog af te sterk kan Spannen,- en dat Bertlings ontwerpen toch reeds veel vragen van do Ncderlaiglsche natie, wier ideaal nu juist piet belasting betalen is? De toestand is anders wel om iemand als den beer Patijn kippcvel te doen krij gen. Van de 55 millioen aan „meevallers", d.i. aan hoogere opbrengst van do middelen dan geraamd was, die het Ministerie-Heems kerk als ongekenden bof heeft gehad, zijn er 7 besteed voor Colijn's Militiewet en 10 voor art 369 der Invaliditeit-,wet, EX DE OVERIGE 33 -MILLIOEN ZIJN FEITELIJK DOOR TE DUUR HUISHOUDEN DOOR DE VINGERS GEGLEDEN. Waai lijk dit enkele feit spreekt zoo boekdoelen, dat het eigen lijk overbodig is nog een woord over de financieele politiek van het Kabinet Heems kerk te zeggen. Stelde de heer Patijn dit laatste in het voile licht; hij bezag de zaak ook van zeer breed standpunt, toen hij er op wees, hoe ook de Kamer in 'deze niet vrij uit ging. En dat, zonderlinge loop der tijden, de Parlementen, die juist ingesteld waren oorspronkelijke en eventuccle spilzucht van de regceringen tegen te gaan, waarom ze het recht kregen van goed- of afkeuring van de voorgenomen uitgaven, nu op hun beurt, de Regeeringen aanzetten tot uitgaven voor allerlei hei-vormingen. En wie geneigd 'zou zijn daarvan de schuld te geven aan de „democratie" werd bij voorbaat dc mond gesnoerd door de opmerking, dat we in niel-democratische landen als Duitschland met precies hetzelfde verschijnsel te doen hadden. Waartegen de hoer Lobman" met kracht opkwam, die juist aan de demo cratie en aan de oogondienarij der kie- zèrs weet, dat do uitgaven voortdurend stij gen, waarvoor hij zich zelfs beriep op het mooie Kamergebouw, dat in do maak is, en waarin in de bibliotheekkamer schrik niet lezer gemakkelijke stoelen zulten staan! De spreker uit Goes voorspelde, dat. wij door onze democratische neigingen bin nenkort te gronde zouden gaan; wc zou den weldra Indië verliezen en dan opge slokt worden door de barbaren. Wie daar mee bedeeld zijn, weten wc niet, want. teen de heer Ter Laan uit Rotterdam hij interruptie vroeg wie daaronder moesten worden verstaan, hield de lieer Lobman dit „om internationale redenen" voor zich. Zijn bootpredicatie werd met een glimlach aangehoord. Van het feit, dat hij zelf ge stemd had voor allerlei onuoodige defen sie-uitgaven, zooals het fort te Vlissingen, en voor de amendementen Wijnbergen en Van der Molen op M. U. L. O.-wet en Bouw- weltekc, werd natuur,'ijk wijselijk met geen woord gerept, alhoewel voor deze uilgaven geen middelen waren aangewezen. En toen kregen we op' economisch gebied een theo rie, waarvan we niet meer wisten, dat er openlijke aanhangers van waren in ons gezegend vaderland. Daar de groote uitga ven ten behoeve van de sociale wetten, gedaan worden, d.i. ten behoeve van de arbeiders, moeten dez'o dan ook maar die wetten betalen. Ziedaar niet alleen een ver dediging van de Tariefwet, maar oók de openhartige bekentenis, die in den verkie zingstijd niet kon worden verkregen, dat deze in dc eerste plaats den kleinen man drukt. Om te onthouden. Do heer de Wijkea-slooth, do schutspatroon van landeigenaars en boeren moest natuur lijk opkomen voor heiden. De kaatsten ver liezen nu het praerogatief, dat ze nooit hadden moeten hebben, ml. dat ze van dc Bedrijfsbelasting vrijgesteld zijn. We kunnen begrijpen dat in den tijd van do landbouwmalaise men tot zoo buitengewo ne n maatregel overging, al erkenden toen èn Minister Piers on én de Kamer, dat het eigenlijk een slechte weg was, dien men bewandelde. Maar hoe deze vrijstelling te gen allo billijkheid indruischt, nu de tijden zoo geheel veranderd zijn, behoeft geon betoog. En dat de grondeigenaren, wier land voor de vermogensbelasting niet ge tarreerd wordt naar de werkelijke waarde, in de huidige omstandigheden ook geen reden van klagen hebben, wie zou het durven tegenspreken. Wat alles niet weg nam, dat de afgevaardigde voor Wijk-bij- Duurstede voor zijn beschermelingen op kwam op zijn bekende zachte en aange name manier. Zijn rede zou echter meer op hare plaats geweest zijn in de Eerste Kamer; dc Tweede Kamer is op dit oogen blik moeilijk "tot meewarigheid niet die arme grondeigenaren te brengen. Van zeer pracfischo zijde werd het wets ontwerp door den beer Gerretson beke ken, en hij wees njet ten onrechte op de bezwaren, die, vooral voor de groote ste den verbonden zijn aan een Rijksinkom stenbelasting naast een gemeentelijke In komstenbelasting. Nu werd de regeling der