Vrijdag 17 Mei 1111 7J8{° Jaargang. Ko. 15753 Intercomm. Telefoon No. 103. §3 Hinderwet. BUITMLAm Tan de Fronten. BUREAU: LANGE HAVEN 141 (HOEK KORTE HAVEN). Engeland. Bnsland. Einland. Zwitserland. Italië. FranB:?yk. Kaar den vrede. Deze courant vorsetujnt dagelijks, ract uit zondering van Zon- cn Feestdagen. Prijs per kwartaal, met inliegrip van 5cta. incassükostou: I 1-30; franco per post f 1.T5. l'r(js per week10 cents. Afzonderlijke nummer 3 cents. Abonnomonten worden dagelijks aangenomen. Advcrtonticn voor het eerstvolgend num mer moeten vóór twaalf uur aan hot Bureau bezorgd zijn. Een bepaalde plaats van advertcntiên wordt niet gewaarborgd. SCHIEDAMSCHE aunt - Bij of kraclitons wetten of verordenin gen voorgeschreven en andere officieele af- en aankondigingen en konnis- gevingen van hot Gemeentebestuur. Het kohier van de Peisonecle Belasting No. 'II dezer gemeente, over het belasting jaar 1918, door den heer directeur der di recte belastingen te Rotterdam op den 15on Mei 1918 executoir verklaard, is op heden aan den ontvanger der directe belastingen alhier, ter invordering overgemaakt. Voorts wordt bij deze herinnerd, dat een ieder verplicht is, zijnen aanslag op den bij de wet bepaalden voet te voldoen, alsmede dat heden de termijn van zes weken ingaat, binnen welke bezwaarschriften tegen eenen aanslag, op genoemd kohier vooi komende, beboeren te worden ingediend. Schiedam, 17 Mei 4918. De kohieren van de Pcrsoneeie Belasting no. 9 en no. 12 dezer gemeente, over het belastingjaar 1918, door den heer directeur der directe belastingen te Rotterdam op den lCen Mei 1918 executoir verklaard, zijn op heden aan den ontvanger der diieeto belas tingen alhier, ter invordering overgemaakt. Voorts wordt bij deze herinnerd, d <t een ieder verplicht is, zijnen aanslag op dpn bij de wet bepaalden voet te voldoen, alsmede dat heden de termijn van zes w. ken ingaat, binnen welke bezwaarsehrdtdh tegen eenen aanslag, op genoemde kohieren voorkomende behooren te worden ingediend, Bij besluit van Burgemeester cn Wet houders van 16 Mei 1918 is aan E. D. Ulli- BELER, peileend verleend tot het oprichten vau een parfumerie!,tbi iek in de panden Korte Haven No. 15 cn 17, kada-.ter Sectie C, dos. 1052 en 1053. Schiedam, 17 Mei 1918. 478,52 De toestand blijft voorlopig nog maar on veranderd; het wachtwoord blijft: afwach ten. Mogen enkele berichten zoo nu en dan het bewijs leveren, dat -wel met meer ernst getast en gespied wordt, zoowel langs den grond als uit de lucht, van oen gr„oten op zet, die toch wel reeds vrij nabij zal zijn, zijn nog geen berichteny behoudens dan do fantasiën, die zijn opgebouwd op zeer onvas- ten bodem. Engelsch legerbericht. Onze troepen voerden een nuclitelijken overval uit nabij Gravelle en maakten oemge gevangenen. Behalve wederzijdsche artilkn 10- actie op verschillende punten van het front, vooral in de dalen van Sornrne en Ancro, ten 0. van Atrecht en op het noordelijk front, niets bijzonders. Avondcommuniqué van Huig. Behalve <te wederzijdsche artillerie actie, in het bijzonder aan het front ten N. der Leie valt niets van bijzonder belang te melden. Franseh legerbericht. Artilleriestrjjd in den sector Haillts-Cas- tel. Een vijandelijke overval ten oosten ran Montdidier mislukte in ons vuur. Onze pa trouilles ageerend ten noorden van de A ilette maakten gevangene. Overigens niets te melden. Duitsch legerbericht. Geen nieuws. Roman uit liet laatst dejr 16o eeuw, naar het D.ejenscb van '.VILHELM «STERGAARD. 