Schiedamsche Courant.
tweede blad
De groene oogen.
?hef^"l0edSP(>Or la^sdestmito; gÏÏ£;^ =oL;"i ?T;; 4
DE STERRENHEMEL IN NOVEMBER.
Zaterdag 3 November 1923, No. 17424
Gemengd Nieuws.
Een spoorwagen van staal,
{Tn dit oogenblik staat o*p het Stations-
-,Z te Haarlem voor de fabriek van de j
F-ma Beynes een personenwagen gereed,
O® hi het groote spoorverkeer opgenomen
tem?^|zondere van dezen wagjea is wel,
i,et geraamte geheel van staal is op-
Mvel behalve de vloer Dit zou to
tflttd ziin. Man heeft m A-mensa een
nmef genomen met ijzeren wagens voor
in van ijzeren vloeren, doch deze waren
fa den winter met geen mogelijkheid
warm te krijgen, zoodat de Yankees aan-
houdend over koude u-eten kla^gjcteii. I
Tfe Prak men daar met dit stelsel. In
lffllaê ging het beter met deze vloeren.
noch -om weer op. onzen wagen terug
te bomen. Hij is van het type dat eerlang
fa gebruik zal worden genomen voor het
dectrisöh verkeer tusschen Leiden en Don
Haan waarvoor vijf van dit soort worden
verrnrdigd. 'Ook begint de firma Beynes
aan de vervaardiging van 18 van deze
wagens, b'es'emd voor de lijn Weltevreden
-Tandjong Priok.
éoewel eenvoudig afgewerkt, is de va-
oen zeer sierlijk. Doch hij is vooral ge-
neflijk bevat twee W. C.'s en genummer-1
de plaatsen, In elk compartiment hangt I
een hierop co-rrespond-eerend nummer- j Die maand November leent zioh' in het
plaatje voorzien van de woorden „beaat, I algemeen minder voor het waarnemen van
vrj". Tusschen de banken is 'een klap-1 de sterren dan September en October. Wel
tafeltje aangebracht, dat YanzeV veerend 1 valt de avond al heel vroeg. Het bestendige
omhoog vliegt als men het even oplilt. 1 herfstweer is echter nu in den 'regel1 ver.
Verder'zijn er een ruim geheel afgesloten J dwenen. Db herfststormen doen zich gelden,
voor- en dito acbtorbalcon, bevindt^ zich en de diepe Oceanische depressies, die dezid
•elcctiisch. licht in den wagen en is de I stormen veroorzaken, hebben de neiging,
vloer bedekt met a* violin, vervaardigd j niet over ons land te trekken, doch Neder-
door een voormalige Duitschc springstof I land en Beigie rechts te laten liggen. Waar-
lenfabdek. Het practlsche goedje ziet er van het gevolg is, dat de „afbuiffng" mm-
precies mit als linoleum, doch is oneindig I dek karasterestiek plaats vindt, dan waa-
sterker. Op een tentoonstelling was- dejneeri de depressies over ons land gaan
machinekamer voor de eene helft bedekt I vieir dagen achtereen kan de luclht he
me t •linoleum en de andere helft met I wolkl zijm. Ein komt einjd.elijk aan de période
violin. Er was een zeer druk bezoek. Toen j van regen en wind een eind, nadert het
het linoleum reeds zoo gjoed. als totaal j barometrisch hoog, en voorspellen de „pro-
veisleten was, bleek het violin nog vol-1 fessionsls" en de „-amateurs" onder weer
komen g|aaf. j profeten, dat het goede weer nu komen
De wagen bezit vier ineen]oopèndc J gaat, dankomen wij van tegen in den
compartmienten, elk met 16 ruime zit-1mist. Alleen als de winter vroeg be.
plaatsen en is doorzien van een nieuw Jgmt, ©n een Baltiscihe luchtsitr-oom de tern-
->
i mebaran
jk i< -o
ljjks in beroering wordt gebracht dool" het
avondwindje. i
D|aar is alles grootsch. Daar heerscht,
met haar duizend onbekende geluiden de
eenzaamheid, den geest met 'n onuitspre
kelijke melancholie bedwelmend, i
Van |de hoogten, der zilverachtige blaren
der populieren, uit de holen der rotseiy
uit jde golven van 't meer, schijnen db
onzichtbare geesten der natuur tof otis
te spreken en ,'n broeder te herkennen in
den onstertelijken geest van den mensch.
