r êk m w> i ■■■-' Het advies Van de meerderheid van het voer in de golf van Aden, werd <toor de II- l*\ Ik li:'V If If IF' |!fe-s to |M ï'p' college van 0. en WL was om het ver zoek af te wijzen, doch in zijn Dinsdag gehouden vergadering heeft de Raad met 5 tegen 2 stommen besloten de opcnh. school aan den Hoogeweg op te heffen en school en onderwijzerswoning voor den tijd van vijftien jaren te verhuren aan ge noemde vereeniging voor f200 per jaar. Er zijn echter nog Gedeputeerde Staten en een minister, die voor <le handhaving der Grondwet hebben te waken. De schipbrug Ie Arnhem, Met een groot personeel heeft men Woens dag den geheelcn dag doorgewerkt om de locomotief en do wagen van de gedeeltelijk; gezonken schipbrug te Arnhem op den bc- ganen grond te brengen. Vooral het naar boven brengen van de 12.000 K.G. zwart lo comotief óndervond groote moeilijkheid. Vrijdagochtend met den marktdag als een paar honderd zwaar beladen wagens van de Betuwe naar Arnhem plegen te komen, ondervond het verkeer groote moeilijkheden omdat alles per pont overgezet moest wor den en op de pont niet meer dan acht aan gespannen wagens plaats kunnen vindejti, •terwijl bovendien Jhet pontverkeer door het scheepvaartverkeer telkens vertraging on dervond. Naar (het zich laat aanzien, zal" het nog wel eenige dagen duren voor het ver keer weer (op de gewone wijze kan «plaats vinden. De Woensdag aangewende poging om de gezonken brugschepen te lichten, door zfe Jleeg te pompen, heeft geen (resultaat gehad, zoodat waarschijnlijk hulp van el- ders zal moeten komen. De proefritten wa ren Woensdag begonnen op de wijze, waar op dat pok in de toekomst zal moeten ge schieden, nJL door de wagens over de brug te halen door een lier, gedreven door een electrischen motor. Met een wagen geladen met pulp ging het goed, doch" toen men de proef herhaalde met drie geladen wagens, bleven deze pp de brug onbewegelijk staan, Toen heeft <men een locomotief van do Bc- tuwsche tram gerequireerd om de wagens tegen de brug op te duwen. Ook dat ging goed, maar toen men terugreed gebeurde het ongeval. Wat van het ongeva? de reden is weet men nog niet, maar hij. de verster king van id© brug is er niet op gerekend .dat ook locomotieven pver de brug zouden moe ten rijden, .zoodat het niet onmogelijk is dat door (de ongelijke belasting de loco motief weegt 12.000 K.G. en iedere geladen wagon 8500 K.G. het ongeval heeft (plaats gehad. 1 Ontvluchte krijgsgevangenen. Gisternacht weiden door de grenswacht te Losser aangehouden vier uit Duitsche krijgsgevangenschap ontvluchte Fransche militairen uit het gevangenkamp Vogelsang, bij Münster. Hun namen zijnLouis Bas tien sergeant bij de ves ting artillerie, Ernest Can- tignieau, soldaat bij de artillerie, André Robert, sergeant bij de infanterie, en Sé raphien Toulze, Soldaat bij de infanterie. Ze waren 6 September 1914 gevangenge nomen bij de verovering van Maubeuge en hadden in 6 dagen den afstand van' het ge vangenkamp naar de Nederlandsche grens afgelegd. Den weg hadden ze gevonden door bemiddeling van pen -coanpas, hujn in een .paket uit Frankrijk toegezonden, hetwelk aan de (aandacht der bewakers was ont snapt. i i In uitgeputten toestand weiden deze mili tairen -door de grenswacht aangetroffen^ Na zich versterkt te hebben, zijn ze onder militair geleide jnaar Rotterdam gebracht i Ongeveer tegelijkertijd werd door de grens wacht in jde Lutte aangehouden een uit het krijgsgevangenkamp Sennenlager ont- fvluchte Belgische infanterist, genaamd Rémy vap. de Sande, indertijd aan de Yser gevangengenomen. i Misleidende advertenties. Mededeeling wordt verzocht van het Vol gende l In verschillende dag- en weekbladen treft men