g],u Jaargang;
{Zaterdag 5 December 1914
No 14700
ITweede Blad.
Uit de Tweede Kamer.
Deze courant verschijnt dagelijks, niet uitzondering van Zon- en Feestdagen
Prijs per kwartaal: Voor Schiedam en Vlaardingen fl. 1.25, franco
per post fl. 1.65.
Prijs per week: Voor Schiedam en Vlaardingen 10 cent.
Afzonderlijke nummers 2 cent. f
Abonnementen worden dagelijks aangenomen.
Advcrtentiën voor het eerstvolgend nummer moeien des middags vóór een
nar aan het Bureau bezorgd zijn.
Bureau: Lange Haven No. 141 (bock Korte Ilaven).
Prijs der Advertentiën: Van 16 regels fl. 0.92; iedere regel meer
15 cents. Reclames 30 cent per regel. Groote letters naar de plaats die zij
innemen.
Advertentiën bij abonnement op voordeelige voorvaarden. Tarieven
hiervan zijn gratis aan het Bureau te bekomen.
In de nummers die Dinsdag-, Donderdag- en Zaterdagavond
verschijnen, worden zoogenaamde kleine advertentiën opgenomen tot den prijs
van 40 cents per advertentie, bij vooruitbetaling aan het Bureau te voldoen.
Intercommunale Telefoon No. 103.
JTot noodwetje Mondeis is dan eindelijk!
jn jopenbaro behandeling gekomen, en dat
zulks niet eerder gescliied is, is in dei
eorsie plaats do schuld van den ontwerper
zalven, die wel vond, dat de nood van. laen,',
die hij beschermen wilde hoog Was go
stegen, maar die desniettegenstaande bij
zonder langen tijd nam om in een Memorie
van Antwoord de bezwaren tegen, zijn
wetsontwerp te ontzenuwen. De lieeïj
Schaper heeft gemeend zijn partijgenoot
in deze to kunnen verdedigen door de op
merking, dat de ingebrachte bezwaren zoot
vele zijn, maar daarmee was hij niet geluk
kig. Als inen bedenkt dat Colijn indertijd
aan vijf dagen genoeg had om! do bedenp
kingen .tegen zijne Militiewet ingebracht to
beantwoorden ,en dat Treuh, naar ver
luidt, hetzelfde zal doen mei de Lecningsl
ivet, dan maakt de heer Mondeis mol zijne
maand, tijd, dien. hij voor de Memorie van
Antwoord op zijn wetje noodig had, toch
een uiterst pover figuur. En te poverder
naarmate die Memorie van Antwoord de int-
gahrachto bezwaren meer omzeilt dan dat
ze er op ingaat. Die heer van Wijnbergen
heeft bet zoo juist gezegd'; hief stuk; dat
de heer Mondeis schreef was een aardig,
stukje journalistiek; maar een Memorie van
Antwoord is hef niet
Men zou dan ook' wel eenigszms ver
baasd staan over dit wetsontwerptjo en
zijne historie, als men niet wist dat mem
hier te doen had mot doodgewone sociaaJr
democratische reclame. De indruk moet
naar huiten gewekt worden, dat noch de
Regeering, ,noch de Kamer zich eigenlijk
veel aantrekken van hen, die wegens om-
voldane huishuur op straat komen tej staan,,
naar dat deze stakkers alleen een hart dat
voor hen klopt kunnen vinden in den
boezem, van de mannen, van de S. D|, A. PM
Enfin, men kent dat spelletje; maar dat is,
zooals de heer Tydemjan terecht opmerkte,
lang niet onschuldig, want het Wekt bij de
belanghebbenden verwachtingen op, dieniet
verwezenlijkt kunnen, worden, en dat die
niet verwezenlijkt kunnen Worden, och dat
weet ,een zoo uitnetmend jurist als do
heer Mondeis zeker met het volste redht
mag genoemd worden, zelf het best.