Als go mij ziet, bij 't knoken van dep
dag, mijn handboog nemen en me begeven
in de richting van 't gebergte, denk ik nim
mer aan jacht pp wild; neen, ik zet me
neder bij de fontein en zoek in haar wa
terWat? ik kan 't niet zeggen, In waan!
Dien dag, waarop ik aan haar voorbij ben,
gekomen, gezeten op „Éclair", heb ik ge
meend, in JxaaT diepte iets vreemds te zien
schittereniets zeer vreemds.de oogen
eener vrouw.
Misschien, was 't 'n zonnestraal, die oveli
haar sehuimi vluchtig heen dartelde. Mis
schien een dier bloemen, die drijven te
midden van 'L wier, geboren in haar schoot,
waarvan de kelken pp smaragden gelij
ken ik weet 't niet; ik meende 'n blik;
ta ontwaren, die zich hechtte aan denl
mijne, een blik, die in mijn ziel 'n begeeiréni
wekte, zot, onuitvoerbaar, 'n begeeiren onj
'n vrouw te mogen ontmoeten met derge
lijke oogen.
Ik zoek ze sedert, op die plek, dagert
en dagen
Op *n avond misschien was ik de speel
bal van 'n droom'. maar neen, het was
de waarheid; want ik heb met haar ge
sproken, verschillende malen, zooals ild
nu met u spreek, gp dit oogenblikop
'n avond heb ik haar, gezeten op mijn.
tyfpb rioerrorwarming; zonder directen j peraturen van Rusland naar onze lage I althans) te zien (in het N.Wt)
15 Pegasus; 20 Waterman; IS
Ltolfijn; 12 =^Zwaan;.17 Cepheus; 11 j plaats en gekleed, in 'n tuniek, dic/afhingj
JE? -~Vflvrwi Nle.no Beer. j 0p jlet water, gezien, 'n vrouw van,
.Hjercujus, m het N.Wj. is nog slechts ge-jzoo groote schoonheid ontnfoet, dat zij
deeltehjfc te zien. Fomalhaut in het Z.Wty|aHe beschrijving te boven gaat; haar ha-,
(Zujd. Visch) is reeds ondergegaan. KjL ren schenen van goud, haar wimpers Lin-
Miond zal Weldra in het D.P.O. hoven de telde als zonnestralen; onder haar oog-,
nevelen verrijzen. Etidanus, het groote win- j haren bewogen zich onruslig-.de oogen,
tersterrebeeld, is weldra reeds geheel té I i:'ie He Nad aanschouwdja, de oogen
zien; Orion de mooie strregroep- fconrt}"^ dia vreuw waren inderdaad de oogénj
I p., n, nn Jdie m mijn geest gegrift waren, oogen van
,r j'n onbeschrijfelijke kleur, oogen...-..."
Van de planeten het volgende: „Groene oogen!" riep Inigo uit met 'n
Mercurius is den l&don in bovenIuitdrukking van diep ontzet, terwijl hij plok
conjunctie niet de zon, dus Weer (zooals< I seling van zijn tabouïet opstond,
gewoonlijk) onzichtbaar. j Feriianldo, op zijn beurt, keek hem,1 aan,
Venus is avondster geworden. Aan- verrast idoor van hem te. hooren, wat hij
varfcebjfc M deze planeet zich nog moei-1vajl pBn was ie zeggen en vroeg met 'n
lijk van de avondschemering kunnen los- j mengeling van aingsL en vreugde in dij
maken. Aan het eind van de maand is dé I s'"c™
planeet een half uur lang (theoretisch,'"o^eJJ" hernam de jager. „God.be,
drak in de pijp.
landen transporteert, kunnen wij, klapper
tandend, een heel mooien sten-enh'eimel ob-
serveerem, terwijl' die mogelijk eveneens- be-
üit droocf Amerika
IVIaxi: ?JH3o(e JvOTnfc het Leve, alat nifec I wamneeir de eene depressief is uiitge*
afsohaftog van dfe drankgetegenbeden liet j terwijl het inieuwe laag nog een
aantal echtscheidingen zoo- sterk is tciei paar uiten op zich laat wachten (in welk
genomen? jlaa-Lste geval de sterren al te hevig kunnen
Vrouw,Jk d«uk, bes-be, dat dit komt I fonkelenimmer een voorbode van
omdat zooVeel mannen nu uerajelns anders I slecht weer binnen het half etmaal
1 Omstreeks 10 uur (midden November
9 uur, eind November 8 uur) worden de
sterrenbeelden waargenomen zooals op ons
kaartje ik aangegeven. Die getallen duiden
hierbij als volgt de sterrebeelden. aan:
30 Groote Beer (dus laag in het
h'oeti kunnen dan naar hufe
(Nadruk rerbodm).