geregeld advertenties aan waarin door Landzicht's Kweekerijen te Leiden do meest uiteenloopende soorten van planten te koop aangeboden worden. •Reeds in Mei 1914 werd van bevoegde zjjde op het dikwerf misleidend karakter dier advertenties gewezen, waar de steller het publiek in. den waan bracht, dat door hem ook planten en bloembollen aan het Koninklijk Ruis geleverd werden, .zonder dat zulks in werkelijkheid ooit het geval was geweest. Voor korten tijd weid opnieuw zulk een misleidende advertentie in verschillende bladen geplaatst, waaruit het lezend publiek niet anders kon opmaken, dan dat Land zicht's Kweekerijen te Leiden inderdaad de eer genieten, planten en bloembollen voor de tuinen van Hare Majesteit de Ko ningin te leveren en waarin zelfs gewag wera gemaakt van een bepaalde bestelling. Het is zoo begrijpelijk, dat liefhebbers van planten en bloemen,' die zulk een advertentie lezen, daarin aanleiding zullen vinden, ook eens een bestelling te doen en daarmede heeft de stellerdan zjjh doel bereikt. - -Waar echter van bevoegde zijde Wordt verzekerd, dat de hierboven aangehaalde firma nimmer aan Rarer Majesteits Huis heeft geleverd en dé naam der kweekerij ten Paleize niet anders bekend is dan uit het-feit, dat zij pp vorenomschreven ,-wjjze koopers 'tracht te. vinden voor haar waar, komt het wensohelijk voor, het pu bliek nogmaals ernstig te waarschuwen, zich toch Vooral niet'door'bedoelde ad vertenties te laten misleiden. Een moeilijke redding. De „Java Diode"- niaakt melding vaneen moeilijke fading bij het eilandje Sokrota door de Tambora," verricht V De „JRynbora", 21' Aug. uit Rotterdam ver trokken, had op baar ras, zooals gewoolijk, allerlei wederwaardigheden, maar de voor naamste viel .toch voor op Maandag 13 September. u >In den morgen 'van' dien dag, toen men lv, draadlooze telegrafie het bericht opgevan gen, dat een groot Franch transportschip, dat zich volgens het bericht moest, lie vin den aan het oostpunt van het eiland So kotra, in nood-reikeerde. Dadelijk werd door den kapitein van de Tambora", de heer Van der Putte, ge last dat full speed moest worden gciaren naar de plaats, waar het -chip zich moest berinden. Daar de draadlooze installatie van de „Tambora" slechts eon capaciteit heeft van 200 mijlen, kon worden aangenomen dat «diepen met moer capaciteit het bericht eerder hadden opgevangen, wat later bleek het ge\ al te zijn. De zee bij kaap Gardafuy stond hoog en er woei een harde bries. Toen men de oostpunt omvoer, was de bries tot een storm aangegroeid. Het schip schommelde hevig en nien moest oppassen, omdat daar in de buurt gevaarlijke riffen- zijn. Om zeven uur in den ochtend had men het beiicht opgevangen, en na eenige uren s toornen bereikte men liet schip in nood. Het bleek het Fransche transportschip de „Eufrat" te zijn, welk schip, behalve de equipage 500 passagiers vervoerde, n.l. drie kapiteins en een luitenant en 500 manschappen, allen afkomstig van Franseh- IndoChrina. Ze waren bestemd voor Mar seille en behoorden allen tot het corps van den Pyrotechnischen' dienst, even nis zij, die vöör dit schip met een ander schip naar Marseille waren vertrokken. 