De oorlog.
QT'° Jaargang
No. 14? 06
Eerste Blad.
Koning zi"jn5
Zaterdag 12 December !9!4
Bericht.
Openbare verhuring.
Verhoop iepenboomen.
BPïTESLAm
Van het Westelijke front
In België
Uit het beproefde Vlaanderen.
Tan liet Oostelijke front
i
Deze courant verschijnt d a g e 1 ij k s, met uitzondering van Zon.- en Feestdagen.
Prijs per kwartaal: Voor Schiedam en Vlaardingen £1. 1.25, franco
per post fl. 1.65.
Prijs per week: Voor Schiedam en laardingen 10 cent.
Afzonderlijke nummers 2 cent.
Abonnementen worden dagelijks aangenomen.
Advertentiën voor het eerstvolgend nummer moeten des middags vóór een
uur aan het Bureau bezorgd zijn.
Bureau: Lange Haven No. 141 (hoek Korte Haven).
Prijs der Advertentiën: Van 1—6 regels fl. 0.92; iedere regel meer
15 cents. Reclames 30 cent per regel. Groote letters naar de plaats die zij
innemen.
Advertentiën bij abonnement op voordeelige voorwaarden. Tarieven
hiervan zijn gratis aan bet Bureau te bekomen.
In de nummers die Dinsdag-, Donderdag- en Zaterdagavond
verschijnen, worden zoogenaamde kleine advertentiën opgenomen tot den prijs
van 40 cents per advertentie, bij vooruitbetaling aan het Bureau te voldoen.
Intercommunale Telefoon No. 103.
Zij, die zicli met ingaug van 1 Jan.
a.s. op de „Schiedamsche Courant" abon-
neeren, ontvangen do tot dien datum
verschijnende nummers gratis.
Burgemeester en Wethouders van Schie
dam;
zijn voornemens op Woensdag 23 Decem
ber a.s.. des voormiddags ten 10 ure, in
het gebouw ,,Musis Sacrum" aan de Lange
Haven aldaar, in het openbaar te verhuren
voor zeven jaren, ingaande Kerstmis 1914
en eindigende Kerstmis 1921
do aan de Gemeente behoorende pércce-
len i
WEI- en HOOILAND,
gelegen in het ontpolderd gedeelte van Oud-
Mathcnesse. i
De voorwaarden van verhuring zijn ver
krijgbaar ter Gemeente-Secretarie (Afd-ed-
ling A). i
Schiedam, 12 December 1914.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
M. L. HONNERLAGE GRETE.
De Secretaris,
V. SICKENGA.
Te koop bij inschrijving 53 zware iepen
boomen, recht, gaaf en goed gezond, 6 tot
8 M. lang, 0.60 tot 0.80 M. doorsnee, staan
de te Schiedam, aan den West-Frankeland-
schen dijk.
Biljetten vóór 21 December ten Raad-
huize, te Schiedam.
Inlichtingenbureau Gemeentewerken, al
daar.
Schiedam, 12 Der. 1914.
De toestand.
Het officiëele Fransche communiqué van
gistermiddag drie uur luidt:
De vijand heeft gisteren groote bedrijvig
heid ontwikkeld en heeft in de streek van
Yperen verscheidene aanvallen op onze
linies gedaan. Hij heeft een van onze loop-
door COLETTE YVER.
Geautoriseerde vertaling van W. E. P.
55)
Hij aarzelde lang, ging overeind staan en
zei heel zacht:
„Morgen zet ik mijn leven op het spel,
en het spel staat zoo, dat ik weet, dat
ik het verliezen zal, Clara."
„Wat doe je dan morgen?"
Hij sloeg den arm om haar heen met de
zelfde teederheid als toen hij haar als klein
kind omhelsde ;-zijn omhelzing was een lief
kozing en Clara, te angstig zelfs om er
aan te denken zich los te maken, hoorde
hem fluisteren
„Wees sterk liefste, zet je gevoeligheid
op zij, vergeet dat je een vrouw bent. Denk
er aan, dat het heele land je hij je achter-
.naam Kersberg noemt, ten bewijze van je
mannelijk verstand en je krachtigen geest.
,Zet nu eens alle vooroordeelen op zij, en
berust in de daad, die den morgenstond der
.Tpiheid moet aankondigen. Wolfram moet
sterven."