Daar komlt meer bij, Is het voor een
pamerlid altijd eene hoogst serieuse zaakj
om' van het particulier initiatief gebruik!
temaken, zoodat hij zich daarop wel drie
maal .bedenken mag; dit gold nooit meer
dan in deze abnormale tijden,, nu dei
abnormale maatregelen voorgesteld moeten
warden door de Rjegeering en door
niemand anders. Wie op dit oogenblik
buiten gebleken noodzakelijkheid, als
Kamerlid ,van zijn particulier initiatief ge
bruik maakt, ondermijnt liet vertrouwen
dit .do Regeering meer dan ooit noodig
beeft, nu selder ganscli do bevolking in
omstandigheden .verkeert, die mopperig, zoo;
riet .wrevelig maken.
Maar ,als een s ociaal-democraat dat be
dacht ,wat zou er dan over blijVen van de
hösrlijlke propagandistische leuze dat de
Wangen ,der minstgeg oede n. slechts bijt
zijne partij veilig zijn?
Dp Regeering is trouwens niet in. gebreke;
zjj iWijdt al hare aandacht aan de vordet-
ringen ,tot ontruiming .van woningen, en
er voor dat ler geen gezinnon opj
sbaat Worden gezet, en de statistiek wijst
ril; dat dit dan ook niet micer geschiedt dan'
ta normalen tijden, en als het moer zon
Easchieden, dan weet men dat men, een
peering heeft, die noch zal aarzelen toe
j6 Jasten, Zooals zij |dcod toen geweten lo-ozen
kvemnciers den prijs der levensmiddelen
«Km» opvoerden, zooals rij duizenden,van
kilhssement redde door de Beurswet.
Maar de S. Dj. A. R moet manifos teer on
en dus kwam het ontwerp! -Mendel s waarbij
mliter bevoegd zal rijn de vordering
rit pntruimiing, al zijn daarvoor alle wette?
-pc gronden aanwezig, als hij vindt
ft onbeperkte machjte des rechters dat'
p^qor termlen aanwezig rijn, of to wijzen^
(fet geval bepaalt Jdj meteen hoe langj
gedaagde nog; mag blijven wonen, en
item^jn, die hoogstens zes maanden
rijn, kan, partijen gehoord, worden vei?
M-uar dan zjjn wij er nog niet De ai
oachtige rechter kan 'dan voor dien ver
ft termijn een logeren huurprijs vast-
en bepalen, „dat dit bedrag geheel
of ten deele niet door den bewoner zal
behoeven te worden betaald, maar geheel
of gedeeltelijk ten laste komen zal van den
Staat."
Zied.aar den hoofdinhoud van het ont-
werp-Mendels. En het sprak wel vanzelf,
dat daartegen tal van juridische bezwaren
waren en niet minder pracüsche ook, maar
de lieer Mendels heeft er zich niet hij
zonder druk mee gemaakt om deze in zijn
Memorie van Antwoord te weerleggen, wel
licht tegen soesah opziende, waar het toch
van te voren vaststond_, dat dit parade-wetje
niet anders kon krijgen dan de sociaal
democratische stemmen.
I
We kunnen niet zeggen, dat er in de dis
cussie veel van het ontwerp is heel gelaten.
