In Noordpooldnistemis, Oe oorlog. 68"" Jaargang Dinsdag 11 Mei 1915 No, 14829 Deze courant verschijnt d a e 1 k s, met uitzondering van Zon- en Feestdagen- Prijs per kwartaal: Voor Schiedam en Vlaardingen £1. 1.25, franco per post fl. 1.65. Prijs per week: Voor Schiedam en Vlaardingen 10 cent. Afzonderlijke nummers 2 cent. Abonnementen wjorden dagelijks aangenomen. t Advertentiën voor het eerstvolgend nummer moeten dee middags vóór een uur aan het Bureau bezorgd zijn. Bureau: Lange Haven No. 141 (hoek Korte Haven). Prijs der Advertentiën: Van '1—6 regels fl. 0.92; iedere regel meer 15 cents. Reclames 30 cent per regel. Groote letters naar de plaats die zij innemen. j Advertentiën bij abonnement op voordeelïge voorwaarden. Tarieven hiervan zijn gratis aan het Bureau te bekomen. In de nummers die Dinsdag-, Donderdag- en Zaterdagavond verschijnen, worden zoogenaamde kleine advertentiën opgenomen tot den prijs van 40 cents per advertentie, bij vooruitbetaling aan het Bureau te voldoen. Intercommunale Telefoon No. 103. Kennisgeving. Schouw over wegen, voetpaden en kunstwerken. •Burgemeester en Wethouders van Schie dam; Voldoende aan het bepaalde bij art. 6 van het reglement op de wegen en voet paden in deze provincie; Brengen het volgende proces-verhaal door aanplakking ter kennis van belang hebbenden Op heden den derden Mei negentien hon derd en vijftien, is door den ondergelee- kende, GERARD GERLACH, Directeur van Gemeentewerken van Schiedam, als daartoe gemachtigd door Hoeren Burgemeester en Wethouders van Schiedam, bij hun beslujt van den derden April, daar aanv oor afga a n - de, ter voldoening aan het voorschrift, vervat ia artikel 6 van het reglement op de wegen en voetpaden in de provincie Zuid-Holland, opneming gedaan van de niet onder beheer van eenig polder of Water schapsbestuur staande wegen, voetpaden en kunstwerken, gelegen binnen het grond gebied van de Gemeente Schiedam cn die nende tot hoofdverbinding tusschen de ver schillende heboufwide Gemeentekbm men. Daarbij is gebleken, dat aan de na te melden wiegen en werken de aangegeven verbeteringen, behooren te worden aange bracht, om te voldoen aan de hij artikel 5 van gezegd reglement gegeven voor schriften. De Hooge SchieJandsclie Zeedijk, volg nummer 5 van den legger, onderhouds plichtige de gemeente Rotterdam. Herstellingen van den straatweg worden vereischt op de navolgende plaatsen: Tusschen de telefoonpalen 48 en 49 en tusschen de dijkpaten 21 en 20, 19 en 17, 16 en 15. De Delflandsche Maasdijk, volgnummer 15 van den legger, onderhoudsplichtige: de Ge meente Vlaardingen. Herstellingen van den straatweg worden vereischt voor het tolhuis, en tusschen de djjjkpalen 455 en 456; 461 en "462; 478 en 484 505 en 506 510 en 511; 514 en 516; 518 en het einde van den straatweg b'ij de NieuWIe Haven te Schiedam. Wordende tevens bepaald, dal de schouw bedoeld in artikel 7 voor meergemeld Regle ment zal worden gehouden op vijftien Juni negentien honderd en vijftien. van Óvre Richter Erich, Uit het Noorsch vertaald door M. A. Z. 29) (Slot.) Nu zag de telegrafist, dat dat pak seal skin een slapende vrouw was. Hij had al veel vreemds gezien op Spitsbergen, maai dit overtrof al wat hij had beleefd. De Jan ge gestalte leunde tegen den muur. Ifot doods- ibleeke gezicht en de ruige baard spraken van lang lijden en veel vermoeienis.- De handen van den man beefden, zijn boenen krukten onder hem en op eens viel hij/met een diepen zucht voor het bed neer. En de hond ging brommend naast hem liggen. Maar een oogenblik later viel z'n kop op z'n pooten; de hond sliep. „Wie zijt gij?" vroeg de telegrafist Do dqodvermoede man richtte zich op één arm op. De telegrafist boog zich over hem heen. „Drie dagen in een jol rondgezwalkt,' vertelde J.