I
I
lil
Ir
Van alles wat
Raadselhoekje.
HUMOER UIT HET BUIT EISTBAJNTB.
sciion door zakken zand uit liiegmiaöliines
mislukte. Men hoeft besloten tot hot bou
wen van een nieu,we tunnel op ló AL
diepte, die de olie moot afvoeren, daar
de eerste geheel door de ontploffing is
vermeld. Veel olie gaat er niet verloren,
maar er ontwikkelt zich oen gjtooto hoe
veelheid gas.
liet einde van den luipaard
Men was zoo zijn de Pm-ijzenaars nu
eenmaal al aan het bestaan van den
luipaard, die sedert drie dagen en nach
ten het Bois de Boulogne onveilig heette
te maken, gaan twijfelen. Sommigen zagen
er een variatie op do wut afgezaagde zee
slang inMaai' nu heeft het daoderu
van dit roofdier dan toch het bewijs ge
bracht dat een ontmoeting' mei een lui
paard wel degelijk de wandelaars 'n lot
„Bois" heeft bedreigd. ,.Le léopard n'ot nt
pas un eanaxd" juicht dan ook een F anscb
blad.
Aan de uitvoerige bijzonderheden, die de
bladen vun de laatste uren van den ..leeuw-
panter" geven onüeenen W*aj het vo'gendo-
Woensdagmorgen zag de onderdirecteur
van een school op den boulevard Launets,
toen hij wilde gaan ontbijten, een, den
luipaard. Volgens hot eene blad kwam
bij hem op de trap tegen, en liad het
dier des nachts door de klasselokalen ge
W-andeld, Volgens het ander ontwaarde hij
hem op de binnenplaats. Hoe het zij. hij
sloot de deur en '-iep ziju personeel toe:
„De luipaard !De luipaard!" Aanvankeijk
aan een matineus grapje denkend, ant
woordde dit personeel met een lach. Een
der knechts, iemand uit Martinique, was
zoo eordaat met een bezem (volgens een
ander blad met een hark) tot den aanval op
den luipaard over te gaan, die de wijk
nam naar een gebouw, waar de toiletten
jder leerilingen gevestigd zijn en waar
van de knecht overhaalt de deur sloot om
aldus de gelegenheid te geven het dier
levend te bemachtigen. Bijster gastvrij vond
de luipaard het luer blijkbaar niet, want
met een geweldigen sprong van vier meter
hoogte baande hij zich door den glazen
kap (als was het slechts een hoepel met
vloeipapier) een uitWeg Zoo kwam hij
in den tuin van een. buurvrouw terecht.
De onderdirecteur had intusschen de nabij
gelegen kazerne der gendarmerie gewaar
schuwd en weldra Verscheen met geweren
gewapende gendarmes. De luipaard er van
door, langs de naburige baan vim den
ceintuu rspoonveg Er volgde een wilde
jacht maar de menseh won het van het
-dier. Eenige schoten en de luipaard was
niet meer. De oppassers van den Dieren
tuin kwamen juist to laat aansnellen etn
den luipaard lerend te rangen., j
Toen Hogers, de eigenaar, eu zijn Ma-
leische temmer verschonen, was „Zizi"
al dood. Zij waren woedend. Rogers i©r
klaarde een verlies Van 100 jiond te lijden.
hi de palmenkas van het Jardm d'Acoli
matasaticn kuiuien do Parijzmuars er zie ts
van overtuigen, dat zij niet bij den neus
genomen zijn en dat „Zizi" inderdaad
bestaan heeft Het is een prachtig beeri.
De eigenaar zal het vermoedelijk laten
opzetten. De huid als bont te verkopen
zou heiligschennis zijn.