De heer van Wijnbergen verweet den voor
steller zeker niet zonder recht, dat hij
weinig werk van zijn zaak gemaakt had;
men mocht van hem vérgen, dat hij eene
statistiek had overgelegd waaruit de nood
zakelijkheid van liet wetsontwerp bleek,
zooals de heer Aalberse had gedaan, toen
hij zijn wetsontwerp op de oneerlijke con
currentie indiende, en als hij dat niet kon,
dan Rad hij zijn recht van particulier
initiatief maar ongebruikt moeten la
ten. Edoch, daarover zou hij niet lang
uitweiden naardemaal de voorsteller in zijn
Memorie van Antwoord naar aanleiding van
de beschouwingen van zijn medeleden over
de al- of niet-wenschelijkheid van thans
het particulier initiatief aan te wenden,
neergeschreven had, dat deze beschouwin
gen hem geheel ongevoelig lieten. Met de
naar aanleiding van eene vraag van den
heer Rutgers door de Regeering verstrekte
statistiek bewees de afgevaardigde voor
Etst, dat er van een noodtoestand geen
sprake was cn dat daarmee dus alle grond
voor de noodmaatregel wegviel. Aan den
juridischen kant van de zaak komende,
verklaarde de spreker niet te kunnen be
grijpen waaraan speciaal tusschen huurder
en verhuurder een afgeloopen overeenkomst
moet worden bestendigd en niet ook even
goed een bakker, een kruidenier, of welke
winkelier ook gedwongen zou kunnen wor-
den, om als cr koopcontracten bestaan heb
ben, die afgeloopen zijn, toch door te leve
ren. Ten slotte met het heele wetsontwerp
een loopje nemend, noemde hij het een
uitstekend onderwerp voor een rechts
geleerde dissertatie„Hot wetsontwerp-Men-
dcls getoetst aan het Nederlandsche recht",
en gaf hij zijne verwondering er over te
kennen, dat zoo bekwaam jurist als de heer
Mendels zich kan voorstellen, dat de Minis
ter van Justitie ooit de verantwoordelijkheid
voor dit wetsontwerp zou willen aanvaar
den, om te eindigen met de verklaring,
dat hij hij zijn slem tegen zich zou getroos
ten, dat hij behoorde tot die kamerleden, die
nie.ts voor het volk voelden, zooals reeds
door de sociaaldemocratische bladen bij
voorbaat gezegd was van hen, die met dit
ontwerp niet zouden meegaan.
En toen kwam do heer Rink, die zich
van alle politieke toespeling onthield, maar
die, kundig jurist als hij is, de lancet der
criliek op pijnlijke wijze door hot vooze
lichaam van hot wetsontwerp bewoog. In
de eerste plaats toonde hij aan, hoe de
heer Mendels sinds 31 Augustus, toen de
Uitwinningswet werd behandeld, aan hot
hollen is geslagen. Toen wilde hij dat, als
iemand voor den rechter gedaagd werd om
zich te hooren veroordcclcn tot ontruiming
van woning, deze, wanneer hem van abso
lute onmacht tot betalen ton gevolge van do
tijdsomstandigheden gebleken was, de be
voegdheid zal hebben de huur lager te
stellen; 2o. dat van het vastgestelde be
drag de Staat 100 percent of minder zou
betalen. En dit zou gelden voor wonin
gen van een bepaalde huursom. Op 29
September daaraanvolgende komt hij met
een wetsontwerp, waarin, wat de huur be
treft, van geen beperking wordt gesproken,
en dat dus ook van toepassing zal wezen
op huren, van £2000 en hoogcr. En. kende
hij oorspronkelijk als eenigen grond, waar
op do vordering ontzegd moet worden, de
gebleken absolute onmacht om te betalen,
in het ontwerp wordt zelfs geen grond
aangewezen en alles aan den rechter over
goten. En dan kijkt hij zich nog dood op
Amsterdam, want op het platteland kent
men haast geen woning zonder grond, en
dan zal volgens het ontwerp de woning
niet, maar de grond wel ontruimd worden.
Sprekers juridisch geweten kon zich niet
vereenigen met een wet, waardoor zelfs de
verhuurder, die op den meest geldenden
grond ontruiming vraagt, in het ongelijk
kan gesteld worden en dus in de kosten
van het proces veroordeeld, dat na afloop
van iederen verlengingstermijn opnieuw kan
beginnen. En zeer terecht wees hij erden
voorsteller ten slotte op, dat, als hij het
ongeschreven, onaantastbaar recht op huis
vesting voor de arbeiders opeischt, dit niet
mag gegeven worden met aantasting van de
rechten van anderen, maar dat dit dan
moet komen ten koste van de gemeenschap.
