dan wij in hof ihaiia geemdigde onderzoek hebben vermogen te vinden. Doch om dit alles to bereiken, ?.ou or oen goede en solide vereenigiiig tan spoorrei/i gors moeten /.ijn mol <x?n hechte organise tie on een gezaghebbend bestuur, dat eener r.ijds pal zou hebben te staan tegenover de maatschappijen. ander/ijd* zou iiehben te zorgen, dat niet elke klacht van elk ze nuwachtig lid tol stappen" zou behoeven te leiden. Wij vroezen met groote vreeze. dat het niet spoedig tot de oprichting van zoo'n veropniging zal komen. En dus is o. i de hans groot, dat de droeve ramp van "24 December niet tot de verbeteringen /al leiden, die men daarna had mogen ver wachten. ALLERLEI. NAMEN. Wie maar eenigszins de beteekenis der verschillende namen kent, zal met verba zing of amusement kunnen nagaan, hoeveel meer er in zijn naam „zat" dan hij ooit vermoedde en hoe goed de eene persoon lijkheid onder zijn kennissen, paste bij haar naam en hoe de andere er een schreeuwend, misschien belachelijk contrast mede vorm de. Stel je voor, Ida, die slons, ergerlijk boetend ;,de gracieuse", die domme Hu- bertine, „de geestige", Constance, de on verbeterlijke coquette, reeds vóór zij er be wustzijn van had, als de „getrouwe" aan geduid voor haar heele loven! Die sukkei yan een Martin, „oorlogzuchtige", of lto- bert, de stotteraar, „een groot redenaar!" de leelijkc, onhebbelijke Johan, „de liefelij ke", Thijs of Matthias, 't tiende kind van hel- gezin, j,gift des Ileeren", de lieve, vrien delijke Ursula, een „berin" en de allesbe halve op baar mondje gevallene Theresïa de „verlegene". En zoo zou men kunnen voortgaan tot in het oneindige, 't Is misschien wel goed, dat de meeste namen afgesleten munten Zijn geworden, waarvan de beeldenaars door het veelvuldig gebruik zoodanig zijn uitgewischt, dat de oorspronkelijke trekken nog maar alleen door deskundigen kunnen onderscheiden worden. Wanneer men over een meer of minder mooien naam spreekt, ■dan is het gewoonlijk alleen maar de klank, die beslist, en dit is natuurlijk geheel en al een kwestie van persoonlijken smaak. De ouders vinden den een of anderen naam zoo prachtig, dat ze dien hun lieveling misschien als hun beste erfenis willen na laten,- en het jonge mensch is nauwelijks tot zijn verstand gekomen, of hij schaamt er zich voor, vindt hem te plat of te hoog dravend, te burgerlijk of te pretentieus en weet niets beters te doen, dan zoodra. hij er zelf iets aan doen kan, dien naam te yerbergen onder de een of andere onmo gelijke verkorting of verbastering, 't Is ze ker jammer, dat de persoon, die er zelf het meest pleizier of verdriet van beleven moet, geen stem heeft in het debat en het niet eens hoort, hoe men hem levenslang .versiert of onsiert met een. willekeurig of met studie gekozen naam, want waarlijk, er is meer in een naam, dan wij in onze onnadenkende oppervlakkigheid meenen. De naam is de etiquette, welke ons heele leven op ons kleeft, en nu is het al erg ge noeg, dat wij van ons eerste levensuur al gedrukt worden onder een ,-,van", dien •wij zelf misschien afschuwelijk vinden en "dien wij toch niet kunnen afwerpen. La ten wij dan onzen kinderen, voor zoover stad naderden, vroeg hij haar plotseling: ,.jBezit je nog altijd Bergshamra?" „Ja, gelukkig ja! ik heb' de plaats lief en ik heb mij aan de eenzaamheid èn aan stil gepeins gewend," •„Gepeins over een geluk, dat ik jou ont roofde „Over een geluk, waaraan jij mij het geloof hebt ontnomen. Soms geloofde «k reeds dat het in de werkelijkheid niet be staat. Heb jij het geluk ooit ontmoet?" „Ik meende het gevonden te hebben, toen ik jou ontmoette. Is zij heusch gestorven, die liefde, die jij eens voor mij hebt ge- yoeld?"