SNEEUWPRET, Knapper dan de juffrouw. Raadselhoekje. STADSNIEUWS. Verslag Tan den Gemeenteraad. Vergadering van Vrijdag 28 Jan.. 's namiddags 2 uur. VI. l> e v i' n i r a le s 1 a e h t p 1 a n.l s. (Vervolg). lVe hoer Cnllé zal niet de kwestie i.espreken, el' de medewerking van lï. en \V. ar.u het plan der slagers Verleend, al dan niet loyaal is geweest. Ieder Raadslid, die de geveerde c-oi\ espondeivlie heelt ge lezen, zal daaromtrent wel een meening hekhen gevormd, Spr, wil echter iets opmerken over het persoonlijk element, dat de heer Re ttruin, na oen interruptie van spr. in het debat heeft gekneld. IV wethouder heelt zich n.l. veroorloofd spr. te betitelen met revue- artisf. IV Voorzitter: t' moet zakelijk Wij- ven! t>e heer Col ié: DtiL had u tegen den heer De Bruin moeten zeggen. Toen had U in het debat moeten ingrijpen! IX? Voorzitter: k heho-eft mij niet. ie zeggen, wat. ik doen moetl IV lieer Co 1 !tKn ik zal weten, wat ik zeggen moet. Spr. wordt tenslotte nog liever betiteld met. den naam Van revue-artist, die dan toch nog een zekere verdienste heeft door de uitbeelding van de werkelijkheid, dim als volgeling van Afurx zich aan te dienen en tegelijkertijd nan het hoofd ie staan van een bedrijf, dal die zelfde Marx /oi gerangschikt hebben onder de vampyr-be- d rij ven. Be annexatieplannen zou deen een slag in het aangezicht zijn van Schiedam, vol gons den heer De Bruin. Toen deze eer gisteravond zijn partijblad ter hand heeft genomen en De Voorzitter: We spreken hier niet over de rVoorwaarts"! De lieer Col hé: Ik spreek niet over de ..Voorwaarts"! Ik spreek ov'er hoi. an nexatieplan in verband rn-et de abattoir- kwestie. Als de heer Do Bruin over die mededeelingen in de Voorwaarts" zoo ver ontwaardigd doet, dan lijkt dan we! een opvoering met: lachen, lachen, lachen! De Voorzit ter: Vu spreken we daar niet verder over! De heer Col hé: Dat is ook niet meer noodig. De heer De Bruin is thans wakker geschrokken. Spr zou willen, dal neg even hij Rotterdam eeïnformee.d. werd, wat men daar van plan is mol het abattoir, maar dan moet niet te lang meer gewacht worden, met eventueel hier 'n eenvoudige slachtplaats te slichten, gezien de dingen, zcoals ze nu eenmaal1 uil het Oosten komen. Den heer Die R rul in spijt het, dat twee heeren zich nog al geprikkeld ge voelen door zijn opmerkingen, maar men moet in aanmerking nemen, dat de Raad een openhaar lichaam is en we hier de dingen zeggen, zooals we ze zien. 't Is eigenaardig, dat juist die groep, waarvan de meeuing bestaat, dat zij do dingen altijd nog al kantig zegt, een beetje in haar wiek geschoten is, nu spr. van die- groep niet van iemand persoonlijk gezegd heelt, dat zij bedoeld of niel- bedoold obstructie voert. De heer ir. In gel se: tk ontken Ion sterkste, dat dit bet geval zou zijn. De heer De Bruin: De Ctw.-llist fmc- tio luid de vorige vergadering geweldige bezwaren tegen het verleenen v,ui mach tiging aan en W. om de plannen voor het stichten vim een centrale slachtplaats ter hand te nemciD Vu is men Van die zijde niet vragen gekomen, die volgens spr. nicls beteekenen, die naar de mee ning vjan anderen toch nog wel iets goeds bevatten. En nu slaat de heer Slavenburg tijdens dit debat weer een andere richting in. Deze wil nu een commissie benoemen, die met de omliggende gemeenten over leg z'al moeten plegen oVer een te stichten abattoir. De lieer Slavenburg heeft toch wol eens meer gezien, hoe openbare licha men zaken doen!? Het voorstel van l>. en