Zij richtte zich op als een leeuwin en lier.
-haalde
„Wolfram moet sterven!Wolfram
moet sterven 1" Heb je besloten hem mor-
,g"en te vermoorden en Jheb je mij vanavond
.geroepen, als belooning vooraf
„Liefste, je weet, dat ik niet slecht ben,
•je moet mij niet verkeerd beoordeelen. Die
„wan is een boosdoener. Uit zijn dood zal
een vooruitgang van de menschheid naar
.-"et geluk voortkomen; het is een dure
plicht, dien ik moet vervullen. Ik weet, dat
graven bereikt, maar wij blijven vorderingen
maken in de richting der vijandelijke loop
graven.
In Argonnc hebben wij onze loopgraven
verder naar voren gebracht en twee aan
vallen der Duitschers afgeslagen.
Wij hebben het station Aspach (ten zui
den van Tliann) genomen.
Van het overige front zijn slechts ar-
tillericgevcchlen te melden.
AandeYser.
Een oorlogscorrespondent van de „Ti
mes" meldde Donderdag uit Noord-
Frankrijk:
De hernieuwde bedrijvigheid der Duit
schors aan de Yser is een onverwachte ge
beurtenis van weinig militaire bcteekenis.
Een ieder, die in de gelegenheid geweest
is het onderwater gezette gebied te be
zoeken, waar doorheen de vijand onlangs
getracht b,eeft voorwaarts te rukken, moet
terstond het hopelooze inzien van een po
ging om door-de linie der bondgenooten
heen te breken. Het water is wel is waar
op sommige plaatsen vrij ondiep en er zijn
modderige kleine eilandjes in, die een steun
punt zouden kunnen opleveren voor kleine,
aanvallend optredende afdeelingen, maar
de hoofdmoeilijkheid bij infanterie-aanvallen
zijn de siooten, waarin do soldaten hopeloos
moeten wegzmken. 1
Pervyse is door de Duitschers uitgekozen
als een geschikt punt voor een aanval.
Tweemaal hebben zij een nachtelijken tocht
gedaan, die telkens in een nederlaag ge
ëindigd is. De Duitschers poogden hoofd
zakelijk de bezetting van de door de bond
genooten ingenomen loopgraven te verras
sen door door het water heen te waden.
Bij de zware g evechtcn der laatste twee
dagen, waarvan Yperen meermalen het mid
delpunt geweest is, -is slechts een deel van
het Engelsche expcditielcger ernstig be
trokken geweest. De artillerie bewijst uit
stekende diensten en heeft uitstekende
diensten bewezen, afgezien van de welbe
kende kwaliteiten onzer scherpschutters.
Op één punt dient de nadruk gelegddat
we zooveel kanonnen in dienst hebben
als we noodig hebben. Misschien hebben
de Duitschers voor het oogenblik in zwaar
geschut eenige meerderheid, maar wij kun
nen met vertrouwen vaststellen, dat zoo
ver het aantal betreft, hun artillerie met
da uitrusting der bondgenooten niet ver
geleken kan worden.
U i t H a 7. e b r o e c k.
Op het marktplein te Hazebroeck, waar
gisteren door Duitschers bommen werden
geworpen, waten juist even tevoren presi
dent Poincaré en generaal Joffre geweest.
Negen F.ngeischc soldaten werden door
de bommen gedood en vijftien gewond.
Een correspondent van het „Ilbl." is gis
teren, na een driedaagschen tocht door
België, te Sluis gearriveerd. Een herhaling
van dezen tocht zoo meldt hij vandaar
zal voorloopig niet mogelijk zijn, omdat
mij te Eecloo door den commandant uil-
ik mijzelf ter dood veroordeel tegelijk met
hem, maar dat komt er niet op aan. Na (mij
zal mijn daad vruchten dragen
Clara was teruggedeinsd naar den versten
hoek van het vertrek, haar borst hijgde
naar adem, haar gelaat was verwrongen,
vreeselijk om aan te zien. Zij kon maar één
woord uitbrengen
„Ellendeling I"
Hij deed alle moeite haar te overtuigen.