10) „Tast toe, vrienden I" sprak Steen Bille, terwijl hij zelf he,fc zoutvat naar zich toe trok, dat ïnfdden op tafiet stond. „Tycho 'zal het. ons njjet kwalijk ne,nion, duf we den maaltijd iiRe-t .vertragen om hem." „Hij laat kalm op ztiph wachten," mom pelde Tiige. Krabbe, half spottende. „Ver tel eeps er-en, .vriendlief, do'e.t zich dat nu, mdertjn (dafg weer opnjeuw vopr, dat Tycho make Gód's k.eejrlijke 'gaven verzuimt, o,m zich t dèn jlijd Lq yjcjCdrijven; Piet smeltkroe zen "ton ovKins?'' 1 j,Sinds Ihij teriug .is van zijn laatste groote (reis, is hij steeds vervuld geweest vain de alchymistische kunst," knikte) Steen Ei'fe. .„Toen zijn yald'cté gestorven, was ua't is nu, een jaaid geileden, verhuisde Tycho maar „Ilcerflifwad'o" en ik liet hem een kamei; inrichten, iwaa.r hij zijn astro nomisch© (werkte igon kon Ip'lciatsen, .die hij/meegeRracht heeft; |en een andere kamer .voor .zijn smeltkroezen ,eu latdipen en ovens en ilder _slijt hij dan. ook luit grooIs to deel Xhn den dag, ijaj zelfs van, 'dein' nacht" „Mijn. hkoeoj schijnt fliaasf niet meter te weten nvat .een edelman, betaamt I" riep Steen BraSi©, terwijl hij met grimmig go iaat idh iandent zetf.1© in écu stuk! rbehout, dalt Ihij jtussohen d'o, vingert hield. „Het Ï3 nu heel goed' en. waf, c'm Lafijnsclu ■^£5 üe koning van Beieren aan het front He koning van Beieren, die een bezoek brengt aan bet Westebjk front, hm ft, naar VVo.tf s -int, e-m toespraak gehouden tot de Beieiscbe regimenten, die aan den strijd om den Kernmei deelnamen. Groote hulde bracht de koning aan de troepen voor hun verrich tingen in den laattten tijd. Wij allen, zeide bij verder, verlangen naar het vaderland te kunnen terugkoeren, maar we zullen vooi t- stnj len tot de vijand tot don vrede geneigd is. O o s t e n r ij k s c h legerbericht. TiiR:-ch' n de Brentaende Pi ave w. rden vers,heiden aanvallen van ItaliaanRche ver kenners afgeslagen. Op den Monte Asolone en den Monte Persica kwam het daarbij tot gevechten van man tegen man. Aanvallen op Po 1 a. 2 officieren cn tv. ee manschappen van de iLaidiansche maiine drongen in den moigen can 14 Mei de haven van Pula ;binnen en torpedeerden daar een giooten kruiser. Den- zelfden morgen deden Italiaansche luchtes kaders aanvallen op Pola. Zij schoten drie vijandelijke vliegtuigen neer en keerden on gedeerd terug. Turksch legerbericht aan het Palestina front. Toenemende plaatselijke actie van vlieg tuigen en artilleiie. Bij Medy del Aba na men we in een stormaanval ten vooruitge schoven vijandelijke stelling. Verkennings- patiouilles die oostelijk van den Jordaan opt ukten werden teruggeslagen. Aanvallen van rebellen op Maan en den Hedjasspoorweg worden overal afgeslagen. In Irak bezetten we Hanzugdadie f?) aan de Euphraat. Niets bijzonders aan de overige fronten. Een verklaring van Balfour. Bij het indienen eemr motie tot verdaging stelde Runciman in het Lagrnhnis aan Bal fmir de viaag, of de brief' van keizer Karl, toen deze weid medegedeeld aan de Fiansehe regeeiing en door dern aan den Rutschen minister, daarvan ook kennis weid pegoven aan één der andere geallieetden. Was de Am-u ikaanscho regeering op de hoogte van hetgeen geschiedde? Lichtte de eerste mi nister hei ministerie van buitenlandscho za ken destijds in over het feit, dat hij d;emede- deeling had ontvangen? Waarom worden de onderhandelingen afgebroken? Was het om redenen van zuiver territorialen aard? Was het, omdat Frankiijk eisehen stelde, niet alleen betreffende Elzas-Lotharingen, maar ook in betrekking tot uen vioegeren toestand van 1814 of zelfs 1790? in zijn antwoord verklaarde Balfour, dat deze kwestie, zoowel in binnen- als buiten land gtoote belangstelling wekken. „Wij hebben echter nooit besprekingen van dien aard