Mededeelingen uit Yerviers.
De werkelijkheidssteen.
Gemengd Nieuw».
Tan der linden, on dat in dozen lijd
me! politieke bedoelingen, men mooi
eon ziol hebben ui» van ..Do .Maasbode"
om dat lo dun on iiisinueeren). bleek wel
hieruitdat hij zich ooruil van de Konink
lijke machtiging had verzekerd om hot ont-
worp in to trokken, wanneer daaitegen op
positie kwam. van welke zijde dan ook.
Laten wij nu maar hopen, dat op Dins
dag 1 Sept. u.s. de gemeentel aden hot al
gemeen hehuig zullen weten fe stellen
boven hot p a r 1 ij belang.
Hiermede was de agenda afgeloojnm en
konden de hoeren aan liet vragen ga.m
Zivr kort maakte de heer de Jong hiervan
gebruik om te vragen naar den toestand
%,m de i oorvnden levensmiddeleneu te
klagen over de burgemeesters, die de 'and-
weervergo»"ding alleen nitkeoren al-, Jaar
mis» de hui-dmur voldaan wordt, en ovei
<K' Maat-<dia]>pij Loiisico, die haar polissen
heeft omgezet iti obligaties van .'1 pCt. All'
deze I.uilsle klaelit kreeg hij greu anl
woord, daar de Minister van Justitie zich
niet in ,le debatten mengde-
De heer Troristra, die der llegeering alle
watudeermc bracht voor haar optreden
sprak er toeh over dat de volksvertegen
woordiging, die mede voor alle maatrege
len de volte verantwoordelijkheid draagt,
haar recht van controle onverzwakt moe~t
handhaven, daar de vraag, boe het volk
rnoet gehot pon worden de alles overheer-
scbende is. In dit verhand vroeg hij dal
de Minislei zou puhlieeeren een staat van
den voorraad levensbehoeften in ons land
on een overzicht van tic maatregelen dooi
de regeering genomen om den voorraad
beschikbaar te stellen voor de Irevolking.
En de hoer Schaper drong er op aan. dat
men de miliciens niet onnoodig hard zou
behandelen.
Minister Treub heeft op uitvoerige wijze
aan tiet verzoek van de hoeren de Jong
en Troelstra. volda.ni, en het was een lust
hem mui te liooren; men kreeg weer zoo
de overtuiging, dat hij een onschatbaar
man is voor het werk. dat hem dn deze
moeilijke dagen toevertrouwd i». en toen
hij ging zitten weerklonken dan ook luide
luavo's door gansch de Kamer.
Over bet onverzwakt recht van eontióle
der Kamer sprekende, wees hij er op, dat
de Kamer toch niet moest vergelen, dat
door deze abnormale tijden de Regeering
vaak tot zoo spoedeisrhend handelen ge
dwongen werd. dat de Kamer daarin on
mogelijk vooraf gekend kon worden; ook
waren alle maatregelen, die genomen wer
den, niet voor openbaarheid geschikt. Maai
de Regeerinu bleef voor alles ten volle
verantwoordelijk en zou te gelegener tijd
aan de Kanter alles wat er gedaan was
blootleggen. Of die maatregelen soms een
sociaal-democratisch karakter dioegen. zoo
als Mr. Troolstra had beweerd, wist de
Minister nielh ij had (g e o n t ij d o m
daarover te denken; welke opmer
king luid gelach verwekte. Tegen eenzijdig
heid waakte hij door zich steeds door de
verlegeuuoordigeis van tegenstrijdige be
langen te laten voorlichten, en voor vol
doende voorraad voedsel wordt gewaakt;
tegen de werkloosheid worden maatregelen
genomen, en voor steun zal zooveel moge
lijk worden gezorgd. Wij voor ons zouden
zeggen, laat de Kamer maar niet te veel
praten, laat ze Treub maar laten begaan.
,.Lieb Yaterland kaunst ruhig sein".