Veen lijken
Bij de Germanen, schrijft Di.enthina. was
liet gebruik in zwang, ran de vrouwen, die
zich aan echtbreuk hadden schuldig ge
maakt, iu liet moeras den dood door ver
stikking te doen sterven. Niet slechts
hierop alleen was deze straf gesteld; ook
tafaaids eh zij, die zieh aan den krijg ont
trokken, ondergingen dit, lot. Tol m de
vijftiende eeuw nog bleef dit gebruik be
staanmen vond ei herhaaldelijk de bewij
zen van in den vorm van menschehjlke over
blijfselen. die met hot uitgegraven veen
voor den dag kwamen. Niet slechts in
Duitsdilaud zijn die Ijken teruggevonden
ook in ons land geeft af en toe bet veen de
gelooide resten terug, welke er eenmaal
als een levend wezen werden ingestopt
want dit is de e;gonaardiglieid van derge
lijke lijken, dat niet bet vleescih vei gaan is
mi verrot, maar dat het is verdroogd, ge
looid lot een leerachtige, bruine cn veen-
kleurige substantie, die mul de lijken dat
inumniieaditige voorkomen verleent.
Aan die looiing z'ijin de zuren debet,
welke zieih in een moeras ontwikkelen. Aan
gezien de vondsten in hoofdzaak betreffen
de sa-eken. gelegen langs de. Westkust der
Oostzee, en de Noordzeekusten van Slees-
wijk lof in Holland, schijnen voornamelijk
de bewoners van de zee-kusten de straf te
hebben toegepus'. Door het drogen schrom
pelen do lijken in tof een gladde, weinig
compacte massaslechts in 'enkele gevallen
is de- oorspronkelijke vorm goed "bewaard
gebleven. Voor zoover de Meeding van de
lijken was samengesteld uif dierlijke grond
stof ,is ze bewaard gebleven; voorwerpen
«É'i
ï:RI'«
1 .VU.
Verontwaardigde moeder„En laat me je nou eens
en vooral vertelien, dat die pan alleen maar dient om
te bakken."
(Humorist.)
Ah
•^vM
x\)
Eerste schoolmeisje „Wat een pracht van een nieu
we jurk."
Tweede schoolmeisje„Niet waar Maar 't is een
oude van moeder, ze heeft hem voor mii wat laten
verlengen
(Humorist.)
was en Grootvader al zijn geld verloren had. En
na dien noodlotligen dag scheen elk zijner be
zoeken den ouden edelman ouder en grijzer te
maken, terwijl de rimpels in zij"h gezicht steeds
dieper werden.
Rupert bad bef hek nu weer gesloten. Vlug
liep- bij door de oprijlaan, welke door twee rijen
kastanjes gevormd werd. Hef waren prachtige
boomen, maar te oud om nog veel op te brengen,
anders zouden zij reeds maanden geleden geveld
zijn. Alles wat er te verkoopen viel, was verkocht
om den interest van de hypotheek, welke op het
kasteel lag, op te brengen. Al het geld, dat
'Rupert's vader uit Indië zenden kon, ging denf
'Ztelfden weg op. Er bleef niets over. Hoe zij
van de ééne week in de andere leefden, wisten gal
leen Jacob Harris en zijn vrouw Kezia,- die er
op gestaan hadden, zonder loon te blijven en die
niet alleen al het werk in het huis deden, doch
ook zorgden voor den tuin en hef kippenhok.
Jacob stond al met het dikke touw van de
torenklok in de hand en tuurde in de duisternis,
of hij „den jongenheer" ook gewaar werd.
„Vlug, jongeheer", riep hij uit, toen hij1 Rupert
tr.sschen de boomen naderbij zag komen. „Ik ga
juist dc- bel luiden.
Haastig liep de jongen naar zijn kamer, legde
Nan's cadeautje op de tafel, waschtte vlug zijn
handen en liep met den brief voor zijn groot
vader in de hand, de breede eikenhouten trap af.
De bel hield juist stil, toen hij beneden kwam.
Hoewel zij dien avond langer dan gewoonlijk
geluid had, was dit den ouden heer heelemaal
niet opgevallen. Hij zat nog voor zijn schrijf
tafel, toen Rupert de bibliotheek binnen trad.
