UITGEKLEED,
Rechtzaken.
Verzet tegen een ambtenaar.
Voor de Rotterdamse he Rechtbank heeft
gisteren terechtgestaan de 52-jarige vis-
schor en zotkasteloin A. B.. ie' Schiedam,
die op 1 Juni onder Pernis" door een rijks
veldwachter was betrapt op overtreding van
de visscherijnet. Bekt. had volgens vei kla
ring van den veldwaehier, verijdeld dal
deze het vischtuig in beslag nam.
Het 0. II., waargenomen door mr. Bon
man, eischte wegens het opzettelijk verijde
len van oen handeling van een ambtenaar,
zes weken gevangenisstraf.
Ke?& en Schooi.
Nro. Hsr-v. Kerk.
Het aantal vacaturen in de Xed. llerv.
Kerk bedroeg op 1 dezer 133 tegen 127
op 1 Jan. Zij zijn ais volgt over de pro
vincies verdeeld: Gelderland 15, Zuid-Hol
land IS, Noord-Holland 25, Zeeland S,
Utrecht 7, Friesiand IS, Overijsel 8, Gro
ningen 16, Noord-Brabant 9 en Limburg 2.
Beroepen te De Bilt en te Ameide
en Tienhoven (Z.-H.) ds. S. van Dorp- te
Bodegraven.
Bedankt voor het beroep tc Anloo de
heer G. Hom-dra, eand. te Huizum: te
Kieuw-Vennep ds. J. J. G. Karros tc Oudö-
inirdum.
Beroepen te Delfshavcn ds. S. U. J.
James te Lage Zwalmve.
Geref. Gemeente,
Beroepen te Ridderkerk ds. B. van
Neerbos le ltijssen.
UI oog er Onderwijs.
Universiteit te Leiden. Bevorderd tot doc
tor in de scheikunde op proefschrift: Over
eenige mesoxualzuurderivaten, de heer D.
J. van Prooye, geboren te Botterdam;
tot idem op proefschrift: Over de wer
king van oxalylehloride op eenige aniiden,
de heer Th. Figee, geboren tc Weltevreden
(Batavia)
tot idem op proefschriftDe werking van
xanthydrol op eenige amicten en aminen.
de lieer W. Adriani, geboren te Parama
ribo.
Universiteit te Leiden. Bevorderd tot
doctor in de rechtswetenschap op stellin
gen. dc heer P. Boelmans ter Spill, ge
boren te Alkmaar.
Universiteit te Utrecht. Bevorderd tot doc
tor in de Nederlandsche letteren op proef
schrift ,.De Doelistenbeweging te Amster
dam in 1748", de heer N. J, J. de Voogd,
goh. te Delft.
Universiteit te Utrecht. Doctoraal exa
men wis- en natuurkunde, mej. A. J. C.
Hoogeveen.
Universiteit te Utrecht. Doctoraal examen
rechtswetenschap: de hoeren F. de 3a Court
en A. Brandt.
Doctoraal examen Xoderlandsche lette
ren: de heer M. van Leeuw«n.
tc Utrecht zijn bevorde,J tot tandarts:
de heeren J. de Jong en V. E. de Munck.
Universiteit te Groningen. Bevorderd tot
doctor in tie Nederlandsche letterkunde
mej. A. L. A. Roessingh, gch. te lllijham,
op proefschrift: De Vrouw bij de Diclsclie
moralisten.
Universiteit van Amsterdam. Doctoraal
examen Nederlandsche letteren de heeren
A. J. M. II. Schillings en A. Saalborn,
Bevorderd tot doctor in de Nederland
sche letteren op proefschrift: ,,De opkomst
van den handel van Amsterdam", ue heer
11. J. Smit, geb. te Stedum.
Te Amsterdam zijn tot arts bevorderd
de heeren J. van Oven, geboren te Zaan
dam; M, P. Lehvakabessy, geboren te
Porto.
Gemengd Nieuws.