- „Ja, even volkomen als de jouwe stierf; je wilt toch niet beweren, dat zelfs een geringste naglans nog bestaat?" Hij liet zijn hoofd zakken, en zweeg. [Voordat zij echter de haven birmenstoom- den, zocht hij haar op, haastig. Hij sprak heeseh „Wat dood is, is voorbij. Maar zelfs on dermijnde levens kunnen leven en deze dagen hebben mij geleerd, hoe ons onze souvenirs aan elkaar binden, zooals geen van ons beiden op deze aarde aan wie of wat ook wordt gebonden. Mag ik je naar Bergshamra volgen?" „Als mijn gast en voor enkele weken." „Als je getuchtigde echtgenoot, voor de rest van ons {korte bestaan Zij tuurde ver- weg over kade en hui- zenrecksen. De gansehe aarde scheen haar een bevolkte steenwoestijn. Zij keek op naar den man naast haar. Hij scheen haar als de jeugd-kroniek van haar ihart. Nooit zou zij die met vreugde herlezen, maar zij ge voelde zich. niet sterk genoeg, de nutte- looze bladen den wind prijs te geven. En zij reikte de smalle fijne hand naar hem uit en zei, met onvaste stem: „Kom! wij -r iets aan doen "kunnen, niet levens lang laten zuchten onder leelgke, maar ook niet onder al te mooie namen. Bij on« zijn de zoogenaamde mooie namen niet in boog aanzien; de kinderen worden gow oonhjk genoemd zoonis hun vader, moe dei, grootouders of oen heel lange rist meer of minder suiker,mhtigo. oonu. en tan- les van oudsher hebben geheeten: vandaar dat men nooit uit zekeren kring van namen komt Kr zijn zooveel overwegingen, die voor moeten gaan, voordat men een naam van kiezen alleen om zijn liefelijken klank of diepe beteekenis, en misschien is het zoo ook beter; het is een twijfelachtig voor revlxt. zich door iets boven het banale te vei heffen, al Ls het dan ook maar dooi een naam. Misschien kan men zijn kind geen beteren dienst bewijzen, -dan door hem eenvoudig zoo te noemen, dat niemand, als zijn naam later wordt uitgesproken, zegt- „Hé! wat een mooie of wat rare naam, -- het arme schaap, zijn naam is langer dan het heele kind; 't is zonde, zoo'n lief kind en zoo'n affreuse naam!" De mode der ïeelijke verkortingen en sa menkoppelingen is voorbijvan eeii Ka- Mie, een Anne-Bet, een Ite-Ko hoort men in beschaafde kringen niet meer gewagen. "Zelfs onze dienstmeisjes voelen zich gecom promitteerd als men haar Kaatje, Keetje, Mietje, Aagje noemt en geen Catharina, Cornelia, Marie, Agathe. De heexen 'der schepping zijn op dit punt conservatiever of onverschilliger, 't Is hun meestal even goed, op Piet, Kees, Jan enz. te antwoorden; '3° poëtische, romantische namen hebben -„y gewoonlijk een broertje dood. In onze zuideljjke provinciën en in Bel gië daarentegen zijn de vreemde namen zoo algemeen, dat zij ei ordinair van zijn geworden. Euplirasie, Zerobie, Cëlesrte, Sv donie heeten de kinderen van boer of fa brieksarbeider. Anatole, Honoré, Arsine hoort rnen 111 de armste stulpen. In som mige landen, maar ook in sommige tijden is de een of andere naam algemeen in de mode. Zoo heeten alle jongens en meisjes in Limburg Hubert en Huberline, in België Ghiriain en Ghislaine, tenminste als 'twee de naam. Dit komt natuurlijk door heiligen, in die streken bijzonder