Hij herinnerde haar aan de vervolgingen
waaronder hun oude meester geleden had,
aan zijn wreeden dood in de ballingschap,
aan de ellende in de voorstad, de onder
drukkingen na de betooging van Maart;
toen kwam hij weer op zijn stokpaardje en
sprak van de bijen en de mieren en van bet
eenigo ware, het eenig bestaanbare; de ge
meenschap. Maar Clara luisterde niet meer
naar hem Doodsbleek staarde zij in het
vage naar een denkbeeldig schouwspel en
zij beefde, zweet parelde haar op handen
en voorhoofd. Een lange tijd ging voorbij.
Toen ging zij naar Ismaël toe en zei met
smeekende, nederije stem
„Ismaël, ter wille van mij, die je liefliebt,
zul je niet doen, wat je daar zeide. Uit een
misdaad kan niets goeds voorkomen. Je
hebt niet het recht aan Wolframs leven te
raken."
Toen keek hij haar doordringend aan, een
zichtbaar vertrouwen lag in zijn blik.
„Ze hebben je daar veranderd," bromde
hij, „je bent jezelf niet meer; een jaar ge
leden zou je mij aangemoedigd hebben.''
„Nooit," riep zij uit, „en onze goede
meester zou je vervloekt hebben, als hij
geweten had, dat je van plan was een
moord te doen." I
Zij keken elkaar aan en wantrouwden
eikaar. Maar nog eens trachtte Clara hem
met zachtheid over te halen; zij nam
Ismaiils hand en drukte die in de hare.
Ik smeek je.Denk aan den dag, waar-
drukkclijk weid gelast België te veria ten I
cn naar Nederland terug te kernen. Op
de keerzijde van mijn pas werd nog eens
uitdrukkelijk vermeld, dal ik journalist beu,
met vermelding erbij, dat geen ,,Prc»scvcr-
tretor" de grenzen mag passeeren.
Wat betreft den toestand van liet be
zette land het volgende: Te O sten de is
de toestand verschrikkelijk, er wordt de
bitterste armoede geleden; alleen omdat
zoo goed als niemand de stad mag verla
ten, drong tot dusver weinig van de ellende
naar buiten door. Bloem is in geheel de
stad niet meer te krijgen en hot brood, dat
gegeten wordt, is zwarter dan dat, waar
mode daar in gewone omstandigheden de
paarden gevoerd worden. Petroleum is niet
moer aanwezig. Kaas kost 4 fr., koffie 415
fr. per K.G. Do gasfabriek werkt niet meer,
omdat er in de stad geen kolen meer zijn.
Alleen degenen, die aangesloten zijn aan
de Elcctrische Centrale, kunnen nog licht
maken. Alle anderen moeten de lange win
ternachten in de duisternis doorbrengen.
De café's, waarvan sommige 's avonds ver
licht worden door kaarsen, vinden nog
slechts clientele onder de Duifsche soldaten.
Deze leven onder de dubbele beklemming
van dc ellende der stad en de angstige
mogelijkheid ieder oogenblik naar hel front
te worden gecommandeerd cn velen weten
niets beters te doen dan hun leed te ver
drinken.
Ook in Brugge is de toestand zeer ge
drukt. Groot gebrek heerscht ook daar,
vooral aan kolen, maar tot dusver behoefde
de straatverlichting althans nog niet afge
sneden te worden. Men is daar op de grens
van het gebied, waar de Duitschers althans
nog eenig verkeer toelaten. Om in Brugge
te overnachten moet men echter eerst toe
stemming hebben van de „Kommandan-
lur". Zonder deze toestemming mag geen
hotelier of particulier iemand nachtverblijf
vcrleenen. t
To Eecloo moet ieder 'savonds om
7 uur binnen zijn. De werkloosheid is daar
ook zeer groot, alleen de „India Jute Com
pany" werkt vrijwel ongestoord door. Dat.
geeft ten minste aan 150 arbeiders in het
plaatsje brood. Dan wordt do bevolking
ook geplaagd door onophoudelijke icquisi-
ties. Juist teen ik in het stadje was, had
hot Gemeentebestuur bericht gekregen, dat
hot onze Lieve Yrouwe-Klooslcr moest in
gericht wo id en als herstellingsoord oor
beterende typlvuriijders en de gohecle in
richting daarvoor erbij moest geleverd wor
den. Bodden, 'fatrassen, tafels, stoelen,
onderkleederen, enfin haast alles, wat denk
baar is, tot honderd tandborstels toe, moest
men leveren.
