KINDER BLAD HEI1 KLAVERBLAD. SCHIEDAMSCHE COURANT No. 24. Bijvoegsel van de Schiedamsche Courani van 13 Juni 1925 VAN DE Naar bet Engelseh van L, E. TiDDEMAN. Vrij bewerkt door C. E. DE LILLE IIOGERWAARD. IIOOFD-PITK YlJl. (Slof). Dagen van angst en weken van geduldig wa ken gingen vouT.y, terwijl moeleiv„k.e zo g'n en de bekwaamheid van dok er Lor.met Gath. b'ii'je langzamerhand deden geneden. EiiuU .ijk a lwnesi Jiaar hersenen to riist re komen en kv, am de lude, vriendelijke uitdrukking Veer in hadoogen terug, icru yl zij nu riiet kanji r met een schriilv stem onsann-nhangende woorden sprak, maar sieclits Lu.Aorde van zwak.e. Haar eerste viaag was die, welke haar moeder verwacht had. AVaar is Liesle.h?" vroeg /ij. Na een tijdje, toen CathrieuLie wat sterker be gon te worden, mocht Liesbeth bij haa komen. Deze herkende haar vriendinnetje bijna met, zóó was zij veranderd. Ilaar oogen kken reel groot, haar gezich.je was bleek ei: mager. Al.ta.r haar glimlach was die van Kei oude ('a'br.entje en delwee vriendinnetjes omh dsden elkaar inn g. Wat wat en ze blij en gelukkig. Hand in hand bleei Liesbeth naast het bed zitten, Cathrieritje vroeg zóóveel, dat Liesbeth n et wist, waarop zij het eerst moest antwoorden. Zij vroeg: ,.Ho-e is het mee Diick? Y at voor haar heeft je nieuwe pop?"' enz. enz. Doch na oen poosje prattea de kinderen rustiger. Zij hadden een heel belangrijke zaak te bespro ken, want over een week zou Calhrientje jarig zijn. Dit hield de vriendinnetjes bezig. Dokter Lorimer had gezegd, dat zij dien dag wel een paar kennisjes op visite mocht Lebben als zij zich ten minste niet te veel opwond. Alcvrouw Danvers had het ook goed gevonden en nu was hot nog maar de vraag wie er genoodigd zouden worden. ,.Gtu te beginnen jij natuurlijk", zei Calhrientje, „en dan verder Jo en Dob en Dick er. Oom Cornvallis en juffrouw Armitage ik bedoel Tante Alary. Die heb ik allemaal zelf bedacht, maar Aioeder zegt, dat ik nog iemand vergeten heb. Moeder wil niet zeggen wie. Weet ]ij het?" „Ja", antwoordde Lïcsbe'h, ,.ik geloof wel, dat ik hel weel. Ik denk, dat je moeder Rosa Ne ville bedoelt." Culh'i'-ntje lachte. ,.On/.u", riep zij uit. „Moeder kan onmogelijk tlosa bedoelen, uaut Rosa kan m<> n'e. uibt.ian. Ze Inei mij immer* van den schommel gegooid". lloewvl IIoa lijderis Cuihrientje'a zakte eiken middag 1>,, her pa matje gezeten had. wist deze hier me.s van, want zoodra hair geest weer hel der wn* g. v orden en zij de omstander* begon te lieikeiiiiv j, had dokier Lotitner gezegd, :it zij in den eersten tijil alleen haar vader en moeder niocljl z'en. daar zij zich auchrs licht te veel zou opu luien i-ii li, haar genezing natuurlijk zou tegenhouden. Zo-o kwam hedat zij niet wist, hoe llosa veranderd was en hoe verschillend deze nu over haar dacht. _,.lk v.(-ej zeker, dal Rosa, het heerlijk zou vinden, ,£L zij op je verjaardag mocht komen", lueld Liesbeth vol, „Je zul, er haar een groot plezier mee doen". Op dit oogenLLk kwam mevrouw D invers binnen. „Liesbeth zegt. uat u Rosa Nevilie bedoelt, Aioeder", zei Cathrieritje. ,,Maa'- ik vnd het niets prettig. Kosa heeft een hekel aan me". „Ik geloot niet dat ze nu nog een hekel aan je heclï, lieve kind. 'i Is alleen maar de waag, of jij* haar vergeven hebt en weer goede vrienden met haar wil: worden*! Cathrien'je dacht even na. Daarna zei ze: ,Jk geloof, dat ze mij rxiel inet opzet van den schommel gegooid heelt en ik zou het heerlijk vinden, weer goede vrienden met haar te wooden". „Aia zy weer naar je konxt vragen ze doet dat eikei dag en heeft tijdens je ziekte menigen middag bij ie bed gezeten, zonder dal jij het wist - mag zij even bij je komen. Ek geloof, dat jullie het best samen zult kunnen vinden". Den volgenden dag kwam Rosa. De kleine ziekte stak haar beide handen ids welkom uil en keerde haar haar gezichtje toe voor een kus. „Ik zou graag w.llen. dat je ox> mijn verjaardag kwam'zei Ca'.hrien'je aitei een zwak stemmetje en schitterende oogen Rosa wist, dat zij haar niet mocht opwinden en deed al haar best zich kalm' te houden, maar Calhrientje was zóó veranderd, dat dit tiaar heel veel inspanning kostte. „O, dal meen je niet", riep zij uit. „Je be-

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Schiedamsche Courant | 1925 | | pagina 8