Voor den gemeente-werkman
De Amsterdamsche gemeenteraad hoeft
sinds kort een soeiaal-deniocratischen wet
houder van gemeentewerken in den heer
Wibaut. Eu nu deed zich gisteravond het
merkwaardige en voor den buitenstaander
zeer belangwekkende geval voor, dat
het was bij dc vakantieregeling voor de ge
meentewerklieden de vrijzinnig-democra
ten de verlangens dier werklieden steunden,
terwijl wethouder Wibaut, en met hem de
geheele roode raadsfractie, zich van den
meer behoudenden kant toonde. Zoo sprak
partijgenoot Oudegecst van „onderlinge ver
houdingen", waarmede rekening moet wor-
dèiï gehouden en dat er in Amsterdam
nog andere mcnsc-»n zijn dan alleen ge
meentewerklieden I Het was nu eens net
als ia don tijd, toen de vrij.-democraat
Van den Berg nog wethouder was en zich
tegen de hoógc cischcn der socialistische
raadsfractie verdedigde, alleen waren .le
rollen nu omgekeerd. Dc sociaai-dcmocralen
waren nu de verdedigers, de vrijzinnig de
mocraten do eischers.
Hot einde van het politieke gedoe was,
dat na eenige stemmingen over verschil
lende vrijz.-democratische amendementen,
die werden verworpen, de voordracht van
B. en W. in zake de vacanliercgeling aan
genomen. t
Terwijl dit tournooi voor den „werk
man" zich afspeelde, demonstreerde nabij
het stadhuis een groot aantal gemeente
werklieden, daartoe opgeroepen door de
Federatie van Gemeentewerklieden. Bij den
aanvang der raadszitting waren er zoo
lezen wc hierover in de „Tel." 4 a 500,
later op den avond groeide dit aantal tot
een 800 man. Geduldig wachtte inen den
Uitslag der raadszitting af. Velen droegen
de bekende kaarten op borst en hoofddek
sel: „108 uren verlof, 50 procent toe
slag".
Een gedeelte demonstreerde Jangs destra-
ten, mankte een kleine wandeling langs Vij
gendam, Dim. enz. Ook was or een pelo
ton fietsers, dat met brandende lantaarns
en luid bellend langs het Prinsenhof para
deerde.
Het belgelui was luid genoeg, om de
vroede, vaderen, die daar biiroen in de
raadszaal over het wel en wee der ge
meente-werklieden beslisten, tc bereiken.
Tegen 11 uur kwam er gisting m de wach
tenden. Er kwam namelijk een bezoeker
van de publieke tribune naar buiten, die
veel nieuws had. En aanstonds stroomde
men van alle kanten op hem toe. De po
litie slaagde er na dringende aanmaning
in. den weg weer vrij te krijgen.
Eindelijk, de raadszaal stroomde leeg
en weldra ging de uitslag der stemming van
mond tot mond. Ook de heer G. Messe-
ling. secretaris van den Federatieven Bond
van Gemeentewerklieden, verliet het Prin
senhof en werd natuurlijk door de kame
raden met vragen bestormd. Om allen te
vreden te stellen, klom hij op de stoep
van een der bureelen en vandaar maakte hij
met luider stemme den uitslag bekend. Bij
de mededceling, dat de voorstellen der
vrijzinnig-democraten waren verworpen en
alle sociaal-democraten hadden tegenge
stemd, liet de menigte een luid gefluit hoo-
ren.
De heer V'esseling maande ieder aan
kalm naar huis te gaan en verder datgene
te doen, wat hel moest is in het belang
van de gemeente-werklieden. Even nog was
het woelig, doch <,le menigte week voor
den zaehten drang der politie, die op ver
spreiden en doorloopen aandrong.
Bij het huiswaarts keercu werd door de
Federatie-leden de uitslag nog druk be
sproken. En hier en daar gaf men zeer on-
oiimondin zijn wrevel tc kennen over dc
houding der sociaal-democraten. „Stom
rood? Sla ze dood! Zou je niet beter doen
'n eind hout mee te nemen?" zoo hoor
den wij een der ontevredenen zich luchten.