W' .brengt de Zaak oen slap verder lil het College is eenige jaren studie van de ubaRoirkwestie gemaakt eti mcnschen. die zoo maar gegrepen worden liie: en daar. zullen over een paar weken niet met een degelijk advies kunnen komen. Als men zoo'u commissie toch wil. dan spreekt daaruit vatrouwen jegens het College, want. daarmee wordt gezegd: We zullen eou paar kerels uit den Raad aanwijzen en die zullen het heler doen d-ui B. en W Spr.'s uitlating over tiet tegenhouden van den wagen luid geen persoonlijk karakter, maar spr. heeft er een hekel aan dal op deze wijze iets tegengehouden wordt, wat men niet wil. Men mioet tenslotte berusten, als de meerderheid zich h'eeft uitgespioken civer iets. Wat liet geaente medelid de heer Cotló heeft opgemerkt, daarover zal spr. maar liet zwijgen doenl De lieer Colié: AmenI IX? heer v. d Tem piel zegt, dal 11. en W. grligeot zullen blijven, maar hoe zij dal opvatten, blijkt wel uit het volgende. Volgens liet verworpen abattoir-plan was In t ook do bedoeling een portierswoning te stichten. Toen mei den directeur Vuj het Aikmiaarsche -abattoir oVer de. Schio- damsclie. plannen weid gesproken, merkte deze op: „Hoe komen jullie er hij, een por tierswoning bij het abattoir te bouwen. Zoo'n portier loopt je maar den geboden dag tusschen de boenen I" Dat was een stem uil de praciajk en rechtvlaardigt. wel eouig wantrouwen te koeslereen ten opzichte Van de plannen, die B. en W. evtantueel zullen ontwerpen. IX? heer De Bruin: Dus wantrouwen in 13. en AY.I De heer Sla, veuhurg oisclil hot recht op als Raadslid nog iets te mogen zeggen. De hoer De Bruin wil, dat wij witloos vol gen en doet niets om een brug le slaan. Zijn advies is slecht-: Volg mijhiaarl Spr. wijst or op. bij liet beg i u van het debat te hebben gezegd gaarne de mogelijkheid onderzocht le willen zien om een semi-offi. eicel lichaam het beheer van de centrale slachtplaats op te dragen. Ten stelligste ont kent spr., dat hier sprake zou kunnen zijn van obstructie! De heer v. d. Hoek: Alen zou het ook lijdelijk verzet kunnen noemen'. Re lieer S1 a v e n b u r gDal is nog veel erger1 lAls ecu gemengde commissie wordt be noemd, kan die zich in verbinding stellen niet de omliggende gemeenten. De com missie inzake de pensioenregeling voor de wethouders heeft dat ook gedaan. Alleen zou "spr. in dit geval op bizondoron spoed willen aandringen. De heer De Bruin: De heer Slaven burg kan verontwaardigd zijn maar daar voor bestaat geen reden. Hij bepleit mi van het abattoir een semi-offieieel bedrijf te maken, maar iets dergelijks Imstant bi) ons weten in heel ons land hiel. Bij dojbehati- deling der begroeting kwam hij nok al met oen plan om den bedrijfsvorm van het Ha venbedrijf <o wijzigen. Maar hoe stelt h'ij zich zoo'n semi-officieel bedrijf voor? Moe ten de slagers zlah financieel inlcressee- ren bij het abattoir? De heer Slaven b urn: Daarover laat ik me thans niet uit De heer De Bruin: In welke richting moet die commi.ssic die de heer Slavenburg wil, gaan? Moet z ijadvie» uitbrengen over een gemeentelijk abattoir of over een be- driiBvorm ah de lieer Slavenburg wens dit? De heer Slaven b u I gDie Commissie moet advisoeren over den bedrijfsvorm. Welke flat zal kunnen zijn, kunnen wo haar niet voorschrijven. De heer De Bruin.: wan krijgen we principieel© geschillen iu het debat gebracht en die meest gewenschle bedrijfsvorm zou niet alleen gelden voor eon abattoir. Spr. meent, dat de lieer Slavenburg zijn bedoe ling wel