'Biij de Eufrat lagen 'reeds twee Engelsche stoomers. Toen de Tambora op de plaats van het onheil kwam, bleek het dat de Eufrat, in den nacht van Vrijdag op Zater dag 11 September 's morgens half vier van haar koers was afgeweken tengevolge van het stormweer en door den stroom en den hevigen golfslag op do gevaarlijke en de beruchte riffen van Sokolra was geworpen. Het schip was door den schok doorgebroken en de riffen slaken door hel ruim. Een geheel etmaal lag de Eufrat aan weer en golven prijsgegeven, zender hulp. De eerste hulp werd verleend door een groot Engelsch stoomschip dat bij de aan komst riui de Tambora, reeds honderd Vijf tig passagiers had gered. Even voor de „Tambora" was gearriveerd, was een ander groot Engelsch schip bij schipbreukelingen gekomen dat dadelijk met alle energie aan het reddingswerk was be gonnen. i En teen begon het werk van de Tambora. "Waar menschen in nood zijn, konden onze- wakkere Hollandsche zeelui niet achter blijven. i Daar te midden van de bruisende golven en de woeste en kokende zee werden twice reddingsbooten uitgezet. Er hoorde veel zeemanskunst .too om te midden van de woedende zee do booten uit te brengen. Maar het gelukte. Iedere boot werd bemand met zes matrozen en stond onder bevel van den eersten officier en den tweeden officier. Onze jantjes waren slechts gekleed in boezeroen en (brodd Bilootshoofd waren ze en bloot waren hun voeten. Zoo begon het reddingswerk' onder de oogen van de passa giers, die met angst en vrees de ranke bootjes volgden op de hooge golven. Soms klonken angstkreten als de bootjes voor goed schenen verdwenen. Maar onze zee lieden hielden vol. Zij roeiden door, voor geen kleintje vervaard. Hoe moeilijk het was blijkt wel uil het enkele feit dat een afstand van 400 M. welke de Tambora Van de Eufrat scheidde eerst in drie Kwartier kon worden afge legd. Maar het geschiedde toch Na twee en een half uur keerde men terug, medebrengende 49 man, onder wie een adjudant-onderofficier. Toen zij aan boord van de „Tambora" stapten, klonk uit de beangstigde gemoederen van de pas sagiers het blijde hoerageroep voor de ge redden en voor de mannen, die den ouden roem van het oude zeevaardersvolk weer zoo hoog hadden gehouden. De gereddenwerden met wanne koffie, brood en andere dingen gelaafd. De stak kers hadden, evenals do andere kameraden, alles verloren en hadden drie dagen op scheepsbeschuit geleefd, doorweekt van zeewater, daar het ruim, waar de levens middelen waren geborgen, onder water stond. Intusschen was het kwart voor zes ge worden en daar op deze hoogte de avond plotseling valt, stond men in dubio.wat er verder gedaan moest worden. Of-men zou kruisen-tot den volgenden dag en dan het reddingwerk opnieuw beginnen. Het bleek, dat de Engelsche booten en de „Tambora" reeds vier honderd perso nen hadden gered en dat zich nog ruim honderd Aan, onder wie eenige dames, echtgenooten van de bevelvoerende officie ren, aan boord van de „Eufrat" bevonden. Scheepsraad had plaats tussehén den ka pitein van de „Eufrat" en de kapiteins van de twee .Engelsche schepen en toen werd draadloos naar dé „Tambora" geseind dat het Nederlandsche scbip werd bedankt voor de hulp, 'welke was verleend, maar dat het schip nu wel de reis kon voortzetten en dat de andere.passagiers gered zouden worden den volgenden dag.' De „Tambora" zette daarop met de 49 geredden, de reis voort. Voor de geredden, die vier dagen daarna te Colombo aan land werden gebracht, werd aan boord goed gezorgd. Zrj roemden dan ook de wijze, waarop zrj waren behan deld. Zij zouden met een volgende'"gele genheid naar Marseille gaan. Zoo eindigde dit bijzondere geval, inte rcssant voor de passagiers van het schip wiens kapitein en officieren en bemanning een woord van lof niet mag worden ont houden. Door het spel Uit Soerabaja werd bericht, dat de tweede kassier der Javosche Blink, Tam King Lien, een diefstal van 26 mille gepleegd heeft. £1 ij was belast met het sorteeren der bil jetten, welke aan de circulatie onttrokken en daartoe getjnpt moesten worden. II ij had do pakketten van wel en nog niet afge stempelde biljetten steeds langer dan 24 uur onder zich. Daardoor was het mogelijk oin de sooiten te verwisselen, terwijl