jjlfet hert vlucht en is gewoïb],!hef S
Tluchtgewond! geen. twijfel mo-gelijk.jf
Onze jonge meester begint zooals aUde- ^i0p1a' -
ï'ffii eindigen gedurende die veertig jaren,. 13?"', - Driehoek ,14 Ram, 13
dat jafe-r ben, heb ik geen beter schotE^anus: o. Walmsch; 16 Vasschen;
gezimmaak bij den heiligen Saturio,
patah-n van Saria, versper hem' den wegj hert toe te staan mij te ontsnappen, hef
ia de richting van die groene eiken, ver-{©eiste, dat door mijn hand vielZie
schrik "de honden, blaas nit alle macht,je 'L nog?Zie je 't nog wel?— Af en
«p te hoottis. Ziet ge niet dat hij zichj| toe kan mien 't nog van hier ontdekken."..;
begeeft in 'cLe richting der fontein van Ala- zijn heenen willen niet meer, het jaagt
mos? Als hij daaraan voorbij gaat, kuh-j minder; laat mij, laat mijlaait mijri
ii6T! we hem als verloren beschouwen! {tengel los of ik sla je omverI Wie weef
De ravijnen van Moneayo herhaalden, inj of ik het nog niet inhaal, vooijdat hef
ho's, het geroep der jachthoorns, bef {bij ld© fontein is? En als hij er komt, danj
geblaf der losgelaten, honden; de kreten;} naar tien. duivel er meel Vooruit, EclairI;
hr'pages weerklonken mlet hernieuwde!vooruit paardI Ah! als je het nog inhaalt;
kracht eh de verschrikte groep mannen,} laat ik met mijn edelsteenen jo-uw hoofd-,
te paarden en honden, alles begaf zich,} stel versieren! Vooruitl" I
mar de plaats, die Inigo, chef der jagers;} Paard en mian joegen voorwaarts als Ta
det markiezen van 'Almenar, aanwees als orkaan. - 1
te .meest'geschikte om het dier in zijn!Inigo volgde beiden met zijn oogen, tot-
l«op fe stuiten. i dat ze in *t geboomte waren verdweueinjJ
Maar alles was tevergeefs. Toen de mleielstj hierop keek hij om' zich heen, allen ble-
®iüge der winidhondièn bij het eiken-} ven even onbewegelijk en ontzet sitaan!
bosch aankwam, schoot 't hert als 'u pijij als hijzelf.
Aja boog door en veMoor zich tusschenj Toen barstte de jager luide uiit:
®t geboomte, waarlangs' een weg voerde} „Hoeren, gij hebt 't gezien, hoe ik ml-ej
'Mar de fontein. i| bijna heb laten dood-en oinider de hoeven)
P-Halt!allen, haltschreeuwde fniga,;| van zijn paard om' hem tegen te houden;
«het is Gods wil, dat 't ontkomt." ïk heb mijn plicht gedaan. Dfe dapper1,
j - Da stoet hield in, de hoorns zwegen stil} heid staat onmachtig tegenover den dui-:
®.te honden, op de stem) der jagers, ver-'} vel. Die jager komt tot hier met zijn boog;
lieten onder gebrom hun spoor. 'j 'L is aan den priester omi te beproeven aan,
••Dp dit oogenblik voegde de held van,{gene zijde^voorbh' te komen met zijn wijk-
A'fe?st, Fernando de A'rgensola, ouidstq} Kvast."
z^in van Almenar, zich bij de groep der,} H.