ïj met zwakke stem,„niet gestepenwater uitgeschept en geroeid dood opIaat ons slapen- lang sla pen.. „Waar komt gij van daan?" De. man maakte een beweging van on geduld. „Victoria," mompelde hij bijna onhoor baar. t De telegrafist kreeg een schok van ver bazing. „Zijn er meer gered?" vroeg hij. „Wij zijn de eenigenHet schip' ver ging in de Agard-baaiallen verdron ken o, in Gods naam, laat mij sla- Aldus opgemaakt, ten jare en dage voor noemd. De Directeur van Gemeentewerken, G. GERLACH. En is hiervan afkondiging geschied, waar het behoort, den llden Mei 1915. Burgemeester en Wethouders van Schiedam, M, L'. IJONNERLAGE GRETE De Secretaris, V. SICKENGA. BUITENLAND. Tan het Westelijke front. Duitsch legerbericht Het Duitsche groote hoofdkwartier meldt dd. gisteren: Aan de kust hebben wij in de duinen in de richting van Nieuwpoort vorderingen gemaakt en verscheidene vijandelijke loop graven genomen. Bij een tegenaanval zijn de vijandelijke troepen tot Lombaerlzijde doorgedrongen, doch daarop geheel terug geslagen. Ook in Vlaanderen hebben wij weer ter rein gewonnen en bij Verlorenhoek 162 En- gelschen gevangen genomen. Ten zuidwesten van. Rijssel is het als ant woord op onze overwinning in Galicië ver wachte offensief van Engelschen en Fran- schen begonnen. Het was gericht tegen onze stellingen ten -oosten van Fleurbaix, ten oosten van Richebourg, Vermelles Ablain, Carency, Neufville en SI Laurent hij Atrecht. De vijandelijke troepen, bestaande uit Franschen en blanke en gekleurde Engel schen, hebben ten minste vier nieuwe le gerkorpsen in het vuur gebracht, behalve de op die linies reeds lang gebezigde strijd krachten. Niettemin zijn hun herhaalde aan vallen overal met zeer zware verliezeui voor hen afgeslagen. Met name de Engel schen hebben zeer geleden. Wij hebben, 500 gevangenen gemaakt. Slechts in de streek tusschen Carency en Neufville is het den vijand gelukt, zich in onze voor ste linies te nestelen. Een tegenaanval is gaande. Ten noorden van Steinbüeh in het dal van de Fecht hebben wij den vijand, doe zich tijdens een dichten mist vlak voor onze stellingen had. ingegraven, door een aanval teruggeworpen en zijn loopgraven vernield.; F.ransch legerbericht "Het officieele Fransche communiqué van gistermiddag 3 uur luidt (met weglating van het reeds in het avondcommuniqué ge melde) Tusschen Nieuwpoort en de zee weiden de Duitsche aanvallen met belangrijke ver liezen afgeslagen. Ten oosten van St. Ge- Maar de weetgierigheid van den telegra fist liet geen erbarmen toe. „Eén woord nog," zei hij, „en dan zal ik' u niet langer lastig vallen. ,Wie zijt ge?"... Ik! zal om hulp telegraieeren en dus zou ik gaarne weten „Baronesse Frida von Heffner en Jör- gen Bralt," fluisterde de moede man ge heel werktuigelijk. „0, Wat een nieuws!" zei de telegrafist bij zich zelf. Hij schoof een kussen onder het hoofd van den slapende, en dekte de gedaante op het bed met een wollen deken toe. Kort daarop hoorde hij de drie dood moede schepsels slapend ademhalen. En terwijl de stralen van den dageraad op gingen over het kleine station der wal- vischvaart, brachten de geluidgolven draad loos het nieuws over, dat de eenig over geblevenen van de „Victoria" in deernis- waardigon toestand te Green Harbour wa ren aangekomen. Eenige uren later stoomde de Duitsche torpedojager „Blücher" met een vaart van 32 mijlen, van Hammerfest naar Spitsber gen. Aon boord bevond zich luik-generaal Von Heffner een gelukkige vader, die met tranen in de oogen de voorzienigheid dankte voor de redding van zijn kind De schipbreukelingen werden uitmuntend verpleegd. De eenige vrouw op het station, die aldaar de huishouding bestuurde, ver zorgde Frida met aandoenlijke toewijding. En de afdeelingschef stond aan Bratt zijn eigen bed af. Na een langen verkwikkender) slaap' en een geheelen dag: rust, waren ze weer op de been, terzelfdertijd dat de stoomfluit van de „Blücher" haar schel ge luid tusschen de kolenbeddingen %ran Green Harbour deed weerklinken. Barones Von" Heffnér en Bratt zaten aan het ontbijt, toen de telegrafist stralend van lidschap orges (oftewel St. Joris, bij Nieuwpoort) maakten Fransche fusiliers en ma trozen zich meester van de hoeve Union, die door de Duitschers zeer krachtig ver sterkt was, waarbij dertig gevangenen wer den gemaakk Duinkerken is hedenochtend opnieuw be schoten met twee granaten. De vooruitgang bezuiden Carency (ten N. van Atrecht), betrof de verovering van twee, vaak drie Duitsche 1 oopgravenl inies, die krachtig versterkt wanen, over een ge bied van 71/2 K.M. In Champagne sloegen de Franschen een aanval af bij St Thomas. 