m
4
i
CLflh
■1%
IS;»
83;
wijl zich binnenhet kamp, bij den in
gang, het grootste deel der bevolking had
verzameld.
Aan den ingang werden de regeerings-
commissaris, de adj.-regeeringscommissaris.
vergezeld van hun dames, met hun gas
ten, de prins en de prinses de Lignej
ontvangen door den dorpsraad, onder voor
zitterschap van den voorzitter Fl. Decroix.
terwijl de kamp-kapel de Nederlandsche
volksliederen speelde. Na de begroeting,
"waarbij de voornaamste autoriteiten en be
ambten werden voorgesteld, boden drie
jonge meisjes de dames bouquetten aan.
Namens de Belgische bevolking sprak
daarna de voorzitter van den dorpsraad
kolonel Mmgels toe.
Kolonel Mingels, den spreker beantwoor
dende, verklaarde met dankbaarheid de
hem gebrachte, hulde te aammarden, doch
niet alleen voor hemzelf, maar ook vooral
voor zijn talrijke medewerkers, die hem
zoo krachtig ter zijde stonden; ook voor
de Belgische bevolking zelf, die flink in
alles beeft mede gewerkt, door hun dorps
voorzitters, geestelijken, onderwijzers, de
chefs der zalen, enz. Dikwijls moest streng
worden opgetreden, doch het heeft het
goede resultaat gehad, dat ieder thans weet,
boe het hoort.
Namens de bevolking van het vluchtoord
bood daarop prins de Ligne den regeerings-
commissaris met eenige waard eerende
woorden, waarin ook hij zijn dank uit
sprak voor de treffende zorgen aan zijn
ïandgenooten besteed, een zilveren herin-
neringsmedaille aan ejn aan majoor Plas
en dr. Bartholdy Rijnders een fraai be
werkte oorkonde.
Aan prinses de Ligne werd namens de
Belgische bevolking door eenige meisjes
een bloemstuk aangeboden. Terwijl de mu
ziek de Brabanqonne inzette, had daarna
een défilé plaats van de gymnasten in hrrn
keurige sportpakjes en van de honderden
schoolkinderen, allen getooid met de Bel
gische kleuren en geschaard om de Bel
gische vlag.
Hierna werden de voornaamste inrich
tingen van het kamp bezichtigd.
Minister Trenb.
Een vijftigtal heeren, vooraan slaanden
in handel, scheepvaart, geldzaken enz. deel
den mede, dat zij besloten hebban het
volgende adres te richten tot de Twee
de Kamer en noodigen degenen, die aan
dit adres adhaesie willen, betuigen, uit,
vóór Woesdag 9 Februari, hiervan schrif
telijk kennis te geven aan de -mede-onder-
geteekenden J. B. A. Jonckheer, Prins Hen
drikkade 159 te Amsterdam, of aan Bern.
A. Ruys, Veerhaven N.Z. te Rotterdam.
Aan de Tweede Kamer der Staten-
De ondergeteekenden voelen zich gedron
gen en achten zich verplicht, aan de Twee
de Kamer te doen weten, dat zij pijn
lijk zijn getroffen en voor de toekomst
van land en volk in hoog© mats zijn ver
ontrust door de aanneming op Vrijdag 28
Januari van een motie, waarvan het ge
volg is, dat mr. Treuh, minister van fi
nanciën, als zoodanig zijn ontslag heeft
aangevraagd.
Onder de tegenwoordige omstandigheden,
nu de grootste economische vraagstukken
onder de oogen moeten worden gezien,
waar nog de hoogste eischen op het ge
bied der geheele, politiek gesteld zullen
moeten worden, aan degenen, die deel uit
maken tier regeering, achten zij het ip
hooge- mate betreurenswaardig, indien mr.
Treub als minister zal aftreden.
Zij dringen er op aan, toch niet te ver
geten, dat hij mede een der mannen is
geweest, die in de Augustns-dagen van
1914 ons het vertrouwen hebben gegeven,
dat het landsbelang in krachtige handen
was, en dat bet voor een veilige toe
komst noodzakelijk zal zijn, dat de per-
sonegj die ons toen dat vertrouwen heb
ben gegeven, gedurende de huidige wereld-
4 crisis gehandhaafd Wijven-
Zij zijn overtuigd, dat Nederland thans
tezen man van energie en werkkracht niet,
kan missen en stellen er prijs op, van deze
hun overtuiging aan de Tweede Kamer
te doen blijken.