vereerd. Maar som tijds hoort men van niets dan van Jo's of van Theo's, of van Irene's, of van Wanda's, of Etea's, zoo niet in het werkelijke leven, dan toch in de boeken. In Duitschland werden een jaar of wat geleden vele kin deren Aegir genoemd, naar den held van keizer Wilhelm's lied. Het meest benaamde jongejuffeitje uit Europa te zeker het ongeveer 8-jarige doch tertje van aartshertog Leopold Salvator van Oostenrijk en zijn gemalin Bianca de Bour bon. Dit prinsesje mag zich in '21 namen verheugen, waaronder vele van mannen. Of liet kind ze reeds achter elkaar kan opzeggenEnfin! een prinses kan zich deze weelde desnoods veroorloven; er is zekere gratie noodig om een mooien naam goed te dragen. De mensch werkt op den naam, maar ook de naam is wedefkeerig niet zon der invloed op zijn drager; op de naam gevers rust dus wel degelijk zekere verant woordelijkheid. DE OORSPRONG DER MOOIE KLEUREN. De slakachtige insecten leveren verschei dene fraaie kleuren op. Onder hen "zijn, die het schitterend karmozijn, karmijnschar- lafcen en purperlakken geven. De zwaard- visch geeft het sepia. Het is liet inktkleurig vocht, dat de visch afscheidt, om het wa ter, wanneer hij wordt aangevallen, don ker te kleuren. Ivoren spaanders verschaffen het ivoor- en beenzwart Het fijne Pruisische blauw wordt gemaakt door liet oplossen van paardenhoeven en andere dierlijke be- standdeelen in onzuivere, koolzure potesch. Deze kleur werd bij toeval ontdekt. Vele kleuren worden ontleend aan boomworte len, schorsen' en hars. Lampenzwart komt van zekere harsachtige zelf standigheid, blauwzwart van het houtskool van den wijnstok. Kalkoenenrood is ge maakt van een plant, die in Hindoestan groeit. Het gele sap van een Siameeschen boom geeft het guttegom. De inboorlingen verzamelen het sap in oooosschalen. Ruwe siema is de natuurlijke aarde uit de nabij heid van Siema (Italië). Ombar is ook een aarde, gevonden in Arabic, die ge brand wordt. Oost-Indische inkt wordt, ge maakt van gebrande kamfei'. De Chinee- /op zijn de eenigo vervaardigers van dezen inkt en willen het geheim ervan niet open baren. Mastiek is gemaakt van de gom van den mastiek hoorn, die in den Griek- schen archipel groeit. Roetbmin komt van houtasch. Zeer weinig ultramarine wordt op de markt gevonden. Het wordt verkregen uit het kostbare lapis Caruii en vef-tagemvooif- digl een labelachfcigen prijs. Chinees ch wit komt van het zink, jodium van kwik en vermiljoen van kwikzilver. KOSTBARE MENUKAARTEN. Te Londen bewaart men in. de Shaftes bury Avenue een kostbaren schat. De inter nationale vereeniging van hotel-employés bezit een. eigenaardige verzameling, die in ha ar* soort de grootste der wereld is: een verzameling historische menu-kaarten, die in 60 in leer gebonden albums niet minder dan 50.000 menu's van beroemde banketten cti groote hof-gala-diners bevat. Een En- gelsch schrijver heeft dezer dagen gelegen heid gehad, deze voor het publiek niet toe gankelijke collectie te doorbladeren en geeft in een tijdschrift een interessante beschrij- ving van eenige unica. Overigens geeft deze verzameling een kijkje op de mode, dia ook hierin heei-scht, «n tegelijk op <1e Vóór liefde van beroemde vorsten tooi- zekere gerechten en spijzen. Aan het Engelscho hof werden voor het cent. menu's gedrukt hij de troonbestijging van koningin Victoria. De fijne op ivoorkarton gediukte kaarten hebben als eenige