aangeknoopt, noen deze af gebroken wanneer zij door anderen werden geuenselit. Indien een verfegenwoord;ger van eenig oorlogvoerend land ons in ernst voorstallen wenscht te doen, zijn wij bereid, daarnaar te luisteren. Natuurlijk zullen wij ze niet behandelen zonder voorkennis onzer bor.dgenooten. ,.De brief, die de algemeene aandacht getrokken beeft, was c-ea particulier scltiij v n van ke zer Katl aan een bloedverwant, iat door dien bloedverwant aan den Fran- ml'en president en den Fransehen eersten minister werd ondei handigd onder het ze gel d-w meest stipte geheimhouding cn zon der vergunning om daaivan mededeeling te doen aan iemand anders eian aan den eer sten minister en den koning van Engeland, zelfs aan het 1- abinct van den eersten minis ter. O mier deze voorwaarde werd de brief aan eleu Franschen earsten minister mede gedeeld. „Ik was in Amerika ten tijde der bespre kingen en toen ik terugkeerde, verdiepte ik mij daarin niet zoozeer als ik hzJ moeten doen. Runciman heeft naar de reden gevraagd, waarom deze onderhandelingen werden op- vciffzen itd dichten len atein loo,p valn do storten fgrJdc to «laan cn zich in d'o ztvvurta kunst Ito veldiepen, feCls men slechts d'it allen (Leoefonit als (liefhebberij cn tijdver drijf; alSjUien er zich op wierpjt alsof heit jeon ,midd5l Van, heslaan, mooi zijn, elan tdoeit m,c,0 op dief manicfd rijn sla.ud to Ikort eji wolrdt door zijn gcjUjktln valn gebootee Vcirafcht." f „Neen, houd nu op, dat moet je Tycho niet ten laste leggen I" Steen DiLTo sloeg met do gebalde vuisten op tafel. „Naast mijn goeden vriend, Jorgon BrahC, die nu zalig is in God, heb ik mijn neef gesteund in zijn veilangen, om te. herei ken, wat zijn hartewenscli was; oir ik geloof, djat iic' daar good, aan. gedaan luob. Heeft men een aanlog al» Tycho, dan moet men zich vrij kunnutvfc ontwikkelen. Toen hij terugkwam van zijn eerste reis, 'hij was toen nauwelijks acht Lien jaren had hij die vriendschap gewonnen van beroem de mannen. Hij bad den afstand loeren me ten tusschicn de hemellichamen, die pla neten of vaste sternen hoeten, met do ge brekkige instruimcnlen, waarvan hij zich bedienen moest. Hij leidde de 'weorsgc- steld'hfcid af uit de maajosvc-rduistexing, die we in Liet jaar 1564 hadden, en ook trok hij don horoscoop voor zijn geleerden vriend en kameraad Casper Peucer.Maar hop trad jullie hom tegemoet, geliefde fami lieleden'? IIoo hield jij je tegenover hem, Steen? Rn jij, 'Axel?-Je goede Oom .lorgen was nauwelijks dood, of je i'eedt al wat in jo vernrogen was om je vader mijn zwager Otto tegen zijn zoon in het ha.rnas Lev jagen. ,Tc zaagt met minachting neer op zijn gelomdheid. Jlaar toen ging gegeven en of dit geschiedde, omdat de Eransche regeering, niet tevreden-met den terugkeer van het Elzas-Lotharingen van 1S70 te oischcn, bovendien het andere ge bied wilde hebben, in 1790 en 1814 aan Elzas-Lotharingen toegevoegd. Natuurlijk doelde Runciman op het bezoek van Dou- rnorgue aan den tsaar in hot voorjaar van 1917. Er is geen kwestie van, dat deze ver- groote Elzas een oorlogsdoel der Alliantie is. Doumergué's onderhoud met den tsaar leerden wij pas veel later kennen. Het had geen internationaal karakter. Het bondons niet en de regeering verleende zoo'n actie nooit de minste aanmoediging. Het is geen onderwerp, dat we ooit ernstig .overwogen zouden hebben en hij gelooft niet, dat het oodt voor een pooa een vast bestanddeel van de buitenlandsche politiek van ccnigc Fransche regeering heeft uitgemaakt. Outhwitle zeide: Het punt, waaromtrent inlichtingen zijn gevraagd, is niet dit ver drag, doch do verklaring in do pers, dat Poincaré