eens op papier had mogen zotten, wan] nu blijkt er in zijn voorstel ntog moert te zitten, dan oorspronkelijk vermoed werd. De heer in r. Van Vel zen zegt, dat met de venschon van den Raad rekening gehouden dient te worden. Deze beeft zich reeds eons uitgesproken over het abattoir. Als 13. en W:. weer voorstellen indienen', he staai niet de zekerheid, dat dlau de won- schen van den Raad vervuld zullen wor den en spr. is do debatten over deze kwes tie moe! Daarom zou spr. deze oplossing aan de hand willen doen: le. R. en; beramen plannen out te komen' tot stichting van eon abattoir; Se. er wordt een com missie van advies benoemd, hes taande uit Raadslid voorstander oh één Raadslid tegenstander van het plan en! twee slagers. Een lid van het College van 13. en W. zou als voorzitter moeten optreden. B. en W. hebben blijkbaar grooten spoed om deze zaak af te doen, maar zij dient in ieder geval behoorlijk voorbereid te worden. B. en 'W'. kunnen plan'nen maken en die overleggen, terwijl ile commissie tegelijkar- tijd b.v. in een nota haar mecning kan mee deden. We moeten niet eerst bij dc gemeente Rotterdam gaaninforniceren, wal haar plan nen zijfn; daarop kunnen we niet wachten. Er moet hier een centrale slachtplaats ko men, maar hij de stichting dient refceuinlg gehouden le worden, met de verschillende wonscheu. IX) V o o r z i 11 e r is hot daarmee eens. De heer v. d. D o v e n k a m p> wijst er op, dal de heer Van Velzen een Commissie wil, waarin voor- on tegenstanders zlitliiijg hebben. Maat' in hot College van Bi. en AVI zijn toch ook voor. en tegenstanders. Dienkt de heer Van "Vol zen, dat de Raadsleden he ler een oplossing van het vraagstuk zullen kunnen vinden', dan Bi. on AAfl? En acht hij liet noodig, dat het College zich moet. laten aansporen door een commissie uit den Raad? 't Lijkt spr. weinig doeltreffend, zoo'n commissie in te stellen. Spr. onderschat de Raadsleden niet, maar er hostaal voor hom ook geen aanleiding ze hooger te schal iën dan B. en AA", De organisatie van sla gers kan altijd geraadpleegd worden, daarvoor is geen commissie noodig. Daar om is spr. voor het voorstel van B. en AA"j. De V o o r z i 11 e rIk wilde ook een ge mengde commissie voor het abattoir. De heer v. d. Do ven kamp: Dat is iets anders. Zoo'n commissie behaal b.v. ook voor hel Al gem. Handels EntveplU, maar die is benoemd, toen deze instelling reeds bestond. Eerst als het abattoir bestaat,1 kan overgegaan worden tot do benoeming van oen commissie van toezicht. De 'A'ooi'zit tor: Ik had er geen be zwaar tc-gen die commissie nu reeds te be noemen; dat zou een brug vormen! De heer i r. Houtman: 'its nog de vraag, of er een abattoir komt en dan zou je. al een commissie van toezicht of beheer hebben! AA*el kan worden toegezegd, dat do organisatie van de slagers gehoord zal worden. De lieer SlavenburgDe slagers zul len wel niet zoo naief zijn daaraan veel waarde te hechten! De heer i r. Houtman is er legen de zaak ontijdig uit handen van D. en V. te geven. 