VrowwenkieTeeht
Naar wordt gemeld, zullen Nederlandsche
vrouwen uit alle kringen van het volk
jot de Tweede Kamer het verzoek rich
ten, bj de behandeling van de voorstel
len tot herziening van de Grondwet, niet
mede te werken tot het verleenen van
kiesrecht aan de vrouwen.
Het conflict bij j,De Telegraaf'
De Londensehe correspondent van de „N.
R. Ct" seint: 1
In een verbazing wekkend hoofdartikel
tje schrijft de „Daily News" dat dó Ne
derland sche regeering- beslag heeft gelegd
op HoMerts papieren, omdat hij dreigde
ze openbaar te maken.
De zaak heeft een ongelukkig aanzien.
Waarom heeft de Nederl. regeering be
zwaar tegen de publicatie van bescheiden,
die zij, naar men kon verwachten, bijaan
bieding met graagte zou hebben aanvaard?
Het gebeurde zal aanleiding geven tol
twijfel aan de onzijdigheid van de Ne
derlandsche regeering, en Duitschland is
niet eens dankbaar, 'tgeea blijkt uit de
opzettelijke schending van de Nederland-
sche vlag door het tarpedeeren van de
„Artemis".
(Het bovenstaande is de voorstelling, die
de Telegraaf zelf Van de in beslagneming
beeft gegeven en die we ook reeds in
een telegram uit Amsterdam aan de „Ti-
roes" hebben gezien. Dat ze onjuist is,
behoeft geen betoog, merkt de „N. R. C."
hierbij op.
V
"Wederom ontvangen wij een zeer uitvoe-
i rig communiqué omtrent een Dinsdagavond
jte Amsterdam gehouden vergadering van
„dé Amsterdamsche pers", welke gewijd
was aan een bespreking van het conflict
bij de „Telegraaf". Daar waren een 40-tal
journalisten van alle richtingen bijeen.
Vooraf kwam de voorzitter, de beer
W. Helmer, er tegenop dat de „Tel." „een
ernstige poging tot misleiding" heeft aange
wend door te trachten den indruk te wek
ken door de vermelding dat het eerste
communiqué kw am van het Haagsche Cor
respondentiebureau, „het officieuze orgaan
van de Nederlandsche regeering" dat
werkelrjk onze regeering de hand zou heb
ben gehad in de publicatie.
Ongemotiveerd is het verwijt van de
„Tel." dat niet de heeren Schroder, Hol
der!, enzzijn gehoord. Want de bedoeling
van de „Amst. Pers" was alleen, ais be
roepsorganisatie bekendheid te geven aan
wantoestanden die aan „Tel." en „Cou
rant" bestaan. De wijze, waarop en de om
standigheden waaronder de gepubliceerde
feiten ter kennis van de vergadering kwa
nen, gaven haar niet alleen het recht,
maar legden haar den zedelijken plicht op
om tot onverwijlde publicatie over te gaan.
In de samenstelling van het eerste relaas
beeft de heer Plemp \an Duiveland de hand
niet gehad. Alleen is hem, als voorzitter
van de Ned. Journ. kring, gevraagd of er
ook passages in voorkwamen, die uit inter
nationaal oogpunt beter achterwege kon
den blijven.
Namens het hoofdbestuur verklaarde
daarop de voorzitter van den „Ned. Journ.
kring" dat de „Amst. Pers" deze zaak tot
dusver uitnemend heeft behartigd; hij noo-
digde haar üit deze aangelegenheid ook
verder te behandelen, en allen het hoofd
bestuur bij gewichtige stappen vooraf te
raadplegen.
Het hoofdbestuur ondersteunt den oproep
van de Amst. Pers aan de journalisten om
de plaatsen der ontslagenen niet in te
nemen.
Bij de voorstelling van 't geval, door de
heéren Schroder, Simons en Holdert in
de „Tel." gegeven, wordt onomwonden het
bestaan van het Anti-Smokkelbureau er
kend, maar beweerd dat het staat „geheel
buiten de „Tel"." Dat moet de vergade
ring echter weerspreken.
