doelt toch niet. dat ik op je verj aars vis te mag komen, terwijl ik zoo led ijk tegen je geweest ben". ,,0, dat is al zoo lang geleden", antwoordde Cathrientje glimlachend. „Maar ik heb je toch van den schommel gegooid". „Bat is ook al zoo lang geleden". Rosa keek Cathrientje verb tasd aan. ..Ik geloof", ze: zij met een door tranen ver- .stikle stem, „dat je mij vergeven hebt". Zij liet zich op den grond zakken en leunde met het hoofd tegen de knieën van het patiëntje, dat zacht over haar blonde haar streek. Deze liefkoozende aanraking werd net afgebroken toen Rosa haar-beroruv in woorden uitdruk'e. r.,lk was bang dat je sterven zon en nooit zou weten, hoe vreesdij k het rnjijf speet. Die andore meisjes dachten, dat ik het inet opzet ge-dam had en ik was zoo bang, dat jij dat ook zou den ken. Maar je moeder" en Liesbeth gelooven' me". „En ik ook", riep Cathrientje vroolijfk n.t. ,Geaf mij een zoen, Rosa. Iloe heerlijk, dat wij nu vriendinnetjes zijn, wij dre.jes jij Lïrsbetli On ik. Trek er je maar niets van aan. wat de an der© meisjes zeggen". „Donk je. Cathrientje", zei de vroeger zoo tro-t- sche Rosa nu nederig. Eindelijk brak Cathrientje's verjmxdag aan en de kleine zitkamer in het huisje vau de familiö Danvers zag er gezellig uit en was gereed om de gasten ie ontvangen. In een leuningstoel zat Cathrientje. naast haar vader. ILij zag er al vee! gezonder en sterker tri', en. was vroolrjk en opgeu ekt. Moeder zat met een kanten kraag op haar donkere japon in blijde af wachting van de dingen, de komen zouden. Haar gelaat werd nog liever, toen Rosa en Liesbeth sa men binnen kwamen, met een cadeautje voor de heldin van den dag in de hand. Na hen kwamen kolonel Corn wallis en zijn vrouw, daarna Jo, Rob en Dick, die wat blij waren, dat ze ook mochten komen, en ei n dg el ijk meneer en mevrouw Jones, die eveneens uitgenood gd werden, omdat ieder een vond, dat zij er ook bij hoorden. Cathrientje zat met ulleriei schatten om zich .heen. Een pop met blauwe oogen staarde haar nieuwe meesteres aan; op een stoel naast haar lagen een boek, een beursje, een doos chocola, een muziek Las oh. een mof en een Lontje, te veel schatten om allemaal te beschrijven. Men zou denken, dat alle geschenken er nu waren, doch niemand kon met Oom Cornwallis wedijveren. Er is niets dat hij zóó graag doet als cadeaux geven en zijn oogen -schitterden ondeugend. Hij kijkt echter niet naar zijn nichtje, doch naar Rosa, d;© een kleur krijgt en erg verlegen wordt „Ik walde je nog wat zeggen, beste meid", be gint hij. ,.Kom eens hier". Rosa treedt naar voren. Zij herinnert zich nog heel goed, wat de kolonel zei. toen hij pas uit Indië teruggekeerd was en hoe boos zij teen was. Zij hoopt dat het nu niet iets dergelijks zal zijn, hoewel zij nu niet boos zou wezen, maar Wel diep beschaamd. De kolonel legt zijn hand op haar schouder en kijkt haar vriendelijk aan. „Een vogeltje heeft mij ingefluisterd dat Rosa Neville heel lief was voor mijn n'chtje, toen deze ziek was", zei hij; „hetzelfde vogeltje dat mij influisterde, dat Cathrientje niet gelukkig was op .school. Maar het heeft me nu verteld, dat er drie vriendinnetjes zijn in plaats van twee. Is dat zoo?" „Ja", viel Cathrientje haar oom in de rede. ..Dat is zoo, Liesbeth, Rosa en ik zijn vrien dinnen. Moeder noemt ons het klaverblad". Oom Cornwallis keek vroolijker dan .ooit. „Dat dacht ik wel", ribp hij mt. ,,llet is een slim vogeltje. En wat denk je. dat het nnj nog meer influisterde? liet vond, dat alles nog nif-E in orde was". „Waarom niet?" vroegen zc alle drie te gelijk. 3,Omdat twee van de vriendinnetjes een mooien ketting dragen als zinnebeeld van hun vriend schap, en de derde er geen heeft. liet zegt, dat dat niet eerlijk is." Liesbeth en Cathrientje keken elkaar aan. Bei den droegen hun ketting, maar Rosa Neville croeg niets om haar hals. „Ik vind dat hot vogeltje gelijk heeft en zal naar zijai stem luisteren. Oogen dicht. Rosa. Zoo kijk nu eens, wat "het vogeltje in zijn bek heeft". llosa kreeg een kleur van verrassing en zag een ketting, die pree es hetzelfde was als van haar vriendinnetjes. „Nu is liet Klaverblad cornplee zei mevrouw Danvers. Er kwamen tranen van vieugde in Rosa's oogen. Tante' Mary boog zich voorover en kus e haar. „Dank u. juffrouw Arrnitage", zei Rosa. Allen lachten. Rosa .ook en zij verbeterde zich zelf gauw door te zeggen. Dank u mevrouw Cornwallis". Toen zij den kolonel probeerde te bedanken, was haar hartje zóó vol, da zij haar woorJdn niet kon vinden. Zij schreef hem den volgenden dag een brief. Doch hij had reeds begrepen, hoe zij het geschenk ojp prijs stelde. Zij was wel in haar woorden blijven steken, maar haar blikken waren welsprekend genoeg en de kolonel bad hun uit drukking begrepen Het was een heerlijke middag in he' kleine huisje. Er werden allerlei spelletjes gespeeld, waar bij de groote menschen druk meededen. Toen de visite de net, te lang bleef om de herstellende wegging, was Calhrïemje wd wat moe, maar zij leunde met een gelukkig ge zichtje achter iu haar stoel, terwij! allen hartelijk afscheid van haar namen. En toen zij met haar ouders alleen gebleven was, zei zij: „Ik hoop dal Rosa. Liesbeth en ik altijd vrien dinnen zullen blijven' Of haar wenseh vervuld werd? ik begrijp, dat jullie dat graag wilt weten en om aan je ver zoek te voldoen, wil ik je nog even één tooneclije laten gadeslaan. Zli je dat grpote meisje rechts? Dat is Rosa Neville De najaarszon valt juist op haar gez.cht en verguldt haar haar Ca'lirient4e Danvers staat naast haar en Liesbeth Jones kijkt naar hen bei den, terwijl zij vriendelijk^glimlacht. „Als jullie irilg-f-praa' zrjn", zegt zij, „heb je zeker wel zin in een kopje thee. 'tWordt koud'*. Alle drie gaan zij nu onder een grooten beuk zitten, waar "de thee gereed staat. „Negentien vandaag Cathrientje", zegt Lesbeth „Ik kan un nog niet voorstellen, dat je al zoo oud bent. Herinner je je nog dien verjaardag van je. toen wij kleine meisjes waren? Wal waren we blij Ac'je' weer beter was, hè Rosa?" „Ja", antwoordde Rosa ernstig. „Dien dag zal

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Schiedamsche Courant | 1925 | | pagina 9