dan wij in hof ihaiia geemdigde onderzoek
hebben vermogen te vinden.
Doch om dit alles to bereiken, ?.ou or oen
goede en solide vereenigiiig tan spoorrei/i
gors moeten /.ijn mol <x?n hechte organise
tie on een gezaghebbend bestuur, dat eener
r.ijds pal zou hebben te staan tegenover de
maatschappijen. ander/ijd* zou iiehben te
zorgen, dat niet elke klacht van elk ze
nuwachtig lid tol stappen" zou behoeven
te leiden.
Wij vroezen met groote vreeze. dat het
niet spoedig tot de oprichting van zoo'n
veropniging zal komen. En dus is o. i de
hans groot, dat de droeve ramp van "24
December niet tot de verbeteringen /al
leiden, die men daarna had mogen ver
wachten.
ALLERLEI.
NAMEN.
Wie maar eenigszins de beteekenis der
verschillende namen kent, zal met verba
zing of amusement kunnen nagaan, hoeveel
meer er in zijn naam „zat" dan hij ooit
vermoedde en hoe goed de eene persoon
lijkheid onder zijn kennissen, paste bij haar
naam en hoe de andere er een schreeuwend,
misschien belachelijk contrast mede vorm
de. Stel je voor, Ida, die slons, ergerlijk
boetend ;,de gracieuse", die domme Hu-
bertine, „de geestige", Constance, de on
verbeterlijke coquette, reeds vóór zij er be
wustzijn van had, als de „getrouwe" aan
geduid voor haar heele loven! Die sukkei
yan een Martin, „oorlogzuchtige", of lto-
bert, de stotteraar, „een groot redenaar!"
de leelijkc, onhebbelijke Johan, „de liefelij
ke", Thijs of Matthias, 't tiende kind van hel-
gezin, j,gift des Ileeren", de lieve, vrien
delijke Ursula, een „berin" en de allesbe
halve op baar mondje gevallene Theresïa
de „verlegene".
En zoo zou men kunnen voortgaan tot
in het oneindige, 't Is misschien wel goed,
dat de meeste namen afgesleten munten
Zijn geworden, waarvan de beeldenaars
door het veelvuldig gebruik zoodanig zijn
uitgewischt, dat de oorspronkelijke trekken
nog maar alleen door deskundigen kunnen
onderscheiden worden. Wanneer men over
een meer of minder mooien naam spreekt,
■dan is het gewoonlijk alleen maar de klank,
die beslist, en dit is natuurlijk geheel en
al een kwestie van persoonlijken smaak.
De ouders vinden den een of anderen naam
zoo prachtig, dat ze dien hun lieveling
misschien als hun beste erfenis willen na
laten,- en het jonge mensch is nauwelijks
tot zijn verstand gekomen, of hij schaamt
er zich voor, vindt hem te plat of te hoog
dravend, te burgerlijk of te pretentieus en
weet niets beters te doen, dan zoodra. hij
er zelf iets aan doen kan, dien naam te
yerbergen onder de een of andere onmo
gelijke verkorting of verbastering, 't Is ze
ker jammer, dat de persoon, die er zelf
het meest pleizier of verdriet van beleven
moet, geen stem heeft in het debat en het
niet eens hoort, hoe men hem levenslang
.versiert of onsiert met een. willekeurig of
met studie gekozen naam, want waarlijk, er
is meer in een naam, dan wij in onze
onnadenkende oppervlakkigheid meenen.
De naam is de etiquette, welke ons heele
leven op ons kleeft, en nu is het al erg ge
noeg, dat wij van ons eerste levensuur
al gedrukt worden onder een ,-,van", dien
•wij zelf misschien afschuwelijk vinden en
"dien wij toch niet kunnen afwerpen. La
ten wij dan onzen kinderen, voor zoover
stad naderden, vroeg hij haar plotseling:
,.jBezit je nog altijd Bergshamra?"
„Ja, gelukkig ja! ik heb' de plaats lief
en ik heb mij aan de eenzaamheid èn aan
stil gepeins gewend,"
•„Gepeins over een geluk, dat ik jou ont
roofde
„Over een geluk, waaraan jij mij het
geloof hebt ontnomen. Soms geloofde «k
reeds dat het in de werkelijkheid niet be
staat. Heb jij het geluk ooit ontmoet?"