Er lagen eenige papieren voor hem en hij! was
bezig deze te besfudeeren.
Be eetzaal was geheel van zijn ameublement
beroofd, toen de verkoop had plaats gehad en
er was een vierkante houten tafel in de biblio
theek gezel om er de maaltijden aan te gebruiken.
Jacob was huisknecht geweest in den goeden,
ouden tijd en stond er op 'zijn meester nog dage
lijks te bedienen, hoewel er geen zilveren deksels
meer van de schalen waren of te nemen. Eigenlijk
viel er weinig meer voor hem te doen dan kaars
recht achter den stoei van zijn meester te staan
en het voorhoofd te fronsen tegen Nan, als deze
trachtte een grapje met hem te maken-
Een kuchje van Jacob deed den ouden heer
opstaan en naar de tafel gaan, welke in een
hoek der groote bibliotheek gedekt stond. Hij was
een lange, magere man met een groorferi haviks
neus en doordringende, strenge oogen. Rnperl
vreesde zijn grootvader meer dan dal hij' hem
liefhad. Hij had diep ontzag voor hem en hor-
greep niet, hoe Nan zoo vrooirjk en ongedwongen
kon zijn in gezelschap van hun grootvader.
Rupert had den brief bij het bord van zijn
grootvader neergelegd, doch meneer Trelawny las
hem niet voor hij van tafel was opgestaan.
Nan was den geheelen dag bij Rosa Boscawen
op visite en nog niet thuis gekomen.
Er werd niet veel gesproken aan tafel en Rupert
was blij, dat toen zijn grootvader het dankge
bed uitsprak hij zijn boeken kon opnemen om
in de breede vensterbank de les le gaan leeren,
welke zijn grootvader hem dien morgen had op
gegeven.
'Jacob had twee kaarsen aangestoken op de
schrijftafel, die dicht bij de ramen stond en (de
oude heer las zijn brief.
De volte maan wierp haar zilveren stralen over
de boomen en bet '.ras buiiten lichter dan binnen.
Het kostte Rupert moeite zijn gedachten hiji zijn
les te bepalen. Zijta. oogen dwaalden telkens af
naar buiten en hij overlegde bij1 zichzelf, of (hij
Nan dien avond nog de schoentjes zon geven \of
den volgenden morgen, toen zijn grootvader plot
seling bet woord lot hom richtte.
„Rupert, ga eans mef je mg naar het venster
zitten" zei hij'. i
Rupert gehoorzaamde zonder een woord te spre
ken. De oude heer hield zijn strengen blik een
oogenblik op hem gevestigd en verdiepte zich toen
opnieuw in zijn brief. Hij las hein nog 'eens over.
hoewel het ni-el veel scheelde, of hij kiende hem
van buiten.
Bovendien bad meneer Polwhele hem dien dag
den inhoud er van. reeds medegedeeld. Voor het
eerst, sinds het springen, der Rank scheen er
kans op betere tijden te zijn. Een groot stuk
grond, dat men altijd als waardeloos beschouwd
had, was nu door eenige ontginners aLs zeer rijk
aan koper en tin bevonden. Als de landheer geld
tot zijn beschikking had om het te ontginnen
zou lirj tol zijn dood toe een vermogend man ziju.
Na nog eenigen tijd in den brief verdiept te zijn
geweest, bleef de oude heer zitten peinzen en
keefk (hij eens naar Rnpert, dóe de bladen van
zijn woordenboek omsloeg om een moeilijk wóórd
op te zoeken.