Doch het eind der demonstratie was ove
rigens zeer kalm. En van lastig vallen
van raadsleden was geen sprake.
De staking le Zaandam.
Over de staking in het houtbedrijf te
Zaandam schrijft de heer Iharms) in het
anti-revolutionaire orgaan „Het Weekblad"
het volgende:
„Zaandam roept om het einde."
Was het eerst de vraag om een o.i. zeer
billijke loonsverhooging, thans schijnt de
sociale strijd in Zaandam een nieuw sta
dium ingetreden. Na het gebeurde der laat
ste dagen kan door de niet-Christelijke ge
organiseerde arbeiders moeilijk meer ont
kend worden, dat het nji ook publiek gaat
om de macht m het bedrijf. Als men werk
willigen op zoodanige wijze gaat „over
tuigen" van het verkoelde cm den arbeid te
hervatten, dat de een bijv. den volgenden
dag, zenuwziek, le bed ligt en een ander
den nacht gewapend opzit, uit vrees voor
molestatie, dan bewijzen zulke daden ge
noeg. Daden die hoe kan het anders
een niet geringe wijziging brengen in de
sympathieën der Zaandanischc burgerij, Men
beluistert» maar de gesprekken op straat.
Voor onze in shaking zijnde of wil
men uitgesloten Christelijke arbeiders
is het een moeilijke positie.
Zij veroordeelen onvoorwaardelijk liet
stellen van de machtsqnaestie.
Zij hebben herhaaldelijk getracht, door
onderhandeling den bedrijfsmde eer (e
herstellen. En zouden ook zonder twijfel
ïesultaat gehad liebhen zij het minder
dan men gehoopt h.ul indien ze ook
thans niet, lerwille van de inuetiKquacstie,
tegenover de „roode" bonden moesten doe
len in eenzelfde lot; 'l geen uil tactisch
oogpunl mag verdedigd vs orden, maar in
derdaad een onbillijke en onrechtvaardige
houding is.
En dagelijks WvrdL de ramp over onze
gemeente grootor.
Uit moreel en materieel oogpunt.
Wat zal er van de onderlinge verhou
ding van patroon en arbeider in de naaste
toekomst moeten terecht komen bij de hui
dige positie? En van de verhoudingen van
arbeider en middenstander, die ImnkerL naar
het einde ook al uit financieel belang? Voor
al als de stakingsnaweeën zich ook in het
win ter-halfjaar voortzetten.
Ook ons gemeentelijk budget roept om
het einde.
Hoeveel duizenden guldens havengelden
zouden nu reeds minder dan anders ont
vangen zijn? En hoeveel duizenden zal de
inkomstenbelasting een volgend jaar min
der opbrengen, gezien de ontzettende ver
liezen geleden door patroons, middenstan
der en werkman? Ongedacht nog de stij
gende uitgaven ten laste van bet Burgerlijk
Armbestuur. Hoevelen zullen straks werk
loos zijn stel al er worden geen ram
cunemaatregelen genomen Wegens liet
ziel) niet onmiddellijk herstellen van het
bedrijf? Hoelang zal het houtbedrijf nomlig
bobben om z'n vorige positie weer in tc
nemen; wan! hoever i-> de industrie in deze
wekenlange staking achteruit gegaan, niet
he| minst ook tot schade van den werkge
ver?
En dat alles in dezen tijd, nu Zaan
dam's financiën een crisis doormaken, zoo
als nooit te voren.
Zaandam verlangt naar hei einde."
be werkstaking te Almelo.
Na herhaaldelijk le hebben vergaderd be
sloten de stakers en stanks Iers, be hooiende
tot onderscheiden vak vereen igingeii, hel.
werk le hervallen.