De Minister van Oorlog zou de houding
van de burgemeesters in zake de land
weervergoeding onderzoeken en nam den
heer Schaper eenigszins in het ootje over
de harde behandeling der soldaten; de man
schappen moesten getraind en gehard wor
den. Trouwens, de klacht van den afge
vaardigde voor Appingedam heeft ons iet
wat verbaasdwij waren de laatste weken
in de gelegenheid met tal van miliciens
uit verschillende garnizoenen te spreken,
en men hoort maar één lof over voeding,
ligging en behandeling.
mijn hart!"
Den vierden avond nam <le ring een fijn
maar sterk koord mee naar hoven, den
volgenden avond bracht dit een solied ge
vlochten fouvi'ladde.rtje naar Falmé's ver
grendeld venstertje. Fatmé's hart klopte
heftig, toen zij dit voorwerp aanschouwde
en aan de tralie» vastknoopte. Daarop
spande zich het laddertje aks onder een
zworen Jast en direct daarop vorsiiioen
een mannenhoofd vóór de tralies, en lip
pen spraken gloeiende woorden van liefde.
Doch é-'-iu- hand weerde zich duchtig daar
bij, zij hanteerde een vlijmscherpe vijl, die
het roestige traliewerk aanviel. Drie nach
ten lang werd er gewerkt., ten laatste was
liet doe! bereikt. Rij een donkeren hemel,
waarin de maan schuil ging, was Fatmé
tot de vlucht oereid en Kerini droeg zijn
schoone last op zijn armen naar beneden,
de hark in; de twee gelukkigen verdwe
nen in de richting van 'Kerim's kleine hou
ten woning, aan de oevers van het dei-
rn- ide, rustige water.
Toen den volgenden morgen de zon nau
welijks tuin den hemel stond, was Kerim
reeds vóór de woning van den uitdrager
Abdullah en beukte op de gesloten deur.
He slaperige oude man verscheen eindelijk,
luid vloekende en Kerim verwenschende.
die hem zoo vroeg uit den slaap gewekt
had. Zijn scheldwoorden trokken de aan
dacht van eenige buren, die Weren staan
,om te luisteren. 1
„Abdullahzeide Kerim, „Ik bemin Fat-
mé, uw, kind, geef het mij tot vrouw!"
Een oogenblik stond Abdullah als ver
stard, doch toen barstte hij los in woest
en nijdig getier en gescheld.
„Scheld toch niet zoo!" zei Kerim rustig.
„Geef mij liever uw Fatmé!"
In den aanvang van de zitting wijdde de
voorzitter eenige gevoelvolle woorden aan
de na gedachten i« van den ..vrede-.pau<
Pins X". I)e llegeering vcreenigde zich
daarmee hij sponde van den heer Fort
van der Linden, en de Kamet hoorde de
woorden staande aan. Dr. Nolens dankte
Voorzitter en llegeering voor die woorden
namens gansch het Katholieke Nederland
sche volk.
Iemand, die de eerste drie weken van
den oorlog te Yoiviers. in lielgië na bij de
Hollandsche grens heeft doorgebracht, heeft
ons eenige mededeelingen gedaan van wat
hij dam heeft gezien:
Onze zegsman was Zondag 2 Augustus
naar België vertrokken. Hij maakte de reis
met zijn Vlouw. die een Belgische is eu
wier ouders te Yeiviers wonen, over Bius-
sel. omdat hem op zijn raag was mede
gedeeld dat de weg over Maastricht niet
meei vrij was. \Yel had men hem de leis
«terk ontraden, maar met hel oog op de fa
milie in Yerviers werd toch de leis gis
daan. liet spon- er keer ging a! niet
moei geregeld. men eerst Dinsdag te
Yeniers arrivé»
Den volgende:, dag klonk plotseling de
kteel door de stud: de Duitscheis komen!
en dit veroorzaakte een geweldige paniek;
alles draafde door de stad om hun wo
ning te bereiken; er waren er die hun
schoenen op straal uittrokken om harder
te kunnen luopen.