„Ik meende het gevonden te hebben, toen
ik jou ontmoette. Is zij heusch gestorven,
die liefde, die jij eens voor mij hebt ge-
yoeld?"-
„Ja, even volkomen als de jouwe stierf;
je wilt toch niet beweren, dat zelfs een
geringste naglans nog bestaat?"
Hij liet zijn hoofd zakken, en zweeg.
[Voordat zij echter de haven birmenstoom-
den, zocht hij haar op, haastig. Hij sprak
heeseh
„Wat dood is, is voorbij. Maar zelfs on
dermijnde levens kunnen leven en deze
dagen hebben mij geleerd, hoe ons onze
souvenirs aan elkaar binden, zooals geen
van ons beiden op deze aarde aan wie of
wat ook wordt gebonden. Mag ik je naar
Bergshamra volgen?"
„Als mijn gast en voor enkele weken."
„Als je getuchtigde echtgenoot, voor de
rest van ons {korte bestaan
Zij tuurde ver- weg over kade en hui-
zenrecksen. De gansehe aarde scheen haar
een bevolkte steenwoestijn. Zij keek op naar
den man naast haar. Hij scheen haar als de
jeugd-kroniek van haar ihart. Nooit zou
zij die met vreugde herlezen, maar zij ge
voelde zich. niet sterk genoeg, de nutte-
looze bladen den wind prijs te geven. En
zij reikte de smalle fijne hand naar hem
uit en zei, met onvaste stem:
„Kom!
wij -r iets aan doen "kunnen, niet levens
lang laten zuchten onder leelgke, maar ook
niet onder al te mooie namen.
Bij on« zijn de zoogenaamde mooie namen
niet in boog aanzien; de kinderen worden
gow oonhjk genoemd zoonis hun vader, moe
dei, grootouders of oen heel lange rist
meer of minder suiker,mhtigo. oonu. en tan-
les van oudsher hebben geheeten: vandaar
dat men nooit uit zekeren kring van namen
komt Kr zijn zooveel overwegingen, die
voor moeten gaan, voordat men een naam
van kiezen alleen om zijn liefelijken klank
of diepe beteekenis, en misschien is het
zoo ook beter; het is een twijfelachtig voor
revlxt. zich door iets boven het banale te
vei heffen, al Ls het dan ook maar dooi
een naam. Misschien kan men zijn kind
geen beteren dienst bewijzen, -dan door hem
eenvoudig zoo te noemen, dat niemand, als
zijn naam later wordt uitgesproken, zegt-
„Hé! wat een mooie of wat rare naam,
-- het arme schaap, zijn naam is langer
dan het heele kind; 't is zonde, zoo'n
lief kind en zoo'n affreuse naam!"
De mode der ïeelijke verkortingen en sa
menkoppelingen is voorbijvan eeii Ka-
Mie, een Anne-Bet, een Ite-Ko hoort men
in beschaafde kringen niet meer gewagen.
"Zelfs onze dienstmeisjes voelen zich gecom
promitteerd als men haar Kaatje, Keetje,
Mietje, Aagje noemt en geen Catharina,
Cornelia, Marie, Agathe. De heexen 'der
schepping zijn op dit punt conservatiever
of onverschilliger, 't Is hun meestal even
goed, op Piet, Kees, Jan enz. te antwoorden;
'3° poëtische, romantische namen hebben
-„y gewoonlijk een broertje dood.
In onze zuideljjke provinciën en in Bel
gië daarentegen zijn de vreemde namen
zoo algemeen, dat zij ei ordinair van zijn
geworden. Euplirasie, Zerobie, Cëlesrte, Sv
donie heeten de kinderen van boer of fa
brieksarbeider. Anatole, Honoré, Arsine
hoort rnen 111 de armste stulpen. In som
mige landen, maar ook in sommige tijden
is de een of andere naam algemeen in de
mode. Zoo heeten alle jongens en meisjes
in Limburg Hubert en Huberline, in België
Ghiriain en Ghislaine, tenminste als 'twee
de naam. Dit komt natuurlijk door heiligen,
in die streken bijzonder vereerd. Maar som
tijds hoort men van niets dan van Jo's of
van Theo's, of van Irene's, of van Wanda's,
of Etea's, zoo niet in het werkelijke leven,
dan toch in de boeken. In Duitschland
werden een jaar of wat geleden vele kin
deren Aegir genoemd, naar den held van
keizer Wilhelm's lied.