Op een verzoek aan de patroons om lijs
ten (e geven van de personen, die hei eerst
weder "geplaatst zouden worden, is geant
woord, "dat zij, die het. werk wilden lier
vatten, zich konden aanmelden. De oonfe
ren tie met de patroons had alken dit re
sultaat, dat do vrije Zaterdagmiddag, die
tijdons de staking werd ingevoerd, zal ge
handhaafd blijven. Heden zullen de stu
kenden weder vergaderen. („II,bid.")
Leve.A Zeepaardje.
Door een Amemiiidemchcn visscher werd
te GalijnspluaLs aangebracht een levend zee
paardje (Hippocampus antiquorum), dat
door hem in de Oosterscheldc was gevan
gen. Dit diertje, dat volgens Brehm thuis
behoort in den Atlantiscliien Oceaan en dc
Middellaudsche Zee, wordt zeldzaam in de
Noordzee gevonden.
Kerkbrand.
De „Dordr. Ct." schrijft: Donderdag
avond half negen: een troepje mcnschen in
de Grootekerksbuurt, scherp1 turend naar
bet Zuiderlransepl van onze Groolc Kerk.
Gut ja, je kon bet duidelijk zien, daar
kwam rook uil de kerk, geen twijfel aan.
Waar? vroeg een oud mannetje, dal
niet al te scherp van gezicht meer was.
Daar, bij die steenen vaasklonk het
gelijktijdig uit veler mond. Warempel, daar
bij die massieve hardsteenen peer op het
Zuidertransept was oen liclit wolkje, 't Werd
al grootor en grooter en telkens kon je dui
delijk het dwarrelen van den rookpluim
zien
Daar kwam een hoofdagent van jolitie
aangewandeld, kalm en waardig. Niet een
half -oog had hij liet geval overzien en
onmiddellijk liep hij naar den koster van
onze prachtige, nu zoo bedreigde Groote
Kerk.
Dc lieer Yan der Hum was zich niets van
het gevaar bewust,* hij zat gezellig zijn
krantje te lezen. Nieuwsgierig hokten jon
gens vóór dc conciërgewoning samen, met
spanning den uitslag van het onderzoek
afwachtend.
De concierge had het den hoofdagent
onmiddellijk aan het verstand gebracht, dal
er geen brand kón zijn, omdat er niemand
boven was geweest, en de werklieden van
de restauratie aan de voorzijde nooit look
ten.
Koster en hoofdagent naar buiten, voor de
menigte ijzingwekkend langzaam, naar de
samenscholenden, die steeds zenuwachtiger
werden.
Talrijke Gestrekte armen wezen in de
richting van de massieve hardsteenen peer
van het Zuidertransept, waar de verdachte
rookkolom zich afteekende.
Koster en hoofdagent stelden de men
schen gerust, dat het niet k-on, doch de
tegenspraak bleef niet uit. Eén van de me
nigte had immers al vonken uit de vaas
zien vliegen!
De loodgieter Reinhardt en een agent van
politie eerste klas, een oude rot, voor niets
en niemand vervaard, leverden dc proef
op de som. Ze klommen naar de zolders.
Reinhardt, behendig klauteraar, als vakman,
slingeide zich langs den gevel naar buiten
en was spoedig bij de hardsteenen peer.
Ja, toen zagen ze het duidelijk Ik-neden,
een liééle rookwolk!
Reinhardt en de politieman zagen het
ook. maar nóg beter... een dichte zwerm
muggen, die om de peer dwarrelden in
de zoele avondlucht.
Beneden bleef de stemming zenuwachtig,
ook na de tijding der twee onderzoekers.
Zo wilden liet niet geloorven. En toen de
lieer Yan der Hum betoogde, dat, als er
iets aan de hand was van wat zij dachten,
hij niet zoo kalm bij hen zou slaan, had
dil wel overtuigingskracht, maar toch, zie
je, kijk, daar bij die vaas dan toch!
De lieer Van der Hum naar huis, hoofd
agent weg, agent eerste klas weg! De me
nigte nog een kwartiertje na pleitend toen
was de kalmte teruggekeerd en Onze Lieve
Vrouwe of Groote Kerk stond in haar heer
lijken luister in den zomersclien avond
schemer, ongedeerd.