Wat echter de requisitieplaag betreft,
deze teistert Gent wol 't meest. Op het
stadhuis verdringen zich dagelijks 10 tol
20 officieren om hun eischen in te dienen.
op ik naar je huis gebracht werd; ik was
een arm, klein verloren wezentje, een ding
dat niemand toehoorde, oen stmnperdje,
Tlij en jij hebt medelijden met mij gehad.
O, hoe heb je mij altijd met teederheid om
ringd! dat ben ik niet vergeten, hoor! Neen,
een «wees bon ik nooit geweest, ik werd
meer verwend, vertroeteld en geliefd dan
welk ander kind ook. Ik vergeet dat alles
niet, Ismaël; alles wat ik ben, dank ik ons
beider vader en jou. Maar wanneer je mij
weiger!, wat ik je vanavond vraag, zou het
mij zijn alsof je al het goede, dat je mij
deed, ineens in mij verbrijzelde. O, zie,
lioe ik je bid, hoe ik je smeek, Ismaël, bega
geen moord!"
Hij herhaalde, terwijl hij haar woest aan-
keek
„Ze bobben je daar veranderd. Waarom
hecht je zooveel aan het leven van dien
man
Zij stotterde
„Misschien, als je hem kende, zou je ook
veranderen
„Als ik hem kende?" zei hij spottend,
„ken ik hem soms niet? Een man ken je
uit zijn daden; ik heb al Wolframs daden
overwogen en hem daarnaar beoordeeld;
op die manier bedrieg je je niet; hij ïsleén
verderfelijk man."
Zij bleef opgewonden volhouden:
„Hij is niet wat jij denkt
Ismaël zei geen woord, maar onderwijl
nam hij Clara nauwkeurig op; hij lette op
iedcren gelaatstrek, keek onderzoekend naar
haar wijdgeopende oogen, nam alle tceke-
nen van haar aandoening waar. Dat was
een nieuwe vrouw, die daar voor hem
stond. Hij had haar nooit zoo gezien, hij
gend, koortsachtig, het gezicht, 'dat anders
rustig was als van een beeld, geheel veran
derd door een heimelijken angst, haar heele
gestalte trillend van een gloed, die haar
nog schooner maakte. Een gedachte schoot
Bij een firma, den ijzerhandelaar Duliy
(V.son, werd op één (lag voor niet minder
dan 200.000 fr. aan waarde weggehaald.
De moois ie kachels werden in bering ge
nomen om naar de loopgraven 'te worden
gevoerd. In de fruitwinkels wordt het moo"-
ste fruit weggehaald. Koffie, thee, kaas,
hemden, borstrokken, ja, men kan zoo gek
niet denken, of de Duitschers Rebben hun
aandeel van den voorraad gevraagd, .ren
aandeel, dat veelal opgevoerd wordt tot
100 pToc. Zelfs beweerde één van de of
ficieren, dat hij ook beslist een hoeveel
heid leeren armbanden met horloges noo
dig had, maar tegen dezen éisch heeft
het gemeentebestuur tot dusver althans zich
met goed gevolg weten te verzetten.
Om de gevolgen van de bestaande werk
loosheid zooveel mogelijk te verzachten,
laat de gemeente een havenkom uilslui
tend door handenarbeid aanleggen. Voorts
houdt men eenige honderden mannen per
da.g bezig met het schoonmaken van stra
ten, pleinen en riolen, hetgeen hij de tegen
woordige weergesteldheid haast monniken
werk is.
Omtrent den toestand in de Yser
st r e e k meldt do oorrespondent het vol
gende
St. Joris bij Nieuwpoort en Slype zijn
verwoest door het geschut der Engelsche
schepen. Mannekens Veere en Schoore op
den rechteroever hebben blootgestaan aan
het geschut der bondgenooten. Porvyso
heeft tussclien twee vuren gestaan. In deze
drie dorpen is nagenoeg alles platgeschoten.
Beerst, Vladslyo, Iveiem, St. Picter=kape!lo
Leke, Zevekote en Zande zijn zeer geha
vend, Voor de gaten in de vensters hangt
men doeken of stopt ze met papier of zeii;
gaten in muren zijn met stroo dichtgemaakt.