Het meest benaamde jongejuffeitje uit
Europa te zeker het ongeveer 8-jarige doch
tertje van aartshertog Leopold Salvator van
Oostenrijk en zijn gemalin Bianca de Bour
bon. Dit prinsesje mag zich in '21 namen
verheugen, waaronder vele van mannen.
Of liet kind ze reeds achter elkaar kan
opzeggenEnfin! een prinses kan zich deze
weelde desnoods veroorloven; er is zekere
gratie noodig om een mooien naam goed
te dragen. De mensch werkt op den naam,
maar ook de naam is wedefkeerig niet zon
der invloed op zijn drager; op de naam
gevers rust dus wel degelijk zekere verant
woordelijkheid.
DE OORSPRONG DER MOOIE KLEUREN.
De slakachtige insecten leveren verschei
dene fraaie kleuren op. Onder hen "zijn,
die het schitterend karmozijn, karmijnschar-
lafcen en purperlakken geven. De zwaard-
visch geeft het sepia. Het is liet inktkleurig
vocht, dat de visch afscheidt, om het wa
ter, wanneer hij wordt aangevallen, don
ker te kleuren. Ivoren spaanders verschaffen
het ivoor- en beenzwart Het fijne Pruisische
blauw wordt gemaakt door liet oplossen
van paardenhoeven en andere dierlijke be-
standdeelen in onzuivere, koolzure potesch.
Deze kleur werd bij toeval ontdekt. Vele
kleuren worden ontleend aan boomworte
len, schorsen' en hars. Lampenzwart
komt van zekere harsachtige zelf
standigheid, blauwzwart van het houtskool
van den wijnstok. Kalkoenenrood is ge
maakt van een plant, die in Hindoestan
groeit. Het gele sap van een Siameeschen
boom geeft het guttegom. De inboorlingen
verzamelen het sap in oooosschalen. Ruwe
siema is de natuurlijke aarde uit de nabij
heid van Siema (Italië). Ombar is ook
een aarde, gevonden in Arabic, die ge
brand wordt. Oost-Indische inkt wordt, ge
maakt van gebrande kamfei'. De Chinee-
/op zijn de eenigo vervaardigers van dezen
inkt en willen het geheim ervan niet open
baren. Mastiek is gemaakt van de gom
van den mastiek hoorn, die in den Griek-
schen archipel groeit. Roetbmin komt van
houtasch.
Zeer weinig ultramarine wordt op de
markt gevonden. Het wordt verkregen uit
het kostbare lapis Caruii en vef-tagemvooif-
digl een labelachfcigen prijs. Chinees ch wit
komt van het zink, jodium van kwik en
vermiljoen van kwikzilver.
KOSTBARE MENUKAARTEN.
Te Londen bewaart men in. de Shaftes
bury Avenue een kostbaren schat. De inter
nationale vereeniging van hotel-employés
bezit een. eigenaardige verzameling, die in
ha ar* soort de grootste der wereld is: een
verzameling historische menu-kaarten, die
in 60 in leer gebonden albums niet minder
dan 50.000 menu's van beroemde banketten
cti groote hof-gala-diners bevat. Een En-
gelsch schrijver heeft dezer dagen gelegen
heid gehad, deze voor het publiek niet toe
gankelijke collectie te doorbladeren en geeft
in een tijdschrift een interessante beschrij-
ving van eenige unica. Overigens geeft deze
verzameling een kijkje op de mode, dia
ook hierin heei-scht, «n tegelijk op <1e Vóór
liefde van beroemde vorsten tooi- zekere
gerechten en spijzen. Aan het Engelscho
hof werden voor het cent. menu's gedrukt
hij de troonbestijging van koningin Victoria.