„Uw gezicht is zeer bleek, ge zijt steeds
"M-t doet gij nu?' riep bij uiit, 't woord j som.ber ien zwijgzaam, wat is u overkol
toNajn opperjager richtend, terwijl toorn}men? Seiderl dien fataJen dag, dat ge bij!
van 'Aiomos waart op jachf
zou men z-eggen dat 'n kwade
- eerste is, dat valt door mijn} heks iels van uw leven uitzuigt, eiken dag*
SS: F.Ü v,e:r!aat nu 't spoor en laak 'tj iets ml©er. Gij rijdt niet meer uit, vooraf-.
j ware mij haar te kennen. Maar mijn oudeksj
Mars zo-eke men :simorgens aan denj'terwijl ze mij verboden ooit naar <le^\
Oostelljken hemel, Waar <fe p-laneet eerst {oord te gaan, hadden mij honderd malen
2, later 2Va uur voor de zon lopkomt. I I gezegd, dal de „vervloekte geest", demon
Jupite r is den 22S'ten in co-njunciirij©f vrouw, die in de wateren woont, oogen;
met de zon, dus niet te zi-en. l
Satnrnus zoeke men morgens in
van die kleur zou bezitten. Ik bezweer u,
omdat ik u zoo 'liefheb, nooit meer tot die
do schemering. Aan het einde der maand ^utea, te Ef
i 3 ,.4 - «dag zal naa!r -wraaik u bereikea en sn zult
is de planeet reeds bijna dne uur,te zien.d&od boeten. d,e misdaad, haaij
Bigizondere opmerkingen
De eerst wnarneembaré "tsterreri zijn (He-
halve die planeet Venus dan)
Capella (in het N.O.,) W-ega (in liet
I wateren te hebben bezoedeld."
,,'Ömjdal ik haar liefheb preveldede
jongeman, treurig glimlachend.
,Ja," veirvolgde de grijsaard, „bij uw
„Als gij 't wahrtik minde u nog
ik zou u minnen even sterk als ik 't in dib
oogenblik doet. Mijn lot is n lief te hehi
ben, zelfs >aan gene zjjde des levens, in
dien daarginds iels zou bestaan!"
Een stem, die denken deed, aan 'n toerc
melodie, liet zich toen vernemen
„Fernando, ik heb u nog meer lief dalnj
gij mij bmnint; ik, die tot 'n simpel steTvea
ling neeridaal. Ik -ben niet 'n vrouw, aan
die der aarde gelijkik ben 'n vrouw uwen
waardig, zoo hoog verbeven boven andere
mannen. Ik leef op idpn bodem dezer wal
teren. Eu als zij, onstoffelijk en trarispa;
rant, versta ik mij met haar geluidenp'
golf ik mede met haar golven. i
Ik straf niet dengene, die 't waagt de|
fontem, waar ik leef, te bezoedelen, inte
gendeel; mijn liefde beloont hem, hem, die)
ontoegankelijk was voor 't bijgeloof van 't
aliedaagsche en in staat majn liefde ta
begrijpen." i
Teiavijl zij aldus sprak, naderde de jon
geman, verloren in de aanbidding van
haai' fantastische schoonheid, en als door
'n onbekende macht aangetrokken meel" on
meet de uiterste punt van de rots.
De vrouw met de groene oogen ver
volgde I
„Aanschouw den dooïziohtigen bodem!
van dit meel", aanschouw zijn planten;
waarvan de groene en zware bladeren in
de diepte zich bewegenZiji zullen ons
'n bed van smaragd en koraal maken, en
ik, ik, ik zal u 'n geluk geven, 'n geluk)
zonder naam, geluk dat ge u in uwe over-
spanningsuren droomdet eu dat niemand u,
kan biedenKom, de koelten van 't
meeT dwalen langs onze hoofden als liefde,
standaards. De golven roepen ons met
haar geheimzinnige stemmen, de wind heft
in de populieren zijn hartstochtelijke hym
nen aan... kom kom...!"
De nacht begon zijn schaduwen uit te zet
ten, de maan weerspiegelde zich in d©
oppeTviakte van 't meer, de nevel steiog,
op 't nachtelijk koeltje en de groene oogen
sohi Iteriien in de duisternis als dwaaUicht-[
jas, die boven vervloekte wateren rond
dansen. i
„Kom1kom...", die woorden klonken
in d,e oorein van Fernando, imaner opnieuw,
hem duizelig makend.
„Kom,...!" eu de geheimzinnige Vrouw,
riep hem naai' den kant van den afgrond,
waai' zij bleef toeven en hem! haar lip
pen scheen te reiken voor 'n kus'n
kus
Fernando deed één schrede naar haar
toenog een Hij voelde, teete eu soe
pele armen zich om zijn hals vereenig-au
en 'n gewaarwording van kou op zijn gloei
ende lippen, 'n kus van sneeuwHij
wankeüidoverloor voet en viel in het
water neer met 'n doffen, somberen smak.