den wenk van keizer Karl heeft beantwoord met den eisch nopens een ver dere uitbreiding van het grondgebied (dat zou worden afgestaan). IBalfour antwoordde: Deze besprekingen werden niet onderbroken door zulk een eisch. Wellicht zullen wij nimmer te weten komen door welke beweegredenen Cernin, keizer Karei cn de Duitsche keizer wer den aangespoord. Balfour was geneigd te denken, dat dit een deel was van het vredesoffensief, waarbij door oen dor par tijen vredesvoorstellen werden ingeleid, die den vrede niet wenschte, doch de tegen standers wenschte to verdeelen. Als wij zoo cynisch met het volk waren omgesprongen, als do middelrijken doen, had er bijna zeker een soort tegenaanval moeten loskomen, en de' tegenaanval van Clemcnceau schijnt volkomen doeltreffend te zijn geweest. Hij zette op de duidelijkste manier de drijfveeren uiteen, waardoor de diplomatie der middelrijken werd geleid. Balfour gelooft, dat geen poging der cen- tralen ooit in het belang van den vrede is gedaan, maar altijd met het doel. de ge allieerden te splitsen. Er was geen bewijs, nu of te ceniger tijd, dat de Duitsche regeeringskringen de mogelijkheid in do oogen zagen van het geen wij als een billijken vrede zouden be schouwen, een vrede, die de vrijheid zou verzekeren van de wereld en van hen, die met een Duitsche averheersching wor den bedreigd. Do kwestie was door de Fransche Kamercommissie onderzocht en zonder twijfel met een kennis van feiten, op nauwkeuriger vrij ze dan hij het Huis kon mededeelcn. GroobBritannic heeft geen instelling van den aard der Fransche Kamei- commissie. De Franschen bezitten deze en hebben er vrijelijk gebruik van gemaakt. Do conclusie, waartoe zij is gekomen, was dat de brief van keizer Karl geen voldoen den bevredigenden grondslag bood. voor een eervollen vrede. Maghij zeggen, dat het oordeel door andere motieven dan de on partijdige overweging van historische fei ten was ingegeven? Indien de leden dei commissies vooroordcelen hebben gehad, zoo zijn deze stellig ten gunste van den vrede geweest, die hun Elzas-Lotharingen zou teruggeven, daar de wenk was ge geven, dat keizer Karl oen voorstel had gedaan, hetwelk hij later Duilscliland zou kunnen opdringen, waarbij de oorlog tot een einde zou komen en Frankrijk aan- <q raak op Elzas-Lotharingen zou kunnen maken. Indien er eenige mogelijkheid had bestaan dat het voorstel inderdaad de zaden vcor een eervoilen vrede bevatte, zou het dan niet natuurlijk zijn geweest dat de Fransche Kamercommissie er haar leedwe zen over zou hebben uitgesproken dat de Fransche regeering of de minister-president de gelegenheid had te niet gedaan? Bij al deze voorvallen kunnen wij niet worden beschuldigd van zelftuchtige overweging te d er zake. "Er is niemand, die sterker dan de Briisehe regeering wenscht orn den oor log tot een eervol einde te brengenwan neer ons een of andere methode wordt ge toond, waarop dit kan geschieden, zal deze natuurlijk worden aanv: ard. Doch wij strij den als één mogendheid U- r idden van tai- i ij ke bondgenooten tegen d>. ïmddelrijken, du voor zoover ik kan opmak-m, op geen enkel tijdstip en thans mindei 'Hm ooit het geringsie voornemen hebben om nam recht matiger: wenschen tegemoet te komen, waar mede het geheele Huis en het c eele land volkomen instemmen. Deze grome doeleinden van ons kunnen slechts worden bereikt door een volkomen rechtschapenheid tusschen de bondgenooten onderling (toejuichingen). Spoorwegverbinding K ai ro—Pa 1 es tina. Bij Kantara is de draaibrug over het Suez- kanaat voltooid. De rechtstreeksche spoorweg dienst van K liro naar Palestina is geopend Geen strjjd