De fijne op ivoorkarton gediukte kaarten
hebben als eenige versiering een gouden
kroon in hautrelief en daaronder de let
ters „V. R. and I." Uit het menu blijkt,
dat de vorstin twee lievelingsgerechten bad
geklopte eieren op geroosterd brood en scha
penpastei; want telkens komen die gerech
ten op andere menu's voor. Met de troons
bestijging van Koning Edward werden de
•/«•rechten aanzienlijk uitgebreid; de smaak
van een fijnproever, die tevens het „savoir-
vme" uitstekend verstaat, dwong den hof-
kok voor een aantal lekkernijen te zorgen en
van dien dag af verschijnt Russische kavi
aar geregeld op den koninklijken Üisch.
Voor de uitstekendste kaviaar moest soms
niet minder dan 3 pond sterling per pond
betaald worden.
De Engelsche hofkeuken viert haar groot
ste triomfen bij het gala-diner, dat ieder
jaar bjj gelegenheid van de Engelsche Der
by in Buckingham-Palace plaats vindt. Het
menu wordt dan volgens een oude traditie
vastgesteldonveranderlijk wordt bert- of
roe gebraad opgediend, Terwijl deze spijzen
met de kostbaarste wijnen uit do konink
lijke kelders worden overgoten.
In hot slot te Windsor is het menu een
voudiger en wordt pas uitgebreid als men
gasten ontvangt.. Dan komt op het menu
geregeld: ..Cygnet a la Windsor" voor, ge
braden zwaan, waarvan ook de Dnitsche
Keizer een liefhebber moet zijn.
De menukaarten van het bof van den
Duitschen keizer onderscheiden zich voor
al hierdoor, dat zij bijna driemaal zoo groot
zijn als de Engelsche kaarten. Bovenaan
staat een afbeelding van het Keizerlijke
slot Te Berlijn. Ook hier vallen twee ge
rechten op, die telkens voorkomen en een
lievelingskostje schijnen te zijn van de kei
zerlijke familie, n.l. lamseoteletten en ge
braden haas.
In de Russische hofkeuken speelt bief
stuk een hoofdrol, want op bijna elk menu
is dit gerecht te vinden.
Verder vindt men een aantal menu's die
ieder epicurist een groote belangstelling
zullen inboezemen, zooals het menu van
het diner, dat den 24en Juni 1895 op het
Fidsji-eiiand plaats vond. Het menu is op
linnen gedrukt en bevat onder meer „haai
vinnen", vogelnestjes, slakken, schildpad
den en velerlei andere exotische lekker
nijen, die menig Europeesch fijnproever op
het eerste gezicht zouden kunnen afschrik
ken.
NIEUWTJES VAN HIER EN DAAR.
In Noorwegen zijn de spoorwegstations,
waar maaltijden te krijgen zijn, voorzien
van een bordje, waarop een. over elkaar
gekruist mes en vork zijn afgebeeld.
In Londen is een man, die veertig jaar
lang onafgebroken dienst heeft gedaan als
seinwachter in hetzelfde seinhuisje.
Een dame, wonende te St Margaret in
Twickenham,- heeft een nieuw hondenras
gekweekt, namelijk een blauwe pug. Zij
zijn geheel blauw, en hebben iets van de
kleur van een Russische kat, maar er is
geen plekje wit aan.
Een van de laatste nieuwigheden i3 een
bad zonder water. Een dik ldeedingstuk
is met electrische draden benaaid, en aan
getrokken, wordt er door die draden een
electrische stroom gezonden. De drager van
het ldeedingstuk bemerkt al spoedig, dat zijn
lichaam warm begint te worden, totdat hij
na een poosje zoo transpireert alsof hij m
een Turksch bad was.
De Duitsche sportlui hun aantal neemt
snel toe zijn er trotsch op, dat een van
hun stallen, namelijk die van den Kenlschen
multi-millionair baron von Oppenheim, aan
het hoofd staat van de lijst voor het win
nen van de meeste prijzen in Europeesche
wedrennen in 1913, en wel tot een btedrag
van ruim 5 ton.