Prof. van Hamel pakte den voorsteller
zeer zacht aan, kan dat misschien daarin
zijn oorzaak vinden, dat de heer Mendels
nog bij hem op de collegebanken heeft ge
zeten? Na een overzicht van den feitelij-
kën toestand gegeven te hebben, ontkende
hij niet, dat er onbillijke ontruimingen plaats
gehad hebben wie zal dat ontkennen?
en zelfs van menschen, die moer dan 20
jaren achtereen hun huur prompt hebben
betaald, maar voegde er toch ter
stond hij, van de kantonrechters vernomen
fo hebben, dat het meerendeel der verhuur
ders in deze droeve tijden consideratie ge
bruikt. En al wilde hij zoover gaan met
te erkennen, dat zij, die hun fortuin be-
leggen in woningen, te verhuren aan de
genen, wier inkomen onzeker is, een deel
van het risico moeten dragen, wannc-er die
inkomens nog onzekerder worden, hij moest
toch ontkennen, dat deze wet de goede weg
was om daartoe te komen, en ook gaat
het allerminst aan'den rechter de bevoegd
heid te geven, uit de Staatskas te putten;
dat was een fout zoo groot, dat reeds
daarom het wetsontwerp onaannemelijk is.
Beter zou hij het vinden, dat regelingen
werden getroffen door de steuncomlfé's, en
dat, als partijen daarmee niet tevreden zijn,
zij zich tot den kantonrechter kunnen wen
den. Hij hoopte o, sancta simplicitas
in zoo geleerd man dat de voorsteller
in overleg inet de Regeering cn de Com
missie van Rapporteurs in dier voege zijn
ontwerp zou wijzigen. Waarlijk, de heer
Van Hamel was de eenige, die het wets
ontwerp ou sérieux nam.
Anders do heer Tydeman, die over de juri
dische bezwaren niet zou spreken, omdat
nood nu eenmaal wet breekt. Maar, waar
er door de Regeering statistisch bewezen
is dat er geen noodtoestand is, en deze
de hulp aan de Steuncomité's voor 'het be
talen der huur zelfs had gesystematiseerd,
zou hij geen geneesmiddel aanvaarden voor
een kwaal, die nog niet bestond, en dat
erger was dan do kwaal zelf.
En do scherpzinnige jurist Mr. Limburg
liet juridisch zoo weinig aan het ontwerp
heel, dat het heel onrustig werd in den
sociaal-democratischen hoek, en de heer IIu-
genholtz aan het interrumpeeren ging. Dit,
toen spreker ironisch opmerkte, dat hij met
genoegen had gezien, dat de voorsteller van
het ontwerp den Nederlandschen rechter
zoo voortreffelijk vindt en zoo vol socialen
zin, dat hij aan dien rechter deze bij uit
stek sociale tank gaarne op de schouders
wil leggen. Deze steek aan het adres van
do sociaal-democraten, die juist den Ne
derlandschen rechter afschilderen als van
allen socialen zin ontbloot, bracht den af
gevaardigde lot de vraag: Waar staat dat?
Wij kunnen dat niet anders dan een on
benullige opmerking noemen, waar in het
ontwerp-Mendels aan den rechter, juist om
sociale rechtvaardigheid te betrachten, oen
macht wordt toegekend, als waarvan hij
zelf of een ander nooit heeft, gedroomd.