tirsschen Bolsjewiki en anarchisten. De „Nordd. Aiig. Ztg." geeft, naar Wolff meldt, een tegenspraak van het Reuterberieht omtrent de hardnekkige gevechten tusschen de Bolsjewiki en de anarchisten. Het blad vei neemt van bevoegde zijde uit Moskou, dat het bericht geheel onjuist is. In Moskou heerscht volkomen rust. De toestand. Naar de „Berl. Tul." uit Helsingfors ver neemt, hebben de Russische autoriteiten be slag gelegd op den Finschen spoorweg van Volkeastade naar Petersburg, waarna het Finsche spoorwegpersoneel naar Finland vluchtte. De Finsche vestingen aan de Finsche Golf ten O. van Wiboig, zullen door de Russen ontruimd worden. Wolff seint het een en ander omtrent de economische onderhandelingen tusschen Zwitserland «n Duitschland gevoerd. Toen deze op het punt stonden afgesloten te wor den, kwam het Fransche kolenaanbod en het geheele, reeds aanvaarde verdrag, viel in duigen. Yolgens de Entente is dit een geluk voor Zwitserland, daar dit anders econo misch geheel aan Duitsshland zou zijn over geleverd. De Duitsche lezing nu zegt, dat de Fransche regeering gedreigd hoeft met de in werking stelling van den economischen oor'og der Gealiieerden tegen Zwitserland, indien dit de voorgestelde Duitsche overeen komst aanvaardde. Met het oog op de onaf zienbare gevolgen van zulk een handelsoor log vroeg Zwitserland een bedenktijd tot 22 Mei. Van nu af aan, seint Wolff, bestaat ar dus een verdraglooze toestand tusscoen Zwitserland en Duitschland, voor welks ge volgen laatstgenoemd land alle verantwoor delijkheid afwijst. Het Italiaansche mi mi ster ie. Bg besluit van gisteren zijn de ontslag aanvragen van den den mini.-ter van mu nitie Daliolio en van' den minister van transporten Bianchi aangenomen. De senator Villa is benoemd tot minister van transporten en de minister van oorlog Zubelli aanvaardt sd interim het ministerie van munitie. Het aftreden der ministers Bianchi en Daii' Olio. Naar aanleiding van het aftreden der mi nisters Bianchi en Dill' Olio deelt een nota van het Stefani-Agentsehap mede, daleeibt- genoemde re^ls vroeger rijn ontslag bad gevraagd en slechts op aandringen van mi nister-president Grlasdo en met het oog op de moeilijke omstandigheden, w vm het land destijds verkeerde, op zijn p'-.••ma terug gekomen. Ditmaal echter blei dharden bij zij li ontslagaanvraag. In één der laatste zittingen *,.u de Ita- Stóen Bille er zich eens .moé homooien; herinner jullie je nog wel? Tycho was thuisgekomen, o vei laden niet eer en de hofmeester," dien hij meegenomen had op reis, oazo goede Anders Sorcnsön_ Vedel, sprak' vol lof van hom, dat hij zich ge toond liad: de geleerdste onder de ede len on de edelste onder do geleerden. Maar jullie maakten het 'hem zóó bont, dut hij heel gauw alweer den vreemde introk. In "Wittenberg, Rostock' 'en Augsburg be oefende hij zijn! 'kunst en zoozeer stond hij algemeen in eer en aanzien, dat je geringschatting hem. niet deren kon, Steen Brahel" De hoer Steen dronk' een vervaarlijke teug uit zijn beker, of hij daarmeezijn ergernis 'en zijn drift jvddG wegspoelen. Steen Brahe zette een spo tachtig gezicht en. terwijl hij een nieuw, stuk vlecsch legde op zijn snede brood, en dit met zijn mc9 in kleine stukjes begon te snijden, her nam hij „Maar hoe vindt u dan, dat het toegaat op Knndstrup Als ik daar niet al den tijd doorbracht, dien ik' vrij heb, in dienst,van den Koning, dan zou mijn broer do plaats geheel verwaarloozen, dio vader ons nage laten heeft. Nooit ziet meuj hom! ia üe stal len of op de volden; maar het gehoelo be drijf laat hij over aan, zijn rentmeester. Meent u, dat dit dan zoo behoort, voor oen