hij verder de beschikking had over de nog niet afgestempelde biljetten. Door het spel in den knoei gebracht, heeft hij op boven genoemde wijze, over eenige maanden ver deeld, zich geld verschaft. Hij verloor aan de speeltafel f36.500. De agent der Javasch© Rank werd op de fraude attent gemaakt door een anoniem schrijven. De dader heeft bekend. Ongelukken. Te Wihschoterzijl (is verdronken de veer tien-jarige zoon van den arbeider Komdeur. V De 15 jarige smidsknecht W. te Weesp, kwam Vrijdagmiddag van een raeelwagen te vallen, waartegen hij onder het rijden was opgeklommen. Ite wielen gingen hem over de borst Zwaar gewond werd hij hot ouder lijk huis binnengedragen. De verzoening der volkeren. De Berlijnsche geneeskundige, dr. Mag nus Hirschfeld, hield dezer dagen te Ber lijn een lezing over oorlogs-psychologie. Hij betoogde, dat niet alleen het Duitsche volk, maar alle volkeren er van overtuigd waren, dat zij hun land, hun door vreedzainen arbeid verworven petitie, hun eer en hun rechten verdedigden. Deze oorlog was in werkelijkheid minder de schuld van eenige personen, als wel het noodlot van allen. Niet wié, maar wat de oorzaak was, moest men uitvinden. De vijanden zagen in ccn tuchtiging van Duitschland niet de loop van een natuurlijke ontwikkeling, maar zij vermoedden in de kracht van üuitschiand een bedreiging, een gevaar dat zij bestrij den moesten. Dit was de geestesrichting geweest, die ten slotte tot wapengeweld had geleid. Verder betoogde de spreker, dat hij zich niet kon aansluiten bij hen die vreezen, dat de oorlog de menschen ruwer zal maken en ook niet bij hen, die hopen dat hij veredelend zal werken. De sterke, handelende geest en het gevoel van gemeen schappelijkheid waren de beide hoofdpilaren van alle oorlogspsychologie. Doch Ilirsch feld eindigde met den wcnsch uit te spreken dat deze groote strijd niet alleen met den vrede dor volkeren, maar, ook met een verzoening der volkeren mocht eindigen. Moge zij dan, zoo zeide hij, den drang tot daden, die een van de hoofddrijfveeren tot den oorlog is, niet meer gebruiken in wer ken, die menschenlevens vernietigen en goederen der menschen verwoesten, maar nog slechts tot werken van menschenliefdé cn tot welzijn der menschheid. De inneming van Kragoejewats. Leonard Adelt seint aan het „Berliner lageblatt" nog de volgende bijzonderheden ever de inneming van Kragoejewats: Deze gewichtige verzamelplaats van de Serviërs vormde het vercenigingspunt voor de legers van Kóvess en GaJhvitz. Uit het noorden naderde de linkervleugel van het leger van Kóvess, bestaande uit een Oos- tenrijlksc-h-Hongaarsch corps, uit hét noordoosten de Duitsche vleugelgroep van het leger van von Galhvitz, die bij Biatonica uit het Moravadal in het Lepenicadal bin- nengezwenkt was, daar echter door den vijand, die zich op de hoogten genesteld had, tegengehouden werd. De Ooslenrijksch- Ilongaarsche troepen, die uit Arangjelovac over Topola voorwaarts gedrongen waren, hadden eveneens taaien tegenstand te over winnen van de Servische achterhoede. Ook hier hielden de Serviërs hun inelkaar ge schoten loopgraven tot het uiterste bezet. Het ontbreken van draadversperringen maakte het echter voor de tirailleurliuies gemakkkelijker, de Servische loopgraven te bereiken, die met de bajonet genomen wer den. Een Oostenrijksch bataljon nam daar- bij de lieele bemanning van een loopgraaf, ter sterkte van 140 man, gevangen. In andere gevallen vochten de veide-ligers met den moed der wanhoop tot den laatsten man. Gedurende deze bloedige achterhoedege vechten trok, volgens rapporten van vlie gers, het gros van het Servische leger met lange kolonnen treinen oorlogsmateriaal uit' Kragoejewats %veg, dat rfeeds dagen ge leden door een groot gedeelte van ao bur. gerlijkc bevolking ontruimd was. De weinige achtergeblevenen lieten den Duitschers, die intusschen in het mondingsgebied van de Raca en de Lepenica dén taaien tegenstand van de Serviërs gebroken hadden, een adres van hulde overhandigen. Daar dé Oosten- rijkers het vorige jaar in Waljevo met een dergelijk adres slechte ervaringen hadden opgedaan, werd deze hulde zeer koel op. genomen. 