Men meent dat de grootste keukeu ter
wereld die is van de Bon Ma re hé te Parijs,
die aan haar geheele personeel, zijnde 40iW
man, dagelijks voedsel verstrekt. ,Er zijn
60 koks en 100 keukengangen. Als er
ommelet gegeten zal worden zijn er 7.800
eieren noodig.
Een nieuwe methode om leege kerken te
bestrijden is toegepast te Joliet in den staat
Illinois. lederen Zondag rijden er automo
biel rand, die voor ieder huis stoppen
en de bewoners wijzen op hun plicht om
naar de kerk te gaan. Het resultaat is, dat
de anders halfleeg© kerken nu stampvol zijn.
De proef zal waarschijnlijk ook op andere
plaatsen genomen worden.
ANECDOTEN.
Er werd gepreekt over de zendelingen in
Zuid-Afrika en ook een collecte voor dit
doel gehouden. Kleine zus, die naast vader
in de kerk zat,scheen aandachtig toe te
luisteren en te kijken.
Thuiskomende vroeg zij haar moeder of
de zwartjes in Afrika, waarover de do
minee gepreekt had, pok Jdeeren droegen.
„Weineen, kindje," was het antwoord.
„Dan begrijp ik niet, waarom vader dien
knoop in bet zakje deed," antwoordde de
kleine nadenkend.
Vader „Waarom werk je hiel, mijn zoon?
Als je eens wist, hoeveel geluk werk mot
zich brengt, zou je dadelijk Itcginnen."
Zoon: „Vadei, ik tracht een Jevon van
zelfverloochening te leiden, waarbij geluk
uitgesloten is. Breng me dus niet in ver
zoeking."
De dominee, die het ziekenhuis bezocht,
hield stil bij het bed van een jongen man,
wiens heele hoofd verbonden was.
„Kom, kerel," sprak hij; „kjjk niet zoo
treurig, tracht te lachen, dat is de beste
medicijn."
„Ik zal nooit meer lachen," antwoordde
de jonge man.
„Onzin. Dat zul je wel."
,Nccn," ging de ander treurig voort, ,,'t
is geen nonsens. Ik wil noott meer lochen
tenminste, niet tegen 'het meisje yan
een ander."
De eetlust van den gast was uitstekend, en
hij deed het. goed toebereide maal van de
gastvrouw alle eer aan. Hel dochtertje de.-,
huizes keek hem een poosje met open mond
aan. en zei toen, terwijl ze "hartelijk tegen
hem lachte:
„Ik wou, dat u hief iederen dag kwam
eten."
„Zoo," sprak hg, „en waarom?"
„Omdat we dan nooit klieken zouden
eten."
„Wal is er aan de hand, Jan?"
„Wel, mijnheer, ik heb een briefje ont
vangen van mijn patroon. Hij maakt een
uitstapje en nu vil hij, dat ik hem rijn
schilder-gereedschap zal zenden."
„Nu, dat is toch duidelijk genoeg?"
„Niet zoo eng, mijnbeer. Ik geloof niet,
dat u mijn patroon goed kent, want ik
weet heusch niet, of ik hem nu zijn ,verf
en penseelen moet zenden of alleen een
.kurketrekker."
Een ondernemend winkelier zond aan
een dokter een kistje sigaren, wat deze niet
besteld had, en deed er tevens ten reke
ning van f3 bij.
Het begeleidend schrijven luidde;
„Ik ben zoo vrij, u deze op eigen initia
tief te zenden, overtuigd zijnde dat u den
heerlijken geur op prijs zult stellen,"
Heel spoedig antwoordde de dokter:
„U hebt mij niet om een consult gevraagd,
maai' ik ben zoo vrrj n vijf recepten te
zenden, overtuigd, dat, u er even blij mee
zult zijn als ik met de sigaren. Daar de
prijs van de recepten f3 bedraagt, zijn
we nu quite."
Een beroemd zanger maakte Onlangs een
auto-ongeluk mee. Een courant, die er mel
ding van maakte, zei
„Wij zijn zoo gelukkig te kunnen consta-
teeren, dat hij den volgenden avond in drie
stukken kan verschijnen."