Poging tot vergiftiging
De dochter van den arbeider v. d. W.,
te Slagharen (Gron.) is Donderdag, gear
resteerd, omdat zij het water in de ,put van
haar buurman heeft vergiftigd. Zij neeft be
kend.
Ongelukken.
Gistermorgen is te Middelburg de elf
jarige Leendert B., door een woest ge
worden koe, op den grond gegooid en even-
later overleden.
Gislernamiddag wilde de 76-jarige vader
yan.den stationschef te Egmond aan Zee
op de reeds-in beweging zijnde tram stap
pen. Hij stapte mis en beide beeneri veer
den hem afgeredeneven later is de oude
man overleden.
Een geschil in den sigarettenhandel.
Men schrijft aan de,,N, 11. Ct."
Er dreigt in den sigarettenhandel een
geschil. Voor eenigen tijd trachtten de Rus
sische fabrikanten van dit artikel tot trust
vorming over te gaan. Eigenaardig genoeg
bleken do conservatieve Rusissche autori
teiten, ten aanzien van dat onderdeel, van
een der lastigste en ingewikkeldste k'wes-
tiën van onzen tijd, reeds een gevestigde
meening to hebben. De Russische tabaks-
Irust kwam niet lot stand. Met behulp
van enkele Engelsche firma's slichtte men
nu do Engelscli-Russische Tabakstrust, zoo
dat do unifieering der Russische sigaretten-
verkoop toch plaats kan vinden.
(Deze trust, die nu nog tegenover de
..British Tobacco" staat, zal vermoedelijk
eerlang ook daarin wel worden opgelost
Dan is de lang gezochte eenheid daar. en
kan men het publiek de wel gaan voorschrij
ven. Bekend mag' hccton, dat in ons la.nd
de strijd tegen de „British Tobacco" reeds
is aangebonden. Zij immers ging voor haar
bekendste merken (Ardath e!c-) verschillen
de verkoopmethoden invoeren, die moesten
strekken, om den winkelier zooveel moge
lijk ondergeschikt te maken aan den fabri
kant. Zij dreigde reeds met eigen verkoop
plaatsen, indien haar détailafnemers nog
langer tegen'haar bleven ageeren Hoe dat
zij, in den boezem der Ned. Ver. van Si
garenwinkeliers rees het veelzet, en dit
kwam tot een positief resultaat in de op
richting van den anti-trust Bond. Deze bond
zal haar werkzaamheden aanvangen, door
het publiek met de „feinere mittel" der
Britisch Tobacco nader op de hoogte te
brengen.
Nu dreigt evenwel van de zijde der En-
gelsch-Russische trust een nieuw gevaar.
Reeds zeer spoedig na de totstandkoming
blijkt dit consortium haar krachten tegen
den georganiseciden winkelstand te wil
len beproeven. Men zal beginnen met de
bekende merken Chapdial sigaretten (Le-
vadia, Kremlin, St Petersbourg). Do genc-
raal-agentuur voor Nederland heeft aan de
cliënten kennis gegeven, dat de verkoops
prijs zal worden verhoogd. Op zich zelf
is dit reeds minder aangenaam voor den
winkelier, wiens debiet geen schokkende
prijs schommeling kan velen. Deze prijsver-
hooging lieeft men evenwel voorgesteld met
den eisch tot handhaving van den detail
prijs. Men gevoelt, dat een dergelijke bepa
ling de vrijheid van den winkelier geheel
aan handen legt Aanstonds is de genoem
de Nederlandsche Vereeniging daartegen op
getieden. De vereeniging omvat in haar
1500 loden, twee derden van den kapitaal
krachtigen détail-verkoop. De Engelscli-Rusr
sischo trust schijnt nu met de 4500 niet-
aangesloten leden den strijd legen de Ne
derlandsche Vereeniging te willen aanbin
den. Het zal zeker van belang zijn, na
te gaan, hoe deze verwikkelingen verder
zullen verloopen. Immers het einde van
al deze kleine handelssdhennutselingfen zal
zijn, dat het publiek, na oen eventueide
overwinning van den kant der trust, de
oorlogsschatting zal moeten betalen.
door
J. EIGENHUIS.
(Nadruk verboden).