's Morgens tussehen zeven en acht trok een Oostenrijksch© patruille Kragoejewats binnen en heesch de zwart-gele vlag op het arsenaal en op de kazerne. De Serviërs hadden voor hun aftocht de militaire wer ken zooveel mogplrjk vernield. De Duitschers hadden de ontploffingen in de verte kunnen hoeren. Na het bezetten van de stad zetten de bondgenooten de vervolging op den weg naar Kraljevo voort. - Indrukken in het tro-i melvuur. In het „"Berliner Tageblatt" geeft Keller- mann het verhaal weer, dat een artillerie officier hem gedaan heeft van zijn indruk- ken tijdens het trommelvuur bij La Folie'. Reeds acht of tien dagen vooruit, zoo ver telde de officier, was daar ginds de hel ge opend. Het was geen pretje. Ik was waar nemer in de voorste loopgraaf. Een week lang verwoed vuur. Van tien tot zestien uur trommelvuur iederen dag. Keek men uit de loopgraaf, dan zag men de Fransdien met de spade aan hot werk. Naar links on rechts vloog de aarde. Zij legden sappen aan naar voren. Met geschutvuur wis-hier weinig te beginnen. En ook met mijnwer- pers was het moeilijk -een strook van een halven meter breedte tc treffen. Ze groeven sappen naast sappen. Op een morgen waren de uiteinden van de sappen verbonden. Er lag een nieuwe loopgraaf. Nu wisten wij hoe laat het was. Den 21 en September werd het vuur nog heviger. Het was onbeschrijflijk. Men was verdoofd. De kwelling was zoo groot, dat men tot zich zelf zeide: schiet me dood. Liever dood dan dit nog langer te ver dragen. Maar do lieden leven. En leefden. Den 24en werd ik afgelost. Maar mijn opvolger is den 25en vefdwenen. Dood, ge vangen, de hemel weet wa-t. De loopgraven waren greppels én kuilen. Men kroop er over heen. In een stuk was bijna geen levende ziel meer te zien. Hebben jullie geen verbinding meer met de buren? Jawel. Waar zijn de mannen dan? Ze zitten in de granaatkuilen en schuilplaatsen. De verbindingssappen zijn tot brij go- schoten. Reeds hameren de Fransche ma chinegeweren. De kogels vliegen ons om de ooren. Er is bijna geen dekking meer. Met verhitten kop kruipt on struikelt men achteruit. Blij iederen stap zegt men tot zich zelf: Nu is het uit. Maar men doet den volgenden stap, men is verbaasd. Een machinegeweer klopt. Maar men leeft en komt er uit, zonder eigenlijk te weten hoe. Een paar uur slaap. Don wijprnemings- post. Z-ooirahet trommelvuur begint, is in vijf mniuten niets meer te zien. Rook en vuil vliegen in de lucht rond. De zware granaten komen aangehuiid. Zoo vreeselijk dat het suizen alleen ai genoeg is voor de zenuwen. Maar men troost zich. Onze gra naten huilen hun precies zoo in de ooren. De telefoon toetert: De Franschen... Ver der komt het niet. De leiding is stuk. Een man stormt naar binnenDaar zijn de Franschen. Men schreeuwt hem aan: Heb je ze gezien Houd dan je bek, begrepen Het vijandelijk vuur ligt mear naar ach ter. De rookwolk wordt dunner. In de schaarverrekijker worden de Fransdien zichtbaar. Wat is er aan de hand? Is er dan niemand meer? Waar blijft de infan terie? Geen schot. Bijna geen schot. Het zweet staat ons op het voorhoofd. Door een inéén getrommeld stuk loopgraaf zijn ze in den rook er door heen gekomen. De draad, naar de batterij is stuk. Er is niets aan te doen. Ze komen