Toen kwamen de eerste Duilschers bin
nen. Links en rechts van de straal liep een
rij soldaten met het geweer in de hand,
gereed om daarvan gebruik te maken als
dit noodig was: dc Duitschers wisten im
mers niet hoe zij zouden worden ontvan
gen door de Belgisdie bewoners, in het
midden dei' straat, aan het hoofd der sol
daten, ging een officier. De Duitschers
maakten halt en vormden zoo een bescher
mende keten door de stad voor de troe
pen die achter hen volgden. In ecu oogen
blik waren alle winkels gesloten.
Dan begon het doortrekken der Duitschers
dour de stad. Yan 's morgens 4 uur tot
's avonds uur ging dit onophoudelijk door,
als ware het een oneindige stroom die
België zou overstioomen.
De troepencommandant had zich naar
het stadhuis begeven om den burgemeester
1e vragen of de troepen vrij door de stad
konden trekken. Deze antwoordde dat hij
zich daartegen niet kon verzetten, waar
om hij de Duitschcr.s ongehinderd zou laten
doortrekken onder protest tegen de schen
ding van het Belgisch grondgebied.
De gemeentegelden werden in ruil voor
een bon in beslag genomen, evenals do
gelden van bet postkantoor. De Belgische
postzegels werden door Duitsehe soldaten
op straat geworpen als waardeloos, nu de
Duitschers bezit van de stad hadden ge
nomen. De telegraaf- en telefoonverbindin
gen werden afgesneden en een eigen tele
foonlijn gelegd. Dit ging heel eenvoudig:
de draden werden met haken aan dc dak-
gooten der huizen opgehangen en verbon
den.
Ook werd een waarschuwing door den
Burgemeester afgekondigd en aangeplakt
om elke vijandelijke daad of elke daad
die vijandig kan lijken streng na te Haten,
omdat dit de ergste gevolgen zou kunnen
hebben.
Den volgenden dag trok weer een enorme
massa soldaten door de stad, waarvan ten
gedeelte werd ingekwartierd.
Donderdag of Yrijdagmorgeri dit wist
onze zegsman niet, meer met zekerheid --
werd omstreeks ö'/a- uur de burgerij plot
seling opgeschrikt door een sterk salvo-
vuur. Er was uit een der huizen in een
straat een schol gelost, uit welk was 'niel
bekend, maar als waarschuwing schoten
„ïlaar zal ik zóó goed weten te bewa
ken, dal eerder uw oogen zullen verdro
gen, dan dat ook zelfs een tipje van haar
kleed voor u zichtbaar zal zijnriep de
oude razend uit.
„Allah is groot!" wierp Kerim gelaten
terug. „Misschien doet Allah een wonder
mi wordt Fatmé toch mij in mijn armen
gevoerd."
„Wanneer Allah dat bij machte was, zou
zij de uwe zijn, lummel
Toen keeide Kerim zich met fonkelende
oogen lot de omstanders: „Hebt gij ge
hoord? Gij zijl mijn getuigen! VYanl Fatmé
is nu de mijne!"
„\Yat beteekenl dat dwaze geklets?" gilde
de oude, buiten zichzelve.
„Fatmé is de mijne i Allah heeft een won
der verricht. Hij heeft haar dezen nacht
tot mij gevoerd. Nu is zij mijn vrouw, zoo
als uw eigen woorden reeds spraken
"üe oude wilde zich in grenzelooze woede
op Kerim werpen, toen Chaïssa met krij-
sehende stem uit. het huis rende, op haar
meester toe, zijn boenen omvattende.
„Fatmé is weg!"
„Zij is mijn vrouw, zij is in mijn hut!"
sprak Kerim trotse!), terwijl hij plan
maakte om weg te gaan. „Allah heeft haar
mij geschonkenmaak den bruidschat in
orde
De oude raasde van woede en Chaïssa
had geen leven den eersten tijd.