De zaak werd er voor don wetgever
Mendels niet heter op, toen de Minister
van Justitie, hoewel zich geheel buiten dit
debat houdende, aan het verzoek van don
heer Limburg voldeed, om inlichtingen aan
do Kamer te geven, hoe het nu met de
vorderingen tot ontruiming staat. Daaruit
bleek toch zonneklaar, dat er in deze ab
soluut van geen noodsland sprake is; in
tegendeel, waar cr zich leemten voordoen,
is liet optreden der Steuncomité's met mede
werking der regeering voldoende om die
aan te vullen, cn de rechters hebben geen
gevallen van vexatoir optreden geconsta
teerd. 1
Ook de hoeren Visser van IJzondoorn en
Reumer lieten aan het ontwerp geen juri
dische draad heel, en de laatste maakte
in hooge mate do verontwaardiging van de
S. D. A. F. gaande, door er op ie wijzen,
dat in „Het Volk" zoo weinig klachten zijn
vermeld over gedwongen ontruiming, terwijl
daarin wel mededeclingen voorkwamen be
treffende het royeeren van leden van af-
deelingcn der S. D. A. P. wegens con
tributieschuld.
Maar er kwamen ook hulptroepen. De
heer Spiekman trachtte aan te loonon, dat
er wel noodtoestand was, en illustreerde
dit met eenige gevallen, die te Rotterdam
zijn voorgekomen, en die zeker alle reden
gaven voor ingrijpen der weldadigheid, maar
die zeker noch door hun aantal, noch door
hun beteekenis het indienen van een nood
wet rechtvaardigen. Zijn verwijt, dat de
Regeeping en het Koninklijk Nationaal "Co
mité in hun toezeggingen zijn tekort ge
scholen, bracht den heer Van Doom in
het geweer, die zich als penningmeester
van genoemd comité geroepen voelde daar
tegen op te komen, en wicn het inderdaad
gelukte aan te toonen, dat het systeem
der huurbons goed werkte.
En naxlat de heer Duys getracht had het
geval van de wegens contnbutieschuld ge
royeerde leden der S. D. A. P. goed te
praten, kwam niemand minder dan mr.
Troelstra, de leider zelf, den b'enaxden par
tijgenoot te hulp, en begon met hem hülde
te brengen voor zijn humane gedachte. Ja,
maar wie een wet maakt heeft aan die
humane gedachte niet genoeg; liij moet
die in zjjn wetsontwerp zóó weten te ver
werken, dat zo practisch uitvoerbaar is.
En ais zoo scherpzinnig man als de leider
van de sociaal-democratische fractie dan
aankomt met do stelling, dat, wie de grond
gedachte van het wetsontwerp aanvaardt,
dit dan maar langs den weg van amende
ment moet verbeteren, kan men toch moei
lijk een glimlach onderdrukken. Dat is een
wijze van wetgeving waarbij alles ophoudt.
Het Kamerlid dat van zijn recht van initia
tief gebruik maakt tot het indienen van een
wetsontwerp, gaat op den stoel van de
Regeering zitten; welnu, wat zou men van
een Minister zeggen, die een gebrekkig
wetsontwerp zou verdedigen met do op
merking, dat de Kamer die gebreken toch
wel bij amendement er uit kon halen!
1
Ondertusschen was het den heer Mendels
toch duidelijk geworden, dal óok hij zelf
iets moest doen om zijn wetsontwerp te
verbeteren en zoo kwam er onder de dis
cussie een nota van wijziging, waarbij de
wijze, waarop de rechter in deze moest
ageeren, veel nauwkeurig en beter werd om
schreven dan in het oorspronkelijk ont
werp het geval was. Maar de hoofdlb'czwa-
ren: de wet van toepassing op woningen
van elke huur en de rechter, die onbe
perkt over de schatkist kan beschikken,
bleven staan.
En ze zijn niet weggenomen door de Lan
ge redevoering van meer dan drie uren
door den voorsteller gehouden. Van die
redevoering zelve kunnen wij niet anders
zeggen, dan dat de toon daarvan in geen
enkel opzicht deed denken aan den Wet
gever, die iets wil bereiken, maar aan de
meeting en dan nog wel aan een zeer
schreeuwerige meeting. Dat de spreker, om
een voorbeeld to noemen, reeds zeer spoe
dig tot de orde moest geroepen worden, om
dat hij zijn medeleden verweet, dat ze een
grootea mond tegen hem hadden opgezet, is
wel het beste bewijs, dat dit jonge kamer
lid niet hot njinste begrip hoeft wat hot
zeggen wil als Kamerlid van zijn recht
van particulier initiatief gebruik to ma
ken, 'daar gelaten, dat hij zelf de laat
ste is om aan anderen een grootcn mond
te verwijten. j i j l „Kli
En wie nu van zoo kundig jurist als den
lieer Mendels verwacht had oen juridi
sche ontzenuwing van de juridische bezwa
ren tegen zijn wetsontwerp ingebracht, zal
zich wel diep teleurgesteld hebben gevoeld.