..Schei nu maar uit mei verken, Rupekt", zei
hff- geloof, dat ik Nau's slem hoor. Zeg baar,
dat zij niet binnenkomt vóór het avondgebed. Ik
ben bezig". 1
Rnpert legde zijn boeken weg en verliet de bi
bliotheek. Zijn grootvader liep na hem door bet
vertrek en draaide den zworen sleutel in het
slot om. Daarna liep hiji langzaam terug naar zijn
schrijftafel bij het raam. Ilij ging echter niet weer
zitten. Na eenige oogenblïkken bij "de schrijftafel
gestaan en op den brief getuurd te hebben, ging
bij naar bet raam, sloot de zware eikenhouten;
blinden en schoof den grendel er voor. Toen Jiep
bij vlug naar den anderen kant van hei vertrek. Er
waren a|l! heel wat boeken uit de bibliotheek ver
kocht, doch 'de plank, waar Wij op afging. Was mei
dikke deelen bezet, welke in kalfsleder gebonden
waren. Het waren Rupert's boeken, hem door een
oom nagelaten.
Meneer Trelawny nam er eén van in de hand
en drukte op een onzichtbare veer in het paneel
er 'uchter Het paneel week, de oude heer stak
zijd hand in de opening en haalde er een kistje
uit le voorschijn van verschoten blauw flewecSj,,
waarop met gouddraad een kroontje geborduurd
was. Hij nam het ksitje mee naar zijin. schrijFtaflép
en haalde den inhoud er uit
'Het kistje bevatte een ster van diamanten, eon
paar kleine, met diamanten bezette schoengespen
en een groot aantal losse diamanten. Zelfs bij
het flauwe schijnsel der twee kaarsen schitterden
zij prachtig, terwijl de oude heer ze op het blad
der schrijftafel uitspreidde.
Jacob zat in de keuken en rookte zijn ééne
dagelijksche pijp en Keaiah zat tegeno-ver hem
te heden. Beiden keken verbaasd "op, toen Rupert
vroeg, waar Nan whs.
„Wel, is z'ij niet bij meneer en u?" riep Jacob
uit. „Ik dacht niet anders of zij was dadelijk nadat
jk haar binnenliet naar de bibliotheek gegaan".
„En hier heeft zij ook g-een voet gezet sinds
zij terug is, 'jongeheer", voegde Keziah eraan Ine.
Oude varensman„Ze hebben me verteld dat er hier
een jonge dame is en der moeder vraagt naar der. Wie
van de heeren is een jonge dame V'
(Humorist.)
Hij„lk word waanzinnig als ik er aan denk, dat je
taex andere mannen danst Stel je nu eens voor, dat ik
met andere vrouwen danste
Zij0, dat zou zeker verschrikkelijk'zijn zij zouden
ook waanzinnig worden, waarschijnlijk."
(J udge.)
van led-er, wol on ook hout kw'am®
goeden toestand te voorschijn; daairarij1
zijn allo linnen kleedingslukken geto^iT"
gaan. f w'
Hierin ligt vermoedelijk de reden a<
zoovele lijken ongekleed werden aangaf
fen. Dat dierlijke beslanddeelen in het vc»
gespaard blijven, blijkt duidelijk
lijk van een nond, dat in liet veen J*
vonden werd. en dat zidh thans bevindt j«
liet museum der univcrsited te Crania'»-
de beharing van hot dier is in zSjn gXi
aanwezig.
Van een meisje, welker gelooide «si»
oon plaatsje hebben gevonden in bet Cte
hcidkundig museum t© .Assen, |g a0g
wezig de doek, die het om. den hals
on ;die blijkens het verwrongen
van bet slachtoffer, gediend schijnt te
ben om liet te worgen. Aan Meedingt
ken zijn uit hot veen hij verschil!^
gelegenheden opgediept; wollen sjaals,
en zonder franje, dierenhuiden, loeren
schoenen met 'nemen, gordels; geweven
Jdeeduigstukken, lange en Jrwte
Door middel dezer vondsten kon de terecht,
stc-lling van sommige plezier lijken
worden op ongeveer 300 n. Clir. N
zijn er ook lijken gevonden, die \vjjaj
op een lustmoord, of op een ongeluk, flat
plaats had; maar bij vli-e lijken, die iwenfea
aangetioffen, stekend in het veen, met het
hoofd gericht naar omlaag, is hel
wausclujnlijk, dat een strafoefening plaats
had.