In de eerste plaats toch waren verschil
lende speurders van het anti-smokkelbureau
in het bezit van verslaggeverskaarten van
De Telegraaf"; in de tweede plaats kre
gen verschillende redacteuren, verslaggevers
en correspondenten van „De Telegraaf" op
drachten van en voor genoemd bureau; in
de derde plaats werden tal van berichten,
door dit bureau verzameld, door of van
wege den heer II. M. C. Holdert in „De
Telegraaf" geplaatst. Dat dit geschiedde
buiten medeweten van den heer Schroder,
toenmaals nog hoofdredacteur, om, is een
aangelegenheid, die in £taat is licht te
verspreiden op de aan „De Telegraaf" heer-
schende journalistieke verhoudingen, maar
maakt het verband tusschen het bureau en
het blad niet minder nauw. Ter vergade
ring werd door verschillende collega's op
nieuw bevestigd, dat zij, in hun hoedanig
heid van „Telegraaf'-redacteuren meer dan
eens met opdrachten voor het anti-smok
kelbureau werden belast."
Door den. heer Schroder wordt het nu
voorgesteld, alsof hij de verantwoordelijk
heid voor de „smokkelrubriek" had overge
dragen aan den heer H.» M. 0. Holdert,
omdat de „rectificatie van déze berichten"
hem „zeer veel last bezorgde".
Deze overdracht van verantwoordelijk
heid werd kort daarna volgens den heer
Schroder tot den ganschen ;nhoud van de
courant uitgebreid, om een tweede dozijn
strafvervolgingen op de schouders van den
heer Holdert af te wentelen.
De werkelijkheid is echter, dat de heer
Schroder steeds meer tot de wetenschap
was gekomen van het ware karakter van
het Anti-Smokkelbureau.
Zóó zwaar woog by den heer Schroder
deze wetenschap, dat hij er toe wilde mede
werken pm den heer H. M. C. Holdert de
voortzetting zijner praclijken te beletten.
Immers met zijn volledige voorkennis,
goedkeuring en medewerking, werd op den
lOn Januari 1916 een stuk opgesteld, dat
aan de Nederlandsche regeering overhan
digd is, waarin met naam en toenaam
wordt meegedeeld, dat door den heer H. M.
C. Holdert pen Anti-Smokkelbureau is opge
richt en wie daarbij werkzaam waren, welk
bureau ten doel had te voorkomen „dat
cr eetwaren en goederen door NeJeilan-
ders aan Duitschers zouden worden gele
verd". ,In dat stuk wordt dan verder ver
zekerd, dat zich voornamelijk in het grens
gebied van ons land diverse personen van
zeer uiteenloopenden aard verspreidden om
speurdiensten te verrichten: „Buiten de
hoofdredactie van de „Tel." om werden
tal van ongecontroleerde berichten door
den heer G. namens den heer H. M. C.
Holdert in het dagblad de „Telegraaf" ge
plaatst. Verschillende malen zijn deze be
richten door de redactie gerectificeerd of
tegengesproken moeten worden."
En dan vervolgt het stuk, dat „met vol
ledige voorkennis, goedkeuring en medewer
king" van den heer J. C. Schroder is op
gesteld, aldus
- „Feit is, dat vanuit de Lomanstraat alle
inlichtingen over smokkelaangelegenheden
direct aan de Engelsche en Fransche lega
ties werden bericht, die de rapporten in
het Fransch en het Engelsch toegezonden
kregen. Vooral Sir Francis Oppenheimer,
de Engelsche handelsattaché, ontving her
haaldelijk den heer H. M. C. Holdert ten
zijnent en verkreeg aldus mededeelingen,
die in de allereerste plaats aan onze re
geering of de N. 0. T. hadden gedaan moe
ten worden. Genoemde handelsattaché werd
o. m. in het bezit gesteld van een paar
schoenen, specimen van een partij, waar
mede geknoeid zou zijn. Eerst later wer
den de rapporten over vermeend geknoei of
inderdaad onverdedigbare practijken ook
aan de N. O. T. en den Minister van Han
del enz. gezonden.
De opzet van de beweging was, de ge
allieerden op de hoogte te houden van het
geen, ondanks het bestaan der N. O. T.,
loch nog over onze grenzen naar Duitsch
land en het bezette deel van België ging.