'Die voorzitter heeft een beheerscom missie aan de slagers toegezegd. Of die toezegging gehandhaafd ka(n blijven, kan later uitgemaakt worden. Als hot werk thans uit Juinden van |B. en AVI. werd ge-n'omen zou daaruit af te leiden zijn, dat men het Col logo minder vertrouwen schenkt, dan gis wensclit is. Wel kan worden toegezegd, dat, voor R. en W. hun plannen bijl don Raad in dienen, eerst de slagersoirganisatie zal wor den gehoord. Het plan zal technisch en hy giënisch goed, en het abattoir zal op do toekomst berekend dienen te zijn. Aan die 3 voorwaarden zal hot moeten vcMoen. Hel geld zal gevdnden worden, dat leenon we. Do rendabiliteit staat vjast; overal blijkt, dal. een abattoir rendabel te maken is. Spr. «ebt B. en W. volkomen bevoegd hun werk te doen, al is er geen bezwaar legen de slagers te hoeren. IX? lieer m r. Ka,Molaars meent, dat wel oenige aandacht geschonken mag wor den 'aan art. 179 Van de Gemeentewei, dat spr. v'oorleest en waarin staat, dat B. en W. de Voorstellen voorbereiden, w or zoover d't niet «rui anderen is op gedragen. fu art 54 van die wet wordt gezegd, wie die anderen zijn. Spr. meent, in Verband miet deze artike len, dat het we! mogelijk is eon paar niol-Raadsleden aks advliseurs aan te wij- zon, maar die kunnen geen doel uitmaken) wan een vaste Raadscdnuriissie. Den heer mr. Arla,n V;elzien spijt liet, moe te moeten doelen, dat do heeren Hout- ma n en v. d Bovenkamp er niet in ge slaagd zijn hem older te halen. Er is een antecedent. Spr. herinnert aan het vbor- stel Van B. en \V om een commissie te benoemen, die tot taak z.on hebben R. en AV, voor te lichten inztake de bewaarschool- kwestie. Spr. is Man meeniug, dat de slagers niet zoo heet vjeet prijs zullen stellen op eon Vertegenwoordiging vnn hun organisa- lie in een cominissie vloo-r het abattoir, als dal abattoir reeds kant en klaar is. liet ver langen naar z'oo'n gemengde commissie, die nok Lij do voorbereiding gekend zal wor den, voelt spr. niet als een bewijs van wantrouwen in R. en W„ al geeft, liij toe, dat men het ook anders kan voelen. Maar .spr. beschouwt zoo'n CQ-nmiissie meer als een senioren-Convent. Aroor spr. kiijgt het plan meer rechtsgrond, ats zoo'n com missie wordt benoemd De heer i r. 11 opt man zogt, dat 11. en W, altijd hun kaken zelf moeten doen en acht liet on juist le VerklarenB. e njW zijn niet in staat om deze zaak ie regelen. De heer mr. Aria,n Abuizen zou niet gaarne willen zeggen, dat R. en W. het al tijd allcien maar weten. of ringen in uw ooren en uw neus'1, zei Job, zichtbaar opgelucht. Tante Fiavre lachte en haar lach klonk zoo aatv sti-kelijk dat de kinderen allen meelachten. ..Lieve help", zei Tante Frans, zoodra zij wat bedaard waren. |A\at hebben julli je een prachtige voorstelling van mij' gemaakt." ..Ik heb een plaat van een vrouw uit Nieuw- Z en land". zei Job nu. (Wordt vervolgd). Ze heette Ala rietje de AAHlde, was acht jaar oud en zat op school in de tweede klas. Eigenlijk had Marietje al in cle derde klas kunnen zitten'-,1 maar onulal ze een klein beetje dom was, was ze niet overgegaan. Maar vlug met haar mondje was Ma- rietje wel en ze sprak even goed Aljaleisch als Hollandsch, want ze was op Java geboren. Toen ze zes jaar was, was Aranetje met vader en moeder naar Holland gekomen en' ais ze soms niet liet woordje „soesah" voor „moeite" gebmikte en „pintor" zei als ze „verstandig" of „knap" be doekte, ,dan zou men waarlijk niet bemerken, dat Marietje ,op Java was geboren en opgevoed. Ze is daarom heel anders dan Stmsjo. het donkere meisje, dat in dezelfde klas in dezelfde bank zit, en dat heelemaal niets zegt, ja, dat zelfs niets antwoordt, als de juffrouw liaa,r iets vraagt. Maar Suusje is een nieuwelingetje, en daar om begon dan ook. de juffrouw met te vragen: „Je vindt liet zeker wel prettig, om naast een meisje te zitten, dat óók uit Lndië komt, hè?" En toen nu Suusje hierop geen antwoord gaf, ging de juffrouw voort: ,'tis een aardig meisje hoor, en