De wateren spatten op in lichtende von
ken en sloten ziah over zijia lichaamj
en haar zilveren kringen verwijdden zioh,
verwijdden zich, tot zij verstierven aan
de overs van de fontein
diep weg in 't bosch? Dterik jij" j gegaan door levendige jachthonden, enfam-
-éV ia<?M maakt op herten, opdat dal iare-gesehal wekt geen echo's m|eér in 'die!
jS1! zullen, opeten?" bekgen.
^■,')vneert,mompelde Inigo zacht, „het isjj Alléén veTvukl van gedachten, die u pij-
om verd-ér te gaan."
v®;rtnrnogelijk, waaromi
nigen, neemt ge eiken mongeri de boog,
r®n- u 'I zoekt gij de dichte plaatsen in 't bosch
agiAtotdat dat voetpad voert naar de fon-1 en blijft gij Baar tot de zon ondergaat.!
'*®SlTah Mamos'de fontein van. Ala-J Wanneer de nacht is gevallen, beert ge
wateren door den geest van 'tjterug naar 't kasteel, bleek, vermoeid' en
Iff© Néfden bewoond; degeen, die waagt ik zoek tevergeefs in uw ïveitasch naar de
k.mu baar riist te storen, betaalt zwaar] buit. WaaJrmee houdt ge ui toch bezig in,
teovermoeid. Het dier heeft reeds haarjdte lange uren, ver van hen, die u zoo,
overschreden, maan gij' zoudt ze:j iie&iebben?"
y>^Tten -overschrijden zonder onge< j Tetewijl Inigo sprak, sneed Fernando, ver-
uzelve te brengen. Wij, jagers,j -djep in zijn gedachten, machinaal mei)
u® koningen van Moneaye, rriaail zijn gToat jachtmes in zijn zetel van ebbem-
- eela s®Natting betalen. Elk, jhout. 1
fTrijd, dat schuilplaats zoekt bij die J Na 'n lange stilte1, alleen anderbrokenj
^mzuimge fautein, - is verloren, wild.".} diode het krassen van 't staal over het
j^yrj^h 'Wildl Ik zon liever het adel-gepolitoerd© hout, riep de jongman, als
rii'iiner ouders willen verliezen,! had hij geen deT gesproken woorden ve-r-
&ï^a ®eI aaT1' Satan, alvorens dat'staan, plotseling nit: - i
W.), en Arcturus (ia het N.W. zeer laag)'-voorvaderen, bij uw vaderen, bij de fra,
Maan bedekking: den 24sten wordt} ''*611 Tau haar, die de hemel als jrouw)
('s mogrerus1) AldebaTan (Stier) 'bedekt. jvooru bestemt; bezweer ik u... -
Vall nde ste.r.r.en: Van den lOen,L 1 mwste °P.,de2f4u^
r, .-.V HI Md lL^fhob? W^et g& waarom ik aistaadi
tot den 17en (Leomden) een secundaire j zou d&en van 1:fefde van mijn vader.
stpoom „lange vaiilondo sterren' ^in tien 1 vaïl |^e bussen van haar, the mtj het leven
14en te ob&erveeren.. i 11 schonk -en van alle teederhedem van allé
Vrouwen dezer aarde? Voor één blik, één,
enkelen blik dier oogenHoe zal ik
Inigo, gij die oud zijl, gij dié Mie holen,}kuimen opgev-en die te zoeken?"
van den Moneayo loent, die de wilde bees-1 Férnando sprak die woorden mét zoo
ten hebt nagejaagd, hebt ge toevallig ooit 1 dj.epe uitdrukking uit, dat de traan aan
een levenid© mouw ontmoet te m-iddeh} hiigo's wimpers zachL afgleed) langs zün)
deziei' rotsen?" 'jwang en hij in diepe smartuitkreet„dat
,n Vrouw!" riep dé jager verihst mt,jde wil des Hemels geschiede!"
teTwijl hij hem vast aankeek.
Ja", vervolgde de jongerhan, ,,mrj rij
iets zeek vreenuds overkomen, iets zeep„Wie zijt ge? Wat is uw vaderland?