De meeste kracht werd toch gezocht in
patéthisohc ontboezemingen over den nood
van den arbeider en wraakroepingen over
do Kamer indien ze met het ontwerp niet
wilde medegaan, maar daarmee komt men
in de Kamer nu eenmaal geen stap verder;
men is daar niet om toasten te houden of
vloekzangen aan te heffen, maar om te
bewijzen dat een wetsontwerp,, dat jn be
handeling is, al of niet practisch uitvoer
baar is, al of niet het doel zal bereiken,
dat men er mee voor hoeft. Wat natuur
lijk niet wegneemt dat er uitstekende p as sa-
ges in de rodevoering voorkwamen; de af
gevaardigde voor Schoterland is zeker een
man van gTooio scherpzinnigheid cn be
sliste welsprekendheid.
Waar uit de debatten gebleken .Was, dat
waarlijk toch gevallen waren, waarin on
macht tot, betaling door de tijdsomstandig
heden veroorzaakt tot ontruiming hadden
geleid, vonden do hoeren v. Hamel en v.
Raalte, dat er toch iets goeds gedaan, moest
worden, al konden zij dan ook dit gebrek
kige wetsontwerp niet aanvaardenZij
dienden daarom een motie in, mede na
mens eenige politieke vrienden, waarbij de
Regeering werd uitgenoodigd onver w ij 1 d
een uitbreiding te geven aan do Uitwin
ningswet, waardoor ook in deze gevallen
zou kunnen worden voorzien. De hoer Lim
burg meende, dat deze motie anders ge
redigeerd moest worden om doel te tref
fen; de heer Rutgers had bezwaar tegen
het commandeer cnd onverwijld, wat
dan ook door do voorstellers jwerd terug
genomen, en do hoeren Loeff en de Savor-
nin Lehman verklaarden zich tegen elke
motie, daar zo niet vonden dat deze Re
geering, die haar taak .uitstekend vervul
de, eenige aansporing, die naar wantrou
wen Leek, noodig had.
En toen kreeg men een groote verwar
ring. De -voorzitter wilde eerst de motie
in stemming brengen en dan verder het
wetsontwerp afdoen, zooals trouwens de
gewone manier van doen is. Maar de heer
Troclstra begrijpende, dat, als de motie
verworpen werd er heelemaal niets posi
tiefs zou bereikt worden, waar liet vast
stond dat het ontwerp-Mendels niet de min
ste kans had, verzocht andersom te han
delen, ook al op grond dat de Minister
van Justitie, die zich buiten het debat over
het wetsontwerp wilde houden, zich over
de motie zon kunnen uitspreken, zoodra
dit van de baan was. En aldus geschied
de niet zonder de ironische opmerking van
den voorzitter dat hij zelf dit niet had
durven voorstellen, omdat hij zich ver
plicht gevoelde het wetsontwerp-Mandeis
de bast mogelijke kans te geven.
Toen het op stemmen aanging werd art.
1 van het welsontwerp-Mendels vei worpen;
het kreeg alJeen. de stemmen dor Sociaal
democraten en vftn de unie libeialen Van
Doorn, Patjjn en de Moeder. En toen kreeg
de Minister het woord om aan te toonen
dat de Regeering in deze alles deed wal
ze kon, en dat ze meer zou doen, als -ver
anderde omstandigheden zulks noodig zou
den maken. Deze verklaring had een heftig
protest van den heer Spiekman tengevolge,
die een sigarenmaker in Rotterdam kende,
die uit zijn wonig was gezet en die eeno
andere had moeten betrekken, du eerst van
onrein moest gezuiverd worden.