1 Aan den rand van het Argonnenvoud, bij Bagatelle waren de Franschen in staat de belangrijke verliezen der Duitschers bij hun aanval van 8 Mei waar te nemen. Do Duitschers hadden ook daar, zonder echter eenig succes, gebruik gemaakt van bommen met vloeibare en brandende stik gassen gevuld. Aan het geheele verdere front, voorname lijk in de Argonnen,.aan het Bois-Le-Prêtre en bij Sillakerwasen hadden slechts artille- riegevechten plaats. Engelsch legerbericht. Veldmaarschalk French berichtte giste ren, dat de vijand Zondag zonder succes vijf aanvallen deed op de Engelsche linies ten oosten van Yperen, waarbij hij zeer zware verliezen leed. Tan het Oostelijke front Duitsch legerbericht. Het Duitsche groote hoofdkwartier meldde gisteren Ondanks allo pogingen van den vijand om door snel, per spoor of te voet aange komen nieuwe troepen onze veivolging te doen ophouden, losegen do troepen van de legergroep Mackensen ook gisteren den vijand van stelling tot stelling achteruit, en namen zij meer dan 12.000 man gevangen, terwijl zij ook wel materiaal buit maakte. Het aantal der alleen door deze leger groep gemaakte gevangenen stijgt daarmede tot moer dan 80.000 man. Onze voortroepen naderden den Stoknica- sector en bereikten de Brzezenka aan de benedenloop van. de Wisliok. De vervolging! wordt voortgezet. Oostenrijksch legerbericht. Het 0ostenrijfcsche hoofdkwartier meldde gistermiddag: Het met zoo zware verliezen uit West- Galicië en de Kar path en teruggeslagen Rus sische derde leger beeft den druk uit beide richtingen niet kunnen doorstaan en is met de hoofdmacht 111 liet gebied van Sanok en Lesko samengeperst. Tegen deze massa rukt het leger der bondgenoot.en ook veider met succes op; het heeft van uit het westen den overgang over do Wis- lok geforceerd en van hel zuiden uit do binnenkwam. „Er komen gasten van heel ver," zei hij. „Een Duitsche torpedojager is in de haven gekomen, een boot is uilg'ezet die ligt al bij do landingsplaats uw, vader komt u halen," voegde liaj er, tol Frida gekeerd, in 't Duitsch bij. ■Ze zag op, als kon ze haar ooren niet gelooven. J „Mijn vader?" vroeg ze. De telegrafist knikte bevestigend. „Vader I o vader mijn lieve goeie lieve vader," riep ze, terwijl tranen haar oogen vochtig deden worden„O einde lijk, eindelijkwaar is hij Voor hot huis hoorde men zware stappen. Een lang heer in uniform met een groote officierssnor en zachte treurige oogen kwam binnen. Ongeduldig keek hij rond. „Waar is mijn dochter?" vroeg hij met bevende stem den telegrafist. „0 vaderkent u me nietik ben uw eigen kleine Frida. Generaal von Heffner kwam naderbij. Die kleine gestalte in dat sealsklnspak, zoo zwart als xoetmet al die scheuten en flardenwas dat zijn Frida?.Ta zeker, dat was haar stem, dat waren haar mooie, warme oogent De oude generaal nam zijn uniformpet af, deed zijn armen open en hief met on uitsprekelijke teederheid zijn dpchtor tot zich op. Hij lachte hij schreide de ruwe krijgsman was als een kind hij danste de lage kamer rond met zijn dochter in zijn armen „Lieve, kleine zeehond!" riep hij, „heb dank, dat je terugkwam bij je vader. Zie jo niet, dat mijn haar grijs is geworden van verdriet pn yap Verhangen 1" „0 mjjh beste, lieve opde beer," fluis- linie XhvernikBaligrodBukowsko be reikt. Aan den noordelijken vleugel van het West-GalLcische front namen gisteren, de Oostenrijksche troepen stormenderhand een aantal plaatsen ten oosten en ten noord oosten van Debica. Het aantal der in West-Calicie gemaakte krijgsgevangenen is tot 80.000 gekomen. Daarbij komen nog meer dan 20.000 man, die