VreeanidbJWaar woont gij? 'Allo dagen zoek ik u op
Ik d-ach t 't geheim eeuwig- te kunnen be-{ cn ik zie noch het ros, dat u naar deze
warien, maar 't ,is me niet mogelijk; hetoortlen voert, noch de bedienden, die uw
me helpen om 't gebeun te verjagen, waar
mee zich 'h' wezen omwikkelt, dat vooljl en of ge van edelen bloede zrjt of niet;
mij alléén schijnt te bestaan, daari pie- j adellijk, ik zal de uwe zijn, van u voob
m^nldj haar ként, haar ooit zag en een en-{altijd
k-eie aanwijzing me over haar vermag te| Du zon zonk weg achter de kam dep
geven." j beTgein; schaduwen daalden in lange lij-i
Die 'jager, zonder zijn lippen te ontspan-1 nen langs zijn flanken; de avondwindklaag-
nen, trok zijn schimmel naiderhij en zette)de in de populieren^ bij de fontein en dé
zich naast zijn heer neer, zonder de ver- j nevel, zachtjes opstijgende nit het nreeij
schrikte oogen ook maar één oogenblik van' j omwikkelde de rotsen rondom zijn boorJ
hem af te wenden. -[den.
Die-ze, na 'n korte wijle nagedacht te{ 'Op een dezer rotsen, welke er -uitzag
hebben, vervolgdeJ als zon zij zioli neerstorten in de diep tel
„Sedert den dag dat ik, ondanks uwé deT wateren, zag men den erfgenaam va»!
noodlottige voorspellingen, nadat ik 't. wa- j AJmenar, ^sidderend neergeknield_ aan dé
tet had. oveiigezwommen, iiij de fontein voeten, zijner geheimzinnige geliefde, te-
kwam en op 't hért beslag legde, dat uwe J vergeefs zich inspannend haai* 't geheim
bijgeüoovigheid' had laten pntsnappen, ont-j van baar bestaan te ontlokken,
stond ér dn mijn zié! 'n gfoot begeeren nluüt I Zij was schoon, schoon en bleek als 'n
d© eenzaamheid. beeld van albas t.
Gij kent d-ie plek niet. Stel u voor, deze Eén lok h ariër haren viel langs li aai,
fontein diep in' 'in riots verborgen, waaruit schouders, en gleed wég tusschen dé
ze ontspringt en in fijne druppels afsproeitj plooien vau baar sluier, als 'n zonnestraal)
over groen gebladerte, weelderig bloedende jdie de wolken scheidt en haar oogen,)
planten, die aan den zoom) van haar bed-{van blonde wimpers omkransd, fonkelden!
iriiing grioeién. I als smaragden, in gouden montuur gevat.
Dé Idiruppeüeu schitteren als gouden voït-j Toen Fernando met spreken had opge-
ken, trillen als klanken op 'n instrument; j houden, bewoog zij-de lippen als om! en-ï
zij 'vereenugen zich over 'n gi-oöri tapijt j kol© woorden le zeggen, maar liét wasi
van gïas, zoemen als de bijen, die zullen!slechts 'n zucht, 'n teere en klagend<<
neerstrijken op de bloemen. Zij ijlen overjzuciit als die van 'n lichte golf, in deöj
'n bedding van zalnd, vormen 'n beek;' wind bewogen, die rterift in 't gebladerte*
woistelen met hindernissen, die zich op j „Gij antwoordt mij nieti" vervolgde Feas
liaari weg .voordoen, vallen terug over zich- j nando, zioh in zijn verwachtingen feleur-
zélve, dansen, ontkomen, ijlen vérder, nugesteld voelend. „Wilt ge dat ik zal ge-.
lachend, dan zuchtend, totdat zij zich'veri -looven, heigeen men van u zegt?t
liezen in 'n méér.. Haar val woédt bege-j Spreek tot mij'. Ik wil weten of gij mij lief-f
leid 'doori niet te omschrijven klanken. hebt, ik wil weten, of ik u kan beminnenj
"Weeklachten, woorden, namén, liederen, j of ge 'n vriouw zijlj
ik .weel niet wat ik al niet vernomen heb} „'Of 'n demon? En als ik daL was?...!
tetaüdjden van idit - gérnisch, toen ik, al- Dé jongeman aarzelde een oogenblik, Hel;
leen en vol spanning stil hield op "de rots, {koude zweet brak hem' uit; zijn oogen wet-
aan welkér voet de wateren der geheim- j den heel groot, toen bij; ze hechtte irt
zinnige foniean dartelen, voordat zij'in dén {grootste spanning aan dié der-vrouw, en
vortn' van 'n diep meer zich vers'tillen, geboeid door hun phospbbriseerenden glalus,.
waarivan 't onbewegelijk oppervlak nauwe- i riep bij, bijna zinneloos van hartstocht uit;
Faillissementen.