De huren lachten hem ten slotte ook
nog uit en de kadi weigerde hem rond
weg eenige hulp. En toch, ten langen leste
verzoende zich de oude nog met Kerim,
doch dat was de kleine, piepjonge Kerim,
het zoontje van Kerim en van zijn Fatmé,
zijn sluwe dochter Fatmé, die dat wonder
bewerkte,
de Duitschers, die langs de huizen waren
opgesteld, op de huizen daar. zoixiat er
geen huis meer was waar de ruilen en mu
ien niel op tal van plaatsen waren 'door
schoten. Natuurlijk ontstond daardoor weel
een paniek.
Op dit incident volgde een nieuwe waar
schuwing, die overal werd aangeplakt met
de bedreiging, dat. mocht eenige daad van
vijandschap zich opnieuw voordoen, dan do
stad te vuur en te zwaard verwoest zou
worden.
Bevel werd _gegeven. dat gedurende den
donker voor alle ramen aan de straat licht
moest branden.
Een paar dagen later werd door een vol
genden troep encom ma ud ai it juist het te
genovergestelde bevolen. Waar 's avonds
licht zou branden zou op liet buis geschoten
worden.
De verzekering werd gegeven, dat lijf
eu goed veilig zouden zijn zoolang de bur
gerij zich rustig hield.
Dat dit den Duitschers ernst was. bleek
uit het volgende:
In een lakenfabriek waren 150 man on
dergebracht. Het bleek, dat daarin maehi-
neriën en goederen door soldaten waren
vernield, waarom de eigenaar zich daarover
bij den commandant ging beklagen. Een
onderzoek werd door dezen ingesteld, waar
bij .S soldaten als de schuldigen werden
aangewezen. Zij worden onmiddellijk ge
fnsileerd.
Een ander voorbeeldIn hel salon dei-
woning van een dame hadden eenige sol
daten zich de vrijheid veroorloofd een ko -
te slachten. Ook zij wondde zich tut den
commandant, die haar vroeg de schuldigen
aan te wijzen. Zij herkenden drie der da
ders, die oveneens zouden gofusileerd zijn.
had niet de dame met aandrang verzool)
den mensclien genade te schenken. Zij wil le
niet de oorzaak zijn van hun dood De com
mandaat heeft haar wensch vervuld
De burgers van Yerviers hebt jen van
den beginne af een welwillende, zij het
ook niet een vriendschappelijke houding,
legen de Duitsehe troepen aangenomen. Bij
liet doortrekken der troepen weiden em
mer» water buiten gezet, opdat mensch en
dier zich zouden kunnen laven, oen l>e
leefdheid. die door de Duitschers zeer is
gewaardeerd.
Dit neemt echter niet weg, dat door de
Duitschers daden zijn bedreven, die iiiet
door den beugel kunnen, al moge dat dan
ook niet uit wreedheid geschied zijn.
Duit-schors kwamen te Horve. niet ver
van Yerviers, voorbij een fraaie villa, waar
in woonden een architect met vrouw en 3
of 4 kinderen, terwij! ook diens zwager en
zijn vrouw op dat oogenblik daar waren.
De Duitschers vroegen de villa te mogen
grinniken voor waarnemingen, wat onmid
dellijk werd toegestaan, terwijl de Duit
schers zeer heusch werden ontvangen. Op
een oogenblik gaat een geweer, waarschijn
lijk van een der boven bezig zijnde Duit
schers, af, ongelukkig juist op een oogen
blik dat een troep Duitsehe soldaten pas
seert. Deze twijfelen geen oogenblik. of van
uil de villa wordt op heil geschoten, zij
richten zich daarheen en vnrc-n daarop, zoo
dat de ramen verbrijzeld en de muren door
schoten worden. De zwager loopt naar vo
ren en wordt doodgeschoten, evenals zijn
vrouw, die hein gevolgd is. De overigen
vluchten in den kelder. Een paar der Duit
schers, die zoo goed ontvangen waren dooi
de bewoners, slagen er eindelijk in hun
krijgsmakkers duidelijk 1e maken hoezeer
zij zich vergist hebben, ec-n vergissing, die
twee mensehen liet leven heeft gekost. De
architect is met zijn, gezin naar Holland
vertrokken.