Een reiziger vertelde eens aan zijn vrien
den, dat hjj, op zekeren nacht in ©en hotel
zijnde, een spook meende te zien. Daar hij
een revolver bij zich had, schoot hij dit
af. Toen hij den volgenden morgen on
derzocht, was het geweest was, bemerkte
hij, dat het zjjn eigen hemd was.
„En wat deed jo toen?" riep een uit
het gezelschap.
„Ik dankte den hemels dat ik nipt in
hét hemd was."
VOOR DAMES.
MODE.
De basque-taiüe, die dit seizoen zoo
enorm veel gedragen zal worden, is een
ware uitkomst voor de vrouw op rijperen
leeftijd, wier figuur min of meer gezet
begint te worden. Het is heel moeilijk uit
te drukken, hoe lang de schootjes of
basques gedragen moeten worden, dit hangt
geheet of van het figuur van de draagster,
maar de basque-tailles zjjn zeer gemak
keljjk en vooral in de zeer warme dagen
zullen zij veel als mantel gedragen worden,
zoodat de dames, die er van houden „en
costume" uit te gaan, een goeden tijd vóór
zich hebben.
Behalve de basque-tailles zullen er dezen
zomer ook heel veel groote mantels gedra
gen worden, die in kimono-vorm geknipt,
zoo heel gemakkelijk zijn cm een fjjn licht
toiletje te beschermen. Ze worden bij voor
keur gemaakt van gekleurde moiré-zijde en
wel in tango, toube, marineblauw, zwart
enz.
Met de hoedmode hebben we het hoogte
punt nog niet bereikt, er is n.l. te ver
wachten, dat we over enkele maanden weer
nieuwe modellen met dito garneeringen
zullen hebben. Op het oogenblik zijn do
modellen, klein, en met aigrettes, sprieten
en kopveeren gegarneerd. De gewone uit-
gaanshocden worden gegarneerd met groote
strikken van geruit of gebloemd lint.
Ook over de kapsels is nog niet het laat
ste woord gesproken;-het hoog© kapsel is
mode, maar de dames kunnen van het lage
nog geen afstand doen, omdat het ontegen
zeggelijk jeugdiger slaat. In Parijs zijn
enkele dames tó zien, die heur haar laten
verven in de kleur van haar toeiet. De kap
pers gebruiken daarvoor een vettig poe
der, dat in alle kleuren te krijgen is, maar
al dringt die modè ook tot ons door, dan
meenen we en hopen we, dat ze door onze
Hollandsche vrouwen niet zal nagevolgd
worden.
INKOOP VAN VLKESf'H.
De piacteche huisvrouw moet er altijd
op bedacht zijn, dat de hoofdbestanddeel*
harer dagelijksche maaltijden goed zijn.
Want van de gesteldheid hangt ook de
smaak en het goed bekomen der genuttigde
spijzen af.
'Als men vleesch niet terstond gebruikt,
dan moet men het versch geslacht be
stellen, het op een frissche plaats op
hangen of het naar smaak in meik of
azijn Iqggon. Als mén het terstond wil
bereiden, moet mem vleesch koopen, dat
reeds eenige dagen geleden geslacht js.
Goed rundvteesch moet met smakelijk vet
vermengd zijn en een bloedroode kleur
hebben. Zeer donker, blauwrood vleesch
is van oude dieren en wordt niet zacht,
maar bhjft laai. Het vei bovenop of langs
do randen moet geelachtig zijn, nooit don
kergeel, noch geheel wit.
Daarentegen waarborgt de sneeuwwitte
kleur van het vet hjj scha penvlêèsch d«
goede kwaliteit. Het vleesch mag er echter
niet bloedig rood uitzien, maar moet mat-
rood van kleur zijn.
Rij kalfsvleesch moot men er op letten,
dat het niet van te jonge dieren is. Dat is
aan do zeer blanke kleur te kennen. De
voedingswaarde ervan in gering en het
watengehalle groot. Goed kalfsvleaseh ziet
er mooi rose, sappig en vast uit; Tiet vet
om de nieren is wit.
Varkem vleesch moet oen der van kleur,
maar zachter van vezel bij het snijden zijn,
bei. vet wit en doorschijnend. Goed spek is
glad hjj het snijden, wit van kleur en
vast van bestan ddeelen.