ze'heet '.Marietje de Wilde Jullie zult wel heel gauw vriendinnen woelen. En hoe heet jij'?" "t Donkere meisje zweeg en keek heel verlegen van de juffrouw naar Marietje, alsof ze tiaar wilde vragen: „AArat zegt ze?" En toen nu de jufrfouw lachend zei„Kom wees maar niet verlegen en vertel eens, hoe je heet", en weer het niéuwe meisje niet antuoordde, Mak Marietje haar vingertje op. „Wat is er, Marietje?" vroeg dc juffrouw. „Ze begrijpt niet wat li haar vraagl, juffrouw", zeï Alarietjc. „Ze komt pas uit lndië". „Alaar toen jij uit lndië kwam, verstond je toch wal dadelijk alles. wat je werd gevraagd", was de verbaasde opmerking. „Ja, juffrouw, dat is ook wel zoo", vertelde Marietje. ,,Enneze verstaat misschien ook wel Hollandsch, maar toch weer zoo geheel anders, dan we het hier spreken Ween, 'daar begreep de juffrouw niets van. „Hoe spreken zij dan, Alarietjc?" vroeg de juffrouw nu. IKind dacht even na en zei toen: Ziet u, juf frouw, ze heeft zeker veel meer Afaleisch dan Ifol- iandsch gesproken." en dus denkt zo ook in 'tMa- Jc-isch na, als zo wat in het Hollandsch moet zeg gen. iEn mag ik nu eens vragen' Iioe ze heet? IDan zult a eens hooreri, hoe heel «anders ik met baar spreek, dan met de mcnschen in Holland". „Ave], meisje, laat dan eens Iiooren, hoe dit gaat", 'zei de juffrouw lachend. En ook de andere kinderen tuit de klas lachten, en allen' keken 'naar Marietje, die zoo parmantig deed. ".Maar Alarietjc lette daar niet op; ze ging alleen vlak voor het nieuwe imeisje s'taan en vroeg haar: „Jij komt ook uit lndië, ja? Jij komt van waar?" 't Nieuwe meisje keek eerst nog even verleden naar de juffrouw, maar daarna antwoordde zij heel zacht: „A'an Ambon „Jij verstaat wel, wat ik jou vraag, ja?" ging toen Alarietjc voort. 't Bruine meisje knikte En 'Marietje vervolgde: ..Zeg, Nonnie (jongejuffrouw) als jouw pa roept, hij zegt wie?" „Als mijn pa roept, hij zogt Suusje", antwoordde nu wat luider het kind. „En hoe heet je verder?" begon nu weer de juffrouw. „'Heet niet verder", zei het meisje. Marietje proestte het uit. ,jO, juffrouw, zoo moet u het niet vragen", zei ze. En loon weer tot 'het meisje: ,',En wat zegt jouw ma, nis zij roept jouw pa?" „Patipoehoelo-e," fs het antwoord. „Nu hoort u het, juffrouw", zei Ararietje, ,zo hee'c Suusje Patipoehoeloe". ,/Wjel, wel, dat heb je handig gedaan, Afarielje", prees de juffrouw. „Neen, vandaag was jc niet dom". i „Moeder, ik was vandaag niet dom", zei Afa.- r iet je, toen zij uit school kwam. ,,'kWas knapper dan do juffrouw". En toen vertelde Alarietjc van het nieuwe meisje. AVat moest moeder toen lachen. „Aflees nu voor taan niet meer dom, Rieteke", zei ze. „Ik zal mijn best doen, moeder", beloofde Ala rietjc. TANTE JOH. Oplossingen der Raadsels uit 't vorige nummer, ArOOR GROOTEREN. 1. RUST ROEST, boom Room ei - Ui klok Slok hoer Toer zand Rand 1 bom Oom pik Eik boren Toren 3. Joliuji schreef de tlieArA IN Zijn nieuwe schrift. (Mainz). Heeft Annie van AfarLF, D YKNkel gebracht. (Leuven). Je bental lieol LUI, Kees. (Luik). Zijn mecstp grappen waren flauAfl.; EEN BNkcle maal slechts was hij geestig. (AV'eenen). 4. Appingednm. A'OOI KLEINEREN. 1. Dozijn, Rozijn. 2. Specht, pech. 3. ALagdalcna. lïdam, maag, lam. naam, dam. -1. Krot, rot. Om op te lossen. ArOOR GUOOTEREN. 1Afijn, geheel wordt met 10 letters geschreven en noemt een stad op Java. Een 4,, 2, 3, is een viervoetig dier. Een 4," 10, 8, 1. maakt deel uit van je gebit- Uil een <L 7, 8, 4, knn je soms veel leeren. 