In Battice, eveneens een plaats niet ver
van Yerviers, schoot een groentevrouw met
een revolver op Duitsehe soldaten. Fit
wraak werd den brand in het dorp ge
stoken.
Te Dolhain, een dorp in dezelfde streek,
zouden Duitsehe soldaten in hun slaap zijn
vermoord en verminkt. Dat dorp is tot
straf platgeschoten. Hervo werd later half
in den asch gelegd, omdat men daar uit
de huizen op de Duitschers geschoten had.
Men moet echter bij de beooidoeling niet
vergeten, dat een leger, dat door een vijan
delijk land trekt, streng moet optreden, om
niet het slachtoffer te worden van rond
sluipende franc-lireurs en wraak nemende
burgers.
In at die treurigheid kwam toch pok
nog een komische noot.
In België bestaat nog een schutterij, dat,
is een soort van ordebewaarders in uni
form, maar behoort niet tot hei leger. Ook
in Yerviers was die natuurlijk. De com
mandant van het corps achtte zicli verplicht,
toen vernomen werd dat de Duitschers den
oorlog aan België had verklaard, zijn corps
hijeen te roepen en daarmede marcheerde
hij naar Luik, om mede te strijden bij de
verdediging van de vestingwerken. Gene-
ra.tl Eêma» verklaarde echter, dien ijver
te waardeuren, maar het corps niet te kun
nen gebruiken, omdat hij er meer last. dan
dienst van zou hebben, omdat het niet tot
het leger behoorde. Hij gaf den comman
dant dus in overweging dc rnenschen weer
naar huis te sturen. Maar daaraan waren
bezwaren verbonden, want inmiddels wa
ren de Duitschers in Yerviers gekomen en
dus ko-nden de schutters zoo maar niet naar
hun gemeente terugke-eren. Het zou de treu
rigste gevolgen voor hen kunnen hebben.
De commandant zeide dus, dat ieder op
zichzelf Verviers maar weer meest zien
te bereiken.
Het eerste werk der schutters was hun
uniform uit te trekken en zieh in burger te
kleeden. Kleedingstukken wei-den gekocht,
geleend, genomen, en zoo trachtte men on
gemerkt weer naar huis te komen. Een
hunner ontmoette onderweg een vrouw met
een zuigeling en hij heeft het kind naar
Yerviers gedragen, tv aard oor hij als de
echtgenoot van «lie vrouw werd aangezien
en ongestoord de schildwacht passeerde.
Voor Yerviers werd liet een geluk ge
acht, dat de scluittcrij-comiiuiitdiml zoo
voortvarend naar Luik getogen was: hij
zou in staat geweerd zijn dc Duitschers
te willen tegenhouden, wat de vernietiging
van Yerviers ten gevolge zou hebben ge
had.
Onze zegsman verklaarde, dat hij dc
meeste Duitschers, maar vooral de offi
cieren, zich volmaakt correct had zien ge
dragen gedurende de 3 weken, dat hij in
Yerviers was geweest. Wat zij voor zichzelf
kochten, betaalden zij contant, en namen dc
beleefdheid in acht tegenover iedereen, dio
hen beleefd behandelden. „Alleen die ons
niel beleefd behandeld," zeide hem een of
ficier. „doet de ervaring op, dat wij dc
macht hebben om te dwingen."
Waar onze zegsman weer op tijd in zijn
'betrekktng moest z.ijn en de verbindingen
volmaakt verstoord waren, ljogaf hij zich
den 17en Augustus naar den burgemeester
die hem ,op zijn verzoek! een verklaring- gaf
dal hij' niet kon vertrekken. La ter werd hem
een pas uitgereikt die! door; militaire auto
riteit werd bekrachtigd en waar-bij hem.
pis 'Hollander, bet verlof werd gegeven
naar N< derbind terug te koeren.. Den 23sien
zou hij de terugreis namannen. Bij begaf
zich op advies van een officier naar liet
station om verlof te vragen met een iniii
L:ü,reu trein naar Aken Ie gaan. Dit verb.!
werd hem gegeven doch het was niet lus
kend wanneer een trein zou gaan. Hij'zou
du» maken met zijn vrouw en koffers te
10 uur 's morgens aan bet station te zijn
Op raad van den stations-commandant werd
brood medegebracht omdat het misschien
uren kon duren alvorens om trein zou
vertrekken. Maar dit viel nog al moe. Na
tngeveer 10 minuten zaten zij reeds in
een militairen trein eo.i werden daarmede
naar Aken gebracht. Yan daar gingen zij
per fram naar Vaals. Met zijn pas in Je
hand vond hij overal modewerking hij do
militairen.