adellijk heer?" „Tydho is oen geleerde en hij wijdt zich geheel' cn al aan zij'n kunst," 'antwoordde Steen Bille. „Niemand, kan' twee hoeren dienen. Maar overigens weet ik, dat hij een goed hm3h'oudkwi$£Q is, |die nieta ver- Prijs dsr Adverte ntiïnvan 15 regal a f 1.30; iedera regel meer 25 cents. Keolaraes 50 cents per regel. Adrertentiën en Reclames in het Zaterdagarondnnmmer mat 10 verhooging. Incassokosten 5 cents; postkwitanties 10 oente. Tarieven van advertentièn bij abonnement i§n aan het Bureau verkrffgbaar. Dagelijks worden Kleine Adverbntidn op genomen a 40 cents per advertentie van hoogstens 30 woorden; ieder woord meer ï'tj cent, vooruitbetaling aan het Bureau te ïold odB. liaansche Kamer werd besloten ov8rtegaan tot een herziening van de administratieve organisatie van het minister, e van wapens en munitie. Daar generaal Ball' Olio wenschte, dat deze herziening zou plaats hebben zon der eenige consideratie voor zijn persoon en hij bovendien gaarne weder ia actieven dienst wilde treden, diende hjj zjjn ontslag in. Er zal hem nu ter erkenning van zijn groote verdienste een hoog commando worden ge geven bij het wapen, waartoe hjj behoort. Luchtaanvallen op Par ij s. Woensdagavond van 4042 uur was Parijs gealarmeerd voor een dreigenden luchtaan val; het alarm werd herhaald van ongeveer twee uur tot half drie 's nachts. De „Bonnet Rouge". In de zaak tegen de „Bonnet Rouge" werden de volgende vonnissen geveld: Duval werd ter dood veroordeeld, Landau en Goldsky tot 8 jaar, Joucla tot 5 jaar gevangenisstraf met dwangarbeid en degra datie, Leymarie tot 2 jaar gevangenisstraf en 5000 frs. boete, Vercasson tot 2 jaar dwangarbeid met 5000 frs, boete. De zitting werd heropend te midden van een absolute stilte. Kolonel Voyer las het vonnis, volgens de wet buiten "tegenwoor digheid van de beklaagden. Het publiek ontving de vonnissen zonder dat eenige be- toogitig plaats greep. In de wandelgangen vormden zich menschengroepen, die het vonnis bespraken. Op een steenen bank in de vestibule werden twee weenende vrou wen omringd door een aantal nieuwsgierigen. Het waren mevr. Goldsky en mevr. Duval. De laatste, die bjjna in onmacht viel, ver wijderde zich, ondersteund door een vriendin. Eeu eigenaardig document is de rede, welke Lord Courtney eergisteren in vredes- debat uitgesproken zou hebben, indien hij er bij tegenwoordig had kunnen zijn. Nu doet die onuitgesproken rede, zooals wij reeds schreven, na het plotselinge overlijden van den staatsman, aan als een politiek testament Lord Courtny stelt zich, evenals Lord Landsdowne op het atandpunt, dat de wapens geen beslissing zullen brengen en dat, ten einde het bloedvergieten niet nutteloos tot in het oneindige vaort te zetten, er gespro ken dient te worden.Geen der partijen kan overweldigd worden," schrijft hij. Ook Ber lijn is voor ons onbereikbaar. Mochten wij niet toegeven, wat we allemaal in ons bin nenst voelen, dat noch het gebrek in Duitsch land, noch de groeiende Amerikaansehe hulp haar toppunt zullen bereiken in het terug werpen der Duitschers naar den Rijn?" Die vraag kan men niet ontwijken, meent Lord Courtny en gaat het daarom aan, om elke toenadering als onoprecht, eik aanbod als een valstrik te beschouwen? Gehrig ver ge looft, dat de onderhandsche vredesaanbib- dingen niet wjjs door de verantwoordelijke personen behandeld zijn en raadt de Eugel- sche regeering aan om van de eerste zich weer voordoende gelegenheid een beter ge bruik te maken. Dit verwijt aan de Engel- sclie regeering is te merkwaardiger, daar immers in het Fransche commbsioneele on derzoek van den keizerlijken brief gebleken