in dichte saharen. Het geweer onder den arm. Ze kijken ver baasd om zich heen, slenteren voorwaarts, ze weten niet wat ze zullen beginnen. Ze zien er uit, alsof zo dronken zijn. Ter nauwernood een schot. Stilte. In de schaarverrekijker is het, alsof ze voor ons Istaan. Zoo nabij zijn ze. Drie honderd meter yer weg. De adjudant komt. Zijit go nog hier? Maakt dat ge weg komt. Op oen sohaarverrekijker kan. men geen ba jonet planten. We pakken in, en gaan terug naar do batterij'. Het wordt nacht. De nacht van" den 25©n op den 26en. In het dal beneden voor Ia Folie is alles stil. Geen granaten. De Franschman kan niet schieten, omdat hij jrtiet weet hoe ver zijn mannen zijn, Ook wij' weten het niet. Er bestaat geen verbinding meer. Stil is het daar beneden, donker. Geen lichtkogels, in het geheel niets. Duisternis en stilte. Eenvoudig ver schrikkelijk. De batterij moet reeds genomen zijn. Rij den staf loopt hel gerucht. Alle draden zijn stuk. Een officier komt. Bestaan jul lie nog? Jawel, maar we hebben ammuni tie noodig. Nu naar het depot. Met vier wagens te rug. De weg ligt onder afsluitingsvuur: granaat naast granaat. Men zou denken, dat het onmogelijk was daar door heen te komen. Maar het gaat, Het moet; omdat het moet, gaat hel Maar het is een won der, dat men niet neergelegd wordt en dat de wielen over de granaattrechters ko men, zonder te" breken. Men stikt bijna in" het gas der granaten. Doods paarden lig gen op den weg. Onze dieren worden schuw, Z«f"sidderen over het geheel© lichaam en willen geen stap vooruit Granaat na, gra naat vliegt voorbij. De Franschen schieten brandgranaten op Vimy. Rood, prachtig om te zien, schiet de steekvlam na het inslaan anderhalve verdieping omhoog in het duis ter. Zo is doorzichtig en daarachter rolt een fel gele muur van gas. Dan rook en vuur, -dat in het donker lekt en klautert Dat alles neemt men zoo terloops waar. Ondanks alles. De Fransche artillerie schoot op die da gen, wat de loopen konden uithouden. De eene hrandgranaat na de andere. Dan stink bommen, elke twintig meter één, als een parelketting. Honderd „meter achteruit een tweede rij, tot in een diepte van een paar kilometer. Afsluitingsvuur' op de wiegen.' Granaat na granaat op de v^bindingsgra- ven. Het was een vuur, waarmee men voor den dag kon komen. Nu heeft de batterij' weer ammunitie. Vooruit We vuren, dat de loopen gloeien. Dat is ternauwernood overdreven. Zonder dikke handschoenen kan men ze niet aam pakken. De kanonniers kijjgen blaren m*" de handen van het aftrekken. Rel ist <w en de Franschen* drijven stormooJonne na' storm colonne voorwaarts. Snelvuur op tweede, op de derde. De telefoonkabel is weer stuk. Nu gaat de vijand de batterij fe> Jgfj Plotseling krijgen we flink rpur. Flank- vuur? Waar vandaan? Het komt uit <fe buurt van Loos. Een paar kanonniers vat" lcn. Anderen worden bewusteloos door het' gas. Plotseling komt een zware granaoi, aangesuisd en werpt mij omver. Ret m niets. Slechts mijn horloge aan mijn pols is stuk. De granaat heeft oen kanon „m. gepakt en naar ben-eden gegooid. Twos zwaar gewonden, een paar licht gewonden, het is ongelooflijk. De batterij schiet met drie stukken verder. Even later gaan twee andere .stukken naar de maan. De schade is gering. Een paar splinters hebben het mechanisme in wanorde ge macht We vu-, ren nog uit één kano-n? De Franschen moeten doorgebroken zijn. Vlak in de buurt worden zo gerapporteerd. Kartetsen laden. Gratis zullen ze het stuk niet hebben. Maar ze komen niet. Ze waren in een boschje, een paar dozijn pas van do batterij. Waarom ze niet kwamen, dat weet de hemel alleen. Het wordt nacht Het is de nacht van den 26en. Het regent in stroomen. Den