versiering een gouden kroon in hautrelief en daaronder de let ters „V. R. and I." Uit het menu blijkt, dat de vorstin twee lievelingsgerechten bad geklopte eieren op geroosterd brood en scha penpastei; want telkens komen die gerech ten op andere menu's voor. Met de troons bestijging van Koning Edward werden de •/«•rechten aanzienlijk uitgebreid; de smaak van een fijnproever, die tevens het „savoir- vme" uitstekend verstaat, dwong den hof- kok voor een aantal lekkernijen te zorgen en van dien dag af verschijnt Russische kavi aar geregeld op den koninklijken Üisch. Voor de uitstekendste kaviaar moest soms niet minder dan 3 pond sterling per pond betaald worden. De Engelsche hofkeuken viert haar groot ste triomfen bij het gala-diner, dat ieder jaar bjj gelegenheid van de Engelsche Der by in Buckingham-Palace plaats vindt. Het menu wordt dan volgens een oude traditie vastgesteldonveranderlijk wordt bert- of roe gebraad opgediend, Terwijl deze spijzen met de kostbaarste wijnen uit do konink lijke kelders worden overgoten. In hot slot te Windsor is het menu een voudiger en wordt pas uitgebreid als men gasten ontvangt.. Dan komt op het menu geregeld: ..Cygnet a la Windsor" voor, ge braden zwaan, waarvan ook de Dnitsche Keizer een liefhebber moet zijn. De menukaarten van het bof van den Duitschen keizer onderscheiden zich voor al hierdoor, dat zij bijna driemaal zoo groot zijn als de Engelsche kaarten. Bovenaan staat een afbeelding van het Keizerlijke slot Te Berlijn. Ook hier vallen twee ge rechten op, die telkens voorkomen en een lievelingskostje schijnen te zijn van de kei zerlijke familie, n.l. lamseoteletten en ge braden haas. In de Russische hofkeuken speelt bief stuk een hoofdrol, want op bijna elk menu is dit gerecht te vinden. Verder vindt men een aantal menu's die ieder epicurist een groote belangstelling zullen inboezemen, zooals het menu van het diner, dat den 24en Juni 1895 op het Fidsji-eiiand plaats vond. Het menu is op linnen gedrukt en bevat onder meer „haai vinnen", vogelnestjes, slakken, schildpad den en velerlei andere exotische lekker nijen, die menig Europeesch fijnproever op het eerste gezicht zouden kunnen afschrik ken. NIEUWTJES VAN HIER EN DAAR. In Noorwegen zijn de spoorwegstations, waar maaltijden te krijgen zijn, voorzien van een bordje, waarop een. over elkaar gekruist mes en vork zijn afgebeeld. In Londen is een man, die veertig jaar lang onafgebroken dienst heeft gedaan als seinwachter in hetzelfde seinhuisje. Een dame, wonende te St Margaret in Twickenham,- heeft een nieuw hondenras gekweekt, namelijk een blauwe pug. Zij zijn geheel blauw, en hebben iets van de kleur van een Russische kat, maar er is geen plekje wit aan. Een van de laatste nieuwigheden i3 een bad zonder water. Een dik ldeedingstuk is met electrische draden benaaid, en aan getrokken, wordt er door die draden een electrische stroom gezonden. De drager van het ldeedingstuk bemerkt al spoedig, dat zijn lichaam warm begint te worden, totdat hij na een poosje zoo transpireert alsof hij m een Turksch bad was. De Duitsche sportlui hun aantal neemt snel toe zijn er trotsch op, dat een van hun stallen, namelijk die van den Kenlschen multi-millionair baron von Oppenheim, aan het hoofd staat van de lijst voor het win nen van de meeste prijzen in Europeesche wedrennen in 1913, en wel tot een btedrag van ruim 5 ton. Men meent dat de grootste keukeu ter