I.
Juffrouw Baars gaf een bepaald cachet
aan haar winkel. ïn de heele buurt was
loop van ieder, die oog voor netheid, de
gelijkheid en fatsoenlijkheid had, naar haar
zaak. De marmeren toonbanken blonken
van blankheid, de balansen en schalen
fonkelden u tegen en de vloer was hel
der als een brand.
Ze leefde voor haar zaak en was even
vriendelijk tegen een klant, die om een
cent mosterd kwam, ais tegen iemand, die
eenige fijne blikken sardines moest heb
ben.
Maar haar winkel was heeigenlijk niet.
Ze had alles op naam van Henk laten
stellen, haar eenigen jongen.
„Je ben mal om je uit te kleejen, vóór
je naar bed toe gaat," had broer Lof haar
gewaarschuwd. Maar zij was er blij om,
dat ze zoo gedaan had. De drie meisjes
hadden haar deel al ruimschoots beet. Nog
bij het leven van haar man waren die voort
geholpen aan een boerderij. En als zij
nu kwam te vallen, dan kon ze T gerust
op wezen, dat Henk veilig zat in zijn win
kel en geen inhalige zwageTS die hun portie
er uit wouen schrapen.
Maar na het huwelijk van Henk had ze
wel eris aan de woorden van broer Lof
gedacht. Ze kon zich.' nog al gemakkelijk
schikken, doch liaar nieuwe schoondochter,
Bertha, had haar al meer dan eens laten
voelen, dat de leiding nu bij haar berustte
en dat moeder zoowat geduld werd. Ze
troostte zich met de gedachte, dat ze ook
tc oud werd om zoo druk zich te maken
met den winkel. Maar het Hel baar hard,
om achter de ruiten van hiet tussohenraam
te blijven en alteen met een knikje de
vriendelijke groeten van de klanten te he
ilwoorden. ontevreden zag ze naar een
hoek van de woonkamer, waar een groot
kabinet-orgel pronkte... Allemaal geld aan
de zaak onttrokken... Vaste kleeden, groote
spiegels in gouden lijsten... alles kon Tijen...
En de zaak moest het maar opbrengen,
want Bertha was er in gekomen zonder
zelfs een uitzetje mee te brengen.
„Dag juffrouw Baars," zei een flemciige
stem. O, dat was Bertha's moeder, juffrouw
Pelse, Ze hijgde van vet en knoopte de keel-
bandjes van haar- onnoozel klein kapot-
hoedje los, dat op haar groote hoofd stond,
als een knop op een botervlootje. Ze baas
de maar in de kasten, waar ze haar man
tol en hoed Wegborg, schonk zich een
kopje thee in, liep alle kamers door...
„Wel gezellig, hé, zoo'n muziekdingetje
in huismeTkte ze op, zich ook naast
het tusscJïerrraam opstellend.
„Als j'er nou op spelen kan," antwoord
de juffrouw Baars gemelijk.
„Dat zal wel korame, Bertha is nog a'
flink van anneme."
„Ze zal genoeg aan Te nemen hebben
in d'r zakie," opponeerde juffrouw Baars
bits.
„Nou, een beetje sjeuigheid mag er toch
wel wezen," zei juffrouw Pelse. En zoo
bleven ze voortredeneeren, zooals altijd
eigenlijk allebei giftig, onbewust voetend,
dat er hier maar plaats was voor één van
beiden.
„Wacht, ik kom u even een advocaatje
inschenken," kwam Bertha boren, ,,'t is
nou nog' a.l niet zoo druk in den win
kei
„Ja, da's zoo' goed voor m'n borstigheid,
moid, dat weet je wel... U ben heelemaa1
niet borstig','1' informeerde juffrouw Pelse
als om haar dochter den pas af te snijden,
aan haar schoonmoeder hetzelfde te pre-
sisteeren.