„Vast staat, dat de heer Holdert aldus
uit zijn privékas en natuurlijk ook voor
een deel uit „De Telegraai"-kas duizenden
en duizenden heeft uitgegeven. Zijn speur
ders werken onder allerlei voorwendsels
en treden meer of minder op zijn bevel
als agentprovocateurs op. Zij stellen
zich in verbinding met diverse handelaars,
zoeken uit of deze zaken doen met Duitsch
land en is dit het geval, dan verkenen!
zij hun assistentie om gedaan te krijgen,
dat de goederen in het in staat van beleg
verklaarde gebied komen, waar zij offi
eieren, politie en douane-ambtenaren, enz.
waarschuwen voor de practijken en daden
van den door hen bewerkten handelaar.
„Tal van Rijks- en gemeentelijke amb
tenoren in het grensgebied woonachtig, zijn
door deze speurders bewerkt en aange
zocht, eventueel huu assistentie te verlee-
nen. De heer Holdert betaalt zijn mannetjes
rijkelijk, terwijl deze bovendien op grove
wijze geld verteren, gebruik maken van
auto's, enz., en aldus vele „kleine luyden''
imponeeren. Sommige dezer speurders
geven zich dikwijls uit voor inspecteurs
van de N. 0. T.
Anderen weer ofschoon geen jour
nalist en niet in dienst van het blad zijnde
bezitten verslaggevers-kaarten van „De
Telegraaf", hun buiten medeweten van de
Hoofdredactie van dat blad, verstrekt.
De heer Holdert stelt er grooten prijs
op een overzicht te krijgen van den in-
en uitvoer aan onze grenzen gedurende
den oorlog. Bij het- begin van iedere maand
wordt er op de douanekantoren een lijst
opgemaakt van de goederen, die in de
vorige maand hun kantoor gepasseerd zijn.
Diverse grenscorrespondeuten zijn aange
zocht te trachten om deze lijsten te
leveren, waarvoor tien gulden honorarium
voor geleverde lijst wordt uitgekeerd.
„Bereids zijn den heer Holdert vrij ge
regeld de uit- en invoerlijsten ter hand ge
steld, die te Nieuweschans en Gennep wa
ren opgemaakt.
„Aan de overige plaatsen wordt hard
gewerkt. Deze lijsten worden dan al
thans copieën daarvan aan den Engel-
schen handelsattaché en den Franschen
zaakgelastigde overgelegd.
De speurdienst wordt met den dag uit
gebreider. Allerlei menschen waaronder
erschillende Belgen in het in staat van j
beleg verklaarde gebied zjrjn in dienst
an den heer Holdert of een zijner ver
trouwden. De bedoeling is, in diverse cen
tra bureaux op te richten, van waaruit
de lasthebbers met een leger van onder
geschikten geopereerd wordt. Pakhuizen
worden dag en nacht bewaakt. Verdachte
schepen gevolgd, herhaaldelijk worden aan
diverse grenscommandanten of rijksont
vangers op douanekantoren telegrafische
mededeelingen gedaan, terwijl zoodra ander
zijds verzet of tegenwerping wordt ge
pleegd, gedreigd wordt met publicatie in
„De Telegraaf" en het daarbij behooren
de meest gelezen volksblad „De Courant".
„Al deze beweringen zijn te controleeren
aan de hand van betrouwbare getuigen
verklaringen en door inzage te nemen van-
de dossiers, voor heL meerendeel op het
Centraalbureau (Lomanstraat) aanwezig;
waar zich tevens tal van fotografische op
namen bevinden van consenten, coden, ver
klaringen, passen, enz., enz."
Men achtte het ter vergadering overbodig,
na kennisneming van ait stuk, een oordeel
uit te spreken over den man, die, mede
werkende tot het doen van dergelijke stap
pen bij de regeering, nog aan „De Tele
graaf" verbonden is gebleven, dat blad
in bescherming neemt en de staf
breekt over menschen, die de broodeloos-
heid hebben gekozen boven de medeplich
tigheid aan dergelijke practijken.
Tegenover de ontkenning door den heer
G. Simons, werd ter vergadering ten stel
ligste gehandhaafd de verklaring, uit het re
laas, dat de heer H. M. C. Holdert indertijd
verzekerde, dat het wel degelijk het doel
was yan de twee vertegenwoordigers der
Duitsche regeering, die in Augustus 1914
met den heer Simons naar Amsterdam kwa
men, om de „Tel." in dienst te stel
len der Duitsche propaganda.