wereld die is van de Bon Ma re hé te Parijs, die aan haar geheele personeel, zijnde 40iW man, dagelijks voedsel verstrekt. ,Er zijn 60 koks en 100 keukengangen. Als er ommelet gegeten zal worden zijn er 7.800 eieren noodig. Een nieuwe methode om leege kerken te bestrijden is toegepast te Joliet in den staat Illinois. lederen Zondag rijden er automo biel rand, die voor ieder huis stoppen en de bewoners wijzen op hun plicht om naar de kerk te gaan. Het resultaat is, dat de anders halfleeg© kerken nu stampvol zijn. De proef zal waarschijnlijk ook op andere plaatsen genomen worden. ANECDOTEN. Er werd gepreekt over de zendelingen in Zuid-Afrika en ook een collecte voor dit doel gehouden. Kleine zus, die naast vader in de kerk zat,scheen aandachtig toe te luisteren en te kijken. Thuiskomende vroeg zij haar moeder of de zwartjes in Afrika, waarover de do minee gepreekt had, pok Jdeeren droegen. „Weineen, kindje," was het antwoord. „Dan begrijp ik niet, waarom vader dien knoop in bet zakje deed," antwoordde de kleine nadenkend. Vader „Waarom werk je hiel, mijn zoon? Als je eens wist, hoeveel geluk werk mot zich brengt, zou je dadelijk Itcginnen." Zoon: „Vadei, ik tracht een Jevon van zelfverloochening te leiden, waarbij geluk uitgesloten is. Breng me dus niet in ver zoeking." De dominee, die het ziekenhuis bezocht, hield stil bij het bed van een jongen man, wiens heele hoofd verbonden was. „Kom, kerel," sprak hij; „kjjk niet zoo treurig, tracht te lachen, dat is de beste medicijn." „Ik zal nooit meer lachen," antwoordde de jonge man. „Onzin. Dat zul je wel." ,Nccn," ging de ander treurig voort, ,,'t is geen nonsens. Ik wil noott meer lochen tenminste, niet tegen 'het meisje yan een ander." De eetlust van den gast was uitstekend, en hij deed het. goed toebereide maal van de gastvrouw alle eer aan. Hel dochtertje de.-, huizes keek hem een poosje met open mond aan. en zei toen, terwijl ze "hartelijk tegen hem lachte: „Ik wou, dat u hief iederen dag kwam eten." „Zoo," sprak hg, „en waarom?" „Omdat we dan nooit klieken zouden eten." „Wal is er aan de hand, Jan?" „Wel, mijnheer, ik heb een briefje ont vangen van mijn patroon. Hij maakt een uitstapje en nu vil hij, dat ik hem rijn schilder-gereedschap zal zenden." „Nu, dat is toch duidelijk genoeg?" „Niet zoo eng, mijnbeer. Ik geloof niet, dat u mijn patroon goed kent, want ik weet heusch niet, of ik hem nu zijn ,verf en penseelen moet zenden of alleen een .kurketrekker." Een ondernemend winkelier zond aan een dokter een kistje sigaren, wat deze niet besteld had, en deed er tevens ten reke ning van f3 bij. Het begeleidend schrijven luidde; „Ik ben zoo vrij, u deze op eigen initia tief te zenden, overtuigd zijnde dat u den heerlijken geur op prijs zult stellen," Heel spoedig antwoordde de dokter: „U hebt mij niet om een consult gevraagd, maai' ik ben zoo vrrj n vijf recepten te zenden, overtuigd, dat, u er even blij mee zult zijn als ik met de sigaren. Daar de prijs van de recepten f3 bedraagt, zijn we nu quite." Een beroemd zanger maakte Onlangs een auto-ongeluk mee. Een courant, die er mel ding van maakte, zei „Wij zijn zoo gelukkig te kunnen consta- teeren, dat hij den volgenden avond in drie stukken kan verschijnen." Een reiziger vertelde eens aan zijn vrien den, dat hjj, op zekeren nacht in ©en hotel zijnde, een spook meende te zien. Daar hij een revolver bij zich had, schoot hij dit