„Nee, advokaatjes kon het bij mij niet
lijen," snikte dc oude vrouW.
„Och, as je 't nou niet noodig hebt, zou
ik "r ook niet naar talen." En van haar
glaasje lepperend: „Hoor 'ris, wat een weer.
Zoo kan 'k or niet door... 'k Ben zoo bang
van onweer... As je nou 'n bed over had,
dat zou nog 'ris makkelijk' wezen met slecht
weer en anderszins... Maar je bent te klein
behuisd om geregeld een kamer te kunnen
missen.'''-
„Ja, as nou moeder Baars de kleine ka
mer niet had....,v merkte Bertha kwam
argeloos op.
Juffrouw Baars zat een bandje van haar
tulen muts uit te strijken tussohen duim
en vingers. Maar haar onderlip trilde ze
nuwachtig en ze blad veel te doen, toan niet
boos uit te vallen, of ze hier gems 'fce veel
was. Ze stond maar Vis op, ging b,-:ar
kamertje binnen, en zette zich voor 1
raam, waaruit ze door haar brillegku .i
heen staarde naar den blinden muur Va
bakk »r Sanen, die op een paar nieter a".
stand haar het uitzicht belemmerde, J;,u
muur moest heel veel interessants heb
ben, want ha,ar brilleglazen staarden tr
nog even strak naar, toen het al pikdonk r
was en Henk de deur opende, waardoor een
breede lichtbundel op haar gelaat viel.
„Zeker vermoeid, zeker wat aan het dut
ten," zei Henk en hij sloof de 'kamer weer,
zoodat hij op den tast een stoel moest
nemen.
Zijn moeder zuchtte alleen wat en de
handen vouwend op haar voorschoot, richt-
te ze den blik weer op den blinden muur
van bakker Sanen, alsof ze daardoorheen
in de toekomst wou dóór dringen.
Ze voelde Monk's hand langs haar wang
streden, zoooLs in de dagen van ouds
vóór liij getrouwd was. In tegenwoordig-
heid van zijn vrouw scheen hij zooteis
niet te durven. IJenk zocht haar hand en
drukte die.
„Kom, moeder, Bertha vindt het zoo
raar, dat u altijd wegloopt, als haar moe
der er is," zei hij.
Ze wou niets terugzeggen, want ze was
bang, ongenoegen te stichten tusscihen hem
en zijn vrouw. Maar de tranen biggelden
langs haar neus onder de brilleglazen van
daan, en ze had Keel wat te beredderqn
vóór ze meegaan kon. Gelukkig waren Ber
tha en baar moeder in den winkel en zoo
kon ze wat op verhaal komen. Henk pro
beerde wat met een vinger op het kabinet-
orgel en zoo zat ze weer al teen achter het
tulen gordijntje in den helder verlichten
winkel te staren, waarin ze haar laatst
kapitaaltje en al haar illusies had gesto
ken
„Nou Honk, telefoneer effentjes om een
rijtuigje," schrok ineens juffrouw Pelse's
jordanarige stem uit haar mijmerend ge
tob. ,,'k Heb bet hart niet met zulk Weer
langs stiaat te gaan..."
,,'s Is nou andere droog," protesteerde
Henk zwak, maar Bertha snibdeNou. dat
zou wat moois wezen, als je V tegen
op zag, zoo'n oud mensch thuis te lalen
brengen met zulk weer..."
Henk stond al aan de telefoon en juf
frouw Pelse hijgde: „Nou meid, krijg m'n
hoedje en manteltje maar 'iris... Hè, hè,
maar '1 is wel naar, dat je nog niet een
kamer hét... Niet de bevalling zie je, dan
zou 'k een paar weekjes al vooruit bij
je kenne komma...'1'
II.