moet zijn, dat Lloyd George in 1917 wel degelijk geneigd was om op het vredesaan bod in te gaan, doch zich ten slotte door de Fransche en Kaliaansche regeeringen liet ompraten. Lord Courtney gelooft, dat de bewering, als zou Duitschland niet bereid zijn tot een rechtvaardigen vrede door ver zoening, ongerijmd is, daar Engeland er evenmin van zou willen hooren. En hij maakt dan een vergelijking tusschen Duitsch land en Engeland en komt tot de slotsom, dat in beiue landen de 'overeenkomstige klassen, factoren en stroomingen een groote gelijkenis vertoonen „üe sociaal-democraten en onze arbeiderspartij, de nationaal-iiboralen en onze liberale imperialisten, de jonkers en onze stijfkoppige pachters van een traditie kwist met spel of drank. Dat weegt wel weer ruimschools op togen het verzuim waar jij van spreekt 1" „Ze hebben mij verteld," viel Tage Krabbe den ander in <le rede, „dat Tycho Brahc op zijn laatste reis in Zweden in een slad, dio Lauingen hcot, een groet wcnder-goJecule heeft aangetroffen: C-y- prianus Leovilius. Als jc neef waarlijk' een eind op weg is om het groote elixer te vinden, dan is liet nu wel eonigszin.s ver klaarbaar, dat hij vroeg en laat mot vuil gezicht en vuile bandon over zijn smelt kroezen gebogen staat, in plaats van dat hij vroolijkc drinkgelagen houdt mot vrien dan en buren." „Vraagt u er Erik maar cons naar," zei Steon (B|ill© cm knikte boteckenisvol diens kant uit. „Hij weet ook wel wat van de goudmakerskuust en zoo af cu too mag hij Tycho cans behulpzaam ziju iu die-ns alohymistische onderzoekingen." „Hoever donk! jij, Erik", dat miju noef al gevorderd is in hot vinden, van den steen der wijzen, dio de menschen. loeren moet om edele metalen i.n goud te veranderen Cn tegelijk cbn miiddel te weten tegen alle zieken cn kwalen? Dien de lieer Steen 'Dille zóó toesprak, was mog oetu boel jong mansch. Ilij' had schoon©, maar wat ziekelijke trekken en was fijn cn slank gebouwd. Tegenover de praalziieke kleederdracht van de anderen in gebloemd fluweel en zijde van alelrlci kleuren- cn met opgeslagen moüwen, met kostbare steenen en andere kleihoodiën versierd, was hij in donkere sloffen gekleed on leek eer toen annoediig gel eerdé dan ©on prachtlievend edelman. Hij had aaiulachtiig toegeluisterd naar de samen spraak en bij diie vraag van don gastheer keek hij op, terwijl een lichte blos zijn gelaat kleurde. „Daaiom valt het tmij nog niet zoo mak kelijk u do geuenschte inlichtingen te ver strekken, wd ge Lor, ui heer Steen Bille 1" antWLO.dide hij. Zélf ben ik slech's cn be ginneling tin do kunst en Tycho Lhaba is mij zóó Ver vooruit, dat ik mij n'iet graag veroorloovcn zou toen ooideel te vellen over zijn wetk. Alleen dit weet ik, dat de heer Tycho iB'rahe nu liet laatste jaar de atchymio beoefende met den zelf- den lust en ijver, waarmee hij liet eerst ondernomen had, om den loop der ster ren langs de hemelbaan gade te slaan; en, als zulk teen! verlichte en scherp!in nige geest daar al zijn kracht aan wijdt, dan zal dit toch wel een vruchtbare kunst wezen, die niet achterstaat bi] de schoono astronomie I" „Maar gij hebt hem toch af en toe de hand gereikt in. liet laboratorium?" her vatte Tage Krabbé. „Weet gij dan niet wat er gekomen is Van die mc'ngingen van vochten en metalen?. Gij en Jonk'viouwe Sophie waart er bij tegenwoordig, en, naar men zegt, móet 'd'o zuster van don heer Tycho em "wonder v«n verstand en gdeetd- heid wezen. Hoo denkt zij dan overden vooruit gang, dien gij maakt in de edele goudmakers kunst (TFordf vervolgd^

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Schiedamsche Courant | 1918 | | pagina 1