bij de vervolging in de Karpethen krijgsgevangenen worden gemaakt. Het derde Russische leger, dat uit het 9de, 10de, 12de, 24ste en het 3de Kauka- sische corps en uit een aantal reserve- divisies bestond, heeft dus alleen aan ge vangenen een verlies van 100.000 man ge leden. Rekent men het aantal gesneuvelden en gewonden daarbij, dan kan men aan nemen, dat het verlies minstens 150.000 man bedraagt. Tot dusverre zijn op de groote menigte oorlogsmaterieel, dat nog niet geheel te schatten is, 60 kanonnen en 200 machinege weren geteld. De gevechten in zuidoostelijk Galicië du ren nog voort Door een tegenaanval werd op de hoogte ten noordoosten van Ottynia een sterke vijandelijke groep teruggeslagen- De vervolgende noordelijke vleugel van het leger van Joseph Ferdinand nadert nu naar het noorden de lijn TarnowrTarnsbosey en haar zijlijn naar Sandowirz (aan den lin- ker-Weichseloever, aan de Poolsch-Gari sche grens). Ten oosten van don weg SzymwaldRyg- lice moesten sterke afdeeïingen van. de hoogten van Zemtergora' en de Roekowima verjaagd worden, eer de Wisloka tusschen Brzostók en Pelzin bereikt en ondanks het hevige vuur van den vijand overschreden kon worden. Ten oosten van Rrzbstok tusschen de Wisloka en Wjislok bracht de vijand eën nieuwe hoogtestelling jn gereedheiddie tot bescherming van de verbindingslijn Jaslo Rzeszow dient. Deze natuurlijk gunstige stelling zou een oponthoud voor de bondge- nooten veroforzaakt hebben, wanneer niet in tusschen 't oentrum van 't door Oosten- rijksch-Hongaarsche troepen versterkt Duit sche leger van Mackensen tot JasloKrosno en ZwogrodDukla voorwaarts gerukt was. Onderscheiding. De Duitsche keizer heeft aan generaal v. Mackenseu een telegrafische dankbetui ging gericht voor de prestaties van zijn legers tegen het Russische front lussclien de Karpathen en den .Weichsel, en. Item als liewijs daarvan verleend de ster en het groot-commandeurskruis van. de- Ko ninklijke huisorde van Hohenzoillern met de zwaarden. 1 1 In den Kaukasus De generale staf van het Russische Kau- kasusleger mddt: I In de streek aap. gene zijde van. do terde ze hem toe. „Nu is al ons lijden voor bijkijk eens naar mijn handen, vader, zijn zo niet leelijfc verschrompelden in een half jaar niet gewiasschen Do generaal lachte. 1 „Jo humeur heeft het geen kVaad ge daan," zei hij vroolijk1. „Maar nu moet je het zeebondencostuum uittrekken. Ik heb een koffer vol goed voor je bij me, en mijn lieele garderobe is ter beschikking van je reisgenoot. Zo brengen zoo aanstonds de bagage. Maar waar is Bratt, heet hij niet zoo?" 4 Frida keek verwonderd, ze waren alleen. „Lieve vader," zei ze, „we waren mei ons vieren, toen we gered werden van de gestrande „Victoria". Een heelen 'winter brachten We te Agard-baai door. Zoo fijn en edel als die drie menschen waren, voor een eenzame, onbeschermde vrouw. Twee zijn gestorven. Maar Jórgen Bratt redde mijn leven niet één, maar honderd keer. Hij hield mijn moed staande, hij zwoegde voor ons alten. Zijn gelijke is er niet, vader. En ik heb hem nog meer te danken dan mijn leven, hij leerde mij gelooven en vei trouwen op alles waardoor een vrouw achting voor zichzelf kan. krijgen in tijden van nood en gevaar. U weet niet, hoe flink ik' ben geworden, hoe sterk' en gehard Hij hoeft nooit oen woord van liefde tegen me gesproken, maar ik voel, dat ik niet van hom scheiden kan0, vaderdat i.s een man naar uw zin „Nu, nul" zei de generaal, „ik kon je, Friodje, jou wil is sterker dan Ehrenbreit- stednen wil j© dien man hebben, dan moet je hem in 's hemels naam maar ne men..." ,,lk' Weet niet of hiji mij hebben wil," zei ze twijfelend. „Misschien houdt hij niet van me in die leerijke brofsk..Maar als ik me Tsjoroch en de kuststreek is het gewone geweervuur gewisseld en zijn onbeduiden de botsingen voorgekomen. Aan den middenloop van de Tsjoroch bezetten onze troepen de streek van Art- win en Teva. In de streek van Olty hebben onze troe pen de Turken uit hun stellingen in. zuid