En de motie van Jfamel-van Raalte, die
ondertusschen door wijziging eene motie-
Limburg w.as geworden kreeg 2(5 stemmen
vóór en evenveel tegen, zoodat daarover
nog eens gestemd zal moeten worden; hel
stond 25 vóór, ^(5 tegen, toen de president
zijne stem moest uitbrengen, en lot ver
wondering van niet weinigen schaarde hij
zich bij de voorstemmers.
De voorstemmers waren de sociaal-demo
craten, de vrijzinnig-demon alen en het
meerendeel der unie-li hm-alen, zoodat van
haar lot hij de volgende stemming weinig
te zeggen is. t
Dinsdag a. s. gaat de kamer aan het
IoeiiingsontwerpMinister Treuh heeft in
twee dagen tijds zijne Memorie van Ant
woord, 14 pagina folio groot gereed ge
kregen de heer Mendels had voor de zijne,
8 pagina folio groot meer dan eene maand
noodig. Commentaar overbodig.
Gemengd Nieuws.
Een voorbeeldig voorzitter van een handcls-
vereeniging.
De voorzitter der Hoogoveensclio Han-
delsvereeniging te Uoogeveen moet binnen
eenige dagen in Assen voor de Rechtbank
terechtstaan wegens bedrog. Omtrent deze
zaak deelt het „Hbld." liet volgende nieda:
Bedoelde voorzitter is groot handelaar in
spek, vleeseh en vehvaren. Aan een Boot-
■werkersvereeniging te Ylissingon zond hij
flinke hoeveelheden reuzel, geregeld onder
rembours. Ue boekhouder vergat evenwel
eenige koeren het bedrag van het rein-
boursenient in te vullen, doch liet bedrag
word daarna altijd stipt per postwissel ge
zonden. De qualileit der laatste zending
reuzel was evenwel van dien aard, dat de
keurmeester te Vlissingcn het bestuur In
overweging gaf om hef derde gedeelte op
het bediag te korten. De secretaris-penning
meester van de Rootwerkersvereeniging
kortte toen f25 op het bedrag, welk bedrag
door den leverancier werd geaccepteerd.
Er volgde evenwel van de vereeniging geen
bestelling meer. Dit verdroot den voorzitter
der liandelsvcroeniging cn hij peinsde op
middelen om een gedeelte van de f25
terug te krijgen. Wal deed hij nu? Hij zond
een schrijven aan genoemde vereeniging,
dat bij prima qualilejl reuzel had voor een
goedlcoojicn prijs. Het bestuur der vereeni
ging vloog er in op do mooie aanbieding,
bestelde een flinke hoeveelheid, ontving de
zending evenals vroeger onder rembours,
de reuzel was best, doch onder in de zen
ding was maar even 32 kilo steenen bijge
voegd om het gewicht een weinig aan te
vullen.
Het vorig jaar heeft het bestuur dor.
Iloogevecnsche Handelsvereenïging een ten
toonstelling georganiseerd van alle mogelij
ke vervalschle levensmiddelen cn voeder
artikelen, op een volgende tentoonstelling
zal, naar wij vernemen, een vitrine, waarin
reuzel vermengd met keisteenen, worden
geëxposeerd.
Brand in een kamp voor geïnterneerden.
Vrijdagavond even zes uur bemerkte een
gemlernoerdo te Amersfoort brand onder
den kap van de kazerne 4, en waarschuwde
de wacht. De brand woedde in een rust
kamer onder den kap, aan de zijde waar
ijzeren branddeuren den toegang afsloten
en in de nabijheid van den schoorsteen der
ondergelegen onderoüficierskamcrs, waar ge
stookt wordt. Als oorzaak wordt een de
fect aan den schoorsteen vermoed.
URANT