af. Toen hij den volgenden morgen on derzocht, was het geweest was, bemerkte hij, dat het zjjn eigen hemd was. „En wat deed jo toen?" riep een uit het gezelschap. „Ik dankte den hemels dat ik nipt in hét hemd was." VOOR DAMES. MODE. De basque-taiüe, die dit seizoen zoo enorm veel gedragen zal worden, is een ware uitkomst voor de vrouw op rijperen leeftijd, wier figuur min of meer gezet begint te worden. Het is heel moeilijk uit te drukken, hoe lang de schootjes of basques gedragen moeten worden, dit hangt geheet of van het figuur van de draagster, maar de basque-tailles zjjn zeer gemak keljjk en vooral in de zeer warme dagen zullen zij veel als mantel gedragen worden, zoodat de dames, die er van houden „en costume" uit te gaan, een goeden tijd vóór zich hebben. Behalve de basque-tailles zullen er dezen zomer ook heel veel groote mantels gedra gen worden, die in kimono-vorm geknipt, zoo heel gemakkelijk zijn cm een fjjn licht toiletje te beschermen. Ze worden bij voor keur gemaakt van gekleurde moiré-zijde en wel in tango, toube, marineblauw, zwart enz. Met de hoedmode hebben we het hoogte punt nog niet bereikt, er is n.l. te ver wachten, dat we over enkele maanden weer nieuwe modellen met dito garneeringen zullen hebben. Op het oogenblik zijn do modellen, klein, en met aigrettes, sprieten en kopveeren gegarneerd. De gewone uit- gaanshocden worden gegarneerd met groote strikken van geruit of gebloemd lint. Ook over de kapsels is nog niet het laat ste woord gesproken;-het hoog© kapsel is mode, maar de dames kunnen van het lage nog geen afstand doen, omdat het ontegen zeggelijk jeugdiger slaat. In Parijs zijn enkele dames tó zien, die heur haar laten verven in de kleur van haar toeiet. De kap pers gebruiken daarvoor een vettig poe der, dat in alle kleuren te krijgen is, maar al dringt die modè ook tot ons door, dan meenen we en hopen we, dat ze door onze Hollandsche vrouwen niet zal nagevolgd worden. INKOOP VAN VLKESf'H. De piacteche huisvrouw moet er altijd op bedacht zijn, dat de hoofdbestanddeel* harer dagelijksche maaltijden goed zijn. Want van de gesteldheid hangt ook de smaak en het goed bekomen der genuttigde spijzen af. 'Als men vleesch niet terstond gebruikt, dan moet men het versch geslacht be stellen, het op een frissche plaats op hangen of het naar smaak in meik of azijn Iqggon. Als mén het terstond wil bereiden, moet mem vleesch koopen, dat reeds eenige dagen geleden geslacht js. Goed rundvteesch moet met smakelijk vet vermengd zijn en een bloedroode kleur hebben. Zeer donker, blauwrood vleesch is van oude dieren en wordt niet zacht, maar bhjft laai. Het vei bovenop of langs do randen moet geelachtig zijn, nooit don kergeel, noch geheel wit. Daarentegen waarborgt de sneeuwwitte kleur van het vet hjj scha penvlêèsch d« goede kwaliteit. Het vleesch mag er echter niet bloedig rood uitzien, maar moet mat- rood van kleur zijn. Rij kalfsvleesch moot men er op letten, dat het niet van te jonge dieren is. Dat is aan do zeer blanke kleur te kennen. De voedingswaarde ervan in gering en het watengehalle groot. Goed kalfsvleaseh ziet er mooi rose, sappig en vast uit; Tiet vet om de nieren is wit. Varkem vleesch moet oen der van kleur, maar zachter van vezel bij het snijden zijn, bei. vet wit en doorschijnend. Goed spek is glad hjj het snijden, wit van kleur en vast van bestan ddeelen. Koopt men gevogelte in, dan lette'men allereerst op de kenteekens, die verraden, of het levendt geslacht werd, of reeds dood was. Gezonde dieren hebben vast, vet vleesch, aan de borst geelachtig wit en zijn slechts aan de beenderen blauwachtig van kleur. Goede worst kan men "het best aan de lucht kennen. 