De twee groote dorpen LoinbaerUijdc en
Vestende, gelegen tusschen Nieuwpoort en
(Mende, zijn geheel in puinhoopen ver
anderd. Alle aanvallen, die de Duitschers
tot dusver deden om de sluizen voor Nieuw
poort in hun bezit te krijgen, zijn ver-
geefsch geweest.
Een hoogst droevig ongeval heeft eenige
dagen geleden in Looteahulle plaats ge
had. Daar waren door de Duitschers paar
den gerequireerd, ze eischten echter ook
de tuigen cn in oen van de café's kwam
het daarover tot een hevig twistgesprek tus
schen de Duifsche soldaten en den zoon
van den herbergier, die, naar de Duit
schers beweerden, de tuigen zou hebben
verstopt. Do twist liep zoo hoog, dat de
Duitschers hun geweren namen en den Iier-
bergierszoon, v. d. Kerkhoven genaamd,
doodschoten. Een bakker, zekere Olaoys,
die zich in den twist mengde, werd pok
overhoop gescholen. Op het schieten kwam
de 54-jarige geineentc-secrelaris "duard
SchelsLraeto toegeloopen en hem ii het
zelfde lot. Twee sergeants trachtten de
dronken soldalen tot rede te brengen, het
geen een algemeeno schietpartij van de
Duitschers onderling ten gevolge had, mol
hot gevolg, dat de twee soldaten even
eens doodgeschoten Werden. Eindelijk werd
op do komst van eenige officieren met yu-
ren gestaakt. Zeven slachtoffers waren er
gevallen.
als een bliksemstraal door zijn brein. Ilij
werd vaal bleek. Twee-, driemaal trachtte
luj te spreken, maar zijn keel wasa Istdielit-
gesnoerd. Eindelijk kwam hij naar Clara toe,
greep haar vast hij de polsen, keek haar
doordringend aan en zei met nauwelijks
verstaanbare stem
„Heb je hem lief?" i 1
Zonder te antwoorden keek zij hem over
bluft, verstomd aan, alsof ze hem eigenlijk
niet zag." Toen zei ze ineens
„Wel neen!,., zeker niet!'t is onzin
nig wat je daar zegt; jou heb ik lief
Tegelijkertijd lag een glimlach van geluk
zaligheid, die in lijnrechte tegenspraak was
met haar verontwaardigde woorden, op haar
gelaatstrekken. Zij herhaalde:
„Wolfram liefhebben, ik? Waar denk je
aan, Ismaël! Hem liefhebben? Liefhebben?
En zij scheen een genot-te vinden in het
herhalen van dit woord, alsof zij er lang
don geur van opsnoof, den smaak van ge
noot. Maar Ismaël bromde dof:
„Je bobt hem lief, dat voel ik wel
wat verdedigde je hem vurig zooeven! Jij,
die zoo verstandig redeneerde over onze
armzalige liefde, wat raakte je in vuur, wat
was je ontroerd, toen het om dien man
ging!Hij heeft je veroverd, zeg het
maar, beken liet maar, hij heeft je veroverd.
Hoe heeft hij dal gedaan
Zij stond daar onbeweeglijk, de oogen
wijd open, als verblind door een plotseling
licht. Zij maakte een beweging van niot-
begrijpen. f
„Wat moet ik je daar mi op anlwoorden?
Ik heb in gedachten altijd aan jou toebe
hoord. Ik ben je verloofde. Hijigj is..
hoe zal ik zeggeneen buitengewoon we
zen. een wil.Niemand kan weten
Zelfs jij niet
Een lange rilling voer haar door de leden.
Zij zeide in hevigen angst:
„Hij moet niet gedood worden, Ismaël 1"
De militaire overheid stelde oen onder
zoek in, maar van hot resultaat hoorde de
angstige bevolking niets. Het eenige wat
men er nag van bemerkte was een kerk
dienst voor de zielerust van de gevallen
Duitschers.
Hel gemeentelijke personnel
v a n A n t w e r p e n.