Teen onze zegsman in Aken naar tiet
station van de tram ging om te informeeren
hoe laat die vertrekken zou. maakte zijn
vrouw een wandeling en deze. die enke!
Fransch spreekt, kreeg van iemand wicn
zij had aangesproken den goeden raad om
voorzichtig te zijn; waarmede kon hij echter
niet zeggen omdat een ander zich bij'hem
aansloot. Later bleek dat zij niet moest
laten bemerken .dat zij Fransch sprak, om
dat alles wat Fransch was zeer prikkelend
op de goede -stemming der Akénsche be
voïking werkte.
Met groote vreugde begroetten zij den
YaderJandschen bodem, al hadden zij ook'
de reis tol, aan die grens kosteloos afge
legd en moesten zij van daar reisbiljetten
knopen. Met vreugde deden zij dat, omdat
zij wisten dat hun nu niets meer in den
weg gelegd zou worden om weer spoedig
in hun eigen w,onïng te komen.
In dezen benarden tijd houden velen
zich -bezig met, de toekomst, zij hopen op
een hetere toekomst.
Het is begrijpelijk. En er is zeker alle
kans op eeri betere toekomst, waar het
heden wel tot de donkerste tijden uit de
geheele geschiedenis zal 'belmoren.
Intuss'c-hcn hoe benauwend deze tijden
ook zijn, er is veel leerzaams in wat wij
gezien hebben en nog bezig zijn te aan
schouwen. En waar er zulk een buitonge-
woon-goede gelegenheid tot leeren is, zul
len wij bij onze hoop toch rekening moe
ten handen met de juist opgedane er
varingen.
Een paar maanden geleden was de we
reld nog zoet aan hel droomen: over ivrh'.
on moraliteit enz., enz. En al die droo
men zijn een maand geleden te pletter
geslagen tegen den werkelijkheidssteen
Speciaal dc vredesvrienden worden nu
belachelijk gemaakt, hun paleis is een aan
fluiting, 'hun werk een bespotting. Er is
daarin veel waars. Doch niet zij alleen
zijn de gedesillusioneertlen. Wij waren allen
met elkaar aan de soes geraakt. Wij ge
loofden de mensch beid veel verder dan
zij blijkt te zijn. Het was niel alleen eau
fout van anarchisten en allerlei utopist"»,
die te mooie mogelijkheden vlak voor zi, li
zagen. Wij dienben allen meegedroomd.
Doch nu kunnen en moeten wij wakker
zijn. ,Ën als er straks een tijU zal zijn
aangebroken, dat de mensch den mensch
niet iederen dag Aveer doodschiet, aan ba
jonetten rijgt, met bommen en granaten
werpt, opliangt, martelt, vermoordt, clan
moeten wij oppassen, dat wij nioi dadelijk
weer aan het ilroomen gaan, dan moeten
wij zeker blijven hopen, maar ho
pen Ij innen cle grenzen van liet mogelijke
en het redelijke, gelijk deze harde tijden
die grenzen hebben aangewezen.
Die zedelijke zelfoverschatting vinden wij
op allerlei gebied. En als wij' nu als voor-
bééld daarvan weer de vredesbeweging
vooral beschouwen, is da.t wij herhalen
het niet, omdat de vredesvrienden zich
meer belachelijk hebben gemaakt dan al
lerlei andere dwepers met onwezenlijke
dingen.