Ook de heer J. C. Schroder heeft mede
deelingen van gelijken aard gedaan, wat
bevestigd wordt door een verklaring van
den heer Cornelis Veth aan des,„Amst.
Pers", dat de heer. Schroder hem inSept
1914 heeft verteld, „dat de correspondent
van „De Telegraaf" te Berlijn met twee
Legationsrathe bij den heer H. M. C. Hol
dert was geweest om hem voorstellen te
doen van de zijde der Duitsche regeering,
die de heer Holdert verontwaardigd van
de hand had gewezen."
Nog verklaarde een der leden,in de ver
gadering, dat de heer Schroder hem op
25 Januari jd. heeft meegedeeld, dat inder
daad in Augustus 1914 de heer G. Simons
met twee Duitsche jheeren naar Amsterdam
was gekomen en toen aan den heer Hol
dert had voorgesteld, van de „Tel." een
centraal punt te maken ter verspreiding
van pro-Duitsche berichten en artikelen in
de neutrale landen: „De heer Holdert had
dit voorstel van de hand gewezen, waarna
de heer G. Simons zich met gelijke bedoe
lingen had gericht tot den heer J. C. Schrö-
der, die echter den heer Simons niet tot het
einde had aangehoord. De beide Duitsche
heeren hadden de onderhandelingen, die
de heer Simons met den heer Schroder
gevoerd had, niet bijgewoond, doch zij
hadden het resultaat daarvan in het Victo-
riahotel aan het Damrak afgewacht."
Ook door deze mededeelingen den 25en
Januari opgeteekend uit den mond van den
.heer Schroder zelf, is de verklaring in de
„Telegraaf' van 28 Januari (avondblad),
zoowel door den heer Schroder, als door
de heeren Holdert afgelegd, volkomen
ongerijmd.
Door den heer Schröder is nog op 25
Januari j.I. aan een der leden desgevraagd
meegedeeld, dat zonder zijn voorkennis de
heer G. Simons op het redactiebureau was
aangesteld. Hrj v$as 'er zeer tegen dat de
heer Simons in deze positie was geplaatst,
vooral omdat hij den heer Simons onge
schikt achtte voor deze functie; hij is er
bij den heer H. M. C. Holdert herhaaldelijk
tegen opgekomen.
De heer Holdert was echter nan dit be
zwaar niet tegemoet gekomen^ en had ge
zegd: „Ik vinei het wel aardig, een pro-
Duitsche bij mij te hebben!" Bovendien
wilde de heer Holdert den heer Simons
niet ontslaan, omdat hij hem hield voor
een bekwaam journalist en een voortreffe
lijk advertentiecolportenr. De 'heer Schrödei
voegde daaraan toe. dat men den heer
H. M. C. Holdert moet beschouwen als
een grillig persoon, waarvan door verschil
lende hoogstaande medewerkers (o, w.een
tweetal hoogleeraren) is verklaard, dat
zij van diens psychischen toe
stand een zeer slechten dunk
hadden.
Ten slotte werd nog breedvoerig weer
legd de bewering 'van den heer Schröder
dat 1 ij het conflict met den heer Holdert
heeft „uitgevochten" en belangrijk meer
heeft bereikt dan in bet eerste communiqué
is vermeld. Want van de drie eischen van
zijn ultimatum heeft de heer Schröder juist
weinig bereikt. Zijn eisch dat de heer G.
Simons zou vertrekken van de redactie en
met een buitenlandsch correspondentschap
zou worden belast, werd alleen in zoover
ingewilligd, dat de heer Simons bereid was
af te treden als chef-binnenland, waarvan
de heer H. M. C. Holdert eerst niets wilde
weten, doch dat hij later deze concessie
wilde doen „in het belang der ge
allieerden".
De heer Simons bleef echter aan de re
dactie verbonden, maar geheel buiten de
overeenkomst om en buiten medeweten van
den heer Schröder, werd de journalist G.
(in de waarschuwing aan de Regeering ge
signaleerd als werkzaam in het Anti-Smok
kelbureau) tot chef binnenland benoemd.