Gemeente-Financiën ad calcndas Graecus verschoven, wat ook door Dr. Bos naderhand werd beaamd; en de afgevaardigde vcon Rotterdam I hoopte nu maar, dat men ten minste deze compensatie aan de ge meenten zou geren, dat ze in staat wer- den gesteld bij de vaststelling van haar aanslagen zich van de rijksgegevens te be dienen, waardoor heel wat last, omslag en kosten voor don gemeentelijken fiscus zon den worden uitgewonnen. Zeker een bil lijk verlangen. Ook de heer Monté Verlo ren hield beschouwingen over 'do wet, die misschien zeer interessant geweest zijn, maar die voor de pers totaal onverstaanbaar waren. Dit kwam dezen keer ftiet geheel door het zwakke stemgeluid van dezen af gevaardigde, maar doordat het Parijseho gemeentebestuur, dat gast was ran het Haagsche dito, een bezoek aan de Kamer bracht. Dc voorzitter trachtte tevergeefs door herhaald hamergeklop attentie voor Breukelen's afgevaardigde te krijgende gas ten namen alle aandacht in beslag. Geluk kig nog dat er liamcrgeklop was; dat zelto wat leven hij; wat moesten do Fransellen anders voor indruk krijgen Van een matig' bezette Kamer met een spreker naai wien niemand luisterde? En nog gelukkiger, dat spoedig daarop Dr. Bos het woord kreeg, tevwoonden zij het tenminste bij, dat er een redevoering werd gehouden, die het oor der garisehe Kamer had. Tegenover de jammerklachten van den - heer Lobman, cn liet protest tegen het aanslaan in de belasting van do naamlooze vennootschappen „als dubbele belasting uit gekreten", klonk dr. Dos' friseh woord, die, nl was hij zeker niet 'blind voor do nadoelen aan elke nieuwe belasting ver bonden, er op wees, dat er geen geschik ter tijd was om mei liet vragen van nieuwe offers van de natie te komen, dan thans, nu door de Staatsbemoeiing op het ge bied van Handel, Industrie en Landbouw do kansen, om tot grootere welvaart te komen, zoo enorm zijn gestegen; en hoe het niet de arbeiders in de eerste plaats maar juist de gegoeden waren, die daarvan hadden ge profiteerd; van 1906 tot 1911 is alleen van hen, die meer dan een lialf millioen bezitten, het gezamenlijk vermogen met meer dan 300 millioen toegenomen. De heer Bo., zette eindelijk de groote nadeie* len van een Tariefsverhooging zoo dui delijk in het licht, dat wij nu beter dan ooit begrijpen, waarom do vroegere Re geering het algemeen debat over de Ta riefwet vóór de verkiezingen niet aandorst. Do beer Tydeman, logisch als altijd, koos het standpunt, dat, wie van de Tariefwet iiicL., weten wil, nu ook maar, al moge alles hen niet naar den zin zijn, mot Bert ling moet meegaan, en de hecir Vliegen nam een geweldig loopje met den heer Lobman, die volgons hem even hard als ieder aan opdrijving (ter uitgaven meedeed,- als die uitgaven maar naar zijn zin waren. Als goed sociaal-democraat wilde hij er nog heel wal harder op inhakken; hij wil 16 millioen meer uit de successiebelasting, 71/2 millioen meer uit dc grondbelasting, zoodat de Minister zijn tabaklielnsling cn bieirbelasting niel noodig heeft. Dat deze beide belastingen alles Behalve populair zullen wezenwel, wij zullen de laatsten zijn, om dit den afgevaardigde voor Am sterdam IX legen te spreken. Dat het nu reeds vaststaat, dat de Kamer, niet moo zal gaan mot de .wijziging door den Minister in het ontwerp gebracht, waar door do uitvoering van de wet aan Re gistratie en Directe Belastingen samen zal worden opgedragen, maar die uitvoering aan de D. B. zal geven, dunkt ons nu necsL vast te staan. Jammer is het echter, dat de ambtenaren van de Di recte Belastingen het in deze de Kamer niet gemakkelijk gemaakt hebben en te doen, wat het gezond' Vorstand eischt, en dat wel door een ailcronlvebbelijkst optreden tegenover den Minister, dat door dr. Bos naar verdienste werd gegispt. 1 Wat do kansen der wet "betreft; ze zal naar ons dunkt ook ménige stom van Rechts krijgenten eerste is het ontwerp oorspron kelijk van Kolkman, al dwong de Coalitie dien dim ook hot te laten liggen, en ten tweede zou hot al van heel weinig tac tisch inzicht blijk geven, als men nu reeds van do zijdo der oppositie den grooten politieken aanval begon. Die zal wol voor Treub's ontwerp gereserveerd blijven. Over den inhoud van het ontwerp ieder Nederlander weet natuurlijk gaarne, waar hij aan tie is, als het op betalen aan komt spreken wjj natuurlijk bij de ar tikelen. 1 De algemeen© beschouwingen liepen nog SCHIEDAMSCHE COURANT. f

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Schiedamsche Courant | 1914 | | pagina 5