volgenden dag komen reserves en waren de Franschen weer van de hoogte af. Wij schieten. Plotseling worden we af. gelost. Omgekeken hebben wij niet Nu zijn we weer uitgerust en kalm. Maar tusschenbeïden vallen mij deze dagen en nachten in. Dan staat mij plotseling het zweet op het voorhoofd. Oorlogsvaria. Blijkens de Engelsche verlieshjsten van 4 November zijn 23 officieren gesneuveld, 48 gewond of vermist Bovendien worden d.d. 26 October 2178 manschappen als gesneuveld, gewond of vermist opgegeven. Onder de gesneuvelde Britsche officüeren is majoor Algernon George Neweoane Wood, die ook in den Boerenoorlog veel gevoch ten had. Hij nam toen deel aan -de ge vechten bij 't ontzet van Kimberly, en bij Poplar Grove, Briefonlein, Vet-Rivïer, Zand- Rivier, Johannesburg, Pretoria. Diamond Hill, Belfast, Frederikstad en Colesberg. Verder stierven nog majoor Harry Nick- son en luitenant-kolonel Charley Blair Ba- dock. De „Times" verneemt cLd. Donderdag uit New-York, dat nog 14 „Duitsche spionnen" zijn gepakt, (hetgeen met de vorige oen to taal maakt van 25. 1 De laatste groep was gevat op aanklacht van diefstal: |het was hun taak de mag neten of banden van auto's te ontvreemden, bestemd om uit de Ver. Staten te worden verscheept naar de geallieerden. In verband met het schandaal der val- sche afkeuringen voor den militairen dienst in Frankrijk, zijn nog weer drie arrestaties gedaan: twee soldaten, die zich door dr. Lombard in het hospitaal hadden doen op nemen, en een Parijsche réstauratieheuder, die voor 500 francs had gedaan gekregen voor een keuringscommissie te worden ge bracht en afgekeurd te worden. De Britsche oorlogscorrespondent H. War ner Allen, heeft onlangs een bezoek ge bracht aan de stad Atrecht, welke plaats, naar men weet, sinds ettelijke maanden door de Duitschers wordt onder kanon vuur genomen. Van de inwoners, die vroe-' ger 25,000 telden, zijn er wellicht nog slechts 600 h. 800 over. Er is in de heele stad niet een huis, dat niet door een gra naat geraakt is. De menschen leven er dan ook in kelders, waar ook het vee een toevlucht vindt. Kapitein Kelly van het s.s. „Dotterel" heeft over een aanval van twee Duitsche vliegtuigen meegedeeld Toen de stuurman en ik de twee vlieg tuigen het eerst zagen, dachten we aan vankelijk, dat -ze met elkaar in gevecht waren, omdat we onophoudelijk schoten hoorden. Maar toen ze vlak bij ons wa ren, en de kogels van de machinegeweren^ om ons heen vlogen, zagen we onze dwa- ling in. De kogels, die op tal Van plaatsen het schip hebben getroffen, zijn naar de gaten, die ze hebben gemaakt, aanmerke- lijk grooter dan kogels uit gewone machine geweren. Een is er door het luik van het voorruim gegaan, een ander door de stoom-- pijp, een derde door het watervat in de. reddingsboot, en verscheidene zijn langs de zijden van het schip geschaafd. De vlieg tuigen zijn driemaal om de „Dottere!" heen- gecirkeld! in de laatste ronde hebben zij - bommen naar het schip geworpen. De kapitein en de stuurman hebben bei den twee geweerschoten op de vliegtuigen - gelost; bovendien hebben zij met een vuur- pijl getracht ze te raken. J De „Morningpost" heeft uit Stockholm bericht ontvangen, dat het Duitsche stoom schip „Suomi" (1016 ton) door een duik boot met een torpedoschoot in den grond is geboord. De duikboot heeft het. schip ook beschoten, de stuurman is door een granaatscherf getroffen. De „Suomi" was op weg van Hernösand naar Nfederland en hoorde te Hamburg thuis. De bemanning is te Salvesborg (Zwe den) geland. titèljï&A I «ft I» V a! it Is* I I l«c las'f I$\ it 1 |-o IK. l§v p- dW %%r i

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Schiedamsche Courant | 1915 | | pagina 6