Aanvankelijk had de heer Schröder met
deze regeling geen genoegen genomen, maar
hij liet zich, naar het heette, „in het be
lang der geallieerden" overreden.
De heer Schröder had verder geëischt
den terugkeer van alle ontslagenen, dus
ook van den heer Schotting, maar achter
af noemde hij diens ontslag „noodzake
lijk".
Id gezonden Mededeelingen.
Wat is de oorzaak?
De meesten onzer houden van verpoo-
zmg, maar offeren dikwijls hun geld,
nachtrust, spijsvertering en kracht er
aan op.
Het is niet altijd goed om medicijnen te
gebruiken bij het eerste toeken vtan kwa
len. Een verkeerde gewoonte kan er de
oorzaak van zijn. Houdt daarmede op en
gij voorkomt dikwijls den oorsprong. Als
uw maag, ingewanden, geest of zenuwen
om rust vragen, geeft hun dan rust in
plaats van medicijnen.
Maar als gij u dof, slaperig en zenuw
achtig blijft voelen, als gij lijdt aan hoofd
pijn, duizeligheid, rugpijn en waterstoof
nissen, vragen uw nieren om hulp 'en
dienen riq behandeld te worden roet Fos
ter's Rugpijn Nieren Pillen. Met behulp
daarvan en een eenvoudig dieet, meei
rust, slaap en voldoende lichaamsoefe
ning, en door het vermijden van te vee)
inspanning, zotgen en buitensporigheden,
kunt gij spoedig uw normale gezondheid
herkrijgen, en hebt gij minder behoefte
aan medicijnen.
Het is niet moeilijk zich aan een
geneesmiddel te wennen, maar Foster's
Pillen werken spoedig en het is ifietnoodig
om haar altijd te blijven'gebruiken.
Te Schiedam verkrijgbaar hij Kappelhoff
Hovingh. Toezending geschiedt franco
na ontv. v. postwissel
k f 1.75 voor één, of
f 10.voor zee doozen.
Eisoht de echte Fos
ter's Rugp^n Nieren
Pillen, weigert elke
doos, die niet voorzien
is van nevenstaand
handelsmerk.
Kunst en Wetenschap.
Hieuwe uitgaven.
Ter Hollandia-Drukkerij te B(aam zijn ver
schenen: 'i i
„Mijnavonturen als Spion'^door
luitenant-generaal Sir Robert Bjad en-
Powell, (Geautoriseerde vertaling) met illu
straties Van den schrijver. a
Deze -schrijver, een bekend Engelsch offi
cier, kan uit persoonlijke ervaring verze
keren, dat er in zeer grooten getale spion,,
nen bestaan, niet slechts in Engeland, maar
in elk deel van Europa. Hij deelt allerlei
vernuftige praktijken der spionnen mee, en
speciaal de door hem toegepaste, 'om
zich in Oostenrijk en Turkije van onder
scheidene militaire wetenswaardigheden op
de hoogte te stellen. Een voor dezen oor
logstijd dus hoogst actueel boekje.
Nederlandsche Gedachten. Het Neder
landsche sfandpmnt
De Hollandia-Drukkerij heeft een nieuwe
belangwekkende reeks geschriften iaange-
vangen onder den titel: „Dé Neder
landsche gedachten". Zij zullen verschij
nen: „Soms als uiting van een persoon,
soms pis uiting van een groep; soms on
der den naam, soms zonder den naajrf
des pdirijvers".
Als no. 1 heeft nu het licht gezien „Het
Nederlandsche standpunt". Aan het betoog
van den enge noemden schrijver ontkenen
•we:
„Het Program der Nederlandsche Politiek
behoeft niet te worden gemaakt; het is
gegeven. De Historie biedt het aan; het
behoeft slechts onverschillig door wien
te worden geponeerd.
Het program is eenvoudig; moeilijk
slechts door zijn eenvoud.
Het bestaat in het openlijk zich men
gen in den krijg? Het kiezen vóór of tegen
een der partijen? Het heimelijk bevorde
ren van eenige uitkomst?
Geenszins; het bestaat, simpel, in de
resolute bekeering van het valsche staat
kundige beginsel, welks toepassing de ver
werkelijking van de Nederlandsche Vrij
heid belemmerd en daardoor, mede dezen
rampzaligen krijg uitgelokt heeft.