Soms treft men de lijken aan niet
tezamen gebonden te tomaten, soms ooi
bedekt met graszoden, stecnen, stokken
of rijshout. Andere weer schijnen geget,
sold te zijn, of met een paal doorstoken.
Sommige lijken toonen zelfs houtv- of
steekwonden. Kan men achter het geval
van bet geworgde meisje uit liet Asset
museum met reden een moord vermoeden,
een vondst in Duitschland daarentegen doe,
denken aan een ongeluk, doordat 't slacht
offer toevallig iu liet moeras geraakte; ea
m zijn pogen, om zich te bevrijden, niet
slaagde. Het lijk weid gevonden in het
jaar 1920 in het Velmemioeras in Oldea
burg; de bouw wees op een persoon van
het mannelijk geslacht van buitengewone
lengte. In liet moeras geraakt, bad. hij
zich klaarblijkelijk v'oorover doen vullen,
teneinde met rijn handen houvast té krij
gen aan een kleinen heuVel, die zich 'in
zijn nabijheid Voordeed. Helaas Keek 'dc
a'tetand nog ie groot, "want wél konden
zijn handen de heistruiken bereiken, die op
de randen van den heuvel groeiden, maat
de rand scheen nog niet stevig genoeg, de
heistruiken werden uit den grond genikt,
waarvan een gedeelte meegaf en de onge
lukkige zonk o-pnieuw in bet moeras terug.
Zijn lijk werd gevonden, terwijl do beide
lirndc-n een bundel bloeiend© heide nog
omvatten. Vaster bad de veengrond zich
steeds om zijn been en vastgezogen, liet
moeras had zijin prooi besprongen, 'dien
bet niet weer losliet.
„Ga niaar eens naar haar kijken. Ze kwam niet
heel opgewekt van haar visite thuis", zei Jacob.
„Zo vindt het vre-eselijk, dat ze geen schoentjes
heeft", viel Keziah nu weer m, „want het zal een
danspartijtje bij mevrouw Chilcot zij'n, hebben ze
haar" verteld".
Rupert had met geen enkel woord tegen Jaoob
of Keziah op Zifn geheim gezinspeeld.
Hij was bang dat Keziah zich iets er over zou
laten ontvallen, zoodra zij met Nan alleen was.
En ook nu zei hij niets, doch Kolde mei ©en ge
lukkig lachje clp tzSpi gezicht weg om Nan jto
gaan zoeken. Hij dacht. dat hij wel wist, waar hij
liaar vinden zou. Er liep namelijk een galerij langs
drie Zijden der hall en midden m deze galerij was
een groot vooruitspringend raam juist boven de
voordeur. Hier speelde Nan dikwijls, dat zij ko
ningin was met haar poppen als -onderdanen. Zij
bad er gewoonlijk zes of zeven om zich Tiaenj
allen keurig rechtop gezeten op de roede kussens
der vensterbank, wanl Koningin Nam was geen
zachtmoedige vorstin. Er waren dagen, waarop
al haar onderdanen naar den toren verbannen
werden, of erger nog; aan de duisternis van den
onderaardsclien kerker overgeleverd weden.
Vlug liep Rupert de breed© trap o-p naar de
galerij. De zolen van zijn schoenen waren dun, poo-
dat zijn voetstappen bijna, onhoorbaar waren.
De zware gordijnen voor het bewuste raam Wa
ren dichtgetrokken, maar een deernis-wekkend ge
snik er aditer drong tot hem door. Nan la,g ge
knield bij de vensterbank, baar aardig kopje zonk
weg in de kussens en zij snikte alsof haar hartje
breken zou.
„Nan, Ppinses Nan, wat scheelt eraan?" riep
Rupert ui!.
„Ga weg" antwoordde oen. tragisch stemmetje
vanuit de kussens, „ga weg",
„Maar vertel me dan, waarom je sdireil, Nan".
„Dat zou je toch niet begrijpen", snikte Nan.
„Jij bent maar een jongen. Ga- weg, Rupert. 'Nie
mand hoeft te zien, dat ik huik Ga, weg*'.