Koopt men gevogelte in, dan lette'men
allereerst op de kenteekens, die verraden, of
het levendt geslacht werd, of reeds dood
was.
Gezonde dieren hebben vast, vet vleesch,
aan de borst geelachtig wit en zijn slechts
aan de beenderen blauwachtig van kleur.
Goede worst kan men "het best aan de
lucht kennen. 'Is de worst bedorven, dan
riekt ze zuurachtig; riekt ze naar zeer
scherpe kruiden, dan kan men veronder
stellen, dat men hierdoor slechten smaak
of lucht wil verbergen. Men moet daarom
liever geen sterk gekruide worst nemen.
Behalve de zoogenaamde verduurzaamd©
worst mag geen andere van buiten uitge
slagen zijn. Vochtige of glibberige buiten
tijden duiden altijd op slechte bestand
deelen van het binnenwerk, dat dan ge
woonlijk grijs van kleur is. Al te mooi rood
gekleurde worst kan men ook niet ver
trouwen. Niettegenstaande het strenge ver
bod om vetf- of kleurstoffen, tot bereiding
van worst to gebruiken, wordt daartegen
nog altijd reel gezondigd.
Kunst en Wetenschap.
Weer een tuberculosemiddel.
In de laatste zitting van de Académie te
Parijs Werd mededeeling gedaan van pen
nieuwe lering-behandeling. Het is "de me-
thode-Spahlinger, die door drie beroemd-
beden op medisch gebied, to Genève, te
'Londen eïx te Parijs, aanbevolen werd.
Heinrich Spohlinger, tot nog toe een
vreemdeling in' den lande, is een jong
advocaat, die liever in het laboratorium zat
dan in de studeercel. Vier jaar lang hield
Spahlinger zich bezig met het onderzoek
vun tuberculose, en zijn. sludie moet hem
zijn halve vermogen gekost hebben. Zijn
middel bestaat uit onderhuidsche inspui
tingen met een mengsel van antigenpn
en giststoffen. Deze inspuitingen geschieden
dagelijks, terwijl het ook eens per week kan.
De eerste inspuitingen schijnen meer kwaad
dan goed Ie doen; de patiënt voelt er zich
zeer onpieizierig na. I)an treedt echter oen
verbetering in; epoedig koeren de krachten
terug, hel hoesten neemt af; de bacillen,
verdwijnen uit de uitwerpselen, on verliezen
hun jjatlrogeen karakter. Na korten tjjd
neemt het lichaamsgewicht toe, en de tuber
culose haarden drogen geheel op. De nieuwe
methode moet aak bij lupus en beentuber-
a lose goede resultaten geliad hebben. ,Op
het oogenblik zijn nog 54 longpatenten
in behandeling; reeds heeft men 17 gene
zingen kunnen bewerkselligent, waarbij de
bacillen en de koorlsversebijnselen. geheel
verdwenen, en ook het hoesten weldra
achterwege bleef.
Oemengd Nieuws.
Kievitseieren.
Men schrijft uit Friesland aan het „N.
v. D.":
Het is over het algemeen een goed kievits
eieren jaar geweest. Het getal kieviten en
dat der gevonden eieren in de povincie Was
belangrijk grooter dan vorige jaren.
Naar schatting gijn in deze provincie
200.000 k 210.000 eieren gevonden, wat,
tegen een gemiddelden prijs van 15 cent
per stuk, een bedrag maakt van 30 a
32 duizend gulden aan zuiver arbeidsloon,
ongerekend nog het groot aantal leieren van
griet, tjirk, snip, kemphaan, en.z. welke niet!
zoo gezocht, doch in het voorbijgaan mede
genomen worden.
Niet meer dan een derde van den voor
raad bleef in het land, het overige werd.
naar het buitenland verzonden en ter markt
gebracht, (Voornamelijk naar Engeland*
Frankrijk en België.
De hoogste prijs der kievitseieren >vas in
het begin van het seizoen, in het laatst van
Maart, n.l. f 1.60 per stuk. De laagste prijs
was 8 k 10 csent, Donderdag j.l.
SUM