'Is de worst bedorven, dan riekt ze zuurachtig; riekt ze naar zeer scherpe kruiden, dan kan men veronder stellen, dat men hierdoor slechten smaak of lucht wil verbergen. Men moet daarom liever geen sterk gekruide worst nemen. Behalve de zoogenaamde verduurzaamd© worst mag geen andere van buiten uitge slagen zijn. Vochtige of glibberige buiten tijden duiden altijd op slechte bestand deelen van het binnenwerk, dat dan ge woonlijk grijs van kleur is. Al te mooi rood gekleurde worst kan men ook niet ver trouwen. Niettegenstaande het strenge ver bod om vetf- of kleurstoffen, tot bereiding van worst to gebruiken, wordt daartegen nog altijd reel gezondigd. Kunst en Wetenschap. Weer een tuberculosemiddel. In de laatste zitting van de Académie te Parijs Werd mededeeling gedaan van pen nieuwe lering-behandeling. Het is "de me- thode-Spahlinger, die door drie beroemd- beden op medisch gebied, to Genève, te 'Londen eïx te Parijs, aanbevolen werd. Heinrich Spohlinger, tot nog toe een vreemdeling in' den lande, is een jong advocaat, die liever in het laboratorium zat dan in de studeercel. Vier jaar lang hield Spahlinger zich bezig met het onderzoek vun tuberculose, en zijn. sludie moet hem zijn halve vermogen gekost hebben. Zijn middel bestaat uit onderhuidsche inspui tingen met een mengsel van antigenpn en giststoffen. Deze inspuitingen geschieden dagelijks, terwijl het ook eens per week kan. De eerste inspuitingen schijnen meer kwaad dan goed Ie doen; de patiënt voelt er zich zeer onpieizierig na. I)an treedt echter oen verbetering in; epoedig koeren de krachten terug, hel hoesten neemt af; de bacillen, verdwijnen uit de uitwerpselen, on verliezen hun jjatlrogeen karakter. Na korten tjjd neemt het lichaamsgewicht toe, en de tuber culose haarden drogen geheel op. De nieuwe methode moet aak bij lupus en beentuber- a lose goede resultaten geliad hebben. ,Op het oogenblik zijn nog 54 longpatenten in behandeling; reeds heeft men 17 gene zingen kunnen bewerkselligent, waarbij de bacillen en de koorlsversebijnselen. geheel verdwenen, en ook het hoesten weldra achterwege bleef. Oemengd Nieuws. Kievitseieren. Men schrijft uit Friesland aan het „N. v. D.": Het is over het algemeen een goed kievits eieren jaar geweest. Het getal kieviten en dat der gevonden eieren in de povincie Was belangrijk grooter dan vorige jaren. Naar schatting gijn in deze provincie 200.000 k 210.000 eieren gevonden, wat, tegen een gemiddelden prijs van 15 cent per stuk, een bedrag maakt van 30 a 32 duizend gulden aan zuiver arbeidsloon, ongerekend nog het groot aantal leieren van griet, tjirk, snip, kemphaan, en.z. welke niet! zoo gezocht, doch in het voorbijgaan mede genomen worden. Niet meer dan een derde van den voor raad bleef in het land, het overige werd. naar het buitenland verzonden en ter markt gebracht, (Voornamelijk naar Engeland* Frankrijk en België. De hoogste prijs der kievitseieren >vas in het begin van het seizoen, in het laatst van Maart, n.l. f 1.60 per stuk. De laagste prijs was 8 k 10 csent, Donderdag j.l. SUM

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Schiedamsche Courant | 1914 | | pagina 10