Eenige vredesvrienden dan kunnen zich
zelfs nu nog niet bedwingen. Enkelen er
kennen nu ja dat het thans geen vrede
is, dat het thans zelf zóó erg oorlog is
als nog maar zelden vóór deze. Maar dit is
dan ook het einde. De mensehheid zal
nu zóó genoeg van oorlog krijgen, dat dez.e
schrikkelijke oorlogen dan ook de laatsten
zullen zijn.
Nu spreekt bet wel vanzelf, dat er na
de actie van den oorlog een reactie zal
komen. Doch op welken grond men aan
neemt. dat liet na dezen oorlog niel oor
logen gedaan zal zijn, begrijpen wij niet.
integendeel. Juist dat vinden wij -wel liet
verschrikkelijkste van den oorlog, dat hij
geen beslissing geeft, geen uitspraak in
hoogste beroep. Precies datgene, wat wij
op den Balkan hebben zien gebeuren, kan
zoo Jicht ook weer in Europa gebeuren.
Men heeft na oen oorlog tusschen zoo velen
altijd verslagenen, die van een nieuwe
constellatie gebruik zulten willen maken
om wraak te nemen of vergoeding voor
geleden verliezen te krijgen. Mn kan zoo
rik moment weer nieuwe botsingen Ver
wachten. De geest der strijdende volkeren
is bovendien weer op geweld gericht, men
heeft mensehenlevens gering leeren tellen
men beeft zoo gezien, dat macht gaat bovc-n
recht, dat men elk oogenblik ijereid zal
zijn dc» verkregen lessen in de praktijk toe
te passen.
Er is dunkt ons dus heel weinig
aanleiding om te verwachten, dat het na
dezen oorlog met den oorlog uit zal zijn.
En wij vinden hen, die zelfs in dezen tijd
blijven profetioercn, dat het nu weldra uit
zal zijn met den oorlog, gevaarlijke rnen
schen, gevaarlijk voor de ontwikkeling van
de maatschappij, en voor liet vrede door
recht ideaal, dat ons allen voor oogen staat.
Hurt gevaat- bestaat in lam droomtoestand
en in dc suggestie, die zij op de menigte
uitoefenen. Wil men iemand overwinnen,
ditmaal niel met houwitzers en mitrailleu
ses maar met argumenten en betoogen, dan
doel men verkeerd met de te overwinnen
macht te onderschatten. Eerst wanneer men
zieh een juist beeld van de oorlogszucht
gemaakt heeft, kan men met succes die zucht
gaan bestrijden.
Dat juiste beeld hebben de gewone vre
desvrienden klaarblijkelijk niet gehad. Zij
hebben aan een oprechte vrede» lief de in
de groote naties geloofd, die de laatste
gebeurtenissen hebben dat nu toch vol
doende aangetoond daar niet bestond.
Zij hobhen vroeger niet. willen luisteren
naar ons betoog, dat die bestrijding heel
moeilijk zou zijn en eerst na lange/ lange
jaren vruchten zou kunnen dragen.
Nog op het laatste congres van Vrede
door Recht" in Amsterdam zijn zulke strij
ders aan het, woord geweest. Zij geloofden
niet. dat alleen in de kleine staten de
liefde voor den vrede oprecht is omdat daar
eigenbaat tot die liefde leidt. Welnu
de inleider, die tegenover lien stond, beeft
nu schrikkelijke argumenten tot zijn dienst.
Maar dan moet men ook niet weer in
wolkjes van gedroom gaan en bij ile werke
lijkheid blijven.
Dan moet men begrijpen, dat juist in
de groote staten propaganda ino>t wor
den gemaakt en dat die propaganda nooit
zal "Wagon als zij niet op een b ree de basis is
georganiseerd en als z.ij zich niet bewust
is van de geweldige moeilijkheid van haar
taak.
Hoe generaal Leman zijn degen overgaf.