9. 10, 8. 1, is een verkorte moisjemtytm. Een 7, i, is een rond vruchtje. Een G„ f>, 1, is een zangstem. 2. Verborgen dieren. AA'ordt toch niet zoo gauw kwaadde rom mel is iu een oogenblik opgeruimd. Liep de baas langzaam na zijn ziekte? Jacob is onlangs van "zijn fiets gevallen. En Lize brak haar ainn, toen zij in een kuil viel. (2) f 3. Kruisraadsel. Op de beide kmisjeslijnen komt de naam van een dorp in fle -provincie Utrecht. X ,X. .X. .X. xxxx xxxxx X" X "X" X. Op de le rij een klinker. Op- de 2e rij een badplaats in BuiBchlmd. Op de 8e rij een stad in Friesland. Op de 4o "rij een stad in Noord-Bolland. Op de 6e rij het gevraagde woord. Op de (>e rij een mooi diertje dat vliegt, Op do 7e rij een wapen. Op dc 8e rij een schrijfgereedschap. Op do 9e rij een medeklinker. Afijn eerste is een voertuig, mfn tweede oen halve boer, mijn derde een halve naam en mijn vierde oen lidwoordWelk smakelijk kluifje is mijn geheel? ArCK)Il KLEINEREN. Welk uurwerk kun je maken van u de n p e1 1-ad derraadsel. ie (bovenste) sport iels. da' heel fijn is. 2e sport oen rivier.je iu Zuid- Holland. 3e sport een 'zangvogel. 4e sport een groot roofdier. 5e sphrl een rivier, van welken naatn er twee in ons land voorkomen. 6e sport een vaartuig. 7e sport een najaarsbloom. x De woorden bestaan allen uit 5 lettere en de middelsto lettere vormen, van boven naar beneden gelezen, den naam van een stad in het midden van ons lanlcl'. 3. Afijn geheel wordt, met 8 letters geschreven en noemt een stad in Gelderland. Een 1, *3, G, 7, vindt men in elke kamer. Een 5. 3, 7, 8, is altijd meer of minder hoog. 8, 2, 5, -1, is een stad in Zeeland. Een 5, 3, 4, is een klein vruchtje. 4. Afijn eerste kan heel verschillend zijn, mijn tweede woont in het kippenhok en mijn geheel staat op den toren.. AArie raadt dit? door C. E. DE L1LLE HOGERAVjAARD. Vannacht, toen alle kind'ren' sliepen, Trok Koning AVinter door liet land. llij strooide sneeuw, vergat geen plekje, Hij strooide met een gulle hand. De heide aaide scheen bedolven Onder een wit, een smct'loos kleed. Natuurlijk .zei hij breng ik sneeuw mee; Men weet toch, dat ik Y-flinter heet. - Dc lieve jeugd, die juichte vroolijk, Toen 'rij de blanke sneeuwlaag zag. Het 'zonnetje kwam ook eens kijken, Zei rnensch en kind zelfs goedendag. Op 't bergje, aan den rand van 't stadje, Had elke boom een sneouwmuts op; De takken wanten zwaar beladen - Afet suiker juichte kleine Jop. Fluks ging de jeugd haar sleden halen, Zij holden naai' het bergje toe Kn gleed mo wat fijn naar benetien. wie wordt er nu van steden moe? Soms tuimelde pardoes een rakker, AVjou hij de sneeuw wat boter zien; Maar gauw stond hij weer op zijn boenen, Diat duurde nog geen tel of tien. AVe reizen door de sneeuw roept Bernard, Afet Jaap en. Ejiy op rijn slee 'AVy gaan de Noordpool nog bezoeken. 'Wie wil Van jullie met ons meo? 'We reizen vlug, want vóór liet donker - 'Zijn wij weer in ons eigen huis; Een dag.retour kun je maar krijgen 'Je slaapt vannapht weer lekker thuis. Jo droomt nog van hot verre reizen En roept vanuit je ledikant; Hallo! Nog passagiers? Vooruit da,n AVo reizen samen door het land. i 'Het land van Koning AVinJter, d' IJ»vorst; Ta rijn paleis is alles koud. Hoe «f dj dat toch kan verdragen? De (Wintervorst is «al heel oud. wijs Sijs N O O R D 0 E V E L A H 0 I t o n e n 0 4 o k k t 1 u 0 r 0 0 1 w r n) t t n t i i i la

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Schiedamsche Courant | 1927 | | pagina 6