westelijke richting verdreven. Op hun over haasten terugtocht hebben de Turken tal van tenten en veel munitie achtergelaten. In de richting van de Taparits zijn de Turken ten zuiden van den bergtop terug geslagen, waarop onze troepen de daar gelegen dorpen hebben bezet. Op de andere gedeelten van het front is de toestand onveranderd. De „Lnsitania'1. In het Lagerhuis. Naar aanleiding van een vraag in zake de "Lusitania", verklaarde de Engelsche minister van marine, Churchill, gisteren in het Lagerhuis, dat het voorbarig zou zijn deze zaak te bespreken, zoolang het offici eele onderzoek nog niet afgeloopen is, daad als resultaat van de inrichtingen omtrent do bewegingen der onderzeeërs door de Ad miraliteit een waarschuwing was gezonden aan de „Lusitania", terwijl er tevens aan wijzingen waren gegeven voor haren koers. In antwoord op de vraag, waarom de „Lusitania" niet geëscorteerd was, zeidq Churchill, dat de regeering van tijd tot tijd getracht heeft escortes te verschaffen aan schepen, die troepen, munitie of vrachten overbrachten, die de regeering dringend noodig had, maar dat zij tot stelregel heeft, dat ieder koopvaardijschip voor zichzelf moet zorgen in verband met de algemeene maatregelen, die de regeering heeft geno men en dat tot dusverre nog niet gebleken is, dat dit beginsel geen volkomen succes heeft gehad. De treurige uilzondering in het geval van de „Lusitania" mag echter de aandacht niet aftrekken van. het feit, dat de Engelsche zeevaart zonder belangrijk) verlies geregeld wordt voortgezet. De verontwaardiging. De stemming in Engeland over het torpe- deeren van de „Lusitania" wordt het best gekenmerkt door het feit, dat er nooit zoo veel krachtige bewoordingen op de Engel sche spreekgestoelten gebruikt zijn alsl Zondag over de „Lusitania". Zoo heeft ds. Campbell in de Tempte gezegd: 1 „Hoe lang, o Heer, zal het duren, voor dat het helsche rijk van den Pruisischen antichrist, het bolwerk van Satan, voorgoed geheel vernietigd zal zijn." 1 De „Times" vat de publieke meening sa men en besluit haar artikel door te zeggen, dat het onmogelijk is om te denken over een vergelding, vóór dat Duitschland door de geallieerde troepen is bezet en deze te Berlijn zijn. Alle energie van Engeland moot op dat onveranderlijke doelpunt zijn ge- ncht 1 1 Na het onderzoek door den Coroner inge- nu gebaad heb en mijn haar is gekruld en een echt mooi japonnetje..." „Gekheidzei de generaal. „Wie zou jou kunnen w'eersfcaan Maar daar komen ,de koffers cn een zuster van het Roode Kruis, die je zal helpen. En ik' zal wel zorgen voor het scheien van je vriendOver twee uur eten we op de „Blücher", en dan gaat de reis terug naar ons lieve Hamburg..."' Dienzelfden avond verliet de torpedo jager Green Harbour. Op het dek zaten een jonge man en een jong meisje arm in arm en zagen de Homsundstoppen in zee ver dwijnen. Bleek cn moe leunden ze tegen elkaar terwijl de z.011 haar roode schijf in do golven doopte. Ze dachten aan de wereld, die achter hen lag, trie wonder lijke, duistere, verwrongen wereld, waar het teven zich vastklampt gedurende ,een koi ten zomer en dood verwoestend heerscht in een langen, langen winter. Zo herinnerden zich de moeilijke dagen in Ottamkof's hut; zo zagen den ijsloods over de zeehondenvellen gebogen zitten, en ze hoorden het vroolijke lachen van professor Marmoni» Maar Boy rolde zich ineen aan hun voe len. Ilij voelde zich veilig en was verza digd. Met onbekommerd gemoed, zag .hij zijn geboorteland verdwijnen. Nu waren de dagen van gebrek en armoe voorbij. Nu leb oef de hij zich niet langer te voeden met oude stokvisch en slecht hondenbrood. r O, hij voelde het goed, hij zag het in de oogen van zijn meesteres, nu waren ze op weg naar het geluk. De harde werkelijkheid van den somberen nacht wias voorbij1, nu schemerde de dag van het mooiste wonder sprookje. EINDE. SCHIEDAMSCH COURAIIT. n$ 1

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Schiedamsche Courant | 1915 | | pagina 1