In den trias: politieke, economische en
cultureele Eenheid is de politieke Eenheid
resultante der beide andere termen.
Laat ons thans beginnen bij het begin.
Laat ons beginnen bij de werkelijkheid;
de onmiskenbare geestelijke veelvormig
heid van den Nederlandschen Stam. Laat
ons beginnen bij het inzicht, dat de Een
dracht niet ondanks maar alleen in en
door de verscheidenheid bestaan kan.
In dien zin, dat de Eendracht der Ne
derlandsche Cultuur ophoudt, jzoodra de
zelfstandigheid van den 'Hollandschen, -
Vlaamschen of Kaapscben -eigenaard te niet
gaat; want de .Nederlandschesaamhborig-
heid wordt slechts via de Rol landstihe,
Vlaamsche of Kaapsche samenhoorigheid
beseft in dien (zin, dat in Frankrijk slechts
de Academie, in 'Nederland echter elke klok-
ketoren pofcentiëel een Onafhankelijkheid en
gelijkwaardig middelpunt der jNoderlandsche
geestes-gemeenschap zij.
Zoo beduidt dan de leus: Nederland Ne-
derlandsch in eerste linie, onderscheidenj-
lijk: j r
Vlaanderen Vlaamschj
Afrika Afrikaansch; i
Holland Hollandsch."
De verwerkelijking van dit programma
worde gezocht in jde „handhaving, het her
stel en zoo jnoodig de ontwikkeling van. de
oude, voor het (Nederlandsche volkseigen bar
rakteristiéke, democratie", niet Ide revo
lutionaire, maar de (historische democratie.
„Dit bcteekent dus: jeen strijd, .voor' be
houd of herstel' jbr cultureel© eu locale
autonomie in den (Tuimsten zin van alle Net
derlandsche volken en -volksgroepen."
Ate volgende nrs. jvan „De Nederland
sche Gedachten" worden itoegeztegd: Reigië's
schuld en boete; (De Afrikaanderopstand:
Over den plicht -tot opstand in Nederland
schen zin; De (verkwanselde ©er.
Sport.
Voetbal'.
Ned. Voetbalbond.
Uit het 'programlmA der morgen te spelen
wedstrijden in de Westelijkte afdeelingj:
Eerste klasse.
Haag: IF. V. V.—EL F. C.
Haarlem: 'HaarlemSparta.
Utrecht: jU. V, V.Hercules.
Rotterdam': Vu O. C.— If. B|. S.
Tweede* klasse "A.
Dordrecht: Dordrecht—-R. F. C.
Delft: Concordia—Unitas.
Schiedam: S. V. V.Neptunus.
Derde klasse A.
Rotterdam: Groen WitFortuna.
Feyenoford—Leonidas.
Derde klasse iB|
Rotterdam: C. V. V.Lycurgus-
Reserve tweede kl.as.s.e A.
Haag: D.. V. V. IIXerxes II.
Rotterdam: Sparta IH—Concordia II.
D. V. S. II—Hermes II.
STADSNIEUWS.
Gemeenteraadistnkken.
Herziening
Politie-tractementen.
Bij het inkomen ,van het verzoek der
hoofetgenten van Politie |om salarisverbe
tering in Uw vergadering van 21. December
1.1. werd door den Voorzitter toegezegd, dat
hij ,het pian tot reorganisatie ,van de Po
litie in ons College zou ter sprake bron
gen. tl i I j"'i
Dit is geschied, en heeft geleid tot voor-
stellen die U hierbij worden aangeboden.
Gelijk door den (Voorzitter reeds werd
medegedeeld, bestaat het ,plon uit twee.
deelen, n.1.i i 1 jl)
uitbreiding van het aantal agenten er'
herziening der tractementen yan het
litiecorps.-
Aanvangende met het -tweede deel', moet
worden toegestemd, dat linderiaad dé "trac
tementen verbetering behoeven. -
Door den Burgemeester -is nu het volgen4-
de voorgesteld, waarmede -wij ons ver-^ .y'S'
if.
©enigen.
J^if v1-
*f*, v sj;,^ w**f v -^-r7~» ^-t-wr-
Ifö
s>*
g&f»v S
Generaal,
tk
I
m
ver-i
-.te
y.