Het bestuur van het Weldadigheidsbu
reel de stad Antwerrpen hoeft een procla
matie uitgevaardigd, waarin het, de omstan
digheden, waaronder de beambten, bedien
den en werklieden dor stad gevlucht zijn
in aanmerking nemende, bepaalt, allen die
voor 2 November zijn binnengekomen, te
verontschuldigen cn hen. die na dien datum
zijn binnengekomen, te hooren in hun per
soonlijke verdediging, alvorens do reglemen
taire stral toe te passen.
De berichten, die inkomen over den
strijd in Polen', geven den indruk, dat ook
daar, gelijk in het Westen, de krachten
der tegenstanders tegen elkaar gaan op
wegen. liet gistermiddag uitgegeven
O o s t e n r ij k s c h c c o m m un i q u
meldt: Onze krijgsverrichtingen in deKar-
plialen worden volgens ons krijgsplan voort
gezet. De tegenstand van den vijand heeft
zich gisteren over het algemeen tot ge
vechten met zijn achteihoede, die terugge
slagen is, bepaald.
In. GaJicië is nog geen beslissing geval
len. Waar de Russen een aanval onderna
men zijn zij met zware verliezen aan hun
kant afgeslagen.
Op ons front in Polen is het ook gisteren
rustig gebleven.
Przemysl is Hoor den vijand alleen in
gesloten, niet aangevallen. De ondernemen
de bezetting verontrust de belegering»troe
pen, die op eerbiedigen afstand van den
vestinggordel blijven, bijna dagelijks door
kleine en groote uitvallen.
Het Russische communiqué.
"De groolc Russische generale staf meldt
dd. gisteren
De aanvallen der Duitschers in de rich
ting van Miawa zijn op den lOen dezer en
den daarop volgenden nacht met succes
afgeslagen. Onze troepen, op hun beurt tot
den aanval overgaande, hebben de vijande
lijke kolonnes vervolgd, die op enkele plaat
sen in wanorde terugtrokken,
In de streek ten Noorden van Lowics
heeft de vijand in den nacht van den 9en
(lezer en den daarop volgenden dag ver
woede aanvallen gedaan, welke wij hebben
afgeslagen onder zeer groote verliezen voor
de Duitschers.
ln het geheel hebben de Russcr. daar
zeven aanvallen afgeslagen, waarhij onze
troepen, die hier en daar don vijand tot op
korten afstand lieten naderen, hem door
een moorddadig vuur op de vlucht hebben
gedreven.
Hij d raaide zich om en onderdrukte een
snikf
„Ach", zei hij, overmeesterd door smart,
„mijn Clara is mij ontnomen 1"
Clara dacht droomerig
„Waarom lijdt liij zoo? Is liet dan waar,
wat hij zegt? Wat is liefhebben dan toch?
die groote stille vreugde was dus liefde?"
Zij voelde zich onuitsprekelijk gelukkig.
Plotseling zag zij Ismaëls smart. Hij stond
met de ellebogen tegen hot hoofdeinde van
het ijzeren bed geleund en steunde het
hoofd in de hand. Ken hijgende ademhaling
deed zijn mager lichaam schokken. Zij ging
naar hem toe, vol medelijden en raakte zijn
schouder aan. Ilij schrikte op en klaagde:
„Ik had niets dan jou op de wereld, en
nu ontnemen zo mo jou zells-; hij had over
vloed van goed en genot, alles wat hij
maar wikte en nu wil hij nog mijn eenige
geluk er bij."
„Beste, je weet niet, wat je zogt"
„Ik ben volkomen helder. Ilij heelt eerst
je geest ingepalmd. Wat heb' je voor de
Unie gedaan, sedert je in het palcis bient?
Ben je ons van dienst geweest, heb je ons
verdedigd, zooals je ons beloofd had? Een
vro-uw als jij beheerscht, wanneer zij
spreekt. Als je gewild hadt, zouden we
nu overwonnen hebben* Maar je verstand
hoeft zich gebogen onder de gemeenplaat
sen van dien bekrompen kerel. Ilij heelt
je met hollo frases yastgepraat: hij was
mooi, hij glinsterde van al het goud, hij
heeft jc willen inpakken. En je bent zoo
ver gekomen, jij, de groote, vrije Iïersbterg,
dat je voor liet land do onderdrukking
van dien man aanneemt, onder zijn juk
buigt."
(Wordt vervolgd