,,'k Kom moeder weer terugbrenge, hoor,"
roept Piet Zwaag met zijn zangerige neus
stem en hij draagt de oude vrouw reis-
lolletjes, hocdedoos en koffertje na, ze
met een zekere gejaagdheid stevig op de
toonbank neerplakkend. ,,'t Was wel druk
met de paarden, maar 'k heb toch inge
spannen; je fail zooi'n oud mensch toch
die heele jveg niet laten knapen..."
'Alles is ju den winkel te hoop geloo-
pen. Ilenk zet den schroom voor vxo.w
en schoonmoeder ,op zij en aan zijn na
tuurlijke gevoelens gehoor gevend, kust hij
de oude stekker stevig op de beide wan
gen en helpt haar het trapje op naar de
tusscbenkamer, bedeesd mompelend„Zoo,
zoo, da's onverwacht weer terug...., wel
onverwacht"
Bertha en juffrouw Pelse gaan zwager
Piel te lijf in een duet van bezwaren.
„Eerlijk gezeid, 'k ben blij de goeie ziel
weer le zien, maar waar ik ze bergen
moot," oppert Bertha.
En juffrouw Pelse, de handen in de beu
pen, verspert hem de buitendeur: „En dat
zoo maar zonder te waarschuwen.... Je
begrijpt wel, Bertha is zwak, die kan mijn
nog niet misse... En de tweeliiigetjes heb
ben toch ook 'er ruimte noodig... En bij
jullie in zoo'n groote boerderij is plaats
genoeg-i.''
,,!k dacht, dat je vrouw moeder nog wel
graag een poosje over den vloer hield...,"
inriteert Bertha.
„Och, een groot liuishouën, wat zal ik je
zoggen," roept Piet.
En grinnékend met een „Nou, gedag,
hoor," loopt hij baast de dikke deurver-
ipemng omver, stept in z'n tentwagen en,
de zweep pver z'n bruine merrie halend,
maakt hij dat hij het gevaar ontkomt, om
weer de oude vrouw te moeten meene
men.
Henk is al bezig dc tweelingen te too*
nen, en zonder haar hoed af te 'zetten en al
het grievende van dc ontvangst vergetend,
maakt ze trararietjes en glimlachjes te
gen de kieroogende wichtjes, haar bewonde
ring in blijde uitroepen luchtend: „Wat een
dotjesWat een schatjesEn wat lijken 'ze
op mekaar.... Bertha, je mag ze wel een
lintje om bet armpje doen... Ja, ja, knijp jij
je- oogjes maar diclit... En jij ook... En
slaap maar lekkertjes... Och, odh', en wat
zoet dat ze zijn... Je hoort ze niet... Eventjes
in m'n arm houën..."
En zoo gaat de grootmoederlijke bewon
dering door en vinden de moeder en de
twee grootmoeders elkaar in een gemeen-
scbappelijken moederlijken trots.
Maar als de zuigelingen weer zijn op
geborgen en Henk het z'n moeder gemak
kelijk wil maken en haar mantel en hoed
begint af te nomen en baar bagage op te
bergen, barst juffrouw Pelse uit: „Maar in
mijn kamertje ken je dat toch niet bergen,
Henk. Wat doe je iigu? Daar kennen wo
toch niet allebei slapen...?"
,,'k Dacht, dat u weer naar uw eigen,
huis ging," zuchtte Henk schuchter. Maar
daar brak het onweer los. Kijrerig' viel
Botha uit: „Ja, mijn moeder, die is altijd
te veel... En die moet nou zeker maar
weer ophoepelen... Maa.r ik kan 'er nog'
niet missen... Jij beseft niet half, hoe naar
ik wel ben en hoe weinig' ik nog doen
kan en hoe niemand anders me zoo kan
helpen als m'n eigen moeder.
Onderwijl staat de oude juffrouw Baars
gedachtenloos in den winkel te kijken, te
verlamd om wat in bet midden te brengen.
Ineens ontwaakt ze ouder de kijfuitbarsin-
gen van de beide vrouwen tegen haar
zoon, en den deurknop in de hand nemend,
zucht ze: „Dan zal ik wel g'aam,. Ik wil