„Is het om hel partijtje?" vroeg Rupert, terwijl
hij zijn best deed om zijn stem niet vroolijk te
laten klinken.
Maar Nan sprong op. Raar tranen wren plotseling
van boosheid vergeten. „Je lachll n» uit, nare
jongen", riep ze uit.
„Ik lachte niet om jou, Nam", haastte Rupert
zi-qii te zeggen.
„Wel waar, dat Weel ik zeker. En dat Kam ik niet
uitslaan". Nam's stemb-egoii opnieuw t© beven. „Ik
ga niet -naar bei partijtje, want er zal gedfuist
worden. Rosa lieeft mij vanmiddag haar nieuwe
schoentjes laten zien. Ze 'zijn snoezig. Ik heb ,haar
nog niet gezegd, dat ik thuis moet blijfven".
„Maar als jij nu eens net zulke mooie schoentjes
had als Rosa?"
Nu sprong Nan voor den tweeden koer op. „Ru
pert, wat bedoel je daarmee?" riep ziijl uit „lieeft
Grootvader een paair schoentjes voor injj gekocht?
Maar hij zei dat hij dat nooit zou doen. Toe
Rnpert, zeg het mif dadelijk. Reeft Grootvader
ze todh gekocht?"
„Wacht even", zei Rupert lachend.
Vlug liep- hij naar zijn kamer. Een oogenblik
later kwam hij met oen pakje bij ztrjh zusje terug.
Nan stond nog op dezelfde plaats vol ongeduld
op 'hem te wachten.
„Maak het maar open", zei Rupert, terwijl bijl
lsaar het pakje overhandigde.
Wordt vervolgd).
SLIMHEID'TAN RATTEN.
Uit hel volgende kunnen we opmaken, hoe slim
een rat is.
In een provisiekamer stonden verscheiden fles-
schen best© islaolle in een vierkante kist naast
elkaar overeind. Gedurende ©enigen, tijkl vond man
telkens fless-dben, waarvan de kurk verdwenen ivas
en welke half of nog verder lec-g waren. Ont te
ontdekken, wie dit todh deed, ging iemand achter
een raampje ritten, dat in de kanier uitzag. Zoo
doende zou men spoedig bemerken, wie de schul
dige was.
"Wat gebedrde ©r nu?
Na een poosje, toen alles weer siri was. zag
de persoon aditer het raampje, hoe drie of uier
ratten uit verschillende hoeken te Voorschijn bra
men, naar de kist gingen, cl© icuirkein zander veel
moeite loswroetten, hun staart in den hals van
do fl-escli staken en cr bij] hel weer uittrekken
boel genoeglijk de oh© aflikten, die daaraan was
blijven hangen.
Zijm ratten slimme dieren of niet'?
Oplossingen der Raadsels uit 't
vorige nummer.
VOOR GR0-0TEREN,
Archimedes. Arm, Eem, Mier, Schim, Ltas.
Schie. I
Napoleon.
Deken.
Eigen haard is goud waard. Reinier, gond,
dag. dwaas, haas, eend.
VOOR KLEINEREN.
1. Elizabeth.
2. Park, krap.
3. Doorn.
4 schip
Om op te lossen.
VOOR GROOTEREN.
1. Op de staande izoowel yHs de
kruiiisjeslijh komt de-naam van een vogel
xxxx xxxx
x.
x.
x.
x.
X
le rij 't.gevraagde woord.
12© rij' een ,zee in Europa.
3e rij een Koninkrijk iu Europa.
4e rij ©en jongensnaam.
5e rij een .turfland.
6e rij! een izangstam.
7e rij! een splil of middeS-pjunt.
8e rif ©en .-miedekftilaer.
2. Welk dorp In-NopstebHoland wordt, als
Hardetwgk.
JiH f '*r>,
S.5
fcsi
k a a i' s
merel
kudde
arend
Pa r ij s
gewei
grflns
beker
X-.
X
X