Uitgesproken:
De .nalatenschap van wijlen mevr. A, M.
'V. Roeson-Vink, in leven modiste, Zand-
voort. Curator: rnr. R. Bouman.
V. Romijn, sïgarenwïnkelier, te Schoten.
Curator: mr, F. 'A. 'Diavidson.
Barend Sibïe, aannemer, Haarlem. Cma-
tor: mr. H. Ph. Visser 'tHooft.
A. v. 'Oostveen, rij wiel handelaar, Zaan
dam. Curator: mr. A. K. Vink.
A. M. \V. Wajnelink, koopman, Heem
stede. Curator: mr. J. Mootenburgh.
H. Martens, houder van een strijkimich-
ting, Wijle aan Zee en Duin. Curator: mr.
Rechber-oomm. iu afie zaken jhr. mr. de
Mareeg van Swindieren.
P. -Dwdser. i
Lute Boelens, koopman, te Musselkanaal
(O.j. Curator: mr. P. A Zeven, te Wilder-
vank.
Jacob Groenwold, zonder beroep, te
Stadskanaal. Curator: mr. P. A. Zeven, ie
WHdervank.''
De Coop. Vereenigingj Helpt Elkander,
gevestigd te Nijkerk. Reehter-comm. jhr.
mr. M. A. de Savornin Lohman; cura
tor: mr. J. W. Gratama.
W. Bakker, Amsterdam. Recliter-comm.
mr. J. G. Meilink; curator: mr. J. F. J. AL
Tielens.
B. A. Djegenkamp, handelaar in granen.
Amsterdam. Rechter-coanmiasaris als vo
ren; curator mr. Th. P. J. Masthbff.
G. Grootiield, koopman in fruit, Hilver
sum. Rechter comm. als voren; durator mr.
G. H. Bak.
W. Koningen, Amsterdam. Reehter-comm.
als voren; curator mr. J. F. "J. M. Tie
lens.
O pgeh even:
Chr. Al, te Laren (N.-H.j.
A. Luijten Heijnen, winkelier, Wo-uw.
Leo Post, Beverwijk.
iW. Eertman, Worm er.
J. Pot, koopman te Goes.
IHi. Wj. van Doom, te Linschoten.
J. UIL Lusters, koopman te Bjuren (G.).
D Cohen,, te Amsterdam.
P. G. F,"Mineur, koopman ie Rotterdam.
J. Stienstra, reiziger, vroeger te Rinsu-
mageest, thans te Leeuwarden.
G. de Linde, instalteur te Leeuwarden.
'A. O. Staps, dansmteester, Alkmaar.
J. W. Bironmébtexg, Ublach over Woirms.
M. van den Berg, winkelier.
A. Blom, weduwe van J. van Rijk, zon
der beroep.
,1. de Jong, houder vau een kantoor van
vaste goederen.
H. B. Schiller, winkelier in melk, boter,
kaas en eieren.
H. R. Stoisb'ergen, koopman.
Vernietigd: 1
G. J. Scholten, koopirian Ede.
G. F. Smits, kleermaker, Tilburg.
III!. G; Gorsten, slager, Tilburg.
A. Af. Faesetf; mianufacturier, Tilburg.
!A.van "Lieshout, landbouwer, Tilburg.-
F.' J. Hl. van Oers, koopmaiu, Tilburg).
Geëindigid:
L. de Graaff, sigiarenwinkelier, en P.
van Gijn, hoopman^ pelden te Rotterdam.
44'.
DEK
,B*>-ib- «m rï q -rvrvrv I 1 a m -rl ,rxr» {trct*n-C(r\r\T,}-1£KO,vf Lmnnnn rrrn Irl onnaf. n x i
-u J -it I vmn w-TTnv l-licvnYi wrvn l'vn'ri Tl- Krivnrrcwnw n
fcA.'j, V; „rp t „t-
i iCl. 11.t_ 1 rlv-^ o rnrrl r\ r-v"l rrrvn Wrv~o rvVsinn-r* ExT-nlfTcitivl'
•.•y—