Een bijzondere correspondent van de „Tijd"
heeft een Duitscli officier gesproken, die hem
over don val der Luikse-tic forten bet volgende
wededeoldc
Er zijn. bij de beschieting en bestorming der
forten van Luik heldhaftige maar ook tragische
looneelen afgespeeld. Van een fort werd de
cÈjfmiaaudant in een onteettenden krijgsiiood
krankzinnig, en woest huilend begon hij op
zijn eigen soldaten te schieten, die hem moesten
ontwapenen en binden. Yan een ander werd
de koepeling vernield door Zeppeiinbommen,
weer andere werden als een door kinderen,
gebouwd zandheuveltje in elkaar geschoten door
het enorm zware belegeringsgeschut. Slechts
aan enkele gehalveerde afdedingen van de Bel
gische fortenverdediging getokte hel, onder do
meest avonlfaurlijke (omstandigheden ie ont
komen.
Zoo. lang liet nog doenlijk was, had generaal
Leman eiken dag de meest hij Luik, gelegen for-
ten geïnspecteerd, en naar den eisch van eiken
dag doen versterken. Nog een uur vóór dat do
onderlinge communicatie der vestingwerken on-
mogelijk was gewonden, had Hij in een aailo,
waarin hij zich liet vervopren, nadat zijn beide
beenen gekneusd waren, het fort Ciiaudfonlamo
bezocht, kort nadien met zijn bemanning zoo
gruwelijk in de lucht geviogen, nadat een Duit
sehe granaat liet kruitmagazijn had getroffen.
Op het sterke fort Loiicin, boven. Ans, had
de generaal zich teruggetrokken, vast besloten
daar do Duitscher-i te keeren of te sterven.
Toen de welgemikte scholen der Duitsehe ar
tillerie meer dan drie kwart zijner kanonniers
hadden weggescholen in verwoede gevechten,
hielp hij zelf de resten van het geschut bedie
nen, en dag en nacht ging hij zijn handvol
manschappen voor. Maar tegen den iaatslen
stormloop der belegeraar» was niels bestand,
te hel uiter«le uur deed hij de laatsle drie
kanonnen, welke nog bruikbaar waren, verna.
gelen, en gaf toen tast den brand in de kruit
kamer te werpen. Te voren waren in zijn com-
mandanlscel kaarten en papieren betreffende
de verdediging vernield, eu ook kon nog in de
kazematten een deel der proviandeering, waar-
ion bet foil zeer ruim wa» voorzien. Onbruik
baar worden gemaakt. Terwijl op een afstand
van nog geen twaalf kilometer tiet Duilsclie
geschut voortging te vuren op bet fort, wilde
generaal Leman met do ruim honderd man, die
nog strijdvaardig waren, trachtten zich vech
tende terug te trekken. Hij wist dat hel een zoo
goed ats hopelooze poging was, want door de
omsingeling der Duilsclie troepen was elke
lerugtochtsweg afgesneden, en. het verlaten van
het fort geleek dan ook meer een overhaaste
vlucht Han een geregelde aftocht. Hoor de bres,
welke liet zware Duitsehe belegeringsgeschut'
had aangericht, vielen nu en dan de uiteeiv
slaande kogels, waarvan een den sergeant dood
de, die bevel hail ontvangen de Belgische vlag
uit de otficierenkamer te halen.
Op het oogenblik, dal generaal Leman zich
gereed maakte om zich als een der laatste fort
verdedigers hij zijn mannen te voegen, die over
het rotsachtige en heuvelachtige terrein reeds
een stelling trachtten te tormoe ren, op dit oogen
blik drong een der zware Duitsehe 42 c.M. scho
ten door de beton- en paniscrbeklecding, deed
de kvuittading van de kleine voorraadskamer
ontploffen en onder een helsch gedonder stort
ten muren over muren. Duitsehe deelnemers
aan de bestorming vertelden, hoe ontploffingen
binnenin van zóó groote kracht waren, dat een
betonblok van wel kubieken meter inhoud
eenige meters omhoog werd geslingerd en toen
op de geruïneerde koepelbedaking terugviel,
nieuwe verwoestingen aanrichtend. Ook solda
ten, die zich ook reeds huiten liet fort bevonden,
werden door de uiteengeslagen steenbrokken
gedood.
Toen de wervelwind van stof en damp vra$